NL8202642A - Inrichting voor informatiesignaalweergave uit een schijfvormige plaat. - Google Patents
Inrichting voor informatiesignaalweergave uit een schijfvormige plaat. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8202642A NL8202642A NL8202642A NL8202642A NL8202642A NL 8202642 A NL8202642 A NL 8202642A NL 8202642 A NL8202642 A NL 8202642A NL 8202642 A NL8202642 A NL 8202642A NL 8202642 A NL8202642 A NL 8202642A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- signal
- counter
- output
- value
- circuit
- Prior art date
Links
Classifications
-
- G—PHYSICS
- G11—INFORMATION STORAGE
- G11B—INFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
- G11B20/00—Signal processing not specific to the method of recording or reproducing; Circuits therefor
- G11B20/10—Digital recording or reproducing
- G11B20/10009—Improvement or modification of read or write signals
- G11B20/10046—Improvement or modification of read or write signals filtering or equalising, e.g. setting the tap weights of an FIR filter
- G11B20/10203—Improvement or modification of read or write signals filtering or equalising, e.g. setting the tap weights of an FIR filter baseline correction
-
- G—PHYSICS
- G11—INFORMATION STORAGE
- G11B—INFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
- G11B19/00—Driving, starting, stopping record carriers not specifically of filamentary or web form, or of supports therefor; Control thereof; Control of operating function ; Driving both disc and head
- G11B19/20—Driving; Starting; Stopping; Control thereof
- G11B19/24—Arrangements for providing constant relative speed between record carrier and head
-
- G—PHYSICS
- G11—INFORMATION STORAGE
- G11B—INFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
- G11B20/00—Signal processing not specific to the method of recording or reproducing; Circuits therefor
- G11B20/10—Digital recording or reproducing
- G11B20/10527—Audio or video recording; Data buffering arrangements
-
- G—PHYSICS
- G11—INFORMATION STORAGE
- G11B—INFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
- G11B5/00—Recording by magnetisation or demagnetisation of a record carrier; Reproducing by magnetic means; Record carriers therefor
- G11B5/012—Recording on, or reproducing or erasing from, magnetic disks
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Signal Processing (AREA)
- Multimedia (AREA)
- Rotational Drive Of Disk (AREA)
- Signal Processing For Digital Recording And Reproducing (AREA)
- Manipulation Of Pulses (AREA)
- Dc Digital Transmission (AREA)
Description
> ' ...................·* · »·*!. .
* * - r f 1 { C/Ca/lh/1437
Inrichting voor informatiesignaalweergave uit een schijfvormige plaat.
De uitvinding heeft betrekking op een inrich- • : ting voor informatiesignaalweergave uit een schijfvormige [ plaat, en meer in het bijzonder op een inrichting voor f weergave van digitale informatie uit een dergelijke plaat.
; 5’ Schijfvormige platen met daarop in digitale
i I
| vorm opgenomen audio-informatie-en/of andere informatie ί * * .
j zijn reeds bekend, bijvoorbeeld in de vorm van een zoge- j * I 1 naamde "optische plaat", waarop een in impulskodegemoduleer- ! de vorm gebracht audiosignaal is opgenomen. Voor opname van
’ I
••10: een impulskodegemoduleerd signaal op een dergelijke plaat | kent men zowel de methode van opname bij konstante hoek- ; snelheid.-van de plaat als de methode van opname bij konstante lineaire rotatiesnelheid van de plaat. Ter verkrijging van een hoge registratiedichtheid verdient opname bij konstante 15 lineaire rotatiesnelheid de voorkeur. Een plaat met daarop bij konstante lineaire rotatiesnelheid opgenomen, impuls-. kodegemoduleerde informatie dient ook weer bij konstante lineaire rotatiesnelheid te worden uitgelezen.
Voor zodanige besturing, dat bij de signaal-.20 weergave een konstante lineaire rotatiesnelheid van de ! ’ plaat wordt verkregen, is reeds voorgesteld om de positie van het uitleeselemeht door middel van eeri potentiometer te detectereri; aangezieri het noodzakel'ijke aantal omwente-lingeri van de plaat omgek'eerd everiredig met die positie is, 25 wordt het detectie-uitgangssignaal ter verkrijging van de gewenste besturingsinformatie aan een spanningsdeler toege-voerd. Een dergelijke wijze van besturing vergt echter de toepassing van eeri positiedetector, zoals eeri potentiometery. en van een spanningsdeler, hetgeeri tot een betrekkelijk 30 kostbare en gecompliceerde constructie leidt.
Terieiride deze bezwaren vzeg te riemen, heeft men ook reeds voorgesteld om zonder toepassing van eeri voor detectie van de positie van het uitleeselemeht dienende 8202642 ϊ # ' . -2- detector te werk te gaan, doch de gewenste besturingsinfor-matie uit het uit de plaat uitgelezen inforraatiesignaal zelf af te leiden.
Voor de vervaardiging van een digitale audio-5 plaat van het type met optische signaaluitlezing wordt ; meestal eerst een originele plaat vervaardigd, waarin door middel van een optisch met het op te nemen signaal gemodu-; leerde laserbundel putten MuitsparingenM worden gevormd, welke resp. met de binaire signaalwaarden "1" of "O'* van 10 het opgenomen signaal overeenkomen? vervolgens worden uit I een dergelijke orotginele plaat op dezelfde wijze als bij * i j | normale, analoge platen kopie-afdrukken gemaakt. Afhankelijk J van de kwaliteit van de oorspronkelijke plaat en van enige ‘ andere faktoren kan echter bij de vorming van de. kopie-15; afdrukken een uniforme verplaatsing of verschuiving van de j putafmetingen optreden, zodat zich het verschijnsel voor-doet/ dat wanneer het opgenomen signaal een AAN/UIT-verhou-ding van 50% laat zien, het uitgelezen signaal niet een dergelijke AftN/UIT-verhouding van 50% laat zien; dit ver-'20 schijnsel wordt wel aangeduid als "asymmetriei.Wanneer vervolgens het uitgelezen signaal door middel van golfkorrektie-schakeling of andere golfvormbewerkingsschakeling in een .· impulsvormig signaal wordt omgezet, zal de impulsbreedte van dit laatstgerioemde signaal afwijking van die van het 25 oorspronkelijke, bpgeriomen signaal. Dit heeft weer tot ge-volg, dat geen korrekte verdere bewerking, meer het bijzon-der demodulatie, van de uitgelezen informatie mogelijk is.
Bij een bekeride informatiesignaalweergeefinrichting van het hier beschouwde type wordt het uit een plaat uitgelezen 30 signaal toegevoerd aan een als golfvormkorrektieschakeling dienende vergelijkingsschakeling, welke een referentieniveau of drempelniveau krijgt aangelegd, dat ter bestrijding van de genoemde asymmetrie met de hand kan worden bijgeregeld.
Een dergelijke bijregeling verloopt echter weinig gemakke-35 lijk.
Bij opname van een in digitale vorm gebracht audiosignaal, dat voorafgaande aan signaalopname in impuls-kodeg:emoduleerde vorm wordt gebracht, vindt meestal opname __ 8202642 ' ............. . ’ -3- I -* *
volgens een "base band"-methode plaats, welke zich van een draaggolfmodulatiemethode, zoals amplitudemodulatie of frequentiemodulatie, onderscheidt. Gewoonlijk wordt een kode met beperkte bitwaardeduur toegepast, hetgeen wil : 5 zeggen, dat het minimale bitwaardeveranderingsinterval T
wordt vergroot ter verbetering van het registratierendement, terwij.1 het maximale bitwaardeveranderingsinterval T ! ' wordt verkleind ter vergemakkelijking vein de zelfklokkende i , ; werking tijdens signaalweergave.
10 ; De afwijking van de maximale of minimale bit- 1 waardeveranderingsintervalduur van een referentiewaarde, j 1 1 Welke de lineaire rotatiesnelheid van de plaat vertegenwoor- i I digt, wordt dan gedetecteerd en als regelinformatie voor i ! · korrektie van de plaatssnelheid en de genoemde a'syrametrie 15; gebruikt.
Een dergelijke inrichting voor korrektie van de plaatrotatiesnelheid omvat een eerste piekwaardehoud- schakeling welke het uitgelezen signaal kontroleert op het tweede opeenvolgend voorkoraen van het maximale bitwaarde- Z0 veranderingsinterval T een tweede piekwaardehoudschake- max ling, welke het maximale piekwaardeveranderingsinterval T inverteert eri het geinverteerde signaal vasthoudt, benevens een schakeling voor vorming van het verschil tussen de uitgangssignaleri van de beide piekwaardehoudschakelingen, 25 waarbij het als verschil verkregen uitgangssignaai van deze schakeling als asymmetriekorrektiesignaal wordt gebruikt. Yoorts wordt op basis van de in het uit de plaat uitgelezen signaal voorkomeride kloki'mpulsen een als fasevergrendelde lus werkende schakeling aangestoten; het uitgangssignaai 30 van deze als fasevergrendelde lus werkende schakeling en een van een referentieklokimpulsgenerator afkomstige klok-impuls worden voor faseservobesturing van de aandrijfmotor aan vergelijking met elkaar ondefworpen.
Bij een op dergelijke wijze uitgeVoerde inrich-35 ting wordt het besturingssignaal op analoge wijze gevormd, hetgeen als nadeel heeft, dat geen zeer nauwkeurige korrektie van de genoemde asymmet'rie of nauwkeurige besturing van de ____ motoraandrijfsnelheid en -fase mogelijk zijn.
8202642 i, * ~· -4- l
De onderhavige uitvinding stelt zich ten doel, een informatiesignaalweergeefinrichting te verschaffen, waarmede op digitale wijze korrektie van in een uitgelezen signaal optredende asymmetrie mogelijk is.
! 5' Voorts stelt de uitvinding zich ten doel, een inforraatiesignaalweergeefinrichting te verschaffen, waarmede niet alleen korrektie van in een uitgelezen signaal optreden- ,- » ! de asymmetrie op digitale wijze mogelijk is, doch tevens | ' ' een servobesturingssignaal voor nasturing van de plaataan- j10: drijfmotor kan worden afgeleid.
! j Een ander doel van de uitvinding is het ver- I 1 schaffen van een informatiesignaalweergeefinrichting, } waarvan de uitvoering kan worden vereenvoudigd door de : schakeling voor detectie van asymmetrie in een uitgelezen 15; signaal en de schakeling voor vorming van een snelheids-, besturingssignaal voor de aandrijfmotor tenminste gedeelte-lijk met elkaar te laten samenvallen.
Daarbij gaat de uitvinding uit van een inrichting voor informatiesignaalweergave uit een schijf-20 vormige plaat met een in een kode met beperkte bitwaarde-duur daarop opgenomen informatiesignaal, welke inrichting is voorzien: middelen voor weergave van een informatiesignaal uit een dergelijke plaat, ' 25 een aandrijfmotor voor aandrijving in rotatie van een plaat, een ver'gelijkingsschakeling voor vergelijking van het niveau van een uitgelezen informatiesignaal’met een drempelspanningsniveau eh voor vorming van een continu 30 rechthbekgolfvormig signaal, en van eerste detectiemiddelen voor detectie van een interval van positieve polariteit als deel van een maximaal of minimaal bitwaardeveranderingsinterval van het recht-hoekgolfvormige signaal en voor detectie van een interval 35 van negatieve polariteit als deel van het maximale of minimale bitwaardeveranderingsinterval van het rechthoek-goIfvormige signaal.
Volgens de uitvinding dient een dergelijke ,·ύ 8202642 . . i v '' ........~ ................ ........ . ~ -5- informatiesignaalweergeefinrichting voorts te zijn geken-merkt door j een in twee richting werkzame teller voor 1 zodanige telling van klokimpulsen, dat het telresultaat [ 5j toeneemt (afneemt) wanneer het deel van positieve polariteit langer dan een voorafbepaalde intervalduur is, terwijl het telresultaat afneemt (toeneemt) wanneer het deel van nega-S tieve polariteit langer dan de voorafbepaalde intervalduur ) ; iS, jlO een digitaal/analoog-omzetter voor omzetting ! van een digitaal uitgangssignaal van de teller in een daar-.1 I mede overeenkomend analoge signaal, en door i · ; middelen voor toevoer van het analoge signaal ! als het genoemde drempelspanningsniveau aan de vergelijkings-15 schakeling, zodanig, dat deze een uitgangssignaal met onder-! ling gelijke, positieve en negatieve polariteitsdelen van het maximale of minimale bitwaarde-overgangsinterval afgeeft.
De uitvinding zal worden verduidelijkt in de nuvaigende beschrijving aan de hand van de bijbehorende 20 tekening van een uitvoeringsvoorbeeld, waartoe de uitvinding zich echter niet beperkt. In de tekening tonenr
Figuur 1 een blokschema van een uitvoerings-' voorbeeld van eeri informatiesignaalweergeefinrichting vol-gens de uitvinding, * .
25 * Figuur. 2A-2K, 3A-3C en 4 enige golfvormen ter verduidelijking van de werking van de inrichting volgens figuur 1 en
Figuur 5 een schema van enige verdere details van de inrichting volgens figuur 1.
30 In het blokschema volgens figuur 1 heeft de verwijzingsletter D betrekking op een "optische", schijf-vormige plaat, waarop bijvoorbeeld een in impulskodegemodu-leerde vorm gebracht audiosignaal volgens een kode met een beperkte bitwaardeduur is opgenomen. Ter verkrijging van 35 een hoge regiistratiedichtheid vindt de opname van het audiosignaal op de plaat D bij konstante lineaire rotatie-snelheid plaats. De kode met beperkte bitwaardeduur heeft _______; een zodanige gedaante, dat het minimale bitwaardeverande- , 8202642 -6- , ΐ ringsinterval Tmin is verlengd ter verhoging van het opname-rendement, terwijl het maximale bitwaardeveranderings-1 · interval Tmax is verkort ter vergemakkelijking van de zelf-| klokkende werking tijdens signaalweergave.
'5' Uitgaande van het feit, dat het toggepaste ; kodeformaat normaal geen opeenvolging van twee maximale '1 ; bitwaardeveranderingsintervallen Tmax kent, wordt een ; j dergelijke opeenvolging van het interval Tmax gebruikt als beeldsynchronisatiesignaal; de uitdrukking "beeldsynchroni-ilO satiesignaal" refereert aan de overeenkomst van het toege-paste kodeformaat met het bij opname van video-informatie- • gebruikelijke kodeformaat en wordt hiema verder door de • ; uitdrukking "synchronisatiesignaal" vervangen. Aangezien ! dit synchronisatiesignaal steeds έβη maal per beeldperiode 15: verschijnt, vindt de besturing van de plaatrotatie zodanig plaats, dat het maximale bitwaardeveranderings interval Tmay gelijk aan een referentiewaarde wordt gemaakt.
Als voorbeeld van een dergelijk maximaal bit-waardeveranderingsinterval Tmax wordt een duur van 5,5 T 20 genoemd, waarbij T de duur van een bitwaarde van de op te nemen ingangsinformatie bedraagt.
Het blokschema volgens figuur 1 bevat voorts een optische of fotodetector 1, welke een lichtbundel op de plaat D richt en het aan de plaat D weerkaatste, door ,25 het daarop opgenomen signaal gemoduleerde licht detecteert en in een el'ektrisch uitgangssignaal omzet. De fotodetector i 1 levert als uitgelezen signaal een irapulskodegemoduleerd signaal SP, waarvan de golfvorm sinusvormig is afgerond.
Dit impulskodegemoduleerde signaal SP wordt via een verster-30 . ker 2 toegevoerd aan een vergelijkingsschakeling 3 voor vergelijking met een nog nader te beschrijven drempelspan-ning V^. De vergelijkingsschakeling 3 geeft een rechthoek-golfvormig uitgangssignaal Sq af, dat de binaire informatie-waarden "1" en "0" van het op de plaat D opgenomen signaal 35 vertegenwoordigt,
Bij het hier beschreven uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding wordt op de volgende wijze vastgesteld of de lengte of duur van het maximale bitwaardeveranderings- 8202642 ' : ............. ...... .......' . -7- * * interval Tmax van het uitgelezen signaal een bepaalde waarde of referentiewaarde heeft. Een klokimpulsgenerator 22 levert klokimpulsen, waarvan de impulsherhalingsfrequentie in voldoende mate hoger dan de bitfrequentie van het uitgele-5 zen signaal ligt; het aantal tijdens het maximale bitwaarde-veranderingsinterval T ^ van het uitgangssignaal Sq van de vergelijkingsschakeling 3 wordt geteld, waarna wordt vast-gesteld of het getelde aantal klokimpulsen gelijk is aan het tijdens een interval Tmav van 5,5 T te verwachten klok-10 irapulsen. Onderzocht wordt derhalve, of de lineaire rotatie-snelheid van de plaat een voorafbepaalde snelheidswaarde heeft.
; I
De genoemde telling van de klokimpulsen geschiedt door middel van een teller 21, welke de van de klokimpuls-15 generator 22 afkomstige klokimpulsen krijgt toegevoerd. aan zijn klokimpulsaansluiting CK. De teller 21 wordt in zijn gewiste toestand gebracht, wanneer aan zijn wisaan-sluiting CL een signaal ter waarde "0" verschijnt, doch in de teltoestand, dat wil zeggen in zijn voor telling van de 20 klokimpulsen CP gerede toestand, wanneer aan zijn wis-aansluiting CL een signaal ter waarde "1" verschijnt.
Het desbetreffende wissignaal is afkomstig van een wissignaalgenerator 25, welke van een schakeleenheid 23 het genoemde signaal Sq en het ten opzichte daarvan inverse 25 signaal krijgt toegevoerd. Van de schakeleenheid 23 zijn de beide ingangsaansluitingen resp. rechtstreeks en via een omkeerschakeling 24 met de uitgangsaansluiting van de vergelijkingsschakeling 3 verbonden, zodat de schakeleenheid afwisseld het signaal Sq en het inverse signaal S^ aan de 30 wissignaalgenerator 25 levert. Bestuurd wordt de schakeleenheid 23 door eeri nog nader te beschrijven signaal S^ met de beeldperiodiciteit.
Het reeds genoemde uitgangssignaal Sq van de vergelijkingsschakeling 3 wordt tevens toegevoerd aan een 35 beeidsynchronisatiesignaaldetector 26 met een als fase-' vergrendelde lus uitgevoerde schakeling. Nadat de plaat D op een konstante lineaire rotatiesnelheid is gebracht, ._______ wordt de als fasevergrendelde lus uitgevoerde schakeling 8202642 :......... ................ .......-8- i ί ' gesynchroniseerd met de in het uitgelezen signaal Sp voor-komende klokimpulsen, Op basis van de door de als fase-; vergrendelde lus uitgevoerde schakeling gelevefde klok-impulsen wordt het genoemde (beeld)synchronisatiesignaal . 5 vastgesteld, waarbij zich tweemaal een maximaal bitwaarde-i ! veranderingsinterval Tmax van 5,5 T voordoet. De beeld- synchronisatiesignaaldetector 26 geeft een detectie-uitgangs-I signaal SF af, dat bij afwezigheid van het synchronisatiesignaal de waarde "1" en bij aanwezigheid van het synchro- Ϊ 10 nisatiesignaal de waarde "Q" aanneemt.
! * ! Aangezien dit(beeld)synchronisatiesignaal in ; i sommige gevallen als gevolg van signaaluityal of dergelijke * i : verloren kan gaan, is de schakeling zodanig uitgevoerd,
dat de beeldsynchronisatiesignaaldetector 26 een met het ;15: detectie-uitgangssignaal SF gesynchroniseerd signaal SFG
I (zie figuur 2C) afgeeft, dat het in geval van signaaluitval verloren signaaldeel van het signaal SF toch bevat.
j
Nadat de plaat D op een konstante lineaire rotatiesnelheid is gekomen, bevat het signaal SFG informatie 20 omtrent de positie, waar het genoenide beeldsynchronisatie-signaal behoort voor :te komen; zoals figuur 2C laat zien, vertoont het signaal SFG de waarde "O" tijdens de duur van het beeldsynchfonisatiesignaal SF en voorts tijdens een periode TFg, weIke enigszins langer dan deze duur is.
25. Het door de beeldsynchronisatiesignaaldetector ’ 26 afgegeveri signaal SF wordt toegevoerd aan de ene ingangs- aansluiting van een schakeleenheid 30.'
Het uitgangssignaal van een kwartsoscillator 28 wordt toegevoerd aan een frequeritiedel'er 29 we'lke, 30 wanneer de lineare rotatiesnelheid van de plaat D een voor-afbepaalde waarde heeft bereikt, een signaal van konstante, aan de periodeduur van het beeldsynchronisatiesignaal gelijke periodeduur afgeeft; dit signaal SFX volgens figuur 2H wordt aan de andere ingangsaansluiting van de schakeleenheid 30 35 toegevoerd.
Zoals uit figuur 2H naar voren komt, vormt dit ! signaal SFX eeri positieve impuls van geringe impulsbreedte.
Tot op het tijdstip, waarop de plaat D een 8202642 '5 < ' Γ..........................~7........... ........ -9- Λ .
konstante lineaire rotatiesnelheid heeft bereikt, blijft de schakeleenheid 30 'naar de frequentiedeler 29 overgeschakeld. Daartoe wordt het uitgangssignaal van de schakeleenheid-30 aan een frequentietweedeler 31A toegevoerd, waarvan het aan ; 5 frequentietweedeling onderworpen uitgangssignaal aan een frequentieachtdeler 31B wordt toegevoerd? dit wil zeggen, dat het uitgangssignaal van de schakeleenheid 30 aan 16-? i deling wordt onderworpen en in die vorm aan een beeld- ; ί ♦ 1 synchronisatiesignaal bestaansdetector wordt toegevoerd; j10: deze laatstgenoemde krijgt tevens het detectieuitgangssignaal | SF van de beeldsynchronisatiesignaaldetector 26 toegevoerd ! ! en geeft een uitgangssignaal D__ ter waarde "0" af wanneer i * ® I · geen detectie van het beeldsynchronisatiesignaal plaats- i | vindt gedurende 16 opeenvolgende beeldperioden, hetgeen j15 i wil zeggen dat de plaat D nog niet zijn konstante lineaire i rotatiesnelheid heeft bereikt; het uitgangssignaal DFg van ’ de beelsynchronisatiesignaalbestaansdetector 32 vertoont ! de waarde "1” bij detectie van het beeldsynchronisatiesignaal, hetgeen wil zeggen, dat de plaat D zijn konstante 20 lineaire rotatiesnelheid heeft bereikt. Het uitgangssignaal Dfs dient als Schakelbesturingssignaal voor de schakeleenheid 30, zodanig, dat wanneer het signaal DFg de waarde "O" heeft, de schakeleenheid 30 naar zijn aan die volgens figuur 1 tegengestelde-schakelstand wordt overgeschakeld? 25 wanneer het signaal DFg de waarde "1" heeft, heeft de schakeleenheid 30 zijn in figuur 1 getekende schakelstand.
Wanneer de plaat D niet op zijn gewenste, konstante lineaire rotatiesnelheid komt, laat de schakeleenheid 30 het uitgangssignaal SFX van de frequentiedeler 30 29 door, doch wanneer de plaat D wel de konstante rotatie snelheid bereikt en stabiele detectie van het beeldsynchronisatiesignaal wordt verkregen, laat de schakeleenheid het signaal SFG door.
Het door de schakeleenheid 30 doorgelaten sig-35 naal SFX of SFG wordt toegevoerd aan de wissignaalgenerator 25 en aan de frequentiedeler 31A. De laatstgenoemde geeft een signaal S^ af, dat met de beeldperiode of beeldsynchro-nisatieperiode afwisseld de waarden ”1" en "0" vertoont.
8202642 - 5 - \ : ......~ -ίο-
De signaal Sw wordt als schakelbesturingssignaal aan de schakeleenheid 23 toegevoerd; wanneer het signaal SrT de w waarde "1" heeft, bevindt de schakeleenheid 23 zich in zijn in de tekening weergegeven stand, doch wanneer het : 5 signaal Sr7 de waarde "0" heeft, in de tegengestelde stand, w - De schakeleenheid 23 geeft derhalve met de beeldsynchroni-1 satieperiode afwisseld de signalen SQ en af voor de wissignaalgenerator 25.
; De wissignaalgenerator 25 geeft gedurende de ; 10 periode, waarin het uitgangssignaal van de schakeleenheid i > 30 de waarde "0" heeft, het uitgangssignaal van de schakel- t : ’ eenheid 23 door en levert, wanneer het uitgangssignaal van ' de schakeleenheid 30 de waarde "1" heeft, het wissignaal i 1 "0", dat aan de wisaansluiting CL van de teller 21 wordt 15 toegevoerd.
I Zoals reeds is opgemerkt, verkeert de teller 21 bij ontvangst van het wissignaal "0" aan zijn wisaansluiting CL in zijn gewiste toestand, doch bij ontvangst van het signaal "1" aan de wisaansluiting CL voert de teller 21 een 20 telling van klokimpulsen CP uit. Wanneer het uitgangssignaal van de. schakeleenheid 30 de waarde "0" heeft en het signaal Sq of aan de wisaansluiting CL van de teller 21 wordt toegevoerd, vindt derhalve gedurende de periode van het signaal Sq telling van de tijdens het bitwaardeveranderings-25 interval van positieve polariteit verschijnende klokimpulsen CP plaats, terwijl gedurende de periode van het signaal telling van de klokimpulsen CP tijdens het bitwaardever-anderingsinterval van negatieve polariteit plaatsvindt. Samenvattend kan worden gesteld, dat de teller 21 zowel 30 tijdens een bitwaardeveranderingsinterval van positieve als tijdens eeri bitwaardeveranderingsinterval van negatieve polariteit een telling van de klokimpulsen CP uitvoert.
Wanneer het uitgangssignaal van de schakeleenheid 30 de waarde "1" heeft, zal het aan de wisaansluiting 35 CL .van de teller 21 verschijnende signaal de waarde ”0" hebben, zodat de teller 21 dan in zijn gewiste, niet tellen-de toestand verkeert. De positie, waarbij het uitgangssignaal van de schakeleenheid 30 van de waarde "l" naar de waarde 8202642 S * I · ___________ ______ ........... .......... ......... .. ....... . ................... .......
\ : -11- B0M overgaat/ verschijnt steeds na Sen beeldperiode of beeldsynchronisatieperiode, zodat een dergelijke terug-stelling of wissing van de teller 21 steeds na een beeldsynchronisatieperiode plaatsvindt.
5- Aangezien de schakeleenheid 23 iaet de beeld synchronisatieperiode afwisseld de signalen SQ en door-! laat, geschieden de detectie van de lengte van het bit-i waardeveranderingsinterval van positieve polariteit en de i .
; detectie van de lengte van het bitwaardeveranderingsinter-110 val van negatieve polariteit steeds op tijdscharende wijze 1 ; bij iedere beeldsynchronisatieperiode plaats.
j | Binnen SSn dergelijke beeldsynchronisatieperio- ί ! de geeft de teller 21 een uitgangssignaal Ng af, dat de . waarde ”0” heeft indien in het signaal Sg of in het signaal IS· een langer bitwaardeveranderingsinterval optreedt, dat wil zeggen een dergelijk interval waarin het aantal getelde klokimpulsen CP tenminste een raeer bedraagt dan het aantal I klokimpulsen, dat na het bereiken van de gewenste lineaire rotatiesnelheid door de plaat D binnen het maximale bit-20 waardeveranderingsinterval van 5,5 T dient te verschijnen; indien het gewenste aantal klokimpulsen CP wordt geteld, heeft het uitgangssignaal N.g de waarde "1". Wanneer het aan de vrijgeefaansluiting van de teller 21 en voorts aan de wissignaalgenerator 25 toegevoerde uitgangssignaal Ng 25 van de teller 21 de waarde "0” aanneemt, wordt de teller 21 uitgevoerde telling onderbroken en levert de wissignaalgenerator 25 niet langer het signaal Sg of het signaal aan de teller 21. Deze toestand blijft bestaan totdat de teller 21 door het signaal SFX van de volgende beeldperiode 30 . of het signaal SFG van de volgende beeldsynchronisatieperiode wordt gewist.
Het voorgaande wil zeggen, dat het uitgangssignaal Ng van de teller bij iedere beeldperiode of bij iedere beeldsynchronisatieperiode wordt gekorrigeerd (up-35 dated).
Het uitgangssignaal Ng van de teller 21 wordt toegevoerd aan de D-ingangsaansluiting van een flip-flop 40 van het D-type. Voorts wordt het uitgangssignaal Ng van de 8202642 teller 21 door de stijgende flank van het door de schakel-eenheid 30 doorgelaten signaal SFX of SFG, dat aan een aansluiting CK van de flip-flop 40 wordt toegevoerd, in de ; flip-flop 40 vergrendeld. Het uitgangssignaal van de schakel-, 5j eenheid 30 wordt daarbij door de wissignaalgenerator 25 ; zodanig vertraagd, dat de teller 21 na vergrendeling van het uitgangssignaal Ng in de flip-flop 40 van het D-type • wordt gewist.
i In reaktie op het uitgangssignaal van de flip-
! I
I10 flop 40 vinden de verdere vergrendeling op de lineaire rotatiesnelheid, de snelheidsservobesturing· en de asymmetrie- i ! \ korrektie plaats.
: In figuur 1 heeft het verwijzingsgetal 60 • betrekking op een stelsel voor vergrendeling op de konstante 15 lineaire rotatiesnelheid en voor snelheidsservobesturing, terwijl het verwijzingsgetal 70 betrekking heeft op een stelsel voor asymmetriekorrektie. Deze stelsels 60 en 70 bevatten resp. in twee richtingen werkzame tellers 61 en 71 en resp. uitgangsbewerkingsschakelingen (digitaal/analoog-20 omzetters) 62 en 72 voor omzetting van de door de resp. tellers bereikte telwaarden in analoge waarde.
Door eeri klokimpulsgenerator 50 worden, afhan-• kelijk van het uitgangssignaal van de flip-flop 40 van het D-type, klokimpulsen aan de optelaansluitingen U of de 25 aftelaansluitingen D van de beide tellers 61 en 71 toege-voerd.
Meer in het bijzonder krijgt de klokimpuls-generator 50 het' uitgangssignaal S van de frequentiedeler 31A toegevoerd; uit dit signaal wordt, wanneer het de 30 waarde "1" heeft, een impuls Py afgeleid, doch wanneer het signaal Sw de waarde "0" heeft, een impuls i?D.
De zojuist genoemde impuls Py wordt aan de optelaansluiting XJ van de teller 71 toegevoerd via een poortschakeling 73, terwijl de impuls Py aan de aftelaan-35 sluiting D van de teller 71 wordt toegevoerd via een poortschakeling 74. De impuls Ρβ wordt via een poortschakeling 63 en een wisselschakeling 64 aan de optelaansluiting U van de teller 61 toegevoerd en voorts via de poortschakeling 74 8202642 δ .
' :........'...... .............. ’ . -13- en de wisselschakeling 64 aan de aftelaansluiting D van de teller 61. Wanneer aan de Q-uitgangsaansluiting van de ; f . flip-flop 40 van het D-type het uitgangssignaal VS ter waarde "1" verschijnt, worden de poortschakelingen 73 en i ♦ . j 5 74 opengestuurd; indien het aan de Q-uitgangsaansluiting | ! verschijnende signaal VS daarentegen de waarde "1" heeft, I | wordt de poortschakeling 63 opengestuurd. j I ' De door de uitgangsbewerkingsschakeling 62 j afgegeven spanning wordt toegevoerd aan een niveauverge-[10. lijkingsschakeling 7, welke aan een uitgangsaansluiting 8 | een uitgangssignaal voor bekrachtiging van een plaataan-j i drijfmotor M levert, terwijl de uitgangsbewerkingsschakeling ί j 72 een drempelspanning V^ voor de vergelijkingsschakeling ; , 3 levert, welke voor golfvormkorrektie dient.
:15 De wisselschakeling 64 dient om van het snel- ί t ♦ I heidsservobesturingsstelsel 60 naar faseservobesturing over 1 .... te schakelen nadat de plaat D op de gewenste konstante lineaire rotatiesnelheid is vergrendeld; daartoe krijgt de v^isselschakeling 64 via een met de kwartsoscillator 28 20 gekoppelde frequentiedeler 65 een impulsvormig signaal met een frequentie 3f (zie figuur 3A) en voorts een bij \oor- •Λ» beeld door frequentiedeling van het uitgangssignaal van ‘ de als fasevergreridelde lus werkende schakeling van de beeld- synchronisatiesignaaldetector 26 verkregen, impulsvormig 25 signaal 3f volgens figuur 3B toegevoerd. De frequentie 3f P x van het :'· impulsvormige signaal volgens figuur 3A bedraagt | driemaal de genoemde beeldfrequentie, 'terv/ijl de frequentie • 3fp van het impulsvormige signaal volgens figuur 3B driemaal de frequentie van het beeldsynchronisatiesignaal is. De 30 wisselschakeling 64 wordt zodanig bestuurd, dat hij, totdat de plaat D op zijn gewenste konstante lineaire rotatiesnelheid is vergrendeld, op basis van het uitgangssignaal DpS van de beeldsynchronisatiesignaalbestaansdetector 32 het uitgangssignaal ‘van de poortschakeling. 63 of dat van de 35 . poortschakeling 74 doorlaat. Zodra de plaat op de gewenste linaire rotatiesnelheid is vergrendeld, wordt de wisselschakeling 64 overgeschakeld voor keuze van έδη van beide — impulsvormige signalen met de resp. frequenties 3f en 3f .
Λ I»/ 8202642 t ' -14-
In de laatstgenoemde toestand, waarin de wisselschakeling 64 tussen de signailen met de resp. frequenties 3f en 3f kiest, ontvangt de teller 61 aan zijn optelaansluiting U het signaal met de frequentie 3f en aan zijn aftelaanslui-
i X
. j 5’ ting D het signaal met de frequentie 3fp. Een uit het minst significante bit van de door de teller 61 bereikte ί ‘ telwaarde gevormd signaal ST neemt bij toevoer van het i ; 1* signaal met de frequentie 3f de waarde "1" aan en bij
i X
I toevoer van het signaal met de frequentie 3fp de waarde "0M.
‘10 Dit signaal S_ Keeft derhalve de periode van het signaal ; ij I met de frequentie 3ΐχ en een arbeidsfaktor (duty ratio), j ; welke overeenkomt met het faseverschil tussen de beide i ;· I signalen met de resp. frequenties 3ίχ en 3f^. Aangezien de : bits van hogere significance dan het minst significante 15 bit in dit stadium geen waardeveranderingen ondergaan, wordt de aandrijfmotor M bekrachtigd met een spanning, welke i ; verandert met de impulsbreedte van het minst significante bit. Dit wil zeggen, dat de aandrijfmotor M aan faseservo-besturing onderworpen wordt.
20 Vervolgens zal voor het' uitvoeringsvoorbeeld volgens figuur 1 de aan vergrendeling van de plaat D op de gewenste konstante lineaire rotatiesnelheid voorafgaande werking worden beschreven.
Voorafgaande aan deze vergrendeling van de .25 plaat D heeft het uitgangssignaal Dps van de beeldsynchroni-satiesignaalbestaansdetector 32 de waarde "0", zodat de schakeleenheid 30 het uitgangssignaal SFX volgens figuur 2H van de frequentiedeler 29 doorlaat. Het uitgangssignaal Sw van de frequentiedeler 31A krijgt dan de gedaante van een 30 signaal Swl welke met de beeldperiode tussen de waarde "1" en 'O’1 wisselt, zoals figuur 21 laat zien..De schakeleen^ heid 23 laat gedurende een beeldperiode PA, waarin dit signaal Swl de waarde "l" heeft, het signaal Sq door, doch gedurende een beeldperiode FB, waarin het signaal Swl de 35 waarde "0" heeft, het inverse signaal S^.
Daarbij is het signaal SFX een signaal met de gedaante van een positieve impuls van betrekkelijk geringe impulsbreedte, zodat de wissignaalgenerator 25 gedurende 8202642 : -I5- * h % de periode FA het signaal Sq in ongewijzigde vorm en gedu-rende de periode FB het inverse signaal in ongewijzigde vorm doorlaat. Tijdens opeenvolgende beeldperioden vinden derhalve steeds gedurende de periode FA detectie van de ; 5 lengte van hetM>itwaardeveranderingsinterval van positieve polariteit van het uitgelezen signaal en tijdens de periode ! : FB detectie van de lengte van het bitwaardeveranderings- interval van negatieve polariteit van het uitgelezen signaal. ; plaats.
;30·. Gedurende iedere beeldperiode FA en FB geeft de j ; teller 21 het uitgangssignaal NQ af, dat de waarde "0" I ; aanneemt indien een langer bitwaardeveranderingsinterval I dan het maximale interval van 5,5 T blijkt te bestaan, : hetgeen: wil zeggen, dat de lineaire rotatiesnelheid van de ;J-5 plaat D te laag ligt. Wanneer deze toestand (te lage rotatiesnelheid) blijft bestaan tot de gewenste lineaire rotatiesnelheid is bereikt, zal het aan de Q-uitgangsaan-sluiting van de flip-flop 40 verschijnende signaal VS de waarde "0" hebben, terwijl het aan de Q-uitgangsaansluiting 20 verschijnende signaal VS de waarde "1" heeft, zodat de poortschakeling 63 wordt opgngestuurd. De wisselschakeling 64 wordt daarbij door het uitgangssignaal DFS van de beeld-synchronisatiesignaalbestaansdetector 32 zodanig bestuurd, dat hij de uitgangssignalen van de beide poortschakelingen ‘25 63 en 74 kiest. Dit wil zeggen, dat hoewel de klokimpuls- generator 50 een impuls voOfgens figuur 2J aan het begin van de periode FA en een impuls PD volgens figuur 2K aan het begin van de periode F„ afgeeft, via de poortschakeling 63 en de wisselschakeling 64 toch de impuls P^ aan de optel-30 aansluiting U van de teller 61 wordt toegevoerd, zodat deze zijn telwaarde vergroot. Door de uitgangsbewerkingsschake-ling 62 wordt derhalve een geleidelijk toenemende spanning aan de niveauvergelijkingsschakeling 7 toegevoerd, zodat 00k de aan de aandrijf motor M toegevoerde bekrachtigings-35 spanning toeneemt en de rotatiesnelheid van de plaat D wordt vergroot.
Aangezien onder die omstandigheden de poortschakeling 73 en 74 in hun geblokkeerde toestand verkeren, 8202642 \ * " .........~~ ” " "7.........-16— ” .............
krijgt de teller 71 van het asymmetriekorrektiestelsel 70 geen op optelling of aftelling gerichte klokimpulsen toege-! voerd, zodat een met het eerder bereikte telresultaat over-eenkomende spanning door de uitgangsbewerkingsschakeling i5 72 als drempelspanning V^ wordt afgegeven.
Wanneer de rotatiesnelheid van de aandrijf-i motor M wordt vergroot om op de voorafbepaalde, gewenste waarde te komen, komt de duur van het maximale bitwaarde- I veranderingsinterval Tmax in het signaal Sg of het signaal |10 steeds dichterbij bij 5,5 T, waarbij, afhankelijk van I ; de detectienauwkeurigheid van de^teller 21, maximale bit-! ! waardeovergangsintervallen van langere duur en van kortere ; duur van 5,5 T gaan optreden, zodat het uitgangssignaal ; Nq van de teller 21 waarden "1" en "0” gaat vertonen. Wan-115' neer het maximale bitwaardeveranderingsinterval Tmax ©en . kortere duur dan 5,5 0? heeft, dat wil zeggen wanneer de rotatiesnelheid van de plaat enigszins hoger dan de voorafbepaalde waarde ligt, krijgt het uitgangssignaal de waarde "1", zodat het aan de Q-uitgangsaansluiting van de 20 flip-flop 40 van het D-type verschijnende uitgangssignaal VS de waarde "1" krijgt, terwijl aan de Q-uitgangsaanslui-ging verschijnende signaal VS de waarde "0" krijgt. De poortschakeling 74 wordt dan opengestuurd voor doorlating van door de klokimpulsgenerators 50 gevormde klokimpulsen 25 Pjj via de wisselschakeling 64 naar de aftelaansluiting D van de in twee richtingen werkzame teller 61, zodat de door deze bereikte telwaarde lager wordt. Als gevolg daar-van wordt de uitgangsspanning van de uitgangsbewerkingsschakeling 62 kleiner, waardoor de rotatiesnelheid van de 30 aandrijfmotor M daalt.
Wanneer de duren van de intervallen, waarin het uitgangssignaal VS van de flip-flop 40 resp. de waarden "l" en "0" vertonen, als gevolg van de tijdkonstante van de uitgangsbewerkingsschakeling 62 gelijk aan elkaar worden, 35 zal de door de teller 61 bereikte telwaarde een althans tenminste nagenoeg konstante waarde krijgen, zodat de uitgangsbewerkingsschakeling 62 een met deze, althans ten-—- minste nagenoeg konstante telwaarde overeenkomende spanning 8202642 ' -17- afgeeft, welke ertoe leidt, dat de plaat D bij de gewenste konstante lineaire rotatiesnelheid wordt aangedreven.
Indien onder die omstandigheden gedurende de periode, waarin het uitgangssignaal VS van de flip-flop 5 40 de waarde "1" heeft, door de klokimpulsgenerator 50 een klokixrrpuls Ρβ of P^ wordt afgegeven, wordt deze klokimpuls PD of Pjj, aangezien de poortschakelingen 73 en 74 zijn opengestuurd, aan resp. de optelaahsluiting U of de aftel-aansluiting D van de in twee richtingen werkzame teller 71 -10 toegevoerd, waardoor de nog later door beschrijving asymme-triekorrektie wordt verkregen.
Nadat de plaat op de hiervoor beschreven wijze op de gewenste konstante lineaire rotatiesnelheid is ge-bracht, neemt het detectie-uitgangssignaal SF van de beeld-15 synchronisatiesignaaldetector 26 de waarde "0" aan, waardoor het uitgangssignaal DFg van de beeldsynchronisatie-signaalbestaansdetector 32 op de waarde "1" komt, waardoor de schakeleenheid 30 naar zijn in figuur 1 weergegeven positie wordt overgeschakeld voor afgifte van het signaal 20 SFG. Door dit uitgangssignaal Dpg wordt bovendien de wissel-schakeling 64 overgeschakeld, voor keuze van het impuls-vormige signaal met de frequentie 3f of het impulsvormige signaal met de frequentie 3f , waaruit dan de reeds genoemde faseservobesturing voor de aandrijfmotor M resulteert.-25 ' . Aangezien in dat geval de wisselschakeling 64 wordt overgeschakeld naar een toestand voor keuze van het ene of het andere van de beide zojuist genoemde impulsvormige signalen (3fx/ 3fp), zal de teller 21 als een bitwaarde-veranderingsintervaldetectieschakeling voor het asymmetrie-3Q korrektiestelsel 70 gaan werken. Het daarbij door de schakeleenheid 30 doorgelaten signaal SFG bevat informatie omtrent . het interval, gedurende hetwelk het beeldsynchronisatie-signaal aanwezig is. Bij de hier beschreven uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt dit signaal SFG zodanig gebruikt, 35 dat de teller 21 het bitwaardeveranderingsinterval slechts nabij het beeldsynchronisatiesignaaldeel detecteert, dat wil zeggen gedurende het signaaldeel, waarin delen van -------- positieve en negatieve polariteit van maximale bitwaarde- 8202642 -18- veranderingsintervallen Tmax elkaar opvolgen. De asymmetrie-korrektie geschiedt zodanig, dat de AAN/UIT-verhouding van het maximale bitwaardeveranderingsinterval T van het beeldsynchronisatiedeel van het uitgelezen signaal gelijk „5 50% gemaakt wordt.
Hoewel dit uitgelezen signaal het maximale bitwaardeveranderingsinterval T v ook tijdens andere perioden dan het genoemde beeldsynchronisatiesignaaldeel bevat, vindt de asymmetriekorrektie slechts plaats gedurende JLO het beeldsynchronisatiesignaaldeel. De reden hiervan is de volgende.
Buiten het frame synchronisatiesignaalinterval komt het maximale bitwaardeveranderingsinterval T ook in andere, willekeurig verde.elde intervallen voor. Bij j.5 weergave van impulskodegemoduleerde audio-informatie uit een plaat geschiedt de asymmetriekorrektie gewoonlijk te zamen met de snelheidsservobesturing van de plaat, waarbij de rotatiesnelheid van de plaat voortdurend varieert, zelfs . gedurende of binnen έ&η beeldperiode. Een op willekeurige 20 ogenblikken optredend, maximaal bitwaardeveranderingsinterval T zal derhalve schomraelingen vertonen, zodat, tenzij max op eenvolgende waarden van de ΑΜ/ϋΙΤ-verhouding van het signaal op eenzelfde plaats met elkaar worden vergeleken, geen nauwkeurige beoordeling van de genoemde verhouding 25 mogelijk is.
Indien de AAN/UIT-verhouding van het signaal gedurende een ander signaalinterval of -deel dan tijdens dat van het beeldsynchronisatiesignaal aan vergelijking wordt onderworpen, doet zich bovendien het verschijnsel 30 voor, dat wanneer door de aanwezigheid van een kras op de plaat een bitwaardeveranderingsinterval verlenging wordt veroorzaakt, nauwkeurige korrektie van asymmetrie onmogelijk is. Dit bezwaar wordt bij de hier beschreven uitvoeringsvorm eveneens weggenomen. De door de uitvinding voorgestelde 35 asymmetriekorrektie zal nu worden beschreven.
Het door de schakeleenheid 30 afgegeven signaal SFG volgens figuur 2C wordt toegevoerd aan de --- wissignaalgenerator 25 en de frequentiedeler 31A. Aangezien -= = 82 0 2 6 4 2 ' -19- dit signaal SFG wat betreft zijn periode samenvalt met het in het uitgelezen signaal voorkomende beeldsynchronisatie-signaal, krijgt het uitgangssignaal S van de frequentie-
W
deler 31A de gedaante van een signaal volgens figuur 2D, 5 waarvan de waarden "l" en ”0" elkaar met de beeldsynchroni-satieperiode afwisselen; dit signaal wordt toegevoerd aan de schakeleenheid 23, zodat deze gedurende een beeld-synchronisatieperiode TA, waarin het signaal Sw2 de v/aarde ; "l" heeft, het signaal SQ doorlaat en gedurende een beeld- : 10 synchronisatieperiode TB, waarin het signaal Sw2 de waarde "0" heeft, het inverse signaal doorlaat. Zoals de figuren 2E en 2F laten zien, worden de uitgangsklokimpulsen en Pg van de klokimpulsgenerator 50 steeds aan het begin van de beeldsynchronisatieperioden TA en TB afgeleid. 15 Binnen iedere beeldsynchronisatieperiode geeft de wissignaalgenerator 25 gedurende een periode TFg met een beeldsynchronisatiesignaaldeel waarvoor SFG = "0" rechtstreeks het van de schakeleenheid 23 ontvangen signaal Sq of -¾ af, doch gedurende andere perioden, waarin SFG =· 20 "1", geeft de wissignaalgenerator 25 een wissignaal ter waarde "0" af. Dit wissignaal wordt toegevoerd aan de wis-aansluiting CL van de teller 21, zodat deze vaststeld of het maximale bitwaardeveranderingsinterval T van het tijdens de desbetreffende periode Tpg ontwikkelde beeld-25 synchronisatiesignaal korter of langer dan 5,5 T is. Gedurende de periode TA, waarin door de schakeleenheid 23 het signaal Sq wordt doorgelaten, detecteert de teller 21 het maximale bitwaardeveranderingsinterval T van positieve polariteit; tijdens de periode TB, waarin door de schakel-30 eenheid 23 het inverse signaal Sq wordt doorgelaten, detecteert de teller 21 het maximale bitwaardeveranderingsinterval T van negatieve polariteit. max
Bovendien wordt het detectie-uitgangssignaal Nq van de teller 21 door de stijgende flank van het signaal 35 SFG in de flip-flop 40 van het D-type vergrendeld, zodat het aande Q-uitgangsaansluiting verschijnende signaal VS en het aan de Q-uitgangsaansluiting verschijnende signaal ------- Vs aan de resp. einden van de perioden Tvg worden gekorri- «“ 8202642 -20- geerd (up-dated), zoals figuur 2G laat zien.
Zo zal bijvoorbeeld gedurende de periode TA, waarin het maximale bitwaardeveranderingsinterval τ χ van positieve polariteit wordt gedetecteerd, indien de in. het 5 signaal Sn voorkomende T kleiner dan 5,5 T blijkt te zijn, het uitgangssignaal Nq van de teller 21 de waarde "1" vertonen, zodat (zie figuur 2G) het uitgangssignaal VS van de flip-flop 40 van het einde van de periode Tvg binnen de periode TA tot het einde van de periode TFg binnen de daarop-10 volgende periode TB de waarde "1" blijft vertonen. Terwijl tijdens deze periode de poortschakeling 73 en 74 worden opengestuurd, wordt door de klokimpulsgenerator 50 slechts de impuls PQ afgegeven, welke dan via de poortschakeling 74 aan de aftelaansluiting D van de teller 71 wordt toegevoerd, 15 zodat de door deze bereikte telwaarde daalt, evenals de aan de vergelijkingsschakeling 3 toegevoerde drempelspanning
:' V
Aangezien de lengte van het maximale bitwaardeveranderingsinterval Tmax van positieve polariteit wordt 20 verkort wanneer, zoals figuur 4 laat zien, de voor verge- lijking dienende drempelspanning V^, overgaat naar een hogere waarde V^y dan de in afwezigheid van enige asymmetrie toe-gepaste drempelspanningswaarde V^q, zou de waarde van de voor vergelijking dienende drempelspanning V^, nu worden 25 verkleind, resp. zodanig worden gekorrigeerd, dat de span-ning VTO naar de “korrekte" waarde VT0 gaat.
Tijdens de periode TB, gedurende welke de lengte van het maximale bitwaardeveranderingsinterval Tmax van negatieve polariteit wordt gedetecteerd, zal, indien 3Q τ .
max xn het signaal SQ kliner dan 5,5 T blijkt te. zijn, het uitgangssignaal Nq van de teller 21 eveneens de waarde "1" aanneraen. In dat geval zal het signaal VS van de flip- flop 40 echter van het einde van de periode Tvg binnen de periode TB tot het einde van de periode T_,c binnen de 35 .daaropvolgende periode TA (net aan die volgens figuur 2G tegengestelde polariteit) de waarde "1" behouden. Aangezien. tijdens deze periode door de klokimpulsgenerator 50 slechts de inpuls Py wordt afgegeven, welke impuls Py via de poort- j 10221: 82 0 2 6 42 -21- schakeling 74 aan de optelaansluiting ϋ van de teller 71 wordt toegevoerd, zal de telwaarde daarvan toeneinen, even-als de waarde van de drempelspanning V^.
De lengte van het maximale bitwaardeverander 5 ringsinterval T van negatieve polariteit wordt verkort wanneer de drempelspanning V^, naar een lagere waarde V^,D dan de "korrekte" waarde VTQ gaat, zoals uit figuur 4 naar voren kornt* In het hier beschouwde geval wordt de waarde van de spanning derhalve vergroot voor korrektie van de 10 waarde VTD tot de korrekte waarde VTQ. ,
Wanneer de toestand bereikt is, waarin de plaat op stabiele wijze bij althans tenminste nagenoeg de konstante lineaire rotatiesnelheid wordt aangedreven, en vervolgens in de golfvorm van het uitgangssignaal van de 15 omzetschakeling golfvormasymmetrie wordt vastgesteld, vindt in reaktie op de detectie-uitgangssignalen omtrent de delen van positieve en negatieve polariteit van het maximale bitwaardeveranderingsinterval T van het. uitgangssignaal van de golfvormkorrektieschakeling een toename of een afname 20 van de door de in twee richtingen werkzame teller bereikte telwaarde plaats voor korrektie van de vastgestelde asymme-trie,
Wanneer de aandrijfmotor M onder faseservo-besturing op basis van de signalen met resp. frequentie 3£χ 25 en 3f staat en vervolgens een aanzienlijke schommeling in de .rotatiesnelheid van de motor M optreedt als gevolg van signaaluitval of andere oorzaken, zodanig, dat de beeld-synchronisatiesignaaldetector 26 gedurende meer dan 16 op-eanvolgende beeldsynchronisatieperioden geen beeldsynchro-30 nisatiesignaal vaststelt, neemt het uitgangssignaal DFg van de beeldsynchronisatiesignaalbestaansdetector 32 de waarde "0" aan, waardoor de wisselschakeling 64 wordt overgeschakeld naar zijn toestand, waarin hij tussen de uitgangssignalen van de "'beide poortschakeling 63 en 64 35 gaat kiezen. Het aan de Q-uitgangsaansluiting verschijnende uitgangssignaal VS en aan de Q-uitgangsaansluiting verschi jnende uitgangssignaal VS van de flip-flop 40 van het —; D-type, welke signalen de vergrendelde uitgangssignalen Nq 8202642 -22- van de teller 21 als weergave van het maximale bitwaarde-veranderingsinterval T-ax vormt, wordt de in twee rich-tingen werkzame teller 61 op geschikte wijze bestuurd voor snelle uitoefening van snelheidsservobesturingen, waardoor 5 de lineaire rotatiesnelheid van de plaat weer op de gewenste waarde wordt gebracht.
Bij hernieuwde detectie van het beeldsynchro-nisatiesignaal zal het uitgangssignaal D^g van de beeld-synchronisatiesignaalbestaansdetector 32 weer de waarde "1" 10 aannemen, zodat de wisselschakeling 64 weer naar de toestand wordt overgeschakeld, waarin faseservobesturing wordt ver-kregen.
Figuur 5 toont het schema van een praktische uitvoeringsvorm van een aan de hand van figuur 1 beschreven 15 inrichting volgens de uitvinding.
Bij de praktische Uitvoeringsvorm volgens figuur 5 wordt het detectie-uitfgangssignaal Ng van de teller 21 aangeboden via een NIET-EN-poortschakeling 21N? dit ge-schiedt zodanig, dat wanneer het aantal klokimpulsen CP 20 gedurende een periode, waarin het maximale bitwaardeverande-ringsinterval T^^de duur 5,5 T heeft, is geteld, alle tel-uitgangssignalen van de in aanmerking komende bits de waarde "1" aannemen, zodat het uitgangssignaal NQ van de NIET-EN-poortschakeling 21N de waarde "0" aanneemt.
25 De klokimpulsgenerator 22 voor vorming en afgifte van klokimpulsen CP bestaat uit een kwartsoscollator 22A en een voor frequentiedeling van de uitgangsimpulsen daarvan dienende teller 21B. Bij de stijgende flank van het door de wissignaalgenerator 25 afgegeven signaal wordt in 30 de teller 22B een voorafbepaalde waarde ingevoerd, zodanig, dat het begin van een te detecteren bitwaardeveranderings-interval en de verschijningsfase (het verschijningstijd-stip) van de door de teller 22B afgegeven klokimpulsen CP steeds de gewenste, konstante relatie vertonen.
35, De wissignaalgenerator 25B bestaat uit een NIET-EN-poortschakeling 25A en drie omkeerschakelingen 25B, 25C en 25D, welke ieder dienen voor vertraging van het ;— door de schakeleenheid 30 doorgelaten uitgangssignaal.
«“ 8202 6 42 -23-
De schakeleenheid 23 bestaat uit twee NIET-EN-poortschakelingen 23A, 23B en een omkeerschakeling 23C; het signaal wordt toegevoerd aan de poortschakeling 23A, terwijl het signaal wordt toegevoerd aan de poortschake-3 ling 23B. Het door de frequentiedeler 31A afgegeven signaal wordt rechtstreeks aan de NIET-EN-poortschakeling 23D en via de omkeerschakeling 23C aan de NIET-EN-poortschake-ling 23A toegevoerd, zodanig dat de beide poortschakelingen 23A en 23B afwisseld worden opengestuurd. Het uitgangs-10 signaal Nq van de NIET-EN-poortschakeling 21N wordt even-eens aan de beide poortschakelingen 23A en 23B toegevoerd, zodanig, dat wanneer het uitgangssignaal NQ van de teller de waarde "Ο" aanneemt, de beide poortschakelingen 23A en 23B worden geblokkeerd en de signalen Sg en niet worden 15 doorgelaten.
De schakeleenheid 30 bestaat uit drie NIET-EN- poortschakelingen 30A, 30B en 30C, waarvan de eerstgenoemde het signaal SPX met de beeldperiode krijgt toegevoerd,en wordt bestuurd door het uitgangssignaal D_0 van de beeld- £0 20 synchronisatiesignaalbestaansdetector 32; de NIET-EN-poortschakeling 30B krijgt het signaal SFG van de beeldsynchro-nisatiefrequentie toegevoerd en wordt bestuurd door het uitgangssignaal D^g, na inversie daarvan door een omkeerschakeling 32C.
25 De frequentiedelers 31A en 3IB zi'jn bij deze praktische uitvoeringsvorm samengevoegd tot een teller 31.
De beeldsynchronisatiesignaalbestaansdetector 32 bestaat uit een teller 32A en een NIET-EN-poortschake-ling 32B. Het signaal SF wordt toegevoerd aan de terug-30 stelaansluiting R van de teller 32A en aan de NIET—EN-poort— schakeling 32B, terwijl een aan frequentiedeling door 16 onderworpen uitgangssignaal van de frequentiedelende teller 31 aan de klokimpulsaansluiting CK van de teller 32A wordt toegevoerd. Wanneer de detector 26 het bestaan van het 35 beeldsynchronisatiesignaal detecteert,,heeft het signaal SF de waarde "0", zodat de teller 32A zich in zijn teruggestel-de of uitgangstoestand bevindt, terwijl het uitgangssignaal Dpg—van..de NIET-EN-poortschakeling 32B de waarde ”1" aan- -«= 820 2 642 -24- neemt. Wanneer de detector 26 niet het bestaan van het beeldsynchronisatiesignaal vaststelt, neemt het signaal SF de waarde "1" aan, zodat de teller 32A voor telling wordt vrijgegeven. Indien na non-detectie van het beeldsynchroni-5 satiesignaal 16 beeldsynchronisatieperioden zijn voorbijge-gaan, stijgt het aan frequentiedeling door 16 onderworpen uitgangssignaal van de teller 31A naar de waarde "1", zodat het uitgangssignahl van de teller 32A de waarde "1" aannaamt en het uitgangssignaal DFg van de NIET-EN-poortschakeling 10 32B de waarde "0” aanneemt.
Het voor vorming van de klokimpulsen Ρβ dienende beeld van de klokimpulsgenerator 50 bestaat uit drie omkeer-: schakelingen 50A, 50B en 50C, welke ieder als vertragings- schakeling werken, een NIET-EN-poortschakeling 50D en een 15 omkeerschakeling 50E. Het signaal Sw en het door de omkeer-schakelingen 50A, SOB en 50C vertraagde signaal Sw worden toegevoerd aan de NIET-EN-poortschakeling 50B, zodat de omkeerschakeling 50E aan het begin van de periode TA of FA de impuls PD afgeeft, waarvan de impulsbreedte met de som 20 van de vertragingsduren van de drie omkeerschakelingen 50A, 5OB en 50C overeenkomt. Het voor vorming van de klokimpulsen Ρ^ dienende gedeelte van de klokimpulsgenerator 50 bestaat uit drie omkeerschakelingen 50F, 50G en 50H, welke ieder eveneens als vertragingsschakeling werken, een NIET-EN-25 poortschakeling 501 en een omkeerschakeling 50J. Het uitgangssignaal van de omkeerschakeling 50C en hetzelfde, doch door de omkeerschakelingen 50F, 50G en 50H vertraagde uitgangssignaal worden toegevoerd aan de NIET-EN-poortschakeling 501, zodanig, dat de omkeerschakeling 50J aan het begin 30 van de periode TB of FB een impuls Py afgeeft, waarvan de impulsbreedte overeenkomt met de som van de vertragingsduren van de drie omkeerschakelingen 50F, 50G en 50H.
De poortschakelingen 63, 73 en 74 worden alle door schakelingen van het type NIET-EN gevoimd.
35 De wisselschakeling 64 bestaat uit de NIET-EN- poortschakelingen 64A, 64B, 64C, 64D, 64E en 64F. De poortschakeling 64A krijgt het signaal met de frequentie 3f --toegevoerd.,—terwijl-de poortschakeling 6 4B het signaal : 82 0 2 6 4 2 -25- met de frequentie 3f^ krijgt toegevoerd, terwijl het uit-gangssignaal D^g van de beeldsynchronisatiesignaalbestaans-detector 32 aan de NIET^EN-poortschakelingen 64A en 64B wordt toegevoerd voor opensturing daarvan bij stabiele 5 direktie van het beeldsynchronisatiesignaal. Het uitgangs-signaal van de NIET-EN-poortschakeling 63 wordt toegevoerd aan de NIET-EN-poortschakeling 64C, terwijl het uitgangssignaal van de NIET-EN-poortschakeling 74 wordt toegevoerd ; aan de NIET-EN-poortschakeling 64B. Het uitgangssignaal D^g 10 wordt# na inversie door de omkeerschakeling 32C, toegevoerd aan de NIET-EN-poortschakelingen 64C en 64D, zodanig, dat deze Worden opengestuurd wanneer geen detectie van het beeldsynchronisatiesignaal gedurende 16 opeenvolgende beeldperioden of langere tijd plaatsvindt* 15 De uitgangssignalen van de NIET-EN-poortschake lingen 64A en 64C worden toegevoerd aan de NIET-EN-poort-schakeling 64E, waarvan het uitgangssignaal wordt toegevoerd aan de optelaansluiting U van de in twee richtingen werkzame teller 61; de uitgangssignalen van de NIET-EN-20 poortschakelingen 64B en 64D worden toegevoerd aan de NIET-EN-poortschakelingen 64F, waarvan het uitgangssignaal wordt toegevoerd aan de afteleansluiting D van de in twee richtingen werkende teller 61.
Bij de hier beschreven uitvoeringsvorm wordt 25 de teller 61 gevormd door een 4-bitsteller; in de uitgangs-bewerkingsschakeling 62 worden de drie bovenste bits van het 4-bitsuitgangssignaal van de teller 61A aan digitaal/ analoog-omzetting door weerstanden 62A, 62B en 62C onder-worpen; deze weerstanden zijn met elkaar verbonden. Het 30 minst significante bit van het teluitgangssignaal van de teller 61 wordt via een NIET-EN-poortschakeling 62F een omkeerschakeling 62G en een weerstand 62H bij het aan digi-taal/analoog-omzetting onderworpen uitgangssignaal opgeteld s en wordt voor de faseservobesturing van de aandrijfmotor 35 N gebruikt.
Wanneer in de teller 61 door optelling de voile telwaarde of door aftelling de telwaarde nul wordt bereikt, . — zo.u_.jdit/_indien de .optelling of aftelling niet zou worden )’«2LC 82 0 2 6 4 2 -26- onderbroken, tot foutieve werking van de servobesturing leiden. In verband daarmee worden de uitgangssignalen van de NIET-EN-poortschakelingen 62D en 62E, welke laatstgenoem-den de drie bovenste bits van de teluitgangssignalen krijgen 5 toegevoerd, resp. aan de NIET-EN-poortschakelingen 64E en 64F toegevoerd, waardoor deze worden geblokkeerd, wanneer resp. de volledige telwaarde en de telwaarde nul door de teller 61 worden bereikt.
De in twee richtingen werkzame teller 71 wordt 10 eveneens door een 4-bitsteller gevormd, waarbij de bovenste 3-bits van een door de teller bereikte telresultaat aan digitaal/analoog-omzetting door weerstanden 72A, 72B,72C van de uitgangsbewerkingsschakeling 72 worden onderworpen ter verkrijging van de drempelspanning V^.
15 Wanneer, nadat de aandrijving in rotatie van de plaat op de gewenste konstante lineaire snelheidswaarde is vergrendeld, de faseservobestaring door de ene of andere oorzaak onwerkzaam wordt, blijft toch een betrekkelijk stabiele rotatie van de plaat bij konstante lineaire snel-20 heid behouden; de snelheidsservobesturing wordt dan snel · geactiveerd voor sndl herstel van de gewenste stabiele toestand.
Meer in het bijzonder heeft in figuur 5 het verwijzingsgetal 80 betrekking op een invangschakeling 25 (constant linear velocity pull-in lock circuit), bestaande uit een flipfflop 80A van het D-type, NIET-EN-poortschake-lingen 80B en 80C en uit twee omkeerschakelingen 80D en 80E. Daarbij wordt het uitgangssignaal DFg van de beeldsynchroni-satiesignaalbestaansdetectie 32 toegevoerd aan de NIET-EN-30 poortschakeling 80B, evenals het aan de Q-uitgangsaanslui-ting van de flip-flop 80A van het D-type verschijnende uitgangssignaal. De D-aansluiting van de flip-flop 80A wordt op een hoog niveau gebracht, terwijl de klokimpuls-aansluiting CK van de flip-flop het aan frequentiedeling 35 door 16 onderworpen uitgangssignaal van de frequentiedelende teller 31 krijgt toegevoerd. De uitgangssignalen van de NIET-EN-poortschakelingen 62D en 62E worden toegevoerd aan de - NIET-EN-poortschakeling'80C, waarvan het uitgangssignaal — 8202642 * jk Μ -27- een wisaansluiting CL van de flip-flop 80A wordt toegevoerd via de oirikeerschakeling 80D.
Het uitgangssignaal van de NIET-EN-poortschake-ling 80B wordt toegevoerd aan de voor faseservobesturing 5 dienende NIET-EN-poortschakeling 62P en voorts, via de oirikeerschakeling 80E, aan de omkeeringangsaansluiting van de niveauvergelijkingsschakeling 7.
Het voorgaande heeft tot gevolg, dat wanneer het beeldsynchronisatiesignaal aanwezig is en het uitgangs-10 signaal D^g de waarde "1" vertoont, het uitgangssignaal van de oirikeerschakeling 80D de waarde "1" vertoont, zolang als de in twee richtingen werkzame teller 61 noch zijn volledige telwaarde, noch de telwaarde nul bereikt. De flip-flop 80A van het D-type wordt dan gewist, zodat het aan zijn Q-uit- · 15 gangsaansluiting verschijnende uitgangssignaal de waarde "0" heeft, het uitgangssignaal van de NIET-EN-poortschakeling 80B de waarde "l” aanneemt en de NIET-EN-poortschake-ling 62F wordt opengestuurd, zodat de faseservobesturings-schakeling in werking kan treden en het uitgangssignaal van 20 de oirikeerschakeling 80E, waarvan het niveau gelijk is aan dat van de in de niveauvergelijkingsschakeling 7 toegepaste referentiespanning, een laag niveau kan aannemen.
Wanneer, in de toestand Dpg = "1", de in twee richtingen werkzame teller 61 zijn voile telwaarde of de i 25 telwaarde nul bereikt, dat wil zeggen een toestand, waarin de servovergrendeling buiten werking is, neernt het uitgangs-, signaal van de NIET-EN-poortschakeling 80C de waarde "l" aan, terwijl het uitgangssignaal van de omkeerschakeling 80B de waarde "0" aanneemt, zodat het aan frequentiedeling 30 door 16 onderworpen uitgangssignaal van de teller 31 een klokimpuls aan de flip-flop 80A levert, waardoor hat aan de Q-uitgangsaansluiting daarvan verschijnende uitgangssignaal de waarde "l" krijgt. Het uitgangssignaal van de NIET-EN-poortschakeling 80B krijgt dan de waarde "0", zodat de 35 NIET-EN-poortschakeling 62F wordt geblokkeerd en het aan de omkeeringangsaansluiting van de niveauvergelijkingsschakeling 7 toegevoerde signaal een hoog niveau krijgt, waardoor ;--de_snelheidsservobesturing snel in werking kan treden.
-.-= 8202 6 42 -28-
Voor het feit, dat de teller 21 speciaal door het van de kwartsoscillator afkomstige signaal SFX met de beeldperiode wordt teruggesteld voor detectie van de lengte van het bitwaardeveranderingsinterval op basis van de 5 beeldperiodeduur, tot dat de plaat op een konstante lineaire rotatiesnelheid is vergrendeld, bestaat nog een andere
reden. Indien het beeldsynchronisatieperiodesignaal SFX
tot vergrendeling van de plaat op de gewenste konstante lineaire rotatiesnelheid wordt gebruikt, zal dit signaal, 10 wanneer geen detectie van het beeldsynchronisatiesignaal plaatsvindt, een aanzienlijk hogere freguentie vertonen.dan tijdens de beeldperiode aangezien het de gedaante heeft van het aan frequentiedeling onderworpen signaal met de "free- running" frequentie van de als fasevergrendelde lus werkende 15 sahakeling, zodat voor een uitgelezen signaal met een langere • (dan normale) beeldperiode het signaal SFG in somriiige geval-len gedurende ddn van zijn perioden niet het'maximale bit-waardeveranderingsinterval Tmax bevat; dit brengt het risico met zich mede, dat de plaat niet op de gewenste, 20 konstante lineaire rotatiesnelheid wordt vergrendeld.
Zoals in het voorgaande is uiteengez.et, vindt toepassing plaats van een in twee richtingen werkzame teller, worden de bitwaardeveranderingsintervallen van positieve en negatieve polariteit op tijdscharende wijze gedetecteerd 25 en wordt de optelling door de genoemde teller door het bij de ene detectie verkregen uitgangssignaal, doch de aftel-ling door het bij de andere detectie verkregen uitgangs-signaal bestuurd, waardoor asymmetriekorrektie wordt verkregen. Aangezien volgens de uitvinding digitale asymmetrie-• 30 korrektie wordt uitgevoerd, kan een hogere korrektienauw-keurigheid worden verkregen.
Bovendien vindt de detectie van het maximale bitwaardeveranderingsinterval Tmax slechts gedurende het bitintervalbevattende deel van het informatiebeeldsynchro-35 nisatiesignaal plaats, zodat het eerder genoemde bezwaar, waarbij detectie van het maximale bitwaardeveranderings-interval Tmax gedurende het hele signaalinterval plaats--—vindt.,_zich.niet.,doordoet. Tijdens de periode, gedurende *mchlc 82 0 2 6 4 2 * "29“ het welk het beeldsynchronisatiesignaal niet ter beschikking staat, dat wil zeggen tot dat de lineaire rotatiesnelheid van de plaat op stabiele wijze is bereikt, wordt het bitwaardeveranderingsinterval T op basis van de beeldperiode 5 onderzocht. Dit heeft tot gevolg, dat zelfs indien de snelheidsservobesturing door het gebruik van het bij de detectie van het maximale bitwaardeveranderingsinterval T bereikte detectie-uitgancssignaal wordt beinvloed,
ITlclX
niet het gevaar bestaat, dat de snelheidsservobesturing 10 daardoor buiten werking wordt gesteld.
Het zal duidelijk zijn, dat wanneer in plaats van een uit een opeenvolgen van twee maximale bitwaardever-; anderingsintervallen Tmax uit een opeenvolgen van minimale bitwaardeintervallen T . bestaand signaal als informatie-15 beeldsynchronisatiesignaal wordt gebruikt, detectie van een dergelijk* minimaal bitwaardeveranderingsinterval Tmin door de teller 21 voor asymmetriekorrektie wordt toegepaS.t.
De uitvinding beperkt zich niet tot de in het voorgaande beschreven en in de tekening weergegeven uitvoe-20 ringsvorm. Verschi1lende wijzigingen kunnen in de beschreven details en in hun onderlinge samenhang worden aangebracht, zonder dat daarbij het kader van de uitvinding wordt over-schreden.
82 0 2 6 42 - -;
Claims (7)
1. Iiirichting voor informatiesignaalweergave uit een schijfvormige plaat met een in een kode met beperkte bitwaardeduur daarop opgenomen informatiesignaal, voorzien van middelen voor weergave van een informatiesignaal uit 5 een dergelijke plaat, een aandrijfmotor voor aandrijving in rotatie van een plaat, een vergelijkingsschakeling voor vergelijking van het niveau van een uitgelezen inforraatie-signaal met een drempelspanningsniveau en voor vorming van een continu rechthoekgolfvormig signaal, en van eerste 10 detectiemiddelen voor detectie van een interval van positieve polariteit als deel van een maximaal of minimaal bitwaarde-veranderingsinterval van het rechthoekgolfvormige signaal en voor detectie van een interval van negatieve polariteit als deel van het maximale of minimale bitwaardeveranderings-15 interval van het rechthoekgolfvormige signaal, gekenmerkt door een in twee richtingen werkzame teller voor zodanige telling van kldkimpulsen, dat het telresultaat toeneemt (afneemt) wanneer het deel van positieve polariteit langer dan een voorafbepaalde intervalduur is, terwijl het 20 telresultaat afneemt (toeneemt) wanneer het deel van negatieve polariteit langer dan de voorafbepaalde intervalduur, is, een digitaal/ahaloog-omzetter voor omzetting van een digitaal uitgangssignaal van de teller in een daarmede overeenkomend analoge signaal, en door middelen voor toevoer 25 van het analoge signaal als het genoemde drempelspanningsniveau aan de vergelijkingsschakeling, zodanig, dat deze een uitgangssignaal met onderling gelijke, positieve en negatieve polariteitsdelen van het maximale of minimale bitwaarde-overgangsinterval afgeeft.
2. Informatiesignaalweergeefinrichting volgens conclusie 1, waarbij het op een plaat opgenomen informatie-signaal een beeldsynchronisatiesignaal be vat, gekenmerkt door middelen voor afleiding van het beeldsynchronisatiesignaal uit het uitgelezen informatiesignaal, middelen voor 35 afleiding van een referentiesignaal uit een referentiesignaal-; bron bij niet-afleiding van het beeldsynchronisatiesignaal, ---- schakelmiddelen voor . selectieve overschakeling tussen de 82 0 2 6 42 ' ....... ....... ................................. -31-............... middelen voor afleiding van het beeldsynchronisatiesignaal en de middelen voor afleiding van het referentiesignaal, waarbij de eerste detectiemiddelen het maximale of minimale bitwaardeveranderingsinterval van het uitgelezen signaal 5 op basis van het door de schakelmiddelen doorgelaten signaal detecteren.
3. Informatiesignaalweergeefinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de eerste detectiemiddelen worden gevormd door een teller, weIke slechts gedurende '10 de periode van het maximale of minimale bitwaardeveranderingsinterval van het uitgelezen signaal, een telling van klok-impulsen uitvoert.
4. Informatiesignaalweergeefinrichting volgens conclusie 3, gekenmerkt door: een tweede in twee richtingen 15 werkzame teller voor vermindering van de door de eerstgenoemde teller bereikte telwaarde wanneer deze hoger dan een vooraf-bepaalde waarde ligt en voor vergroting wanneer deze lager dan de voorafbepaalde waarde ligt, een tweede analoog/digi-taal-omzetter voor omzetting van het uitgangssignaal van de 20 tweede in twee richtingen werkzame teller in een analoog signaal en door een regellus voor regeling van de plaatrota-tie op basis van het uitgahgssignaal van de tweede digitaal/ analoog-omzetter.
5. Informatiesignaalweergeefinrichting volgens 25 conclusie 4, gekenmerkt door: middelen voor toevoer van klokimpulsen aan de tweede in twee richtingen werkzame teller, middelen voor vorming en afgifte van een eerste impuls van hogere frequentie danjiet beeldsynchronisatiesignaal en een tweede impuls van lagere frequentie dan de 30 beeldfrequentie van het uitgelezen signaal, en door een kiesschakeling voor selectieve doorlating van de door de zojuist genoemde middelen afgegeven impulsen naar de tweede in twee richtingen werkzame teller.
6. Informatiesignaalweergeefinrichting volgens 35 conclusie 5, met het kenmerk, dat de kiesschakeling is gekoppeld met een schakeling voor afleiding van het beeldsynchronisatiesignaal en dat de kiesschakeling in geval van --dergelijke-afleiding van-het-beeldsynchronisatiesignaal van 5TW22ic 82 0 2 6 4 2 ' -52-...... de klokimpulsen naar de andere genoeiade impulsen wordt-overgeschakeld.
7. Informatiesignaalweergeefinrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de tweede in twee rich-5 tingen werkzame teller een uitgangssignaal met boveriste en onderste bits heeft en dat de tweede in twee richtingen werkzame teller aan zijn optelaansluiting (aftrekaansluiting) de klokimpulsen en aan zijn aftrekaansluiting (optelaansluiting) een met de klokimpulsen te vergelijken klokimpuls-10 signaal krijgt toegevoerd, zodanig, dat de bovenste bits van het teluitgangssignaal van de tweede teller een snel-: heidsservobesturingssignaal vormen en het minst significante : bit van hetzelfde uitgangssignaal van de tweede teller een faseservobesturingssignaal vormt. — 8202642
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
JP10169181 | 1981-06-30 | ||
JP56101691A JPS583118A (ja) | 1981-06-30 | 1981-06-30 | デイスク再生装置の波形変換回路 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8202642A true NL8202642A (nl) | 1983-01-17 |
Family
ID=14307357
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8202642A NL8202642A (nl) | 1981-06-30 | 1982-06-30 | Inrichting voor informatiesignaalweergave uit een schijfvormige plaat. |
Country Status (7)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US4466089A (nl) |
JP (1) | JPS583118A (nl) |
CA (1) | CA1185011A (nl) |
DE (1) | DE3224478C2 (nl) |
FR (1) | FR2508686A1 (nl) |
GB (1) | GB2104276B (nl) |
NL (1) | NL8202642A (nl) |
Families Citing this family (26)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPS58211314A (ja) * | 1982-06-01 | 1983-12-08 | Nippon Columbia Co Ltd | 信号検出回路 |
US4583211A (en) * | 1982-06-15 | 1986-04-15 | Tokyo Shibaura Denki Kabushiki Kaisha | Frequency detecting circuit for digital information reproducing system |
JPS5922208A (ja) * | 1982-07-06 | 1984-02-04 | Victor Co Of Japan Ltd | デイジタル情報信号記録方式 |
DE3348177C2 (nl) * | 1982-10-15 | 1989-07-20 | Pioneer Electronic Corp., Tokio/Tokyo, Jp | |
NL8303859A (nl) * | 1983-11-10 | 1985-06-03 | Philips Nv | Selektief scramblen bij compact disc. |
JPS6182377A (ja) * | 1984-09-29 | 1986-04-25 | Toshiba Corp | デジタルデイスクプレ−ヤのモ−タ制御装置 |
JPS61273776A (ja) * | 1985-05-29 | 1986-12-04 | Nippon Kogaku Kk <Nikon> | 再生サ−ボ装置 |
EP0203786B1 (en) * | 1985-05-29 | 1991-09-18 | Matsushita Electric Industrial Co., Ltd. | Recording medium rotation control apparatus |
NL8701448A (nl) * | 1987-06-22 | 1989-01-16 | Philips Nv | Werkwijze en inrichting voor het met een stralingsbundel aftasten van een roterende registratiedrager. |
US4965782A (en) * | 1988-05-26 | 1990-10-23 | Storage Technology Partners Ii | Off-track bit shift compensation apparatus |
DE3912837A1 (de) * | 1989-04-19 | 1990-10-25 | Thomson Brandt Gmbh | Regelschaltung |
DE4142339C2 (de) * | 1991-12-20 | 1995-07-20 | Siemens Ag | Verfahren und Schaltungsanordnung zum Umsetzen von spannungsmodulierten Eingangssignalen in Datensignale |
JP2911704B2 (ja) * | 1993-02-16 | 1999-06-23 | パイオニア株式会社 | ディジタル信号再生装置 |
JP3240016B2 (ja) * | 1993-05-11 | 2001-12-17 | ソニー株式会社 | 光デイスク装置及び光デイスク装置の評価方法 |
US5485320A (en) * | 1993-05-24 | 1996-01-16 | Trace Mountain Products, Inc. | Method and apparatus for adjusting asymmetric recording signals |
JPH08167239A (ja) * | 1994-12-07 | 1996-06-25 | Sony Corp | 再生装置及び回転サーボ回路 |
DE19837011C1 (de) * | 1998-08-14 | 2000-02-10 | Siemens Nixdorf Inf Syst | Schaltungsanordnung zur Spitzenspannungserfassung für integrierte Schaltkreise |
US6768706B1 (en) * | 1998-10-28 | 2004-07-27 | Victor Company Of Japan, Ltd | Frequency control apparatus and digital signal reproducing apparatus |
US6980384B1 (en) * | 2002-11-15 | 2005-12-27 | Iomega Corporation | Extended position error signal for analog servo disk drive |
JP3960271B2 (ja) * | 2003-07-02 | 2007-08-15 | ソニー株式会社 | 位相誤差判定方法、デジタルpll装置 |
TWI284889B (en) | 2003-09-26 | 2007-08-01 | Sony Corp | Information processing apparatus |
US8050157B1 (en) * | 2007-12-20 | 2011-11-01 | Marvell International Ltd. | Timing recovery for optical disc drive high frequency modulation |
US8000193B1 (en) * | 2007-12-20 | 2011-08-16 | Marvell International Ltd. | Timing recovery for optical disc drive high frequency modulation |
JP4650552B2 (ja) * | 2008-10-14 | 2011-03-16 | ソニー株式会社 | 電子機器、コンテンツ推薦方法及びプログラム |
US8958276B1 (en) | 2012-10-31 | 2015-02-17 | Marvell International Ltd. | Optical disc drive high frequency modulation signal detection |
US9645264B2 (en) | 2013-05-07 | 2017-05-09 | Pgs Geophysical As | Pressure-compensated sources |
Family Cites Families (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US3959816A (en) * | 1975-02-24 | 1976-05-25 | Spiecens Camil P | Method and apparatus for interpreting binary data |
DE2521821A1 (de) * | 1975-05-16 | 1976-11-25 | Bosch Gmbh Robert | Videoplattengeraet |
US4079942A (en) * | 1975-09-11 | 1978-03-21 | Edward A. Jazlowiecki | Method of and apparatus for controlling turntable speed |
JPS5671856A (en) * | 1979-11-15 | 1981-06-15 | Sony Corp | Playback device of disc |
JPS5758269A (en) * | 1980-09-24 | 1982-04-07 | Sony Corp | Device for reproducing disk |
JPS5764371A (en) * | 1980-09-30 | 1982-04-19 | Toshiba Corp | Rotation control system of disk recording medium |
-
1981
- 1981-06-30 JP JP56101691A patent/JPS583118A/ja active Granted
-
1982
- 1982-06-22 CA CA000405690A patent/CA1185011A/en not_active Expired
- 1982-06-22 US US06/390,816 patent/US4466089A/en not_active Expired - Lifetime
- 1982-06-29 GB GB08218728A patent/GB2104276B/en not_active Expired
- 1982-06-30 DE DE3224478A patent/DE3224478C2/de not_active Expired - Lifetime
- 1982-06-30 NL NL8202642A patent/NL8202642A/nl not_active Application Discontinuation
- 1982-06-30 FR FR8211530A patent/FR2508686A1/fr active Granted
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
GB2104276B (en) | 1984-11-07 |
US4466089A (en) | 1984-08-14 |
FR2508686A1 (fr) | 1982-12-31 |
CA1185011A (en) | 1985-04-02 |
FR2508686B1 (nl) | 1985-01-04 |
DE3224478C2 (de) | 1995-09-07 |
GB2104276A (en) | 1983-03-02 |
JPS583118A (ja) | 1983-01-08 |
DE3224478A1 (de) | 1983-01-20 |
JPH0223945B2 (nl) | 1990-05-25 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL8202642A (nl) | Inrichting voor informatiesignaalweergave uit een schijfvormige plaat. | |
NL8104408A (nl) | Inrichting voor afspeling van een schijfvormige registratiedrager of plaat. | |
USRE33665E (en) | Digital signal detecting and compensating circuit with adjustable window signal | |
JP2845915B2 (ja) | 情報再生方法および情報再生装置 | |
NL8104379A (nl) | Signaalgolfvormregelschakeling. | |
US4543650A (en) | Servo system including velocity and phase servo circuits for digital audio record disc reproducing apparatus | |
NL8203141A (nl) | Stelsel voor het automatisch volgen van drempels. | |
NL8202503A (nl) | Servobesturingsstelsel. | |
US5359585A (en) | Information reproducing apparatus with variable digitizing threshold | |
JPH0157530B2 (nl) | ||
US3684967A (en) | Automatic control of position and width of a tracking window in a data recovery system | |
US5592456A (en) | Information reproducing apparatus and method | |
NL193515C (nl) | Digitale servobesturingsschakeling. | |
NL8203960A (nl) | Inrichting voor uitlezing uit een registratiemedium van een volgens een code met een beperkte bitwaardeduur opgenomen, impulscodegemoduleerd signaal. | |
NL8006178A (nl) | Faseservobesturingsschakeling. | |
CN1149350A (zh) | 从记录载体的n条相邻磁道再生n个数字信号的设备 | |
EP0195368B1 (en) | Digital apparatus for data recovery system | |
GB1593298A (en) | Data storage apparatus | |
JP3300138B2 (ja) | 光ディスク | |
US5276667A (en) | Optical recording and reproducing apparatus for synchronizing recording on subsequent unrecorded sectors | |
EP0384405B1 (en) | Optical recording and reproducing apparatus | |
US4864553A (en) | Apparatus for controlling rotation of a run length limited code modulated information recording medium | |
US5142524A (en) | Optical recording medium | |
US6414919B1 (en) | Device having a first operational state for writing information onto a record carrier | |
JP3171205B2 (ja) | 変調周波数検出回路 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A85 | Still pending on 85-01-01 | ||
BA | A request for search or an international-type search has been filed | ||
BB | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
BV | The patent application has lapsed |