NL8300543A - Elektromagnetische afbuigeenheid. - Google Patents

Elektromagnetische afbuigeenheid. Download PDF

Info

Publication number
NL8300543A
NL8300543A NL8300543A NL8300543A NL8300543A NL 8300543 A NL8300543 A NL 8300543A NL 8300543 A NL8300543 A NL 8300543A NL 8300543 A NL8300543 A NL 8300543A NL 8300543 A NL8300543 A NL 8300543A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
deflection
coil
layer
unit according
deflection coil
Prior art date
Application number
NL8300543A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Philips Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Philips Nv filed Critical Philips Nv
Priority to NL8300543A priority Critical patent/NL8300543A/nl
Priority to US06/575,956 priority patent/US4494097A/en
Priority to DE3403536A priority patent/DE3403536C2/de
Priority to ES529630A priority patent/ES8501166A1/es
Priority to PT78091A priority patent/PT78091B/pt
Priority to IT19572/84A priority patent/IT1178459B/it
Priority to FR8402062A priority patent/FR2541040B1/fr
Priority to GB08403546A priority patent/GB2135114B/en
Priority to KR1019840000633A priority patent/KR910001188B1/ko
Priority to JP59024523A priority patent/JPS59157937A/ja
Publication of NL8300543A publication Critical patent/NL8300543A/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01JELECTRIC DISCHARGE TUBES OR DISCHARGE LAMPS
    • H01J29/00Details of cathode-ray tubes or of electron-beam tubes of the types covered by group H01J31/00
    • H01J29/46Arrangements of electrodes and associated parts for generating or controlling the ray or beam, e.g. electron-optical arrangement
    • H01J29/70Arrangements for deflecting ray or beam
    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01JELECTRIC DISCHARGE TUBES OR DISCHARGE LAMPS
    • H01J29/00Details of cathode-ray tubes or of electron-beam tubes of the types covered by group H01J31/00
    • H01J29/46Arrangements of electrodes and associated parts for generating or controlling the ray or beam, e.g. electron-optical arrangement
    • H01J29/70Arrangements for deflecting ray or beam
    • H01J29/72Arrangements for deflecting ray or beam along one straight line or along two perpendicular straight lines
    • H01J29/76Deflecting by magnetic fields only
    • H01J29/762Deflecting by magnetic fields only using saddle coils or printed windings

Landscapes

  • Formation Of Various Coating Films On Cathode Ray Tubes And Lamps (AREA)
  • Coils Or Transformers For Communication (AREA)

