NL8005936A - Electronische frankeerinrichting. - Google Patents

Electronische frankeerinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL8005936A
NL8005936A NL8005936A NL8005936A NL8005936A NL 8005936 A NL8005936 A NL 8005936A NL 8005936 A NL8005936 A NL 8005936A NL 8005936 A NL8005936 A NL 8005936A NL 8005936 A NL8005936 A NL 8005936A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
unit
accounting
franking
printing
control unit
Prior art date
Application number
NL8005936A
Other languages
English (en)
Other versions
NL193476B (nl
NL193476C (nl
Original Assignee
Pitney Bowes Inc
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Pitney Bowes Inc filed Critical Pitney Bowes Inc
Publication of NL8005936A publication Critical patent/NL8005936A/nl
Publication of NL193476B publication Critical patent/NL193476B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL193476C publication Critical patent/NL193476C/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G07CHECKING-DEVICES
    • G07BTICKET-ISSUING APPARATUS; FARE-REGISTERING APPARATUS; FRANKING APPARATUS
    • G07B17/00Franking apparatus
    • G07B17/00185Details internally of apparatus in a franking system, e.g. franking machine at customer or apparatus at post office
    • G07B17/00314Communication within apparatus, personal computer [PC] system, or server, e.g. between printhead and central unit in a franking machine
    • GPHYSICS
    • G06COMPUTING; CALCULATING OR COUNTING
    • G06FELECTRIC DIGITAL DATA PROCESSING
    • G06F13/00Interconnection of, or transfer of information or other signals between, memories, input/output devices or central processing units
    • G06F13/38Information transfer, e.g. on bus
    • G06F13/42Bus transfer protocol, e.g. handshake; Synchronisation
    • GPHYSICS
    • G06COMPUTING; CALCULATING OR COUNTING
    • G06FELECTRIC DIGITAL DATA PROCESSING
    • G06F13/00Interconnection of, or transfer of information or other signals between, memories, input/output devices or central processing units
    • G06F13/38Information transfer, e.g. on bus
    • G06F13/42Bus transfer protocol, e.g. handshake; Synchronisation
    • G06F13/4265Bus transfer protocol, e.g. handshake; Synchronisation on a point to point bus
    • G06F13/4269Bus transfer protocol, e.g. handshake; Synchronisation on a point to point bus using a handshaking protocol, e.g. Centronics connection
    • GPHYSICS
    • G07CHECKING-DEVICES
    • G07BTICKET-ISSUING APPARATUS; FARE-REGISTERING APPARATUS; FRANKING APPARATUS
    • G07B17/00Franking apparatus
    • G07B17/00185Details internally of apparatus in a franking system, e.g. franking machine at customer or apparatus at post office
    • G07B17/00314Communication within apparatus, personal computer [PC] system, or server, e.g. between printhead and central unit in a franking machine
    • G07B2017/00322Communication between components/modules/parts, e.g. printer, printhead, keyboard, conveyor or central unit
    • GPHYSICS
    • G07CHECKING-DEVICES
    • G07BTICKET-ISSUING APPARATUS; FARE-REGISTERING APPARATUS; FRANKING APPARATUS
    • G07B17/00Franking apparatus
    • G07B17/00185Details internally of apparatus in a franking system, e.g. franking machine at customer or apparatus at post office
    • G07B17/00314Communication within apparatus, personal computer [PC] system, or server, e.g. between printhead and central unit in a franking machine
    • G07B2017/00338Error detection or handling
    • GPHYSICS
    • G07CHECKING-DEVICES
    • G07BTICKET-ISSUING APPARATUS; FARE-REGISTERING APPARATUS; FRANKING APPARATUS
    • G07B17/00Franking apparatus
    • G07B17/00185Details internally of apparatus in a franking system, e.g. franking machine at customer or apparatus at post office
    • G07B17/00314Communication within apparatus, personal computer [PC] system, or server, e.g. between printhead and central unit in a franking machine
    • G07B2017/00346Power handling, e.g. power-down routine

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Theoretical Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Computer Hardware Design (AREA)
  • Devices For Checking Fares Or Tickets At Control Points (AREA)
  • Communication Control (AREA)

Description

Electronische frankeer inrichting.
De uitvinding heeft betrekking op een electron!sche frankeerinrichting, welke is voorzien van een toetsenbord voor het invoeren van af te drukken frankeerwaarden, midde-5 len voor het weergeven van deze frankeerwaarden en andere gegevens, een electronische boekhoud!nrichting en een afdruk-mechani sme.
Dergelijke frankeerinrichtingen zijn algemeen bekend en zijn bijvoorbeeld beschreven in het Amerikaanse octrooi-10 schrift 3.978.457. In dit octrooischrift is een frankeerinrichting beschreven, welke is voorzien van een toetsenbord voor het met de hand invoeren van gegevens, die corresponderen met de af te drukken frankeerwaarden.
Bij bekende inrichtingen van de algemene soort, waar-15 toe ook electronische frankeer!nrichtingen behoren is het gewenst gebleken, een of meer microprocessors voor het besturen van verschillende functies en werkingen van de betreffende inrichting toe te passen. Om veiligheidsredenen kunnen hierbij alle gegevens, die betrekking hebben op de boekhou-20 ding van alle andere, op niet te beveiligen informatie betrekking hebbende gegevens gescheiden worden gehouden. Door het gescheiden houden van de betreffende, te beveiligen gegevens van de overige gegevens kan een goede beveiliging worden verkregen bij het verwerken van de betreffende gegevens door 25 middel van meerdere verwerkingsinrichtingen.
Hierbij moeten aan strenge eisen ten aanzien van het foutenpercentage bij de overdracht van gegevens tussen de verschillende verwerkingsinrichtingen worden voldaan, teneinde een bevredigende werking van het geheel te verkrijgen.
30 Verder is het gewenst, een inrichting van de hier beschouwde soort te verschaffen, waarvan de besturingsbevoegdheid eenvoudig kan worden opgedragen aan een externe eenheid, waarbij de volledige besturing daarvan dan wordt overgedragen aan een externe inrichting zonder dat daartoe enige verandering in de 35 onderdelen van de inrichting behoeft te worden aangebracht.
De toepassing van el ectronische schakelingen in frankeerin-richtingen biedt bovendien de mogelijkheid tot het automatisch opnieuw instellen van de boekhoudregisters zonder dat hiertoe door het bedieningspersoneel bijzondere behandelingen behoe-40 ven te worden verricht. Een electronische frankeerinrichting - 2 - moet voorts zijn voorzien van middelen voor het detecteren van de afstempeling van de poststukken en het uitvoeren van een doelmatige foutcontrole.
De onderhavige uitvinding beoogt in de eerste plaats, 5 een electronische frankeerinrichting te verschaffen, welke is voorzien van middelen voor het opwekken en afdrukken van frankeerwaarden, door welke de te beveiligen gegevens van de niet te beveiligen gegevens gescheiden worden gehouden.
Voorts beoogt de uitvinding een stelsel voor het 10 overdragen van gegevens tussen de verschillende verwerkings-eenheden van een electronische frankeerinrichting te verschaffen, door middel waarvan het aantal fouten in deze overdracht tot een minimum wordt gereduceerd.
Verder beoogt de uitvinding, een electronische 15 frankeerinrichting te verschaffen, welke van zelfzoekende foutcontrolemiddelen is voorzien.
De uitvinding verschaft een electronische frankeerinrichting van de bovenbeschreven soort, waarmede het gestelde doel is bereikt en die is samengesteld uit twee of meer 20 eenheden, die elk zijn voorzien van een computerbesturing en waarbij bovendien informatie tussen deze eenheden wordt overgedragen. De informatie-overdracht tussen de eenheden wordt om veiligheidsredenen bij voorkeur tot een minimum beperkt, terwijl er geen afzonderlijke besturingsleidingen tussen de 25 eenheden zijn aangebracht, doch alle stuursignalen in serie met de berichtensignalen over eenzelfde kanaal worden overgedragen. Een verdere eis., aan welke moet worden voldaan is, dat de berichten bij ontvangst door een ontvangende eenheid geen enkele fout mogen bevatten, teneinde de betrouwbaarheid 30 van de inrichting voor wat de foutloze berekening van alle frankeerbedragen betreft te waarborgen.
Bij een voorkeursuitvoering van de inrichting volgens de uitvinding is deze voorzien van drie eenheden, die ondanks het feit, dat zij mechanisch met elkaar zijn verbonden elk 35 zijn voorzien van een computerbestuurde verwerkingsinrichting, alsmede van een kristalbestuurde klokgenerator. Volgens de uitvinding behoeven de frequenties van de klokgeneratoren van de verschillende eenheden niet aan elkaar gelijk te zijn en wordt de informatie tussen deze eenheden overgedragen door 40 8 0 0 5 9 3 6
A
- 3 - e middel van reeksen berichten, welke asynchroon worden uitgezonden en worden ontvangen. Het formaat van de berichten en de tijdbesturing van de bits in verschillende eenheden worden echter nauwkeurig ingesteld, teneinde ervoor te zorgen, dat 5 de berichten kunnen worden uitgezonden en ontvangen zonder dat de verschillende eenheden hiertoe onderling behoeven te worden gesynchroniseerd. Bovendien zullen bij ontvangst van de eerste bits van een bericht vanuit een zendende eenheid de ontvangen bits door de ontvangende eenheid weer naar de 10 zender worden teruggezonden ter vergelijking, teneinde de zendende eenheid in staat te stellen om binnen een bepaalde tijd, nadat het gehele bericht is overgedragen een signaal uit te zenden, dat aangeeft, dat er geen fout is gedetecteerd en zodoende derhalve de juistheid van het uitgezonden en ont-15 vangen bericht te controleren.
Alle stuursignalen en informatiesignalen worden in de beide richtingen over eenzelfde paar geleiders overgedragen met een nauwkeurig bepaalde tijdbesturing voor de controle van deze overdracht.
20 Bij externe besturing van de inrichting worden de stuursignalen in de ene richting en de informatiesignalen in de andere richting overgedragen.
De gehele besturing van de inrichting en alle informatie in de inrichting kunnen hierbij worden gecontroleerd 25 door middel van een tussengeschakelde verbindingsinrichting.
Alle door de inrichting verrichte functies, met uitzondering van zuiver plaatselijk, met de hand te verrichten functies, zoals het inschakelen van de inrichting en het veranderen van de datum kunnen electrisch op afstand worden bestuurd. Dit 30 is een gevolg van de mogelijkheid tot overdracht van infor-, matie tussen de verschillende eenheden van de inrichting. De werking van de drie eenheden wordt georganiseerd door een stroom commandosignalen of informatiesignalen vanuit de besturingseenheid naar de boekhoudeenheid en vervolgens naar 35 de afdrukeenheid. Een commandosignaal kan bijvoorbeeld bestaan uit een nieuwe frankeerwaarde en een aanduiding, waar deze moet worden ingesteld. De informatiestroom verloopt in de tegengestelde richting en bestaat bijvoorbeeld uit een regis-terwaarde of dergelijke. Binnen deze opzet kunnen door middel 40 8005936 - 4 - van het aansluiten van een externe inrichting, zoals een electronische weeginrichting op de besturingseenheid commando-signal en of instructies voor het besturen van de inflormatie-signalen aan de frankeerinrichting worden toegevoerd.
5 De tussengeschakelde inrichting biedt de mogelijk heid om de frankeerinrichting door de externe inrichting te laten besturen en daarbij het toetsenbord van de inrichting buiten werking te stellen. De externe inrichting kan berichten met de weergeefinrichting uitwisselen, waardoor de behoef-10 te aan een toetsenbord en een weergeefinrichting in de externe inrichting wordt geëlimineerd.
De in het voorgaande beschreven uitvoering van de frankeerinrichting volgens de uitvinding heeft het voordeel, dat de besturingseenheid door de aangesloten externe inrich-15 ting kan worden vervangen zonder dat daartoe wijzigingen in de samenstelling of de programmering van de boekhoudeenheid of de afdrukeenheid behoeven te worden aangebracht.
De uitvinding zal thans worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekening, waarin is: 20 fig. 1 een vereenvoudigde afbeelding in perspectief van een frankeerinrichting volgens de uitvinding.
fig. 2 een aanzicht op vergrote schaal van het bedieningspaneel van de frankeerinrichting volgens fig. 1.
fig. 3 een vereenvoudigd blokschema van de opstel-25 ling van de onderdelen van een frankeerinrichting volgens een voorkeursuitvoering van de uitvinding.
fig. 4 een vereenvoudigd schakelschema van een besturingseenheid voor een frankeerinrichting volgens de uitvinding.
30 fig. 5 een vereenvoudigd schakelschema van de boek houdeenheid van een frankeerinrichting volgens de uitvinding.
fig. 6 een meer gedetailleerd blokschema van een voorkeursuitvoering van de besturingseenheid voor een frankeerinrichting volgens de uitvinding.
35 fig. 7 een schakelschema van een bij de inrichting volgens de uitvinding toe te passen optisch-electrische scheidingsketen.
fig. 8 een meer gedetailleerd blokschema van een voorkeursuitvoering van een boekhoudeenheid voor een 40 8 0 0 5 9 3 6 ς r - 5 - inrichting volgens de uitvinding.
fig. 9 een blokschema van een voorkeursuitvoering van de electrische schakeling van de afdrukeenheid van een frankeerinrichting volgens de uitvinding.
5 fig. 10 tijddiagrammen ter illustratie van de terugmeldwerking tussen de zendende en ontvangende eenheden van de inrichting volgens de uitvinding.
fig. 11 een logisch schema ter illustratie van de overdracht van informatie vanuit de inrichting volgens de 10 uitvinding.
fig. 12 een logisch schema ter illustratie van de overdracht van informatie naar de inrichting volgens de uitvinding.
fig. 13 een blokschema ter illustratie van de ver-15 bindingen tussen een inrichting volgens de uitvinding en meerdere externe inrichtingen.
fig. 14 en 14A t/m I een reeks organigrammen ter illustratie van de werking van de besturingseenheid van de inrichting volgens de uitvinding.
20 fig. 15 en 15A t/m F een reeks organigrammen ter illustratie van de werking van de afdrukeenheid van de inrichting volgens de uitvinding.
fig. 16 en 16A t/m L een reeks organigrammen ter illustratie van de werking van de boekhoudeenheid van de 25 inrichting volgens de uitvinding.
8 0 u 5 9 3 6 * - 6 -
In fig. 1 is een frankeerinrichting 20 volgens de uitvinding weergegeven, welke losneembaar is bevestigd op een voetstuk 21. Bij deze uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding is aan de voorzijde tussen deze inrichting 5 20 en het voetstuk 21 een sleuf 22 voor het opnemen van enve loppen of dergelijke· en het daarop afdrukken van frankeer-waarden gevormd. De inrichting is verder voorzien van een beeldweergeefpaneel 23 van bij voorkeur een electronische weergeefinrichting, alsmede van een bedieningspaneel 24, dat 10 op de in het navolgende nog nader te beschrijven wijze is uitgevoerd. De inrichting bevat voorts een op een voedingsbron aan te sluiten kabel 25.
De in fig. 1 weergegeven frankeerinrichting 20 kan losneembaar zijn bevestigd op een voetstuk 21, dat kan zijn 15 uitgevoerd, zoals bijvoorbeeld is beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 2.934.009 en een mechanische aandrijf-inrichting voor het afdrukmechanisme van de inrichting 20 bevat. De losneembare bevestiging van de frankeerinrichting op het voetstuk biedt de mogelijkheid om de frankeerinrich-20 ting te koppelen met gebruikelijke aandrijfinrichtingen, terwijl hierdoor voorts het onderhoud van de inrichting wordt vergemakkelijkt en ook het transport van de inrichting voor het opnieuw laden daarvan, wanneer geen middelen voor het op afstand besturen van deze bewerking zijn aangebracht wordt 25 vergemakkelijkt.
Het beeldweergeef- en bedieningspaneel van de inrichting is op vergrote schaal afzonderlijk weergegeven in fig.2, waaruit blijkt, dat de inrichting is voorzien van een numerieke weergeefinrichting 30, welke bijvoorbeeld bestaat uit 30 een op zichzelf bekende inrichting met lichtgevende diodes of vloeibare kristallen voor het afbeelden van cijfers in zeven segmenten. Het toetsenbord is voorts voorzien van een aantal cijfertoetsen 31 en een decimaal toets 32 voor het instellen van de inrichting op het afdrukken van een gewenst 35 frankeerbedrag, dat normaal door de inrichting 30 wordt weergegeven. Voorts kan nog een wistoets 33 zijn aangebracht, teneinde het weergegeven bedrag te wissen voor het geval, dat een verkeerd bedrag is aangeslagen. Wanneer het weergegeven bedrag op de gewenste waarde is ingesteld kunnen door het 40 8005936 f - 7 - r indrukken van een frankeertoets 34 de cijferwielen van het afdrukraechanisme in de voor het afdrukken van deze waarde vereiste stand worden ingesteld.
Het paneel kan verder nog zijn voorzien van een aan-5 tal toetsen voor het selectief doen weergeven van andere getalwaarden door de inrichting 30. Zo is bijvoorbeeld een toets 35 aangebracht, door het indrukken waarvan de met het reeds verbruikte frankeerbedrag corresponderende inhoud van een optelregister kan worden weergegeven, terwijl voorts door 10 het indrukken van een verdere toets 36 de inhoud van een aftelregister kan worden weergegeven, welke met het nog beschikbare frankeerbedrag correspondeert. Voorts kunnen nog verdere toetsen 37 t/m 40 zijn aangebracht, door middel waarvan op gebruikelijke wijze andere bepaalde grootheden, zoals 15 de som van een aantal frankeerwaarden, het aantal gefrankeerde stukken, de totale frankeerwaarde voor een groep poststukken en het aantal poststukken in een groep kunnen worden weergegeven. De registers voor het aangeven van de frankeerwaarde voor een groep poststukken en het aantal poststukken in deze 20 groep kunnen worden teruggesteld door het gelijktijdig indrukken van de bijbehorende weergeeftoets en de wistoets C.
Het paneel is voorts bij voorkeur nog voorzien van een lichtgevende diode 41, die steeds wordt ontstoken, wanneer de inrichting wordt ingeschakeld, hetgeen gewoonlijk aan het 25 begin van elke dag wordt gedaan, teneinde aan te geven, dat de inrichting nog niet op de juiste datum is ingesteld of de datum-instelklep nog open is. Voorts kan nog een verdere lichtgevende diode 42 zijn aangebracht, teneinde zonodig aan te geven, dat het bedieningsmeehanisme in het voetstuk moet 30 worden teruggesteld, alvorens de werking kan worden voortgezet.
Teneinde de inrichting opnieuw te laden met behulp van bijvoorbeeld het toetsenbord kan de inrichting zijn voorzien van een sleutelgat 45, zoals weergegeven in fig. 1, 35 waarin de sleutel 46 uit fig. 2 kan worden aangebracht. De as van het slot kan zichtbaar zijn door een venster 47, teneinde de stand van de sleutel weer te geven. Bij de normale stand van de sleutel kan deze as derhalve de mededeling "in bedrijf" weergeven. Dit mechanisme kan ook worden 40 onnKQJfi - 8 - _ gebruikt voor het op afstand terugstellen van de inrichting, zoals bijvoorbeeld is beschreven in het Amerikaanse octrooi-schrift 4.097.923.
De inrichting kan verder nog zijn voorzien van een 5 op de achterzijde daarvan aangebrachte onderhoudschakelaar 50, welke dient om een onderhoudsmonteur in staat te stellen, de toetsen van de inrichting voor verschillende functies te gebruiken. Door het bedienen van de schakelaar 50 kan de inrichting zodanig worden ingesteld, dat de toetsen 35 t/m 40 10 daarvan kunnen worden gebruikt voor het weergeven van extra grootheden, zoals het frankeerbedrag waarboven de juistheid van dit bedrag niet meer automatisch door de inrichting wordt gecontroleerd, het verschil bedrag, waarbij voor een te lage frankering wordt gewaarschuwd, het serienummer van de inrich-15 ting, de onderzoektoestand van de inrichting en het maximaal instelbare bedrag. Door de schakelaar in een stand "invoer-combinatie" te draaien, welke in het venster 47 wordt weergegeven en een op de juiste wijze gecodeerde cijfercombinatie op het toetsenbord aan te slaan kan de inrichting worden in-20 gesteld in een toestand, waarin deze opnieuw kan worden geladen. In deze 1aadtoestand, welke kan worden bereikt door middel van een inwendige vergrendeling onder besturing door de sleutel 46 en waarbij in het venster 47 de aanduiding "bedrag invoeren" zichtbaar wordt kunnen de frankeerwaarde-25 registers van de inrichting door middel van het toetsenbord op een nieuw uitgangsbedrag worden ingesteld. Door de sleutel vervolgens weer in zijn normale bedrijfsstand terug te draaien wordt de inrichting weer voor het afdrukken van frankeer-waarden vrijgegeven.
30 De onderhoudschakelaar behoeft niet te worden ver grendeld, aangezien de weergave van de extra grootheden, die door het gebruik van deze schakelaar mogelijk wordt gemaakt geen invloed heeft op de beveiliging van de inrichting tegen het gebruik daarvan voor frankering zonder betaling. Het feit, 35 dat de betreffende extra grootheden worden weergegeven kan desgewenst worden kenbaar gemaakt door een onderstreping van de weergegeven getallen, terwijl de bediening van de onderhoudschakel aar 50 de frankeertoets 34 gedeeltelijk buiten werking stelt. Hierdoor zal geen nieuwe frankeerwaarde 40 8 0 0 5 9 3 6 r - s - kunnen worden ingesteld, zolang de inrichting zich in de onderhoudstoestand bevindt, terwijl de normale werking van de inrichting in deze toestand door een onderbreker wordt geblokkeerd. De frankeertoets kan hierbij echter wel worden gebruikt 5 voor het bewerkstelligen van een weergave van de op het betreffende moment ingestelde frankeerwaarde.
Wanneer de inrichting zich in zijn onderhoudstoestand bevindt, dat wil zeggen wanneer de schakelaar 50 is bediend en de schakelaar 45 door middel van de sleutel 46 in een be-10 paalde stand is ingesteld kan door het met behulp van het toetsenbord invoeren van een nieuwe waarde en een code, welke de functie van deze waarde aangeeft het frankeerbedrag, waarboven de juistheid van dit bedrag niet automatisch wordt gecontroleerd, het verschi1 bedrag,waarbij een waarschuwing 15 voor een te lage frankering wordt gegeven en het maximaal instelbare bedrag opnieuw worden ingesteld. Het eerstgenoemde bedrag is een bepaald bedrag, waarboven de instelling van een frankeerwaarde zorgvuldig dient te geschieden, teneinde het per ongeluk afdrukken van te hoge bedragen te voorkomen.
20 Voor dit doel moet voor het afdrukjken van deze frankeerwaarde en alle daarboven liggende frankeerwaarden een extra bewerking worden uitgevoerd, zoals bijvoorbeeld het nogmaals indrukken van de frankeertoets 34. Het beeldscherm kan worden voorzien van een extra aanduiding, zoals bijvoorbeeld een 25 horizontale streep, teneinde aan te geven, dat de cijferwie-len van het afdrukmechanisme zijn ingesteld, doch de vrijgeef-bewerking voor het afdrukken, dat wil zeggen het nogmaals indrukken van de frankeertoets nog niet heeft plaatsgevonden. Het voltooien van de vrijgeefbewerking kan bijvoorbeeld wor-30 den weergegeven door drie horizontale strepen, teneinde aan te geven, dat de inrichting gereed is om-de betreffende frankeerwaarde af te drukken.
Wanneer de inhoud van het aftelregister een waarde heeft bereikt, die correspondeert met een bedrag, dat kleiner 35 is dan de ingestelde frankeerwaarde kan dit door het opltch-ten van het gehele beeldscherm worden aangeduid. Wanneer anderzijds het nog in het aftel register vastgelegde bedrag lager is dan het verschi1 bedrag, waarbij voor een te lage frankering wordt gewaarschuwd kan dit worden aangegeven door 40 8 0 0 5 9 3 6 - % -10- de decimale punt op het scherm te laten oplichten. Het maximaal instelbare bedrag kan vanzelfsprekend bij het instellen van een willekeurige frankeerwaarde nooit worden overschreden.
De inrichting kan voorts nog zijn voorzien van een 5 schakelaar 51, welke normaal is verzegeld. De bediening van deze schakelaar, na het verbreken van de verzegeling biedt de mogelijkheid om de inrichting opnieuw te laden en is voorbehouden aan personeel van de posterijen.
De inrichting is verder voorzien van een of meer 10 toetsen 52 voor rekenkundige functies, door middel waarvan de ingestelde frankeerwaarde bijvoorbeeld kan worden vergroot met een verder bedrag, alvorens de frankeertoets 34 wordt ingedrukt. Dit biedt de mogelijkheid om een ingestelde frankeerwaarde bijvoorbeeld te verhogen met bijvoorbeeld een 15 bedrag voor verzekering van de inhoud van een poststuk zonder dat dit afzonderlijk behoeft te worden berekend.
De onderdelen van de inrichting volgens de uitvinding zijn bij voorkeur daarin aangebracht op de wijze, zoals is weergegeven in fig. 3. Meer in het bijzonder is de inrichting 20 voorzien van een eerste compartiment 55, dat zo goed mogelijk is afgesloten, teneinde een onrechtmatig gebruik van de daarin aangebrachte onderdelen te verhinderen. Hoewel op deze wijze geen volledige beveiliging tegen onrechtmatig gebruik kan worden verkregen zal elke poging tot misbruik van de in-25 richting onmiddellijk aan het licht komen, omdat het betreffende compartiment hiertoe moet worden opengebroken. Het compartiment 55 omvat de afdrukinrichting 56, welke een mechanisch afdrukmechanisme kan bevatten en desgewenst een afzonderlijke microcomputer voor het besturen van deze inrichting. 30 Het compartiment 55 omvat tevens een verder comparti ment 57, dat bij voorkeur electromagnetisch is afgeschermd en waarin een boekhoudinrichting 58 is aangebracht. Deze boekhoudinrichting is alleen met buiten het compartiment 57 aangebrachte inrichtingen verbonden door middel van optisch-35 electrische scheidingsketens 59, zoals beschreven in de Amerikaanse octrooiaanvrage 918.785 van 26 juni 1978, teneinde beschadiging van deze inrichting door hetzij per ongeluk hetzij met opzet daaraan toegevoerde stoorsignalen, zoals bijvoorbeeld ontoelaatbaar hoge spanningen te voorkomen.
40 8005936 ï - 11 - •r
Een dergelijke scheidingsketen is vanzelfsprekend niet aangebracht in de voedingsleiding van de inrichting, welke is aangesloten op een voedingseenheid 60, welke is aangebracht in een afzonderlijk compartiment 61, dat eveneens door het 5 afgesloten compartiment 55 wordt omvat. De voedingsinrichting 60 wordt op zijn beurt gevoed over een filter 62 in het compartiment 61, teneinde het optreden van spanningsveranderingen, welke de werking van de boekhoudinrichting nadelig zouden beïnvloeden te voorkomen. De voedingsspanning wordt aan de 10 inrichting in het compartiment 61 toegevoerd via het compartiment 55 en wordt geleverd door een voedingsinrichting, welke is aangebracht in een verder compartiment 63, dat bij voorkeur eveneens door de gesloten wanden van het compartiment 55 wordt omgeven. Hoewel niet alle onderdelen in het 15 compartiment 63 behoeven te worden beveiligd wordt aan deze uitvoering van de inrichting de voorkeur gegeven.
De voedingsspanning wordt vanaf de netsteker 64 toegevoerd aan in het compartiment 63 aangebrachte aansluitklemmen, op welke tevens een kabel 65 voor het toevoeren van deze span-20 ning aan de in het voetstuk aangebrachte inrichtingen is aangesloten. De voedingsspanning voor de frankeerinrichting zelf wordt in het compartiment 63 over een smeltveiligheid 66 toegevoerd aan een thermostaat 66 en vanaf deze aan een storings-onderdrukkingsfi1 ter 68. De thermostaat zal bij het optreden 25 van ontoelaatbaar hoge temperaturen de voedingsspanningsketen van de inrichting onderbreken. Een verdere beveiliging van de inrichting wordt verkregen door middel van een scheidings-transformator 69 en een overs.panni ngsbeveil iging 70. De voedingsspanning voor de inrichting wordt tenslotte toegevoerd 30 aan een energie opzamelende inrichting 71, zoals een condensator met een grote capaciteitswaarde,welke een voldoend grote hoeveelheid energie kan opnemen om bij het uitvallen van de netspanning de nodige beveiligingsmaatregelen in de inrichting zelf, zoals de overdracht van informatie aan een per-35 manent geheugen te treffen. De spanningsdaling kan worden gedetecteerd door middel van een in het afgesloten compartiment 55 aangebrachte detector 72, welke hierbij enerzijds een signaal levert aan de boekhoudinrichting, teneinde de verandering van de bedrijfstoestand aan deze te signaleren en 40 80 0 5 9 3 6
V
- 12 - anderzijds eventueel langs mechanische weg de verdere werking van de afdrukinrichting verhindert.
Een verder uitgangssignaal van de scheidingstrans-formator 69 kan worden toegevoerd aan een buiten de inrich-5 ting aangebrachte besturingseenheid 75, terwijl een van de uitgangssignalen van de boekhoudinrichting over de bijbehorende scheidingsketen door het compartiment 63 eveneens aan deze besturingseenheid kan worden toegevoerd. De besturingseenheid 75 kan derhalve bestaan uit een bedieningspaneel met 10 toetsen, zoals is weergegeven in fig. 2 en waarop tevens de voor de verdere bediening van de inrichting noodzakelijke schakelaars en weergeeforganen zijn aangebracht. Uit het voorgaande zal het derhalve duidelijk zijn, dat met de in fig. 3 weergegeven opstelling van de onderdelen van de inrich-15 ting de onderdelen, die bij de beveiliging van de inrichting het minst van belang zijn ook in mindere mate mechanisch en electrisch zijn beveiligd.
In fig. 4 is een voorkeursuitvoering van de bestu-ringsinriehting 75 weergegeven. Deze inrichting is onder 20 anderen teneinde het aantal niet-kritische onderdelen, dat in het afgesloten huis moet worden ondergebracht bij voorkeur voorzien van een centrale verwerkingseenheid 80, welke door middel van de gebruikelijke informatieleidingen, stuurlei-dingen en adresleidingen is verbonden met een gebruikelijke 25 universe!egeheugen- en besturingseenheid 81, welke leesge-heugens, vrij toegankelijke geheugens, tijdbesturingsketens en ingangs-uitgangsketens bevat. Door toepassing van geschikte decodeerinrichtingen 82 kan het toetsenbord 83 daardoor op de gebruikelijke wijze worden afgetast, terwijl de visuele weergeef-30 inrichting 85, bij voorkeur in multiplexbedrijf volgens de gebruiitelijke praktijk kan worden bekrachtigd door middel van geschikte stuurinrichtingen 84. De informatie, behorende bij het indrukken van een van de toetsen van het toetsenbord kan hierdoor aan de verwerkingseenheid 80 worden toegevoerd, ten-35 einde serievormige ingangs- en uitgangssignalen voor communicatie met de boekhoudinrichting 58 in het afgesloten huis 55 op de geleiders 86 op te wekken. De verwerkingseenheid 80 en de eenheid 81 dienen voorts om in responsie op de nodige handelingen voor het vrijgeven van het inschakelmechanisme 40 8005936 c - 13 - r in het voetstuk en het nalaten van het openen of sluiten van de klep 28 van de datuminstelinrichting (fig. 1) na het inschakelen van de voeding van de inrichting selectief een respectievelijk met de indicatoren 42 en 41 uit fig. 2 corres-5 ponderende lichtgevende diode-indicator 87 te bekrachtigen.
De onderhoudschakelaar 50 kan ook op de eenheid 81 zijn aangesloten. Wanneer verdere ingangs-/uitgangsinrichtingen, zoals externe weergeefinrichtingen of besturingsinrichtingen met de besturingseenheid zijn verbonden kunnen deze zijn 10 aangesloten door middel van verdere ingangs-/uitgangsgeleiders 88, welke bij voorkeur zijn ingericht als seriecommunicatie-wegen, die door optisch-electrische scheidingsketens van de betreffende inrichtingen zijn gescheiden. De inrichting kan voorts een interne voedings- en regel schakeling 89 bevatten, 15 die, zoals in fig. 3 is weergegeven op een lage voedingsspanning ts aangesloten.
De in het voorgaande beschreven functies onder besturing door de besturingseenheid zijn derhalve functies, welke niet kritisch zijn in die zin, dat het uitvallen van 20 de besturing of het verloren gaan van de inhoud van een register in deze eenheid geen geldelijke verliezen voor de posterijen of de gebruiker van de frankeerinrichting tot gevolg zal hebben. Deze functies zijn aan de besturingseenheid toegewezen, teneinde ervoor te zorgen, dat de beveiligde 25 delen van de frankeerinrichting alleen de te beveiligen onderdelen daarvan bevat. Verdere door de besturingseenheid te verrichten functies, zoals het optellen van achtereenvolgens ingevoerde bedragen kunnen eveneens worden bestuurd door het programma van deze eenheid, aangezien dergelijke berekeningen 30 niet kritisch zijn voor de beveiliging van de inrichting en ook niet in de in het afgesloten gedeelte van de inrichting aangebrachte beveiligde onderdelen daarvan behoeven te worden uitgevoerd. Op overeenkomstige wijze kunnen de terugstel bare functies voor de onderhoudswerkzaamheden worden verricht 35 onder besturing door het programma in de besturingseenheid, aangezien deze functies eveneens niet kritisch zijn voor de boekhoudinrichting en de registers zelf. Teneinde deze parameters echter in een permanent geheugen op te bergen is het gewenst, deze ook in de boekhoudinrichting vast te leggen.
- 14 -
Het zal vanzelfsprekend duidelijk zijn, dat bij een inrichting, zoals is weergegeven in fig. 4 verdere rekentoetsen kunnen worden aangebracht, teneinde het moge!ijk te maken om de frankeerinrichting tevens als rekenmachine te gebruiken.
5· In plaats hiervan kunnen ook de centrale verwerkings- eenheid en de stuurschakeling daarvan worden uitgebreid met een rekenmoduul of dergelijke, welke met het toetsenbord en de weergeefinrichting is verbonden, teneinde rekenkundige bewerkingen uit te voeren.
10 Hoewel de in fig. 4 weergegeven besturingseenheid voor alle functies van het in fig. 2 weergegeven paneel bij voorkeur rechtstreeks op de frankeerinrichting ts aangebracht, zodat deze een deel daarvan vormt zal het duidelijk zijn, dat dit gedeelte van de inrichting ook los of losneembaar daarvan kan 15 zijn opgesteld of uitgevoerd, waardoor de frankeerinrichting zelf dan alleen die onderdelen zal bevatten, welke tegen misbruik van de inrichting moeten worden beveiligd.
Daar monetaire informatie- en stuursignalen de voornaamste bestanddelen van de tussen de onderdelen van de in-20 richting overgedragen seriecommunicatiesignalen vormen moet bij de overdracht van deze signalen aan hoge eisen ten aanzien van de betrouwbaarheid daarvan worden voldaan. Met het oog hierop zijn de onderdelen van de inrichting, tussen welke de betreffende signalen in serie worden overgedragen zodanig 25 uitgevoerd, dat elk overgedragen bit door de ontvangende eenheid voor controle naar de zendende eenheid wordt teruggezonden. Wanneer de zendende eenheid daarbij alle teruggezonden signalen goed ontvangt wordt door deze een impuls aan de ontvangende eenheid gezonden, welke aangeeft, dat de ontvangen 30 informatie juist is.
De schakeling van de boekhoudinrichting is enigszins uitvoeriger weergegeven in fig. 5, waarbij de wanden 90 van het compartiment, waarin deze inrichting is aangebracht bij voorkeur een electromagnetische afscherming vormen. De 35 schakeling bevat een microcomputer 91 met een daarop aangesloten keten 92 voor het besturen van een permanent geheugen. Deze stuurketen bestuurt de toevoer van opgeborgen informatie aan een permanent geheugen, dat deel kan uitmaken van de microcomputer 91 en een verder permanent geheugen 93.
8005936 - 15 - t r
De permanente geheugens, zoals vrij toegankelijke geheugens kunnen als optellende werkregisters, aftellende werkregisters en dergelijke werken. De boekhoud-microcomputer bevat tevens ketens voor het besturen van een leesgeheugen voor de nood-5 zakelijke boekhoudprogramma1s, zowel als besturingsprogramma's. Deze eenheid kan bovendien nog voor serie-overdracht ingerichte koppel ketens bevatten, door welke de samenwerking daarvan met de afdruk- en besturingseenheden mogelijk wordt gemaakt. De microcomputer kan bijvoorbeeld bestaan uit een microcomputer 10 van de 8048-serie van Intel Corporation, Santa Clara,
California met een stuurschakeling, welke op overeenkomstige wijze is ingericht als die, welke in het voorgaande aan de hand van de besturingseenheid 75 is beschreven. Teneinde beschadiging van de boekhoudeenheid door per ongeluk of met 15 opzet daaraan toegevoerde ontoelaatbaar hoge electrische spanningen te voorkomen en over de aardleidingen geïnduceerde electrische ruissignalen te elimineren is de microcomputer met de buiten het compartiment 57 aangebrachte inrichtingen verbonden door middel van geschikte scheidingsketens, over 20 welke geen ontoelaatbaar hoge spanningen aan de microcomputer kunnen worden toegevoerd. Deze scheidingsketens kunnen bijvoorbeeld zijn uitgevoerd in de vorm van optisch-electronische koppel ketens en zijn eveneens bij voorkeur zodanig aangebracht, dat deze vanaf de buitenzijde van de inrichting niet toegan-25 kei ijk zijn. Een eerste scheidingsketen 94 kan zijn aangebracht voor de tweeweg-communicatieketen met de besturingseenheid.
Een tweede scheidingsketen 95 kan zijn aangebracht voor de tweeweg-communicatieketen met de afdrukeenheid, dat wil zeggen de afdrukeenheid 56 uit fig. 3 en wel in het bijzonder met de 30 microprocessor daarvan. Een derde scheidingsketen 96 kan zijn aangebracht voor het aan de microcomputer 91 toevoeren van de voedings-detectiesignalen. Voorts kan nog een vierde scheidingsketen 97 zijn aangebracht voor het besturen van een niet in de tekening weergegeven onderbreker in de afdrukeenheid 35 voor bijvoorbeeld het mechanisch blokkeren van de werking van deze eenheid. Een dergelijke inrichting is bijvoorbeeld beschreven in de Amerikaanse octrooiaanvrage 024.812 van 28 maart, 1979.
Het permanente geheugen 93 bestaat bij voorkeur uit 40 q η n k ou * 16 “ \ een MNOS-geheugen, dat niet afzonderlijk behoeft te worden gevoed.Dit geheugen kan echter ook worden gevormd door elementen, die wel afzonderlijk moeten worden gevoed, in welk geval een besturingsketen kan worden toegepast, teneinde de vereiste 5 voedingsspanning van buiten het compartiment 57 daaraan toe te voeren. De voedingsbesturingsketen 98 dient voor het leveren van een voedingsspanning aan het MNOS-geheugen voor het tot stand brengen van de informatie-overdrachtwerking daarvan en wel in beginsel zowel tijdens de aanwezigheid als de afwe-10 zigheid van de voedingsspanning. Het programma van de microcomputer is ingericht voor het invoeren van de inhouden van de registers van de computereenheden in het permanente geheugen, zodra de voedingsspanning uitvalt en het opnieuw in deze werkregisters aanbrengen van de betreffende informatie bij 15 het terugkeren van de voedingsspanning.
De in fig. 3 weergegeven thermostaat 67 onderbreekt de voedingsketen van de inrichting bij het optreden van een ontoelaatbaar hoge of lage temperatuur. Als gevolg van deze onderbreking van de voeding wordt de inrichting automatisch 20 in zijn uitgeschakelde toestand ingesteld.
In het compartiment 57 kan voorts nog een tempera-tuurdetector 99 zijn aangebracht, die door middel van geschikte, niet in de tekening weergegeven schakelingen met de andere onderdelen, zoals de microcomputer is verbonden, teneinde bij 25 het optreden van een ontoelaatbaar hoge temperatuur in dit compartiment de gegevens uit de computer naar het permanente geheugen over te brengen. Deze schakelingen kunnen voorts worden gebruikt om bij het optreden van een ontoelaatbaar hoge temperatuur over de scheidingsketen 97 het in werking 30 stellen van de onderbrekerspoel te verhinderen. Het zal duidelijk zijn, dat de onderbreker ook door de microcomputer 91 wordt bestuurd, teneinde het in werking stellen van de afdrukeenheid te verhinderen in het geval, dat het nog beschikbare frankeerbedrag ontoereikend is om een ingestelde 35 frankeerwaarde af te drukken of wanneer andere boekhoudgege-vens aangeven, dat de eenheid niet in werking mag worden gesteld.
Hoewel de scheidingsketens als afzonderlijke eenheden zijn weergegeven zal het vanzeifsprekend duidelijk zijn, 40 8 0 0 5 9 3 6 r z - 17 - dat deze eenheden deel kunnen uitmaken van een meervoudige inrichting, door welke een tweeweg-verbinding in de betreffende ketens tot stand wordt gebracht. Voorts wordt opgemerkt dat inrichtingen voor het overbrengen van informatie tussen 5 niet-permanente en permanente geheugens op zichzelf bekend zijn en bijvoorbeeld zijn beschreven in de Amerikaanse octrooiaanvrage 889.627, welke op 24 maart 1978 werd ingediend.
In fig. 6 is een meer uitgebreid blokschema van een voorkeursuitvoering van een besturingseenheid voor een inrich-10 ting volgens de uitvinding weergegeven. In deze figuur zijn de verschillende blokken op de plaatsen, waarop dit van toepassing is aangeduid door onderdelennummers en aansluitklem-men. Deze eenheid bevat een computer 100 van het type 6503, waarvan de informatie- en adresleidingen zijn verbonden met 15 een geheugen- en tijdbesturingsketen 101, alsmede met een geheugen 102 van het type 2716, in welk geheugen 102 het programma voor de besturingseenheid is opgeborgen. Op de schakeling 101 kunnen tevens stuur!eidingen, zoals de onderbre-kingsleiding en de 1ees/schrijf-1eiding zijn aangesloten.
20 De schakeling 101 bevat een groot aantal in- en uitgangen, welke in het navolgende nog nader zullen worden besproken.
De besturingseenheid omvat voorts het toetsenbord 103 met de cijfertoetsen 31, de weergeeftoetsen 35 t/m 40 en de drie-standen-schakelaar 45, zoals weergegeven in fig. 1.
25 Deze eenheid bevat voorts de bijteltoets 52 en de frankeer-toets 34. Al deze toetsen en schakelaars zijn op de gebruikelijke wijze in de vorm van een matrix op de schakeling 101 aangesloten, teneinde deze toetsen en schakelaars in overeenstemming met het programma te kunnen aftasten, teneinde het 30 sluiten van een toetscontact of een schakelaarcontact te detecteren. De acht geleiders van de poort A, alsmede vier geleiders van de poort B van de schakeling 101 zijn ook verbonden met het weergeefpaneel 104 voor het op de gebruikelijke wijze in zeven segmenten weergeven van de van belang zijnde 35 cijfers. De schakeling 101 is voorts door middel van een paar seriepoorten voor tweeweg-communicatie met de boekhoudeenheid verbonden. Bovendien is een verder paar seriepoorten aangebracht, door middel waarvan tweeweg-communicatie met externe inrichtingen mogelijk wordt gemaakt over respectievelijk de 40 8 0 0 5 9 3 6 > - 18 - optisch-electrische scheidingsketens 107 en 108. Een verdere uitgangspoort van de schakeling is verbonden met de lichtgevende diode 109, welke dient om aan te geven, dat de klep van het datum-instelmechanisme niet is gesloten. Een verdere 5 uitgangspoort is verbonden met een lichtgevende diode 110 op het weergeefpaneel, welke dient om aan te geven, dat een ingreep van de bedieningsman nodig is om het trekkermechanis-me op het voetstuk terug te stellen. Tenslotte is nog een verdere poort verbonden met de onderhoudschakelaar 50, ten-10 einde de functies van de frankeerinrichting in zijn onder-houdstoestand mogelijk te maken.
Bij de voorkeursuitvoering van de inrichting volgens de uitvinding is het programma van de besturingseenheid gericht op de bediening van het toetsenbord, het weergeefpaneel, enz., 15 zodat de stuurfuncties en het opbergen van informatie in eerste instantie in de boekhoudeenheid worden verricht. Het programma bevat daarbij de functies, welke noodzakelijk zijn voor het aftasten van het toetsenbord, het multiplexen van de weer te geven informatie, het in het juiste formaat brengen 20 van de signalen voor communicatie met de andere eenheden en met externe inrichtingen, enz., zodat elke nieuwe informatie naar de boekhoudeenheid kan worden doorgegeven.
Een voorbeeld van een optisch-electrische scheidings-keten is weergegeven in fig. 7. Deze keten bestaat in hoofd-25 zaak uit een op zichzelf bekende inrichting 115 van het type 6N136, welke een 1icht-emitterend halfgeleiderorgaan voor het leveren van optische signalen, alsmede een fotodiode voor het detecteren van deze signalen bevat en waarbij de fotodiode in de basisketen van een transistorversterker is 30 opgenomen.
In fig. 8 is een blokschema van een voorkeursuitvoering van een boekhoudeenheid voor de inrichting volgens de uitvinding weergegeven, welke eenheid is voorzien van een computer 120 van het type 8039, die over optisch-electrische 35 scheidingsketens 121 en 122 met de besturingseenheid samenwerkt en over de optisch-electrische scheidingsketens 123 en 124 met de afdrukeenheid is verbonden. De scheidingsketens 123 en 124 kunnen rechtstreeks op de signaal kanal en van de afdrukeenheid zijn aangesloten, aangezien hiertoe geen 40 8 0 0 5 9 3 6 r z - 19 - verdere scheidingsketens nodig zijn. Voorts is nog een optisch-electrische scheidingsketen 125 aangebracht, welke dient voor het besturen van een onderbreker of dergelijke in de afdrukeenheid en die op een verdere poort van de computer 5 120 kan zijn aangesloten. Voorts worden signalen, die corres ponderen met een bestaande onderbreking van de voedingsspanning over een optisch-electrische scheidingsketen 126 aan de onderbrekingspoort van de computer 120 toegevoerd. Uit het voorgaande is dus duidelijk, dat alle informatie- en stuur-10 signalen naar en van de boekhoudeenheid over optisch-electri-sche scheidingsketens aan deze eenheid worden toegevoerd en van deze eenheid worden afgenomen, teneinde de electrische en physische betrouwbaarheid van de eenheid te waarborgen.
De boekhoudeenheid bevat verder een aantal 1eesgeheugens 127, 15 welke met de adres- en informatieleidingen van de computer 120 zijn verbonden en die elk bijvoorbeeld bestaan uit een E-PROM van het type 8755. Deze eenheid is verbonden met een electrisch veranderbaar leesgeheugen (EAROM) 128 van bijvoorbeeld het type ER 3400, dat dient als een permanent geheugen 20 voor het opbergen van informatie op tijdstippen,gedurende welke de voedingsspanning van de inrichting is onderbroken of met opzet is uitgeschakeld. Het werkgeheugen voor de boekhoudeenheid met inbegrip van de registers voor het opbergen van alle rekengegevens zijn eveneens in de computer 120 aan-25 gebracht, waarbij dit gegeven op het moment, waarop een verlaging van de voedingsspanning wordt gedetecteerd naar het electrisch veranderbare leesgeheugen 128 wordt overgebracht. Teneinde ervoor te zorgen, dat alle gegevens worden overgebracht kunnen op gebruikelijke wijze opzamel condensatoren 30 zijn aangebracht, welke tot een zodanige spanning worden opgeladen, dat een juiste werking van de schakeling wordt gewaarborgd, totdat alle informatie is overgedragen. In fig. 9 is een voorkeursuitvoering van de schakeling van de afdrukeenheid weergegeven. Deze schakeling bestaat in hoofdzaak uit 35 de computer 130 van bijvoorbeeld het type 8748-8, welke, waar nodig, door middel van geschikte bufferketens met de invoer-/ uitvoerorganen in de afdrukeenheid zelf is verbonden. De mechanische en optisch-electrische detectieinrichtingen in de afdrukeenheid zijn op gebruikelijke wijze uitgevoerd en 40 * finnRQu - 20 - kunnen in het algemeen bestaan uit inrichtingen van de soort, zoals bijvoorbeeld beschreven in het Amerikaanse octrooi-schrift 4.050.374 en de in het voorgaande reeds genoemde Amerikaanse octrooiaanvrage 024.812. De computer 130 is 5 derhalve verbonden met een aantal, niet in de tekening weergegeven optisch-electrische detectors voor het detecteren van de standen van de cijferwielen, welke verbindingen tevens zijn ingericht voor het detecteren van de stand van de dienst-schakelaar 51 uit fig. 2. Deze dienstschakelaar 51 is in de 10 afdrukeenheid aangebracht en is alleen toegankelijk door een klep, welke door de posterijen wordt verzegeld. Deze verbindingen van de computer worden verder gebruikt voor het detecteren van de stand van de klep van het datum-instelmechanisme, waarbij de met deze klep samenwerkende schakelaar en de dienst-15 schakelaar worden gecontroleerd door middel van een verder uitgangssignaal van de computer 130. De lichtgevende dioden van de optische detectors worden op de juiste tijdstippen afgetast door middel van andere uitgangssignalen van de computer 130, terwijl nog andere uitgangssignalen van de compu-20 ter de stapsgewijze doorschakeling van de stapmotoren voor het aandrijven van de cijferwielen bewerkstelligen. De computer 130 is bovendien voorzien van een paar poorten voor serie-communicatie met de boekhoudeenheid. Voorts wordt door het onderbreker-uitgangssignaal van de boekhoudeenheid en een 25 verder uitgangssignaal van de computer 130 een paar transis-toren 131 bestuurd, teneinde de onderbrekerspoel te bekrachtigen, waardoor deze spoel 153 niet zal worden bekrachtigd, alvorens zowel in de boekhoudeenheid als in de afdrukeenheid aan alle hiervoor gestelde voorwaarden is voldaan. Als gevolg 30 hiervan kan niet eerder met een afdrukcyclus worden begonnnen dan op het tijdstip, waarop aan alle hiertoe gestelde physische en electrische voorwaarden in de inrichting is voldaan. Het zal derhalve duidelijk zijn, dat in de afdrukeenheid het programma in de computer zelf is opgenomen.
35 Frankeerinrichtingen van de bovenbeschreven soort kunnen op verschillende wijzen worden uitgevoerd. Zo kan bijvoorbeeld bij een bepaalde uitvoeringsvorm worden voorzien in een mogelijkheid om de inrichting op afstand (dat wil zeggen op een andere plaats dan in een postkantoor) te 40 8 0 0 5 9 3 6 - 21 - r laden, waarbij dan de sleutel voor het bedienen van de drie-standen-1aadschakelaar op het toetsenbord wordt meegeleverd.
De gebruiker van de inrichting kan dan worden voorzien van een geschikte, door middel van het toetsenbord in te voeren 5 cijfercombinatie voor het moge!ijkmaken van het op afstand laden van de inrichting. Bij dergelijke inrichtingen wordt de dienstschakelaar weggelaten.
Bij een andere uitvoeringsvorm kan de drie-standen-schakelaar voor het opnieuw laden op het toetsenbord worden 10 bediend door middel van een eenvoudige knop, zonder gebruikmaking van een sleutel. Bij een dergelijke inrichting kan deze met de hand opnieuw worden geladen op het postkantoor, doch kunnen de onderhoudsfuncties plaatselijk worden verricht op een wijze, die overeenkomt met die, waarop deze functies 15 bij op afstand te laden inrichtingen worden verricht.
Met andere woorden kunnen frankeerinrichtingen van de bovenbeschreven soort op de plaats, waarop zij zijn opgesteld opnieuw worden geladen, wanneer deze inrichtingen zijn voorzien van een sleutel voor de drie-standen-schakelaar, 20 in welk geval verdere beveiligingsmaatregelen moeten worden getroffen, zoals in het navolgende nog nader zal worden toegelicht. Anderzijds zal bij frankeerinrichtingen met een eenvoudige drukknopschakelaar in plaats van de door de sleutel te bedienen schakelaar de op het postkantoor verzegel-25 de dienstschakelaar zijn aangebracht, teneinde deze inrichtingen met de hand opnieuw te laden.
Bij normaal bedrijf van de inrichting, zoals in het voorgaande is beschreven zal door het indrukken van de zes weergeeftoetsen een weergave op het weergeefpaneel worden 30 bewerkstelligd van de bovengenoemde zes parameters, dat wil zeggen van het in het optelregister vastgelegde totaal van de reeds afgedrukte frankeerwaarden, het in het aftelregister vastgelegde totaal van het nog ter beschikking staande fran-keerbedrag, de controlesom, het totale aantal afdrukbewer-35 kingen van de inrichting, de waarde van het afgedrukte fran-keerbedrag en het aantal poststukken, dat is gefrankeerd na de laatste terugstelling van de betreffende registers. Het indrukken van deze toetsen heeft alleen tot gevolg, dat het betreffende getal gedurende een korte tijd, nadat de toets 40« η n *» 9 3 fi - 22 - is vrijgegeven en wel bijvoorbeeld gedurende twee seconden na het loslaten van de toets wordt weergegeven en daarna opnieuw de ingestelde frankeerwaarde wordt weergegeven.
Bij elke soort inrichting zal de weergeeffunctie 5 van de weergeeftoetsen wanneer de onderhoudsschakelaar zich in zijn onderhoudsstand bevindt en de drie-standen-schakelaar in zijn normale bedrijfsstand is ingesteld van de normale weergeeffunctie van deze toetsen verschillen. Zo zal in deze toestand het indrukken van de toets 35 voor het in de normale 10 bedrijfstoestand weergeven van het reeds verbruikte frankeer-bedrag tot gevolg hebben, dat nu het bedrag van de maximaal af te drukken frankeerwaarde zal worden weergegeven. Voor frankeerwaarden boven dit bedrag moet de frankeertoets nogmaals worden ingedrukt, teneinde het per ongeluk afdrukken 15 van een te hoge frankeerwaarde te voorkomen. Voorts zal het indrukken van de toets 36 voor het normaal weergeven van het nog niet verbruikte frankeerbedrag nu tot gevolg hebben, dat het bedrag zal worden weergegeven, waarbij een waarschuwing moet worden gegeven, dat de inhoud van het aftelregister tot 20 beneden een voorafbepaald bedrag is gedaald. Het indrukken van de somtoets 37 zal nu tot gevolg hebben, dat het serienummer van de inrichting wordt weergegeven. Het indrukken van de toets 38 voor het normaal weergeven van het aantal gefrankeerde stukken zal nu tot gevolg hebben, dat de onderzoek-25 toestand van de inrichting wordt weergegeven. Deze weergave geeft de onderhoudsmonteur een aanduiding van eventuele fouten in de werking van de inrichting. Het indrukken van de toets 39 voor het normaal aangeven van de totale frankeerwaarde van een groep poststukken zal nu tot gevolg hebben, 30 dat het maximaal instelbare frankeerbedrag wordt weergegeven, dat in de inrichting is vastgelegd en waarboven de inrichting de afdrukregisters niet kan instellen. Het indrukken van de • toets 40 voor het weergeven van het aantal poststukken in een groep zal bij de hier beschouwde onderhoudscontrole yan 35 de inrichting geen enkel gevolg hebben.
De drie-standen-schakelaar wordt gebruikt voor het opnieuw laden van de inrichting of voor het veranderen van de getalwaarden in de registers voor het bedrag, waarboven de juiste frankeerwaarde niet automatisch wordt gecontroleerd, 40 80 0 5 9 3 6 - 23 - het verschiIbedrag voor het waarschuwen bij een te lage fran-kering en het maximaal instelbare frankeerbedrag.
Bij inrichtingen, welke op afstand ofwel door een gebruiker zelf opnieuw kunnen worden geladen kan de gebruiker 5 na het instellen van de drie-standen-schakelaar in de stand voor het invoeren van een combinatie of de stand voor het invoeren van een bedrag de betreffende combinatie of het betreffende bedrag door middel van het toetsenbord invoeren, waarbij deze combinatie of dit bedrag gelijktijdig wordt 10 weergegeven. Wanneer de schakelaar hierna in een andere stand wordt ingesteld zal het betreffende bedrag in de boekhoud-eenheid worden ingevoerd en zal de weergeefinrichting voor het invoeren van een volgende grootheid worden vrijgemaakt. Wanneer de drie-standen-schakelaar weer in zijn normale 15 bedrijfsstand wordt teruggesteld zal dit tot gevolg hebben, dat het 1aadprogramma door de boekhoudeenheid wordt voltooid en de inrichting weer in zijn normale bedrijfstoestand terugkeert, waarbij dan het ingevoerde bedrag wordt opgeteld bij het bedrag, dat in het register voor het nog niet verbruikte 20 frankeerbedrag is vastgelegd. De combinatie voor het op deze wijze opnieuw laden van de inrichting wordt verkregen van een hiertoe bestemde centraalpost en bestaat uit een geheel of gedeeltelijk willekeurig getal, dat om veiligheidsredenen voor elke laadbewerking wordt veranderd.
25 Bij inrichtingen, die niet op de bovenbeschreven wijze door de gebruiker zelf, doch alleen door een daartoe bevoegde ambtenaar van de posterijen opnieuw mogen worden geladen moet voor dit doel het zegel van de klep, achter welke de hiertoe bestemde dienstschakelaar is aangebracht 30 worden verbroken en deze schakelaar worden omgeschakeld.
Hierna kan de inrichting met behulp van de drie-standen-schakelaar op dezelfde wijze opnieuw worden geladen als hierboven reeds met betrekking tot de op afstand te laden inrichtingen is beschreven. De hierbij gebruikte combinatie is een 35 vast getal, dat alleen bekend is aan de posterijen en in de inrichting zelf wordt vastgelegd. Nadat de dienstschakelaar weer in zijn normale bedrijfsstand is teruggesteld is deze weer gereed voor normaal gebruik.
Voor het veranderen van de bedragen in de registers 40 8 0 0 5 9 3 6 - Λ - 24 - voor het bedrag, waarboven de juiste frankeerwaarde niet automatisch wordt gecontroleerd, het bedrag, waarbij voor een te lage frankering wordt gewaarschuwd en het maximaal instelbare frankeerbedrag moet de inrichting door de onderhoudsmonteur 5 in zijn onderhoudstoestand worden ingesteld door de betreffende onderhoudsscha.kelaar.om te schakelen. De drie-standen-schakelaar wordt hierbij op de in het voorgaande beschreven wijze gebruikt, teneinde de betreffende cijfercombinaties en bedragen in te voeren. De cijfercombinatie geeft hierbij het 10 register aan, waarvan de inhoud moet worden veranderd.
Bij de beide, in het voorgaande genoemde uitvoeringsvormen van de inrichting zullen bij het invoeren van de bedragen voor het opnieuw laden daarvan gemaakte fouten worden geteld en als bewijs, dat er onregelmatigheden hebben plaats-15 gevonden worden vastgelegd. Wanneer een voorafbepaald aantal, zoals bijvoorbeeld negen van dergelijke fouten is gemaakt, · nadat de inrichting voor de laatste maal is ingesteld zal de inrichting voor het opnieuw laden daarvan worden geblokkeerd. Het weer in de normale bedrijfstoestand terugbrengen van de 20 inrichting dient in dit geval op het postkantoor te geschieden. Een bespreking van de middelen voor het weer voor gebruik gereedmaken van de inrichting is voor de onderhavige uitvin- . ding niet van belang, aangezien het hierbij alleen de beveiliging van de inrichting betreft.
25 Zoals in het voorgaande reeds is opgemerkt is elk van de drie eenheden van de frankeerinrichting voorzien van een microprocessor met een leesgeheugen, waarin een bepaald programma is vastgelegd, terwijl de communicatie tussen deze eenheden in serievorm en asynchroon plaatsvindt. Dit is in 30 de eerste plaats bereikt door elk van de computersystemen van een kristal bestuurde klokgenerator te voorzien. Voorts zijn de signalen zodanig bepaald, dat de veranderingen daarvan nauwkeurig worden bestuurd, waardoor wordt gewaarborgd, dat elk signaal in een bepaalde tijdperiode optreedt. Als 35 verdere maatregel voor het waarborgen van de juistheid van de communicatie tussen de eenheden worden de bits van een signaal zodra deze door een ontvangende eenheid worden ontvangen naar de zendende eenheid teruggezonden, teneinde in deze laatstgenoemde eenheid een foutcontrole uit te voeren, 40 8 0 0 5 9 3 6 * - 25 - waarbij wanneer geen fouten worden gedetecteerd direct in aansluiting op de overdracht van een bericht een verder signaalbit wordt uitgezonden, teneinde aan te duiden, dat het betreffende bericht juist was.
5 Het programma van de besturingseenheid reageert op de toestand van de frankeerinrichting met betrekking tot voorafbepaalde parameters. Een register in de microprocessor van de boekhoudeenheid bevat informatie omtrent de toestand van de inrichting in bijvoorbeeld de vorm van twee bitgroe-10 pen, van welke de bits in digitale vorm aangeven of het uit-schakelmechanisme van de inrichting opnieuw moet worden gespannen, of de klep van het datum-instelmechanisme na de laatste inschakeling van de inrichting niet is geopend of nog open is, of het nog beschikbare frankeerbedrag onvoldoen-15 de is om een ingestelde frankeerwaarde af te drukken, of de •grenswaarde voor een te lage frankering is bereikt, of de inrichting op onderhoudsbedrijf is ingesteld, of de inrichting is vrijgegeven, of de groepregisters zijn gewist, of een uitschakelbewerking is voltooid en of één van de verschil-20 lende soorten fouten is opgetreden. De door deze bits aangegeven toestand van de inrichting is niet dezelfde als de in het voorgaande genoemde onderzoektoestand, welke wordt gebruikt tijdens het onderhoudbedrijf van de inrichting. De boekhoudeenheid houdt de besturingseenheid op de hoogte van de momen-25 tele toestand van de inrichting door deze steeds nadat de inrichting is ingeschakeld en steeds wanneer een verandering in de toestand van de inrichting optreedt een de betreffende toestand aangevend bericht aan de besturingseenheid toe te voeren, terwijl de besturingseenheid in responsie op al deze 30 berichten bewerkstelligt, dat steeds de werkelijke toestand, waarin de inrichting zich bevindt wordt aangeduid. Dit laatste kan bijvoorbeeld inhouden, dat in het geval van bepaalde fouten een rij decimalen wordt weergegeven, bij een te laag frankeerbedrag de decimale punt oplicht, bij onvoldoende 35 frankering het gehele beeldscherm oplicht en in het geval, dat de inrichting zich in de onderhoudstoestand bevindt in plaats van open cijferposities onderstrepingen worden weergegeven.
Een onderbrekingsprogramma in de besturingseenheid 40 fl η n r o 3 ft . -v - 26 - onderbreekt het hoofdprogramma van deze eenheid met regelmatige tussenpozen, teneinde het toetsenbord en de sleutelscha-kelaar af te tasten en de weergeef inrichting te besturen. Teneinde te voorkomen, dat als gevolg van lekstromen bij het 5 gelijktijdig indrukken van meer dan één toets onjuiste cijfers worden weergegeven wordt door het onderbrekingsprogramma bewerkstelligd, dat in dit geval in het geheel geen cijfer wordt weergegeven. Grootheden, die betrekking hebben op de tijd, het toetsenbord en de sleutelschakelaar worden door het onderbre-10 kingsprogramma voor gebruik door het hoofdbesturingsprogramma in stand gehouden.
Het hoofdprogramma van de besturingseenheid omvat de stappen voor het starten van de inrichting, alsmede stappen voor het overdragen van berichten in heen- en teruggaande 15 richting tussen de boekhoudeenheid en externe inrichtingen, de besturing van de weergeefinrichting, het controleren van het toestandsbericht, teneinde te bewerkstelligen, dat de signaallampen voor het aangeven van de toestand van de klep van het datum-instelmechanisme en het inschakelmechanisme in 20 het voetstuk al dan niet worden ontstoken, het reageren op de gerapporteerde standen van de toetsen en de drie-standen-schakelaar, teneinde veranderingen in de toestand daarvan vast te stellen, zodat het met de voor een dergelijke toestand of toestandsverandering bepaalde functie corresponderende 25 subprogramma zal worden uitgevoerd.
Het programma van de boekhoudeenheid omvat start-informatie, teneinde te bewerkstelligen, dat de werkregisters tn de juiste stand worden ingesteld en dat geen frankeerwaar-den worden afgedrukt, welke niet zijn berekend, alsmede pro-30 grammastappen voor het bewerkstelligen van de overdracht van — informatie naar het electrisch te veranderen permanente geheugen, wanneer de voedingsspanning wordt uitgeschakeld of wordt onderbroken.
Het hoofdprogramma van de boekhoudeenheid bewerk-35 stel ligt de overdracht van gegevens omtrent de toestand van de inrichting aan de besturingseenheid op verzoek of bij verandering van de toestand, bepaalt voorts de invloed van een ingevoerde frankeerwaarde op het geregistreerde, nog beschikbare frankeerbedrag en brengt voorts eventueel noodzakelijke 40 80 0 5 9 3 6 - 27 - veranderingen in de informatie omtrent de toestand van de inrichting aan. Dit hoofdprogramma bestuurt tevens de synchronisatie van de boekhoudeenheid voor het opnemen van informatie uit de besturingseenheid en de afdrukeenheid. Het program-5 ma van de boekhoudeenheid omvat voorts een aantal subprogramma's voor het verwerken van signalen voor het bijwerken van de inhoud.van de registers bij het afdrukken van frankeer-waarden en voor het besturen van de werking van de inrichting, wanneer deze is uitgeschakeld. Een verder subprogramma 10 bestuurt het bijwerken van de informatie omtrent de toestand van de inrichting. Voorts omvat het programma een foutcontro-r 1eprogramma voor het uitvoeren van een cyclische redundantie-controle. Dit programma zal in het navolgende nog nader worden beschreven.
15 Het programma van de afdrukeenheid bestaat uit een hoofdprogramma met startcommando1s, commando's voor het aftasten van de detectors en het besturen van de lichtgevende dioden van de detectors en het verwerken van berichten voor communicatie met de boekhoudeenheid. Voorts omvat 20 dit programma een aantal subprogramma's voor het instellen van de cijferwielen, het vaststellen of de gedetecteerde cijferwaarden juist zijn en .het bepalen of er eventuele veranderingen in de uitgangen van de verschillende detectors en schakelaars, zoals de dienstschakelaar en de met de klep van 25 het datum-instelmechanisme gekoppelde schakelaar zijn opgetreden.
8005936 7 - 28 -
Met betrekking tot het programma voor het instellen van de weergave van het frankeerbedrag, waarboven geen automatische controle van de ingestelde frankeerwaarde plaatsvindt, het maximaal instelbare frankeerbedrag en een te lage 5 frankeerwaarde wordt opgemerkt, dat de toetsen voor het bewerkstelligen van deze instelling op de bovenbeschreven wijze in een matrixvorm in het toetsenbord zijn aangebracht en periodiek worden afgetast, teneinde te bepalen of een verandering van de toestand daarvan is opgetreden. Voorts wordt 10 ook de stand van de onderhoudschakelaar in de besturingseenheid afgetast, terwijl de bediening van elk van deze toetsen en schakelaars wordt gemeld aan de boekhoudeenheid, teneinde daarin te worden vastgelegd en verder te worden verwerkt. Wanneer bijvoorbeeld de onderhoudschakelaar in zijn inschakel-15 stand is ingesteld zal als gevolg van het aftasten van deze schakelaarstand en de stand van de drie-standen-schakelaar een weergeefprogramma worden vrijgegeven, teneinde in afhankelijkheid van de stand van de drie-standen-schakelaar een bepaalde cijfercombinatie of een bepaald bedrag in te voeren. 20 Wanneer de inrichting op de uitvoering van dit subprogramma is ingesteld zal de informatie uit een register, dat correspondeert met een ingedrukte weergeeftoets naar de besturings-. eenheid worden overgedragen, teneinde te worden weergegeven. Wanneer de inrichting op het uitvoeren van het subprogramma 25 voor het invoeren van een cijfercombinatie is ingesteld zal de eerstvolgende invoer door middel van het toetsenbord worden vastgelegd, zodat het door middel van het toetsenbord ingevoerde bedrag, wanneer de drie-standen-schakelaar in zijn invoerstand is ingesteld in het corresponderende register van 30 de computer in de boekhoudeenheid zal worden ingevoerd, waardoor het aldus ingevoerde bedrag, nadat de inrichting weer in zijn normale bedrijfstoestand is teruggesteld voor frankering ter beschikking zal zijn. Het zal vanzelfsprekend duidelijk zijn, dat het controleren van de ingestelde bedragen tijdens nor-35 maal bedrijf wordt uitgevoerd met betrekking tot een bepaald bereik van waarden, zoals bijvoorbeeld een bereik van fran-keerwaarden, welke kleiner of groter dan het vastgelegde bedrag zijn, zodat de noodzakelijke aanduiding kan worden gegeven. De uitdrukking "aanduiding" heeft hierbij betrekking ♦° 8005936 - 29 - op de weergave. Wanneer een ingevoerde frankeerwaarde groter is dan het maximaal instelbare frankeerbedrag wordt deze invoer genegeerd en zal vervolgens de oorspronkelijke frankeerwaarde weer worden weergegeven. De in het voorgaande beschre-5 ven instelmogelijkheden van de inrichting voor onderhouds-doeleinden kunnen ook worden gebruikt om de inrichting tijdens normaal bedrijf in verschillende toestanden in te stellen, zoals bijvoorbeeld in een uitschakeltoestand, wanneer de maximaal instelbare frankeerwaarde is overschreden, een 10 waarschuwingstoestand, waarbij de signaallamp voor een te lage frankeerwaarde is ontstoken en een vrijlooptoestand voor het geval, dat een ingevoerde frankeerwaarde een voorafbepaalde grenswaarde overschrijdt en waarbij voor het afdrukken van deze frankeerwaarde de frankeertoets nogmaals moet worden 15 ingedrukt.
Voor de in het voorgaande reeds in het kort aangeduide opsporing van fouten in de inrichting zijn in het programma van de inrichting twee foutcontroles opgenomen, welke respectievelijk als fatale controle en procedurele controle 20 kunnen worden aangeduid. De categorie van fatale foutcontroles is weer onderverdeeld in twee ondercategorieën, welke respectievelijk als hard en zacht kunnen worden aangeduid. Harde fouten worden bepaald door het bewaken van detectors, zoals de bank- en cijferselectiedetectors, de onderbrekerstand-25 detectors, de klepstangdetector en dergelijke. Het ontbreken van het juiste uitgangssignaal van een van deze detectors wordt aangeduid als een fatale harde fout en bij het optreden daarvan wordt de inrichting zodanig geblokkeerd, dat deze zonder tussenkomst van een bevoegde monteur of ambtenaar niet 30 opnieuw in werking kan worden gesteld.
Een ander voorbeeld van een fatale harde fout is het optreden van een ongelijkheid bij een cyclische redundantie-controle. Elk informatieregister wordt continu bewaakt. Met gebruikmaking van standaard-polynoomtechnieken wordt voor 35 elke bijgewerkte informatieregisterinhoud een cyclische redundantierest berekend. Wanneer een onderbreking van de voedingsspanning optreedt worden in responsie daarop de inhoud van elk informatieregister en de bijbehorende cyclische redundantierest naar een permanent geheugen overgebracht.
40 8 0 0 5 9 3 6 - 30 -
Bij het terugkeren of opnieuw inschakelen van de voedingsspanning wordt de cyclische redundant!erest voor elk informatieregister opnieuw berekend en vergeleken met de cyclische redundantierest, die voor de onderbreking van de voedings-5 spanning werd berekend. Wanneer deze beide grootheden niet met elkaar overeenstemmen wordt dit als een fatale harde fout gewaardeerd.
Fatale zachte fouten hebben betrekking op de commu-• nicatie tussen de verschillende eenheden van de inrichting.
10 Zo zullen communicatiefouten tussen interne eenheden, zoals de boekhoudeenheid, de afdrukeenheid en de besturingseenheid met behulp van de reeds in het voorgaande beschreven terugzending van bits van een ontvangende eenheid naar een zendende eenheid worden gedetecteerd. Voorts is voorzien in een 15 limitering van de communicatiemogelijkheid, zodat het gedurende een voorafbepaalde tijd uitblijven van communicatie-signalen van een bepaalde eenheid eveneens al s een zachte fatale fout wordt gewaardeerd. Deze zachte fatale fouten zullen eveneens een blokkering van de inrichting tot gevolg hebben. 20 In dit geval kan deze blokkering echter worden opgeheven door de inrichting uit te schakelen en daarna opnieuw in te schakelen, waardoor de verschillende functies zullen worden herhaald en de fout kan worden opgeheven. Het aantal malen, dat dit geschiedt wordt in een register geteld en wanneer 25 hierbij, zoals in het voorgaande reeds is opgemerkt een voorafbepaalde grenswaarde wordt bereikt kan desgewenst worden gezorgd, dat ook hierdoor een volledige blokkering van de inrichting wordt bewerkstelligd. Met andere woorden komt derhalve een voorafbepaald aantal zachte fatale fouten over-30 een met een enkele harde fatale fout.
Procedurele fouten, zoals bijvoorbeeld het invoeren van verkeerde (te hoge) frankeerwaarden of pogingen om de inrichting op ongeoorloofde wijze te gebruiken worden door visuele signalen op het weergeefpaneel gesignaleerd.
35 In de programma's, welke bij de inrichting worden toegepast kunnen ook nog andere controles voor het opsporen van fouten, zowel als varianten van de bovenbeschreven fout-controles worden opgenomen.
Door de informatie tussen de eenheden van de dn 8005936 - 31 - inrichting in de vorm van berichten in serie over te dragen en hierbij de reeds in het voorgaande beschreven echotechniek toe te passen zullen eventueel optredende fouten hierbij zeer snel worden gedetecteerd.
5 Zoals in het voorgaande reeds is beschreven vindt de communicatie tussen de eenheden van de inrichting plaats op basis van bit-synchrone, teken-asynchrone serietransmissie in start-stop-bedrijf met een transmissiesnelheid van bijvoorbeeld 9600 Baud. Deze communicatie vindt uitsluitend plaats 10 op basis van berichten, dat wil zeggen, dat er tussen de eenheden geen afzonderlijke stuurgeleiders voor het besturen van de communicatie zijn aangebracht. Deze wijze van communicatie wordt eveneens toegepast voor de overdracht van informatie tussen de besturingseenheden en externe inrichtingen.
15 De berichten bezitten elk een lengte van tien bits en zijn elk samengesteld uit een startbit, een woord of bitgroep van acht bits en een stopbit. Het laatste stopbit van een bericht heeft een zin, die tegengesteld is aan die van alle andere stopbits van het bericht, teneinde het einde van het 20 bericht aan te geven. Een logische nul wordt gebruikt voor een startbit, een bit voor het aangeven van het einde van een bericht en als informatiebit. Een logische één wordt gebruikt als een zendverzoek, als aanduiding voor het gereed zijn voor uitzenden, als aanduiding van het eind van een bit-25 groep, als informatiebit en tevens als impuls voor het bevestigen van de juistheid van een bericht. Het eerste woord van elk bericht bevat een uit twee bits bestaande code, welke aangeeft of het bericht informatie, gegevens of besturingsfuncties bevat. Een verder bit van het eerste woord geeft 30 aan of het bericht al dan niet alleen op de weergave betrekking heeft dan wel alleen voor de boekhoudeenheid bestemd is. De overige bits van het eerste woord zijn identificatiebits voor het aanduiden van de aard van het bericht.
Wanneer de berichten meer dan één woord omvatten 35 kan het tweede woord van een bericht een formaat-bitgroep bevatten, welke bestaat uit twe'e delen van elk vier bits.
Het eerste deel geeft hierbij het aantal gegevens in het bericht aan, terwijl het tweede deel het aantal cijfers rechts van de decimale komma van deze gegevens aanduidt of 40 8 0 0 5 9 3 6 - 32 - correspondeert met een hexadecimale F, wanneer er geen decimale punt is.
Wanneer een bericht gereed is om door een eenheid te worden uitgezonden wordt eerst de ontvangleiding van de 5 eenheid getest. Wanneer het niveau op deze leiding laag is wordt door de zendende inrichting een hoog niveau op de zend-leiding opgewekt en wordt vervolgens opnieuw de ontvanglei-ding getest. Wanneer dit niveau nog steeds laag is kan de eenheid informatie uitzenden, terwijl hij anders informatie 10 moet ontvangen. Hierdoor wordt strijdigheid tussen de werking van twee eenheden vermeden. Voor wat de eenheden van de inrichting zelf betreft zullen de programma's van de verschillende eenheden bij een eventuele strijdigheid voorrang geven aan de afdrukeenheid, de boekhoudeenheid, de besturingseen-15 heid en externe inrichtingen in afnemende rangorde. Wanneer externe inrichtingen op de frankeerinrichting, dat wil zeggen de besturingseenheid daarvan zijn aangesloten wordt aan deze besturingseenheid voorrang gegeven.
De tijdbesturing van de berichten vormt het wezen 20 van het communicatiestelsel, waardoor deze berichten asynchroon kunnen zijn. Een dergelijke tijdbesturing is geïllustreerd in fig. 10, waarin de onderlinge tijdindeling op de leidingen van de zender voor het uitzenden van een gegeven bericht en op de leidingen van een ontvanger voor het ont-25 vangen van ditzelfde bericht is weergegeven. Daar de uitgangs-geleider van de zender dezelfde is als de ingangsgeleider van de ontvanger zal het duidelijk zijn, dat deze beide signaal-leidingen identiek zijn. Hetzelfde geldt vanzelfsprekend met betrekking tot de ingangsleiding van de zender en de uitgangs-30 leiding van de ontvanger.
Bij een met goed resultaat beproefd transmissie-stelsel van deze soort wordt door de zender de ingangsleiding daarvan getest op het tijdstip Tl en wanneer daarop een laag niveau wordt gedetecteerd wordt binnen 50microseconden een hoog niveau 35 op de uitgangsleiding opgewekt, zoals is aangegeven voor het tijdstip T2. De zender test dan opnieuw het niveau op de ingangsleiding op het tijdstip T3 binnen 50 tot lOOmicroseconden. Wanneer dit niveau op de ingangsleiding nog steeds laag is kan de zender beginnen met het uitzenden van zijn bericht 40 8005936 - 33 - op het tijdstip T5, volgend op een minimale wachttijd van 120 microseconden en wel door het verlagen van het niveau op de uitgangsleiding daarvan, teneinde het startbit van het bericht te vormen. In de tussentijd en wel op het tijdstip T4 5 wordt het niveau op de ingangsleiding van de ontvanger binnen een minimum van 100 microseconden op een hoge waarde ingesteld, teneinde aan te geven, dat deze ontvanger gereed is voor het ontvangen van informatie. Dit betekent tevens, dat met het uitzenden van de informatie kan worden begonnen. De 10 pauze tussen de opeenvolgende bitgroepen van een uit meerdere bitgroepen bestaand bericht, zoals aangegeven door het tijdinterval tussen T5 en T5' bedraagt tenminste 1134,375 microseconden teneinde te verzekeren, dat de ontvanger de betreffende signalen op de juiste wijze heeft ontvangen en heeft vast-15 gelegd.
Het tijdverloop tussen het begintijdstip T5' van de laatste bitgroep van een bericht en de overdracht van een bevestigingsimpuls op het tijdstip T7 wordt ingesteld op een waarde tussen 1031,25 en 1157,291 microseconden, terwijl de 20 bevestigingsimpuls een duur van 309,375 tot 368,228 microseconden bezit. De ontvanger moet het optreden van een dergelijke bevestigingsimpuls controleren op het tijdstip T8, dat van 1187,291 tot 1340,625 microseconden na het begin van de startimpuls van de laatste bitgroep van het bericht ligt.
25 De begintijdstippen van de opeenvolgende uitgezonden bits moeten binnen de in TABEL I weergegeven grenzen liggen, terwijl de informatiebits en de stopbits door de ontvanger moeten worden afgetast op de in de TABEL II weergegeven tijdsti ppen.
30 TABEL I
jn_ BIT MINIMUM MAXIMUM
1 START 0 0 2 DATA 1 103.125 105.208 3 DATA 2 206.250 210.417 35 4 DATA 3 309.375 315.625 5 DATA 4 412.500 420.833 6 DATA 5 515.625 526.042 7 DATA 6 618.750 631.250 8 DATA 7 721.875 736.458 40 9 DATA 8 825.000 841.667 10 STOP 928.125 946.875 8 o n * Q 3 fi
TABEL II
- 34 -
jt_ BIT MINIMUM
1 START
2 Dl 115.208 5 3 D2 220.416 4 D3 325.624 5 D4 430.832 6 D5 536.040 7 D6 641.248 10 8 D7 746.456 9 D8 851.664 10 STOP 956.872
Met de bovenstaande tijdbesturing en de toepassing van kristal bestuurde klokgeneratoren in elk van de eenheden 15 kan met een asynchrone transmissie worden volstaan, zodat voor dit doel geen afzonderlijke besturingsgeleiders tussen de eenheden behoeven te worden aangebracht.
Volgens de uitvinding wordt voorts de door een ontvangende eenheid ontvangen informatie over de uitgangslei ding 20 van de eenheid bit voor bit naar de zendende eenheid teruggezonden, teneinde door controle hiervan in de zendende eenheid vast te stellen of de betreffende informatie zonder fouten door de ontvanger is ontvangen. De tijdstippen voor het terugzenden van de bits vanaf het begintijdstip, waarop 25 het startbit is gedecteerd zijn weergegeven in de TABEL III, terwijl de tijdstippen voor het bemonsteren van deze bits op de ingangsleiding van de zender zijn weergegeven in de TABEL IV.
Alleen dan, wanneer de door de zender ontvangen 30 bits overeenkomen met de uitgezonden bits zal aan het eind van het bericht een bevestigingsimpuls door de zender worden geleverd.
Als verdere controle van de berichtencommunicatie zal de zender na het uitzenden van een verzoek tot het begin-35 nen met een uitzending gedurende 3,5 milliseconden wachten op een toestemmingssignaal van de ontvanger. Op overeenkomstige wijze zal de ontvanger na het uitzenden van het betreffende toestemmingssignaal gedurende ten hoogste 3,5 milliseconden wachten op het begin van een bericht. Het ontstaan 40 van strijdigheden tussen de werking van de eenheden wordt verder tot een minimum beperkt door het vastleggen van 8005936 - 35 -
voorafbepaal de pauzen tussen de opeenvolgende tijdstippen, waarop een eenheid als zender en als ontvanger kan werken. TABEL III
JL ÜI MINIMUM MAXIMUM* 5 1 START 32.083 73.125 2 Dl 137.292 176.250 3 D2 242.500 279.375 4 D3 347.708 382.500 5 D4 452.917 485.625 10 6 D5 558.125 588.750 7 D6 663.333 691.875 8 D7 768.542 795.000 9 D8 873.750 898.125 10 STOP 978.958 1001.250 15 * Biedt 10 yjsec tolerantie voor detectie van startimpuls. Als de afwijking groter is dan 10 yjsec moet de extra tijd van elke maximumwaarde worden afgetrokken.
TABEL IV
20 JL BIT MINIMUM MAXIMUM
1 START 103.125 135.208 2 Dl 206.250 240.416 3 D2 309.375 345.625 4 D3 412.500 450.833 25 5 D4 515.625 556.041 6 D5 618.750 661.250 7 D6 721.875 766.458 8 D7 825.000 871.667 9 D8 928.125 976.875 30 10 STOP 1031.250 1082.083
Alle besturings- en informatiesignalen worden in elke richting over hetzelfde paar geleiders overgedragen onder toepassing van een nauwkeurig bepaalde tijdbesturing van deze overdracht.
35 Bij externe besturing worden de stuursignalen in de ene richting en de informatiesignalen in de andere richting overgedragen.
De gehele werking van de inrichting, alsmede alle informatie in deze inrichting kan hierbij worden bestuurd 40 door middel van signalen, die aan de inrichting worden toegevoerd over geleiders 88 (fig. 4), die over een geschikte koppelinrichting met één of meer externe inrichtingen zijn verbonden. Hierbij kunnen alle functies van de inrichting, annuu > - 36 - met uitzondering van zuiver plaatselijk met de hand te besturen functies,zoals het inschakelen van de voedingsspanning en het veranderen van de instelling electrisch op afstand worden bestuurd. Een dergelijke afstandbesturing is mogelijk op 5 grond van de bij de inrichting getroffen voorzieningen voor de communicatie tussen de verschillende eenheden daarvan.
Het programma van de inrichting omvat tevens stappen voor het bepalen van de aanwezigheid van een externe besturings-inrichting en het overdragen van de besturing aan een derge-10 lijke externe inrichting wanneer deze als daartoe bevoegd is herkend. De drie eenheden zijn zodanig ingericht, dat door de besturingseenheid commandosignalen voor het besturen van de gegevens aan de boekhoudeenheid en vervolgens aan de af-drukeenheid worden toegevoerd. Een voorbeeld van een dergelijk 15 commando is het instellen van een nieuwe frankeerwaarde met de aanduiding, waar deze moet worden vastgelegd. De informa-tiesignalen worden in de tegengestelde richting overgedragen. Een informatiesignaal kan bijvoorbeeld bestaan uit een signaal, dat informatie omtrent de inhoud van een bepaald regis-20 ter bevat. Binnen deze opzet kan ook door het aansluiten van een externe inrichting, zoals een electronische schaalbestu-ringsinrichting op de besturingseenheid een toevoer van commandosignal en of informatiesignalen betreffende bepaalde gegevens aan de inrichting mogelijk worden gemaakt. Hierbij 25 kan de besturing van de inrichting met inbegrip van het eventueel buiten werking stellen van het toetsenbord van de besturingseenheid daarvan door de externe inrichting worden overgenomen. De externe inrichting werkt met de inrichting samen op basis van berichten. De externe inrichting kan weer 30 te geven berichten of verzoeken om opgave van de inhoud van de weergeefinrichting uitzenden. De besturingseenheid is zodanig geprogrammeerd, dat aan de externe inrichting de gelegenheid wordt geboden om een bericht uit te zenden, door middel waarvan het toetsenbord van de inrichting buiten wer-35 king wordt gesteld, waarbij de functie hiervan dan eveneens door de externe inrichting wordt overgenomen. De in het voorgaande beschreven uitvoering heeft het voordeel, dat de besturingseenheid kan worden vervangen door een op de inrichting aangesloten externe inrichting zonder dat daartoe 40 8 0 0 5 9 3 6 - 37 - wijzigingen in de boekhoudeenheid of de afdrukeenheid zelf of in de programma's daarvan behoeven te worden aangebracht.
De externe inrichting kan meerdere eenheden, zoals een schaalveranderingseenheid en een afstand-weergeefeenheid 5 bevatten. De microprocessor van de besturingseenheid kan worden gebruikt als berichtenbuffer, waardoor de vrijheid voor wat betreft de ontwikkeling en de toepassing van externe inrichtingen wordt vergroot. Externe inrichtingen kunnen voorts weegmephanismen, weergeefeenheden of andere soorten 10 eenheden bevatten, welke normaal kunnen worden gekoppeld met inrichtingen van de in de onderhavige aanvrage beschreven soort. Het in de besturingseenheid vastgelegde programma kan voor deze functie zijn aangepast. Zoals in fig. 11 is weergegeven kan een externe inrichting 150 worden gebruikt, ten-15 einde de functie van de besturingseenheid te vervangen of aan te vullen. De externe inrichting 150 wordt bij voorkeur op de besturingseenheid 154 van de frankeerinrichting aangesloten door middel van een verbindingsinrichting 152, welke kan bestaan uit een gebruikelijke steker met negen pennen en 20 ontvangt berichten uit de boekhoudeenheid en de afdrukeenheid van de inrichting, welke hier gezamenlijk met het verwijzings-cijfer 156 zijn aangeduid. De besturingseenheid bevat buffer-ketens 158, over welke informatie uit de eenheid 156 aan de externe inrichting 150 of aan de besturingseenheid 154 zelf 25 wordt toegevoerd. Het tegengestelde effect is weergegeven in fig. 12, waarbij externe inrichtingen via de bufferketens met de besturingseenheid en de andere eenheden van de inrichting kunnen samenwerken. Hierbij ontvangen de bufferketens berichten van de externe inrichting 150 of van de 30 bésturingseenheid 154 zelf.
Fig. 13 toont een blokschema van een aantal externe inrichtingen 164, welke via de besturingseenheid 154 met de overige eenheden van de inrichting zijn verbonden. Elke externe eenheid kan zijn voorzien van zijn eigen bedienings-35 toets voor het starten van berichten. Elke externe inrichting kan voorts zijn voorzien van een communicatiebuffer als deel van het programma daarvan, teneinde het beurtelings samenwerken van de externe inrichtingen met de hoofdinrichting mogelijk te maken. De over te dragen berichten kunnen een 40 8 0 0 5 9 3 6 \ - 38 - volledige overdracht van de besturingsfunctie aan de externe inrichting inhouden. Het programma van de besturingseenheid is zodanig opgesteld, dat dit een dergelijke werking mogelijk maakt.
5 Voor wat de werking van de externe inrichtingen betreft kan worden opgemerkt, dat deze een overdracht van informatie in twee richtingen mogelijk maakt en wel vanaf een externe inrichting naar de frankeerinrichting of omgekeerd. De besturings- en verzoeksignalen, die in het algemeen 10 als stuursignalen worden aangeduid worden van de externe inrichting naar de frankeerinrichting overgedragen. De infor-matiesignalen worden in tegengestelde richting overgedragen. Normaal zullen de aan de frankeerinrichting toegevoerde signalen door de besturingseenheid worden bestuurd. In overeen-15 stemming met een kenmerk van de onderhavige uitvinding kunnen echter ook door de externe inrichting 150 geleverde commando-signalen rechtstreeks door de besturingseenheid aan de andere eenheden van de inrichting worden toegevaerd. Omgekeerd zullen informatiesignalen vanuit de frankeerinrichting aan de bestu-20 ringseenheid 154 worden toegevoerd en vanuit deze worden doorgegeven aan een uitgaande leiding 152, op welke een externe inrichting 150 kan zijn aangesloten. De aanwezigheid van een externe inrichting 150 wordt bepaald door vast te stellen, of er al dan niet een antwoord op een desbetreffend signaal 25 wordt ontvangen. Wanneer een dergelijk antwoord niet wordt ontvangen zal het uitgangssignaal op de geleider 152 na een voorafbepaal de tijd worden beëindigd en zal de inrichting op de normale wijze blijven werken. Deze mogelijkheid om informatie door de communicatiebuffer in de besturings-30 eenheid te zenden verschaft het voordeel, dat externe inrichtingen op deze eenheid kunnen worden aangesloten. De externe inrichting kan op dezelfde wijze zijn uitgevoerd met een communicatiebuffer, zoals in de besturingseenheid is weergegeven en op welke buffer op zijn beurt een externe in-35 richting kan zijn aangesloten. Aldus kan een reeks van externe inrichtingen 164, zoals in fig. 13 is weergegeven worden opgebouwd, die allen met de frankeerinrichting kunnen samenwerken. De enige beperking ten aanzien van het aantal externe inrichtingen, dat op deze wijze in cascade kan worden 40 8 0 0 5 9 3 6 - 39 - geschakeld wordt gevormd door de toleranties in het systeem en de daarin toegepaste tijdgrenzen.
Volgens een verdere uitwerking van de uitvinding kunnen de externe inrichtingen ook zodanig zijn uitgevoerd, 5 dat door middel daarvan bepaalde commando's aan de besturingseenheid zelf kunnen worden gegeven, welke niet noodzakelijkerwijs aan de boekhoudeenheid behoeven te worden doorgegeven. Dergelijke commando's kunnen bijvoorbeeld bestaan uit een commando voor het weergeven van een bericht op het weer-10 geefscherm van de besturingseenheid, een commando voor het uitlezen van een bericht van dit weergeefscherm van de besturingseenheid of een commando voor de besturingseenheid om het toetsenbord en de drie-standen-schakelaar buiten werking te stellen. Hierbij zal de communicatiebuffer in responsie op 15 een bit in het begin van de overgedragen digitale berichten-reeks bepalen of deze berichtenreeks aan de besturingseenheid of de andere eenheden van de inrichting moet worden toegevoerd. Dit bit, dat een bepaalde plaats in het begin van een overgedragen reeks inneemt is een "een", wanneer het betreffende 20 bericht naar of van de besturingseenheid wordt overgedragen en een "nul" wanneer het een bericht voor of van de andere eenheden van de inrichting betreft. Op deze wijze zal de besturingseenheid bij ontvangst van een bericht uit een externe inrichting door het controleren van dit, aan de eigen-25 lijke berichteninformatie voorafgaande bit kunnen bepalen of het betreffende bericht voor de besturingseenheid zelf of voor de boekhoudeenheid bestemd is. Wanneer het een bericht voor de besturingseenheid zelf betreft zal deze eenheid het bericht opnemen en de daardoor aangegeven functies gaan 30 verrichten. Wanneer het bericht niet voor de besturingseenheid is bestemd wordt dit aan de andere eenheden van de inrichting doorgegeven.
De besturingseenheid kan een rechtstreeks antwoord aan een externe inrichting geven zonder daarbij de andere 35 eenheden van de inrichting te betrekken en wel bijvoorbeeld in antwoord op de ontvangst van een verzoek tot uitlezing van de weergegeven informatie. De besturingseenheid zal het laatste bericht omtrent de toestand van de inrichting niet vasthouden. Zo zal de besturingseenheid bij ontvangst van 40 80 0 5 9 3 6 * - 40 - bijvoorbeeld een commando voor het buiten werking stellen van het toetsenbord een verzoek tot mededeling van de toestand van de inrichting naar de boekhoudeenheid zenden.
Wanneer de besturingseenheid het antwoord op dit verzoek ont-5 vangt zal deze een bit in het betreffende bericht invoegen, teneinde aan te geven of het toetsenbord al dan niet buiten werking is gesteld. Wanneer het toetsenbord buiten werking is gesteld zal de besturingseenheid continu een desbetreffende aanduiding in de melding omtrent de toestand van de inrich-10 ting aanbrengen, totdat hij wordt teruggesteld door ontvangst van een commando voor het weer in werking stellen van het toetsenbord of totdat de voedingsspanning achtereenvolgens wordt uitgeschakeld en ingeschakeld. Na het inschakelen van de voedingsspanning zal het toetsenbord altijd eerst in wer-15 king worden gesteld.
De frankeerinrichting volgens de onderhavige uitvinding kan dus rechtstreeks samenwerken met externe inrichtingen, hetgeen met de tot dusver bekende inrichtingen van deze soort moeilijk of zelfs geheel onmogelijk is. Samenvat-20 tend kan worden gesteld, dat de besturingseenheid van de inrichting is voorzien van een verbindingssteker voor tweeweg-communicatie met een aantal externe inrichtingen van uiteenlopende soort. Hierdoor kunnen deze externe inrichtingen informatie omtrent de frankeerinrichting verkrijgen, welke 25 kan bestaan uit de inhoud van de registers, de telling van het aantal stukken en de op een bepaald moment ingestelde frankeerwaarde. Bovendien kan de frankeerinrichting door middel van een externe inrichting op dezelfde wijze worden bestuurd als met zijn eigen toetsenbord.
30 De frankeerinrichting kan voorts nog zijn voorzien __ van een mogelijkheid voor het automatisch registreren en doorbelasten van frankeerwaarden aan verschillende afdelingen op basis van door de bedieningsman ingevoerde identificatie-informatie bij de start van elke frankeercyclus. De inrich-35 ting kan worden gebruikt in combinatie met een inrichting voor het afdrukken van ontvangbewijzen, waarop een visuele aanduiding van de frankeerwaarde en/of een bevestiging van de ontvangst van het betreffende bedrag kunnen zijn afgedrukt. De inrichting kan voorts worden gebruikt in combinatie met 40 8005936 Χ· - 41 - door de gebruiker zelf verschafte inrichtingen, zoals een computerterminal of een minicomputersysteem voor gedateerde informatie voor bijvoorbeeld het doorberekenen van franke-ringen door het afdrukken daarvan op de rekening van de 5 geadresseerde.
De betrekke!ijke eenvoud van aansluiting van andere inrichtingen op de frankeerinrichting volgens de onderhavige uitvinding maakt verdere toepassingen van deze inrichting mogelijk. Twee voorbeelden hiervan zijn in de eerste plaats 10 een toepassing van de inrichting in combinatie met een logische invoerinrichting voor het veranderen van de frankeer-waarde met een veranderend aantal ingevoerde gegevens en toepassing van de inrichting als automatische frankeerinrichting.
In de figuren 14A t/m I, 15A t/m F en 16A t/m L zijn 15 organigrammen van de werking van de verschillende eenheden van de inrichting weergegeven. In de bijbehorende figuren 14, 15 en 16 is aangegeven, op welke wijze de betreffende delen van de organigrammen moeten worden samengevoegd, teneinde een volledig organigram te verkrijgen.
20 De figuren 14 en 14A t/m I hebben betrekking op de werking van de besturingseenheid.
De figuren 15 en 15A t/m F hebben betrekking op de werking van de afdrukeenheid.
De figuren 16 en 16A t/m L hebben betrekking op de 25 werking van de boekhoudeenheid.
De in het voorgaande beschreven inrichting is in het‘algemeen bestemd voor het afdrukken van een bepaald bedrag op willekeurige poststukken en dergelijke. De toepassing van deze inrichting is niet beperkt tot het frankeren van stukken, 30 die via de officiële postdienst worden verzonden, doch hiernaast kan de inrichting ook worden gebruikt voor het frankeren van stukken, waarvan de verzending door particuliere bedrijven wordt verzorgd.
Hoewel in het voorgaande een eenvoudige uitvoerings-35 vorm van de inrichting volgens de uitvinding ter illustratie daarvan is beschreven zal het duidelijk zijn, dat daarin • wijzigingen kunnen worden aangebracht zonder daarbij buiten het kader van de uitvindingsgedachte te treden.
40 8 0 0 5 9 3 6

Claims (33)

1. Electronische frankeerinrichting met een toetsenbord voor het invoeren van gegevens, middelen voor het weergeven van gegevens, een boekhoudeenheid en middelen voor het afdrukken van gegevens, met het kenmerk, 5 dat de inrichting is voorzien van een eerste microprocessor voor het besturen van de verwerking van de door middel van het toetsenbord ingevoerde gegevens en de weergave daarvan, een tweede microprocessor voor het besturen van de rekenkundige bewerkingen in de boekhoudeenheid en een derde micro-10 processor voor het besturen van de instelling en de werking van de middelen voor het afdrukken van gegevens.
2. Frankeerinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de overdracht van gegevens tussen de drie microprocessors steeds slechts in één richting 15 tegelijk plaatsvindt.
3. Frankeerinrichting volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat elke microprocessor voor het zenden en ontvangen van reeksen gegevens naar en van alle andere microprocessors is ingericht en is voorzien van 20 middelen voor het bit voor bit ontvangen van gegevens en het terugzenden van elk ontvangen bit naar de microprocessor, van welke het afkomstig is, terwijl voorts in elke microprocessor middelen voor het vergelijken van elk terugontvangen bit met het corresponderende uitgezonden bit en het 25 aangeven van elke overeenstemming tussen de vergeleken bits zijn aangebracht.
4. Stelsel voor het overdragen van gegevens tussen een aantal gegevens verwerkende inrichtingen, met het kenmerk, dat elke gegevens verwerkende inrichting is 30 voorzien van een computer en voorts een aansluiting voor het ontvangen van signalen en een aansluiting voor het uitzenden van signalen bevat, waarbij steeds de zendaanslui ting van de ene inrichting met de ontvangaansluiting van de andere inrichting is verbonden, terwijl voorts elke inrichting een 35 stabiele klokgenerator bevat en is voorzien van middelen voor het over de zendaanslui ting daarvan asynchroon uitzenden van berichten in de vorm van bitgroepen, die elk uit een voorafbepaald aantal bits bestaan en elk een startbit en een 8005936 2 - 43 - stopbit bevatten en waarbij de bits in elke groep een constante onderlinge tijdvolgorde bezitten, terwijl elke inrichting verder van middelen voor het op voorafbepaalde tijdstippen aftasten van de ontvangaansluiting daarvan voor 5 het ontvangen van uitgezonden berichten is voorzien.
5. Stelsel volgens conclusie 4, m e t het kenmerk, dat de gegevens verwerkende inrichtingen uit met elkaar verbonden eenheden van een frankeerinrichting bestaan, welke frankeerinrichting drie van dergelijke eenheden 10 en wel een besturingseenheid, een boekhoudeenheid en een instelbare drukeenheid bevat, die intern zodanig met elkaar zijn verbonden, dat de besturingseenheid en de drukeenheid elk uitsluitend met de boekhoudeenheid samenwerken.
6. Stelsel volgens conclusie 5, m e t het 15 kenmerk, dat de besturingseenheid van verdere zend- en ontvangaansluitingen voor communicatie met externe inrichtingen is voorzien.
7. Stelsel volgens conclusie 6, m e t het kenmerk, dat de besturingseenheid een toetsenbord voor 20 het invoeren van gegevens, alsmede middelen voor het omzetten van deze gegevens in naar de boekhoudeenheid over te dragen berichten bevat.
8. Stelsel volgens conclusie 7, m e t het kenmerk, dat de boekhoudeenheid is voorzien van registers 25 voor het opbergen van uit de besturingseenheid en de drukeenheid ontvangen gegevens, uit welke berichten omtrent de toestand van de inrichting kunnen worden samengesteld.
9. Stelsel volgens conclusie 4 voor een frankeerinrichting, welke is voorzien van meerdere, constructief met 30 elkaar gekoppelde eenheden, met het kenmerk, dat elke eenheid van middelen voor het in responsie op de ontvangst van een bericht van een andere eenheid naar deze andere eenheid terugzenden van dit bericht voor het op fouten controleren daarvan is voorzien en elke eenheid voorts midde- 35 len bevat, door welke in responsie op een foutloze ontvangst van een daaraan teruggezonden bericht een impuls voor het bevestigen van de foutloze overdracht daarvan aan het uitgezonden bericht wordt toegevoegd.
10. Stelsel volgens conclusie 9, m e t het 40 8 0 0 5 9 3 6 • 44 - kenmerk, dat de frankeerinrichting uit drie eenheden en wel een besturingseenheid, een boekhoudeenheid met registers voor het opbergen van gegevens voor het vormen van berichten omtrent de toestand van de inrichting en een in-5 stelbare drukeenheid is samengesteld en zodanig is uitgevoerd, dat de besturingseenheid en de drukeenheid elk uitsluitend berichten naar de boekhoudeenheid uitzenden en van deze eenheid ontvangen.
11. Stelsel volgens conclusie 10, met het 10 kenmerk, dat de besturingseenheid van middelen voor het leveren van instel signa!en voor het besturen van de instelbare drukorganen van de drukeenheid is voorzien.
12. Frankeerinrichting met een toetsenbord, een weergeefpaneel, een centraal boekhoudsysteem en een drukme- 15 chanisme en voorzien van een boekhoudeenheid, een besturingseenheid en een drukeenheid, waarbij de boekhoudeenheid alle boekhoudfuncti.es en de besturingseenheid alle invoer- en weergeeffuncties van de inrichting besturen en de drukeenheid de instelling van het drukmechanisme, alsmede de mechanische 20 werking daarvan bestuurt, met het kenmerk, dat de inrichting middelen voor het daarop aansluiten van een externe inrichting bevat en voorts van middelen voor het periodiek aftasten van deze aansluitmiddelen voor het detecteren van daaraan toegevoerde signalen, alsmede van middelen 25 voor het in responsie op het optreden van signalen van een externe inrichting op deze aansluitmiddelen omschakelen van de besturing van de boekhoudeenheid en de drukeenheid van de inrichting van de besturingseenheid daarvan op de externe inrichting is voorzien.
13. Frankeerinrichting volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat bij omschakeling van de inrichting op besturing door een externe inrichting tevens de weergeefinrichting op samenwerking met de externe inrichting wordt ingesteld.
14. Frankeerinrichting volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de besturingseenheid, de boekhoudeenheid en de drukeenheid in serie zijn geschakeld, waarbij gegevens- en commandosignalen van de besturingseenheid over een enkel paar geleiders aan de boekhoudeenheid en 40 8005936 - 45 - vervolgens aan de drukeenheid worden toegevoerd, terwijl informatie omtrent de toestand van de inrichting over andere geleiders in tegengestelde richting wordt overgedragen.
15. Frankeerinrichting met een boekhoudeenheid 5 voor het besturen van de boekhoudfuncties van de inrichting, een besturingseenheid, een drukeenheid voor het besturen van de instelling en de werking van de afdrukorganen van de inrichting en met de besturingseenheid verbonden middelen voor het aansluiten van een externe inrichting, met 10 het kenmerk, dat de besturingseenheid een logische stuurschakeling bevat en is voorzien van een bufferschakeling, welke een eerste keten voor het in werking stellen van het communicatiekanaal voor het overdragen van berichten van de boekhoud- en drukeenheden naar de besturingseenheid en de 15 externe inrichting, alsmede een tweede keten voor het in werking stellen van het communicatiekanaal voor het overdragen van berichten van de externe inrichting naar de boekhoud- en drukeenheden en de besturingseenheid bevat.
16. Frankeerinrichting volgens conclusie 15, met 20 het kenmerk, dat in elk van de beide ketens van de bufferschakeling een communicatiekanaal voor het door de besturingseenheid overdragen van berichten naar en van de externe inrichting aanwezig is.
17. Frankeerinrichting volgens conclusie 16, 25 met het kenmerk, dat de besturingseenheid in responsie op door deze eenheid overgedragen berichten aan bepaalde verzoeken voldoet en deze berichten zodanig bijwerkt, dat daardoor een vereiste responsie van de eenheid wordt aangeduid.
18. Frankeerinrichting volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de inrichting meerdere, in serie met elkaar daarop aangesloten externe inrichtingen omvat en elke externe inrichting van een bufferschakeling voor het opnemen en doorgeven van berichten in de beide communica-35 tierichtingen is voorzien.
19. Frankeerinrichting volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat elk bericht van de besturingseenheid een aanhef met een de bron of de bestemming van het bericht aangevende bitpositie bevat en de logische schake-40 8005936 - 46 - ling van de besturingseenheid is voorzien van middelen voor het in responsie op de in deze bitpositie aanwezige informatie in de juiste richting leiden van het bericht.
20. Frankeerinrichting volgens conclusie 15, 5 met het kenmerk, dat de besturingseenheid is voorzien van middelen voor het in responsie op een bericht van een externe inrichting buiten werking stellen van het toetsenbord.
21. Frankeerinrichting met een boekhoudeenheid voor 10 het besturen van de boekhoudfuncties van de inrichting, een besturingseenheid voor het besturen van de functies van het toetsenbord en de weergeefinrichting daarvan en een drukeen-heid voor het besturen van de instelling en de werking van de afdrukorganen van de inrichting, met het k e n-15 merk, dat de boekhoudeenheid een aantal registers voor het vastleggen van bijgewerkte boekhoudgegevens bevat en verder is voorzien van middelen voor het berekenen van een factor, die overeenstemt met een polynome redundantierest voor elke bijgewerkte registerinhoud, een verder register voor het 20 opbergen van elke bijgewerkte polynome rest, middelen voor het in responsie op een onderbreking van de voedingsspanning van de inrichting overbrengen van de inhouden van de registers naar een permanent geheugen, middelen voor het in responsie op het terugkeren of weer inschakelen van de voedings-25 spanning opnieuw berekenen van een redundant!erest voor een boekhoudgegevensregister, middelen voor het vergelijken van de redundant!erestfactor bij het onderbreken van de voedingsspanning met de redundant!erestfactor voor het genoemde boekhoudgegevensregister bij het terugkeren van de voedings-30 spanning en middelen \oor het signaleren van een fout, wanneer de beide restfactoren niet met elkaar overeenstemmen.
22. Frankeerinrichting, met het kenmerk, dat de inrichting is voorzien van middelen voor het invoeren van gegevens met een eerste microprocessor voor het besturen 35 van deze invoer, middelen voor het afdrukken van frankeer-waarden en boekhoudmiddelen voor het verrekenen van de afgedrukte frankeerwaarden met een tweede microprocessor voor het besturen van de boekhoudbewerkingen.
23. Frankeerinrichting volgens conclusie 22, 40 8 0 0 5 9 3 6 * - 47 - met he t kenmerk, dat de inrichting is voorzien van een derde microprocessor voor het besturen van de werking van de afdrukmiddelen.
24. Frankeerinrichting volgens conclusie 23, 5 met het kenmerk, dat de afdrukmiddelen instelbare afdrukorganen omvatten, die onder besturing door de derde microprocessor voor het afdrukken van verschillende frankeer-waarden kunnen worden ingesteld.
25. Frankeerinrichting volgens conclusie 23, 10 met het kenmerk, dat de eerste microprocessor en de derde microprocessor elk met de tweede microprocessor zijn verbonden, teneinde gegevens met deze microprocessor uit te wisselen.
26. Frankeerinrichting, met het kenmerk, 15 dat de inrichting is voorzien van middelen voor het afdrukken van frankeerwaarden met een microprocessor voor het besturen van de werking daarvan, alsmede van middelen voor het verrekenen van de afgedrukte frankeerwaarden met een tweede microprocessor voor het besturen van de daardoor uitgevoerde boek- 20 houdbewerkingen,
27. Frankeerinrichting, met het kenmerk, dat de inrichting een boekhoudeenheid, een drukeenheid en een besturingseenheid bevat en van een eerste verbinding voor het in serie overdragen van gegevens tussen de boekhoudeenheid en 25 de drukeenheid, alsmede van een tweede verbinding voor het in serie overdragen van gegevens tussen de boekhoudeenheid en de besturingseenheid is voorzien.
28. Frankeerinrichting volgens conclusie 27, met het kenmerk, dat de inrichting van middelen voor 30 het invoeren van gegevens is voorzien en een tussen deze middelen en de besturingseenheid aangebrachte derde verbinding voor het in serie overdragen van gegevens bevat.
29. Frankeermachine, gekenmerkt door een van een signaalingang en een signaaluitgang voorziene 35 inrichting voor het afdrukken van frankeerwaarden met een computer voor het besturen van de werking daarvan, een van een signaalingang en een signaal uitgang voorziene boekhoud-inrichting met een computer voor het besturen van de werking daarvan, een tussen de uitgang van de boekhoudinrichting en 40 8005936 - 48 - de ingang van de drukinrichting aangebracht eerste communica-tiekanaal voor het in één richting overdragen van gegevens en een tussen de uitgang van de drukinrichting en de ingang van de boekhoudinrichting aangebracht tweede communicatie-5 kanaal voor het in één richting overdragen van gegevens.
30. Frankeermachine volgens conclusie 29, met het kenmerk, dat de eerste en de tweede communicatiekanalen als seriecommunicatiekanalen zijn ingericht.
31. Frankeermachine volgens conclusie 29, met 10 het kenmerk, dat de machine een van een signaal- ingang en een signaal uitgang voorziene inrichting voor het besturen van de invoer en uitvoer van gegevens bevat, terwijl de boekhoudinrichting van een tweede signaalingang en een tweede signaaluitgang is voorzien en tussen de uitgang van 15 de besturingsinrichting en de tweede ingang van de boekhoudinrichting een derde communicatiekanaal voor het in één richting overdragen van gegevens en tussen de ingang van de besturingsinrichting en de tweede uitgang van de boekhoudinrichting een vierde communicatiekanaal voor het in één 20 richting overdragen van gegevens is aangebracht.
32. Frankeermachine volgens conclusie 31, met het kenmerk, dat de derde en vierde communicatiekanalen als seriecommunicatiekanalen zijn ingericht.
33. Frankeermachine volgens conclusie 31, met 25 het kenmerk, dat de besturingsinrichting is voorzien van een tweede signaal ingang en een tweede signaaluit-gang, die elk over een ëénrichting-seriecommunicatiekanaal met externe inrichtingen kunnen worden verbonden. 30 8005936
NL8005936A 1979-10-30 1980-10-29 Elektronische frankeerinrichting. NL193476C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US06/089,413 US4301507A (en) 1979-10-30 1979-10-30 Electronic postage meter having plural computing systems
US8941379 1979-10-30

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8005936A true NL8005936A (nl) 1981-06-01
NL193476B NL193476B (nl) 1999-07-01
NL193476C NL193476C (nl) 1999-11-02

Family

ID=22217501

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8005936A NL193476C (nl) 1979-10-30 1980-10-29 Elektronische frankeerinrichting.

Country Status (12)

Country Link
US (1) US4301507A (nl)
AT (2) AT384116B (nl)
BE (1) BE885949A (nl)
BR (1) BR8006975A (nl)
CA (1) CA1159563A (nl)
CH (6) CH662434A5 (nl)
DE (3) DE3051015C2 (nl)
FR (1) FR2476352B1 (nl)
GB (5) GB2080587B (nl)
IT (1) IT1148281B (nl)
NL (1) NL193476C (nl)
SE (5) SE459828B (nl)

Families Citing this family (116)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4390952A (en) * 1980-06-27 1983-06-28 Pitney Bowes Inc. Mailing system with sequential printing control
FR2486687B1 (fr) * 1980-07-09 1986-08-22 Roneo Alcatel Ltd Compteur d'affranchissement postal
US4447890A (en) * 1980-07-14 1984-05-08 Pitney Bowes Inc. Remote postage meter systems having variable user authorization code
US4442501A (en) * 1981-02-26 1984-04-10 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter with weak memory indication
US4445198A (en) * 1981-09-29 1984-04-24 Pitney Bowes Inc. Memory protection circuit for an electronic postage meter
EP0231452B2 (en) 1982-01-29 2002-01-16 Pitney Bowes Inc. Microprocessor systems for electronic postage arrangements
CA1206619A (en) * 1982-01-29 1986-06-24 Frank T. Check, Jr. Electronic postage meter having redundant memory
US4566106A (en) * 1982-01-29 1986-01-21 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter having redundant memory
US5109507A (en) * 1982-01-29 1992-04-28 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter having redundant memory
US4471440A (en) * 1982-02-01 1984-09-11 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter having power magnetically coupled to the meter from the meter base
US4506329A (en) * 1982-03-08 1985-03-19 Pitney Bowes Inc. Non-volatile memory serial number lock for electronic postage meter
US4525786A (en) * 1982-07-12 1985-06-25 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter having a one time actuable operating program to enable setting of critical accounting registers to predetermined values
US4573174A (en) * 1982-09-07 1986-02-25 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter having interlock between mechanical and electrical registers
US4547853A (en) * 1982-10-13 1985-10-15 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter reset circuit
EP0111183A3 (en) * 1982-11-15 1986-05-07 Pitney Bowes Inc. Shielding arrangement for electronic postage meter and electronic postage meter having such an arrangement
DE3243696A1 (de) * 1982-11-23 1984-10-18 Francotyp - Postalia GmbH, 1000 Berlin Verfahren zur datumseinstellung fuer elektronisch gesteuerte frankiermaschinen
US4535407A (en) * 1982-12-08 1985-08-13 Pitney Bowes Inc. Postage meter with keyboard keys for changing postage unused amount
US4623987A (en) * 1982-12-08 1986-11-18 Pitney Bowes Inc. Postage meter with keyboard keys for commanding and requesting performance of meter operations
US4636975A (en) * 1982-12-08 1987-01-13 Pitney Bowes Inc. Controlling firmware branch points in an electronic postage meter
US4559443A (en) * 1982-12-08 1985-12-17 Pitney Bowes Inc. Initializing the print wheels in an electronic postage meter
US4509141A (en) * 1982-12-08 1985-04-02 Pitney Bowes Inc. Postage meter with keyboard keys used for changing operating constants
US4577283A (en) * 1982-12-08 1986-03-18 Pitney Bowes Inc. Postage meter with keyboard keys for causing meter operations to be performed
US4635204A (en) 1982-12-08 1987-01-06 Pitney Bowes Inc. Postal meter with date check reminder means
CA1223360A (en) * 1982-12-08 1987-06-23 Pitney Bowes Inc. Modifying a firmware variable in an electronic postage meter
US4536850A (en) * 1982-12-08 1985-08-20 Pitney Bowes Inc. Monitoring the status of the trip cycle in an electronic postage meter
US4622651A (en) * 1983-04-18 1986-11-11 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter having piezoelectric audio transducer energized by stepping motor driver circuit
US4524426A (en) * 1983-04-19 1985-06-18 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter controllable by mailing machine
US4578758A (en) * 1983-06-23 1986-03-25 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter having a regulated power supply system responsive to a voltage developed in a transformer primary winding circuit
US4535421A (en) * 1983-07-05 1985-08-13 Pitney Bowes Inc. Universal real time transparent asynchronous serial/echoplex converter
US4611282A (en) * 1983-07-18 1986-09-09 Pitney Bowes Inc. Postage meter using a flag to indicate interuption of accounting register updating due to power failure or microprocessor failure
US4528644A (en) * 1983-07-18 1985-07-09 Pitney Bowes Inc. Customizing the firmware after assembly of an electronic postage meter
US4763271A (en) * 1983-09-12 1988-08-09 Pitney Bowes Inc. Method and apparatus for updating parameter data
US4584648A (en) * 1983-09-14 1986-04-22 Pitney Bowes Inc. Post office window system with programmable prompts
US4584647A (en) * 1983-10-17 1986-04-22 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter with a ring counter
US4882669A (en) * 1983-11-28 1989-11-21 Canon Kabushiki Kaisha Multi computer fail safe control apparatus
EP0165386B1 (de) * 1984-04-26 1989-11-29 Heidelberger Druckmaschinen Aktiengesellschaft Verfahren und Speichersystem zum Speichern von Einstellwerten für Stellvorrichtungen an Druckmaschinen
US4559592A (en) * 1984-05-31 1985-12-17 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter having a switching power supply employing integrated circuit timer
US4631681A (en) * 1984-10-04 1986-12-23 Pitney Bowes Inc. Microprocessor controlled d.c. motor and application therefor
US4636959A (en) * 1984-10-04 1987-01-13 Pitney Bowes Inc. Microprocessor controlled d.c. motor for controlling a postage meter
US4630210A (en) * 1984-10-04 1986-12-16 Pitney Bowes Inc. Microprocessor controlled d.c. motor for controlling a load
US4745346A (en) * 1984-10-04 1988-05-17 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter print wheel setting optimization system
US4635205A (en) * 1984-10-04 1987-01-06 Pitney Bowes Inc. Microprocessor controlled d.c. motor for indexing postage value changing means
US4649491A (en) * 1984-12-20 1987-03-10 Pitney Bowes Inc. Modular battery powered business systems
US4817002A (en) * 1984-12-24 1989-03-28 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter non-volatile memory systems having human visually readable and machine stored data
US4731728A (en) * 1985-01-10 1988-03-15 Pitney Bowes Inc. Postage meter with means for preventing unauthorized postage printing
US4998203A (en) * 1985-03-12 1991-03-05 Digiulio Peter C Postage meter with a non-volatile memory security circuit
US4710883A (en) * 1985-03-12 1987-12-01 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter having a status monitor
US4775246A (en) * 1985-04-17 1988-10-04 Pitney Bowes Inc. System for detecting unaccounted for printing in a value printing system
FR2584557B1 (fr) * 1985-07-02 1989-07-28 Smh Alcatel Systeme de telecontrole pour machines a affranchir
US4835713A (en) * 1985-08-06 1989-05-30 Pitney Bowes Inc. Postage meter with coded graphic information in the indicia
US4650974A (en) * 1985-08-07 1987-03-17 Pitney Bowes Inc. Condensation shield
JPS62168292A (ja) * 1985-10-15 1987-07-24 ピツトネイ・ボウズ・インコ−ポレ−テツド デユアル冗長性電子郵便料金計
US4817004A (en) * 1985-10-16 1989-03-28 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter operating system
US4805109A (en) * 1985-10-16 1989-02-14 Pitney Bowes Inc. Nonvolatile memory protection arrangement for electronic postage meter system having plural nonvolatile memories
EP0222197B1 (en) * 1985-10-16 1992-05-06 Pitney Bowes Inc. Systems for non-volatile storage of data and postage meter systems
US4845632A (en) * 1985-10-16 1989-07-04 Pitney Bowes Inc. Electonic postage meter system having arrangement for rapid storage of critical postage accounting data in plural nonvolatile memories
US4787046A (en) * 1985-11-12 1988-11-22 Pitney Bowes Inc. Mailing system having a capability for one-step postage metering
GB2183546A (en) * 1985-11-29 1987-06-10 Pitney Bowes Plc Electronic postage meter
US4907161A (en) * 1985-12-26 1990-03-06 Pitney Bowes Inc. Batch mailing system
US4962459A (en) * 1985-12-26 1990-10-09 Mallozzi Joseph D System for accounting for postage expended by a postage meter having data security during printing
US4853864A (en) * 1985-12-26 1989-08-01 Pitney Bowes Inc. Mailing systems having postal funds management
US4998204A (en) * 1985-12-26 1991-03-05 Pitney Bowes Inc. Mailing system and method for low volume mailers printing postage information upon inserts
GB8630680D0 (en) * 1985-12-26 1987-02-04 Pitney Bowes Inc Accounting for postage
US4783745A (en) * 1986-01-30 1988-11-08 Pitney Bowes Inc. Nonvolatile memory unlock for an electronic postage meter
DE3605421A1 (de) * 1986-02-20 1987-08-27 Thomson Brandt Gmbh Verfahren zum datenaustausch zwischen einem ersten und einem zweiten prozessor
US4910686A (en) * 1986-04-04 1990-03-20 Pitney Bowes Inc. Postage meter with non-dollar amount indicia
US4831554A (en) * 1986-04-10 1989-05-16 Pitney Bowes Inc. Postage meter message printing system
US4785417A (en) * 1986-04-28 1988-11-15 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter having an out of sequence checking arrangement
US5375172A (en) * 1986-07-07 1994-12-20 Chrosny; Wojciech M. Postage payment system employing encryption techniques and accounting for postage payment at a time subsequent to the printing of postage
US4796193A (en) * 1986-07-07 1989-01-03 Pitney Bowes Inc. Postage payment system where accounting for postage payment occurs at a time subsequent to the printing of the postage and employing a visual marking imprinted on the mailpiece to show that accounting has occurred
US4809185A (en) * 1986-09-02 1989-02-28 Pitney Bowes Inc. Secure metering device storage vault for a value printing system
US4809186A (en) * 1986-09-19 1989-02-28 Pitney Bowes Inc. Postage meter for metering mixed weight mail
FR2611946B1 (fr) * 1987-02-27 1991-01-04 Smh Alcatel Machine a affranchir electronique comportant des valeurs limitant les affranchissements
FR2611947B1 (fr) * 1987-02-27 1991-05-10 Smh Alcatel Machine a affranchir comportant une alarme
FR2617313B1 (fr) * 1987-02-27 1991-08-16 Smh Alcatel Systeme d'exploitation d'une machine a affranchir electronique
US4941091A (en) * 1987-06-30 1990-07-10 Pitney Bowes Inc. Mail management system transaction data customizing and screening
US4837779A (en) * 1988-04-12 1989-06-06 Dual-Lite Manufacturing, Inc. Communicator and communication method and system
JP2679775B2 (ja) * 1989-07-31 1997-11-19 三田工業株式会社 Cpu間通信方法
US5293319A (en) * 1990-12-24 1994-03-08 Pitney Bowes Inc. Postage meter system
US5239168A (en) * 1991-07-29 1993-08-24 Pitney Bowes Inc. Postage meter with barcode printing capability
FR2704343B1 (fr) * 1993-04-21 1995-07-13 Secap Machine à affranchir en deux parties.
US5452654A (en) * 1993-07-13 1995-09-26 Pitney Bowes Inc. Postage metering system with short paid mail deterrence
US5448641A (en) * 1993-10-08 1995-09-05 Pitney Bowes Inc. Postal rating system with verifiable integrity
US5655023A (en) * 1994-05-13 1997-08-05 Pitney Bowes Inc. Advanced postage payment system employing pre-computed digital tokens and with enhanced security
US5586036A (en) * 1994-07-05 1996-12-17 Pitney Bowes Inc. Postage payment system with security for sensitive mailer data and enhanced carrier data functionality
US5612889A (en) * 1994-10-04 1997-03-18 Pitney Bowes Inc. Mail processing system with unique mailpiece authorization assigned in advance of mailpieces entering carrier service mail processing stream
US5737426A (en) 1994-12-13 1998-04-07 Pitney Bowes Inc. Remote and secure feature enabling for an electronic postage meter
FR2730102B1 (fr) * 1995-01-31 1997-04-18 Neopost Ind Dispositif de protection thermique pour machine a affranchir
US6671813B2 (en) * 1995-06-07 2003-12-30 Stamps.Com, Inc. Secure on-line PC postage metering system
US6233063B1 (en) 1995-06-29 2001-05-15 Agfa Corporation Two lens converging device in a dual plane flat-bed scanning system
US5812536A (en) * 1995-07-05 1998-09-22 Pitney Bowes Inc. Secure accounting system employing RF communications for enhanced security and functionality
DE59710554D1 (de) 1996-01-31 2003-09-18 Francotyp Postalia Ag Frankiermaschine
US5731980A (en) * 1996-08-23 1998-03-24 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter system having internal accounting system and removable external accounting system
US6050486A (en) * 1996-08-23 2000-04-18 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter system separable printer and accounting arrangement incorporating partition of indicia and accounting information
US5812400A (en) * 1996-08-23 1998-09-22 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter installation and location movement system
US8225089B2 (en) 1996-12-04 2012-07-17 Otomaku Properties Ltd., L.L.C. Electronic transaction systems utilizing a PEAD and a private key
DE19711997A1 (de) 1997-03-13 1998-09-17 Francotyp Postalia Gmbh Anordnung zur Kommunikation zwischen einer Basisstation und weiteren Stationen einer Postbearbeitungsmaschine und zu deren Notabschaltung
US5999921A (en) * 1997-04-30 1999-12-07 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter system having plural clock system providing enhanced security
US6058190A (en) * 1997-05-27 2000-05-02 Pitney Bowes Inc. Method and system for automatic recognition of digital indicia images deliberately distorted to be non readable
US6023690A (en) * 1997-06-12 2000-02-08 Pitney Bowes Inc. Method and apparatus for securely resetting a real time clock in a postage meter
US5946672A (en) * 1997-06-12 1999-08-31 Pitney Bowes Inc. Electronic postage meter system having enhanced clock security
US6076081A (en) * 1997-08-13 2000-06-13 Pitney Bowes Inc. Protocol converter with peripheral machine trip capability
US6175827B1 (en) 1998-03-31 2001-01-16 Pitney Bowes Inc. Robus digital token generation and verification system accommodating token verification where addressee information cannot be recreated automated mail processing
AU6499699A (en) 1998-09-29 2000-04-17 Stamps.Com, Inc. On-line postage system
US6378012B1 (en) 1998-10-29 2002-04-23 Edward R. Bass Interface with data transmission mode from weighing scale to one or more peripheral devices and mailing machine tripping mode determined by individual peripheral device protocol
US6502143B1 (en) 1999-12-31 2002-12-31 Edward R. Bass Intelligent interface cable assembly and method of providing the same
US20020128986A1 (en) * 2001-02-23 2002-09-12 Peter Stutz Communication system for franking system
US20020169728A1 (en) * 2001-02-23 2002-11-14 Christian Moy Modular franking system
US6577300B2 (en) 2001-04-11 2003-06-10 Pitney Bowes Inc. System, device and method for recording and input to a programmable stamp of data to be included on a substrate in both human and machine readable form
US7475041B2 (en) * 2003-11-21 2009-01-06 Pitney Bowes Inc. Method and system for generating postal indicia or the like
US7424458B2 (en) * 2003-11-21 2008-09-09 Pitney Bowes Inc. Method and system for generating characterizing information descriptive of printed material such as address blocks and generating postal indicia or the like incorporating such characterizing information
US7668786B2 (en) * 2003-12-15 2010-02-23 Pitney Bowes Inc. Method and system for estimating the robustness of algorithms for generating characterizing information descriptive of selected printed material such as a particular address block
US20050131840A1 (en) * 2003-12-15 2005-06-16 Pitney Bowes Incorporated Method and system for generating characterizing information descriptive of selected printed material such as a particular address block
US8615409B1 (en) 2005-04-15 2013-12-24 Recovery Data-Connect, L.L.C. System and method for identification, perfection, collection, and valuation of third-party claims including subrogation claims
USD689998S1 (en) 2012-08-22 2013-09-17 S.C. Johnson & Son, Inc. Dispenser housing
USD713517S1 (en) 2013-02-19 2014-09-16 S.C. Johnson & Son, Inc. Dispenser

Family Cites Families (21)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2934009A (en) * 1956-10-22 1960-04-26 Pitney Bowes Inc Sheet feeding and treating
FR1186999A (fr) * 1957-06-07 1959-09-04 Ibm France Dispositif de commande et de contrôle à distance
US3910322A (en) * 1972-08-24 1975-10-07 Westinghouse Electric Corp Test set controlled by a remotely positioned digital computer
FR2225890B1 (nl) * 1973-04-13 1976-09-10 Honeywell Bull Soc Ind
GB1428704A (en) * 1973-04-13 1976-03-17 Int Computers Ltd Data processing arrangements
DE2327669C3 (de) * 1973-05-30 1975-12-11 Siemens Ag, 1000 Berlin Und 8000 Muenchen Schaltungsanordnung für den Datenaustausch zwischen zentralen und peripheren Einrichtungen
ZA743969B (en) * 1973-10-16 1975-06-25 Pitney Bowes Inc Computer responsive postage meter
FR2253428A5 (nl) * 1973-11-30 1975-06-27 Honeywell Bull Soc Ind
US3921148A (en) * 1974-03-06 1975-11-18 Ontel Corp Business machine communication system and data display
US3978457A (en) 1974-12-23 1976-08-31 Pitney-Bowes, Inc. Microcomputerized electronic postage meter system
US4097923A (en) * 1975-04-16 1978-06-27 Pitney-Bowes, Inc. Remote postage meter charging system using an advanced microcomputerized postage meter
US4124889A (en) * 1975-12-24 1978-11-07 Computer Automation, Inc. Distributed input/output controller system
US4016369A (en) * 1976-03-09 1977-04-05 Bell Telephone Laboratories, Incorporated Addressing arrangements for communications networks
US4050374A (en) * 1976-06-21 1977-09-27 Pitney-Bowes, Inc. Meter setting mechanism
CA1077171A (en) 1976-07-14 1980-05-06 Frank T. Check (Jr.) Electronic postal meter having noise-rejecting input/output channel
FR2370593A1 (fr) * 1976-11-16 1978-06-09 Vital Zoltan Machine combinee
US4122532A (en) * 1977-01-31 1978-10-24 Pitney-Bowes, Inc. System for updating postal rate information utilized by remote mail processing apparatus
GB2006491B (en) * 1977-07-02 1982-01-06 Ml Eng Plymouth Data transmission system
US4180856A (en) * 1977-07-29 1979-12-25 Pitney Bowes Inc. Electronic postage metering system
US4137564A (en) * 1977-08-22 1979-01-30 Burroughs Corporation Intelligent computer display terminal having EAROM memory
GB2066735B (en) * 1977-10-28 1983-07-13 Pitney Bowes Inc Electronic postal meter

Also Published As

Publication number Publication date
BR8006975A (pt) 1981-05-05
NL193476B (nl) 1999-07-01
CH662433A5 (de) 1987-09-30
CA1159563A (en) 1983-12-27
GB2080205A (en) 1982-02-03
GB2080205B (en) 1984-09-12
DE3051014C2 (nl) 1991-03-28
SE8007598L (sv) 1981-05-01
SE8403275L (sv) 1984-06-19
SE8403278D0 (sv) 1984-06-19
SE465692B (sv) 1991-10-14
CH662435A5 (de) 1987-09-30
SE465691B (sv) 1991-10-14
GB2080588A (en) 1982-02-03
BE885949A (fr) 1981-02-16
IT1148281B (it) 1986-11-26
SE8403275D0 (sv) 1984-06-19
AT384116B (de) 1987-10-12
FR2476352A1 (fr) 1981-08-21
DE3051015C2 (nl) 1993-07-15
NL193476C (nl) 1999-11-02
GB2062312B (en) 1984-08-22
CH666565A5 (de) 1988-07-29
CH662434A5 (de) 1987-09-30
SE459828B (sv) 1989-08-07
GB2062312A (en) 1981-05-20
SE465694B (sv) 1991-10-14
ATA532580A (de) 1987-02-15
AT400643B (de) 1996-02-26
CH668875A5 (de) 1989-01-31
GB8402376D0 (en) 1984-02-29
SE8403278L (sv) 1984-06-19
GB2080587A (en) 1982-02-03
SE8403276L (sv) 1984-06-19
DE3040549A1 (de) 1981-05-14
FR2476352B1 (fr) 1987-09-18
IT8050047A0 (it) 1980-10-30
GB2080588B (en) 1984-09-05
SE465693B (sv) 1991-10-14
CH662436A5 (de) 1987-09-30
SE8403276D0 (sv) 1984-06-19
GB2080587B (en) 1984-09-05
SE8403277L (sv) 1984-06-19
US4301507A (en) 1981-11-17
SE8403277D0 (sv) 1984-06-19
ATA167486A (de) 1995-06-15

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL193476C (nl) Elektronische frankeerinrichting.
NL193477C (nl) Elektronische frankeerinrichting.
US4280180A (en) Electronic postage meter having field resettable control values
US4422148A (en) Electronic postage meter having plural computing systems
US4347506A (en) Electronic postage meter having check date warning with control for overriding the check date warning
GB2127745A (en) Postage meter having interactive arithmetic operation capability
FR2500661A1 (fr) Machine a affranchir electronique a indication de memoire fatiguee, procede pour la mise en evidence d'une memoire fatiguee et ensemble d'intercommunication en comportant application
US4525785A (en) Electronic postage meter having plural computing system
CA1167163A (en) Electronic united parcel service register
US4549281A (en) Electronic postage meter having keyboard entered combination for recharging
US4283721A (en) Electronic postage meter having check date warning
US4280179A (en) Postage meter having interactive arithmetic operation capability
US4498187A (en) Electronic postage meter having plural computing systems
US4525786A (en) Electronic postage meter having a one time actuable operating program to enable setting of critical accounting registers to predetermined values
EP0131331B1 (en) Commodity dispensing apparatus
CA1147468A (en) Electronic postage meter having keyboard entered combination for recharging
US4266222A (en) Electronic postage meter having reset base warning
US3215240A (en) Automatic ticket sellinfj machine
JPH0221022B2 (nl)
JPH027102B2 (nl)
JPH0754488B2 (ja) 相互通信システム
JPH0467827B2 (nl)
JPH027101B2 (nl)

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V4 Discontinued because of reaching the maximum lifetime of a patent

Free format text: 20001029