NL8102387A - Horlogeband. - Google Patents

Horlogeband. Download PDF

Info

Publication number
NL8102387A
NL8102387A NL8102387A NL8102387A NL8102387A NL 8102387 A NL8102387 A NL 8102387A NL 8102387 A NL8102387 A NL 8102387A NL 8102387 A NL8102387 A NL 8102387A NL 8102387 A NL8102387 A NL 8102387A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
strap
liner
lining
over
loop
Prior art date
Application number
NL8102387A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Hirsch Hermann Leder Kunstst
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Hirsch Hermann Leder Kunstst filed Critical Hirsch Hermann Leder Kunstst
Publication of NL8102387A publication Critical patent/NL8102387A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A44HABERDASHERY; JEWELLERY
    • A44CPERSONAL ADORNMENTS, e.g. JEWELLERY; COINS
    • A44C5/00Bracelets; Wrist-watch straps; Fastenings for bracelets or wrist-watch straps
    • A44C5/0053Flexible straps

Landscapes

  • Purses, Travelling Bags, Baskets, Or Suitcases (AREA)
  • Passenger Equipment (AREA)

Description

* * -1- vo 1958
Horlogeband.
De uitvinding heeft "betrekking op een horlogeband van leer en dergelijke, waarvan de banddelen bestaan uit aan elkaar geplakt of gelast bovenleer en een bij gebruik van de band het binnenvlak van de band vormende voering, waarbij de zijvlakken van de in hoofdzaak 5 in dwarsdoorsnede rechthoekige voering worden bedekt door het bovenleer en aan omgebogen delen van het bovenleer zijn geplakt of gelast, waarbij bij voorkeur spits toelopende zijdelingse eindgebieden van een in dwarsdoorsnede in hoofdzaak rechthoekig bovenleer over een gedeelte van de lengte van het wanddeel tot aan de binnenranden van de voering 10 reiken, die zo nodig nagenoeg dezelfde of precies dezelfde lengte heeft als het bovenleer, en waarbij in het gebied van de te vormen lus een plakmi ddellaag is voorzien of de bevestiging van het omgebogen lus deel plaatsvindt met een splitpen.
Bij dergelijke horlogebanden bestaat de moeilijkheid het 15 cm te buigen einde van het banddeel, dat bij het monteren door de oogbeugel of door de lus moet worden gestoken en worden teruggebogen op het banddeel, zodanig uit te voeren, dat het met betrekking tot zowel zijn sterkte als zijn aantrekkelijk uiterlijk voldoet aan de eisen van klanten. In het bijzonder in het gebied van de zijranden van het 20 omgebogen einde en in het ombuiggebied, dat tegen de zijdelen van de oogbeugel en de lus aanligt en wrijft,*ontstaan beschadigingen van de randen van het banddeel.
Volgens de uitvinding worden deze nadelen bij een horloge-band van de in de aanhef genoemde soort opgèheven en wordt in het bij-25 zonder een in het lusgebied scheurvaste band verschaft, doordat in het in het gesp- en/of cogbeugelgebied van de banddelen, bij voorkeur in het gebied tussen de lusknikplaats en het bandeinde verlengde randgebieden van het bovenleer ever de zijvlakken tot over de binnenrand van de voering uit zijn cmgebogen en tot op de door de voering gevormde 30 binnenzijde van de band zijn omgeslagen, en doordat deze omgeslagen randgebieden van het bovenleer aan het binnenviak van de voering zijn geplakt of gelast, bij voorkeur onder inwerking van druk.
Boor het omslaan van de randdelen of -gebieden van het bovenleer tot op de binnenzijde van de voering in het ombuiggebied, wor-35 den de zijdelingse randen van de door de oogbeugel of gesp neen te ste- 8102387 c * -2- ken einddelen van de band versterkt, en wordt het inscheuren vermeden. Wanneer het aanbrengen wl het plakmiddel op de binnenzijde van de voering plaatsvindt voarhet omslaan van de randdelen van het bovenleer op de voering, worden de randdelen op het reeds aanwezige plakmiddel 5 omgebogen en kunnen zij direkt door persen eventueel onder gelijktijdige warmte inwerking worden verbonden met de voering. Hierdoor kan een arbeidsgang bij de vervaardiging worden bespaard. Het banddeel is verder in zijn lusgebied stabiel tegen trekken. Gebruikelijke banden hebben bij trekbelastingen de neiging om in het rond de oogbeugel lopende deel 10 smaller te worden. Deze versmalling wordt voorkomen door de uit drie geplakte lagen bestaande rand. Verder zijn de zijvlakken en binnenranden van de voering optimaal beschermd, wanneer het bovenleer om de zijvlakken van de voering en de binnenranden tot op het binnenvlak van de voering wordt omgeslagen en daar wordt vastgeplakt. Verder is het 15 mogelijk om dikker leer toe te passen voor het bovenleer en de voering omdat door het op grond van de omgeslagen delen mogelijk geworden onder persen lassen van het lusdeel van de band, deze bij voldoende aanwezig leermateriaal dun geperst kan worden. Een band, waarbij alleen de zijvlakken vande voering zijn geplakt aan het bovenleer, kan niet goed 20 worden geperst, omdat de plakking tussen de bandzij vlakken en het omgebogen bovenleer betrekkelijk ^makkelijk loslaat. Een dun uitpersen is noodzakelijk om de einden van de banddelen gemakkelijk in de oogbeugel of de gesp te kunnen steken. Bovendien kan bij het onder persen lassen een verspring of een trap worden gevormd in het banddeel. Deze 25 trap scheidt het dunne eindgebied met de omgeslagen delen van het bovenleer van het dikker gehouden banddeel, waaraan het eindgebied na het in de oogbeugel steken wordt omgebogen en geplakt of met splitpennen bevestigd.
Op zichzelf is het ook mogelijk om de omgeslagen mndge-30 bieden van het bovenleer, wanneer deze betrekkelijk breed zijn uit gevoerd, na het plakken aan de buitenzijde te voorzien van een plakmiddel om een voldoende groot plakmiddelvlsk ter beschikking te hebben bij het bevestigen van de lus.
Het is mogelijk om de band door plakken te monteren of 35 doordat het omgeslagen of teruggebogen einde wordt bevestigd met een splitpen.
Het verdient de voorkeur dat het bovenleer vanaf de randen 8102387 -3- ψ a van het handdeel gemeten over ongeveer 0,3-3 mm, hij voorkeur 0,U-2 mm, in het bijzonder 0,5 mm op de voering is omgeslagen. Het is echter ook mogelijk, dat cfe omgeslagen randgebieden van het bovenleer elkaar hij voorkeur in het midden van de voering raken of overlappen. Yoor de 5 vervaardiging is het eenvoudig wanneer de naar de binnenzijde van de band wijzende, omgeslagen of verlengde randgebieden van het bovenleer zijn voorzien van een plakmiddellaag. Ook kan echter de voering over zijn gehele binnenvlak in het lusgebied zijn voorzien van een plakmid-dellaag, welke plakmi ddellaag dient voor de latere bevestiging van 10 het luseinde. Hierbij is het voordelig wanneer de omgeslagen delen van het bovenleer op de op de voering aangebrachte plakmi ddellaag zijn omgeslagen en door persen aan de voering zijn geplakt of gelast.
De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin: 15 figuur 1 een banddeel toont van een horlogeband, welk banddeel wordt bevestigd aan een oogbeugel, figuur 2 een banddeel toont, dat aan de ene zijde wordt bevestigd aan een oogbeugel en aan zijn andere zijde is bevestigd aan een gesp, 20 figuur een doorsnede is volgens de lijn III-III in de figuren 1 en 2, figuur h een docrsiede is volgens de lijn IV-IV in de figuren 1 en 2, en figuur 5 een doorsnede is van een eindgebied van een 25 andere uitvoeringsvorm.
Figuur 1 toont de binnenzijde van een horlogeband, waarbij de voering 2 aan zijn zijvlakken wordt omgrepen door een bovenleer 7-
Zoals figuur 3 toont, lopen de zijdelingse randen van het 30 bovenleer 7 onder het vormen van een verdikking 3 spits toe en dekken zij de zijdelingse vlakken van de voering 8. Dit gebied loopt in figuur 1 vanaf de punt van de band tot aan of nabij het gebied 8, waarin de oogbeugel komt te liggen bij het gemonteerd zijn van het banddeel.
De zijdelingse einden van het bovenleer 7 eindigen hierbij bij de-bin-35 nenranden 10 van de voering 2.
Figuur 2 toont een soortgelijk uit gevoerd banddeel, waarbij op de ene zijde het gebied 8 is voorzien voor een oogbeugel, en 8102387 t % -U- aan het andere einde een soortgelijk gebied 8 een gesp opneemt. Het in figuur 2 weergegeven banddeel heeft een middengebied, waarin het bovenleer de zijdelingse vlakken van de voering 2 onder vorming van een verdikking 3 af dekt, welke verdikking eindigt bij de binnenranden 10 5 van de voering 2. Het omgebogen lusgebied met de gesp 9 is op dezelfde wijze uitgevoerd als het open weergegeven gebied voor een oogbeugel.
In het eindgebied van de band of in het lusgebied is het bovenleer 7» zoals afgebeeld in figuur U en ook figuur 5 breder dan -de voering 2, en zijn twee zijvlakken uitgevoerd, zodat de randgebieden 10 van het bovenleer 7 om de zijvlakken van de voering 2 kunnen worden geleid en met bij voorkeur spits toelopende einden U kunnen worden omgebogen op het binnenvlak van de voering 2. Indien op de voering 2 reeds door een voorafgaande vervaardigingsstap een plakmiddellaag 5 is voorzien, kunnen de einden U door persen aan de voering 2 worden geplakt 15 of door persen gelast. Het overblijvende plakvlak is veelal toereikend om een goed vastplakken van de omgebogen lus met de rest Λβη het banddeel te verzekeren. Het is op zichzelf ook mogélijk alleen voor het vastplakken of lassen van het einde U van het bovenleer 7 3dat eventueel ook onder inwerking van warmte kan plaatsvinden, een eigen plakmiddel-20 laag te voorzien op de binnenzijde van de voering 2, en na het vastplakken van het einde k aan de voering 2, een plakmi ddellaag 5 aan te brengen op de binnenzijde van de voering 2 en eventueel op de binnenzijde van de omgebogen randdelen van het bovenleer 7-
Op grond van de mogelijkheid van een vlakpersing van 25 het lusgebied is de vorm van de einden k van het bovenleer 7 niet van al te grote betekenis, omdat ook rechthoekige einden U met een grotere dikte door het persen met de voering 2 tot een vlak binnenvlak van het lusdeel kunnen worden geperst.
De gerede band heeft een in hoofdzaak rechthoekige dwars-30 doorsnede, zoals getoond in figuur k. De binnenzijde van de voering 2 is in het middengebied vlak uitgevoerd. De eindgebieden bij de randen zijn op grond van de. afgeschuinde einden h van het bovenleer J op grond van de persdruk, afgevlakt. Dit is een door het persen veroorzaakte vervorming van de voering 2. De einden k van het bovenleer 7 kunnen ook 35 dezelfde dikte hebben als het bovenleer zelf, maar zij kunnen ook dunner zijn uitgevoerd en een rechthoekige dwarsdoorsnede hebben. Een toespitsing van de einden k van het bovenleer 7 is niet absoluut nood- 8102387 -5- * f zakelijk.
Bij de in figuur 5 af gedeelde uitvoeringsvorm wordt de voering 2 omgrepen door een bovenleer 7» 'waarvan de einden h in hoofdzaak in het midden van de voering 2 tegen elkaar liggen, waarbij de 5 zijdelingse einden ^ van het bovenleer 7 een rechthoekige dwarsdoorsnede hebben. Op de op de binnenzijde van de voering 2 vastgeplakte of -gelaste einden k van het bovenleer 7 is een plakmiddellaag 5 voorzien,teneinde de lus met de band te kunnen verbinden. De figuur 5 toont een doorsnede van een banddeel op dezelfde plaats als in figuur U.
10 In het gebied 8 wordt met de uitvoering volgens de uit vinding van de baudranden begonnen om het eindgebied van het banddeel na het ombuigen bij gebruik te beschermen.
Afhankelijk van de soort band kan het voordelig zijn wanneer het bovenleer, gemeten vanaf-de zijdelingse randen van de band, 15 over ongeveer 0,3-3 mm is omslagen. Deze omslag kan bij voorkeur tussen 0,U-2 mm liggen. Optisch voordelig is het wanneer de omslag slechts 0,5 mm bedraagt. In dit geval kan ook bij smalle banden de plakmiddel-laag voor het plakken van de omgebcgen delen op de voering 2 plaatsvinden voor het omslaan van het bovenleer 7· Ha het plakken van het 20 bovenleer op de binnenzijde van de voering blijft altijd nog een voldoende groot plakvlak over om de band goed uit de oogbeugel of aan de gesp te kunnen bevestigen, doordat het bandeinde onder vorming van een lus om de oogbeugel heen wordt geleid en wordt vastgeplakt aan de binnenzijde van de band. Wanneer let bovenleer J betrekkelijk ver op de voering 25 2 wordt omgeslagen, is het zinvol wanneer ook op het omgeslagen boven leer 7 een plakmiddellaag wordt aangebracht.
Het is mogelijk om de voering 2 en het bovenleer J met dezelfde lengte uit te voeren, waarbij het echter voordelig is, zoals afgebeeld in figuur 1, wanneer de voering 2 iets korter is dan het bo-30 venleer 7· In dit geval wordt het omgeslagen bovenleer 7 in het uiterste eindgebied op zichzelf of aan zichzelf vastgeplakt.
81 0 2 3 s; 35

Claims (5)

1. Horlogeband van leer, en dergelijke, waarvan de band-delen bestaan uit aan elkaar geplakte of gelaste bovenleer en een bij het gebruik van de band het binnenvlak van de band vormende voering, 5 waarbij de zijvlakken van de in hoofdzaak in dwarsdoorsnede rechthoekige voering zijn bedekt door het bovenleer en zijn geplakt of gelast aan omgebogen delen van het bovenleer, waarbij bij voorkeur spits toelopende zijdelingse eindgebieden van een in dwarsdoorsnede in hoofdzaak rechthoekig bovenleer over een deel van de lengte van het banddeel 10 tot aan de binnenranden van de voering reiken, die eventueel nagenoeg dezelfde of precies dezelfde lengte heeft als het bovenleer, en waarbij in het gebied van de te vormen lus een plakmiddellaag is voorzien of de bevestiging van het omgebogen lusdeel plaatsvindt met een splitpen, met het kenmerk, dat in het gesp- en/of oogbeugelgebied (8) van de 1-5 banddelen bij voorkeur in het gebied tussen de lusknikplaats en het bandeinde, verlengde randgebieden of zijdelingse einden (k) van het bovenleer (7) over de zijvlakken tot over de binnenranden (I0)i van de voering (2) uit zijn omgebogen en omgeslagen tot op de door de voering (2) gevormde binnenzijde van de band, en dat deze omgeslagen randgebie-20 den (4 ) van het bovenleer (j) zijn geplakt of gelast aan het binnenvlak van de voering (2), bij voorkeur onder inwerking van druk.
2. Horlogeband volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het bovenleer (7) vanaf de randen van het bandde'el gemeten over in hoofdzaak 0,3-3 mm, bij voorkeur 0,U-2 mm, in het bijzonder 0,5 urn, 25 op de voering (2) is omgeslagen.
3. Horlogeband volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de omgeslagen randgebieden (U) van het bovenleer (7) elkaar bij voorkeur in het midden van de voering (2) raken of overlappen. b. Horlogeband volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de naar de binnenzijde van de band gekeerde, omgeslagen of verlengde randgebieden (k) van het bovenleer (j) zijn voorzien van een plakmiddellaag.
5. Horlogeband volgens eèn der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de voering (2) over zijn gehele binnenvlak in het lusge- 35 bied is voorzien van een plakmiddellaag (5).
6. Horlogeband volgens conclusie U, met het kenmerk, dat de omgeslagen randgebieden (U) van het bovenleer (7) zijn omgeslagen op de op de voering (2) aangebrachte plakmiddellaag (5)s en door persen aan de voering zijn vastgeplakt of gelast. 8102387
NL8102387A 1980-05-14 1981-05-14 Horlogeband. NL8102387A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
AT258480 1980-05-14
AT0258480A ATA258480A (de) 1980-05-14 1980-05-14 Uhrarmband aus leder od.dgl.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8102387A true NL8102387A (nl) 1981-12-01

Family

ID=3536913

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8102387A NL8102387A (nl) 1980-05-14 1981-05-14 Horlogeband.

Country Status (5)

Country Link
AT (1) ATA258480A (nl)
DE (1) DE3117534A1 (nl)
IT (2) IT8121704A0 (nl)
NL (1) NL8102387A (nl)
SE (1) SE8102970A0 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1992017088A1 (de) * 1991-03-27 1992-10-15 Hirsch Armbänder Gesellschaft M.B.H. Uhrarmband

Families Citing this family (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
AT380159B (de) * 1982-06-17 1986-04-25 Hirsch Hermann Leder Kunstst Riemen
AT379735B (de) * 1984-01-11 1986-02-25 Hirsch Hermann Leder Kunstst Riemen
AT384531B (de) * 1984-08-22 1987-11-25 Hirsch Hermann Leder Kunstst Riemen
AT398153B (de) * 1990-02-26 1994-10-25 Zierer Hermann Dkfm Verfahren zur herstellung eines ledergürtels und vorrichtung zur durchführung des verfahrens

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1992017088A1 (de) * 1991-03-27 1992-10-15 Hirsch Armbänder Gesellschaft M.B.H. Uhrarmband

Also Published As

Publication number Publication date
DE3117534A1 (de) 1982-06-16
IT8121704A0 (it) 1981-05-14
IT8121756V0 (it) 1981-05-14
ATA258480A (de) 1987-04-15
SE8102970A0 (sv) 1981-11-15

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5453083A (en) Valgus big toe rectifying supporter
JP4478244B2 (ja) 女性衛生製品のための改良された接着剤様式
NL8303666A (nl) Wegwerpluier.
JP2004510655A (ja) ロールトップ・バッグ構造
JP5133905B2 (ja) 巻爪矯正具
ITMI941394A1 (it) Etichetta per confezioni richiudibili
EP1967757A1 (en) Wheel balance weight
NL8102387A (nl) Horlogeband.
US4621000A (en) Edge stiffener for plastic bags
US20130178816A1 (en) Individually packaged absorbent article assembly
FR2584276A1 (fr) Chausson de ballet
NL8701505A (nl) Zak uit een flexibel uitgesneden foliedeel.
KR20230052974A (ko) 즉시 사용 가능한 속눈썹 연장
WO2001035884A1 (fr) Feuille adhesive emballee
CN215583303U (zh) 一种方便折叠的多段式粘扣带
JPH0532442Y2 (nl)
CN108135749B (zh) 吸收性物品包装体
CA2308096A1 (en) Adhesive suture strip
NL7905272A (nl) Frame voor een rijwiel of dergelijke.
JPS603082Y2 (ja) 封筒の破截部の端辺に貼着する摘持片
JPS58203101A (ja) 紙おむつ
JP3624866B2 (ja) 軒樋内継手
CN216652628U (zh) 一种简易式减压敷贴包
KR100294933B1 (ko) 면파스너
JP3060975U (ja) 扁平フランジを有する紙カップ

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed