NL8100765A - Onderwaterwapen. - Google Patents

Onderwaterwapen. Download PDF

Info

Publication number
NL8100765A
NL8100765A NL8100765A NL8100765A NL8100765A NL 8100765 A NL8100765 A NL 8100765A NL 8100765 A NL8100765 A NL 8100765A NL 8100765 A NL8100765 A NL 8100765A NL 8100765 A NL8100765 A NL 8100765A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
weapon
target
weapon according
water
submarine
Prior art date
Application number
NL8100765A
Other languages
English (en)
Other versions
NL182172C (nl
NL182172B (nl
Original Assignee
Gen Dynamics Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Gen Dynamics Corp filed Critical Gen Dynamics Corp
Publication of NL8100765A publication Critical patent/NL8100765A/nl
Priority to NL8302823A priority Critical patent/NL191069C/nl
Publication of NL182172B publication Critical patent/NL182172B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL182172C publication Critical patent/NL182172C/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F41WEAPONS
    • F41GWEAPON SIGHTS; AIMING
    • F41G7/00Direction control systems for self-propelled missiles
    • F41G7/20Direction control systems for self-propelled missiles based on continuous observation of target position
    • F41G7/22Homing guidance systems
    • F41G7/2273Homing guidance systems characterised by the type of waves
    • F41G7/228Homing guidance systems characterised by the type of waves using acoustic waves, e.g. for torpedoes
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F42AMMUNITION; BLASTING
    • F42BEXPLOSIVE CHARGES, e.g. FOR BLASTING, FIREWORKS, AMMUNITION
    • F42B17/00Rocket torpedoes, i.e. missiles provided with separate propulsion means for movement through air and through water
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F42AMMUNITION; BLASTING
    • F42BEXPLOSIVE CHARGES, e.g. FOR BLASTING, FIREWORKS, AMMUNITION
    • F42B19/00Marine torpedoes, e.g. launched by surface vessels or submarines; Sea mines having self-propulsion means
    • F42B19/12Propulsion specially adapted for torpedoes
    • F42B19/26Propulsion specially adapted for torpedoes by jet propulsion

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Aviation & Aerospace Engineering (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Acoustics & Sound (AREA)
  • Aiming, Guidance, Guns With A Light Source, Armor, Camouflage, And Targets (AREA)
  • Measurement Of Velocity Or Position Using Acoustic Or Ultrasonic Waves (AREA)
  • Solid-Sorbent Or Filter-Aiding Compositions (AREA)
  • Materials For Medical Uses (AREA)
  • Pens And Brushes (AREA)
  • Radar Systems Or Details Thereof (AREA)
  • Geophysics And Detection Of Objects (AREA)
  • Physical Or Chemical Processes And Apparatus (AREA)
  • Fats And Perfumes (AREA)
  • Compounds Of Unknown Constitution (AREA)

Description

IE 3640-12 P & C
Onderwaterwapen.
De uitvinding heeft betrekking op een anti-onderzeebootwapen en in het bijzonder op zulk een wapen dat boven water in de nabijheid van een onderzeeboot of soortgelijk doel kan worden gebracht, waarna het wapen na het binnentreden van het water zichzelf voortstuwt en naar de onderzeeboot 5 beweegt.
De problemen van onderzeebootbestrijding zijn reeds lang een bron van zorg voor de Verenigde Staten van Amerika en vele andere naties. Het vermogen tot een effektieve oorlogvoering en tot verdediging tegen aanvallen door andere naties hangt gedeeltelijk af van de bescherming van de 10 koopvaardij en de marine tegen aanvallen door wijandelijke onderzeeboten. Technieken voor het opsporen van vijandelijke onderzeeboten zijn tot een zeer geraffineerd niveau ontwikkeld. De mogelijkheid om een oorlogslading te brengen op een punt waar vernietiging van de onderzeeboot vrijwel verzekerd is heeft daarmee echter geen gelijke tred gehouden.
15 Sinds de tweede wereldoorlog is het effektieve bereik van diepte bommen opgevoerd door de invoering van raket-voortstuwingsstelsels die het wapen op grotere afstand van het lancerende schip kunnen brengen. Hoewel dit het bereik opvoert en aldus de veiligheid van het lancerende schip vergroot, moeten deze wapens nog vrijwel direkt op de vijandelijke onderzee-20 boot vallen teneinde zijn vernietiging te verzekeren. Er zijn meer geraffineerde onderzeebootbestrijdingwapens ontwikkeld in de vorm van anti-onderzeeboottorpedo's die in staat zijn een onderzeeboot op te sporen en zich daarheen te bewegen nadat de torpedo zich in het water bevindt. Er is een anti-onderzeebootraketstelsel (ASROC) ontwikkeld voor het in de lucht 25 lanceren en uitbrengen van een torpedo in de nabijheid van een onderzeeboot, waarna de torpedo het water binnentreedt en vervolgens de onderzeeboot opspoort en zich daarheen beweegt voor zijn vernietiging.
Zulke stelsels zijn ongelofelijk ingewikkeld en kostbaar en de tegenwoordige kostprijs van zulk een wapen is momenteel van de orde van 30 grootte van 500.000 dollar 'a 750.000 dollar per stuk. Verder zijn zulke wapens vatbaar voor tegenmaatregelen die worden genomen door de onderzeeboot en zij zijn verder grotendeels onwerkzaam in ondiep water (minder dan 180 meter) of tegen onderzeeboten aan de oppervlakte. Dit houdt in dat vijandelijke onderzeeboten met een belangrijke onkwetsbaarheid kunnen 35 opereren aan de oppervlakte of binnen zeer uitgestrekte gebieden langs de continentale platten, terwijl zij jagen op de kustvaart en grote vaart binnen die gebieden. Het is uiteraard zeer belangrijk te kunnen beschikken over een anti-onderzeebootwapen dat effektiever is in zijn werking, in het bijzonder ten opzichte van onderzeeboten aan de opüervlakte en in 8 1 0 0 76 5 9 mt - 2 - ondiepe kustwateren en dat bovendien eenvoudiger en minder kostbaar in zijn vervaardiging en gebruik is.
Er zijn verscheidene voorbeelden bekend van pogingen tot de ontwikkeling van wapens voor het gebruik bij de onderzeebootbestrijding. Een voor-5 beeld is het eerder genoemde wapen ASROC dat bestaat uit een torpedo van het type MK 46 of een dieptebom, een raketmotor en een valscherm. Bij het binnentreden van het water scheidt de torpedo zich af van de andere onderdelen en hij beweegt zich naar de onderzeeboot. Het opsporen van een onderzeeboot is echter beperkt tot naar voren gerichte detectiestelsels 10 die soms niet in staat zijn een onderzeeboot op te sporen die zich zijdelings van het punt bevindt waar de torpedo het water binnentreedt, tenzij de torpedo aanvankelijk een jachtkoers vaart volgens een cirkel en de onderzeeboot op die wijze zoekt. Een ander voorbeeld is een wapen dat men een raket of kanon wordt gelanceerd en dan het water binnentreedt, 15 waarbij het zinkt om de onderzeeboot te onderscheppen. Het is niet voorzien van een onder water werkend voortstuwingsstelsel, maar levert enige sturing van de zinkrichting als reaktie op acoustische detectie van het geluid van een onderzeeboot.
Er zijn ook verscheidene typen detectiestelsels en stuurstelsels bij 20 radiofrequenties bekend en verscheidene soorten onderwatervaartuigen en voortstuwingsstelsels, waarvan sommige oorlogsladingen en stuurmechanismen bevatten teneinde doelzoekende torpedo's te verkrijgen.
Ondanks de veelheid aan bekende pogingen tot het oplossen van de problemen van de onderzeebootbestrijding, in het bijzonder ten aanzien van de 25 detectie en voortstuwing onder water, is tot dusverre nog geen oplossing verkregen als hier zal worden beschreven.
De uitvinding omvat een wapen voor het vernietigen van een onderwater-doel met een huis, een oorloglading die in het huis is gemonteerd aan het .vooreinde daarvan, een orgaan voor het sturen van het wapen onder water als 30 reaktie op stuursignalen en een hydropuls-voortstuwingsstelsel met een kamer in het huis nabij het achtereinde daarvan, een waterstraal,mondstuk dat achterwaarts uitsteekt uit de kamer en een orgaan voor het periodiek toelaten van zeewater in de kamer en het vervolgens met kracht uitstoten van het zeewater door het mondstuk teneinde het wapen voort te stuwen.
35 Een inrichting volgens de uitvinding omvat in het kort een wapen ten gebruike tegen onderzeeboten, mijnen en soortgelijke doelen, voorzien van een oorlogslading, zowel passieve a'ls aktieve stelsels voor het opsporen van het doel onder water en voor het zodanig sturen van het wapen dat het zich naar het doel beweegt, een eenvoudig maar effektief onderwater-voort-40 stuwingsstelsel voor het onder water aandrijven van het wapen met een 8 1 0 0 76 5 - 3 - snelheid die bruikbaar is voor het onderscheppen van een bewegend doel binnen een redelijke afstand van het wapen en een voorziening voor het afgeven van het wapen in de nabijheid van een eerder opgespoord onderwater-doel. De uitvinding is bijzonder effektief als anti-onderzeebootwapen en 5 zal hier in die zin worden beschreven. Het is echter duidelijk dat de toepassing niet daartoe is beperkt maar zich ook kan uitstrekken tegen onderwatermijnen, zowel van het drijvende type als van het verankerde en opstijgende type, binnen het effektieve dieptebereik (180 meter) van het wapen. Inrichtingen volgens de uitvinding zijn effektiever dan een diepte-10 bom, daar zij zowel geleidingsstelsels als voortstuwingsstelsels bevatten, maar zij zijn veel minder ingewikkeld dan een torpedo, die volgens andere ontwerpbeginselen is uitgevoerd en andere doeleinden heeft.
Bij een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding omvat het wapen een raketmotor teneinde zich door de lucht voort te bewegen vanaf een moederschip 15 naar de nabijheid van het doel. Na het binnentreden van het wapen wordt de raketkamer gebruikt als kamer voor het hydropuls-voortstuwingsstelsel teneinde het wapen onder water aan te drijven bij het onderscheppen van het doel. De hydropuls-motor werkt door herhaalde vulling van de raketkamer met water, gevolgd door het uitstoten van het water bij hoge snelheid via 20 een mondstuk aan de achterzijde van het wapen door middel van een reeks van gasgeneratoren die achtereenvolgens worden ontstoken. Tijdens het branden van een van de gasgeneratoren met de daaraan gepaard gaande uitstoting van het water uit de kamer teneinde het vaartuig te versnellen om het doel te onderscheppen wordt een aanmerkelijk geruis opgewekt. Tijdens de intervallen 25 tussen de impulsen, waarbij het vaartuig uitloopt, is het zelf opgewekte geruis minimaal en aktieve of passieve acoustische detectoren op het vaartuig kunnen dan luisteren naar ruis afkomstig van de onderzeeboot. De sturing van het doelzoeken is betrekkelijk eenvoudig, in het bijzonder als de onderzeeboot beweegt.
30 Bij een tweede uitvoeringsvorm volgens de uitvinding wordt het wapen door een hefschroef vliegtuig of ander luchtvaartuig voor de onderzeeboot-bestrijding afgeleverd in de nabijheid van het doel. Bij deze uitvoering bevat de raketkamer geen voortstuwingsmiddel, maar hij dient wel als voort-stuwingskamer van het hydropuls-stelsel als het wapen eenmaal in het water 35 is afgeworpen.
Uitvoeringsvormen volgens de uitvinding zijn in het bijzonder ontwikkeld voor gebruik tezamen met bestaande lanceerstelsels, zoals die worden gebruikt voor het lanceren van met raketten voortgestuwde dieptebronnen. Voorbeelden daarvan zijn de rail-lanceerinrichting van het type Terne III, 81 0 0 76 5 w «- - 4 - het LIMBO mortierstelsel van het type MK 10, het raket-lanceerstelsel van het type Bofors 375 en het Squidstelsels. Uitvoeringsvormen van de uitvinding kunnen gemakkelijk worden aangepast voor lancering door middel van de lanceer apparatuur die reeds is aangebracht op bestaande schepen 5 voor de onderzeebootbestrijding van de NAVO-landen en de geallieerden in de Stille Oceaan. Bij het gebruik met één van deze stelsels, die in wezen een dieptebom zonder onderwatervoortstuwing lanceren, voegt de uitvinding een bereik van meer dan 450 m toe aan het bereik van het stelsel zonder onderwatervoortstuwing. Bovendien en belangrijker nog is 10 een inrichting volgens de uitvinding in staat een bewegende onderzeeboot te onderscheppen en daarmee in feitelijke aanraking te komen, teneinde de oorlogslading rechtstreeks tegen de romp te doen exploderen, waardoor afstandsfouten en dwarsfouten bij het lanceren van dieptebommen' van deze stelsels worden gecompenseerd, welke fouten er vaak de aanleiding toe zijn 15 dat er weinig of geen schade aan de onderzeeboot wordt aangericht aangezien de misserafstand te groot is. Daardoor wordt het vemietigingspercen-tage aanmerkelijk opgevoerd. De nieuwe uitvoering kan worden toegepast bij bekende stelsels die reeds op schepen zijn aangebracht voor bekende dieptebom-lanceerstelsels en dergelijk, zoals sonarstelsels, vuurleidings-20 stelsels en lanceerstelsels op een schip voor onderzeebootbestrijding die dienen voor het opsporen van de onderzeeboot en het sturen van de lancering van het wapen. Voor zover het wapen wordt meegevoerd door hefschroef-vliegtuigen en andere luchtvaartuigen voor onderzeebootbestrijding wordt tevens gebruik gemaakt van de gebruikelijke detectiestelsels voor het 25 afwerpen van het wapen.
Een andere belangrijke toepassing van het wapen volgens de uitvinding kan bestaan uit de verdediging tegen een achtervolgende onderzeeboot. Een reeks wapens kan worden aangebracht in de baan van een achtervolgende onderzeeboot door middel van een oppervlaktevaartuig of een onderzeeboot.
30 Door geschikte tijdstelsels of detectiestelsels kunnen de wapens worden geaktiveerd nadat het uitzettende vaartuig zich buiten hun bereik bevindt, teneinde de achtervolgende onderzeeboot op te sporen en te onderscheppen.
Een belangrijk voordeel is gelegen in de mogelijkheid van het wapen in kwestie, daar dit niet beschikt over de kombinatie van snelheid en bereik die nodig 35 is voor het inhalen van een oppervlakte vaartuig of onderzeeboot met matige snelheid. Daardoor is het uitzettende vaartuig veilig tegen aanraking met zijn eigen wapens. (Het is voorgekomen dat torpedo’s hun koers verlegden en zich begaven naar de onderzeeboot waardoor zij waren gelanceerd, die daardoor werd vernietigd).
8 1 0 0 76 5 it - 5 -
Door de eenvoud van de opzet van een wapen volgens de uitvinding, zijn constructie als één geheel, de robuustheid van de voortstuwing, de toegepaste detectiestelsels en stuurstelsels en het gemeenschappelijk gebruik van dezelfde inrichting voor de voortstuwing boven het water en onder water 5 zijn deze wapens betrekkelijk eenvoudig en goedkoop in aanmaak. De kostprijs van een enkel wapen volgens de uitvinding bedraagt bijvoorbeeld tussen 2% en 5% van de kostprijs van een overeenkomstig ASROC wapen.
De uitvinding wordt hieronder nader toegelicht aan de hand van de tekening, die betrekking heeft op enige uitvoeringsvoorbeelden van een 10 wapen volgens de uitvinding.·
Fig. 1 is een schets van de bedrijfswijzen van stelsels volgens de uitvinding.
Fig. 2 is een schets van het opsporen van een doel en het geleiden van een wapen volgens de uitvinding naar het doel nadat het wapen het water 15 is binnengetreden.
Fig. 3 is een doorsnede door een uitvoeringsvorm van een wapen volgens de uitvinding.
Fig. 4 is een achteraanzicht van het wapen uit fig. 3.
Fig. 5· is een doorsnede van een enigzins gewijzigde uitvoering van 20 een wapen volgens de uitvinding.
Fig. 6 is een diagram van het aanvankelijk bedrijf van een wapen volgens de uitvinding.
Fig. 7 is een diagram van het snelheidsverloop van een wapen volgens de uitvinding tijdens de voortstuwing onder water.
25 Fig. 8 is een bldkschema van het detectiestelsel en geleidingsstelsel van een wapen volgens de uitvinding.
Fig. 9 is een blokschema van een deel van het circuit uit fig. 8.
In fig. 1 is de afgifte van een onderwaterwapen 10 volgens de uitvinding voor het vernietigen van een onderzeeboot 12 schetsmatig afgebeeld. De 30 afgifte kan plaatsvinden door een vaartuig 14 of een hefschroefvliegtuig 16. In het eerste geval vindt de afgifte van het wapen 10 vanaf het schip 14 tot de nabijheid van de onderzeeboot 12 plaats via een ballistische baan door middel van een van de eerder genoemde stelsels voor het lanceren van met raketten voortgestuwde dieptebommen. Het vaartuig 14 voert zulk 35 een raket af als de onderzeeboot 12 wordt opgespoord in de nabijheid van het vaartuig 14 door middel van sonar of passieve acoustische detectie-technieken. Eenmaal in het water treedt de onderwaterdetectie, geleiding en voortstuwing in werking en het wapen 10 wordt naar de onderzeeboot 12 bewogen teneinde deze te vernietigen. De oorlogslading van het wapen 10 8 1 0 0 76 δ κ - 6 - van 67,5 kg springstof kan de romp van zelfs een moderne onderzeeboot met dubbele romp doen scheuren als hij tot explosie wordt gebracht terwijl hij daarmee in aanraking is.
Als het wapen 10 wordt afgeworpen door een luchtvaartuig zoals het hef-5 schroefvliegtuig 16 of een ander luchtvaartuig voor onderzeebootbestrijding wordt het wapen 10 afgeworpen nabij de onderzeeboot, waarna het onafhankelijk de onderzeeboot 12 opspoort en zich daarheen beweegt teneinde de oorloglading in aanraking daarmee te doen detoneren. Het onderzeeboot-bestrijdingsluchtvaartuig of hefschroefvliegtuig 16 dat het wapen 10 10 draagt kan naar de nabijheid van de onderzeeboot 12 worden geloodst door een oppervlaktevaartuig of het kan het doel opsporen door middel van acoustische boeien, indompel sonar of de detectie van magnetische anomaliën. Desgewenst kan een niet afgeheeld valscherm zoals dat wordt toegepast bij het ASROC wapen worden gebruikt teneinde de val voor het binnentreden 15 van het wapen te remmen. Zoals bij het ASROC wapen wordt het valscherm losgekoppeld voordat het wapen geheel is ondergedompeld. Bij het afwerpen vanuit de lucht kan het wapen 10 worden vervoerd en afgeworpen door elk onderzeebootbestrijding-luchtvaartuig of hefschroefvliegtuig dat is ingericht voor het vervoer van gebruikelijke torpedo's. Door zijn afmetingen 20 en vorm kunnen dezelfde torpedo-ophangbanden worden toegepast die aan de gebruikelijke bomrekken van torpedo's dragende luchtvaartuigen zijn bevestigd, zonder dat een wijziging daarvan noodzakelijk is. Het afwerpen van het wapen 10 begint met het uittrekken van een beveiligingsdraad, waardoor de primaire batterij wordt geaktiveerd en de elektronische stelsels 25 worden bekrachtigd. Het op scherp stellen van de oorlogslading wordt voorkomen door het beveiligingsmechanisme behorende bij de detonator 44 (fig. 3) totdat het wapen het water treft. Bij de tegenwoordig beschikbare technieken kan de onderzeeboot 12 worden opgespoord en het wapen 10 vanaf het hefschroefvliegtuig 16 in het water worden gebracht binnen een afstand 30 van 90 m a .360 m van het doel. Bij het lanceren vanaf een schip 14 kan het wapen 10 eveneens binnen een vergelijkbare doelafstand in het water worden gebracht. Dit ligt ruimschoots binnen het bereik van een wapen 10 voor het acoustisch opsporen van het doel en het daarheen bewegen, alsmede binnen de mogelijkheden van het hydropuls-voortstuwingsstelsels voor het 35 onderscheppen van de onderzeeboot.
Na het binnentreden van het wapen (zie fig. 2) vertraagt het wapen 10 snel tot zijn nominale zinksnelheid in nagenoeg vertikale stand. Water-remmen (als afgebeeld in fig. 5) kunnen worden toegepast om het wapen te vertragen en gebruik in waterdiepten van niet meer dan 30 m mogelijk te 81 0 0 76 5 - 7 - maken. Het wapen 10 wordt dan in de richting, van het doel gestuurd door bediening van zijn stuurvlakken als reaktie op de doelopsporing. Zodra de luchtbel die ontstaat bij het binnentreden van het water verdwijnt, zenden en ontvangen zijdelings aangebrachte sonar-omzetters teneinde het 5 doel op te sporen. De zijdelings aangebrachte omzetters doorzoeken een watervolume in een torus die het wapen 10 omringt en zich uitstrekt tot het maximale bereik van het detectiestelsel. Daar het wapen aanvankelijk vrijwel vertikaal staat vindt de doelopsporing in alle richtingen plaats en hij levert een Doppler-discriminator tot een doelsnelheid van minimaal 10 3,6 km/h in tegenstelling tot de detectiemogelijkheden van een torpedo die naar het doel moet zijn gericht en dit tijdens de detectie moet achtervolgen. Het opsporing-bundelpatroon 18 van de zijdelings aangebrachte omzetters is afgebeeld in fig. 2, evenals het bundelpatroon 20 voor de aktieve geleiding dat wordt afgegeven door een afzonderlijke in de neus 15 aangebrachte sonar-omzetter die in werking treedt voor het aktief bepalen van stuurcorrecties naar het doel. Het wapen 10 bereikt een gemiddelde onderwatersnelheid van 55,6 km/h tot een afstand van ongeveer 450 m. Aangenomen wordt dat de maximale doelsnelheid tussen 9 km/h en 12,5 km/h ligt in geringe waterdiepten tussen 30 m en 60 m. Als onderzeeboten met 20 grotere snelheden moeten worden aangevallen kan het wapen voor het doel worden afgeworpen.
Nadat het wapen 10 het water binnentreedt vult zijn motorkamer zich met zeewater. Een generator voor hete gassen wordt vervolgens ontstoken om het water uit te drijven via een mondstuk en voortstuwing te leveren.
25 Door het afwisselend opnemen en uitdrijven van water wordt het wapen 10 door het water voortgestuwd.
De figuren 3 en 4 stellen een langsdoorsnede respektievelijk achteraanzicht van een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding voor- Zoals blijkt uit fig. 3 is het wapen 10 verdeeld in vier hoofddelen: een voorste omzetter-30 deel met zendontvanger 30, een oorloglading 32, een voortstuwingsstelsel 34 en een richtingsstuurstelsel 36.
Het voorste deel 30 bevat een mozaieke opstelling van acoustische omzetters 40 die in de neus zijn aangebracht en een bijbehorende zender en ontvanger die tezamen een aktief monopuls-volgstelsel van hoog vermogen 35 vormen. De zender, ontvanger en kontaktontsteker voor de oorlogslading zijn aangebracht in het blok 42 achter de omzetters. De oorlogslading 32 bevat bij voorkeur 67,5 kg springstof die de ruimte voor de oorlogslading grotendeels vult, tezamen met een beveiligde detonator 44 die aan de achterzijde van de oorlogslading is afgebeeld.Een niet afgebeelde buis is 8 1 0 0 76 5 Λ - 8 - aanwezig teneinde de kabels vanaf de rekeninrichting 82 naar de neus te voeren voor aansluiting op de zender en ontvanger.
Het voortstuwingsstelsel 34 heeft twee doeleinden. Zijn hoofdonderdeel is de kamer 46 die wordt omsloten door een huis 48. Voor de raket-5 voortstuwing bevat de kamer 46 één of meer brandeenheden 50 met gesegmenteerde korrels en een reeks gasuitlaatpijpen 52. Het raket-voortstuwings-stelsel dient om het wapen 10 bij lancering vanaf een vaartuig voort te stuwen tot het binnentreden in het water nabij een doel, als af geheeld in fig. 1. De brandeenheden 50 zijn volledig opgebrand als het water 10 10 het water binnentreedt. Op dat tijdstip worden de gasuitlaatpijpen 52 gesloten door middel van een draaibare plaat 54 met een reeks gaten die overeenkomen met de openingen in de gasuitlaatpijpen 52. De plaat 54 wordt verdraaid totdat zijn gaten niet langer op één lijn liggen met de gasuitlaatopeningen, wat gebeurt door middel van een tandwielinridating 56 en elektromotor 58.
15 De gasuitlaatpijpen 52 zijn daardoor afgesloten, waardoor als enige opening aan het achtereinde van de kamer 46 een waterstraalpijp 60 overblijft.
Voor de voortstuwing onder water vult de kamer 46 zich met water en vervolgens wordt een gasgenerator ontstoken teneinde het water uit te drijven door de straalpijp 60, waardoor een voortstuwende hydropuls wordt opgewekt.
20 Zeewater treedt de kamer 46 binnen via inlaatkanalen 62 en kleppen 64. De kleppen worden bediend door magneetspoelen 66 en bijbehorende koppelingen 68. Een reeks gasgeneratoren 70 die via buizen 72 in verbinding staan met de kamer 46 is aangebracht volgens een krans om de lengteas van het wapen 10 en deze worden achtereenvolgens ontstoken teneinde een reeks hydropulsen 25 op te wekken die het wapen voortstuwen door het water.
In het gebied tussen de kamer 46 en de oorloglading 32 bevindt zich verder een reeks zijdelings aangebrachte acoustische omzettere 80 die worden gebruikt voor het aanvankelijk opsporen van de onderzeeboot, alsmede een primaire batterij en signaalbewerkingsinrichting 81 die zijn gemonteerd 30 in het centrale blok 82.
Het achterste deel 36 bevat het stuurstelsel voor het wapen met de stuurvlakken 90, de bedieningsorganen 92 en stuurelektronika en bijbehorende stelsels die zijn aangebracht in de blokken 94.
Een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding is afgebeeld in fig. 5.
35 Het wapen 10A uit fig. 5 is in het bijzonder ontworpen om uit de lucht te worden afgeworpen vanuit een hefschroefvliegtuig of ander luchtvaartuig voor onderzeebootbestrijding, zodat de raket-voortstuwingsmotor van het wapen uit fig. 3 is weggelaten. Het wapen 10A is in wegen gelijk aan. het wapen 10 uit fig. 3 en 4, waarbij het hoofdverschil ligt in de afwezigheid van 8 1 0 0 76 5 - 9 - een raket-voortstuwingsstelsel in de kamer 46A. Deze kamer is voorzien van een enkele uitlaatstraalpijp 60A voor het uitdrijven van het zeewater uit de kamer 46A door middel van de gasgeneratoren 70 op dezelfde wijze als het hydropuls-deel van het voorstuwingsstelsel 34 van het wapen 10 uit 5 fig. 3. Zoals hierboven aangegeven worden de gasgeneratoren 70 volgens een reeks ontstoken met intervallen die worden gestuurd door de microprocessor 81 in het centrale blok 82, telkens als de snelheid van het wapen daalt tot een voorafbepaalde waarde en de kamer 46A is gevuld met water, wat is vastgesteld door snelheidopnemers 83 en drijvers 84.
10 Een ander verschil met het wapen 10 uit fig. 3 is de aanwezigheid van waterremmen 96 bij het wapen 10A. Deze kunnen worden opgeborgen op of in compartinenten 98 en worden uitgestoken teneinde het wapen 10A te vertragen en zijn werking op een geringere diepte mogelijk te maken. Als de intree-snelheid is geremd, kunnen de waterremmen 96 worden teruggetrokken in 15 compartinenten 98. In plaats daarvan kunnen de remmen 96 worden uitgezet zij het afwerpen van het wapen 10A uit het luchtvaartuig, in welk geval zij werken als luchtremmen zowel als waterremmen. De remmen 96 kunnen desgewenst door het wapen 10A worden afgeworpen zodra zij het wapen hebben afgeremd bij het binnentreden van het water, zodat zij in een later stadium geen 20 weerstand veroorzaken bij de voortstuwing van het wapen naar het doel.
Fig. 6 is een diagram van een typerend aanvangsbewijd van hydropuls-voortstuwingstelsel van het wapen bij het binnentreden van het water. In fig. 6 is de koers van het wapen afgebeeld, beginnende met het binnentreden in het wapen met een typerende invalshoek van 53° en een snelheid van 25 180 m/s. Binnen een halve seconde na het binnentreden in het water is de snelheid gedaald tot 23 m/s en een seconde na het binnentreden is de snelheid gedaald tot 12 m/s, op welk tijdstip de luchtbel om het wapen verdwijnt, zodat het water in aanraking komt met de acoustische omzetters. Tijdens de volgende 2 seconden wordt de richting van de onderzeeboot vast-30 gesteld door middel van de zijdelings aangebrachte omzetters 80 en de hydropuls-kamer vult zich met water. Daarna wordt de eerste gasgenerator 70 ontstoken teneinde de eerste hydropuls op te wekken. Dit versnelt het wapen en stelt het in staat te wenden in de richting van het doel. Het wapen kan desgewenst ~eeds voor de eerste hydropuls in de richting van het 35 doel worden gewend. Na de eerste hydropuls loopt het wapen uit en het ontvangt geleidingsinformatie terwijl zijn voortstuwingskamer zich opnieuw vult met zeewater. Vervolgens wordt een tweede gasgenerator ontstoken teneinde een tweede hydropuls op te wekken die het wapen opnieuw versnelt en voortstuwt naar de onderzeeboot. Deze cyclus herhaalt zich totdat de 81 0 0 76 5 -10-.
onderzeeboot is vernietigd of de gasgeneratoren zijn uitgeput, waarbij het wapen afwisselend uitloopt terwijl het geleidingsinformatie ontvangt en zichzelf naar het doel voortstuwt.·
Fig. 7 is een diagram van het snelheidsverloop van het wapen. Uit dit 5 diagram blijkt dat de snelheid tijdens opeenvolgende hydropulsen varieert tussen ongeveer 10,7 m/s en 21,4 m/s, met een gemiddelde snelheid van ongeveer 15,3 m/s of 55,6 km/h. Dit is voldoende ten opzichte van de meeste onderzeeboten, in het bijzonder in ondiep water waarvoor het wapen is ontwikkeld. Als de onderzeeboot probeert te ontsnappen kan het wapen voor 10 de onderzeeboot in het water worden gebracht, waardoor de noodzakelijke voorsprong voor het onderscheppen en vernietigen wordt verkregen.
Door zijn bedrijfswijze is het wapenstelsel volgens de uitvinding bijzonder geschikt voor het hanteren van de moeilijkheden onder water-doeldetectie die optreden tijdens de voortstuwing naar het doel. De functie 15 van het geleidingsstelsel is het opsporen van het doel en het opwekken van stuurcommando's. Het geleidingsstelsel moet de problemen van door het wapen zelf opgewekt geruis, echo's aan het wateroppervlak en de zeebodem en het opsporen van het doel overwinnen. Onderwaterwapens zoals acoustisch doelzoekende torpedo's die gebruik maken van acoustische geleiding zijn 20 in hun prestaties gewoonlijk beperkt door het door het wapen zelf opgewekte geruis. Als zij langzaam bewegen, kan de acoustische sonor de plaats van het doel, zijn snelheid en andere noodzakelijke parameters met een hoge signaal/ruis-verhouding meten en daardoor met grote nauwkeurigheid meten.
Het met hoge snelheid bewegende doel heeft dan echter een betere kans 25 om te ontsnappen. Naarmate de snelheid van het wapen hoger is, wordt het door het wapen zelf opgewekte geruis sterker, totdat bij ongeveer 65 km/h de geleiding wordt begrensd door het geruis en de prestaties van het stelsel verslechteren. Deze begrenzende ruis wordt veroorzaakt door het voortstuwingsgeruis en het stromingsgeruis van het wapen.
30 Het wapen volgens de uitvinding ’levert echter een unieke oplossing voor deze moeilijkheid. De hvdropuls-motor levert een variërend snelheids-verloop voor het wapen met een snelheid onder 35 km/h gedurende een groot deel van de tijd. In deze perioden wordt het acoustische stelsel in werking gesteld en het werkt dan in een omgeving zonder eigen geruis en verschaft 35 de noodzakelijke foutmetingen. Deze techniek van het uitsluitend waarnemen van het doel als het eigen geruis gering is lost het probleem van eigen geruis op.
Teneinde geschikte vultijden en redelijke kamerdrukken mogelijk te > maken omvat de motorcyclus van het basisontwerp van de orde van 3,5 s per 8 1 0 0 76 5 - 11 - impuls. Als de rustige tijd van lage snelheid wordt gebruikt voor acoustische doelmetingen beperkt dit de fout-bijwerktijd voor elke motorimpuls tot ongeveer 0,3 a 1 bijwerking per seconde. Hoewel dit betrekkelijk geringe gegevenstempo voor het geleidingsstelsel enig naijlen van de doelbena-5 dering kan veroorzaken, in het bijzonder als het doel zijdelings wordt benadert, verbetert deze naijling de waarschijnlijkheid van vernietiging doordat het invalspunt van het wapen wordt verschoven naar het kwetsbaardere gebied achter het midden van de onderzeeboot. Een andere faktor die samengaat met de variërende wapensnelheid is de niet-lineaire betrekking tussen de 10 stuurkrachten en de hoeksnelheid bij het draaien. Deze dynamische veranderlijke wordt bewerkt door een microcomputer die is opgenomen in het gelei-dings s telse1.
De opsporing en het volgen van een onderzeeboot in ondiep water vereist een verhouding tussen signaal en nagalm die voldoende is om tegemoet te 15 komen aan de eisen ten aanzien van detectie, vals alarm en nauwkeurigheid van geleiding. Belangrijke faktoren die de nagalmniveaus beïnvloeden zijn het bundelpatroon van de omzetter, de staat van het zeeoppervlak, de hoek ten opzichte van het zeeoppervlak, de staat van de zeebodem, de hoek ten opzichte van de zeebodem en de bedrijfsfrequentie.
20 Een impuls acoustische energie wordt uitgestraald in het water en zijn grensvlakken. Naarmate een golf zich voortplant veroorzaakt hij reflekties aan de grensvlakken en het doel. De hoeken ten opzichte van het wateroppervlak en de zeebodem en de afstand tot bestraalde gebieden veranderen als functie van de tijd. Bredere bundelpatronen veroorzaken een 25 groter bestraald gebied, wat meer echo's veroorzaakt. Uiteindelijk overheerst het afstandeffekt, waardoor de echo's ophouden. De echo's op enig tijdstip worden bepaald door de integraal over de oppervlakten. Een berekening van deze integraal voor een typerende geometrie levert achterwaartse stoorcoefficiënten op in het gebied tussen -15 dB en -10 dB bij 30 100 Hz voor bundelbreedten van 40°. Bij een doel boven -5 dB is een voldoende verhouding tussen doelecho's en andere echo's beschikbaar voor een goede detectie en volgwerking op basis van een enkele impuls. In het algemeen hebben wapens volgens de uitvinding een doel-opsporingsbereik van ongeveer 450 m.
35 In de figuren 8 en 9 zijn blokschema's aangegeven van het geleidings stelsel in een wapen volgens de uitvinding. Zoals blijkt uit fig. 8 zijn twee sonorstelsels aanwezig, waarvan het ene wordt gebruikt voor het opsporen en het andere voor het volgen. Deze stelsels zijn voorzien van signaalbewerkingsinrichtingen die zijn aangepast aan de betreffende toe-40 passing.
81 0 0 76 5 - 12 -
Het opsporimgsstelsel omvat 8 zijdelings aangebrachte omzetters 80 die zijn aangesloten op een omzetter-kiezer 102. Het mozaiek-stelsel 40 van het volgstelsel is gekoppeld met de kiesinrichting 104 voor opsporen en volgen die een keuze maakt tussen het opsporingsstelsel en volgstelsel 5 door zijn verdere aansluiting op een zend/ontvang-kiesketen 106 die is gekoppeld aan de omzetter-kiezer 102 van het opsporingsstelsel. De kiesinrichting 102, 104, 106 ontvangen stuursignalen uit een microprocessor 108 voor de sturing en tijdbepaling die tevens een impulssignaal levert voor het sturen van een zender 110 die zijn uitgangsimpuls afgeeft aan de 10 kiesketen 104. Signalen uit de kiesketen 106 worden toegevoerd aan een opsporing-ontvanger 112 en vandaar uit aan een opsporing-processor 114 die is gekoppeld met de microprocessor 108.
De ontvanger voor het volg-sonarstelsel omvat vier hydrofonen 120 die zijn aangebracht in de mozaiek-opstelling 40. De hydrofonen 120 zijn 15 gekoppeld met een rekeneenheid 122 die een somsignaal alsmede differentiële kaart- hoek signalen en elevatiesignalen levert aan een monopuls-ontvanger 124. Deze ontvanger 124 levert uitgangssignalen aan som- en verschil-processors 126 en 128 die op hun beurt signalen leveren aan een fout-processor 130 die de stuurcommando's opwekt die worden toegevoerd aan 20 stuurelementen 92 (zie fig. 3). De microprocessor 108 is tevens gekoppeld met de processors 126, 128 en 130 en levert de sturing van het totale gelei dings steIs e1.
In fig. 9 zijn de trappen van de opsporingsontvanger 112 afgebeeld.
In fig. 9 is een paar vertragingversterker 150 in serie geschakeld met 25 tussengevoegde opteltrappen 152. Een verder ingangssignaal uit elke versterker 150 wordt toegevoerd aan de volgende opteltrap 152 teneinde storende reflekties op te heffen. Elke trap van het circuit uit fig. 9 vertraagt de ontvangen impulstijd met de rediproke van de impulsherhalings-frequentie in de trap 150 en trekt vervolgens de volgende impulsecho af in 30 de opteltrap 152. Dit wordt voor de derde impuls herhaalt in de tweede trap. Als de impulsamplitude en Impulsfase niet noemenswaardig veranderen tussen deze drie impulsen, wat het geval is voor storende reflekties, blijft na de aftrekkingen een zeer zwak signaal over.
Opsporingsbedrij f 35 Bij het opsporingsbedtijf, dat begint na het binnentreden van het water (zodra de intree luchtbel is verdwenen en de omzetters met water in aanraking zijn) begint het opsporingsbedrijf door het uitstralen van een acoustisch vermogen van 50 W door elk der 8 zijdelings opgestelde omzetters. Deze zendimpuls wordt geleverd door de kiesketens 104, 106 en 102 achter- 8 1 0 0 765 - 13 - eenvolgens teneinde gelijktijdig alle 8 omzetters 80 te doen werken voor een gelijkmatige verdeling in alle kaarthoekrichtingen. Dit veroorzaakt het opsporings-bundelpatroon 18 uit fig. 2 van het wapen 10 onmiddellijk na het binnentreden in het water. Na het uitzenden van de impuls worden 5 de 8 omzetters 80 volgens een reeks afgetast voor echosignalen. Het aftast-tempo is voldoende hoog opdat elk van de 8 opnemers eenmaal wordt ondervraagd bij elke afstand-cel of tijdvak. Als een impuls van 60 ms wordt toegepast met een impulsherhalingsfrequentie van 1,5 Hz is de verkregen golfvorm ondubbelzinnig in afstand tot ongeveer 510 m. Het kaarthoek-aftasttempo 10 verdeelt de impuls van 60 ms in 8 segmenten, wat een ontvanger-bewerkings-bandbreedte van 200 Hz per kanaal mogelijk maakt. Slechts 6 Doppler kanalen zijn nodig voor het onderbrengen van doelsnelheden tot ongeveer 33 km/h.
Tijdens het opsporen worden tenminste drie impulsen uitgezonden. De storende reflekties worden gedeeltelijk onderdrukt (vermindert met 35 dB) 15 door de drietraps-compensatieinrichting (zie fig. 9 en de beschrijving daarvan) in de opsporing-ontvanger (die een optimaal aangepast filter bevat voor drie impulsen bij storende reflekties met een verdeling volgens Gauss).
De opsporingssignalen uit de ontvanger 12 worden in de processor 114 20 bewerkt teneinde de aanwezigheid van een doel vast te stellen. De 8 richtingen worden in tij d-multiplex door de omzetter-kiesketen 102 door de enkele ontvanger 112 en bewerkingsinrichting 114 gevoerd, waarbij de zendimpuls van 60 ms wordt verdeeld in 8 tijdvakken van elk 7,5 ms. Er wordt geen integratie toegepast. Drempeldetectie van een doel in een 25 bepaald multiplex-tijdvak levert informatie over de afstand zowel als de hoek - namelijk welke van de 8 omzetter doelsignalen ontvangt - aan de microprocessor 108. Afstandgegevens worden onderzocht en geverifieerd als aanvankelijk stuurcommando en daarna wordt een begin gemaakt met de over-gang naar het volgbedrijf. Het opsporingsstelsel is ingericht voor het 30 verzekeren van detectie met informatie over afstand en hoek bij een doel-edhosterkte van -5 dB op 450 m in 2,75 s (waarbij de ruisgrens minder dan 53 dB is).
Volgbedrijf
Terwijl het wapen wendt naar het doel zoals dat is vastgesteld door 35 het opsporingsstelsel uit fig. 8, schakelt het geleidingsstelsel over naar het volgbedrijf. Voordat de wending is voltooid begint het volgstelsel (dat ook deel uitmaakt van fig. 8) met het uitzenden van impulsen voor een elevatie-zoekbewerking met een volgbundel van i 22,5°. Dit is het bundelpatroon 20 voor aktieve geleiding dat midden in fig. 2 is afgeheeld 40 voor het wapen 10 dat is afgebeeld in een stand gericht naar de onderzee- 81 0 0 76 5 - 14 - boot 12. Door met het volgen een begin te maken halverwege de wending verkrijgt men een elevatie-zoekbewerking tussen -60° en +30°. Als het volgstelsel het doel eenmaal heeft opgespoord wordt de wending beëindigd en volgt een impuls van de voortstuwingsmotor.
5 De volg-sonar gebruikt het volle topvermogen van 500 W van de zender 110 voor een verbeterde nauwkeurigheid van de geleiding. Dit wordt via de selector 104 toegevoerd aan de volgens een mozaiek opgestelde omzetters 40. De omzetters 40 kunnen bij 500 W en 100 kHz met een bundelbreedte van 45° werken zonder cavitatie. De opstelling is volgens het concept van 10 een invers in fase gestuurd stelsel teneinde een groter oppervlak te verkrijgen voor het bereiken van een brede bundel. De fasesturing van de afzonderlijke omzetters 40 van het stelsel wordt geheel bepaald door hun fysieke plaats en derhalve heeft het stelsel een voldoende bandbreedte en een geringe kostprijs.
15 De ontvanger voor de volgimpulsen omvatten vier hydrofonen 120 uit fig. 8.
De uitgangssignalen van deze hydrofonen worden in de rekeneenheid 122 gekombineerd tot 2 hoek-foutsignalen (kaarthoek en elevatie) en een som-signaal. Deze worden verkregen door het signaal van de linker hydrofoon af te trekken van het signaal van de rechter hydrofoon teneinde het kaart-20 hoek-foutsignaal te verkrijgen en het signaal van de onderste hydrofoon af te trekken van het signaal van de bovenste hydrofoon teneinde de elevatiefout te verkrijgen. Het somsignaal is gelijk aan de som van alle vier hydrofoonsignalen.
De duur van de zendimpuls bedraagt 10 ms. De volg-processor, die 25 de monopuls-ontvanger 124 en de processors 20, 26, 128 en 130 omvat, heeft een bandbreedte van 130 Hz voor het volgen van Dopplerinformatie door het bepalen van zowel de echo's aan het wateroppervlak en de zeebodem als de doelsnelheden tot binnen 1 m/s, De Doppler-processor is ondergebracht in het somkanaal 126. Na de detectie doe de microprocessor 108 de foutproces-30 sor 130 een deling van. de verschilkanalen door het somkanaal uitvoeren en de verkregen genormaliseerde hoek-foutsignalen worden gebruikt voor de s tuurcommando1s.
De uitvoerbaarheid van de hydropuls-voortstuwing van het wapen volgens de uitvinding is aangetoond door beproeving van een miniatuur-model en 35 computer-simulatie. Een proefmodel-kamer met een diameter van ongeveer 76 mm en een lengte van ongeveer 127 mm met een straalpijp met een diameter van ongeveer 3 mm leverde een stuwdruk van 3,86 kg bij een inwendige druk van 2588 kPa.
Door de opzet en praktische eenvoud van de afzonderlijke substelsels 40 van het wapen en hun integratie in het totale wapen wordt een hoge 8 1 0 0 76 5 ___ - 15 - betrouwbaarheid bij zeer lage kostprijs verkregen. Er bestaat geen noodzaak tot het beproeven van het wapen in de praktijk, wat potentieel slijtage of beschadiging zou kunnen veroorzaken. Een hoge vaardigheid van de gebruikers kan worden gehandhaafd, daar het wapen goedkoop genoeg is om zijn 5 gebruik als opleidingsmiddel mogelijk te maken. Een oorloglading van 67,5 kg springstof is voldoende om de romp van een onderzeeboot te doen scheuren als de springstof in kontakt met de scheepshuid tot detonatie wordt gebracht. Daardoor kan het totale gewicht van het wapen zo klein mogelijk worden gehouden, met de daaraan gepaard gaande toeneming van de capaciteit 10 van hefschroefvliegtuigen of andere luchtvaartuigen voor onderzeeboot-bestrijding, uitgedrukt in het aantal meegevoerde wapens.
Hoewel de bovenstaande beschrijving betrekking heeft op een anti-onderzeebootwapen volgens de uitvinding, is de uitvinding daartoe niet beperkt.
81 0 0 76 5

Claims (23)

1. Wapen voor het vernietigen van een onderwaterdoel, gekenmerkt door een huis, een oorlogslading die in het huis nabij het vooreinde daarvan is aangebracht, een orgaan voor het sturen van het wapen onder water als reaktie op stuursignalen en een hydropuls-voortstuwings mechanisme met een 5 kamer in het huis nabij het achtereinde daarvan, een water-straalpijp die achterwaarts uit de kamer steekt en een orgaan voor het periodiek toelaten van zeewater tot de kamer en het vervolgens van het zeewater door de straalpijp met aanzienlijke kracht teneinde een stuwkracht voor de * voortstuwing van het wapen op te wekken.
2. Wapen volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het orgaan voor het toelaten van zeewater een inlaatkanaal van de kamer en een klep voor het openen en sluiten van de opening van het inlaatkanaal omvat.
3. Wapen volgens conclusie 2, gekenmerkt door een orgaan dat met de klep is gekoppeld teneinde deze het inlaatkanaal afwisselend te doen 15 openen en sluiten.
4. Wapen volgens conclusie 3, met het kenmerk dat het stuurorgaan bestaat uit een magneetspoel die met de klep is gekoppeld.
5. Wapen volgens één of meer der conclusies 1 tot en met 4, met het kenmerk dat het orgaan voor hét uitstoten van water een orgaan bevat voor 20 het opwekken van gasdruk in de kamer.
6. Wapen volgens conclusie 5, met het kenmerk dat het orgaan voor het opwekken van gasdruk een reeks gasgeneratoren die in verbinding staan met de kamer omvat, alsmede een orgaan voor het selectief ontsteken van de gasgeneratoren achtereenvolgens teneinde een reeks hydropulsen op te wekken 25 die het wapen onder water voortstuwen.
7. Wapen volgens conclusie 6, met het kenmerk dat de hydroimpulsen voor de voortstuwing zowel ten aanzien van hun duur als ten aanzien van de intervallen tussen de impulsen selectief in tijd worden bepaald teneinde een snelheidsprofiel van het wapen te verkrijgen dat het wapen in 30 staat stelt uit te lopen van een hoge topsnelheid tot een lage minimum-snelheid onder de snelheid waarbij het eigen geruis de doeldetectie met acoustische middelen stoort.
8. Wapen volgens één of meer der conclusies 1 tot en met 7, met het kenmerk dat het wapen verder een raketmotor bevat voor het voortstuwen 35 van het wapen vanaf de lancering vanaf een vaartuig door de lucht naar een intreepunt in het water in de nabijheid van het doel, welke raketmotor de kamer van het hydropuls-voortstuwingsmechanisme en een feeks raket-uitlaatpijpen die zich achterwaarts daarvan uitstrekken omvat. 81 0 0 76 5 3 s - 17 -
9. Wapen volgens conclusie 8, gekenmerkt door een orgaan voor het afsluiten van de raket-straalpijpen na het opbranden van de brandstof van de raketmotor.
10. Wapen volgens één of meer der conclusies 1 tot en met 9, gekenmerkt 5 door dubbele sonarstelsels voor het opsporen en detecteren van een doel onder water en voor het opwekken van signalen voor het sturen van de stuur-organen teneinde het wapen op het doel te richten.
11. Wapen volgens conclusie 10, met het kenmerk dat de dubbele sonarstelsels een opsporingsstelsel met een reeks zijdelings gemonteerde omzetters 10 die ruimtelijk zijn verdeeld om de zijden van het wapen omvatten·/ teneinde acoustische signalen uit te zenden en te ontvangen binnen een zijdelings veld om het wapen.
12. Wapen volgens conclusie 11, met het kenmerk dat het opsporingsstelsel een omzetter-kiesketen en een signaalprocessor bevat voor het sturen van 15 de toevoer van een zendimpuls aan de omzetters en het bemonsteren van de respektieve omzetters achtereenvolgens voor ontvangen signalen die een doelreflektie aangeven.
13. Wapen volgens conclusie 12, met het kenmerk dat het opsporingsstelsel een orgaan bevat dat als reaktie op ontvangen signalen van een bepaalde 20 omzetter een commandosignaal aan het stuurorg-an afgeeft teneinde het wapen in de richting van het opgespoorde doel te richten.
14. Wapen volgens één of meer der conclusies 10 tot en met 13, met het kenmerk dat het dubbele sonarstelsel een volgstelsel bevat met een orgaan voor het uitzenden en ontvangen van sonarimpulsen dat in de neus van het 25 wapen is gemonteerd.
15. Wapen volgens conclusies 12 en 14, met het kenmerk dat de signaalprocessor van het opsporingsstelsel verder een orgaan bevat voor het overdragen van de sturing van het wapen van het opsporingsstelsel aan het volgstelsel.
16. Wapen volgens één of meer der conclusies 10 tot en met 13, geken merkt door een volgstelsel met een impulsgenerator, een signaalprocessor voor het sturen en in tijd bepalen van de toevoer van impulssignalen en een acoustische signaalgenerator en ontvanger gemonteerd in de neus van het wapen teneinde onder water sonarimpulsen uit te stralen en gereflek-35 teerde echo's te ontvangen.
17. Wapen volgens conclusie 16, met het kenmerk dat de acoustische signaalgenerator een raozaiek-opstelling van omzetters bevat die zo is georienteerd dat een ongeveer kegelvormig bundelpatroon voorwaarts wordt uitgestraald uit de neus van het wapen. 81 0 0 76 5 - 18 -
18. Wapen volgens conclusie 16 of 17, met het kenmerk dat de ontvanger een reeks hydrofonen omvat die zo zijn opgesteld dat zij sonarsignalen ontvangen en elektrische signalen opwekken die de richting van een doel aangeven;·
19. Wapens volgens één of meer der conclusies 16 tot en met 18, met het kenmerk dat het volgstelsel verder een orgaan bevat voor het bewerken van de elektrische signalen teneinde stuurcommando's op te wekken die het stuurstelsel van het wapen sturen teneinde het wapen op het doel te richten.
20. Wapen volgens één of meer conclusies 10 tot en met 19, gekenmerkt 10 door een circuit voor het discrimineren tussen doelecho's en andere echo's door het opheffen van ongewenste reflektiesignalen.
21. Wapen volgens conclusie 20, met het kenmerk dat het circuit een paar vertragingstrappen in .tandem omvat, waarbij elke vertragingstrap is voorzien van een orgaan voor het kombineren van een signaal ontvangen door 15 die trap met een uitgangssignaal van die trap met tegengestelde polariteit.
22. Wapen volgens één of meer der conclusies 16 tot en met 19, met het kenmerk dat de signaalprocessor de zender selectief impulsen doet opwekken in tijdvakken waarin de onderwatersnelheid ligt onder een waarde waarbij het eigen geruis acoustische signalen die doelreflekties aangeven over- 20 heerst.
23. Wapen volgens conclusie 22, met het kenmerk dat het hydropuls-voortstuwingsstelsel een reeks opeenvolgende hydropulsen opwekt en de sonarimpulsen voor het volgstelsel uitsluitend in de intervallen tussen hydroimpulsen worden afgegeven. 81 0 0 76 5 t ______
NLAANVRAGE8100765,A 1980-03-03 1981-02-17 Onderwaterwapen. NL182172C (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8302823A NL191069C (nl) 1980-03-03 1983-08-11 Wapen ter vernietiging van een doel onder water.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US12678280 1980-03-03
US06/126,782 US4372239A (en) 1980-03-03 1980-03-03 Undersea weapon with hydropulse system and periodical seawater admission

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8100765A true NL8100765A (nl) 1981-10-01
NL182172B NL182172B (nl) 1987-08-17
NL182172C NL182172C (nl) 1988-01-18

Family

ID=22426627

Family Applications (2)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NLAANVRAGE8100765,A NL182172C (nl) 1980-03-03 1981-02-17 Onderwaterwapen.
NL8700583A NL8700583A (nl) 1980-03-03 1987-03-11 Onderwaterwapen.

Family Applications After (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8700583A NL8700583A (nl) 1980-03-03 1987-03-11 Onderwaterwapen.

Country Status (20)

Country Link
US (1) US4372239A (nl)
JP (2) JPS56138700A (nl)
KR (1) KR870000748B1 (nl)
AU (1) AU520793B2 (nl)
BE (1) BE887336A (nl)
CA (1) CA1156511A (nl)
CH (1) CH645458A5 (nl)
DE (3) DE3152929C2 (nl)
DK (1) DK157106C (nl)
ES (1) ES8204166A1 (nl)
FR (2) FR2477279A1 (nl)
GB (2) GB2070522B (nl)
HK (1) HK9185A (nl)
IL (1) IL61777A (nl)
IT (1) IT1170734B (nl)
NL (2) NL182172C (nl)
NO (2) NO152856C (nl)
PT (1) PT72550B (nl)
SE (2) SE447019B (nl)
SG (1) SG65584G (nl)

Families Citing this family (27)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3317975C1 (de) * 1983-05-18 1992-04-30 Diehl Gmbh & Co Unterwasserwaffe
US4894809A (en) * 1985-05-23 1990-01-16 Mobil Oil Corporation Method for bin, moveout correction and stack of offset vertical seismic profile data in media with dip
US4802146A (en) * 1985-05-23 1989-01-31 Mobil Oil Corporation Method for moveout correction and stacking velocity estimation of offset VSP data
US4802147A (en) * 1985-05-23 1989-01-31 Mobil Oil Corporation Method for segregating and stacking vertical seismic profile data in common reflection point bins
SE461611B (sv) * 1988-07-12 1990-03-05 S A Marine Ab Saett och anordning foer upptaeckt och bekaempning av undervattensfarkoster fraan en luftfarkost
US5122990A (en) * 1991-02-01 1992-06-16 Rowe-Deines Instruments Incorporated Bottom tracking system
DE4327841C1 (de) * 1993-08-19 1995-03-09 Honeywell Elac Nautik Gmbh Elektroakustisches Unterwasser-Peilgerät
IT1274706B (it) * 1994-08-03 1997-07-24 Welse Sistemi Subacquei S P A Sistema sensoriale a lunga portata particolarmente per siluri pesanti
US6220168B1 (en) * 1999-05-04 2001-04-24 The United States Of America As Represented By The Secretary Of The Navy Underwater intelligence gathering weapon system
US6519554B1 (en) * 1999-05-17 2003-02-11 The United States Of America As Represented By The Secretary Of The Navy Computer implemented system and method for evaluating gas generator launchers
US6108270A (en) * 1999-07-06 2000-08-22 Depoy, Ii; Martin L. Torpedo seeker head having directional detection independent of frequency
FR2801274B1 (fr) * 1999-11-24 2001-12-28 Eca Dispositif de destruction d'objets sous-marins
US6622647B2 (en) 2001-06-26 2003-09-23 Depoy Martin L. Active noise cancellation for a torpedo seeker head
GB2405928B (en) * 2003-09-10 2006-08-09 Qinetiq Ltd Guided underwater object
US7156049B2 (en) * 2004-09-10 2007-01-02 The United States Of America As Represented By The Secretary Of The Army Release mechanism to interact with biota, in particular fauna that may outgrow available habitat
US7278416B2 (en) * 2004-12-22 2007-10-09 Lockheed Martin Corporation Pneumatic projectile launcher and sonobuoy launcher adaptor
US7503259B2 (en) * 2005-02-15 2009-03-17 Lockheed Martin Corporation Anti-submarine warfare cluster munitions and cluster depth charges
FR2887224B1 (fr) * 2005-06-16 2008-10-17 Julien Apeloig Engin multimilieux
CN101819010A (zh) * 2009-03-30 2010-09-01 兰州理工大学 一种喷水式鱼雷
US8502063B1 (en) * 2012-06-12 2013-08-06 The Boeing Company Miniature torpedo
RU167975U1 (ru) * 2016-04-21 2017-01-13 Акционерное общество "Новосибирский завод искусственного волокна" Отделяемый подводный модуль для реактивного снаряда
AU2019403985A1 (en) * 2018-12-19 2021-07-01 Bae Systems Plc Improved apparatus and method suitable for use with a munition
GB2583394B (en) 2018-12-19 2022-09-21 Bae Systems Plc Munitions and projectiles
US11073369B2 (en) * 2019-01-02 2021-07-27 Advanced Acoustic Concepts, LLC Electronic safe arm and fire device and method
LT6726B (lt) * 2019-04-05 2020-04-10 Kauno technologijos universitetas Giluminių raketinių bombų kompleksų kovai su povandeniniais taikiniais treniruočių įranga ir veikimo būdas
US11988173B2 (en) 2020-10-21 2024-05-21 Raytheon Company Multi-pulse propulsion system with passive initiation
CN114295015B (zh) * 2021-12-13 2023-06-02 宜昌测试技术研究所 一种鱼雷装填台架

Family Cites Families (44)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1315352A (en) * 1919-09-09 Razzi
GB191316934A (en) * 1913-07-23 1914-07-23 Frank William Dodd Improvements in or relating to Automobile Torpedoes.
US1117351A (en) * 1914-02-25 1914-11-17 George Stanley Edlin Propulsion of vessels.
GB127902A (en) * 1917-06-21 1919-06-19 Vickers Ltd Improvements in or relating to Torpedoes.
US2351750A (en) * 1943-01-04 1944-06-20 Donald G Fawkes Propulsion means for naval torpedoes
US3102505A (en) * 1943-08-17 1963-09-03 Bell Telephone Labor Inc Signal controlled steering systems
US2644397A (en) * 1945-01-06 1953-07-07 Katz Leonhard Projectile control system
US4200920A (en) * 1946-04-21 1980-04-29 The United States Of America As Represented By The Secretary Of The Navy Artificial underwater target
GB635820A (en) * 1948-01-07 1950-04-19 Honourable Charles William Sto Improvements in pumping and propelling mechanism
US2971325A (en) * 1948-05-17 1961-02-14 Aerojet General Co Jet propulsion device for operation submerged in water
US2938481A (en) * 1949-03-21 1960-05-31 Maxwell Louis Rigby Jet propelled torpedo
US3079753A (en) * 1950-07-22 1963-03-05 Aerojet General Co Hydroductor
US2714800A (en) * 1950-10-28 1955-08-09 Aerojet General Co Gasoline air-hydropulse
US2903850A (en) * 1953-05-11 1959-09-15 Thomas G Lang Pulse jet
US3048813A (en) 1955-02-11 1962-08-07 Altar William Acoustic homing torpedo scanning system
US2937824A (en) 1955-07-11 1960-05-24 Aerojet General Co Bi-medium rocket-torpedo missile
US3000306A (en) * 1958-01-09 1961-09-19 Gen Dynamics Corp Solid propellant propulsion system
US3853081A (en) * 1958-10-28 1974-12-10 Us Navy Method and apparatus for destroying submarines
GB874831A (en) * 1958-11-03 1961-08-10 Berliner Maschb A G Vormals L An air-water missile
US3088403A (en) * 1959-05-26 1963-05-07 James T Bartling Rocket assisted torpedo
US3107486A (en) * 1959-11-16 1963-10-22 Hal R Linderfelt Hydrapulse motor
US3867893A (en) * 1960-02-11 1975-02-25 Us Navy Rocket-thrown missile
US3154041A (en) * 1960-04-22 1964-10-27 Thompson Ramo Wooldridge Inc Monopropellant reaction motor having perforated wall propellant container
US3060682A (en) * 1960-07-01 1962-10-30 Kemenczky Ets Lishement Jet propulsion engine for watercraft
US4239012A (en) * 1960-12-15 1980-12-16 The United States Of America As Represented By The Secretary Of The Navy Homing torpedo control apparatus
GB933570A (en) * 1961-02-07 1963-08-08 Thompson Ramo Wooldridge Inc Improvements in or relating to closed cycle rankine engines
US3137997A (en) * 1961-07-06 1964-06-23 Kaminstein Bernard Hydrojet propulsion apparatus
US3134353A (en) * 1962-03-20 1964-05-26 Thiokol Chemical Corp Underwater propulsion system
GB1347462A (en) * 1963-01-04 1974-02-27 Plessey Co Uk Ltd Homing torpedoes
US3163980A (en) * 1963-01-23 1965-01-05 James J Turner Water jet propulsion
US3157992A (en) * 1963-04-16 1964-11-24 Kemenczky Establishment Flow controlling device
US3335685A (en) * 1965-10-22 1967-08-15 Blue Meridian Company Inc Buoyancy control system and devices employing same
NO130511C (nl) * 1966-03-24 1974-12-27 Jiro Asahina
US3738270A (en) * 1966-03-24 1973-06-12 Us Navy Homing depth bomb for searching for an underwater target
GB1497040A (en) * 1966-12-24 1978-01-05 Krupp Atlas Elektronik Gmbh Method and device for the acoustic steering of torpedoes to a target
US3565028A (en) * 1968-07-17 1971-02-23 Us Navy Steerable self-propelled submersible
US3914935A (en) * 1969-03-17 1975-10-28 Rockwell International Corp Dual area nozzle
FR2217210B1 (nl) * 1973-02-09 1976-05-14 Moteur Moderne Le
US3864666A (en) 1973-06-12 1975-02-04 Westinghouse Electric Corp Directional sonar apparatus
FR2241078B1 (nl) * 1973-08-16 1977-08-12 France Etat
GB1478862A (en) * 1973-10-15 1977-07-06 Jastram Werke Gas-driven pulsating water jet drive for watercraft
US3875552A (en) * 1973-10-23 1975-04-01 Us Of American As Represented Underwater mobile target
GB1570090A (en) 1976-12-17 1980-06-25 Space Age Electronics Ltd Echo sounders
US4186373A (en) * 1978-05-22 1980-01-29 The United States Of America As Represented By The Secretary Of The Navy System for measuring in situ acoustic energy properties of ocean floor soils

Also Published As

Publication number Publication date
JPS56138700A (en) 1981-10-29
IL61777A (en) 1983-09-30
GB2130149A (en) 1984-05-31
NL8700583A (nl) 1987-08-03
FR2477279A1 (fr) 1981-09-04
GB2130149B (en) 1984-12-05
HK9185A (en) 1985-02-08
IT8147839A0 (it) 1981-02-19
NO803797L (no) 1981-09-04
DE3100794C2 (de) 1986-03-06
FR2477279B1 (nl) 1984-10-26
FR2534012B1 (fr) 1987-06-26
GB8321723D0 (en) 1983-09-14
DK157106B (da) 1989-11-06
NO833637L (no) 1981-09-04
DK76681A (da) 1981-09-04
DE3152929C2 (de) 1986-07-17
SE447019B (sv) 1986-10-20
SE8008821L (sv) 1981-09-04
DK157106C (da) 1990-04-02
DE3153282C2 (nl) 1993-03-11
ES498987A0 (es) 1982-04-16
JPS6137559B2 (nl) 1986-08-25
NO152856B (no) 1985-08-19
CA1156511A (en) 1983-11-08
NO152856C (no) 1985-11-27
DE3100794A1 (de) 1981-11-26
JPS6228399B2 (nl) 1987-06-19
BE887336A (fr) 1981-08-03
FR2534012A1 (fr) 1984-04-06
NL182172C (nl) 1988-01-18
KR870000748B1 (ko) 1987-04-13
SE8505332D0 (sv) 1985-11-12
CH645458A5 (fr) 1984-09-28
US4372239A (en) 1983-02-08
GB2070522A (en) 1981-09-09
ES8204166A1 (es) 1982-04-16
SE8505332L (sv) 1985-11-12
SE462243B (sv) 1990-05-21
NL182172B (nl) 1987-08-17
AU520793B2 (en) 1982-02-25
SG65584G (en) 1985-03-15
IT1170734B (it) 1987-06-03
PT72550B (en) 1982-03-12
PT72550A (en) 1981-03-01
JPS61205800A (ja) 1986-09-11
GB2070522B (en) 1984-06-27
KR830005555A (ko) 1983-08-20
AU6611881A (en) 1981-10-08

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8100765A (nl) Onderwaterwapen.
US4215630A (en) Anti-ship torpedo defense missile
US4341173A (en) Hydropulse underwater propulsion system
US7984581B2 (en) Projectile accelerator and related vehicle and method
US3943870A (en) Pinging controlled anti-torpedo device
US3853081A (en) Method and apparatus for destroying submarines
US7257048B1 (en) Countermeasure system and method to emulate target with spatial extent
AU2009291234B2 (en) Device and method for warding off objects approaching a ship under or on water
RU2733734C2 (ru) Способ поражения морской цели торпедами
NL8302823A (nl) Onderwaterwapen.
US7392733B1 (en) High resolution projectile based targeting system
US5831206A (en) Ring vortex depth charge
RU2517782C2 (ru) Способ защиты подводной лодки от широкополосной мины-торпеды
RU2789185C1 (ru) Способ освещения подводной обстановки и нейтрализации обнаруженных объектов
NO321458B1 (no) Antiubatsystem med omdirigering og etablering av fiktivt mal
RU2746085C1 (ru) Способ защиты надводного корабля от торпеды
KR20230081387A (ko) 어뢰 음향 기만 기능을 이용한 어뢰 방어 방법, 시스템 및 어뢰 음향 기만 기능을 갖는 요격 어뢰
RU2513880C2 (ru) Способ защиты подводной лодки от широкополосной мины-торпеды
Kulshrestha Dimensions of Submarine Threat in the Littorals–A Perspective
DK155237B (da) Undervandsvaaben
Friedlander World War II: Electronics and the US Navy Magnetic mines, acoustical and homing torpedoes, and proximity fuzes
LANDON SUBMARINE AND ANTISUBMARINE WEAPONRY

Legal Events

Date Code Title Description
A1A A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
A85 Still pending on 85-01-01
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee