NL7905672A - Van een voering voorziene houdersluiting, en werkwijze voor het vervaardigen daarvan. - Google Patents

Description

m v

VO 8lfcO

Japan Crown Cork Co. , Ltd.,

Tokio, Japan.

Van een voering voorziene houdersluiting, en werkwijze voor het vervaardigen daarvan.

De uitvinding heeft betrekking op een houdersluiting, voorzien van een voering, die bijzonder goed bestand is tegen scheuren door omgevingsspanning, en op een werkwijze voor het vervaardigen daarvan. Meer in het bijzonder heeft de uitvinding betrekking op 5 een van een voering voorziene houdersluiting, waarbij het nadeel van het scheuren onder omgevingsspanning is opgeheven, hoewel de houdersluiting is voorzien van een voering uit een thermoplastische hars, die door persen is gevormd in het inwendige van een dop van de houdersluiting, waardoor de afdichtende eigenschap, de weerstand tegen 10 afbladderen van de voering en de duurzaamheid van de af dichtende eigenschap na de warmtebehandeling, aanmerkelijk zijn verbeterd, en ook op een werkwijze voor het vervaardigen van deze uitstekende, van een voering voorziene houdersluiting.

Houdersluitingen in de vorm van een kroonkurk, een dop en 15 dergelijke, voorzien van een voering of pakking uit rubber, hars, papier, kurk en dergelijke, worden op grote schaal gebruikt voor het afdichten van in flessen gedane produkten. Bij deze verschillende houdersluitingen, zijn degene, die zijn voorzien van een voering, bestaande uit polyetheen met een lage dichtheid of vinylchloridehars, 20 uitstekend voor wat betreft de afdichtende eigenschap en de eigenschap van het behouden van de geur en smaak van de drankinhoud en dergelijke. Verder is de vormbaarheid van de voering in een vorm goed, waarbij de vervaardigingskosten betrekkelijk laag liggen.

Derhalve worden houdersluitingen van deze soort in grote hoeveel-25 heden gebruikt.

7905672 9 -2- S' / \

Als werkwijze voor het vervaardigen van dergelijk van een voering voorziene houdersluitingen, is een werkwijze bekend, waarbij een hoeveelheid gesmolten thermoplastische hars wordt geleverd op de binnenzijde van een dop of een houdersluiting, welke hoeveelheid 5 wordt geperst tussen een gekoelde persvorm en de dop voor het tot een voering vormen daarvan (zie Japans octrooischrift nr. 5588/66) en een werkwijze, waarbij een voorgevormde thermoplastische hars wordt geleverd op de binnenzijde van een dop van een houdersluiting, welke dop wordt verwarmd voor het weekmaken van de thermoplastische 10 hars, die dan· wordt geperst tussen een gekoelde persvorm en de dop o voor het' tot een voering vormen daarvan (zie Japans octrooischrift nr. 5706/73).

Een voering van een houdersluiting van deze soort moet stevig hechten aan en passen in de mond van een houder. Derhalve verdient 15 het de voorkeur, dat een of meer ringvormige uitsteeksels of concave groeven worden gevormd in het omtreks gedeelte van de voering voor aangrijping op de mond van de houder.

De gebruikelijke persvormwerkwijze is voordelig, doordat de handeling van het vormen van een hoeveelheid thermoplastische hars 20 in een voering, en de handeling van het binden daarvan aan een dop van een houdersluiting, gelijktijdig kunnen worden uitgevoerd. Gebleken is echter,'dat de afdichtende eigenschap van de overeenkomstig de persvormwerkwijze gevormde voering, veelal minder is dan de afdichtende eigenschap van een schijfvormige pakking, gevormd door ' 25 bet ponsen van een pakkingvel.

Wanneer een houdersluiting, voorzien van een door persvormen gevormde voering, wordt gebruikt voor het af dichten van een in flessen gedaan produkt, worden micro-scheuren gevormd in de voering, in het bijzonder in het omtreksgedeelte, dat het belangrijkst is 30 voor de afdichtende eigenschap, als gevolg van althans de factoren van de samendrukkracht, die op de voering wordt uitgeoefend, de aanraking met de inhoud of de damp daarvan en de temperatuur, gebruikt bij de steriliseer- of pasteuriseerstap. Gebleken is, dat de vorming van dergelijke micro-scheuren zeer ernstig wordt wanneer de snelheid 7905672 v -3- * van het pers vormen van de voering wordt verhoogd, en wanneer ringvormige uitsteeksels of concave groeven met een doeltreffende afmeting, worden gevormd in het omtreks gedeelte van de voering.

Dienovereenkomstig zijn gebruikelijke houdersluitingen, voor-5 zien van een harsvoering, gevormd door het persvormen, doch onvoldoende voor wat betreft de afdichtende eigenschap, de weerstand tegen afbladderen van de voering en de duurzaamheid van de afdichtende eigenschap na de warmtebehandeling, hoewel de hars, waaruit de voering’ bestaat, van zichzelf uitstekende eigenschappen heeft.

10 Onderzoekingen zijn uitgevoerd naar de oorzaken van scheuren, optredende in hars voeringen, gevormd door persvormen (omdat dit scheuren wordt veroorzaakt onder omstandigheden van de omgeving, waarin de voeringen zich bevinden, wordt dit scheuren "scheuren door omgevingsspanning" genoemd). Als gevolg van deze onderzoekingen 15 bleek, dat in het geval van harsvoeringen, gevormd door persvormen, een bovenmatige moleculaire gerichtheid wordt veroorzaakt in het oppervlak van de voering, omdat de hars onder afkoelende omstandigheden wordt uitgespreid en gevormd, welke gerichtheid in het bijzonder optreedt in het oppervlak van het omtreksgedeelte, en dat wan-20 neer het persvormen van de hars wordt uitgevoerd onder zodanige omstandigheden dat het verschil van de mate van de gerichtheidindex in het vlak van het oppervlak van de voering tussen het omtreksgedeelte en het middengedeelte kleiner is dan een bepaalde kritische maat, het optreden van het hiervoor vermelde scheuren door omgevings-25 spanning doeltreffend wordt voorkomen, als gevolg waarvan de af dichtende eigenschap van de harsvoering, de weerstand daarvan tegen afbladderen en de duurzaamheid van de afdichtende eigenschap na de warmtebehandeling, aanmerkelijk kunnen worden verbeterd.

Het is derhalve een hoofddoel van de uitvinding een houder-30 sluiting te verschaffen, voorzien van een harsvoering, gevormd door persvormen, welke voering een zeer uitstekende weerstand heeft tegen scheuren door omgevingsspanning, dat wil zeggen een grote weerstand tegen de af dichtende samendrukkracht, uitgeoefend op de harsvoering, de aanraking met de inhoud of de damp daarvan en de temperatuur, 7905672 V> -k- uitgeoefend bij de steriliseer- of pasteuriseerstap, en een werk-wijze voor het vervaardigen van deze uitstekende, van een voering voorziene houdersluiting.

