NL8302305A - Inrichting voor het beluchten van kazen. - Google Patents

Inrichting voor het beluchten van kazen. Download PDF

Info

Publication number
NL8302305A
NL8302305A NL8302305A NL8302305A NL8302305A NL 8302305 A NL8302305 A NL 8302305A NL 8302305 A NL8302305 A NL 8302305A NL 8302305 A NL8302305 A NL 8302305A NL 8302305 A NL8302305 A NL 8302305A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
shelves
air
channel
openings
inflow
Prior art date
Application number
NL8302305A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Esmil Hubert Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Esmil Hubert Bv filed Critical Esmil Hubert Bv
Priority to NL8302305A priority Critical patent/NL8302305A/nl
Priority to US06/624,208 priority patent/US4566377A/en
Priority to GB08416169A priority patent/GB2142216B/en
Priority to DK314584A priority patent/DK314584A/da
Priority to DE3423785A priority patent/DE3423785C2/de
Publication of NL8302305A publication Critical patent/NL8302305A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01JMANUFACTURE OF DAIRY PRODUCTS
    • A01J25/00Cheese-making
    • A01J25/16Devices for treating cheese during ripening
    • A01J25/165Cold-storage rooms or ventilation systems for stocked cheese
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01JMANUFACTURE OF DAIRY PRODUCTS
    • A01J25/00Cheese-making
    • A01J25/16Devices for treating cheese during ripening
    • A01J25/162Devices for treating cheese during ripening for storing or turning of cheese

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Duct Arrangements (AREA)
  • Air-Flow Control Members (AREA)
  • Warehouses Or Storage Devices (AREA)

Description

’ - - 1 - ES'56 * U: INRICHTING VOOR HET BELUCHTEN VAN KAZEN . 2*
Door aanvraagster wordt als uitvinder genoemd: ir. Arie Jacobus van Buytene te Santpoort-Zuid
De uitvinding.heeft betrekking op een inrichting voor het beluchten 5 van kasen die zijn 'opgeSlagen in een magazijn op draagplanken welke aan hun einden worden ondersteund door twee holle zijwanden via welke de lucht tussen de planken kan worden toegevoerd en afgevoerd.
Een dergelijke inrichting is bekend blijkens de Nederlandse octrooiaanvrage 7702023. Volgens dit voorstel· wordt geforceerd over een beperkt 10 aantal kazen een geconditioneerde luchtstroom geleid, waarvan de richting van tijd tot tijd wordt omgekeerd. De holle verticale wanden worden door het omzetten van een wisselklep afwisselend aan de toevoer of afvoer van de lucht aangesloten; de holle wanden zijn voorzien van openingen waarop pijpjes kunnen zijn bevestigd voor het richten van de luchtstroom.
15 Dit heeft het nadeel, dat de afstand tussen de boven elkaar liggende planken in het magazijn wordt vergroot, doordat een dergelijke luchtstroom niet op de kaas gericht mag zijn wegens het risico van plaatselijk indrogen en daardoor de pijpjes extra hoogte vragen.
De uitvinding beoogt een inrichting voor het opslaan van kazen in een 20 magazijn, welke kazen belucht worden, waarin een zeer gelijkmatige beluchting kan worden verkregen bij een beperkte bouwhoogte.
Volgens de uitvinding zijn de draagplanken voorzien van ten minste één hol langskanaal voor het transport van de aan- of af te voeren lucht, welk kanaal is voorzien van uit- of instroomopeningen nabij de onderzijde 25 van de draagplanken voor verdeling van de lucht over de planken en aan een der uiteinden aansluit op een opening in de betreffende zijwand.
* De kanalen werden dus gebruikt voor het transport van de lucht dwars op de ondersteunende holle zijwanden.
Vooral bij de opslag van Edammer kaas is het van voordeel per plank 30 zowel een toevoer- als een afvoerkanaal te hebben, hetgeen volgens een verdere uitwerking van de uitvindingsgedachte kan worden bewerkstelligd, doordat de draagplanken zijn voorzien van twee holle langskanalen voor het transport van de aan- en/of af te voeren lucht, welke kanalen zijn voorzien van uit- en instroomopeningen nabij de onderzijde van de planken 35 voor de verdeling van de lucht over de planken en aan de uiteinden aan- \ sluiten op een toevoer- resp. afvoeropening in de betreffende zijwand.
Be uit- en instroomopeningen in de kanalen van aaneengrenzer.de 8302305 « ΐ » -.
1 - 2 - ί<; planken verschaffen tussen twee opeenvolgende rijen planken dus een dusdanige luchtstroom, dat indien*<men zich kon bewegen tussen de planken in een richting ongeveer evenwijdig aan-de holle wanden, dus in de breedte-richting van de draagplanken, men een in hoofdzaak horizontale lucht-5 stroom zou ervaren die steeds van richting wisselt. Dit heeft een aantal voordelen: zo ervaart de lucht weinig weerstand; er is weinig kans op condensatie van de tamelijk vochtige lucht, terwijl er toch voldoende vochtopname plaatsvindtve.r is geen noodzaak meer de luchtstroom tussen de holle wanden om te keren, zodat een wisselklep met bijbehorende voor-10 zieningen kan worden uitgespaard; omdat de lucht slechts over één kaas stroomt en dan al weer wordt afgezogen, worden de kazen aan een gelijkmatige, hoewel turbulente, luchtstroming blootgesteld.
Bij voorkeur zijn de draagplanken in hoofdzaak uit metaal vervaardigd met twee omgezette zijranden waarvan althans één tot een kanaal is 15 gevormd en voorzien is van openingen voor het uit- of instromen van lucht, welke draagplanken aan elk uiteinde zijn voorzien van een kunststof vormstuk om de draagplank glijdend in groeven in de zijwanden te ondersteunen, welk vormstuk is voorzien van een kanaal, dat enerzijds aansluit op het kanaal in de draagplank en anderzijds op een in de groef 20 in de zijwand aanwezige corresponderende toe- of afvoeropening'voor de lucht.