Description

• ‘ ‘v- *
Effli 10.588 1 N.V. Philips* Gloeilampenfabrieken te Eindhoven "Elektromagnetische afbuigeenheid"
De uitvinding heeft betrekking op een elektromagnetische af-buigeenheid en meer in het bijzonder op een elektromagnetische afbuigeenheid voor het af buigen van de elektronenbundel of -bundels van beeldbuizen welke worden gebruikt voor het weergeven van beelden in televisie-5 ontvangers.
Bij de opkomst van beeldbuizen met grote maximale afbuighoek op het gebied van de televisie - ontvangst is het steeds lastiger geworden elektromagnetische afbuigeenheden te ontwerpen, en te vervaardigen, die de elektronenbundel of -bundels van deze buizen op de juiste wijze af-W buigen teneinde op het bijbehorende scherm een commercieel acceptabel televisieraster te verschaffen. Een elektromagnetische afbuigeenheid omvat normaliter twee paren afbuigspoeleenheden. Eén paar van de spoel-eeriheden wordt gebruikt voor het verschaffen van de verticale afbuiging van de eléktronenbundel (s), terwijl het andere paar wordt gebruikt voor 15 het verschaffen van de horizontale afbuiging van de bundel (s). Beeldbuizen die een hundelafbuiging over een grote hoek vereisen, meer in het bijzonder kleurentelevisiebuizen waarin drie elektronenbundels worden gebruikt, vereisen de opwekking van magneetvelden met een nauwkeurig bepaalde configuratie, of veld-verdeling, zowel door de horizontale 20 als verticale afbuigspoeleenheden, teneinde de elektronenbundel of -bundels in de buis op de juiste wijze af te buigen.
De spoeleenheden voor de horizontale, of lijnafbüiging worden in het algemeen zodanig uitgevoerd, dat zij cm het hals- en trechter-gedeelte van de kathodestraalbuis passen en de vorm hebben van zogenaamde 25 zadelwikkelingen. De afzonderlijke wikkelingen worden qp een wikkelmachine automatisch in de benaderde vorm gewikkeld. De afbuigeenheden voor de verticale afbuiging kunnen eveneens van het zadel type zijn, óf ze kunnen van het zogenaamde toroxdale type zijn. In het laatste geval zijn ze toroxdaal in de axiale richting cm de zacht-magnetische yoke-ring van de 30 afbuigeenheid gewikkeld.
De gebruikelijke manier van wikkelen van spoeleenheden van het zadeltype geschiedt in een mal die uit twee delen bestaat (zie ameEikaans octrooischrift 3.086.562). De buitenomtrek van de opening waarin de draad 8300543 ♦ » EHN 10.588 2 moet worden geleid ligt niet in één vlak, maar vormt een grillige baan.
Qm de draad in de opening te laten glijden zijn vleugelvormige delen aan de béide malhelften bevestigd. De wikkeldraad is voorzien van een thermoplastische laag hechtmateriaal, om na het wikkelen, door 5 middel van verwarmen en aandrukken, een zelfdragende spoel te verkrijgen.
Cm een redelijke reproduceerbaarheid van de zadelspoelen te bereiken dient de grootste zorg besteed te worden aan o.a. de vorm van de mallen, de konstantheid van de uitwendige draaddiameter, de dikte van de laag thermoplastisch hechtmateriaal, de gladheid van de draad, de ver-10 wekingstemperatuur van de hechtlaag, de draadspanning tijdens het wikkelen, de temperatuur van de mal tijdens het wikkelen, en de wikkelsnelheid.
Tolerantie's in bovengenoemde parameters, maar ook het proces van wild wikkelen en het ongekontroleerd afglijden van de draad van de vleugels van de mal tijdens het wikkelen hebben tot nu toe een goede 15 reproduceerbaarheid in de weg gestaan. Dit geldt in het bijzonder als het om spoelen gaat die relatief kort zijn ten opzichte van hun wikkelhoogte en waarvan de aktieve gedeelten (de flanken) gekromd zijn. Een goede reproduceerbaarheid wordt bereikt indien bij alle spoelen van een serie afbuigeenheden elke winding met hetzelfde volgordegetal op precies de-20 zelfde plaats ligt.
De uitvinding beoogt een afbuigeenheid te verschaffen, waarbij tolerantie's in één of meer van de genoemde parameters geen rol neer spelen bij de te bereiken reproduceerbaarheid. De afbuigeenheid volgens de uitvinding heeft daartoe als kenmerk, dat de eerste afbuigspoel is 25 gewikkeld tegen een vlak van een eerste holle vorm die in een eerste richting concaaf is en in de richting daar dwars op convex, welk vlak voorzien is van een laag kontaktlijm, waarbij elke spoeleenheid van de eerste afbuigspoel wordt gevormd door tenminste één draad die een aantal windingen vormt die in een aantal lagen zijn neergelegd, waarbij de draad 30 van een mantel van kontaktlijm is voorzien en de windingen over hun hele lengte vastgehecht zijn aan de laag kontaktlijm en de windingen van elke eventuele verdere laag zijn vastgehecht aan de windingen van de voorgaande laag.
