NL8300135A - Kroonrem vastgemaakt aan een wiel. - Google Patents

Description

·’ i .

♦ MICHELIN & CIE (Compagnie Generale des Etablissements MICHELIN) te Clermont-Ferrand/Frankrijk

<*r I

Kroonrem vastgemaakt aan een wiel 5 De uitvinding beoogt het verder perfectioneren van wielen omvattende een velg voorzien van een luchtband en schijf, die de velg verbindt met de naaf van een voertuigas, alsmede het perfectioneren van remsystemen, die met die wielen samenwerken.

Onder de bekende remsystemen omvat de schijfrem tenminste één schijf 10 loodrecht op de as van het wiel en ermee roterend en tenminste één stel blokken die vaststaan ten opzichte van de schijf en zich vastklemmen op de schijf tijdens elke remprocedure. Daarentegen bevat de kroonrem in hoofdzaak een kroon, die in stilstand coaxiaal is met het wiel en de naaf van het voertuig en één geheel ermee vormt bij de rotatie ervan en 15 tenminste één stel blokken, die zich bij het remmen vastklemmen op de kroon.

Eén van de algemeen bekende voordelen van de kroonrem is, dat deze minder of ten hoogste evenveel ruimte inneemt als de schijfrem. Hij maakt een effectieve vermindering van de inwendige diameter van de wielen mogelijk 20 bij een diameter van het remvlak, die belangrijk groter is dan van een schijfrem. Dat voordeel wordt nog groter bij gebruik van remblokken, die geactiveerd worden door een remtang in plaats van een mechanisme, dat direkt op de remvoeringen van de rem werkt en daardoor meer ruimte in radiale zin vergt. Daarentegen, is de kroonrem wanneer deze met het wiel 25 verbonden is, gevoelig voor elastische vervormingen van het wiel als gevolg van de beweging van het voertuig.

Bij de bekende kroonremmen, is de kroonrem vastgemaakt aan de naaf.

Daarentegen, is het eenvoudiger en daardoor economischer de kroonrem aan de wielschijf te bevestigen. Evenwel, onderwerpt een dergelijke con-30 structie de schijfrem aan de invloeden van deformatie van de wielschijf en creëert een ongunstige warmtewisseling met het eventueel van een ___ 8300135 -2-

« \ V

\ luchtband voorziene wiel, tussen de kroonrem en het wiel.

He£*.is aanvaardbaar dat de rotatieas van de kroon niet meer samenvalt

V

met die van de naaf. Daarentegen, is het nadelig voor het functioneren van de kroonrem als deze gedeformeerd is, in het bijzonder in ovale vorm 5 gebracht, verbogen of afwijkt van de cilindervorm. De remmanoeuvres, uitgevoerd tijdens de deformaties van de kroon, veroorzaken een lokaal slijten van de kroon. Die lokale slijtages zijn zelf oorzaak van parasitaire trillingen en een niet naar tevredenheid functioneren van de rem.

10 i '

Het doel van de uitvinding is, het aanbrengen van een vervormbaar element tussen de wielschijf en de remkroon, dat de funktie heeft om de ongewenste vervormingen van de wielschijf zonder gevolgen voor de kroon te absorberen, terwijl de integrale overbrenging van het remkoppel op 15 het wiel en het gemak van de montage van de kroon gewaarborgd is.

Daartoe voorziet de uitvinding in een kroonrem, die een kroon omvat en tenminste een remblok met twee voeringen, waarvan de ene radiaalsgewijs aan de buitenzijde en de andere radiaalsgewijs aan de binnenzijde van de kroon, waarbij genoemd remblok één geheel vormt met het 20 voertuig en genoemde kroon één geheel vormt en coaxiaal is met het wiel, waarbij genoemd wiel een velg en een schijf omvat, waarbij die rem gekarakteriseerd is, doordat de kroon is-verbonden met de schijf van het wiel met behulp van n verbindingsdelen (n^3), die langs de omtrek van de kroon zijn aangebracht over een hoek van 2V/n radialen 25 gezien vanuit de rotatieas van het geheel van wielcons truc tie en kroon en waarbij elk verbindingsdeel tenminste één element bevat dat flexibel is en aangebracht tussen enerzijds een bevestigingsdeel van dat element aan de wielschijf en anderzijds een bevestigingsdeel van dat element aan de kroonrem en daarbij gevormd wordt door een in radiale zin van het 30 wiel flexibel segment en een in axiale zin van het wiel flexibel segment, waarbij het in radiale zin flexibele segment grenst aan het in axiale zin flexibele segment.

8300135 * · -3- • <*·

Bij voorkeur, maar niet noodzakelijk, vormt het in axiale zin flexibele segment ëën geheel met de stijve bevestiging van het verbindingsstuk aan de wielschijf. Dit laat een betere structurele overgang toe tussen het in axiale zin flexibele segment en de stijve bevestiging van het verbindingsstuk aan het wiel.

5

De uitvinding laat het toepassen van een afneembare velg toe, bijvoorbeeld voor de reparatie van een beschadiging van een op een wiel gemonteerde luchtband. In dat geval, kunnen de wielschijf en de remkroon op hun plaats op de naaf van het voertuig blijven. De bevestiging van de 10 kroon op de wielschijf vermindert bovendien de complexheid ervan en daardoor de kosten van de naaf vergeleken met een naaf die zowel de remkroon als de wielschijf draagt.

De tekening en het bijbehorend deel van de beschrijving betreffen een ' uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding. Deze tekening (niet op schaal) 15 toont: - figuur 1, een radiale doorsnede van een rem overeenkomstig de uitvinding; - figuur 2, een axiaal aanzicht van een verbindingsstuk, dat overeenkomstig de uitvinding de remkroon aan de wielschijf 20 bevestigt; - figuur 3, een radiale doorsnede over het vlak II-II van het verbindingsstuk; en - figuur 4, een doorsnede over het vlak III-III loodrecht op het vlak van de radiale doorsnede van de verbinding, die in 25 figuur 2 wordt getoond.

Figuur 1 toont een wiel 1 voor luchtbanden, dat op een naaf 2 is bevestigd en dat overeenkomstig de uitvinding uitgerust is met een kroon-rem 3. Het wiel met hartlijn XX’, is in hoofdzaak samengesteld uit een velg 11 en een schijf 12. Die schijf 12 is bevestigd op een naaf 2 30 (gedeeltelijk aangegeven) in radiale zin aan de binnenzijde van de remkroon 31.

8300135 > * · -4-

De kroonrem 3 omvat in hoofdzaak een kroon 31 met twee remvlakken 310 en 314-»Ίάχε cilindrisch coaxiaal zijn met het wiel 1, een remblok 32 met

V

voeringen 320 en 321 en een hydraulische vijzel 33. Een voering 320 in radiale zin aan de buitenzijde van de kroon 31, werkt samen met het 5 corresponderende remvlak 310 en de andere voering 321 in radiale zin aan de binnenzijde van de kroon 31, werkt samen met het andere corresponderende remvlak 311.

Het remblok 32 (weergegeven in remstand) vormt het einddeel, in radiale zin aan de binnenzijde van het wiel 1, van een klem 34 samengesteld uit 10 twee hefbomen 341 en 342 verbonden door een scharnierende as 343 geplaatst tussen de vijzel 33 en de voeringen 320 en 321. De as 343 vormt een geheel met het voertuig (niet weergegeven). De twee in axiale zin naar buiten gerichte benen(ten opzichte van het voertuig) van de klem 34 dragen elk ëën van de remvoeringen 320 en 321. De hydraulische vijzel 33 15 werkt in op de twee in axiale zin naar binnen gerichte benen van de klem 34 via de assen 331 en 332.

De remkroon 31 omvat aan de omtrek ervan aan de binnenzijde van het wiel 1 een zeker aantal radiaal uitstekende delen zoals 30, die omsloten zijn door een verbindingsstuk 35 overeenkomstig de uitvinding. Het ver-20 bindingsstuk 35 is kruisvormig (fig. 2 tot 4). Het wordt vervaardigd uit metaalplaat, bijvoorbeeld van staal door middel van omzetten en persen. Een been van het stuk of het verbindingskruis 35, n.1. het langste 36, is cirkelvormig georienteerd en het andere, kortste been 37, in radiale zin.

25 Het lange been 36 vormt een rechthoekige band (fig. 4), onderbroken door, in het in axiale zin buitenste deel (ten opzichte van het voertuig), een radiale spleet 362.

Aan de binnenzijde omvat die band 36 drie ribbels in langsrichting 363, 364 en 365, waarbij de ene 363 in het deel aan de binnenzijde in axiale 8300135 -5- ' . · s zin en de twee andere ribbels 364 in het deel aan de buitenzijde in axiale zin» dat onderbroken wordt door de radiale spleet 362. De axiale afstand tussen de axiale ribbel aan de binnenzijde in axiale zin 363 en de ribbels aan de buitenzijde in axiale zin 364 en 365, is gelijk aan de 5 axiale dikte van de twee radiale uitsteeksels 30 aan de buitenomtrek van de kroon 31, zodanig dat de twee radiaal uitstekende delen 30 door de band 36 van het verbindingskruis 35 klemmend worden omsloten.

Een moer 365A aan de binnenzijde van de band 36 en een schroefbout 365B» verzekeren de axiale bevestiging van de band aan de wielschijf 12 10 en» in dit voorbeeld van die schijf 12 aan de velg 11 met behulp van lip 13 gelast aan de bodem van de velg 11 (fig. 1). In omtreksrichting is de band 36 van het bevestigingskruis 35 onbeweeglijk gemaakt door middel van zijn twee langseinden door het omsluiten met een omkraging 131» die de bevestigingslip 13 van de velg 11 vormt, en gesitueerd is aan de 15 omtrek van de wielschijf 12. Het samenstel van de band 36 met zijn ribbels 363 tot 365 en de uiteinden ervan, of cirkelvormige steunen, zijn door de kraag 131 omsloten en vormen zodoende het stijve beves-tigingselement of het verbindingskruis 35, overeenkomstig de uitvinding, met het wiel 1.

20 De twee radiale uitsteeksels 30 van de omtrek van de remkroon 31, zijn in omtreksrichting gescheiden door een spleet 301, die in radiale zin naar buiten open is, zodanig dat de moer 365A van de axiale bevestiging van de band 36 aan het wiel 1 op kan worden genomen. De spleet 301 wordt door zijn in radiale zin naar binnen gerichte vlak 302 beëindigd en wel 25 bijna op de plaats van het cilindrische in radiale zin zich het aan de buitenzijde bevindende remvlak 310.

De wielschijf 12, omvat in radiale zin aan de buitenzijde een cilindrisch deel 122, dat in kontakt is met de binnenzijde van de beves-tigingsomkraging 121 van de velg 11.

8300135 * -6-

Het korte been 37 van het verbindingsstuk of -kruis 35 met het in radiale zin naar buiten stekende deel 371 en het in radiale zin naar binnen stekende deel 372, is opgesloten tussen het cilindrische deel 122, in radiale zin aan de buitenzijde van het gedeelte 123 van de 5 wielschijf 12, en het in radiale zin aan de binnenzijde gelegen vlak 302 van de sleuf 301 van de remkroon 31. De twee uiteinden 371 en 372 van het korte been 37 van het verbindingskruis 35 vormen, overeenkomstig de uitvinding, elk in samenwerking met de ribbels aan de binnenzijde 363 tot 365 van de gespleten band 36 een radiaal bevestigingselement van 10 het verbindingskruis 35 van de kröon 31 op de wielschijf 12. Tussen elk van de respectievelijke uiteinden 371 en 372, omvat het korte been 37 van het verbindingskruis 35 allereerst een radiaal deel 373 axiaal verschoven, ten opzichte van het in radiale zin binnenste deel 366 van de band 36. Die radiale delen 373 zijn, overeenkomstig de uitvinding, 15 flexibel in axiale zin en stijf in radiale zin. Die radiale delen 373. ’ zijn elk verbonden met het in axiale zin naar binnen gerichte vlak 366 van de band 36 door middel van een axiaal deel 374. Die axiale delen 374 zijn, overeenkomstig de uitvinding , flexibel in radiale zin en stijf in axiale zin. De flexibiliteit in radiale zin van de axiale delen 374 is 20 evenwel beperkt, teneinde de constante omsluiting van het korte been 37 van het verbindingskruis 35 tussen de remkroon 31 en de wielschijf 12 te verzekeren. Aldus, elimineren de twee stijven bevestigingselementen met hun flexibele delen of segmenten 373 en 374, overeenkomstig de uitvinding, tijdens een remmanoeuvre, wanneer de kroon 31 tussen de voe-25 ringen 321 en 322 wordt vastgehouden, de eventuele vervormingen van de kroon 31 veroorzaakt door de vervormingen van het wiel, in het bijzonder van de wielschijf 12. Bovendien laat de bevestiging van de kroon 31 aan de schijf 12 in radiale zin aan de buitenzijde van de bevestigings-inrichting (niet weergegeven) van de schijf aan de naaf 2 het lichter 30 maken van deze. inrichting toe, want de remkrachten die optreden tussen de remkroon 31 en de wielschijf 12 belasten deze inrichting niet.

8300135

Claims (2)

1. 2. Rem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het in axiale zin 20 flexibele segment één geheel vormt met het bevestigingselement van het verbindingsstuk aan het wiel.
2. 3. Rem volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de verbindingsstukken twee segmentelementen bevatten, waarbij de ene in radiale zin en de andere in axiale zin flexibel is. 8300135