Om de voorkomen dat de ventilatielucht op ongewenste plaatsen het magazijn binnentreedt of verlaat, is ter plaatse van de ondersteuningen van de draagplanken voorzien in een of meer flexibele afdichtingen tussen 25 draagplank en zijwand.
Om de te beluchten kazen goed gepositioneerd te houden op de draagplanken kunnen de draagplanken voorzien zijn van uithollingen, welke uithollingen van perforaties zijn voorzien. Dit heeft het voordeel dat de ventilatielucht ook de onderzijde van de kazen goed kan bereiken.
30 Daarbij kunnen de uithollingen zijn gevormd als enigzins doorgedrukte gaaslichamen.
De uitvinding zal aan de hand van enkele uitvoeringsvormen onder verwijzing naar de tekening nader worden uiteengezet.
Fig. 1 is een isometrische schets van een kaasmagazijn met enkele 35 ingetekende kaasplanken en met aanduiding van de luchtstroming.
Fig. 2 is een schematisch onderaanzicht van een kaasplank voor Goudse kaas, waarbij de luchtstroom is aangegeven.
Fig. 3 is een dwarsdoorsnede van een aantal kaasplanken voor Goudse \kaas met luchtkanalen.
40 Fig. 4 is een schematisch onderaanzicht van een kaasplank voor 8302305 * 4 ' - 3 - • ♦*·· \ ’ ii.
Edammer kaas, met aanduiding van de luchtstroom.
Fig. 5 is een dwarsdoorsnede van een. aantal kaaspïanken voor Edammer kaas met luchtkanalen.
Fig. 6 is een doorsnede over het vormstuk en de aansluiting van een 5 draagplank aan de wand. ""
Fig. 1 toont een kaasmagazijn met een gecontroleerd ventilatiesysteem.
Het magazijn 1 is onderverdeeld in bijv. zes afdelingen I t/m VI en in elke afdeling fs' de‘ kaas (Goudse) op draagplanken 2 gelegd. De planken ·’· ’*-!}« 2 liggen etage-gewijs en in rijen. De verticale zijwanden 3 t/m S zijn 10 op gelijke verticale afstanden voorzien van steungroeven 10, die een schuif geleiding vormen voor de uiteinden van de draagplanken 2. De wanden 3 t/m 9 zijn hol uitgeveerd, en om en om boven dan wel onder gesloten. Zoals men ziet zijn de wanden 3, 5, 7 en S verbonden met het onderste luchtkanaal 11 voor het afvoeren van de lucht en zijn de wanden 4, 6 en S ver-15 bonden met het bovenste luchtkanaal 12 voor het toevoeren van de ventilatielucht. De uiteinden van beide kanalen 11 en 12 zijn aangesloten op een niet-getekende ventilator, een lucht-conditioneringsinrichting en kleppen voor het regelen van de luchthoeveelheid.
Bij bekende installaties stroomt de ventilatielucht via performaties 20 in een wand uit over de kazen, terwijl de lucht via perforaties in de tegenoverliggende wand wordt afgezogen.
Volgens de uitvinding zijn langskanalen in de draagplanken 2 aangebracht, die aan de uiteinden van de planken in verbinding staan met corresponderende openingen in de verticale zijwanden.
25 Dit is schematisch toegelicht aan de hand van fig. 2, waarin een kaasplank 20 voor Goudse kaas in onderaanzicht is weergegeven. De kaas-plank 20 ter breedte 3 is, zoals ook fig. 3 blijkt, voorzien van omgezette randen 21 en 22, waarbij de ene rand 22 is uitgevoerd als een gesloten kanaal. In de verticale delen van deze omgezette randen 21 en 22 zijn 30 openingen 23 resp. 24 voor het afzuigen van de ventilatielucht, welke via een op het uiteinde 25 van het kanaal 22 in de betreffende zijwand 25 aansluitende opening wordt afgeveerd.
In het midden is de draagplank 20 aan de onderzijde voorzien van een langskanaal 27 van rechthoekige doorsnede dat aan de opstaande zijwanden 35 uitlaatopeningen 23 heeft. Het kanaal 27 is aan een uiteinde 29 gesloten en aan het andere uiteinde 30 staat het in verbinding met een opening in de linker zijwand 31.
0 Zoals fig. 3 laat zien, is een Goudse kaas, schematisch aangegeven met G, gepositioneerd in een uitholling 32 welke bij voorkeur geperforeerd ^ 40 is teneinde de ventilatielucht gelegenheid te geven ook de onderzijde van si de kaas te bereiken en naderhand het lossen te vergemakkelijken. Deze 1 8302305 « i # 1 - 4 - ·*-»* • · if; perforatie van de uitholling 32 kan zijn gevo.rmd als een enigzins doorgedrukt gaaslichaam. . ’