Het neerleggen van elke winding op zijn vereiste plaats kan 35 bereikt worden doordat de vorm is uitgevoerd als één helft van de bij het conventionele wikkelproces gebruikelijke mal, waardoor het mogelijk is cm de draad parallel met de wikkelas toe te voeren en met een draadgeleider op de juiste plaats aan te drukken. Dit laatste kan worden gerealiseerd 8300543 * · PHN 10.588 3 door de draadgeleider volgens een voor elke winding afzonderlijk bepaald progranma ten opzichte van de spoeldrager te laten bewegen. Hierbij is het van belang dat het fixeren van de draad op de plaats waar deze is neergelegd door middel van de kontaktlijm momentaan of nagenoeg momentaan 5 gebeurt cm een redelijke wikkelsnelheid te kunnen bereiken.
De omhulling van de beeldbuis zelf kan als vorm dienen, óf er kan een aparte vorm, van bijvoorbeeld een kunststof materiaal,worden gebruikt die (met eventuele referentiegaten of nokken) tezamen met de erop gewikkelde spoeleenheden als één geheel qp de juiste plaats op de 10 beeldbuis wordt gemonteerd.
De spoeleenheden zijn dus volgens de uitvinding gewikkeld tegen een in één richting concave en in de richting dwars daarop convexe vorm die hetzij een kunststof vorm is die nauwkeurig cm de beeldbuis past, hetzij de omhulling van de beeldbuis zelf is,waarbij elke winding volgens 15 een carputerprogranma is vastgelegd. Dit geeft de volgende voordelen: 1. Een grote reproduceerbaarheid is gewaarborgd.
2. In het geval dat een aparte kunststof vorm wordt gebruikt vormen de spoel en de vorm één geheel en zijn als zodanig gemakkelijk en nauwkeurig te monteren.
20 3. Door de universele sturing kunnen de draden op afhechtpennen aan de vorm zelf aangehecht zijn.
4. De noodzaak van het verwarmen op de mal vervalt en daarmse de huidige moeilijke warmtéhuishouding in de wikkelmal.
5. Veranderingen aan de spoel door een ontwerpafdeling kunnen snel worden 25 uitgeprobeerd 2onder dat het nodig is daarvoor mallen te laten maken of te laten wijzigen, maar slechts door het ccnputerprograitma te wijzigen.
6. De konsékwentie van spoelveranderingen is voor de fahrikage-afdeling niet meer nieuwe mallen maken en trimmen, maar simpelweg de al door de 30 ontwerpafdeling gemaakte ponsband van de nieuwe spoel aan de produktie-afdeling geven, die dan vrijwel zonder oponthoud verder kan gaan met de produktie van de nieuwe spoel.
De afbuigspoel die in eerste instantie in aanmerking kont om 35 draadwinding voor draadwinding hechtend op een vorm te worden aangebracht is de spoel voor afbuiging van de elektronenbundel(s) in horizontale richting, of lijnspoel. De afbuigspoel voor afbuiging van de elektronenbundel (s) in een verticale richting, of beeldspoel, kan op een aantal 8300543 EHN 10.588 4 ♦ ' * verschillende manieren zijn uitgevoerd.
Deze beeldspoel kan toroïdaal op een ringvormige kern van zacht magnetisch materiaal, die coaxiaal cm de vorm met de lijnspoel is geplaatst, gewikkeld zijn.
5 Deze beeldspoel kan op een alternatieve wijze evenals de lijn spoel van het zadeltype zijn en tegen het vlak van een holle vorm zijn gewikkeld. Deze vorm kan, in het bijzonder in het geval dat de lijnspoel is opgebouwi uit een gering aantal lagen windingen, dezelfde vorm zijn als de vorm van de lijnspoel, waarbij de spoeleenheden van de beeldspoel 10 90° verschoven ten opzichte van de spoeleenheden van de lijnspoel, over de lijnspoel zijn gewikkeld. Dezè vorm kan op een alternatieve wijze een tweede vorm zijn die coaxiaal cm de eerste vorm is geplaatst.
Een praktische uitvoeringsvorm van de afbuigeenheid volgens de uitvinding wordt gekenmerkt, doordat over de eerste afbuigspoel en het 15 niet door de eerste afbuigspoel ingenomen oppervlak van dat vlak van de eerste vorm waartegen de eerste afbuigspoel is gewikkeld een laag kunsthars met een glad oppervlak is aangebracht, dat op de laag kunsthars een laag kontaktlijm is aangebracht, dat de tweede afbuigspoel eveneens van het zadeltype is en elke spoeleenheid van de tweede afbuigspoel wordt 20 gevormd door tenminste één draad die een aantal windingen vormt die in een aantal lagen zijn neergelegd, waarbij de draad van een mantel van kontaktlijm is voorzien en de windingen van de eerste laag over hun hele lengte vastgehecht zijn aan de laag kontaktlijm op het kunsthars oppervlak en de windingen van elke verdere laag zijn vastgehecht aan 25 de windingen van de voorgaande laag.
Een verder voordeel wordt verkregen als de kunsthars een zodanig vulmiddel bevat dat de warmtegeleidingscoëfficient van de kunsthars is aangepast aan die van het koper van de draden van de spoeleenheden. De in de spoelen bij bekrachtiging geproduceerde warmte kan in dat 30 geval goed afgevoerd worden naar de omgeving. De kunsthars kan zich hetzij bevinden tussen de eerste en tweede spoel, als deze op dezelfde vorm zijn aangebracht, hetzij de ruimte opvullen tussen de eerste en tweede vorm indien de eerste en tweede spoel elk op een eigen vorm zijn aangebracht.
35 Een verdere uitvoeringsvorm van de afbuigeenheid volgens de uitvinding wordt gekenmerkt, doordat elke winding van een volgende laag geplaatst is boven en steunt op een paar aangrenzende windingen van de eerste laag.
8300543 * * Λ ΡΗΝ 10.588 5
Qndat de draden van de spoelen spanningsloos en op de gewenste plaats kunnen worden neergelegd, kan de dikte van de wand van de kunststof vormen zeer gering zijn, bijvoorbeeld 1 irm. Dit in tegenstelling tot de konventionele afbuigeenheden die spoelendragers met relatief dikke 5 wanden vereisen om de krachten te kunnen weerstaan die bij het monteren van de van te voren gewikkelde en in hun vorm geperste, weerbarstige, spoelen optreden.
Het inventieve concept van spoelen met geleid neergelegde en ter plaatse gefixeerde draden maakt het bovendien mogelijk om spoelen 10 te realiseren met spoeleenheden van het zadel type waarvan de windingen een venster definiëren met twee voornamelijk axiaal verlopende zijden die aan hun uiteinden verbonden zijn door over het oppervlak van de vorm overstekende zijden (cross-over sides), waarbij de voornamelijk axiaal verlopende zijden een naar elkaar toe gerichte knik vertonen. Spoelen 15 met axiale zijden met een naar elkaar toe gerichte knik, waarvan het belang in het volgende nog nader zal worden toegelicht, waren tot nu toe met de konventionele wikkel technieken niet te realiseren.
Bovengenoemd inventief concept maakt de realisatie van nog andere tot nu toe niet realiseerbare spoelen voor afbuigeenheden moge-20 lijk, zoals bijvoorbeeld die welke gekenmerkt worden, doordat de windingen van elk van de spoeleenheden van de eerste afbuigspoel een eerste en een tweede wikkeling vormen met dezelfde wikkelzin die tussen zich in een gebied vrij laten dat begrensd wordt door tegenover elkaar liggende wikkelingssegmenten met onderling tegengestelde wikkelzin. Het 25 belang hiervan zal eveneens in het volgende nog nader worden toegelicht.
Een uitvoeringsvorm van de uitvinding zal bij wijze van voorbeeld nader worden toegelicht aan de hand van de tekening.
Fig. 1 toont schematisch een dwarsdoorsnede door een op een kathodestraalbuis geplaatste elektromagnetische afbuigeenheid.
30 Fig. 2a toont een perspectivisch aanzicht van een holle vorm met twee direct tegen het buitenoppervlak gewikkelde spoeleenheden.
Fig. 2b toont schematisch een wikkelpatroon van een spoeleen-heid voor een afbuigeenheid volgens de uitvinding.
Fig. 3 toont een inrichting waarmee een draad van een spoeleen-35 heid van een lijnmantel voorzien kan worden.
Fig. 4 toont een zijaanzicht van een geleide inrichting waarmae een draad gestuurd op een oppervlak kan worden neergelegd.
Fig. 5 toont een detail van de inrichting van fig. 4.
8300543 * . * PHN 10.588 6
Fig. 6 toont in perspectief twee holle vormen met tegen hun binnenoppervlakken gewikkelde spoeleenheden.
Figuur 1 toont in dwarsdoorsnede langs het y-z vlak een beeldbuis 1 met een van een smal halsgedeelte 2 waarin een kanonsysteem 3 5 is gemonteerd, naar een wijd kelkvormig gedeelte 4, dat van een beeldscherm 5 is voorzien, verlopende amhulling 6. Op de overgang van smal naar wijd is een afbuigeenheid 7 gemonteerd. Deze afbuigeenheid 7 bevat een holle vorm 8 van een kunststof materiaal. Op de buitenzijde van de vorm 8 bevindt zich een spoeleenhedenstel 11, 11' voor opwekking van een 10 (lijn) afbuigveld voor afbuiging van een door het kanonsysteem 3 geproduceerde eléktronenbundel of -bundels in horizontale richting. Daaromheen ligt een door een kunststof vorm 12 gedragen spoeleenhedenstel 13, 13' voor opwekking van een (beeld) afbuigveld voor afbuiging van een door het kanonsysteem 3 geproduceerde eléktronenbundel of -bundels in verticale 15 richting. De spoeleenhedenstelsels 11, 11' en 13, 13' zijn omgeven door een ringkem 14 van zacht-magnetisch materiaal. De afzonderlijke spoeleenheden van de spoeleenhedenstelsels 11, 11' en 13, 13' zijn van het zogenaamde zadel type. Ze zijn zodanig direct op hun respectieve vormen gewikkeld en gefixeerd dat ze afbuigvelden opwekken die aan de gestelde 20 voorwaarden voldoen. In een bepaald geval zouden de spoeleenheden 11, 11* van het spoeleenhedenstelsel voor de lijnafbuiging uit een klein aantal (bijvoorbeeld vijf) naast elkaar gelegen windingen in één laag kunnen bestaan. Een dergelijk klein aantal windingen zou in plaats van op de vorm 8, ook op de binnenzijde van de vorm 12, en zelfs direct op de 25 buisanhulling 6 kunnen worden aangebracht. Over zo'n klein aantal windingen hoeft men maar een dun laagje kunststof aan te brengen om een ondergrond te vormen voor het aanbrengen van de spoeleenheden 13, 13'.
De vorm 12 kan in dat geval weggelaten worden.
Fig. 2a toont in perspectief de holle (kunststof) vorm 12 van de 30 afbuigeenheid 7 van figuur 1. De draadwindingen van de spoeleenheden 13, 13' zijn direct tegen het buitenoppervlak van deze vorm 12 gewikkeld en gefixeerd. Hiertoe is het buitenoppervlak van de vorm 12 van een kontakt-lijm voorzien en zijn de draden zelf ook door een laagje kontaktlijm cmgeven. De vorm 12 heeft een cilindrisch achterste uiteinde 9 en een zich 35 geleidelijk verwijderd voorste uiteinde 10.
Fig. 3 toont een inrichting waarmee een draad 15 door een laag kontaktlijm kan worden omgeven. De draad 15 wordt toegevoerd vanaf een klos 16. Cm verontreinigingen zoals paraffine te verwijderen wordt de 8300543 ' ♦ « EHN 10.588 7 draad 15 tussen twee viltjes 17 die doordrenkt zijn met wasbenzine doorgetrokken. De (schone) draad 15 gaat vervolgens door een draadkrachtgever 18 en daarna door een lijnpot 19 waar met behulp van een doseeropening 20 een concentrische laag cm de draad 15 aangebracht wordt. Tenslotte pas-5 seert de draad 15 een droogstation 21, bijvoorbeeld een pijp waardoorheen warme lucht geblazen wordt.
Qn de draad 15 cm een oppervlak aan te brengen dat in één richting concaaf en in de richting daarop convex is, zoals het buitenoppervlak van de vorm 12, kan een geleide-inrichting 22 (Fig. 4) of wikkelvin-10 ger gebruikt worden. Een belangrijk onderdeel van de inrichting 22 is een zwenkwiel 23 waar de draad 15 omheen geslagen wordt. Een veer 24 zorgt ervoor dat de draad 15 met een konstante kracht (van bijvoorbeeld 500 grf) tegen de ondergrond 25 wordt gedrukt. De inrichting 22 is zodanig bestuurbaar dat bij het neerleggen van de draad 15 (wat met een lage span-15 ning kan plaatsvinden) de zwenkas van het zwenkwiel 23 steeds loodrecht staat op de ondergrond 25. Op ondergrond 25 is een laag kontaktlijm 26 net een dikte van bijvoorbeeld 0,015 irm aangebracht die vóór het neerleggen van de draad 15, die zelf door een mantel van kontaktlijm met een dikte van bijvoorbeeld 0,01 mm cmgeven is, gedroogd is.
20 Fig. 5 laat zien dat met behulp van het zwenkwiel 23 een aantal windingen van de draad 15 naast elkaar en boven elkaar is neergelegd.
Teruggaande naar Fig. 2a kan nog worden opgemerkt dat het wikkelpatroon van de draad waaruit de spoeleenheid 13' is gevormd evenals van de draad waaruit de spoeleenheid 13 is gevormd, zodanig is, dat een 25 venster 27 wordt ingesloten door twee axiaal verlopende gedeelten 28, 29 die aan hun uiteinden verbonden zijn door over het oppervlak van de vorm 12 overstekende sluitgedeelten 30, 31 waarbij de axiaal verlopende gedeelten 28, 29 een naar elkaar toe gerichte knik vertonen. Het gevolg van deze vormgeving is dat het (beeldafbuig)spoeleenhedenstelsel 13, 13' 3Q bij bekrachtiging een afbuigveld opwekt dat in het gebied van de naar elkaar toe gerichte knikken van de spoeleenheden 13, 13* een versterkte tonvormige verdeling heeft. De nominale waarde van het voor de tonvormige verdeling verantwoordelijke zespoolveld kan bij afbuigspcelen volgens de uitvinding zodanig ingesteld worden dat een grotere spreiding toelaat-35 baar is dan bij conventionele afbuigspoelen. De fabricage van afbuig-eenheden volgens de uitvinding kan dus met minder uitval gepaard gaan.
Fig. 2b laat een wikkelpatroon van een draad 32 zien dat een alternatief biedt voor het wikkelpatroon van de draad in fig. 2a.
8300543 • , t PHN 10.588 8
Ook hier wordt een tonvormige verdeling van het (beeld) afbuig-veld in het middengebied nagestreefd. Dit doel wordt bereikt door de draad 32 zodanig neer te leggen dat in het middengebied windingen 33 en 34 met tegengestelde wikkelzin naar elkaar toegekeerd zijn.
5 In het kader van de uitvinding kunnen de windingen van de spoel- eenheden ook tegen het binnenoppervlak van een holle vorm gewikkeld zijn. In dat geval worden bij voorkeur twee halve holle vormen 36 en 37 (Fig. 6) gebruikt met binnencppervlakken 38 respectievelijk 39 tegen elk waarvan een spoeleenheid 40 respectievelijk 41 direct gewikkeld en door middel 10 van kontaktlijm gefixeerd is.
15 20 25 30 35 8300543

Claims (15)

1. Elektromagnetische afbuigeenheid voor een televisiebeeldbuis, met een eerste afbuigspoel van het zadel type en met een tweede, coaxiaal ten opzichte van de eerste gelegen afbuigspoel, elk met twee diametraal tegenover elkaar gelegen spoeleenheden, met het kenmerk, dat de eerste 5 afbuigspoel is gewikkeld tegen een vlak van een eerste holle vorm die in een eerste richting concaaf is en in de richting daar dwars op convex, welk vlak voorzien is van een laag kontaktlijm, waarbij elke spoeleenheid van de eerste afbuigspoel wordt gevormd door tenminste één draad die een aantal windingen vormt die In een aantal lagen zijn neergelegd, waarbij 10 de draad van een mantel van kontaktlijm is voorzien en de windingen over hun hele lengte vastgehecht zijn aan de laag kontaktlijm en de windingen van elke eventuele verdere laag zijn vastgehecht aan de windingen van de voorgaande laag.
2. Afbuigeenheid volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de 15 eerste afbuigspoel is gewikkeld tegen het buitenoppervlak van de eerste vorm.
3. Afbuigeenheid volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de eerste vorm uit twee helften bestaat en dat de twee spoeleenheden van de eerste afbuigspoel elk tegen het binnenoppervlak van één van de 20 helften van de eerste vorm zijn gewikkeld.
4. Afbuigeenheid volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat over de eerste afbuigspoel en het niet door de eerste afbuigspoel ingenomen oppervlak van dat vlak van de eerste vorm waartegen de eerste afbuigspoel is gewikkeld een laag kunsthars met een glad oppervlak is 25 aangebracht, dat op de laag kunsthars een laag kontaktlijm is aangebracht, dat de tweede afbuigspoel eveneens van het zadeltype is en elke spoeleenheid van de tweede afbuigspoel wordt gevormd door tenminste één draad die een aantal windingen vormt die in een aantal lagen zijn neergelegd, waarbij de draad van een mantel van kontaktlijm is voorzien en de windingen 30 van de eerste laag over hun hele lengte vastgehecht zijn aan de laag kontaktlijm op het kunsthars oppervlak en de windingen van elke verdere laag zijn vastgehecht aan de windingen van de voorgaande laag.
5. Afbuigeenheid volgens conclusie 1 of 2 met het kenmerk, dat de tweede afbuigspoel eveneens van het zadeltype is en over de eerste 35 afbuigspoel heen op de eerste vorm is gewikkeld, waarbij de spoeleneen-heden van de tweede afbuigspoel 90° zijn verschoven ten opzichte van de spoeleenheden van de eerste afbuigspoel.
6. Afbuigeenheid volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de tweede 8300543 PHN 10.588 10 * r ν afbuigspoel eveneens van het zadeltype is en is gewikkeld tegen een vlak van een tweede holle vorm die in een eerste richting concaaf is en in de richting dwars daarop convex, welk vlak voorzien is van een laag kontakt-lijm, waarbij elke spoeleenheid van de tweede afbuigspoel wordt gevormd 5 door tenminste één draad die een aantal windingen vormt die in een aantal lagen zijn neergelegd, waarbij de draad van een mantel van kontaktlijm is voorzien en de windingen van de eerste laag over hun hele lengte vastgehecht zijn aan de laag kontaktlijm en de windingen van elke eventuele volgende laag zijn vastgehecht aan de windingen van de eerste laag, 10 waarbij de tweede vorm coaxiaal om de eerste vorm is geplaatst.
7. Afbuigeenheid volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de ruimte tussen de eerste en tweede vorm door een laag kunsthars is opgevuld.
8. Afbuigeenheid volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat elke winding van een volgende laag geplaatst is boven en 15 steunt op een paar aangrenzende windingen van de eerste laag.
9. Afbuigeenheid volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de lengte van de eerste afbuigspoel relatief kort is ten opzichte van de wikkelhoogte.
10. Afbuigeenheid volgens één van de conclusies 4, 5, 6 of 7, net het 20 kenmerk, dat de lengte van de eerste afbuigspoel én de lengte van de tweede afbuigspoel relatief kort is ten opzichte van de wikkelhoogte.
11. Afbuigeenheid volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de eerste vorm de omhulling van een beeldbuis is.
12. Afbuigeenheid volgens één van de conclusies 1-10, met het kenmerk, 25 dat de eerste vorm uit een kunststof materiaal bestaat.
13. Afbuigeenheid volgens één van de conclusies 6 of 7, met het kenmerk, dat de tweede vorm uit een kunststof materiaal bestaat.
14. Afbuigeenheid volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de windingen van elk van de spoeleenheden van de eerste afbuigspoel een venster 30 insluiten met twee in hoofdzaak axiaal verlopende zijden die aan hun uiteinden verbonden zijn door over het oppervlak van de vorm overstekende zijden, waarbij de voornamelijk axiaal verlopende zijden een naar elkaar toe gerichte knik vertonen.
15. Afbuigeenheid volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de win-35 dingen van elk van de spoeleenheden van de eerste afbuigspoel een eerste en een tweede wikkeling vormen met dezelfde wikkelzin die tussen zich in een gebied vrij laten dat begrensd wordt door tegenover elkaar liggende wikkelingssegmenten met onderling tegengestelde wikkelzin> 8300543
NL8300543A 1983-02-14 1983-02-14 Elektromagnetische afbuigeenheid. NL8300543A (nl)

Priority Applications (10)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8300543A NL8300543A (nl) 1983-02-14 1983-02-14 Elektromagnetische afbuigeenheid.
US06/575,956 US4494097A (en) 1983-02-14 1984-02-01 Electromagnetic deflection unit
DE3403536A DE3403536C2 (de) 1983-02-14 1984-02-02 Elektromagnetische Ablenkeinheit
ES529630A ES8501166A1 (es) 1983-02-14 1984-02-10 Un dispositivo de desviacion electromagnetica para un tubo de presentacion visual de television
PT78091A PT78091B (fr) 1983-02-14 1984-02-10 Unite de deviation electromagnetique pour un tube image de television
IT19572/84A IT1178459B (it) 1983-02-14 1984-02-10 Unita' di deflessione elettromagentica
FR8402062A FR2541040B1 (fr) 1983-02-14 1984-02-10 Unite de deviation electromagnetique
GB08403546A GB2135114B (en) 1983-02-14 1984-02-10 Electromagnetic deflection unit
KR1019840000633A KR910001188B1 (ko) 1983-02-14 1984-02-10 전자기 편향장치
JP59024523A JPS59157937A (ja) 1983-02-14 1984-02-14 電磁偏向装置

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8300543A NL8300543A (nl) 1983-02-14 1983-02-14 Elektromagnetische afbuigeenheid.
NL8300543 1983-02-14

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8300543A true NL8300543A (nl) 1984-09-03

Family

ID=19841413

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8300543A NL8300543A (nl) 1983-02-14 1983-02-14 Elektromagnetische afbuigeenheid.

Country Status (10)

Country Link
US (1) US4494097A (nl)
JP (1) JPS59157937A (nl)
KR (1) KR910001188B1 (nl)
DE (1) DE3403536C2 (nl)
ES (1) ES8501166A1 (nl)
FR (1) FR2541040B1 (nl)
GB (1) GB2135114B (nl)
IT (1) IT1178459B (nl)
NL (1) NL8300543A (nl)
PT (1) PT78091B (nl)

Families Citing this family (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3767330D1 (de) * 1986-03-19 1991-02-21 Toshiba Kawasaki Kk Ablenkvorrichtung fuer eine kathodenstrahlroehre.
US4673906A (en) * 1986-06-03 1987-06-16 Zenith Electronics Corporation CRT deflection yoke with rigidifying means
JPH01243346A (ja) * 1988-01-11 1989-09-28 Hitachi Mizusawa Seisakusho:Kk 偏向ヨーク
JP2752156B2 (ja) * 1989-05-30 1998-05-18 株式会社東芝 Mri装置用コイル部品の製造方法
KR930000791B1 (ko) * 1989-11-09 1993-02-04 미쯔비시덴끼 가부시끼가이샤 편향 요크
US5204649A (en) * 1989-11-09 1993-04-20 Mitsubishi Denki Kabushiki Kaisha Deflection yoke
US5744904A (en) * 1996-09-16 1998-04-28 Acer Peripherals, Inc. Apparatus for reducing magnetic field radiated from deflection yoke

Family Cites Families (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB633625A (en) * 1946-06-22 1949-12-19 Eric William Bull Improvements in or relating to the manufacture of electrical coils
US3086562A (en) * 1958-11-10 1963-04-23 Zenith Radio Corp Coil winding machine
US3111609A (en) * 1959-03-16 1963-11-19 Gen Electric Deflection yoke and method of making
DE1144406B (de) * 1960-03-10 1963-02-28 Telefunken Patent Magnetische Ablenkanordnung fuer Kathodenstrahlroehren
US3412354A (en) * 1963-02-18 1968-11-19 Westinghouse Electric Corp Adhesive coated electrical conductors
GB1311482A (en) * 1969-06-20 1973-03-28 Emi Ltd Production of scanning coils
NL160970C (nl) * 1969-12-04 1979-12-17 Philips Nv Werkwijze voor het vervaardigen van een afbuigspoel.
US3875543A (en) * 1973-11-12 1975-04-01 Gen Instrument Corp Toroidal core-coil combination with in situ molded end rings
US3878490A (en) * 1974-09-03 1975-04-15 Gen Electric Direct-wound, precision deflection yoke with adhesive coated core
JPS594823B2 (ja) * 1976-06-01 1984-02-01 ソニー株式会社 偏向ヨ−ク
JPS5723451A (en) * 1980-07-17 1982-02-06 Toshiba Corp Saddle-shaped coil and saddle-shaped coil winding device

Also Published As

Publication number Publication date
FR2541040B1 (fr) 1988-02-19
GB2135114A (en) 1984-08-22
DE3403536C2 (de) 1996-04-11
FR2541040A1 (fr) 1984-08-17
JPS59157937A (ja) 1984-09-07
GB8403546D0 (en) 1984-03-14
IT8419572A0 (it) 1984-02-10
US4494097A (en) 1985-01-15
ES529630A0 (es) 1984-11-01
PT78091A (fr) 1984-03-01
KR840008077A (ko) 1984-12-12
KR910001188B1 (ko) 1991-02-25
ES8501166A1 (es) 1984-11-01
GB2135114B (en) 1986-09-03
IT1178459B (it) 1987-09-09
DE3403536A1 (de) 1984-08-16
PT78091B (fr) 1986-03-20

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8300543A (nl) Elektromagnetische afbuigeenheid.
NL8203133A (nl) Afbuigjuk.
KR910004739B1 (ko) 새들형 코일 제조방법
US5359150A (en) Wire ribbon
EP0567345B1 (en) Deflection coil and fabrication method thereof
BE1007859A3 (nl) Zadelvormige afbuigspoel, meerdraads gewikkeld, en wikkelmethode.
EP0572192B1 (en) Saddle type bobbin for deflection coil
JP2816458B2 (ja) 鞍型偏向コイル
JP2020107776A (ja) コイルおよびコイルの製造方法
EP0590547B1 (en) A frame body for use in winding a coil for deflection yoke
NL8602377A (nl) Werkwijze voor het vervaardigen van een afbuigeenheid voor een kathodestraalbuis.
JPH0136281Y2 (nl)
JP3410490B2 (ja) 偏向ヨーク用集合撚線及び偏向ヨーク
EP0581586A1 (en) Deflection yoke
JP3109241B2 (ja) 偏向コイルおよびその製造方法
JP2897544B2 (ja) 偏向ヨーク
JP2516109Y2 (ja) 偏向ヨーク用集合細線
JP3100557B2 (ja) 偏向ヨークの製造方法
EP0346723A1 (en) Method and apparatus for manufacturing coated optical fiber having shaped cross-section
JP3117741B2 (ja) 偏向ヨークコイルの製造方法
KR100227703B1 (ko) 음극선관의 분리권선 편향코일 및 그 권선방법과 장치
JP2522923Y2 (ja) 偏向ヨーク用集合細線
JPS60150014A (ja) 光フアイバケ−ブルの製造方法
JPH07335143A (ja) コイルボビン
JPH0227775B2 (ja) Toroidarugatahenkoyooku

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
A85 Still pending on 85-01-01
BI The patent application has been withdrawn