NL8201597A - Inrichting voor het vervezelen en zeven van vezelachtige materialen. - Google Patents

Description

V '» , N.o. 30979 1

Inrichting voor het vervezelen en zeven van vezelachtige materialen.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het vervezelen en zeven van een vezelachtig materiaal, waarbij deze inrichting een draaiende trommel omvat, waarbij het inlaateind van de trommelwand niet van openingen voorzien is en het uitlaateind van ope-5 ningen voorzien is en waarbij het inlaateind van het uitlaateind gescheiden is door middel van een scheidingswand, die een opening heeft.

In het Duitse Auslegeschrift 2651198 wordt een draaiende trommel van het boven omschreven type getoond. In het eerste, niet van openingen voorziene deel van de trommel, wordt het te behandelen materiaal 10 bevochtigd, behandeld met chemicaliën en afgebroken, en in het tweede, van openingen voorziene deel wordt het materiaal gezeefd. De trommel is voorzien van een scheidingswand die een overloopdrempel vormt. Bovendien bevinden zich in de scheidingswand openingen, waardoor het materiaal dat in het eerste deel van de trommel behandeld is, neer kan gaan. 15 Bij het behandelen van materialen, die moeilijk af te breken zijn, zoals bijvoorbeeld met kunststof bekleed afvalpapier, moet de verblijftijd van het materiaal in het eerste deel van de trommel lang zijn. De volume stroom (per tijdseenheid) zal dan klein zijn. Het is echter gebleken dat een scheidingswand die voorzien is van openingen niet het 20 gewenste effect teweeg brengt, maar op een tegenovergestelde wijze werkt. Als de volume stroom afneemt, wordt de verblijftijd korter.

De scheidingswand die als een overloopdrempel met gelijk blijvende hoogte werkt, heeft een gelijk blijvende verblijftijd, onafhankelijk van de volume stroom, tot gevolg.

25 De trommel kan ook voorzien worden van een schep, die het materi aal dat in het eerste deel behandeld is, omhoog brengt, over de scheidingswand naar het tweede deel. Hierdoor wordt de verblijftijd korter terwijl de volume stroom afneemt.

Het is een doel van de onderhavige uitvinding om een inrichting te 30 verschaffen waarin de verblijftijd van het materiaal in het eerste, niet van openingen voorziene deel van de trommel langer wordt als de volume stroom afneemt en omgekeerd.

Dit wordt bewerkstelligd door de scheidingswand zo te vervaardigen dat de hoogte van tenminste een deel van de scheidingswand wisselt.

35 De uitvinding wordt hieronder verder beschreven aan de hand van de bijgaande tekeningen, waarin: figuur 1 een scxhematisch zijaanzicht is van een inrichting volgens de uitvinding, 8201597 * · 2 figuur 2 een doorsnede genomen langs de lijn A-A van figuur 1 is, figuur 3 een andere uitvoering van de uitvinding toont, figuur 4 een andere alternatieve uitvoering van de uitvinding toont, 5 figuur 5 een derde alternatieve uitvoering van de uitvinding toont, figuur 6 een zijaanzicht is van de konstruktie van figuur 5, figuur 7 een vierde alternatieve uitvoering toont, en figuur 8 een zijaanzicht van de konstruktie van figuur 7 is.

10 In figuur 1 en 2 verwijst stuknummer 1 naar een trommel, 2 naar de trommelwand en 3 en 4 naar de einden van de trommel. De trommel is voorzien van zich in de langsrichting uitstrekkende, inwendige ribben 5, die bij draaiing van de trommel het te behandelen materiaal van de bodem van de trommel naar een grotere hoogte brengen, van welke hoogte 15 het materiaal naar beneden naar de trommelwand toe valt en zo verbroken wordt en blootgesteld wordt aan afschuifkrachten, welke het verband tussen de vezels verbreken. In het andere eind van de trommel bevindt zich een inlaatopening 6, waardoor het te behandelen materiaal in de trommel gebracht wordt. Een inlaateind 7 van de trommelwand is niet van 20 openingen voorzien. Een uitlaateind 8 van de trommelwand is van openin-gen voorzien. De wel en niet van openingen voorziene delen worden gescheiden door een scheidingswand 9, die een opening 10 heeft die niet rond is. De hoogte h van de scheidingswand, met andere woorden de afstand in vertikale richting van de binnenrand 11 van de scheidingswand 25 tot de trommelwand wisselt.

In de uitvoering die in figuur 2 afgeheeld is, waarbij de opening 10 driehoekig is, wisselt de hoogte (h) van de overloopdrempel drie maal tijdens een omwenteling van de grootste waarde h^^ naar de kleinste waarde 1%£η· Tijdens normale bedrijfsomstandigheden, 30 vindt indien de opening zich in de stand bevindt die in de tekening getoond is, geen overlopen plaats. Als de trommel 60° gedraaid is en het laagste punt van de wand (de punt van de opening) zich in een laagste stand bevindt, vindt een maximale overloop plaats. Het blijkt dus dat de overloop periodiek is. In praktijk is gebleken dat op deze wijze de 35 gewenste afhankelijkheid tussen de verblijftijd en de volume stroom bereikt wordt.

In de in figuur 3 getoonde uitvoering wisselt de hoogte van de overloopdrempel twee maal van de grootste waarde naar de kleinste en in de uitvoering die in figuur 4 getoond is, waarbij de overloop uit een 40 boog die concentrisch met de hartlijn van de trommel loopt en een 8201597 3 V-vormig deel bestaat, een maal. Bij dezelfde hmax en hmjfn waarden geeft de uitvoering volgens figuur 4 de langste verblijftijd en de uitvoering volgens figuur 2 de kortste

Vloeistof waaraan de vereiste chemicaliën toegevoegd zijn, wordt 5 aan de trommel toegevoerd. Het bevochtigde en afgebroken materiaal, dat behandeld is met chemicaliën, stroomt over de scheidingswand 9 naar het van gaten voorziene gebied van de trommel waar het zeven plaats vindt. Los gemaakte vezels en vezelkluwens die door de openingen in de trom-melwand kunnen passeren, worden daardoor samen met de vloeistof afge-10 voerd naar een reservoir dat onder de trommel aangebracht is. Grove delen worden uit de trommel verwijderd door de opening in het eind 4.

Bij de uitvoering die in figuur 5 en 6 getoond is, staat de scheidingswand 9 schuin, zodat deze een scherpe hoek (a), bijvoorbeeld 45°, maakt met het oppervlak van de trommelwand van het uitlaatelnde. Meta-15 len draadvormige delen die de neiging hebben om vast te gaan zitten in de scheidingswand, gaan makkelijker door een trechter-vormige scheidingswand dan door de vlakke scheidingswand volgens figuur 2 tot en met 4.

De scheidingswand in figuur 7 en 8 wordt door drie delen 13 ge-20 vormd, die schuin staan ten opzichte van het oppervlak van de trommelwand. Deze scheidingswand werkt op dezelfde wijze als bij de voorgaande uitvoering. De opening is in allebei deze uitvoeringen driehoekig, maar kan natuurlijk even goed een andere vorm hebben.

In de bovenbeschreven uitvoeringen kan de minimum waarde h^n 25 van de hoogte van de scheidingswand nul zijn. Het niet van openingen voorziene deel 7 van de trommelwand en het van openingen voorziene deel 8 kan ook in gebieden verdeeld worden die van elkaar gescheiden worden door een scheidingswand of -wanden volgens figuur 2 tot en met 8. Op deze manier kan de verblijftijd van het te behandelen materiaal in ver-30 schillende delen van de trommel op een gewenste wijze geregeld worden en kunnen de verschillende behandelingsfasen dus beheerst worden.

8201597

Claims (5)

1. Inrichting voor het vervezelen en zeven van vezelachtig materiaal, welke inrichting een draaiende trommel omvat, waarbij het inlaat-eind van de trommelwand niet van openingen voorzien is en waarbij het 5 uitlaateind van de trommelwand van openingen voorzien is, en waarbij het inlaateind van de trommel gescheiden is van het uitlaateind door middel van een scheidingswand die een opening heeft, met het kenmerk, dat de hoogte van tenminste een deel van de scheidingswand (9) wisselt.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat eveneens een scheidingswand waarvan de hoogte wisselt, aangebracht is in het niet van openingen voorziene deel (7) van de trommel (1).

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat eveneens een scheidingswand waarvan de hoogte wisselt, geplaatst is in het 15 van openingen voorziene deel (8) van de trommel (1).

4. Inrichting volgens conclusies 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat de opening (10) in de scheidingswand (9) driehoekig is.

4 * V CONCLUSIES.

5. Inrichting volgens conclusie 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat de scheidingswand (9) trechtervormig is, zodat deze een scherpe hoek maakt 20 met het uitlaateind (8)' van de trommelwand. ************ 8201597