Hoewel in fig. 2 en 3 de instroomopeningen 23 in het afvoerkanaal 22 en de uitstroomopening 28 in het toevoerkanaal 27 precies tegenover 5 elkaar liggend zijn aangegeven en wel ter hoogte van de middens van de cirkelvormige uithollingen 32 voor het positioneren van de kaas G, is deze opstelling van de openingen niet dwingend voorgeschreven. Men kan -zich evengoed een and^he .plaatsing van de openingen voorstellen zoals die waarbij de in- en uitstroomopeningen in twee opeenvolgende kanalen 10 verspringend zijn aangebracht.
Aangezien bij de onderhavige inrichting een wisselklep niet nodig is, kunnen de langskanalen hun vaste toevoer- of afvoerfunctie behouden. Vanwege het beginsel dat niet op de kaas mag worden geblazen dienen de uitstroomopeningen van een luchttoevoerkanaal in een draagplank zich in 15 een of beide verticale zijkanten van het in doorsnede bijvoorbeeld rechthoekige kanaal te bevinden. Voor de instroomopeningen van een luchtafvoerkanaal is dit niet strikt nodig en deze kunnen evengoed in de onderwand van het afvoerkanaal zijn gelegen.
Fig. 4 is een schematisch onderaanzicht van een draagplank 40, waarop 20 twee rijen Edammer kazen, schematisch aangegeven met E kunnen worden aangebracht in uithollingen die bij voorkeur weer van perforaties zijn voorzien, zoals uit fig. 5 blijkt. Ook deze plank 40 heeft een omgezet gedeelte 41 en een tot kanaal omgezet gedeelte 42. Het kanaal 42 is aan het linker einde 43 gesloten en aan het rechter einde 44 staat het kanaal 25 42 in verbinding met een opening in de rechter zijwand 45. Het kanaal 42 is voorzien van afzuigopeningen 46.
In het midden is de plank 40 aan de onderzijde voorzien van een kanaal 47, voorzien van toevoeropeningen 48, welk kanaal 47 aan het rechter einde 49 gesloten is en aan het linker einde met een opening in 30 de zijwand 50 in verbinding staat voor het toevoeren van de ventilatielucht.
Zoals fig. 4 toont, liggen de openingen 46 en 48 tegenover elkaar, zonder een kaas E ertussen, maar zoals duidelijk zal zijn kunnen deze openingen ook versprongen zijn aangebracht.
35 De in fig. 2, 3, 4 en 5 afgeheelde kanalen in de draagplanken worden dus gebruikt voor het luchttransport dwars op de ondersteunende holle zijwanden en de toevoer en afvoer van de lucht vindt plaats doordat de O openingen in deze wanden aansluiten op de kanalen in de draagplanken.
Daarbij is het van voordeel, vooral bij de opslag van Edammer kaas, \ 40 zoals getoond in fig. 4 dat per draagplank zowel een toevoer- als een \ 8302305 Γ - u - · » Η: afvoerkanaal voorkomt.
Bij voorkeur zijn de draagplanken-in hoofdzaak uit metaal vervaardigd, en zijn ze aan de beide uiteinden voorzien van een vormstuk uit kunststof. Fig. 6 geeft deze constructie weer. Daarbij is 60 de plaat-5 metalen begrenzing van een holle zijwand, waarin een draaggroef 61 aanwezig is voor het opnemen van _het vormstuk 62 uit kunststof, dat zich bevindt aan het uiteinde van de draagplank 63. Aan de zijwand 60 is boven een flexibele afdiehtingsstzjQok 64 aangebracht om te voorkomen dat de ventilatielucht op een ongewenste plaats het systeem binnentreedt of verlaat.
10 Bij 65, de cplegplaats tussen de horizontaal verlopende groefwand en het vormstuk 52, is voldoende afdichting tussen vormstuk en draaggroef.
Een uitholling voor het opnemen van de kaas in de dragerplank 63 is in fig. 6 met 66 aangegeven.
Elke groef (61) voor het ondersteunen van het uiteinde van een 15 draagplank 63 is in de holle wand van de inrichting opgenomen en vormt bij voorkeur de verbinding tussen twee strookvormige wanddelen 67 en 68. Deze stroken kunnen door een geschikte mechanische vervorming zoals walsen tot stand zijn gebracht. In de holle wand zijn op afstanden verticale kolommen opgenomen, waarvan het aanzicht op een flens ervan in fig. 6 met 20 70 is aangeduid. Aan deze kolommen zijn de stroken door (niet-aangegeven) bouten bevestigd. In de onderste strook 68 is een doorlopende richel 71 aangebracht, die meer uitsteekt dan de houtkop, voor het geleiden van het vormstuk 62. De opening voor het doorlaten van de lucht in de wand 60 op de achterwand van de groef 61 is met 69 aangegeven.
25 30
O
* 8302305

Claims (8)

1. Inrichting voor het beluchten van kazen die zijn opgeslagen in een magazijn op draagplanken welke aan hun einden worden ondersteund door twee holle zijwanden via welke lucht tussen de planken kan worden toegevoerd 5 en afgevoerd, met het kenmerk, dat de draagplanken zijn voorzien van ten minste één hol langskanaal-voor- het-transport van de aan-'of af te voeren ........ lucht, welk kanaal.is.-voorzien van uit- of instroomopeningen nabij de onderzijde van de draagplanken voor verdeling van de lucht over de planken en aan een der uiteinden aansluit op een opening in de betreffende zij-10 wand.
2. Inrichting voor het beluchten van kazen die zijn opgeslagen in een magazijn op draagplanken welke aan hun einden worden ondersteund door twee holle zijwanden via welke lucht tussen de planken kan worden toegevoerd en afgevoerd, met het kenmerk, dat de draagplanken zijn voorzien van 15 twee holle langskanalen voor het transport van de aan- en/of af te voeren lucht, welke kanalen zijn voorzien van uit- en instroomopeningen nabij de onderzijde van de planken voor de verdeling van de lucht over de planken en aan de uiteinden aansluiten op een toevoer- resp. afvoer-opening in de betreffende zijwand.
203. Inrichting voor het beluchten van kazen die zijn opgeslagen in een magazijn op draagplanken welke aan hun einden worden ondersteund door twee holle zijwanden via welke lucht tussen de planken kan worden toegevoerd en afgevoerd, met het kenmerk, dat de draagplanken in hoofdzaak uit metaal zijn 25 vervaardigd met twee omgezette zijranden waarvan althans één tot een kanaal is gevormd en voorzien is van openingen voor het uit- of instromen van lucht, welke draagplanken aan elk uiteinde zijn voorzien van een kunststof vormstuk om de draagplank glijdend in groeven in de zijwanden te ondersteunen, welk vormstuk is voorzien van een kanaal dat enerzijds aan-30 sluit op het kanaal in de draagplank en anderzijds op een in de groef in de zijwand aanwezige corresponderende toe- of afvoeropening voor de lucht.
4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat ter plaatse van de ondersteuningen van de draagplanken is voorzien in een of meer flexibele 35 afdichtingen tussen draagplank en zijwand. \ 5· Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de 3 draagplanken zijn voorzien van uithollingen voor het positioneren van de I 8302305 * * 1 . - 7 - , ;»».»· • ί<; kazen, welke uithollingen van perforaties zijn voorzien. U 1
6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de uithollingen zijn gevormd als enigzins doorgedrukte gaaslichamen.
7. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de uit- of _____ 5 instroomopeningen in twee opeenvolgende kanalen tegenover elkaar zijn - — gelegen. t -. ·;, S. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de in- of uitstroomopeningen in twee opeenvolgende kanalen tegenover elkaar, maar verspringend zijn aangebracht.
9. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de in- of uitstroom openingen zijn gelegen ter hoogte van de middens van de uithollingen.
10. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de instroomopeningen in de onderwand van het afvoerkanaal zijn gelegen. 0 * t ‘•I \ 8302305 i
NL8302305A 1983-06-29 1983-06-29 Inrichting voor het beluchten van kazen. NL8302305A (nl)

Priority Applications (5)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8302305A NL8302305A (nl) 1983-06-29 1983-06-29 Inrichting voor het beluchten van kazen.
US06/624,208 US4566377A (en) 1983-06-29 1984-06-25 Apparatus for storing and ventilating cheeses
GB08416169A GB2142216B (en) 1983-06-29 1984-06-25 Apparatus for storing and ventilating cheeses
DK314584A DK314584A (da) 1983-06-29 1984-06-27 Apparat til lagring og ventilering af oste
DE3423785A DE3423785C2 (de) 1983-06-29 1984-06-28 Vorrichtung zur Lagerung und Belüftung von Käse

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8302305 1983-06-29
NL8302305A NL8302305A (nl) 1983-06-29 1983-06-29 Inrichting voor het beluchten van kazen.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8302305A true NL8302305A (nl) 1985-01-16

Family

ID=19842087

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8302305A NL8302305A (nl) 1983-06-29 1983-06-29 Inrichting voor het beluchten van kazen.

Country Status (5)

Country Link
US (1) US4566377A (nl)
DE (1) DE3423785C2 (nl)
DK (1) DK314584A (nl)
GB (1) GB2142216B (nl)
NL (1) NL8302305A (nl)

Families Citing this family (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4824685A (en) * 1987-08-17 1989-04-25 Del Monte Fresh Fruit Company Method and apparatus for controlling the ripening of fresh produce
NL8900957A (nl) * 1989-04-17 1990-11-16 Dooitze De Jong Holding B V Inrichting voor het dragen van een bederfelijk voedingsmiddel, in het bijzonder een kaas.
ES2067075T3 (es) * 1991-03-30 1995-03-16 Nestle Sa Bandeja reversible apilable para la fabricacion de quesos.
US5195426A (en) * 1991-12-31 1993-03-23 Darlington Dairy Supply Co., Inc. Cheese brining system with collapsible racks
US5373780A (en) * 1992-05-22 1994-12-20 Cool Care Consulting, Inc. Apparatus for controlling the ripening of fresh produce
US5778557A (en) * 1992-09-23 1998-07-14 Food Plant Engineering, Inc. Temperature and atmosphere control system for stored products
US5566608A (en) * 1994-10-21 1996-10-22 Cool Care Consulting, Inc. Vertical flow ripening room
US5789007A (en) * 1996-04-24 1998-08-04 Cool Care, Ltd. Method and apparatus for controlled ripening of fresh produce
US7364048B2 (en) * 2003-07-01 2008-04-29 Dart Industries Inc. Cheese server
US20060254434A1 (en) * 2005-05-10 2006-11-16 Dade Service Corporation System and method for storing food products under controlled atmospheric conditions
US20080277304A1 (en) * 2007-05-07 2008-11-13 Bending Brook Llc Container for storing cheese and other temperature sensitive food and items in wine refrigeration units, wine storage rooms and wine cellars
ITRE20130031A1 (it) * 2013-04-30 2014-10-31 Moris Giglioli Metodo di immagazzinamento e stagionatura di forme di formaggio

Family Cites Families (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1393950A (en) * 1920-11-22 1921-10-18 Henry Blanke Cheese-holder
CH121794A (de) * 1926-08-21 1927-10-01 Escher Wyss Maschf Ag Ventilationseinrichtung für Käselager mit mehreren Kammern.
FR1246258A (fr) * 1959-10-05 1960-11-18 Installation pour l'entreposage et la manutention de produits tels que des fromages de hollande
US4108056A (en) * 1974-05-03 1978-08-22 Tech. Ontwikkelingsbureau Van Elten B.V. Apparatus for storing cheese loaves and for periodically turning them upside down
NL179442C (nl) * 1974-05-03 1986-09-16 Elten Holding B V Opslaginrichting voor kazen.
US4015519A (en) * 1974-05-03 1977-04-05 Technisch Ontwikkelingsbureau Van Elten B.V. Apparatus for storing cheese loaves and for periodically turning them upside down
DE7701171U1 (de) * 1977-01-17 1977-10-13 Technisch Ontwikkelingsbureau Van Elten B.V., Voorthuizen (Niederlande) Käselagerungsstellage
NL182691C (nl) * 1979-04-12 1988-05-02 Holland Melkunie Inrichting voor het beluchten van kaas.
US4249482A (en) * 1979-07-17 1981-02-10 Harr James R Air conditioned laboratory rack for animal cages
NL178934C (nl) * 1980-03-24 1986-06-16 Ver Gebruikers Stoomketels Luchtverdelingssysteem voor een kaaspakhuis.

Also Published As

Publication number Publication date
DK314584D0 (da) 1984-06-27
GB8416169D0 (en) 1984-08-01
GB2142216A (en) 1985-01-16
DK314584A (da) 1984-12-30
DE3423785A1 (de) 1985-02-28
US4566377A (en) 1986-01-28
DE3423785C2 (de) 1986-11-13
GB2142216B (en) 1986-11-12

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8302305A (nl) Inrichting voor het beluchten van kazen.
US8794187B2 (en) Trailer for transporting living fowl
US5144781A (en) Double floor for removing air from rooms
EP0854338B1 (de) Trockner für band- oder plattenförmiges Gut
US6581302B1 (en) Dryer for goods in strip or panel form
EP0047043A2 (en) Ventilation system for an animal house
JP5075827B2 (ja) コンディショニングされた空気流により、細長い食品を処理するための装置
NL9201778A (nl) Werkwijze en inrichting voor het rijpen van fruit.
FI89980B (fi) Anordning foer att paoverka en materialbana med luft eller ett annat stroemmande medium
US5601013A (en) Arrangement for generating steam in ovens
DK150346B (da) Silo for styrtgods med pneumatisk bundudtaemning og et i afstand deroverbeliggende luftbortstraemningsomraade
USRE33358E (en) Drying bin floor
DE2351406C3 (de) Ausblase- und Absaugvorrichtung für Materialbahntrockner
DE604269C (de) Verfahren und Vorrichtung zum Trocknen von Geweben
NL1008398C2 (nl) Inlaatlucht-inrichting.
NL8101307A (nl) Opslag en narijpruimte voor vlees- en worstwaren.
NL8402180A (nl) Werkwijze en inrichting voor het beluchten van kaas.
US4905631A (en) Moisture separator reheater with inlet diffuser for steam distribution
US20240240862A1 (en) Mixed Flow Grain Dryer Including Conveyor
US278701A (en) Fruit-drier
US597543A (en) Lumber-drier
US908831A (en) Grain-treating apparatus.
JP2779004B2 (ja) 食品冷却装置
DE29612499U1 (de) Vorrichtung zum Behandeln von Käse
SE512659C2 (sv) Sätt att tömma lagringsutrymme för bulkgods, t ex spannmål och tömningstransportör därtill

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed