NL8101430A - Werkwijze voor het identificeren van gegevensdragers benevens gegevensdragers en inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze. - Google Patents

Werkwijze voor het identificeren van gegevensdragers benevens gegevensdragers en inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze. Download PDF

Info

Publication number
NL8101430A
NL8101430A NL8101430A NL8101430A NL8101430A NL 8101430 A NL8101430 A NL 8101430A NL 8101430 A NL8101430 A NL 8101430A NL 8101430 A NL8101430 A NL 8101430A NL 8101430 A NL8101430 A NL 8101430A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
data carrier
track
scanning
data
carrying
Prior art date
Application number
NL8101430A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Stockburger H
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Stockburger H filed Critical Stockburger H
Publication of NL8101430A publication Critical patent/NL8101430A/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G06COMPUTING; CALCULATING OR COUNTING
    • G06KGRAPHICAL DATA READING; PRESENTATION OF DATA; RECORD CARRIERS; HANDLING RECORD CARRIERS
    • G06K13/00Conveying record carriers from one station to another, e.g. from stack to punching mechanism
    • G06K13/02Conveying record carriers from one station to another, e.g. from stack to punching mechanism the record carrier having longitudinal dimension comparable with transverse dimension, e.g. punched card
    • G06K13/06Guiding cards; Checking correct operation of card-conveying mechanisms
    • G06K13/063Aligning cards
    • GPHYSICS
    • G06COMPUTING; CALCULATING OR COUNTING
    • G06KGRAPHICAL DATA READING; PRESENTATION OF DATA; RECORD CARRIERS; HANDLING RECORD CARRIERS
    • G06K19/00Record carriers for use with machines and with at least a part designed to carry digital markings
    • G06K19/06Record carriers for use with machines and with at least a part designed to carry digital markings characterised by the kind of the digital marking, e.g. shape, nature, code
    • G06K19/08Record carriers for use with machines and with at least a part designed to carry digital markings characterised by the kind of the digital marking, e.g. shape, nature, code using markings of different kinds or more than one marking of the same kind in the same record carrier, e.g. one marking being sensed by optical and the other by magnetic means
    • G06K19/10Record carriers for use with machines and with at least a part designed to carry digital markings characterised by the kind of the digital marking, e.g. shape, nature, code using markings of different kinds or more than one marking of the same kind in the same record carrier, e.g. one marking being sensed by optical and the other by magnetic means at least one kind of marking being used for authentication, e.g. of credit or identity cards
    • GPHYSICS
    • G07CHECKING-DEVICES
    • G07FCOIN-FREED OR LIKE APPARATUS
    • G07F7/00Mechanisms actuated by objects other than coins to free or to actuate vending, hiring, coin or paper currency dispensing or refunding apparatus
    • G07F7/08Mechanisms actuated by objects other than coins to free or to actuate vending, hiring, coin or paper currency dispensing or refunding apparatus by coded identity card or credit card or other personal identification means
    • G07F7/086Mechanisms actuated by objects other than coins to free or to actuate vending, hiring, coin or paper currency dispensing or refunding apparatus by coded identity card or credit card or other personal identification means by passive credit-cards adapted therefor, e.g. constructive particularities to avoid counterfeiting, e.g. by inclusion of a physical or chemical security-layer

Landscapes

  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Theoretical Computer Science (AREA)
  • Computer Security & Cryptography (AREA)
  • Credit Cards Or The Like (AREA)
  • Length Measuring Devices With Unspecified Measuring Means (AREA)
  • Collating Specific Patterns (AREA)
  • Inspection Of Paper Currency And Valuable Securities (AREA)
  • Financial Or Insurance-Related Operations Such As Payment And Settlement (AREA)
  • Registering Or Overturning Sheets (AREA)

Description

* * ** * T Tj/Se/Stockb.Winderl.-5
Werkwijze voor het identificeren van gegevensdragers benevens gegevensdragers en inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het identificeren van gegevensdragers onder toepassing van een voor de gegevensdrager kenmerkende toevals-informatie, die in een lijnvormig spoor af getast kan wor-—— 5 den. Verder heeft de uitvinding betrekking op een inrich ting en een gegevensdrager voor het uitvoeren van de werkwijze.
Uit het DE-OS 26 35 795 is een gegevensdrager bekend met een door de fysische eigenschappen van de 10 grondmassa van de gegevensdrager bepaalde en van gegevensdrager tot gegevensdrager verschillende toevalsinformatie, die in een strookvormig spoor af getast kan worden, benevens een werkwijze voor het identificeren van een dergelijke gegevensdrager. Opdat het strookvormige spoor zo 15 nauwkeurig mogelijk aangehouden wordt, zijn zijaanslagen of een zelf centreerinrichting voor de magneetkop aangebracht door middel van geschikte markeringen op de gegevensdrager.
Het doel van de uitvinding is een werkwijze van 20 de in de aanhef beschreven soort zodanig te verbeteren, dat aftastfouten, die bijvoorbeeld vanwege een uitzetting van de gegevensdrager tengevolge van vochtigheidswijzi-gingen of temperatuurwijzigingen optreden, worden vermeden. Verder moet een gegevensdrager worden verschaft, waar-25 mee de werkwijze toegepast kan worden. Bovendien moet een inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze worden verschaft .
Dit doel wordt bereikt met een werkwijze van de in de aanhef beschreven soort, welke volgens de uitvin-30 ding wordt gekenmerkt,doordat het lijnvormige spoor in het midden tussen twee zijranden van de gegevensdrager wordt afgetast. Daardoor wordt bereikt, dat het spoor belangrijk smaller gemaakt kan worden dan bij de bekende gegevensdra- 8101430 i ï -2- ger, omdat toleranties bij de afstand van het spoor tot de rand niet in aanmkering genomen behoeven te worden, daar het spoor ook bij verandering van de totale breedte bijvoorbeeld tengevolge van het vochtig worden van de 5 gegevensdrager, steeds in het midden tussen de beide zijranden blijft.
De inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze omvat een gegevensinvoer- en vasthoudmechanisme, met een inrichting voor het richten van de gegevensdra-10 ger en met een aftastinrichting en wordt volgens de uitvinding gekenmerkt doordat de inrichting voor het richten van de gegevensdrager zijdelings op de gegevensdrager aangrijpende delen omvat, die dwars op de spoorrichting en symmetrisch ten opzichte van het spoor heen en weer 15 beweegbaar zijn uitgevoerd. Daardoor wordt bereikt, dat een in het midden tussen de beide zijranden liggend lijnvormig spoor steeds op het midden gecentreerd is gericht, onafhankelijk van de momentele werkelijke uitzettingen . van de gegevensdrager.
20 De inrichting kan een element omvatten voor het vervormen van de gegevensdrager tot een niet-vlakke doorsnede. Daardoor verkrijgen in het bijzonder gegevensdragers van minder stabiel materiaal voor het aangrijpen van de inrichting teneinde de gegevensdrager te richten, een 25 aanzienlijke verbetering van de stabiliteit.·
Hierna wordt de uitvinding beschreven aan de hand van in de figuren getoonde uitvoeingsvoorbeelden.
Figuur 1 is een bovenaanzicht van een gegevensdrager.
50 Figuur 2 is een gedeeltelijk weggebroken perspek- tivisch aanzicht van een uitvoeringsvorm.
Figuur 3 is een doorsnede volgens de lijn III-III in fig.2.
Figuur 4 is een doorsnede volgens de lijn IV-IV
35 in fig.2.
Figuur 5 is een gedeeltelijk weggebroken perspek-tivisch aanzicht, van een andere uitvoeringsvorm .
8101430 * -έ -3- Ιη fig.1 wordt een als kaart, bijvoorbeeld een kredietkaart of een pasje uitgevoerde gegevensdrager 1 getoond. De kaart heeft op gebruikelijke wijze een opdruk 2, die slechts in een gebied om het midden van de 5 gegevensdrager is aangegeven, maar zich over het gehele oppervlak van de gegevensdrager uit kan strekken. De opdruk bestaat uit een aantal strepen en lijnen en/of punten en is bij voorkeur in meerdere kleuren uitgevoerd.
De afzonderlijke kleurcomponenten zijn in verschillende 10 drukbewerkingen aangebracht. In het bovenste gedeelte van de gegevensdrager is een magnetisch synchronisatiespoor 5 aangebracht, dat synchronisatiemerktekens omvat, die de op een spoor af te tasten plaatsen kenmerken. Aan de onderzijde van de gegevensdrager is een magnetisch protocol-15 spoor 7 aangebracht, waarop gegevens van uit een spoor te benutten plaatsen worden geregistreerd.
Als te benutten gebied wordt het nauwkeurig in -het midden tussen de beide zijranden 3 en 4 liggende lijnvormige spoor 8 gekozen. Dit strekt zich uit door het, 20 door de opdruk 2 veroorzaakte patroon. Daarbij gaat het om een aangenomen lijn, die verder niet zichtbaar is, daar voor de reeds aanwezige opdruk geen extra informatie voor de werking van het lijnvormige spoor noodzakelijk zijn.
Als toevalsinformatie worden de bij elke opdruk ontstane 25 individuele kenmerken door verschillen in de bedrukking door respektievelijk / verschillen in de overeenstemming met de voor een meerkleurenbedrukking op elkaar uitgevoerde bedrukkingen gebruikt. Het spoor 8 kan daarbij werkelijk lineair zijn uitgevoerd, zodat in het spoor een aan-3Q tal afzonderlijke waarden bepaald kan worden, die niet door een zijdelingse uitzetting van het spoor in hun niveaus vereffend worden. Door de plaatsing van het spoor 8 nauwkeurig in het midden tussen de beide zijranden 3 en 4 bevindt het spoor 8^onafhankelijk van een eventueel door 35 temperatuurswijziging of vochtigheidsverandering van het kaartmateriaal veroorzaakte uitzetting of samentrekking van het kaartmateriaal veroorzaakte wijziging van de totale afmetingen van de kaart steeds in het midden, zodat 8101430 t ΐ .
-4- een aftasting, die op het midden van de kaart is gericht, een volledig reproduceerbare uitlezing van de afzonderlijke waarden' op het spoor 8 mogelijk maakt. De van het spoor afgelezen gegevens kunnen, voor het kenmerken van de gegevens-5 drager bij direkte verwerking behalve bijvoorbeeld zichtbaar op de gegevensdrager gedrukte verdere kenmerken aan een centrale geheugenplaats worden doorgegeven of voor de verwerking naderhand bij voorkeur in gekodeerde vorm in het protocolspoor 7 worden geregistreerd. De identifikatie ge-10 schiedt later bij het gebruik van de gegevensdrager door vergelijking van de in het centrale geheugen ingevoerde res-,. pektievelijk op het protocolspoor 7 geregistreerde gegevens met de uit het lijnvormige spoor 8 uitgelezen gegevens. De toeval sinformatie in -het lijnvormige spoor 8 omvat prak-15 tisch niet-reproduceerbare afzonderlijke waarden. Op deze wijze is het ook onmogelijk een tweede gegevensdrager te vervaardigen , die in het lijnvormige spoor 8 dezelfde volgorde van de afzonderlijke toevalsinformaties heeft als een eerste gegevensdrager.
20 De gegevensdrager heeft in het gebied van het spoor liggende uitsparingen 9,10, die in het getoonde uit-voeringsvoorbeeld uitgevoerd zijn als cirkelronde gaten. Hierin kunnen geschikt gevormde inzetstukken 11,12 worden aangebracht. De inzetstukken hebben aan hun oppervlak tel-25 kens patronen. De inzetstukken zijn bijvoorbeeld opmeen hier niet getoonde basisplaat aangebracht en steken boven het door de basisplaat gevormde steunvlak uit over een hoogte, die overeenkomt met de dikte van de gegevensdrager.
De inzetstukken zijn om hun centrale hartlijn draaibaar 30 op de basisplaat aangebracht en kunnen bijvoorbeeld door middel van op de basisplaat en de inzetstukken aangebrachte merktekens door een gebruiker reproduceerbaar in een bepaalde stand worden ingesteld. Bij gebruik wordt de gegevensdrager op de basisplaat geplaatst, zodat het oppervlak van de in-35 zetstukken en de gegevensdrager een plat vlak vormen.
Bij het kenmerken van het spoor 8 wordt dan de door de gebruiker door het daaraan voorafgaand instellen verkregen 8101430 φ- -ft -5- individuele kenmerking door de inzetstukken 11,12 in aanmerking genomen. Bij voorkeur worden de uitsparingen 9, 10 symmetrisch ten opzichte van het in het midden liggende spoor 8 aangebracht, zodat ook het met de inzetstukken 5 te benutten spoor steeds samenvalt met het spoor 8 en dus dezelfde nauwkeurigheidsgraad wordt bereikt.
In figuur 2 wordt een post 13 getoond, waarin de gegevensdrager naar binnen wordt getrokken en voor het kenmerken en/of identificeren uitgelezen resp. gekodeerd 10 wordt. De post 13 omvat bijvoorbeeld door bevestiging in een gezamenlijk gestel 15 vast aangebracht draagraam 14, voor het opnemen van de gegevensdrager 1. Zoals het beste in fig.3 is te zien, zijn de zijdelingse uitwendige afmetingen smaller dan de g-gevensdrager 1, zodat de beide 15 zijranden 3,4 van de gegevensdrager aan de zijkant buiten het draagraam uitsteken.
De post 13 omvat een inrichting 16 voor het richten van de gegevensdrager. Deze omvat twee in het steun-vlak van het draagraam 14 in de richting van de pijlen 17, 20 18 heen en weer beweegbare, loodrecht op de bewegingsrich ting staande zijwanden 19,20. De zijwanden zijn telkens boven aan hun kopeinden met behulp van scharnieren 21,22 telkens met een einde van schaararmen 23,24 ; 25,26 verbonden. De schaararmen 23,24 ; 25,26 zijn telkens met hun 25 andere einden via een scharnier 26 ;27 verdraaibaar met vast met het gestel verbonden lagersteunen 28,29 verbonden. Aan de ondereinden van de kopzijden zijn de zijwanden 19,20 door geschikte scharnieren 30,31 met derde hefboom- resp. schaararmen 78,79 verbonden.
30 De voorste en achterste derde schaararmen 78,79 zijn telkens met hun andere einde door middel van een scharnier 80 zwenkbaar met met het gestel verbonden lager-steunen 81 verbonden. Aan het ondereinde van de kopzijden zijn de zijwanden 19,20 verder door middel van geschikte 35 scharnieren 30,31 met tweede schaararmen 32,33 ; 34 verbonden. De onderste, aan de voorste en achterste kopvlakken aangrijpende schaararmparen 32,33;34 zijn aan hun tegenover 8101430 « * -6- de scharnieren liggende einden verdraaibaar om op een gemeenschappelijke verdraaiingsas liggende aspennen 35 gelagerd. De schaar armen zijn alle even lang. De eerste en derde schaararmen en de zijwanden vormen tezamen een paral-5 . lellogramvormige opbouw. Daarbij staat elk parallellogram loodrecht op het steunvlak van het draagraam 14. De scharnieren 26,80 en 27 liggen op rechte lijnen, die loodrecht op het steunvlak staan en door het uit te lezen spoor verlopen. .
10 De aspennen zijn telkens omhoog en omlaag beweeg baar in een geleidingssleuf 36,36'. De geleidingssleuf ligt op een lijn 37, die loodrecht op het steunvlak van het draagraam 14 staat en waardoor het draaipunt van de scharnieren 26,resp. 27 loopt.
15 Een met zijn beide einden in het gestel 15 gela- . gerde bedieningsas 38 grijpt door middel van een paar trek-veren 39,40 aan op de onderste schaararmparen 32,33; 34, 34' . Door het zwenken van de bedieningsas in de richting van de pijl 41 worden, zoals uit fig.2 en 3 blijkt, de 20 aspennen 35,35' in de geleidingssleuven 36,36' naar beneden bewogen. Verder zijn drukveren 42 aangebracht, die een bovenste steunpunt op de scharnieren 26,27 hebben en onder steunpunten 43,44 aan de schaararmen aangrijpen, waardoor .de schaararmen in de in fig.2 en 3 getoonde geopende uit- 25 gangsstand worden voorgespannen.
Boven het draagraam 14 is een loodrecht op het steunvlak van het draagraam beweegbare drukplaat 45 aangebracht.
Het draagraam heeft aan zijn beide naar de zij-30 wanden 19,20 toegekeerde randen 46,47 dicht bij het voorste en bij het achterste einde van de gegevensdrager op een afstand aangebrachte pennen 48,49,50. Deze zijn door middel van drukveren 51,51' in de getoonde, buiten de randen uitstekende positie voorgespannen. In de drukplaat 45 zijn 35 aan elke zijde ongeveer in het midden tussen de betreffende pennen 48,49 pennen 52,53 aangebracht, die door middel van drukveren. 54 zodanig in de richting naar beneden zijn 8101430 * -7- voorgespannen, dat deze op de getoonde wijze naar de randen 46,47 toe uit de drukplaat uitsteken.
Onder het draagraam 14 is een bijvoorbeeld door middel van een schroefdraadspil 55 aan te drijven slede 5 56 met een sensor 57 van een aftastinrichting aangebracht, die zodanig is aangebracht, dat de sensor daarop volgens een baan beweegt, die evenwijdig aan het steunvlak van het draagraam 14 verloopt en tegelijkertijd loodrecht op de bewegingsrichting van de zijwanden 19,20 staat en door de 10 lijn 37 loopt.
In bedrijf wordt de gegevensdrager 1, eventueel tezamen met een inzetstukken 11,12 dragend basisgestel eerst door middel van een bekende grijper in het station tussen het draagraam en de drukplaat getrokken of van buiten af 15 daarin naar binnen geschoven. Wanneer het om een vormstabie-le gegevensdrager gaat, dan wordt bij het inschuiven daarvan de veerkracht van de drukveren 51,54 zodanig overwonnen, dat de pennen in de randen van het draagraam resp. in de drukplaat tenminste gedeeltelijk worden teruggeschoven, 20 zodat de gegevensdrager langs kan bewegen. Zodra een sensor 58 vaststelt, dat de gegevensdrager in de langsrichting ten opzichte van het draagraam 14 een bepaalde stand heeft bereikt, dus in het bijzonder ver genoeg naar binnen getrokken resp. ingestoken is, geeft de sensor een signaal 25 aan een stuurinrichting 59, die de bedieningsas 38 in de richting van de pijl 41 laat zwenken. Daardoor worden de aspennen 35 in de voorste en achterste geleidingssleuf 36, 36' naar beneden, en dus de zijwanden 19,20 in de richting van de pijlen 17,18 naar de gegevensdrager 1 toebewogen, 30 zover totdat deze met de zijranden 3,4 van de gegevensdrager 1 in kontakt komen. De gegevensdrager 1 wordt dan zodanig gericht, dat de zijranden 3,4 daarvan evenwijdig aan de zijwanden 19,20 komen te liggen en tegelijkertijd wordt bereikt, dat hierdoor het zich in het midden bevindende 35 lijnvormige spoor 8 van de gegevensdrager 1 zodanig wordt gericht, dat dit loodrecht op de bewegingsrichting vande zijwanden 19,20 ligt en door de lijn 37 verloopt. De veer- 81014 30 -8- t \ kracht in de trekveren 39,40 is zo gekozen, dat wel de gegevensdrager met zijn zijranden ten opzichte van de zijwanden 19,20 gericht kan worden, maar dat beschadiging van de gegevensdrager wordt vermeden. Wanneer de richtbewerking 5 is beëindigd, dan wordt de drukplaat 45 door de stuurin richting 59 naar het draagraam toe bewogen, waardoor de gegevensdrager 1 op het draagraam wordt gedrukt en dus in het met het steunvlak van het draagraam samenvallende vlak. Daardoor wordt verzekerd, dat het lijnvormige spoor 8 nu 10 loodrecht op de richting van de beweging van de zijwanden 19,20 en in het steunvlak van het draagraam 14 ligt en de lijn 37 snijdt.
Daarmee is verzekerd, dat de sensor 57 van de af-tastinrichting onafhankelijk van wijzigingen in de uitzet-15 ting van de gegevensdrager op eenvoudige wijze steeds nauwkeurig het lijnvormige spoor 8 aftast.
Wanneer de gegevensdrager niet, zoals in het hierboven gegeven voorbeeld van zichzelf vormstabiel is, maar bijvoorbeeld van dun karton of van papier is gevormd, 20 wordt de kracht van de drukveren 51,54 niet overwonnen, maar wordt de gegevensdrager in de , in fig.2 en 4 zichtbare wijze door het naar boven drukken van zijn einde door de pennen 48,49 , 50 en het naar beneden drukken van de daartussen liggende gedeelte met de pennen 52,53 zodanig ver- 2.5 vormd, dat zijn evenwijdig aan het spoor 8 verlopende doorsnede golfvormig wordt. Daardoor wordt de gegevensdrager bij het richten daarvan, met het bovenbeschreven mechanisme zodanig door inwerking van de. zijwanden 19,20 tegen vervorming of beschadiging gestabiliseerd, dat de gegevensdrager zon-30 der beschadiging probleemloos gericht kan worden. Bij het daarna naar beneden drukken van de drukplaat 45 worden de pennen 48,49,50;52,53 tegen de kracht van de drukveren in terugbewogen,zodat de drukplaat de eerst golfvormige gegevensdrager, zoals hierboven beschreven, tegen het draagraam 35 14 en daarmee in het steunvlak daarvan drukt. Het kenmerken en/of identificeren geschiedt dan op dezelfde wijze als hierboven werd beschreven.
8101430 + -* -9-
In het hierboven beschreven uitvoeringsvoorbeeld zijn de pennen 48,49,50,52 en 53 steeds in de uitstekende stand voorgespannen, zodat een weinig vormstabiel papier bij het naar binnen trekken daarvan steeds op de beschre-5 ven wijze wordt gegolfd. De pennen kunnen ook zo zijn aangebracht, dat deze bij het inbrengen van de gegevensdrager zich in hun teruggetrokken stand bevinden en pas na het bereiken van de ingeschoven stand van de gegevensdrager door de besturing 59 en een geschikte niet getoonde inrich-10 ting in de in fig.2 en 3 getoonde uitgeschoven stand worden bewogen, waarbij de gegevensdrager dan in de gegolfde vorm wordt gebracht.
In het bovenstaande uitvoeringsvoorbeeld heeft de gegevensdrager 1 twee evenwijdig aan elkaar verlopende 15 zijranden 3,4. In wezen is dit niet noodzakelijk. Het mechanisme kan ook anders gevormde gegevensdragers richten. Daarbij is slechts van belang, dat êén van de zijden van tenminste ëën rand twee aangrijpingspunten voor een zijdelingse spaninrichting en de tegenover liggende zijde ten-20 minste ëën dergelijk punt voor het aangrijpen van de spaninrichting heeft. Bij een dergelijke inrichting met ongelijkvormige randen van de gegevensdrager zijn de als spanelementen dienende zijwanden 19,20 bij voorkeur niet als volle , maar als onderbroken vlakken uitgevoerd.
25 In bovenstaand uitvoeringsvoorbeeld omvat de inrichting een parallellogramvormig mechanisme. Zoals uit de bovenstaande beschrijving blijkt, kan de centrering met elk mechanisme geschieden, dat zodanig is opgebouwd, dat dit twee aan beide zijden van de te richten gegevensdrager 30 aangebrachte aangrijpingselementen omvat, die zodanig worden geleid, dat deze zich telkens tegelijkertijd en in dezelfde mate naar de daartussen liggende gegevensdrager toe respektievelijk van deze af bewegen, waardoor tussen deze beide éénduidig een hartlijn wordt bepaald, die samen-35 valt met een baan van een sensor van een aftastinrichting.
In fig.5 is een afgeleide uitvoeringsvorm weergegeven. Deze omvat een basisdeel 60. Het basisceel is aan 8101430
<tr V
-10- zijn beide dwarszijden,zoals in fig.5 te zien is, U-vormig uitgevoerd. De binnenste poot 61,62 vormt het steunvlak voor de gegevensdrager 1. Aan elke zijde is tussen de binnenste poot 61 resp. 62 en de betreffende buitenste poot 5 63, resp. 64 een spanrail 65,66 aangebracht, die door middel van tussen debinnenste poot en de spanrail aangebrachte drukveren 67,68 naar buiten, naar de buitenste poot toe zijn voorgespannen.
Elke buitenste poot 63,64 heeft tenminste twee 10 op een afstand van elkaar aangebrachte, kogelvormige druk-elementen 69,70; 71. De kogels zijn aangebracht in boringen in de buitenpoot en hebben een grotere diameter dan de breedte van de buitenpoot. Aan de buitenzijde van de buitenste poot en in deze tegen deze aanliggend, zijn ten opzich-15 te van de buitenste poten omhoog en omlaag beweegbare zijwanden 72,73 aangebracht, die door middel van een dwarsdeel 74 met elkaar zijn verbonden. De zijwanden 72,73 hebben aan hun ondereinde naar de drukelementen toe afgeschuinde eind-vlakken 75,76. Tussen het door de binnenste poten gevormde 20 steunvlakken voor de gegevensdrager en het bovenste dwarsdeel is weer een drukplaat 77 aangebracht, die loodrecht op het steunvlak daar naar toe en daarvan af beweegbaar is. Tussen de beide binnenste poten is onder het steunvlak een uitsparing aangebracht, zodat de gegevensdrager in de on-25 dersteunde toestand van onderaf afgelezen kan worden. In het midden van het door de beide binnenste poten gevormde kanaal is, voor het kenmerken en/of identificeren van de gegevensdrager, zoals bij het eerste uitvoeringsvoorbeeld een sensor 57 van een aftastinrichting heen en weer beweeg-30 baar op de hartlijn tussen de beide poten, ten opzichte van het basisdeel.
In bedrijf zijn bij deze uitvoeringsvorm eerst het dwarsdeel 74 met zijn buitenste zijwanden 72,73 zo ver naar boven bewogen, dat de spanrails 65,66 tengevolge van 35 de veren 67,68 in de richting naar de buitenste poten toe bewogen zijn. De drukplaat 77 is van het steunvlak af naar boven bewogen. Daarna wordt de gegevensdrager 1 op gebrui- 81014 30 -11- kelijke wijze in het station geschoven en/of naar binnen getrokken. Wanneer deze zijn eindstand heeft bereikt, dan wordt dit, zoals bij het eerste uitvoeringsvoorbeeld, door een niet-getoonde sensor aangegeven. Aansluitend wordt 5 het dwarsdeel met zijn zijwanden naar het basisdeel toe naar beneden bewogen. Daarbij komen de afgeschuinde eindvlakken 75,76 in kontakt met de kogels en drukken deze naar binnen tegen de spanrails 65,66, zodat de spanrails evenwijdig aan het steunvlak tegen de zijranden 3,4 van de gegevens-10 drager aangedrukt worden. Daardoor wordt de gegevensdrager onafhankelijk van zijn werkelijke uitwendige afmetingen zo op debinnenste poten zijdelings ingesteld, dat de hartlijn van de gegevensdrager samenvalt met de hartlijn tussen de binnenste poten. In de volgende fase wordt de drukplaat 15 naar beneden tot op de gegevensdrager bewogen, zodat de gegevensdrager volledig in het door de steunvlakken van de binnenste poten gevormde vlak ligt. Daarna geschiedt het kenmerken en/of identificeren zoals bij de eerstbeschreven uitvoeringsvorm. Aan het einde worden de drukplaat en het 20 dwarsdeel 74 weer met de zijwanden 72,73 omhoog bewogen, waarna de gegevensdrager uit het station genomen kan worden. De relatieve beweging van de zijwanden 72,73 ten opzichte van het basisdeel kan met bekende aandrijfinrichtingen geschieden.
25 Bij beide uitvoeringsvormen werken wijzigingen van de afmetingen’ van delen van de inrichtingen, bijvoorbeeld tengevolge van sterke warmte-invloed,steeds zodanig symmetrisch ten opzichte van een hartlijn van de inrichting, dat onafhankelijk van dergelijke uitzettingsverande-30 ringen de gegevensdrager steeds zodanig voor het bewerken wordt gepositioneerd, dat de hartlijn van de gegevensdrager samenvalt met de hartlijn van de inrichting, zodat een volgens de hartlijn van de inrichting aftastende sensor steeds ook gegevens van het lijnvormige spoor nauwkeurig 35 op het midden van de gegevensdrager bepaalt.
Met de uitvinding is het mogelijk, de gegevensdrager ook steeds dan nauwkeurig gericht op de hartlijn 8101430 J f -12- daarvan in de verschillende gegevensverwerkingsstations te positioneren. Dit is in het bijzonder dan van belang, wanneer de gegevensdrager in de vorm van een pasje of een kredietkaart in verschillende verwerkingsposten ge-5 bruikt moet worden, welke posten door verschillende fabrikanten en onder omstandigheden met verschillende fabrica-getoleraiities vervaardigd zijn.
/ 8101430

Claims (10)

1. Werkwijze voor het identificeren van gegevensdragers onder toepassing van een voor de gegevensdrager kenmerkende toevalsinformatie, welke in een lijnvormig spoor af ge tast kan worden, met het kenmerk, dat het lijn- 5 vormige spoor in het midden tussen twee zijranden van de gegevensdrager wordt afgetast.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de gegevensdrager voorafgaande aan de aftasting zodanig uit zijn vlak wordt geplooid, dat deze in de richting van 10 het lijnvormige spoor een ongeveer golf vormige doorsnede verkrijgt waarna voor het richten een kracht loodrecht op de zijranden inwerkt ·
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat voor het uitlezen in het spoor een behalve 15 de toevalsinformatie extra, herhaalbaar instelbare informatie wordt ingesteld.
4. Inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze volgens een van de conclusies 1-3, met een gegevensdrager -intrek- en vasthoudmechanisme, met een inrichting voor het 20 richten van de gegevensdrager en met een aftastinrichting, met het kenmerk, dat de inrichting (13) voor het richten van de gegevensdrager (1) zijdelings op de gegevensdrager aangrijpende delen (19,20) omvat, die dwars op de richting van het spoor en symmetrisch ten opzichte hiervan heen en 25 weer beweegbaar zijn uitgevoerd.
5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de zijdelings aangrijpende delen (19,20) door middel van een parallellogramvormende hefboomarmen (25,78; 26;79) beweegbaar zijn, waarbij het parallellogram loodrecht 30 op het vlak van de gegevensdrager ligt en twee scharnierpunten (27,80) op één lijn (37) die door het lijnvormige spoor verloopt, vast zijn aangebracht.
6. Inrichting volgens conclusie 4 of 5, met het kenmerk, dat de inrichting (13) voor het richten van de 35 gegevensdrager (1) elementen (48,49,50,52,53) voor het 8101430 c * J -14- vervorinen van de gegevensdrager (1) omvat, die aan deze een niet-vlakke doorsnede geven.
7. Inrichting volgens conclusie 6·, gekenmerkt door een stuurinrichting (59), die ervoor zorgt, dat de 5 gegevensdrager (1) eerst in een niet-vlakke doorsnede wordt vervormd, in de vervormde toestand door middel van de inrichting voor het richten symmetrisch ten opzichte van de aftas^ichting wordt gericht en daarna door middel van een drukplaat(45)op een draagraam (14) wordt aange-10 drukt en vastgehouden.
8. Inrichting volgens een van de conclusies 4-7, met hetkenmerk, dat de aftastinrichting (57) voor het aftasten van het spoor (8) ten opzichte van de gegevensdrager (1) in de richting evenwijdig aan het spoor (8) . 15 beweegbaar is uitgevoerd.
9. Gegevensdrager voor het ui-voeren van de werkwijze volgens een van de conclusies 1-3, met een eerste en een tweede rand en een een toevalsinformatie—·-dragend lijnvormig spoor, met het kenmerk, dat hetspoor 20 (8) in het midden tussen de eerste en de tweede rand (3,4) ƒ is aangebracht en dat in dit spoor (8) een een herhaalbaar instelbare informatie omvattend element (11,12) is aangebracht.
10. Gegevensdrager volgens conclusie 8, met het 25 kenmerk, dat het element (11,12) uit de gegevensdrager (1) uitneembaar is uitgevoerd. 81 01430
NL8101430A 1980-03-24 1981-03-23 Werkwijze voor het identificeren van gegevensdragers benevens gegevensdragers en inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze. NL8101430A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE3011317 1980-03-24
DE3011317A DE3011317C2 (de) 1980-03-24 1980-03-24 Verfahren zur Identifizierung von Datenträgern und Vorrichtung zur Durchführung des Verfahrens

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8101430A true NL8101430A (nl) 1981-10-16

Family

ID=6098158

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8101430A NL8101430A (nl) 1980-03-24 1981-03-23 Werkwijze voor het identificeren van gegevensdragers benevens gegevensdragers en inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze.

Country Status (12)

Country Link
US (2) US4493107A (nl)
JP (1) JPS5719878A (nl)
AT (1) ATA125081A (nl)
AU (1) AU538229B2 (nl)
CA (1) CA1157950A (nl)
CH (1) CH654680A5 (nl)
DE (1) DE3011317C2 (nl)
FR (1) FR2478846A1 (nl)
GB (2) GB2072390B (nl)
IT (1) IT1143398B (nl)
NL (1) NL8101430A (nl)
SE (1) SE8101810L (nl)

Families Citing this family (17)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4476468A (en) * 1981-06-22 1984-10-09 Light Signatures, Inc. Secure transaction card and verification system
DE3038602C2 (de) * 1980-10-13 1986-09-25 COPYTEX GmbH Sicherheitssysteme, 7730 Villingen-Schwenningen Verfahren zum Erkennen der Echtheit eines Datenträgers
DE3038614A1 (de) * 1980-10-13 1982-04-22 Copytex-Abrechnungssysteme für Dienstleistungsautomaten GbmH, 7742 St Georgen Verfahren zum rueckuebertragen von einmal auf einem datentraeger eingetragener information und vorrichtung zum ein- und/oder auslesen einer gegen rueckuebertragung geschuetzten information
US4661983A (en) * 1982-10-05 1987-04-28 Rca Corporation Secure document identification technique
JPS6044219U (ja) * 1983-09-02 1985-03-28 三菱重工業株式会社 磁気カ−ド
FR2567947B1 (fr) * 1984-07-23 1986-12-26 Euratom Systeme de controle d'acces a lecture de texture de surface
JPS6165760A (ja) * 1984-09-07 1986-04-04 Toyota Motor Corp 生産指示装置
DE3533954A1 (de) * 1985-09-24 1987-03-26 Agfa Gevaert Ag Automatisch be- und entladbare roentgenfilmkassette und hierfuer geeignetes roentgenfilmkassettenbe- und -entladegeraet
US4823394A (en) * 1986-04-24 1989-04-18 Kulicke & Soffa Industries, Inc. Pattern recognition system
US4886957A (en) * 1986-05-15 1989-12-12 Cauzin Systems, Incorporated Card reader for receiving a card bearing an imprinted data strip, self positioning the card in a pre-determined position and scanning the imprinted data strip in two directions
US4802027A (en) * 1987-10-05 1989-01-31 Pitney Bowes Inc. Data storage device coupled to a data storage interface
US4807059A (en) * 1987-10-05 1989-02-21 Pitney Bowes Inc. Apparatus for receiving and securely retaining a device
FR2767217B1 (fr) * 1997-08-06 1999-11-12 Conception Organisation Logist Systeme de lecture et d'authentification d'un code magnetique
FR2767218B1 (fr) * 1997-08-06 1999-11-12 Conception Organisation Logist Code magnetique comportant une base de lecture et systeme de lecture d'un tel code
TW383119U (en) * 1998-05-05 2000-02-21 Ind Tech Res Inst IC card/magnetic card compound reading machine
JP4329484B2 (ja) * 2003-03-07 2009-09-09 セイコーエプソン株式会社 画像読取装置およびそれを用いた事務機器
WO2007133164A1 (en) * 2006-05-11 2007-11-22 Singular Id Pte Ltd Identification tags, objects adapted to be identified, and related methods, devices and systems

Family Cites Families (21)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL234034A (nl) * 1957-12-10
US3370157A (en) * 1963-10-21 1968-02-20 Burroughs Corp Pressure pad
CH442815A (de) * 1965-08-24 1967-08-31 Oerlikon Buehrle Holding Ag Verfahren zum Bewegen eines Auflagers für einen Informationsträger und Einrichtung zur Durchführung des Verfahrens
SE330282B (nl) * 1968-06-24 1970-11-09 Saab Ab
US3549895A (en) * 1968-11-22 1970-12-22 Raymond C Sidorsky Device for illuminating discrete data bearing areas of a record sheet
US3598967A (en) * 1969-06-23 1971-08-10 Pitney Bowes Alpex Coded punched hole document reader
US3850426A (en) * 1970-06-22 1974-11-26 Amp Inc A card reader having automatic card positioning means
US3761683A (en) * 1971-11-08 1973-09-25 S Rogers Security system
US3736410A (en) * 1971-12-06 1973-05-29 American Regitel Corp Hand held apparatus for sensing data bits carried on a sheet
US3790758A (en) * 1972-06-19 1974-02-05 Matsushita Electric Ind Co Ltd Card reader
US3790754A (en) * 1972-08-04 1974-02-05 Burroughs Machines Ltd Security access medium
DE2451732A1 (de) * 1974-10-31 1976-05-06 Unitec Gmbh & Co Kg Identitaetstraeger und lesegeraet dafuer
US4013894A (en) * 1975-05-27 1977-03-22 Addressograph Multigraph Corporation Secure property document and system
US4034211A (en) * 1975-06-20 1977-07-05 Ncr Corporation System and method for providing a security check on a credit card
US4218674A (en) * 1975-09-09 1980-08-19 Dasy Inter S.A. Method and a system for verifying authenticity safe against forgery
DE2635795B2 (de) * 1975-09-09 1980-08-21 Dasy Inter S.A., Genf (Schweiz) Verfahren und Vorrichtung zur EchtheitskontroHe von Identifuierungskarten u.dgl. Dokumenten
US4087680A (en) * 1977-04-22 1978-05-02 Burroughs Corporation Semiautomatic credit card information handling apparatus
US4138057A (en) * 1977-07-08 1979-02-06 Atalla Technovations Card, system and method for securing user identification data
DE2826469C2 (de) * 1978-06-16 1982-12-02 The Grey Lab. Establishment, 9490 Vaduz Verfahren und Einrichtung zur Absicherung von Dokumenten
CH640361A5 (de) * 1979-02-01 1983-12-30 Landis & Gyr Ag Einrichtung zum thermischen loeschen maschinenlesbarer optischer markierungen.
US4301361A (en) * 1980-05-30 1981-11-17 Autotote, Ltd. Document handling device providing channels for documents of two widths

Also Published As

Publication number Publication date
GB2072390B (en) 1984-11-07
GB2072390A (en) 1981-09-30
IT8167410A0 (it) 1981-03-24
AU538229B2 (en) 1984-08-02
AU6840381A (en) 1981-10-01
US4680807A (en) 1987-07-14
GB2137003A (en) 1984-09-26
DE3011317A1 (de) 1981-10-15
GB2137003B (en) 1985-05-01
CA1157950A (en) 1983-11-29
FR2478846A1 (fr) 1981-09-25
FR2478846B1 (nl) 1985-03-15
DE3011317C2 (de) 1983-07-14
IT1143398B (it) 1986-10-22
CH654680A5 (de) 1986-02-28
JPS5719878A (en) 1982-02-02
ATA125081A (de) 1989-03-15
US4493107A (en) 1985-01-08
SE8101810L (sv) 1981-09-25
GB8331143D0 (en) 1983-12-29

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8101430A (nl) Werkwijze voor het identificeren van gegevensdragers benevens gegevensdragers en inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze.
KR0118108B1 (ko) 종이 재단기
JP2002525716A (ja) カード処理装置
US4170348A (en) Transport device for reading of identification cards
US5191198A (en) Gimbal card reader
US4965981A (en) Shifting apparatus for objects such as eggs
JPS61145056A (ja) 可撓性帯の搬送装置
JP4210217B2 (ja) Icカードリーダ
US4518853A (en) Magnetic stripe character applying module
JPS6324479A (ja) ビツトコ−ド化デ−タを有するカ−ド用読取装置
NL8101431A (nl) Werkwijze en inrichting voor het richten van een bladvormige gegevensdrager.
US4173137A (en) Bending fixture for offset plates
EP3713862B1 (en) Apparatus for aligning box-shaped articles of various sizes on a conveyor belt, printing station, reading station, and labelling station including same
JPH10181148A (ja) ラベルプリンタのヘッド圧可変装置
EP1016592B1 (en) Packaging manufacturing apparatus
CN219381795U (zh) 一种包装袋防伪二维码验证装置
GB2090195A (en) Data imprinters
JPS5852126Y2 (ja) 感熱式印刷装置
NL9100513A (nl) Vacuuemtafel, in het bijzonder voor een belichtingsstation.
CA1099146A (en) Inking device for label printing and applying machine
JP2952856B2 (ja) カードキャリッジ及びカード搬送システム
JPS6222911Y2 (nl)
GB1568343A (en) Printing machine
JPH1058665A (ja) プリント回路基板用インクジェット印刷装置
JPH0244856A (ja) 原稿読取装置