NL7907628A - Werkwijze voor het vervaardigen van stalen stripvormig materiaal dat te gebruiken is in de vervaardiging van schaduwmaskers voor kathodestraalbuizen voor kleuren tv - Google Patents

Description

V

w * -1- - 20985/CV/tl

Aanvrager: Nisshin Steel Co., Limited and Dai Nippon Printing Co.

Limited te Tokyo, Japan.

Korte Aanduiding: Werkwijze voor het vervaardigen van stalen strip- 5 vormig materiaal dat te gebruiken is in de vervaar diging van schaduwmaskers voor kathodestraalbuizen voor kleuren tv.

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaar-10 digen van stalen stripvonnig materiaal,dat geschikt is om te worden gebruikt in de vervaardiging van een schaduwmasker van een kathodestraal-buis voor een kleuren tv.

Zoals algemeen bekend is is een schaduwmasker een bijzonder dunne metalen strip,die is voorzien van een groot aantal kleine gaatjes,en 15 welke strip voor het fluores:erende oppervlak van een kathodestraalbuis voor een kleuren tv moet worden opgesteld,waarbij de strip een belangrijke functie vervult doordat drie electronenstralen,die worden afgegeven van drie electronenkanonnen in overeensteirn ing met signalen van de drie primaire kleuren worden toegestaan om door ieder gat te bewe-20 gen, zodat fluorescerende stippen, die zijn verdeeld op het fluorescerende oppervlak worden gedwongen om te luminesceren in afzonderlijke drie kleuren.

Een dergelijk schaduwmasker is tot nu toe als volgt vervaardigd.

Een staalfabricant onderwerpt een strip tit een laag koolstofge-25 halte bezittend staal aan een koudwalsafwerking met een walsreductie van tenminste 40% voor het verkrijgen van stripvormig materiaal,dat niet dikker is dan 0,2 mm,waarop dit materiaal in de vorm van een wikkeling wordt afgeleverd voor een etsbehandeling. Bij de etsbehandeling wordt het stripvormige materiaal vooraf behandeld voor het verwijderen 30 van olie tijdens het afwikkelen van het materiaal/ran de wikkeling.

Vooraf bepaalde patronen van gaten worden dan in het stripvormige materiaal gevormd door aanbrenging van een fotobestendig materiaal aan weerszijden van de strip,het patroonsgewijs blootstellen van het fo-tobestendige materiaal,het ontwikkelen van het blootgestelde fotobe-35 stendige materiaal,het verharden van het ontwikkelde fotobestendige materiaal door het te branden bij een temperatuur van ongeveer 200°C, 790 76 28 -2- ^ 20985/CV/tl t * het etsen van het materiaal door het verharde in een patroongebrachte fotobestendige materiaal door het te besproeien met een waterige fer-rietchloride,waarna het fotobestendige materiaal wordt verwijderd.

Het product wordt in afzonderlijke vlakke maskers gesneden en af-5 geleverd aan de fabrikant van kathodestraalbuizen. Bij de fabrikant van kathodestraalbuizen wordt het vlakke masker,dat is voorzien van een vooraf bepaald patroon van gaten,ontlaten om aan het masker een voldoende rekbaarheid voor het daarop volgend persvormen mee te delen.

Dit ontlaten wordt normaal bewerkstelligd bij een hoge temperatuur wel-10 ke loopt tussen 750 en 900°C,waarbij de afzonderlijke maskers zijn opgehangen of gestapeld. Aangezien de stalen strip,indien ontlaten,een elasticiteitsgrens-verlenging van verschillende procenten heeft ontstaan '’spanningsvormveranderingen" (stretcher strains ) (Lüders lines) indien het door persen wordt vervormd. Verder verliest het vlakke masker zijn 15 gelijktóigheid ten gevolge van het ontlaten. Ten einde de ongelijkmatigheid van de ontlate strip op te heffen en spanningsvormveranderingen te voorkomen wordt het ontlate· vlakke masker verschillende malen gevoerd door een walsvereffeningsinrichting en daarna door persen gevormd in het gewenste gekromde vlak. Na de vorming van oxyde films op de oppervlakken 20 wordt het zo vervaardigde schaduwmasker aangebracht in een kathodestraal-buis.

De hierboven omschreven bekende werkwijze,waarbij de ontlaatstap wordt uitgevoerd na de vorming van gaten, zal worden aangeduid als een na-ontlaatproces. Het na-ontlaatproces geeft verschillende problemen,in 25 het bijzonder met betrekking tot de ontlaatstap,die wordt uitgevoerd door de fabricant van de kathodestraalbuis.

Aangezien de vlakke maskers worden ontlaten terwijl zij zijn opgehangen of opgestapeld is de efficiency laag en de kosten groot. De ont-laattemperatuur ,die tot aan 750- 900°C bedraagt,resulteert veelvuldig 30 in de adhesie van vlakke maskers,hetgeen leidt tot de vermindering in opbrengst. Zelfs met met succes ontlate vlakke maskers worden golvend gevormd door het ontlaten bij hoge temperaturen en het daaropvolgend ver-effeningswalsen voor het opheffen van dergelijke golven brengt het gevaar met zich mee,dat het patroon van gaten kan worden vervormd of plooi-35 en kunnen ontstaan.

Vérder veroorzaakt de hoge ontlaattemperatuur dat de koolstof in het 790 76 28 m tf % -3- . 20985/CV/tl een laag koolstof gehalte bezittende staal diffundeert en neerslaat nabij de oppervlakken van de strip en deze neerslag van koolstof is niet noodzakelijkerwijs gelijkmatig. Iedere ongelijkmatigheid van de koolstofneerslag resulteert in een niet gelijkmatige verlenging van 5 het materiaal in de persvormstap waardoor veelvuldig gebreken vertonende producten worden gevonden na de persvormstap.

Voor het overwinnen van de hierboven besproken problemen zijn pogingen gedaan om lagere ontlaattemperaturen toe te passen. Indien echter een voldoend lage ontlaattemperatuur voor het vermijden van 10 adhesie en thermische vervorming van vlakke maskers werd gebruikt werden de korrels fijner,hetgen resulteerde in een toename in de elas-ticiteitsgrensverleigLng van het ontlate materiaal en het was dan ook nodig om het aantal doorgangen door een walsvereffeningsinrichting op onpractische wijze op te voeren voor het voorkomen van spanningsvorm-15 veranderingen’.

Met het oog op het vermijden van de bovengenoemde problemen,die saraenhangen met het na-ontlaatproces zijn werkwijzen,waarbij de ont-laatstap werd uitgevoerd voor het vormen van de gaten,voorgesteld.

Een dergelijke werkwijze,waarin de ontlaatstap wordt uitgevoerd door 20 de staalfabricant voor de vorming van de gaten zal aangeduid worden als een voor-ontlaatproces.

In de Japanse octrooiaanvrage 49-110,562 is een werkwijze beschreven voor het vervaardigen van een een laag koolstofgehalte bezittende koud gewalste stalen strip voor een schaduwmasker van een kleurenkatho-25 destraalbuie waarbij een warm gewalste plaat met een laag koolstofgehalte en een laag mangaangehal'te koud werd gewalst met een walsreductie van tenminste 30% waarop de koud gewalste strip werd ontlaten bij een temperatuur van 650- 750°C en de ontlate strip vervolgens werd gewalst voor het conditioneren met een walsreductie van 0,5 tot 5,0%.

30 In de Japanse octrooiaanvrage 50-23317, het Japanse octrooi 52- 44868 en het corresponderende Amerikaanse octrooi 3.909.928 is een werkwijze beschreven voor het vervaardigen van een schaduwmasker waarbij een een laag koolstofgehalte bezittende plaat uit staal werd ontlaten bij een temperatuur van 550- 650°C, waarna de ontlate stalen plaat werd 35 onderworpen aan een huid-doorgang walsbewerking voor een reductie van 0,5 tot 15% in_dikte en vervolgens gaten in de gtalen plaat worden gevormd en de stalen plaat door persvormen in een gewenst vlak wordt ge- 790 7 6 28 "v -4- . 20985/CV/tl bracht. In deze publicaties is ontschreven,dat de ontlaatstap moet worden uitgevoerd in zodanige mate,dat de kriSralkorrel niet groot wordt (groter dan de ASTM korrelmaat 7 of zo).

De hierboven aangegeven problemen,die samenhangen met het na-ont-5 laatproces zijn opgelost door het bekende voor-ontlaatproces. Het is echter gebleken,dat de problemen zijn opgelost ten koste van een bepaalde electromagnetische eigenschap van het product. Door het na-het ontlaatproces is/mogelijk een product te vervaardigen,dat een gewenste lage coërcitiekracht heeft. Onder ''coërcitiekracht" van een ferro-mag-10 netisch materiaal wordt verstaan een sterkte van een magnetisch veld vereist voor het opheffen van iedere rest magnetische fluxdichtheid welke is achtergebleven na magnetiseren van het materiaal tot verzadiging door een uitwendig veld en een daaropvolgende verwijdering van een dergelijk nagnetiseerveld.

15 Indien een in een kathodestraalbuis voor een kleuren tv gemon teerd schaduwmasker wordt gemagnetiseerd worden door de gaten in het schaduwmasker bewegende electronenstrien afgebogen en botsen deze op het fluoriserende oppervlak op ongewenste punten ( "foutieve landing"), hetgeen resulteert in een kleurschaduw of vervorming. Voor het voorko-20 men van een dergelijke " foutieve landing" is een kathodestraalbuis uitgerust met een ontmagnetiseercircuit voor het opheffen van de mag-netisering van het schaduwmasker. Omdat het ontmagnetiseercircuit veel vermogen gebruikt wordt een schaduwmasker met een lage coërcitiekracht gewenst. In het algemeen zal een schaduwmasker (voor of na het 25 persvormen) bij voorkeur een coërcitiekracht hebben,die niet groter is dan ongeveer 2,0 Oersted,indien gemeten met het aanvankelijke magneti-seerveld van 25 Oersted. Bij de bekende na-ontlaatwerkwijzen kan het gewenste lage niveau van de coërcitiekracht worden verkregen,maar dit is niet het geval bij het bekende voor-ontlaatproces.

30 Een oogmerk van de uitvinding is het verkrijgen van een verbeterde voor-ontlaatwerkwijze voor het vervaardigen van een schaduwmasker van een kathodestraalbuis voor een kleuren tv waarin de ontlaatstap wordt uitgevoerd door de staalfabricant voorafgaand aan de vorming van gaten waarbij het product een lage coërcitiekracht heeft die niet groter is 35 dan 2,0 Oersted indien gemeten met het aanvankelijke magnetiseerveld van 25 Oersted.

790 7 6 28 -5- - 20985/CV/tl

Dit oogmerk kan in overeenstemming met de uitvindhg worden verkregen door gebruikmaking van een werkwijze voor het vervaardigen van een stalen stripmateriaal geschikt voor · gebruik in de vervaardiging van een schaduwmasker van een kathodestraalbuis voor een kleuren tv waar-5 bij een strip van laag koolstofstaal3dat niet meer dan 0,08 % koolstof bevat,wordt onderworpen aan een ' koudwalsafwerking met een walsreductie van 10- 35% voor het verkrijgen van een stripmateriaal,dat niet dikker is dan 0,2 mm waarop het zo gewalste materiaal wordt ontlaten in de vorm van een strakke wikkeling zoals opgewonden bij een temperatuur van 10 520 - 600°C voor een periode van tenminste 2 uur.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet met behulp van bijgaande figuren.

Fig. 1 toont een grafiek waarin de afhankelijkheid van het korrel-maatgetal op de afwerkkoudwalsreductie en de ontlaattemperatuur is 15 weergegeven.

Fig. 2 toont een grafiek waarin de verhouding tussen de coërcitie-kracht en het korrelmaatgetal is weergegeven.

Fig. 3 toont een grafiek waarin de verhouding is weergegeven tussen het aantal doorgangen door een wals vereffeningsinrichting vereist voor 20 het vermijden van " spanningsvormveranderingen" en het korrelmaatgetal.

Fig. 4 toont een grafiek waarin het korrelmaatgetal is weergegeven.

Het hierbovengenoemde "korrelmaatgetal" wordt bepaald door de werkwijze voor het vaststellen van ferrietkorrelafmeting van stalen in overeenstemming met JIS G0552. Kort gezegd werd het korrelmaatgetal be-25 paald afhankelijk van het waargenomen gemiddelde aantal korrels per 25 mn£ bij een vergroting van 100 onder gebruikmaking van de sleutel zoals weergegeven in de hieronder staande tabel.

30 35 790 76 28

V

V

-6- - 20985/CV/tl

Tabel 1 2

Korrelmaatgetal Gemiddelde aantal korrels per 25 mm bij 5 100 x._____ - 3 0,0625 - 2 0,125 - 1 0,25 10 0 0,5 1 1 2 2 3 4 4 8 15 5 16 6 32 7 64 8 128 9 256 20 10 512

De sleutel is grafisch afgebeeld in fig.4,waarin het korrelmaat- getal is uitgezet tegen het gemiddeld aantal korrels per 25 mm bij een vergroting van 100. Zoals duidelijk zal zijn zijn de korrels klei- 25 ner naar mate het korrelmaatgetal groter is. Een korrelmaatgetal van 2 4 betefent bijvoorbeeld dat er gemiddeld 8 korrels zijn per 25 mm bij een vergroting van 100,terwijl een korrelmaatgetal van 7 betekent dat er gemiddeld 64 korrels zijn per 25 mm bij een vergroting van 100. Bij een serie van proeven werden strippen van een laag koolstof-30 gehalte bezittende stalen met 0,06 gewicht % C onderworpen aan een koudwalsafwerking met verschillende walsreducties voor het verkrijgen van strippen met een dikte van 0,15 mm en daarop ontlaten bij verschillende temperaturen gedurende 3 uur. Voor iedere onderzochte onlaat-temperatuur werd het korrelmaatgetal van de producten uitgezet tegen 35 de afwerkwalsreductie. De zo verkregen krommes zijn afgebeeld in fig.

1. Zoals blijkt uit fig.l kan een korrelmaatgetal van 7 worden verkre- 790 7 6 28 -7- - 20985/CV/tl gen onder de omstandigheden van een walsreductie van 35%,welke de bovenste begrenzing is van de walsreductie gespecificeerd door de uitvinding, en een ontlaattemperatuur van 520°C,welke de laagste begrenzing is van de ontlaattemperatuur gespecificeerd door de uitvinding. Uit 5 fig. 1 blijkt verder,dat indien de afwerkkoudwalsreductie kleiner wordt dan 35%,of indien de onlaattemperatuur hoger wordt dan 520°C,het kor-relmaatgetal kleiner wordt,dat wil zeggen dat de korrels grover worden.

In een andere serie proeven werden strippen uit een laag koolstofgehalte bezittende stalen met verschillende koolstofgehalte^onderworpen 10 aan koudwalsafwerkingen met verschillende walsreducties binnen het gebied van 10- 35% voor het verkrijgen van strippen met een dikte van 0,15 mm en daarop ontlaten bij een temperatuur van 600°C gedurende 3 uur. Voor ieder onderzocht koolstofgehalte werd de coërcitiekracht van de producten,zoals gemeten onder gebruikmaking van een aanvankelijk 15 raagnetiseerveld van 25 Oersted, uitgezet tegen het korrelmaatgetal van de producten. De zo verkregen krommes zijn afgebeeld in fig.2. Zoals uit fig.2 blijkt tonen de meeste producten met een korrelmaatgetal van 7 of minder de gewenste lage coërcitiekracht van niet meer dan 2,0 Oersted,zoals gemeten onder gebruikmaking van het aanvankelijke magne-20 tiseerveld van 25 Oersted.

De in fig.l en 2 weergegeven resultaten tonen,dat in de vervaardiging van een bijzonder dunne stalen strip met een koolstofgehalte van 0,06 gewicht % ^en een dikte van 0,15 mm een combinatie van een af-werkkoudwalsen met een walsreductie van niet meer dan 35% en een ont-25 laten bij een temperatuur van tenminste 520°C kritisch is voor de vervaardiging van een materiaal met een korrelmaatgetal van 7 of minder en een coërcitiekracht die niet groter is dan 2,0 Oersted. Fig.2 toont verder aan, dat zelfs met eerstaal met een koolstofgehalte van 0,08% het gewenste lage niveau van de coërcitiekracht kan worden verkregen 30 door de werkwijzeomstandigheden volgens de uitvinding.

Aangezien een lage walsreductie van niet meer dan 35% wordt gebruikt heeft het ontlate stripvormige materiaal verkregen door de werkwijze volgens de uitvinding grove korrels en toont een lage elastici-teitsgrensverlenging. Dienovereenkomstig kan het aantal doorgangen door 35 een walsvereffeningsinrichting,vereist voor het vermijden van spannings-vormveranderingen,die ontstaan in de persvormstap,klein zijn. De verhou- 790 76 28 s "ί -8- . 20985/CV/tl ding tussen het aantal doorgangen door een walsvereffeningsinrichting, welke worden vereist voor het vermijien van spanningsvormverandering, en het korrelmaatgetal van de strip is grafisch weergegeven in fig.3. Fig. 3 is gebaseerd op proeven waarin stalen strippen met een koolstof-5 gehalte van 0,06% en een dikte van 0,15 mm,die verschillende korrel-maatgetallen hebben,werden vervaardigd door het variëren van de wals-reductie en onthattemperatuur,en beproefd onder gebruikmaking van een standaardwalsvereffeningsinrichting voor stripvormig staal.

Zoals uit fig.3 blijk: is het aantal doorgangen,dat wordt vereist 10 des te groter naar mate het korrelmaatgetal groter is,dat wil zeggen naar mate de korrels fijner zijn. Met fijne korrels,zoals beoogd bij de bekende voor-ontlaatwerkwijze,van een korrelmaatgetal van meer dan 7 is het noodzakelijk het vlakke masker vele malen te behandelen door een walsvereffeningsinrichting voorafgaand aan het persvormen.

15 In de afwerkkoudwalsstap moet de stalen strip worden gewalst met een walsreductie van tenminste 10%, bij voorkeur tenminste 15%.Indien de walsreductie minder dan 10% is is het aantal kernen voor rekristal-lisatie, dat wordt gevormd tijdens het verloop van de daaropvolgende ontlaatstap ongeschikt klein en afhankelijk van de ontlaatomstandighe-20 den treedt geen rekritallisatie op, of indien dit optreedtworden bijzonder grove korrels gevormd. Indien de korrels grover zijn dan die van een korrelmaatgetal van 4 is het moeilijk een tevredenstellend product te verkrijgen ten gevolge van de vorming van grove oppervlak-structuren bij het persvormen en het gebrek aan voldoende mechanische 25 sterkte. Verder kunnen grove korrels de oorzaak zijn van het nadelig beïnvloeden van de gewenste vormgeving van de binnenwanden van in het schaduwmasker gevormde gaten. In het algemeen zullen meervoudige korrels aanwezig zijn in de binnenwand, van een gat. Indien het korrelmaatgetal minder dan 4 is kunnen korrelbegrenzhgen van een monolitisch 30 enkel kristal zich uitstrekken van een einde van een gat naar het andere einde.

De ontlaattemperatuur moet niet hoger zijn dan 600°C daar anders adhesie van stripsecties kan optreden omdat de strip wordt ontlaten in de vorm van een stevige wikkeling.

35 Voor de groei van de gewenste korrel wordt een ontlaattijd van tenminste 2 uur vereist. De bovenste begrenzing van de ontlaattijd is 790 76 28 -9- - 209 8 5/CV/tl niet kritisch. In het aLgemeen geldt dat hoe lager de ontlaattempe-ratuur des te langer de vereiste ontlaattijd zal zijn. De groei van korrels wordt echter verzadigd na een bepaalde tijdsperiode afhankelijk van de omstandigheden zodat een overmatig verlengde ontlaat-5 tijd niet noodzakelijk is. Normaal is een ontlaattijd van 2 tot 24 uur doelmatig.

De stalen strip,die is behandeld in overeenstemming met de uitvinding kan dientengevolge worden onderworpen aan een walsen voor het conditioneren (huiddoorgangwalsen). Dit conditioneerwalsen wordt uit-10 gevoerd met het oog op het corrigeren van de vorm,vermindering in elasticiteitsgrensverlenging en voorkoming van doorhanging. Het moet worden uitgevoerd met een zodanige walsreductie,dat de coërcitiekracht van het product niet nadelig wordt beïnvloed .Normaal kan een vermindering van 0,3 tot 0,8% in dikte worden bewerkstelligd.

15 Het stalen stripvormige m^ariaal dat zo vervaardigd is wordt af geleverd voor een etsbehandeling,waar vooraf bepaalde patronen van gaten in de stalen strip worden gevormd door een fotoetstechniek voor het verkijgen van een vlak masker. Ten einde een elasticiteitsgrens-verlenging,die is verkregen door het branden tijdens het verloop van de 20 gatformatjLe,weer op te heffen wordt het vlakke masker verschillende malen bewogen door een walsvereffeningsinrichting. Het aantal vereiste doorgangen is kleiner v0or de producten verkregen bij de werkwijze volgens de uitvinding dan voor de producten ,die te verkrijgen zijn bij toepassing van het bekende voor-ontlaatproces, omdat de korrels voor 25 eerstgenoemde producten grover zijn dan voor de laatstgenoemde producten. Het zo vlak gemaakte vlakke masker kan dan door persen worden gevormd in het gewenste gekromde vlak zonder de noodzaak van ontlaten, welke wordt vereist bij het bekende na-ontlaatproces.

Ofschoon de uitvinding is gegeven met betrekking tot een een laag 30 koolstofgehalte bezittend staal zal het duidelijk zijn,dat de uitvinding toepasbaar is voor ontkoolde stalen materialen waaronder bijvoorbeeld een koud gewalste stalen strip uit een koud gewalste stalen plaat van een tussen gelegen dikte,welke plaat is onderworpen aan een ontkoling in de vorm van een open wikkeling in een atmosfeer van vochtige water-35 stof,een koud gewalste stalen strip vervaardigd uit een warm gewalste stalen plaat,die is onderworpen aan een ontkoling in de vorm van een 790 76 28 -10- . 20985/CV/tl 'v open wikkeling in een atmosfeer van vochtige waterstof, en een koud gewalste stalen strip,die is vervaardigd uit een warm gewalste stalen plaat uit een staal,dat is ontkoold door een vacuum ontgassings-proces. Het gebruik van een dergelijk ontkoold staal is van voordeel 5 doordat de ontlaattijd kan worden verkort omdat de ontkoling heeft bewerkstelligd,dat de materialen in een zodanige toestand zijn,dat korrels gemakkelijk kunnen groeien tijdens het verloop van het ontlaten voor het rekristalliseren. Alle soorten stalen met een laag koolstof gehalte, waaronder gerimde, gekapte en gedode stalen ,kunnen in de 10 werkwijze volgens de uitvinding worden toegepast.

Voorbeeld

Wikkelingen van warmgewalste stalen platen met een dikte van o,25 mm werden vervaardigd uit een gesmolten gerimd staal (C,0,06%;

Mn, 0,30%; Si, 0,01%; P,0,017%; S,0,013% ) vervaardigd in een 90 15 ton LD converter. Schaduwmaskers met een dikte van 0,15 mm werden vervaardigd door de werkwijzehandelingen zoals aangegeven in tabel 2, tweede kolom voor de gangen no.l - 6 en 8 - 13. De open wikkeling ontkoling ontlating aangeduid in tabel 2 als "0CDA" werd uitgevoerd in een vochtige waterstofatmosfeer (AX gas met een dauwpunt van 20 + 50°C ) .In gang'nummer 7 werd een wikkeling van warmgewalst staal plaat met een dikte van 2,5 mm vervaardigd uit een aluminium gedood staal (C,0,005%; Si,0,03%; Mn,0,29%; P,0,017%; S,0,012%) ,dat is ontkoold door een vacuumontgassingswerkwijze.

Het ferrietkorrel maatgetal gemeten Voorafgaand aan de persvorm-25 stap, coërcitiekracht (HC) gemeten voorafgaand aan de persvormstap onder gebruikmaking van het aanvankelijke magnetiseerveld van 25 Oersted, persvervormbaarheid en aantal doorgangen door een standaard walsveref-feningsinrichting met een huiddoorgangreductie van 0,5% voor een doorgang vereist voor het vermijden van spanningsvormveranderingen optre-30 dende in de persvormstap zijn weergegeven in tabel 2 tesamen met de behandelingsomstandigheden.

Zoals blijkt uit de in tabel 2 weergegeven resultaten hebben de producten verkregen door de werkwijze volgens de uitvinding,waarbij het rekristallisatieontlaten is uitgevoerd in de vorm van een stevige wik-35 keling voorafgaand aan de stap van het vormen van de gaten,een korrel maatgetal van 4- 7 en een coërcitiekracht die de 2,0 Oersted niet over- 790 7 6 28 -11- - 20985/CV/tl * schrijdt,waarbij deze producten een goede verwerkingseigenschap vertonen vergelijkbaar met of zelfs beter dan die van het product,dat is verkregen in gang no.5,welke een bekende na-ontlaatwerkwijze is waarbij het rekristallisatieontlaten wordt uitgevoerd in de vorm van een vlak 5 masker na het vormen van de gaten. Verder blijkt uit tabel 2,dat de producten van de werkwijze volgens de uitvinding een betere electromag-netische eigenschap en verwerkingseigenschap tonen dan het product,dat is verkregen in gang no. 9,welke >. een bekende voor-ontlaatwerkwijze weergeeft. Indien de afwerkkoudwalsreductie te hoog is (gang no.6) 10 heeft het product een slechte electromagnetische eigenschap,zoals aangegeven door zijn hoge coërcitiekracht en wordt een groot aantal doorgangen door een walsvereffeningsinrichting vereist voor het vermijden van spanningsvormveranderingen. Indien daarentegen de afwerk koudwals-reductie te laag is (gang no.13) worden de oppervlakte structuren grover 15 indien het product door persen wordt gevormd. Indien de ontlaattempera- tuur minder dan 520° C is (gang noll) vindt geen rekrfetallisatie plaats.

Indien de ontlaattemperatuur de 600° C aanzienlijk overschrijdt (gang no.12) vertoont het product gebreken,doordat adhesie van naburige delen van een strip plaats vindt.

20 Het zal dan ook duidelijk zijl,dat de uitvinding het mogelijk heeft gemaakt een schaduwmasker te vervaardigen,welke een tevredenstellende electromagnetische eigenschap heeft evenals een goede verwerkingseigenschap bij toepassing van een voor-ontlaatproces.

25 790 76 28

. 03 I . « L

I s d c tic μ «1 0) "1-1 03 ‘Γ1 J.

* <υω m>öo w> . > Μ

fi Ö f.) 4J J3 r"“l *W Q

a o <u M *3 O £ -3 OAi ¢.-03-0

.......... . . . . _ _ I

--r II. j Ö <w I ·<-! I ίο 03 s -Η en 3 ; ÖOM-^OOËööOdc - j CO-adCcdCMd) ! r-l CO ^ Ö0 *rl 03 ^ ·Η 03 oQ ιο i tj M S JJ > C > 3 *3* xj μ μ ·η 3 ba C St4

COOöOMfiOMM COOOU-HOJ'HOiOO

ΟΌ-Ομμμμί-ΟΟΙ j> Ό_ j O ί Ë ·γΙ , μ 03 ! Ο μ3 -ο ί W > Μ 03 ~ ! μ μ Ο ο ό f 03 03 (0 ; ba 03 ! Ο. > 31 Ο : :___ - μ_: 03 ; •Η μ3 •η μι ιτ> m (1 33 « « μ Ο rH --3 :ο3 ο ο μ Ο Μ__- ____ --3 03 1-3 μ jj Ο ο ο μ o 4J ^ * Ο 0) 03 \Ω ιη Β öo

+J

ο Λ γ-3

W , ο U

3 ο μ ο μ

ο ο is ° S

-ο σ\ co co co 0 3 ιο * ίο >0 XJ <0

03 4J

μ» 03 3' 03 3 0 .

iJ +J

οι -— - ...........- ..............—_______________________ δΌ 3 ' Τν μ3 ·μ δΜ> ι-ι w -ο U ΙΟ «3ο cm «J 0 3 Η Ji 3 03 , ιϋ μ μ 03 « iS Ίο .

«S S

νο MD

S-ί Ο * ο U Μ Ο - Ο —--Ο -j--—tJ---- ' — 3 α °ο xj ω ë °ο _Υ 3 ί>, s Ο S Μ » rs ^ (Ν Μ cu m ο μ μ 3 10 C Μ «1 ο Ρ, (¾ w g *s 3 ·ι-Ι V i -1 & ·Η 3 Ο Β } 03 μι Pi I, Β ν * 2 μ) a,<u-iJcmj3 ϋ <1 m iS ϊ 03 Tu-H-MM-IO ϋ Η Pj |ϊ. ΐ ω ^ σ -Η μ μ I Π· ° μ μ ö

Ö0 I Pi 3) Λ. /N. g A p-{ W 'ri *sL

•μ · io<~>o3J 10 § 2 <! u cn *2 cM^it^d ^ s f g 'o a « > H ^ ^ <i μ μ η w Γ ^ § S: μ 003500\3 2 ° «5 I ω tw Τ

<ΰ S U CO μ > 1 ο Κ μ-- ^ I 00 ^ I

> -___ b0 3 . cm 3 ιΗ .Ο_____„_, ,----—:——---------------—ί 790 7 6 28 -/3-

t Μ ' β S

Ö N

m -3 <u 4-1 "~l οι T3 ö d ·β rt ·<-· c c S .3 c <β s O ·γ4 Γ <D r-l ,5

60 > i? 5 Ji tJ W

,-4 4J naj.r! CU Ü 3 O <U *rJ S-Sa1 ,» O Ee >'0 3 ? T3 j « I en * t t

J_ _ —L

Ï Ό

8 1 1 S

a ; a 60 ; _i ___.

; es, I « * ! j i - i , ;____—-- |--- | Γ ° 1 °, 5 I * | { t o ·

o u { O U

O SC 5 O {

m «er [ {£ "S

m X ; *n K

* ! *i \ 6* ' j K i 2

es, ’ Μ I

i C i * s §is ......

---- | ~ I

01

ÖO

P

4-1 Ο ·Η n> o <a p r — hn Q Γ1 bQ 4—1 C, tIüIdS p o o f* , odOKflJtw I O I o i -H O O lbo o o_ Γ 1-1 ^ (¾ O ^ h [ g k. f. f- O I u β n /t\ ËlllM,® i pi iO fi &-5 ·*, 01 1 ^ ^ d V4 l S I 1M o £ luwl-tCM Iinsoo

Tx_/cs/-' <j>M!D f mwtutu &* s-' S . > «

1 «1-10 4-1 öO Q- p* I <ri i—i U-l Cu O

^ o K H m d if oio « o, tw f f «J -< c I £ c ^ co <r ω -r4 λ /-- h o S <u I * P " f 'Τ' -?' /->§ x ( "r- o l <4* μ > w w μ | ^ Eji ° [ £ ‘

g S. ei o I 1 <u &c g 33 1 f1 m oo 6 Γ ’-i 5P -ΐ 2P

E&oo^i'hc g es \ pi >1 > d S 1 ei c oj c ΙθΤΓθ8^»*Η·Η irii-tz-'Ol l-H 10 O S "S ,¾ ^ « A-- 7 r- g s-s tu 4J - X S > öo 4-i Γ ë T 2 0 4-1 cs b /λ ia m η μ .n O 5 1 <J 3 -3 6 y v_/§ V4v_/r-t-—'CU U' s-/0 CS/^sO*HU w cn o o o Η « N << O Pi f ti E-tOsOKfCM HOK^jOOi-i oo^ov^>;1d o o w o I o e o^co Λ — d

KwpiH en f *r, Bi'-' xI>-h 33_________X bt>_

............. .....Will Ι·ΙΙ·ΊΤ—ΤΠ I ^***"—1 "-Τ— in-IT

ΟΙ <Τ ν'1

7 0 η 7 A 0Q

3'

(U

•w

U to ¢0 M

υ o ej ö

30 ··*< *H

•βχ;' to Ό wo <U a c c c n (u <u *ri a) *f-i w +j öo ρ> 00 >

r-l r-l 4J I-I -U

3 OJ O <U ·τΗ O <U ·Η & ·Η > T3 3 > Ό 3 Ο Π Γ>

CO

O Ό Ό <υ <υ <υ ο ο ο &ο ω ω m cn co η *\ S3" Ή r-l ίο m ο -

r-l SO

Ο U U J-I

ο. μ ο μ ο κ Ο 3 Ο 33 ο ο r-- co m οο ο ·η

to X >ο X so X

6*8 c0 5-86-¾ ·> Ο ΙΟ «tf in (Ν τη ιο so om ο ο ο Α λ η ο ο ο

I I

to co UI 60 60 Ρί Ο f· χ3 ot C t c U O O '1 u 60 §1 Γ *rl I -rt

t S · A ·<*) ¢3 W ft C

liog'-' μ .Ειη0/·'·<!Γ,α)μ o <1 pi j o o ft w io C _( - g μ ο I <w tu a υ o ^ m μ U r-l r-l ·Η n NNSHUHa I Η I» <1 I *W <Ü ' <j-w to _2w*»Qo>toa)r ^sisju-utuci· •-suopjöoöo S όχι ω μ I S I ^ H tu μ i fH'-'WCSto öE-i'-'U^'Acuöo g -'-s μ is öo ω öo A pi w ·Η ·η μ oO O g T > C to g tfi 1 *·. > 3 'nToA.SCy tö ρί o E ^ I ·μ * g oo ^ ι ι ·η " ^ T J η OJ ft O to ΙΟ 6-8 60 4-> Ol CO X S ^s 60 4J .

CM g I ^ O <-t-l 0 ► ΙΟ r-l . rl e XS -w c-t U g 5-8 3 χί

S-' 0 ^ <3 > IW 3 1 w « s—· ·Η O ·> O lO fH ·Η O

m u o <u öo 3 ft o - β ·η o o r-ι g ·μ Η ·> ® Η « μ 3 U υ -a! s_/ ft μ μ -Η ο· - ft μ μ q ο oo »· ej <u ·η td. *· υ oi W ο 3 o ft <n ο « ο 3 tti ' X 1 60 f> -u > Ihum>*w cö cj s—· w m J> ·μ ο· 00 SO _ _______________________ 790 7 6 28 --/^- <u Μ •i“l I *r(

H g U

O ii « C 3 “ > g * .5 5 3

« 5 g § « 2 H

S .2 £ > ΐ ê* u « c o *h S S 2

j5 o >3 O u -H

o- -rf- 1

rH

c 0) .*

O

Ό Ό ^ <0 <U *5 S) ÖO ω in «η ° λ ^ o -* 'β ca •η ·η <u .

C >-l I-I Ή

O (U U r-J 4J

σ » ai <u cd co ro m ω m jj co 1 a° a o“ | ' |

o o o sf 2 S

O 1-4 CM CM ® · S X «rt x « *

H

on ^ 1 s a

vo <3 S

O O °

- - ,-T

o o O

I -u

ώ I O . CO I

rj M Ol»w OT*Ö0C0 oioi* c ai o T μ erf o I * ω rj o T 4-i -W UoA+JC O n- A ] c ί N Λ CO G r ^ § Ca "r< rn I vo S 50 <1) linBöOöffl I / g C en o. —, g γ q_i .u fc w m * <U ί-i cu m>-) CU!u o Slewed ü rf H I « O s ^ Ί. w iï s.

r <t< η a o te t· u «/-»iwo. T P ^ r* VS *> 3-« μ * ‘ %i ° ®2 ÏÏ f * H ° ö ï f t-l o (—I O 1 V NX 1—1 ?-< I srf w * g f > Ö0 6· wtUOO Ë φ I , w <U bp elorf ► c ë^erf > C 6 T| erf f > c ιη^-\ορ^Γ·Η insoPHi·1-1 ^ /ü ü I LTl "SVSöO-U ·. | Y Crf MW " I f Q ï tl in r- I up C *C ni J§ I ^ C ,Π

<_✓ in y"\ Jr ‘rl u V»' vO Λ> iu' *rl O ' O /~s v—' *u CJ

ïï u * ε 5 -i u. ^ a -π ^ ü ^ ,s 5 c_| ·> ffi <! S-ι Ut H ~ ffl <j M Su H " K <J S-ι £< O O 00 O O Ö O ° » ü o β $ ° ‘S ££ 2 Ξ

K u/ X Η > ·Η CC'-/XH>·'^ S u/ X Η !> H

___»_1_2_3__L

790 76 28 — /CJ — 3 3 60 P ·ιΗ

3 U

3 3 P γΟ « td 3 ·Η

U C

3 tfl 3

Oj β <U -rt

g 60 3 'rt U

3 O > P U Ou p o o 3 ö U X tl tl 'O 60 ---1 td ·Η tfl 3 3 r-4

tO 3 tfl ft μ td O

1 r~l P tU «rt tfl r-t ^ , P 33 Ρ rH. Crf

1 3 tfl 13 P cd- O ’P

| O *H tO tfl & P 5 f Prf CM ^

P

I <D 3 tfl > X 3 _ β Cd f-4 M 1-1 3

60 > P

μ υ <5 T3 3 3 O 60 tU Λ U H 3 1 i O Cu P 3 60 O tfl 60 ! 3 μ ?... __ . ____________________ o o ’—----------- ' to o rU Ό to 1 & -d , m in _ ·μ • « ·» "Ö 3 f r—1 iP 3 33

, _ _____ jO

1 erf’ ö · ίο O Otn i Λ « ^....................

Ό 3 Ό 3

• Η P

g fl « o μ o μ -τι tu p o x οχ ·μ x 3 o o om rQ 3 o CM I-I 1Λ i-l 3

OW ΙΛ w p X

. .......3 3 00 6 O 3

I T3 tP

fca 3 0 o Pi in « Jrf p cm co 3 • o

Pu 00 O 3 j ·Η ) vD vO *» f-) : O O 4-» 0) ' *1 n 4) ! o O 4)

J_____ .. . - - --* - - -.....- --------------^ ,H

f — Ö0 O- £ i O 3 3 i O - Ή 3 ! erf o T / p 3 3 I o r-· I T* ,c p Pu

Tvn c-s l u ra o v»/ S /~m*' *H r-4 · i Ph g μ 3 ·

o <! m i-t 3 S

to i-t w i ·μ tu -«aj H « I tfl 60 o

S -f O Pu 00 60 O

| g | w 3 3 3 SO.

I g '> erf w ·η ·η μ

I "l I ¥ T B S I

; cm en I o u-t p ΐ n-u vO u-' f, > M-t · 3 f Q - r-U μ Ό 3 cn 3 Η Η"Κ<;ρμμ f r-t PQ 00000333 E-t p Η K p X H &0 > O 3 I ec o

J CM CO

7fl A 7 fi 9 O'"

Claims (5)

1. Werkwijze voor het vervaardigen van een stalen stripvormig materiaal dat geschikt is om te worden gebruikt in de vervaardiging van een schaduwmasker van een kathodestraalbuis voor een kleuren tv, met het kenmerkjdat een strip uit staal met een laag koolstofgehalte, 5 welke niet meer dan 0,08 gewicht % aan koolstof bevat,wordt onderworpen aan een koudwalsafwerking met een walsreductie van 10 - 35% voor het verkrijgen van een stripvormig materiaal waarvan de dikte niet meer dan 0,2 mm bedraagt,waarop het zo gewalste materiaal wordt ontlaten in de vorm van een strakke wikkeling zoals opgewonden bij een 10 temperatuur van 520 - 600^C geduren een periode van tenminste 2 uur.

2. Werkwijze voor het vervaardigen van een stripvormig materiaal uit staal,dat geschikt is om te worden gebruikt in de vervaardiging van een schaduwmasker van een kathodestraalbuis voor een kleuren tv, met het kenmerk,dat een strip met een laag koolstofgehalte,welke niet 15 meer dan 0,08 gewicht % koolstof bevat ,wordt onderworpen aan een koudwalsafwerking voor het verkrijgen van een stripvormig materiaal dat niet dikker is dan 0,2 mm waarop het zo gewalste materiaal wordt ontlaten,waarbij de koudwalsafwerking wordt uitgevoerd met een walsreductie gekozen in het gebied tussen 10 - 35% en in de ontlaatstap 20 het gewalste materiaal wordt ontlaten in de vorm van een strakke wikkeling zoals opgewonden bij een temperatuur gekozen binnen het gebied tussen 520 en 600° C voor een periode van tenminste 2 uur, waarbij de gekozen omstandigheden zodanig zijn,dat een product wordt gevormd met een korrelmaatgetal van 4- 7 en een coërcitiekracht ,die niet groter 25 is dan 2,0 Oersted indien gemeten met het aanvankelijke magnetiseerveld van 25 Oersted.

3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2,met het kenmerk,dat de afwerk-koudwalsreductie is gekozen binnen het gebied tussen 15 en 35%.

4. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, 30 dat de stalen uitgangsstrip niet meer dan 0,06 gewicht % koolstof bevat.

5. Werkwijze althans nagenoeg zoals hierboven is omschreven. 790 76 28 35