NL8201364A - Werkwijze en inrichting voor het met behulp van elektrische pulsen stimuleren van karkassen. - Google Patents

Description

VO 3172 -1-

Werkwijze en inrichting voor het met behulp van elektrische pulsen stimuleren van karkassen.

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze en inrichting voor het met behulp van elektrische pulsen stimuleren van karkassen.

Het is algemeen bekend dat de vleeskwaliteit van een karkas, in het bijzonder wat de malsheid en kleur betreft, kan worden verbeterd, 5 door elektrische stroompulsen door een karkas te leiden. Een dergelijke techniek wordt in het algemeen aangeduid als elektrostimulatie.

Bovendien blijkt door toepassing van elektrostimulatie de tijd waarin de zuurgraad van het vlees tot een voor onderkoelen geschikte waarde is gedaald, aanzienlijk te worden verkort.

10 Meer in het bijzonder resulteert elektrostimulatie in de volgende voordelen: de spierkoolhydraten en energierijke fosfaten van het vlees worden versneld afgebroken waardoor de pH-waarde snel daalt en de gewenste zuurgraad snel wordt bereikt. Hierdoor kan het zgn. "cold-shortening" effekt worden voorkomen. Onder dit zgn. "cold-shortening" effekt wordt 15 verstaan een excessieve samentrekking van een spier, waardoor taai vlees ontstaat, wanneer het vlees met een te hoge pH-waarde, in het algemeen pH ^'6,0, wordt onderkoeld. Verder blijkt dat door elektrostimulatie een extra vermalsend effekt teweeg wordt gebracht onafhankelijk van de mate van spiersamentrekking. Tevens wordt vermoedelijk door een denatura-20 tie van spiereiwitten de kleur in belangrijke mate verbeterd.

Bij een bekende werkwijze en inrichting voor elektrostimulatie van karkassen, wordt in verband met veiligheidsoverwegingen gebruik gemaakt van een reeks van laagspanningspulsen met een effectieve waarde van ca. 5 Volt of lager. Teneinde hierbij de voor elektrostimulatie ver-25 eiste sterkte van de door het karkas vloeiende stroom te verkrijgen, is het noodzakelijk om een positieve ofwel actieve elektrode van een elektrische spanningspulsen teweegbrengende eenheid, met behulp van een speciale aansluitklem, handmatig op het te behandelen karkas aan te brengen, meer in het bijzonder bij een speciaal, zich in de neus van het karkas bevindend zenuwcentrum; de ophangketting van het karkas is 30 hierbij geaard.

Doordat het bij deze bekende techniek vereist is om de actieve elektrode telkens met de hand bij de bovengenoemde speciale plaats van ---== 8201364 -2- het karkas aan te brengen, bestaan bezwaren van technische en economische aard, wanneer relatief grote aantallen karkassen per tijdseenheid moeten worden verwerkt. Wanneer b.v. 1600-1800 karkassen per dag moeten worden verwerkt is het onaanvaardbaar om de aanvoerlijn telkens tot stilstand 5 te brengen teneinde de neusklemelektrode aan te brengen. M.a.w. is een dergelijke bekende techniek niet geschikt om in een geautomatiseerd proces te worden toegepast. Anderzijds zijn elektrodestimulatietechnieken bekend waarbij gebruik wordt gemaakt van relatief hoge spanningen b.v. ca. 3 è. 4 kV. Deze bekende hoogspanningstechnieken zijn echter in verband 10 met veiligheidsoverwegingen en/of overwegingen van bedrijfstechnische en economische aard ook minder geschikt om in een geautomatiseerd proces te worden gebruikt.

Met de uitvinding is nu beoogd een voor elektrostimulatie dienende werkwijze en inrichting beschikbaar te stellen waardoor de bovenge-15 schetste bezwaren van de tot nu toe bekende technieken op dit gebied worden opgeheven.

Een werkwijze voor elektrostimulatie van karkassen is volgens de uitvinding daardoor gekenmerkt dat tussen twee zich op afstand van . elkaar bevindende huidoppervlaktegebieden van een te behandelen karkas, 20 een of meerdere na elkaar verschijnende hoogspanningspulsen worden toegevoerd, en wel zodanig dat ter plaatse van deze huidoppervlaktegebieden de elektrische overgangsweerstand van de aldaar aanwezige huidlaag resp. hoornlaag, wordt verminderd, waarna de elektrische laagspanningspulsen aansluitend aan de desbetreffende hoogspanningspuls(en), aan genoemde 25 huidoppervlaktegebieden met verlaagde overgangsweerstand, worden toegevoerd.

Verder is een werkwijze voor elektrostimulatie van karkassen volgens de uitvinding gekenmerkt doordat het elektrisch stimuleren van de karkassen plaatsvindt in aansluiting op de verbloedingsfaze van een 30 slachtlijn en voorafgaande aan het verwijderen van de huid.

Wanneer aldus wordt gestimuleerd zijn de zenuwbanen van het karkas nog geleidend waardoor een bijzonder effectieve stimulatie wordt verkregen. Doordat voorafgaande aan het verwijderen van de huid wordt gestimuleerd wordt tevens het overbrengen van infecties vrijwel uitgesloten.

35 Bij een werkwijze volgens de uitvinding wordt resp. worden een hoogspanningspuls(en) slechts gebruikt om de hoornlaag resp. huidlaag van een karkas plaatselijk zodanig te verminderen dat de elektrische overgangsweerstanden aldaar aanzienlijk worden verminderd.

8201364 -3- \ I,

U

Daarbij kunnen de elektrische laagspanningspulsen die in hoofdzaak werkzaam zijn om de gewenste elektrostimulatie teweeg te brengen, op een voor automatisering geschikte en doeltreffende wijze aan het karkas worden toegevoerd zonder dat de continue voortgang van het bewerkings-5 proces wordt onderbroken.

Meer in het bijzonder is een werkwijze volgens de uitvinding daardoor gekenmerkt dat de hoogspanningspulsen periodiek worden toegevoerd met een frequentie die enige malen lager is dan de frequentie waarmee de laagspanningspulsen worden toegevoerd.

10 Bij een voorkeursuitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding worden de hoogspanningspulsen periodiek toegevoerd met een frequentie van maximaal 60 pulsen per minuut waarbij elke hoogspannings-puls gedurende een tijdsinterval van maximaal 1,5 millisec. aanwezig is. Daarbij wordt bij voorkeur de laagspanning toegevoerd in de vorm van 15 periodieke pulsen met een herhalingsfrequentie van ca. 14 Hz en een top-waarde welke de gewenste stroomdoorgang door het karkas garandeert.

De uitvinding maakt het mogelijk de pH-waarde van een karkas dusdanig snel te verminderen dat een karkas na de slachtlijn te hebben doorlopen, direkt kan worden onderkoeld en in een koelruimte kan worden 20 opgeslagen.

Een voor een geautomatiseerd proces te gebruiken inrichting voor het toepassen van een elektrostimulatiewerkwijze omvat een karkastransportinrichting met een daaraan bevestigde flexibele karkasdrager, een ten opzichte van een vaststaande drager, zoals b.v. een muur, elek-25 trisch geïsoleerde, uit elektrisch geleidend materiaal gevormde eerste spanningsrail die is ingericht om een door de transportinrichting voortbewogen karkas te ondersteunen en te geleiden, en een tweede in hoofdzaak evenwijdig aan de eerste spanningsrail aangebrachte spanningsrail. Een dergelijke inrichting is volgens de uitvinding daardoor gekenmerkt 30 dat de tweede spanningsrail:(a) elektrisch is geïsoleerd ten opzichte van een daarvoor dienende vaststaande drager, (b) elektrisch is verbonden met de positieve (actieve) uitgangsaansluiting van een elektrische spanningspulsen teweegbrengende eenheid, (c) buiten handbereik van bedieningspersoneel is aangebracht; de eerste spanningsrail:(a) elektrisch 3Ξ» is verbonden met de negatieve (niet actieve) uitgangsaansluiting van genoemde elektrische spanningspulsen teweegbrengende eenheid, (b) is voorzien van tenminste een uitstekende rand die is ingericht om een langs deze spanningsrail voortglijdend karkas, via een betrekkelijk gering huid- 8201364 -4- oppervlaktegedeelte te ondersteunen; en genoemde flexibele karkasdrager een ten opzichte van de transportinrichting elektrisch geïsoleerd gedeelte omvat van elektrisch stroomgeleidend materiaal, welk geïsoleerde gedeelte in elektrisch contact met de genoemde tweede spanningsrail daar 5 langs kan voortglijden.

De constructieve uitvoering van een dergelijke inrichting volgens de uitvinding, is robuust, eenvoudig, bedrijfsbetrouwbaar en goedkoop.

De beide spanningsrails zijn zodanig ten opzichte van de transportinrichting resp. een daarmee gekoppelde ophangketting opgesteld, 10 dat een aan deze ketting bij voorkeur aan een achterpoot opgehangen karkas, door zijn eigen gewicht: (a) met een schoudergedeelte aandrukt tegen de onderste zich op nulpotentiaal bevindende spanningsrail, en (b) de ophangketting tegen de bovenste zich op werkpotentiaal bevindende spanningsrail aandrukt, zodat het karkas wanneer dit door de transport-15 inrichting wordt voortbewogen, via glijcontactverbindingen elektrisch en ten opzichte van de omgeving geïsoleerd is verbonden met de eenheid voor het teweegbrengen van de benodigde elektrische spanningspulsen.

Doordat verder de spanningvoerende bovenste rail buiten handbereik van bedieningspersoneel is opgesteld en het stroomgeleidende cir-20 cuit inclusief het te behandelen karkas, elektrisch geïsoleerd ten opzichte van de omgeving wordt gedragen, is de inrichting veilig voor bedieningspersoneel. Bovendien is de inrichting voor een gunstige kostprijs te vervaardigen, terwijl de constructieve uitvoering zodanig is dat de slachtcapaciteit door het stimulatieproces niet wordt verminderd.

25 Meer in het bijzonder is een inrichting voor het toepassen van een elektrostimulatiewerkwijze volgens de uitvinding daardoor gekenmerkt dat de eerste spanningsrail is uitgevoerd in een zodanige vorm dat het contactvlak tussen de eerste spanningsrail en het karkas zodanig klein is dat een voldoende contactdruk is gewaarborgd, terwijl de huid niet 30 wordt beschadigd.

Het is een technisch voordeel van de uitvinding dat de elektro-stimulatie zonder afbreuk te doen aan de bedrijfsveiligheid kan worden toegepast in aansluiting op de verbloedingsfaze van een karkas. Zulks betekent dat bij een inrichting volgens de uitvinding de eerste spannings-35 rail op een hoogte ongeveer overeenkomende met de plaats waar de schouder van een aan de transportinrichting hangend karkas zich bevindt, is aangebracht.

8201364 -5-

Volgens een verder kenmerk van de uitvinding heeft de tweede spanningsrail een dusdanige vorm, dat een goed elektrisch contact met het geïsoleerde elektrisch geleidende gedeelte van de flexibele karkasdrager is gewaarborgd.

5 In verband met overwegingen van produktietechnische aard biedt het volgens de uitvinding verder voordeel de tweede spanningsrail samen te stellen uit meerdere ten opzichte van elkaar en het vaststaande draagvlak geisoleerde secties die elk via een afzonderlijke leiding zijn verbonden met de positieve (actieve) uitgangsaansluiting van een eenheid 10 voor het teweegbrengen van de benodigde elektrische spanningspulsen.

Een voor het leveren van de benodigde elektrische spanningspulsen ingerichte eenheid die met voordeel kan worden gebruikt in een inrichting voor het toepassen van een elektrostimulatiewerkwijze volgens de uitvinding, is gekenmerkt door een hoogspanningsgenerator voor het 15 teweegbrengen van periodieke hoogspanningspulsen, omvattende een uitgangs-keten met een elektrische stroom uitsluitend in één richting doorlatend gedeelte, via hetwelk een door de desbetreffende hoogspanningspuls veroorzaakte elektrische stroom wordt doorgelaten en geleid naar een uitgangsaansluiting;. en een laagspanningsgenerator voor het teweegbrengen 20 van periodieke laagspanningspulsen, omvattende een uitgangsketen met een elektrische stroom uitsluitend in één richting doorlatend gedeelte, via hetwelk door deze laagspanningspulsen veroorzaakte elektrische stroom wordt doorgelaten en geleid naar genoemde uitgangsaansluiting.

Meer in het bijzonder is een dergelijke elektrische spannings-25 pulsen teweegbrengende eenheid volgens de uitvinding daardoor gekenmerkt dat genoemde hoogspanningsgenerator is ingericht voor het teweegbrengen van spanningspulsen met een topwaarde van maximaal 10 kV, een pulsbreedte van maximaal 1,5 millisec. en een frequentie van maximaal 60 pulsen per minuut; en genoemde laagspanningsgenerator is ingericht voor het teweeg-30 brengen van spanningspulsen met een topwaarde welke de gewenste stroom-doorgang door het karkas waarborgt, en een frequentie van 14 Hz.

Ter nadere toelichting van de uitvinding zullen in het onderstaande enige uitvoeringsvoorbeelden daarvan worden beschreven met verwijzing naar de tekening, waarin: 35 fig. 1 een schema weergeeft van een in zijaanzicht getekende inrichting voor het toepassen van een elektrostimulatiewerkwijze volgens de uitvinding; 8201364 -6- fig. 2 een schema weergeeft van de in vooraanzicht getekende inrichting volgens fig. 1; fig. 3 een blokschema weergeeft van een inrichting die in staat is de voor het toepassen van de elektrostimulatiewerkwijze volgens de 5 uitvinding benodigde elektrische spanningspulsen teweeg te brengen; en fig. 4.1-4.8 verschillende spanningsgolfvormen weergeeft ter illustratie van de wijze waarop de inrichting volgens fig. 3 werkt.

De in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeelden van inrichtingen voor het toepassen van een elektrostimulatiewerkwijze volgens de 10 uitvinding zijn slechts bedoeld als illustratie van de uitvinding zonder dat de gevraagde rechten daartoe zijn beperkt.

De elektrostimulatiewerkwijze volgens de uitvinding steunt op het inzicht dat de hoogspanning, wanneer deze aan een karkas wordt toegevoerd in de vorm van een kortdurende puls, deze werkzaam is om de rela-15 tief hoge overgangsweerstand die door de huidlaag resp. hoornlaag van het karkas is gegeven, zodanig te verminderen dat via de karkasoppervlak-tegedeelten waarvan de overgangsweerstand aldus is verminderd, de voor elektrostimulatie van het karkas vereiste elektrische stromen kunnen worden veroorzaakt door middel van op zich bekende laagspanningspulsen.

20 Strikt genomen is aldus een enkele hoogspanningspuls met een topwaarde van maximaal 10 kV en een breedte van maximaal 1,5 millisec. vol-doende om een karkas alshetware voor te bereiden voor daaropvolgende laagspanningspulsen die de gewenste elektrostimulatie teweegbrengen. Wegens praktisch technische redenen verdient het.echter aanbeveling dergelijke 25 hoogspanningspulsen periodiek, b.v. met een frequentie van één puls per seconde, aan een te behandelen karkas toe te voeren waarbij in de tijdsintervallen tussen opeenvolgende hoogspanningspulsen, laagspanningspulsen met een hogere frequentie, b.v. 14 pulsen per seconde, en een topwaarde 30 van 80 Volt, de elektrostimulatie veroorzaken.

Een uitvoeringsvoorbeeld van een inrichting voor het toepassen van een elektrostimulatiewerkwijze volgens de uitvinding is schematisch weergegeven in de fign. 1 en 2 terwijl fig. 3 een blokschema weergeeft van een keteninrichting waarmee de voor elektrostimulatie volgens de 35 uitvinding benodigde elektrische spanningspulsen teweeg kunnen worden gebracht.

8201364 -7- \ \ \

In de fign. 1 en 2 is een langs een transportrail van een slachtlijn beweegbare transportinrichting aangeduid door 1. Met deze ! transportinrichting is gekoppeld een ketting, de zgn. pootketting, waaraan een te behandelen karkas 2 met een van de achterpoten is opgehangen.

5 Een gedeelte van deze pootketting bestaat uit elektrisch isolerend materiaal, hetgeen in de fign. 1 en 2 schematisch is aangegeven door 3. Bijvoorbeeld is hiertoe gebruik gemaakt van een tweetal op zichzelf bekende triangelsluitingen, met daartussen bevestigd een b.v. 10 cm lang gedeelte van elektrisch isolerend materiaal, b.v. polyester hijs-10 band. Aldus is het pootkettinggedeelte waaraan het karkas is opgehangen elektrisch geïsoleerd ten opzichte van de transportinrichting en de omgeving.

Verder omvat de inrichting een eerste spanningsrail 4 die is ingericht om het aan de transportinrichting opgehangen karkas te onder-15 steunen en te geleiden, wanneer dit karkas door de transportinrichting wordt voortbewogen. Deze eerste spanningsrail is door middel van een uit elektrisch isolerend materiaal vervaardigd koppelorgaan 5 bevestigd aan een steunarm 6. Deze steunarm is op zijn beurt bevestigd aan een vaststaande drager, b.v. een muur 7. Deze eerste spanningsrail is boven 20 het grondvlak 8 op een zodanige hoogte aangebracht dat een aan de pootketting opgehangen karkas met het ene schoudergedeelte daarvan tegen deze spanningsrail aandrukt en tijdens de voortgang aangedrukt blijft.

Verder bevindt deze eerste spanningsrail zich op een zodanige horizontale afstand ten opzichte van het muurvlak 7 dat de hals van het opgehangen 25 karkas zich bevindt boven de zgn. bloedgoot 9. Bijvoorbeeld is deze eerste spanningsrail uitgevoerd in de vorm van een metalen balk met een in hoofdzaak U-vormige dwarsdoorsnede zodat het karkas via twee betrekkelijk kleine huidoppervlaktegedeelten met deze eerste spanningsrail in aanraking is. Een tweede van de inrichting deel uitmakende 30 spanningsrail 10 is in hoofdzaak evenwijdig verlopend aan de eerste spanningsrail 4 aangebracht en wel op een zodanige hoogte boven het 8201364 -8- , \ I, \\ grondvlak 8 dat deze tweede spanningsrail zich buiten handbereik bevindt van bedieningspersoneel. Ook deze tweede spanningsrail is door middel van een uit elektrisch isolerend materiaal gevormd koppelorgaan 11 bevestigd aan een steunarm 12 die op zijn beurt weer is bevestigd aan een 5 vaststaande drager zoals b.v. de muur 7. De eerste en tweede spannings-rails, alsook de transportinrichting zijn ten opzichte van elkaar zodanig aangebracht dat een aan de pootketting opgehangen karkas door zijn eigen gewicht enerzijds met een schoudergedeelte aandrukt tegen de eerste spanningsrail 4, anderzijds bewerkstelligt dat het ten opzichte 10 van de omgeving elektrisch geïsoleerde gedeelte van de pootketting tegen de tweede spanningsrail 10 aangedrukt wordt gehouden. Aldus wordt bereikt dat wanneer de transportinrichting het karkas voortbeweegt, dit karkas door glijcontactverbindingen elektrisch is verbonden met de eerste spanningsrail 4 en met de tweede spanningsrail 10. De eerste 15 spanningsrail 4 resp. de tweede spanningsrail 10 is door middel van i een eerste leiding 13 resp. tweede leiding 14 elektrisch verbonden met de negatieve (niet-actieve) resp. positieve (actieve) uitgangsaanslui-ting van de in de fign. 1 en 2 niet nader weergegeven eenheid voor het teweegbrengen van de voor elektrostimulatie volgens de uitvinding beno-20 digde elektrische spanningspulsen.

, Zoals in fig. 2 schematisch is aangeduid is het mogelijk om de tweede spanningsrail samen te stellen uit meerdere, in het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld 3, elektrisch ten opzichte van elkaar geïsoleerde secties 10.1, 10.2 en 10.3. Deze secties zijn door middel van uit elek-25 trisch isolerend materiaal gevormde verbindingsstukken 15 en 16 aan i elkaar bevestigd. Elk van deze secties is via een afzonderlijke leiding elektrisch verbonden met de positieve ofwel actieve uitgangsaansluiting van een eenheid waarmee de voor elektrostimulatie benodigde elektrische spanningspulsen teweeg worden gebracht. Desgewenst kan in dit geval ge-30 bruik worden gemaakt van drie afzonderlijke van dergelijke eenheden i waarvan de negatieve ofwel niet-actieve uitgangsaansluitingen dan gemeenschappelijk zijn verbonden met de eerste spanningsrail 4.

8201364 -9-

In fig. 3 is een blokschema weergegeven van een inrichting waarmee de voor elektrostimulatie volgens de uitvinding benodigde span-ningspulsen teweeg kunnen worden gebracht. De inrichting wordt via een voedingsaansluiting gevoed vanuit een normaal voedingsnet.zoals b.v.

5 220 Volt wisselspanning/50 Hz. Meer in het bijzonder bevat een dergelijke inrichting een hoogspanningsgeneratorgedeelte 17 en een laagspannings-generatorgedeelte 18. Het hoogspanningsgeneratorgedeelte is ingericht voor het teweegbrengen (in de belaste toestand) van de periodieke hoog-spanningspulsen meer in het bijzonder hoogspanningspulsen met een top-10 waarde van bij dit uitvoeringsvoorbeeld 3 kV, een frequentie van één puls per seconde en een pulsbreedte van ca. 1 millisec.

Het hoogspanningsgeneratorgedeelte 17'omvat een ingangstrap 19 waar de door het voedingsnet geleverde wisselspanning wordt gelijkgericht en verdubbeld zodat aan de uitgang van deze ingangstrap een 15 fluctuerende gelijkspanning wordt verkregen met een topwaarde van ca.

500 Volt. Zie in dit verband fig. 4.1. De aldus aan de uitgang van de ingangstrap gevormde gelijkspanning wordt toegevoerd aan een energie-opslagtrap 20, die een condensatorbatterij omvat. De schakeling is zodanig dat deze condensatorbatterij gedurende een voorafbepaalde tijd, 20 b.v. 1 seconde door middel van de uitgangsspanning van de ingangstrap wordt opgeladen, waarna een elektronische schakelinrichting, b.v. een thyristorschakeling een schakelactie teweegbrengt waardoor de in de condensatorbatterij gevormde elektrische lading wordt afgevoerd naar een hoogspanningstransformator 21. Aan de uitgang van deze energie-25 opslagtrap 20 wordt dan een spanning verkregen van de gedaante zoals is weergegeven in fig. 4.2. Met behulp van de hoogspanningstransformator 21 worden uit de uitgangsspanning van de energieopslagtrap 20, hoogspanningspulsen van de gedaante zoals weergegeven in fig. 4.3, geïnduceerd. Deze hoogspanningspulsen worden via een uitgangsketen 22 met 30 een stel voor hoge spanningen gedimensioneerde blokkeringsdiodes, gelijkgericht en overgedragen naar de uitgangsaansluiting 14, ofwel de positieve of actieve uitgangsaansluiting van de inrichting. De aldaar afgegeven, spanningspulsen hebben de gedaante zoals weergegeven in fig. 4.4. Zoals nog in het onderstaande nader zal worden behandeld fungeert 35 de hoogspanningstransformator 21 tevens als scheidingstransformator waardoor de uitgangsaansluiting 14 elektrisch zwevend ten opzichte van de omgeving is.

8201364 -10-

Het laagspanningsgeneratorgedeelte 18 omvat een ingangstransfor-mator 24 waardoor de door het voedingsnet geleverde wisselspanning omlaag wordt getransformeerd tot een wisselspanning van ca. 70 Volt effectief. De uitgangsspanning van deze ingangstransformator is schematisch 5 weergegeven in fig. 4.5 en wordt toegevoerd aan een gelijkrichttrap 25 door middel waarvan een gelijkspanning van ca. 80 Volt aan de uitgang daarvan wordt gevormd. Zie fig. 4.6. Door middel van een op zichzelf bekende elektronische schakelketen 26 wordt uit de daaraan toegevoerde gelijkspanning een kanteelvormige uitgangsspanning van de gedaante zoals 10 weergegeven in fig. 4.7 gevormd. Via een uitgangstrap 27 met een stel blokkeringsdiodes wordt deze kanteelvormige uitgangsspanning toegevoerd aan de uitgangsaansluiting 14. Aldus ontstaat aan de uitgangsaansluiting 14 een samengestelde uitgangsspanning bestaande uit de hoogspannings-pulsen van de gedaante zoals weergegeven in fig. 4.4 en de uitgangs-15 pulsen van de gedaante zoals weergegeven in fig. 4.8. Ook de ingangstransformator 24 is ingericht als scheidingstransformator welke er toe bijdraagt dat de uitgangsaansluiting 14 volledig zwevend ten opzichte van de omgeving is. Daartoe zijn de beide.scheidingstransformatoren 21 en 24 zodanig gedimensioneerd dat deze voldoen aan de norm NEN 40015. 20 Door de blokkeringsdiodes die deel uitmaken van de uitgangstrap 27 wordt verhinderd dat de hoogspanningspulsen zoals teweeggebracht door het hoogspanningsgeneratorgedeelte een ongewenste terugwerking hebben op het laagspanningsgeneratorgedeelte.

Bij een aldus uitgevoerde inrichting wordt bereikt dat zowel 25 de actieve, alswel de niet-actieve uitgangsaansluiting, alsook het daarmee elektrisch verbonden karkas elektrisch volledig zwevend zijn ten opzichte van de omgeving, d.w.z. het elektrische circuit dat via deze uitgangsaansluiting en het karkas is gevormd is elektrisch ontkoppeld ten opzichte van de omgeving en aarde. Zulks is van belang in verband 30 met de bedrijfsveiligheid van de inrichting.

De door de laagspanningspulsen veroorzaakte door het karkas vloeiende stroom heeft een grootte orde van ca. 200 milliampere.

De door de hoogspanningspulsen afgegeven hoeveelheid energie is binnen de toelaatbare veiligheidsnormen.

8201364 1 \ \ - ........................”...................-u-...... \ ...................

Vanzelfsprekend kunnen de in het voorafgaande beschreven uitvoeringsvormen door de gemiddelde vakman op dit gebied worden gewijzigd en/of kunnen andere uitvoeringsvormen worden gerealiseerd, zonder het kader van de uitvinding te verlaten.

8201364

Claims (12)

1. Werkwijze voor het met gebruikmaking van elektrische laagspanningspulsen, elektrisch stimuleren van karkassen/ met het kenmerk, dat tussen twee zich op afstand van elkaar bevindende huidoppervlaktegebieden van een te behandelen karkas, een of meerdere na elkaar verschijnende 5 hoogspanningspulsen worden toegevoerd, en wel zodanig dat ter plaatse van deze huidoppervlaktegebieden de elektrische overgangsweerstand van de aldaar aanwezige huidlaag resp. hoornlaag, wordt verminderd, waarna de elektrische laagspanningspulsen aansluitend aan de desbetreffende hoogspanningspuls(en), aan genoemde huidoppervlaktegebieden met verlaagde 10 overgangsweerstand, worden toegevoerd.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het elektrisch stimuleren van de karkassen plaatsvindt in aansluiting op de ver-bloedingsfaze en voorafgaande aan het verwijderen van de huid.

3. Werkwijze volgens de conclusies 1 of 2, met het kenmerk, dat 15 de hoogspanningspulsen periodiek worden toegevoerd met een frequentie die enige malen lager is dan de frequentie waarmee de laagspanningspulsen worden toegevoerd.

4. Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de hoogspanningspulsen worden toegevoerd met een frequentie van maximaal 60 pulsen 20 par minuut ai elk van deze hoogspanningspulsen gedurende een tijd van maximaal 1,5 millisec. aanwezig is.

5. Inrichting voor het toepassen van de werkwijze volgens een van de voorafgaande conclusies, omvattende een karkastransportinrichting met een daaraan bevestigde flexibele karkasdrager, een ten opzichte 25 van een vaststaande drager, b.v. een muur, elektrisch geïsoleerde, uit elektrisch geleidend materiaal gevormde eerste spanningsrail, die is ingericht om een door de transportinrichting voortbewogen karkas te ondersteunen en te geleiden, en een tweede in hoofdzaak evenwijdig aan deze eerste spanningsrail verlopende spanningsrail, met het kenmerk, 30 dat de tweede spanningsrail: (a) elektrisch is geïsoleerd ten opzichte van een daarvoor dienende vaststaande drager, (b) elektrisch is verbonden met de positieve (actieve) uitgangsaansluiting van een elektrische span-ningspulsen teweegbrengende eenheid, (c) buiten handbereik van bedieningspersoneel is aangebracht; de eerste spanningsrail: (a) elektrisch is ver- 8201364 f -13- bonden met de negatieve (niet actieve) uitgangsaansluiting van genoemde elektrische spanningspulsen teweegbrengende eenheid, (b) is voorzien van tenminste een uitstekende rand die is ingericht om een langs deze spanningsrail voortglijdend karkas, via een betrekkelijk gering 5 huidoppervlaktegedeelte te ondersteunenden genoemde flexibele karkasdrager een ten opzichte van de transportinrichting elektrisch geïsoleerd gedeelte omvat van elektrisch stroomgeleidend materiaal, welk geïsoleerde gedeelte in elektrisch contact met de genoemde tweede spanningsrail daar langs kan voortglijden.

6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de eerste spanningsrail is uitgevoerd in, een zodanige vorm dat het contactvlak tussen de eerste spanningsrail en het karkas zodanig klein is dat een voldoende contactdruk is gewaarborgd, terwijl de huid niet wordt beschadigd.

7. Inrichting volgens de conclusies 5 of 6, met het kenmerk, dat de eerste spanningsrail op een hoogte ongeveer overeenkomende met de plaats waar een schoudergedeelte van een aan de transportinrichting hangend karkas zich bevindt, is aangebracht.

8. Inrichting volgens een van de voorafgaande conclusies 5 t/m 7, 20 met het kenmerk, dat de tweede spanningsrail is uitgevoerd in een zodanige vorm dat een goed elektrisch contact met het geïsoleerde elektrisch geleidende gedeelte van de flexibele karkasdrager is gewaarborgd.

9. Inrichting volgens een van de voorafgaande conclusies 5 t/m 8 met het kenmerk, dat de tweede spanningsrail is samengesteld uit een 25 aantal elektrisch ten opzichte van elkaar geïsoleerde secties die elk via een afzonderlijke elektrische leiding zijn verbonden met de positieve (actieve) uitgangsaansluiting van een elektrische spannings-pulsen teweegbrengende eenheid.

10. Elektrische spanningspulsen teweegbrengende eenheid te gebrui-30 ken in een inrichting volgens een van de voorafgaande conclusies 5 t/m 9, gekenmerkt door een hoogspanningsgenerator voor het teweegbrengen van periodieke hoogspanningspulsen, omvattende een uitgangsketen met een elektrische stroom uitsluitend in één richting doorlatend gedeelte, via hetwelk een door de desbetreffende hoogspanningspuls veroorzaakte 35 elektrische stroom wordt doorgelaten en geleid naar een uitgangsaansluiting; en een laagspanningsgenerator voor het teweegbrengen van perio- r-w.i.. . ---------------------------- ... . 8201364 -14- « \ ' i dieke laagspanningspulsen, omvattende een uitgangsketen. met een elektrische stroom uitsluitend in één richting doorlatend gedeelte, via hetwelk door deze laagspanningspulsen veroorzaakte elektrische stroom wordt doorgelaten en geleid naar genoemde uitgangsaansluiting.

11. Elektrische spanningspulsen teweegbrengende eenheid volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat genoemde hoogspanningsgenerator is ingericht voor het teweegbrengen van spanningspulsen met een topwaarde van maximaal 10 kV, een pulsbreedte van maximaal 1,5 millisec. en een frequentie van maximaal 60 pulsen per minuut; en genoemde laagspannings-10 generator is ingericht voor het teweegbrengen van spanningspulsen met een topwaarde welke de gewenste stroomdoorgang door het karkas waarborgt en een frequentie van 14 Hz.

12. Flexibele karkasdrager te gebruiken in een inrichting volgens een van de voorafgaande conclusies 5 t/m 9, gekenmerkt door een tweetal 15 triangelsluitingen van een op zichzelf bekende constructie, en een daartussen bevestigd, uit elektrisch isolerend materiaal gevormd koppel-gedeelte. 8201364