Een ander doel is het verschaffen van een houdersluiting, 5 voorzien van een hars voering, gevormd door pers vormen, welke voering een uitstekende afdichtende eigenschap heeft, een weerstand tegen afbladderen daarvan en een duurzaamheid van de afdichtende eigenschap na de warmtebehandeling en een werkwijze voor het vervaardigen van deze van een voering voorziene houdersluiting.

10 Nog een ander doel is het verschaffen van een houdersluiting, voorzien van een harsvoering, waarbij het optreden van het hiervoor vermelde scheuren door omgevingsspanning doeltreffend wordt voorkomen, zelfs indien ringvormige uitsteeksels of concave groeven met een doeltreffende afmeting en gedaante, zijn gevormd in het omtreks-15 gedeelte van de voering, welk gedeelte in aanraking komt met de mond van een houder, en een werkwijze voor het vervaardigen van deze van een voering voorziene houdersluiting.

Een verder doel is het verschaffen van een houdersluiting, voorzien van een harsvoering, waarbij· het optreden van het hiervoor 20 genoemde scheuren door omgevings spanning doeltreffend wordt voorkomen, zelfs indien de diameter van de houdersluiting betrekkelijk groot is of een betrekkelijk' kleine hoeveelheid van een thermoplastische hars voor een voering wordt aangebracht, en deze hars wordt geperst en uitgespreid tot een betrekkelijk grote diameter, en een werkwijze 25 voor het vervaardigen van deze van een voering voorziene houder- * sluiting.

Nog een verder doel is het verschaffen van een houdersluiting, voorzien van een harsvoering, waarbij het optreden van het hiervoor vermelde scheuren door omgevingsspanning doeltreffend wordt voorkomen, 30 zelfs indien de vorming van een harsmassa in een voering met een hoge snelheid wordt uitgevoerd, en een werkwijze voor het vervaardigen van deze van een voering voorziene houdersluiting.

Overeenkomstig het fundamentele aspect van de uitvinding, is een van een voering voorziene houdersluiting verschaft met een grote 7905672 il -5- veerstand tegen scheuren door omgevingsspanning, welke houderslui- ting een dop omvat, en een voering uit een thermoplastische hars, aangebracht op het binnenvlak van de dop en ter plaatse door persen

P C

gevormd op het binnenvlak van de dop, waarbij het verschil Io -Io p ....

5 tussen de waarde Io van de gerichtheidsmdex m het vlak Io van het

Q

omfcreksgedeelte van de voering, en de waarde Io van de gerichtheids-index in het vlak Io van het middengedeelte van de voering minder is dan 0,37, welke gerichtheidsindex Io in het vlak wordt weergegeven door de volgende formule: 10 Io = £+ m waarin Z de gerichtheiaseoëfficiënt vertegenwoordigt in de radiale richting van de voering, en m de gerichtheiaseoëfficiënt in de omtreksrichting van de voering.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de teke-15 ning, waarin: fig. 1 een bovenaanzicht is van de binnenzijde van een onderhavige, van een voering voorziene kroonkurk, fig. 2 een zijaanzicht is van de kroonkurk volgens fig. 1, gedeeltelijk in doorsnede volgens de lijn II-II in fig. 1, 20 fig. 3 een bovenaanzicht is van de binnenzijde van een onder havige, van een voering voorziene, tegen knoeien beveiligde dop, fig. 4 een doorsnede is volgens de lijn IV-IY in fig. 3, fig. 5 een doorsnede toont van de mond van een fles, gebruikt bij het onderzoek van voorbeeld II, 25 fig. 6 een ruimtelijk aanzicht is van een drukweerstands- onderzoekingsinrienting met ogenblikkelijke werking, gebruikt bij het onderzoek van voorbeeld II, fig. 7 een bovenzicht is van de binnenzijde van de in voorbeeld VIII vervaardigde dop, 30 fig. 8 een zijaanzicht is van de dop volgens fig. 7, gedeel telijk in doorsnede volgens de lijn VIII-VIII in fig. 7, fig. 9 een doorsnede is van de mond van een fles, gebruikt bij het onderzoek van voorbeeld IV, en de fign. 10A-C schematisch de stappen weergeven van de onder-35 havige werkwijze.

7905672 4 » -6-

Onder verwijzing naar de fign. 1 en 2, die een van een voering voorziene kroonkurk weergeven als een uitvoeringsvorm van de onderhavige houdersluiting, omvat een kroonkurkdop 1, een hovenplaat 2. en een mantel ^, voorzien van een aantal plooien 3. Een thermoplastische 5 harsvoering, in zijn geheel aangeduid door het verwij zings cijfer 5» is gevormd op de hinnenvlakzijde van de hovenplaat. Deze voering 5 is gevormd door pers vormen, dat ter plaatse in de dop 1 is uit gevoerd, waar hij de voering 5 een hetrekkelijk dun middengedeelte 6 hevat, en hetrekkelijk dikke ringvormige uitsteeksels 7, gevormd in 10 het omtreksgedeelte. Bij deze uitvoeringsvorm is een ringvormige concave groef 8 gevormd tussen de twee ringvormige uitsteeksels 7. Gelijktijdig met het persvormen, wordt de voering 5 door warmte gebonden aan het binnenvlak van de dop 1 via een met warmte te hinden vernislaag (niet weergegeven), gevormd op het binnenvlak van de 15 dop 1.

Bij de onderhavige houdersluiting, moet de voering 5 voor het volledig voorkomen van het optreden van scheuren door omgevingsspan- ning, bepaalde gerichtheidseigenschappen in het vlak hebben. Meer in

P C

het bijzonder is het .noodzakelijk, dat het verschil Io -Io tussen p 20 de waarde Io van de gerichtheidsindex in het vlak van het omtreks-

C

gedeelte van de voering, en de waarde Io van de gerichtheidsindex in het vlak van het'middengedeelte van de voering, minder is dan 0,37, bij voorkeur minder dan 0,27» en meer in het bijzonder minder 0,15.

25 Zoals duidelijk is uit de hiervoor gegeven formule, wordt met de uitdrukking ’’gerichtheidsindex in het vlak Io’’ de som bedoeld van de gerichtheidscoëfficiënt £ van het oppervlak van de voering in de radiale richting, en de gerichtheidscoëfficiënt m van het oppervlak van de voering in de omtreksrichting.

30 Zoals beschreven in ’’Polymers,. Vol. 15» No. 175 , blz. 868 (geschreven door Sasunori Nishijima en gepubliceerd door de ’’Japanese Association of Polymers”, 1966), worden de gerichtheids-coëfficiënten in twee afmetingsrichtingen bepaald overeenkomstig een werkwijze, waarbij gebruik wordt gemaakt van het optische anisotro- 7905672 -7- «

A

pisme van een fluorescerend molecuul voor het kwalitatief en kwantitatief bepalen van de mate en wijze van moleculaire gerichtheid bij vervorming van de vaste toestand van een thermoplastische hars als een polymeer of bij het vloeien van de smelt van een thermoplastische 5 hars als een polymeer. Indien de twee afmetingsgerichtheden in het wandvlak van de onderhavige gerede voering overeenkomstig de leer van dit rapport worden onderzocht, blijkt, dat de mate van twee afmetingsgerichtheden kwantitatief kan worden uitgedrukt door de volgende formule: 10 I" (ω) = K<i>(ifcos\) + msin^w + —n) (2) waarin I"(ω) de sterkte vertegenwoordigt van de gepolariseerde conroonent van het fluorescerende molecuul, welke component door de thermoplastische hars als het monster wordt uitgezonden, " aangeeft, dat de trillingsrichting van het invallende gepolariseerde 15 licht evenwijdig is aan de richting van het gemeten gepolariseerde licht, ω de draaihoek vertegenwoordigt van het monster ten opzichte van de trillingsrichting van het invallende gepolariseerde licht, K een maximum mogelijke bekrachtiging vertegenwoordigt, verkregen wanneer de moleculaire as van het monster evenwijdig is aan de tril-20 lingsrichting van het bekrachtigde fluorescerende molecuul, φ de fluorescerende samentrekking vertegenwoordigt van het molecuul, Z de verhouding vertegenwoordigt van de gerichtheid van de moleculen in de omtreksrichting in het wandvlak van de gerede voering, m de verhouding vertegenwoordigt van de gerichtheid van de moleculen in 25 de richting loodrecht op de richting Z, in het wandvlak van de gerede voering, dat wil zeggen in de radiale richting, n de verhouding vertegenwoordigt van niet-gerichtheid in het wandvlak van de gerede voering, en de som van Z» m en n ( = ·£ + m + n ) gelijk is aan 1.

Bij de gebruikelijke werkwijze voor het vervaardigen van, 30 van een voering voorziene, houdersluitingen, ondergaat het in aanraking met het oppervlak van de persvorm komende voeringoppervlak een gerichtheid in het vlak als gevolg van plastische vervorming, omdat een hoeveelheid gesmolten thermoplastische hars door persen wordt gevormd onder het koelen, en de harsmassa tot een vooraf- 7905672 Λ > -8- bepaalde gedaante wordt gevormd tijdens het ontwikkelen daarvan, waarbij de mate van deze gerichtheid in het vlak veel groter is in het omtreksgedeelte dan in het middengedeelte, waar de mate van vervorming klein is. In het bij zender wanneer een af dichtend, ring-5 vormig uitsteeksel is gevormd aan het omtreksgedeelte voor aangrij-ping op de mond van een fles, is het voor het nauwkeurig met grote precisie vormen van dit uitsteeksel nodig de oppervlaktegedaante van de voering nauwkeurig in overeenstemming te maken met de oppervlaktegedaante met de persvorm door het tot een zo laag mogelijke 10 hoogte verlagen van de oppervlaktetemperatuur van de persvorm door het geforceerd koelen met een oplosmiddel met een lage temperatuur, • zoals gekoeld water, en ook de perssnelheid van de persvorm tot een zo laag mogelijke hoogte te verminderen. Dienovereenkomstig wordt de mate van gerichtheid in het vlak in het omtreksgedeelte verder ver-15 groot.

In het geval van een voering, waarbij het verschil tussen de waarde van de gerichtheidsindex in het vlak van het middengedeelte, en de waarde van de gerichtheidsindex in het vlak van het omtreksgedeelte, zeer groot is, zoals weergegeven in hiernavolgende verge-20 lijkingsvoorbeelden, worden hoewel geen scheuren worden gevormd wanneer de voering in de toestand, waarin deze zich bevindt, wordt gehouden, wel binnen zeer korte tijd scheuren gevormd indien de voering wordt onderworpen aan het versnelde scheurweerstandsonderzoek, waarbij wanneer de voering wordt onderworpen aan het warmte-25 bestendigheids onderzoek onder feitelijke omstandigheden op een fles, zeer veel scheuren worden gevormd als gevolg van de aanraking met de inhoud, en de toegepaste temperatuur. '

Indien in tegenstelling daarmee de gerichtheid in het vlak van het gehele oppervlak van de voering, in het bijzonder de gericht- 30 heid in het vlak in het omtreksgedeelte, overeenkomstig de uitvin-

. - P

ding zodanig wordt geregeld, dat het verschil tussen de waarde Io van de gerichtheidsindex in het vlak in het omtreksgedeelte van de voering, en de waarde Io van de gerichtheidsindex in het vlak in het middengedeelte, kleiner is dan 0,37» is de tijdsduur voor het vormen 7905672 -9- van 50/j scheuren bij het versnelde scheurweerstandsonderzoek, aanzienlijk langer, en neer dan 5 maal langer dan bij de bekende pro-dukten. Verder kan in de onderhavige voering, de vorming van scheuren tijdens het warmtebestendigheidsonderzoek onder het feitelijk 5 aanwezig zijn op een fles, volledig worden voorkomen.

Gebleken is, dat het scheuren door omgevingsspanning van de voering een nauw verband heeft met niet alleen de hiervoor genoemde gerichtheidseigenschappen in het vlak, maar ook de mate Db van evenwicht, weergegeven door de volgende formule: 10 Db = /^- m / (3) waarin £ de geriehtheidscoëfficiënt vertegenwoordigt van de voering in de radiale richting, en m de geriehtheidscoëfficiënt van de voering in de omtreksrichting.

Wanneer de hars is ontwikkeld en uitgespreid in de radiale 15 richting onder geforceerd koelen, is de gerichtheid van de hars in de radiale richting veel groter dan de gerichtheid van de hars in de omtreksrichting, waarbij in een dergelijke voering, voorzien van een grotere gerichtheid in de radiale richting in het omtreksgedeelte, het optreden van scheuren door omgevingsspanning, aanzienlijk is.

20 Vanuit het oogpunt van de weerstand tegen scheuren door om

gevingsspanning, verdient het volgens de uitvinding de voorkeur dat . P

het verschil tussen de mate Db van evenwicht m het omtreksgedeelte

C

van de voering, en de mate Db van evenwicht in het middengedeelte

P C

van de voering, dat wil zeggen het verschil Db - Db , kleiner is 25 dan 0,3» in het bijzonder minder dan 0,2p.

De uitvinding wordt bij voorkeur toegepast voor een houder-sluiting, voorzien van althans een afdichtend uitsteeksel in het omtreksgedeelte van de voering voor aangrijping op de mond van een houder, in het bijzonder een sluiting, waarbij de dikte van het uit-30 steeksel 2 tot 20 maal, in het bijzonder U tot 10 maal de dikte is van het middengedeelte van de voering. In het geval van een door persvormen gevormde voering, voorzien van een dergelijk af dichtend uitsteeksel, wordt, omdat een vloeien van de hars, die het uitsteeksel vormt, wordt veroorzaakt in het omtreksrandgedeelte, grenzende 7905672 -10- aan de binnenomtrek van het uitsteeksel onder de persvormomstandig-heden, derhalve een zeer grote gerichtheid geproduceerd in de radiale richting. Als gevolg vindt het scheuren door omgevingsspanning met grote regelmaat plaats. Overeenkomstig de uitvinding is zelfs in een 5 dergelijke voering, de gerichtheid in het omtreksrandgedeelte gematigd, waarbij het optreden van scheuren door omgevingsspanning volledig kan worden voorkomen.

Overeenkomstig de uitvinding wordt de beoogde houdersluiting vervaardigd met een werkwijze, die het leveren omvat van een hoeveel-10 heid thermoplastische hars op de binnenvlakzijde van een dop van de houdersluiting, en het persvormen van de thermoplastische harsmassa in de weekgemaakte of gesmolten toestand in de vorm van een voering tussen een persvorm en de dop onder zodanige omstandigheden, dat het verschil Io - Io tussen de waarde Io van de gerichtheidsindex in

Q

15 het vlak Io van het omtreksgedeelte van de voering, en de waarde Io van de gerichtheids index in het vlak Io van het middengedeelte van de voering minder is dan 0,37» welke gerichtheids index in het vlak Io wordt weergegeven door de volgende formule:

Io = -*£ + m 20 waarin ^de gerichtheidscoëfficiënt vertegenwoordigt in de radiale richting van de voering, en m de gerichtheids coëfficiënt in de omtreksrichting.·

Teneinde het hiervoor genoemde gerichtheidsindexverschil P C

Io - Io beneden 0,37 te houden, dat wil zeggen voor het regelen 25 van de gerichtheid in het vlak in het omtreksgedeelte van de voering, kan althans ien van de volgende werkwijzen worden gebruikt.

(1) Voor het voorkomen van gerichtheid als gevolg van het snel koelen van de hars, wordt de temperatuur van de harssmelt verhoogd tot een zo groot mogelijke hoogte. Meer in het bijzonder wordt: de 30 temperatuur van de harssmelt op een hoogte gehouden, die 'lager ligt dan de ontledingstemperatuur van de gebruikte' hars, maar met althans 70°C, bij voorkeur als 100°C, hoger dan het smelt- of verwekings-punt’ van de hars.

7905672 -11- (2) Tijdens de eerste fase van het pers vormen, wordt de oppervlaktetemperatuur van de persvorm op een zo groot mogelijke hoogce gehouden, maar lager dan het smelt- of verwekingspunt van de hars voor het zodoende regelen van de molecuulgerichtheid in het gehele 5 oppervlak van de voering. Meer in het bijzonder wordt de oppervlaktetemperatuur van de persvorm op een hoogte gehouden, die boven 20°C ligt, in het bijzonder boven ^0°C, maar met althans 5°C lager dan het smelt- of verwekingspunt van de hars.

(3) De persvorm wordt geforceerd alleen gekoeld in het gedeelte, 10 dat overeenkomt met het middengedeelte van de voering, waarbij de oppervlaktetemperatuur van de persvorm in het gedeelte, dat overeenkomt met het omtreksgedeelte van de voering, op een hoogte wordt gehouden, die hoger ligt dan de oppervlaktetemperatuur van de persvorm in het gedeelte, dat overeenkomt met het middengedeelte van de 15 voering, waardoor het optreden van gerichtheid in het omtreksgedeelte van de voering wordt gematigd. Meer in het bijzonder wordt een zodanig temperatuursverval geproduceerd, dat de oppervlaktetemperatuur van de persvorm in het gedeelte, dat overeenkomt met het omtreksgedeelte van de voering, met althans 20°C, bij voorkeur althans 20 ^0°C hoger ligt dan de oppervlaktetemperatuur van de persvorm in het gedeelte, dat overeenkomt met het middengedeelte van de voering.

(H) De dop van de houdersluiting wordt vooraf verwarmd tot een temperatuur, die hoger ligt dan het smelt- of verwekingspunt van de hars.

25 (5) De oppervlaktetemperatuur van een aambeeld voor het dragen van de dop en het persvormen van de harssmelt in samenwerking met de persvorm, wordt op een hoogte gehouden, die hoger ligt dan 20°C, in het bijzonder hoger dan Uo°C, maar met althans 5°C lager dan het smelt- of verwekingspunt van de hars.

30 (6) Het persen door de persvorm wordt zodanig vlot uit gevoerd, dat de hars wordt ontwikkeld en uitgespreid en in de gesmolten toestand kan vloeien. Meer in het bijzonder wordt het neerlaten van de persvorm binnen 100 msec, in het bijzonder 50 msec tot stand gebracht.

7905672 -12- (7) Het soortelijk volume van de harssmelt is gewoonlijk groter dan het soortelijk volume van de vaste hars. Het persen door de persvorm wordt derhalve uitgevoerd onder een betrekkelijk lage druk, gewoonlijk minder dan 5 MPa}in het bijzonder minder dan 2 MPa.

5 (8) Voor het verminderen van gerichtheid in het omtreksgedeelte van de voering, is het doelmatig de sprei-eigenschap en de vloeibaarheid van de hars in de gesmolten toestand te vergroten. Dienovereenkomstig wordt wanneer bijvoorbeeld polyetheen met een lage dichtheid wordt gebruikt, een polyetheen gekozen met een betrekke-10 lijk hoge smeltindex.

(9) Een component voor het tegengaan van gerichtheid wordt opgenomen in de, de voering vormende hars voor het zodoende verminderen van het optreden van gerichtheid in de voeringhars. Wanneer bijvoorbeeld polyetheen met een lage dichtheid wordt gebruikt, wordt een 15 elastomeer of thermoplastische elastomeer in de polyetheen met een lage dichtheid gemengd.

Indien bij toepassing van de uitvinding., de gerichtheid in het vlak van de voering niet voldoende door êén van de voorgaande wezk-wijzen wordt geregeld, kunnen twee of meer van de voorgaande werk-20 wijzen samen worden gebruikt.

Zoals hiervoor aangegeven, zijn er vele werkwijzen voor het regelen van de gerichtheid in het vlak in het omtreks gedeelte van de onderhavige voering, zodat het derhalve moeilijk is omstandigheden vast te stellen voor de betrokken werkwijzen. Kort gezegd kunnen 25 volgens de uitvinding gekozen omstandigheden worden aangenomen, * zolang wordt voldaan aan de hiervoor vermelde eis van het gericht-

P C

heidsindexverschil in het vlak Io - -Io of het evenwichtsmateverschil p p

Dbr - Db .

Onder verwijzing naar de fign. 10A-C, die de stappen weergeven 30 van de onderhavige werkwijze, wordt een hoeveelheid 10 gesmolten hars geleverd aan het inwendige van een dop 1 van een houdersluiting door een matrijs en een draai snij orgaan (niet-weergegeven) van een extru-siemachine. Voorafgaande aan het leveren van de harsmassa 10, kan de dop 1 vooraf zijn verwarmd door het hoogfrequent inductieverwarmen 7905672 -13- en dergelijke. In plaats van de werkwijze, waarbij de gesmolten harsmassa wordt aangebracht, kan een werkwijze worden gebruikt, waarbij een hoeveelheid vaste hars of een hoeveelheid hars, voorverwarmd tot een temperatuur beneden het smelt- of verwekingspunt 5 daarvan, wordt aangebracht in de dop 1, en dan door elektrisch verwarmen, induct ie verwarming of ovenverwarming verwarmd voor het vormen van een gesmolten harsmassa 10.

Het verdient de voorkeur, dat de massa 10 tijdelijk door warmte wordt gebonden aan de binnenzijde van de dop 1.

10 3e dop 1, voorzien van de gesmolten harsmassa 10 daarin, wordt geleverd aan een persstation, waarbij de dop 1 wordt gedragen door een aambeeld 11, en de persvorm 13 en de boven het aambeeld 11 zich bevindende huls 12 gelijktijdig naar beneden worden gebracht.

In het middengedeelte van het aambeeld 11, overeenkomende met het 15 middengedeelte van de voering, is een koelmeehanisme 1^ aangebracht, waarbij ook in het middengedeelte van de persvorm 13, overeenkomende met het middengedeelte van de voering, een koelmeehanisme 15 is aangebracht. Een middenoppervlaktegedeelte 16 voor het vormen van een dun gedeelte van de voering, dat plat is of een glad gebogen eind-20 vlak heeft, en een ringvormig concaaf omtreksgedeelte 17 voor het vannen van een ringvormig uitsteeksel van de voering, zijn gevormd op het oppervlak van de persvorm (zie fig. 10A).

Bij de in fig. 10B weergegeven stap, komt eerst de huls 12 in aangrijping op de binnenomtreksranden van de mantel van de dop 1 25 voor het stevig vast zetten van de dop 1, waarna de persvorm 13 onmiddellijk naar beneden wordt gebracht voor het persen van de ge-10 smolten harsmassa. Door dit persen, wordt de gesmolten harsmassa 10 onmiddellijk ontwikkeld en uitgespreid in radiale richting, en onmiddellijk gevormd in de gedaante van een voering. Overeenkomstig de 30 uitvinding wordt door het gebruiken van althans een van de hiervoor genoemde werkwijzen (1) - (9) bij deze stap, de gerichtheid in het vlak duidelijk in de voering en althans in het omtreksgedeelte daarvan geregeld. Opgemerkt wordt, dat lucht, die aanwezig is tussen de persvorm 13 en de dop 1, naar buiten wordt af gevoerd door een spleet, 7905672 -1U— bepaald tussen de persvorm 13 en de huls 12.

Bij de in fig. 10C weergegeven stap, wordt de gesmolten harsmassa volledig door persen gevormd in de vorm van een voering 5, die gelijktijdig door warmte wordt gebonden aan de dop 1. De voering 5 5 wordt in deze geperste toestand gedurende enige tijd gehouden, en wordt volledig geleidelijk gekoeld door de koelmeehanismen 1¼ en 15, gemonteerd in het aambeeld 11 en de persvorm 13, en zodoende uit gehard. Wanneer de hails 12 en de persvorm 13 worden opgeheven, is een hou&erafsluiting, voorzien van een door persvormen gevormde 10 voering 5, verkregen.

Gewoon leidingwater kan met voordeel worden gebruikt voor het koelen van de persvorm en het aambeeld. Natuurlijk kan ook een ander gasvormig of vloeibaar koelmedium worden gebruikt.

Volgens de uitvinding kunnen als het me taalmateriaal, dat de 15 dop van de houdersluiting vormt, metalen foelies worden gebruikt met een dikte van 1 tot 100 ^im, in het bijzonder 5 tot 100 ^m, en metaalplaten met een dikte van neer dan 100 yam. De soort van het metaal-materiaal is niet bijzonder kritisch, waarbij bij voorbeeld foelies en platen kunnen worden gebruikt van niet aan het oppervlak behandeld 20 staal (zogenoemd smitsplaatstaal), aan het oppervlak behandeld staal en lichte metalen, zoals aluminium. Als passende voorbeelden van aan het oppervlak behandelde stalen foelies en platen, kan worden gewezen op stalen foelies en platen, waarvan de oppervlakken zijn onderworpen aan een chemische behandeling, zoals een behandeling met 25 fosforzuur of chroomzuur, een elektrolytische behandeling, zoals een elektrolytische behandeling met chroomzuur of een elektrolytische tinbekledingsbehandeling, of een smeltbekledingsbehandeling, zoals een gesmolten tinbekledingsbehandeling.

Althans een laag van een bekende beschermende vernis of een 30 bekende grondlaagvemis voor het warmte binden van de voering, kan zijn gevormd op het oppervlak van een dergelijk mataalmateriaal.

Als passende voorbeelden van de beschermende vernis, kan worden gewezen op een fenol-epoxy vernis, een epoxy-ureumvernis , een epoxy-melaminevemis , een fenol-epoxy-vinylvernis, een eposy-vinylvemis, 7905672 . -15- een vinylchlori de-vinylaeetaatcopolymeervemis, een vinylchloride-vinylaeeuaat-malefnezuuranhydrideeopolymeervernis, een onverzadigde polyestervemis en een verzadigde polyestervemis. Twee of meer van deze "beschermende vernissen kunnen samen worden gebruikt. Wanneer 5 de gebruikte beschermende vernis geen mogelijkheid heeft tot binding met de thermoplastische hars, die de voering vormt, kan een vernis voor het met warmte binden van de voering direct of via de beschermende vernis worden aangebracht op het metaalmateriaal. Wanneer bij voorbeeld een alkeenhars wordt gebruikt als de hars voor de voering, 10 kan een bekende vernis voor het met warmte binden van alkeenharsen, zoals geoxydeerde polyetheen of met zuur gemodificeerde alkeenhars, gedispergeerd in een foelievormende basehars, worden, gebruikt.

Wanneer de gebruikte, de voering vormende hars een vinyl chlori dehars is, kan een vinylharsvemis worden toegepast, zoals hiervoor vermeld, 15 of een gemodificeerde vinylharsvemis als de vernis voor het met warmte binden van de, de voering vormende hars.

Deze beklede metaalmaterialen kunnen in gekozen gedaanten van houdersluitingen worden gevormd, zoals kroonkurken, tegen knoeien veilige doppen, schroefdoppen en afdraaidoppen, waarbij zij voor de 20 onderhavige werkwijze kunnen worden gebruikt.

Elk der thermoplastische harsen, die als smelt kan worden gevormd en een dempende eigenschap heeft, nodig voor de voering, kan worden gebruikt als de, de voering vormende thermoplastische hars.

Een alkeenhars wordt in het bijzonder met voordeel gebruikt als de 25 thermoplastische hars. Bij voorbeeld kunnen éên of meer harsen worden gebruikt uit de groep van polyetheen, polypropeen, etheen-propeencopolymeer, etheen-vinylacetaatcopolymeer, .etheen-acrylzuur-estercopolymeer en ionomeer. Verder kan een zachte vinylchloridehars worden gebruikt.

30 Polyetheen met een lage dichtheid en etheencopolymeren zijn in het bijzonder geschikt voor het bereiken van de onderhavige doeleinden. Vanuit het oogpunt van de eigenschappen van de voering en het tegengaan van gerichtheid in de voering, verdient het de voorkeur een mengsel te gebruiken van polyetheen met een lage dichtheid en 7905672 -ΐβ- althans een verbinding gekozen uit (a) een etheen-propeencopolymeer en (b) een thermoplastische elastomeer, in het bijzonder een styreen-dieen (butadieen of isopreen)-styreencopolymeer. Het verdient de voorkeur, dat de modificerende component wordt opgenomen in een hoe-5 veelheid van 3 tot ko gew.$, gebaseerd op de polyetheen met de lage dichtheid.

Teneinde niet een bovenmatige gerichtheid in het vlak in het omtreksgedeelte van de voering te produceren, verdient het de voorkeur een alkeenhars te gebruiken met een betrekkelijk grote smelt-10 vloerbaarheid. Overeenkomstig een onderhavige voorkeursuitvoeringsvorm, wordt polyetheen met een lage dichtheid, voorzien van een smeltindex (M.I.) van 1,0 tot 20 g/min in het bijzonder 3 tot 10 g/min, gebruikt als de, de voering vormende thermoplastische hars. Wanneer polyetheen met een smeltindex van minder dan 1,0^1Qmin wordt gebruikt, 15 heeft een grote gerichtheid in het vlak de neiging op te treden in het omtreksgedeelte van de voering tijdens de persvormstap, waarbij het scheuren door omgevingsspanning gemakkelijk wordt veroorzaakt in de verkregen voering. Wanneer polyetheen met een smeltindex van meer 20 g/min wordt toegepast, wordt op grond van de eigen eigenschappen 20 van dit polyetheen, het scheuren door omgevings spanning gemakkelijk veroorzaakt onder zware omgevingsomstandigheden, waaronder de verkregen voering wordt geplaatst, zelfs indien de gerichtheid in het vlak, in het omtreksgedeelte van de voering wordt geregeld.

Bekende toevoegingen, bij voorbeeld witte en kleurende pig-25 menten, zoals titaanwit en gasroet, vulmiddelen, zoals calcium-carbonaat, witte koolstof en klei, middelen voor het tegengaan van • · oxydatie, smeermiddelen, weekmakers, middelen voor het tegengaan van statische elektriciteit, en- warmtestabiliseermiddelen kunnen in bekende verhoudingen worden opgenomen in de thermoplastische hars, 30 die volgens de uitvinding wordt gebruikt.

De hoeveelheid hars, geleverd in de dop van de houder sluiting, wordt veranderd in afhankelijkheid van de grootte van de dop en van andere factoren. Gewoonlijk is deze hoeveelheid passend ingesteld in een bereik tussen 100 mg en 10 g.

7905672 -17-

De uitvinding wordt nader beschreven aan de hand van de volgende voorbeelden.

Voorbeeld I

Een de corrosie tegengaande, cnderlaaglak, die JO gew.dln van 5 een vinylchloride-vinylaeetaatcopolymeer, 25 gew.dln van een di-fenol A-epoxyhars en 5 gew.dln van een aminohars in een organisch oplosmiddel omvatte, werd door walsen bekleed op een aan het oppervlak behandelde stalen plaat, voorzien van een dikte van 0,3 mm waarna de beklede stalen plaat werd verwarmd op 190°C gedurende 10 10 min. Een onderlaagsamenstelling, die 70 gew.dln van een epoxy hars, 10 gew.dln van een ureumhars en 20 gew.dln van met malelne-zuur gemodificeerde polyetheen in een organisch oplosmiddel omvatte, werd door walsen bekleed als een plakmiddelverais op de eorrosie-tegengaande onderlaaglak, en vervolgens verwarmd op 200°C gedurende 15 10 min. voor het vormen van een beklede plaat. Vervolgens werden kroonkurken uit de zodoende gevormde,beklede plaat gemaakt, zodat het beklede oppervlak van de beklede plaat zich aan de binnenvlak-zijde van de dop bevond. De gemaakte kroonkurken werden verwarmd op 150°C door een hoogfrequent verwarmingsorgaan. Polyetheen met een 20 lage dichtheid, voorzien van een smeltindex (M.I.) van 3,0 g/tQmin,en een dichtheid van 0,92, welke polyetheen gesmolten was onder de in tabel X weergegeven omstandigheden, werd uit een extrusiemachine geëxtrudeerd, waarbij de gesmolten harskorrels op de binnenvlakzijde werden gegooid van de verwarmde kroonkurken door middel van een 25 draaimes. De geleverde hoeveelheid hars was ongeveer 0,2 g per kroon-kurk. De gesmolten polyetheen met de lage dichtheid werd geperst en gevormd onder de in tabel I weergegeven omstandigheden voor het vervaardigen van, van een voering voorziene kroonkurken. De gedaante van de zodoende gevormde voering was, zoals weergegeven in de fign.

30 1 en 2. De afmetingen van de zogevormde voering waren als volgt.

Dikte van het platte middengedeelte van de voering: 0,25 mm Diameter van het platte middengedeelte van de voering: 19,0 mm Dikte van het inwendige ringvormige uitsteeksel: 1,0 mm Dikte van het uitwendige ringvormige uitsteeksel: 1,0 mm 7905672 -18-

Buitendiameter van het uitwendige ringvormige uitsteeksel: 25,0 mm

Dikte van de ringvormig concave groef: 0,35 mm Diameter van de ringvormig concave groef: 21,5 mm.

5 De voering-vormomstandigheden zijn weergegeven in tabel 1% i

De zodoende gevormde kroonkurken werden onderworpen aan de hierna beschreven onderzoekingen, waarbij de eigenschappen daarvan op waarde werden bepaald.

Onderzoek I (Gerichtheidsindexverschil in het vlak en 10 evenwicht smate'verschil) nee·

De voering werd van de monsterkroonkurk losgetrokken, waarbij de molecuulgerichtheidscoëfficiënten (radiale richting) en m (omtreksrichting) werden vastgesteld overeenkomstig de gepolariseerde fluorescentiewerkwijze (FOM) met betrekking tot het middengedeel-15 te van de voering en het omtreksgedeelte daarvan (het gedeelte, grenzende aan het ringvormige uitsteeksel, dat het dichtst bij het midden van de kroonkurk ligt).

De zodoende vervaardigde, van een voering voorziene kroon-kurken werden onderworpen aan de volgende onderzoekingen onder ge-20 bruikmaking van flessen overeenkomstig JIS S-9017.

Onderzoek II (Afbladdersterkte)

De afbladdersterkte tussen de voering en de kroonkurk werd gemeten bij een lostreksnelheid van 50 mm/min, een temperatuur van 20°C en een lostrekhoek van 90° onder toepassing van' een machine 25 voor het onderzoeken van de treksterkte.

Onderzoek III (Momentele drukweerstand)

Het onderzoek naar de momentele drukweerstand werd uitgevoerd overeenkomstig JIS S-9017·

Onderzoek IV (Onderzoek naar het scheuren bi,i omgevingssnanning) 30 Een oplossing in water, die 0,1$ van een niet-ionische acti vator bevatte als een versneller voor het scheuren, werd gevuld in een thermostaathouder en op 15°C gehouden. Het plooigedeelte werd ‘.. een verwijderd van de van voering voorziene kroonkurk, waarbij de dop over 90° werd gebogen, zodat het voeringgedeelte zich aan de voor 7905672 -19- zijde bevond. De omgebogen kroonkurk -werd gedompeld in de genoemde oplossing, en vervolgens beschouwd door een microscoop. Zodoende werd de tijd F50 gemeten, nodig voor het vormen van scheuren in 50% van de onderzochte monsters.

5 Onderzoek V (Onderzoek naar de weerstand tegen de omgevingswannte) (A) In een fles met een inhoud van 210 mé, werd 200 mé verdund zwavelzuur, bereid door het verdunnen van k0,5 g geconcentreerd zwavelzuur (98$) met 7,57^ water, geladen, waarbij 3 g in papier gewikkeld natriumhydrocarbonaat in de fles werd gebracht, zodat het 10 niet in aanraking kwam met de verdunde zwavelzuur oplos sing.

Nadat een kroonkurk op de fles was aangebracht, werd het natriumhydrocarbonaat volledig opgelost in de oplossing. De fles werd vervolgens in warm water geplaatst, verwarmd op 80°C, waarbij nadat de temperatuur gedurende 1 uur op 80°C was gehouden, het aantal mcnster-15 flessen, waar gaslek plaatsvond werd geteld.

(B) De vorming van scheuren in de voeringen van kroonkurken, aangebracht op flessen, en op dezelfde wijze behandeld;als beschreven in (A), werd onderzocht.

(C) De vorming van scheuren in de voeringen van kroonkurken op 20 flessen, gevuld met verdund zwavelzuur en natriumhydrocarbonaat op dezelfde wijze als beschreven in (A), maar niet gedompeld in warm water, dat op 80°Cwerd gehouden, werd onderzocht.

De verkregen resultaten zijn weergegeven in tabel H..

7905672 a -20-

Tabel X

Vorm- Hars- Dop- Oppervlakte- Oppervlakte- omstandigheid tempe- tempe- temperatuur temperatuur rat uur ratuur ( C) van (°C) van 5 _ (°C) (°C) persvorm aambeeld 1 230 150 25 25

2 160 150 U0 UO

3 230 100 90 90 k 190 150 90 90 10 5 190 180 Uo Uo

Vergelijkings- voorbeeld I 1^0 150 U0 1*0

Vergelijkings- voorbeeld II 190 150 10 10

Vergelijkings- voorbeeld III 190 80 Uo Uo

In dit en voorgaande voorbeelden wordt met de uitdrukking 15 "aambeeld” een werktuig bedoeld voor het dragen van de bodem van het buitengedeelte van de dop, wanneer de gesmolten hars daarin door de persvorm wordt geperst.

i t i 7905672 -21- • Ό -3" O CvJ ιηΦΜΗ^ΙΛΙΛ __ _ μι τ— ρη Q r— CO -d" Lf\ -3" Ο —^ OJ Ο Ο Ο πη „ „ « « ^„ΛΛΛΛ«*>« αΐ’- Ό μΗ οοοο σ οοοοοοοο ri ο ο ο ^ Η (C\ ΙΓν ^ •η tr _-· t- V- t- no\(n^Mt~vo^ , ^ _ >3 CM ^OOJO ιλοόρ-ρ-γογοοοια \o^r ο <_» .,_, t£1 u rv λ r. η η «λλλλλλΛ τ— §.hS σοοο σοοοοοοοο -ρ Ρ m ή 5 Tl CÖ È— ΙΛ ι- Ο (Ο VO Ο - ft W ^ Λ _ _ g bf ι_ι r-» 1— CO Ο Ό τ— 00 Lf\ U"\ *— *Ρ ΟΟ ^ ^ ^ g r" ΛΛ«« „«««««««« τ-τ- ο ο οοοο οοοοοοοοο > > W^COt- <-ojcoo\Ocooj σοοο ojocvi’— cvj *— c— Lfx c

^ t% ft ** « ftftftftft«*ftftft C- O O

^ o o o o ooooooror-co

A

m § o 1- j CM c*.j-cou-\C\ooj- bO > OOOO ^OOJ'-’-'-'PUftt- c^c-i'o ,_i μ A A Λ Λ ΛΛΛΛΛΛΛΛ»» ^

ο ΟΟΟΟ OOOOOOCO-CO

£ Λ Ό fc£ •-tC ο οι Ό cot— Ό

ο .Η Μ 00^-0 (MOCOt-CU^^O

S'Hü ° ° °, °« ^ °» ^ « ', ^ “i °. ο ο ο Μ·Η ΟΟΟΟ Ο OOOOO-i-'-Mf Ö > Λ α -ρ C} ·γΗ u-$ _ρ 2 U~\ U\ ΙΑ Lf\ , _ . .

Ι_» 05 |—{ Λ| *— ν— t— CM Ο ΙΓ\ VO —- *—f

1 DH ΟΟΟΟ w ο 00 M W W OD IA ICJ

I ft ρ-ί ΛΛΛΛ ΑΛΑΑΑΑΛΛΑ Ο Ο Ο

0 s ΟΟΟΟ OOOOOOOJyOO

pk λ ώ Ο Γ* I ^ Ο Ο ir\ ΙΛ 1- γ- cü Ο νο Ο t— Ό tf\ Ό uft _ Η ΟΟΟΟ Γ-Ο'-'-’-^ΟΙΛΟΟ _ ft A A η ΑΛήΛΛΛ*1*1* Ο Ο Ο

ΟΟΟΟ 0 00000-3·-·— CO

Λ Ö Ö Ö dj α) ω m m ca 01 02 01 01 0) 4) Η Η Η <μ fp ö ft ^ w ώ 'd

'o "p al "C

c 'Ai g ÖO 01 ·Η >Ö -H

öi Oil .HtupraP-o e 1 O <s . ö Ö bD 60 p bO 'Ö + Η Ëd ö Ή ·Η φ ‘H rl e λ <: \i g s’ s §8 (D'pp'da) ^ e ^ h ^ B ii Pf a Ö ΰ .p .μ 41 o 43 43 p (ii t) ra ra ra ra ra a aao p aaap ara m- ·μ·0 43 3

:ra :ra O ,5 :§ ;ra :ra |Pt - 3 a ö m g m P

. 1 .μ μμ .-j ,-j apJ öfl A3 d 0 0 H 0 0 ij α - N ö d o ^ ” ’d? ί Ïg i-2 ij ij ii S dijipp 0a>aoa a-p au ai ui ή B ίο ai «) ·Η +*!*§*— 2 ^ ïï P ‘d 430u.HaHuuoa o < co r-taioimaiaioimcap φΡ"?Κλ

0tÖ,Ö,Pr>P'a'β'ar, 4JP-HM

O ·Η ·Η ·Η 0 τί ·Η ·Η ·Η 0 r> Μ ,η I

»0000 0000 oo^0 fd w 'O

SS5gSS5i|S3ê||S§ s § t t μ 5 ΰ '2 't! t S p, μ 0 11¾ S) q ¾ 7905672 -22-

Wanneer da resultaten, verkregen onder de omstandigheden I en II worden vergeleken met de resultaten, verkregen onder de omr-standigheid van het vergelij kings voorbeeld I, is te zien, dat wanneer de temperatuur van de hars tijdens de smeltstap hoger is, zowel 5 de gerichtheidsindex in het vlak als de mate evenwicht lager liggen bij het onderzoek I, en betere resultaten worden verkregen bij de onderzoekingen II-V. Wanneer de resultaten, verkregen onder de omstandigheden I-IV worden vergeleken met de resultaten, verkregen onder de omstandigheid van het vergelijkingsvoorbeeld II, is te zien, 10 dat wanneer de harstemperatuur hoger ligt, betere resultaten worden verkregen, zoals hiervoor beschreven, en dat wanneer de harstempera-tuur hoger is en de oppervlaktetemperaturen van zowel de persvorm als het aambeeld hoger liggen, de gerichtheidsindex in het vlak en de mate van evenwicht verder worden verminderd bij het onderzoek I, en 15 sterk verbeterde resultaten worden verkregen bij de onderzoekingen II-V. Bovendien is, wanneer de resultaten verkregen onder de omstandigheden II, III en V worden vergeleken met de resultaten, verkregen onder de omstandigheid van het vergelijkingsvoorbeeld III, te zien, dat wanneer de doptemperatuur hoger ligt, de gerichtheidsindex in 20 het vlak en de mate van evenwicht bij het onderzoek I zijn verminderd en betere resultaten worden verkregen bij de onderzoekingen II-V.

Samen vattend is te zien, dat een kroonkurk, voorzien van een voering uit polyetheen met een lage dichtheid, vervaardigd onder omstandigheden van een harstemperatuur van 230°C, een doptemperatuur 25 van 180°C, een persvormoppervlaktetemperatuur van 90°C en een aam-beeldoppervlaktetemperatuur van 90°C, een sterk verbeterde afblad-dersterkte heeft, evenals een momentele drukweerstand, een weerstand tegen scheuren door omgevingsspanning en een weerstand tegen omge-vingswarmte.

Voorbeeld II

Een beklede plaat werd gemaakt door het bekleden van een 30 aluminiumplaat met een dikte van 0,25 mm op dezelfde wijze als beschreven in voorbeeld I. Doppen met een diameter van 28 mm en een hoogte van 15,6 mm werden uit deze beklede plaat gemaakt, zodat het 7905672 -23- beklede oppervlak zich aan. de binnenzijde bevond.

De verkregen doppen -werden verwarmd op 1 kO°C door .een hoog-freq.nentverwarmingsorgaan. Verschillende soorten polyetheen, weergegeven in tabel IV, werden gesmolten bij de temperatuur, weerge-5 geven in tabel III, en geëxtrudeerd uit een extrusiemachine. Gesmolten harskorrels -werden in de middengedeelten gegooid van de binnenzijden van de verwarmde doppen. De hoeveelheid aangebrachte hars was 0,U g per dop. Direct 'daarop werden de aangevoerde harsen tot voeringen gevormd door het persvormen onder toepassing van een pers-10 vorm onder omstandigheden, aangegeven in tabel III voor het verkrijgen van, van een voering voorziene doppen met dezelfde gedaante als weergegeven in de figuren 3 en *l·. Dezelfde delen als in de fign. 1 en 2 zijn weergegeven door dezelfde verwij zings cijfers in de fign. 3 en h. In de fign. 3 en k vertegenwoordigt het vervijzingscijfer 9 15 een perforatie. De voeringvormomstandigheden, die werden gebruikt, en de gebruikte soorten polyetheen, zijn weergegeven in de tabellen III en IV.

Tabel III

Vorm- Hars- Dop- Oppervlakte- Oppervlakte- 20 omstandigheid tsmpe- tempe- temperatuur temperatuur ratuur ratuur ( C) van (°C) van _ ( C) ( C) pers vorm aambeeld (Uitvinding) 230 180 90 90

II

(Vergelijkings 150 130 .10 10 voorbeeld) 7905672 ► -2U-

Tabel IV

Polyetheen Smeltindex Dichtheid

•D

No. (g/10 min) (g/cm ) 1 0,2 0,922 5 2 2,0 0,918 3 10,0 0,917 k 20,0 0,916 5 32 0,920

De zodoende verkregen, van een voering voorziene doppen, 10 werden onderworpen aan de hierna beschreven onderzoekingen, waarbij de eigenschappen daarvan werden onderzocht.

P C

Onderzoeking I (Gerichtheidsindexverschil in het vlak Io - Io ,

P C

en evenwi chtsmatevers chil Pb - Pb ).

De voering werd van elke monsterdop afgetrokken, waarbij het PC

15 verschil Io - Io van de gerichtheidsindex in het vlak, en het ver-

P C

schil Db - Pb van de mate van evenwicht, op dezelfde wijze werden bepaald als beschreven in voorbeeld I.

Elk der van een voering voorziene doppen werd bevestigd aan een fles met een inhoud van 130 m^, en voorzien van een mond, zoals 20 weergegeven in fig. 5, waarna de van een dop voorziene fles werd onderworpen aan de volgende onderzoekingen.

Onderzoek II (Afbladdersterkte).

De afbladdersterkte tussen de voering en de dop werd op dezelfde wijze vastgesteld als beschreven in voorbeeld I.

25 Onderzoek III (Momentele drukweerstand).

Een fles met een inhoud van 130 m^? en een mond, zoals weergegeven in fig. 5, werd gevuld met 120 m·^ water, waarna de van een voering voorziene dop op de mond werd bevestigd, en de momentele drukweerstand werd gemeten onder gebruikmaking van de meetinrich-30 ting voor de momentele druk, zoals weergegeven in fig. 6.

De verwij zings cijfers in fig. 6 geven de volgende delen aan. 21: schroef voor het vast zetten van een flessehouder, 22: flessehouder, 23: flessehouderstang, 2b: flessehouderpakking, 7905672 -25- 25: zuig- en afvoemaald, 26: rubberen packing, 27: naaldbevesti-gingsvcet, 28: waterafvoergat, 29: grendel voor het openen en.sluiten van een deksel, 30: handgreep voor het bevestigen van een deksel, 31: afvoerklep, 32: veiligheidsorgaan, 33: zuigklep, 3^: manometer 5 voor het meten van de druk in de fles, 35: gasmanometer, 36: klep voor het instellen van de gasdruk, 37: deksel.

De momentele drukweerstand werd bepaald door het op de volgende wijze gebruiken van deze inrichting.

De van een monsterdop voorziene fles werd zodanig in de meet-10 inrichting voor de momentele drukweerstand geplaatst, dat het dop-gedeelte van de fles naar beneden was gericht, waarbij het bovenvlak van de dop tegen de zuig- en afvoemaald 25 werd gedrukt van de meet inrichting, waardoor de naald 25 door de dop en de voering kon heensteken, en de dop werd gedwongen in aanraking te komen met de 15 pakking 26. Vervolgens werd de fles vastgehouden door de flessehouder-stang 23 en de flessehouderpakking 2k, waarna het deksel 37 van de meetinrichting werd gesloten en vastgezet door de dekselvastzethand-greep 30, en de zuigklep 33 werd geopend, waardoor het gas in de fles kon stromen door de zuig- en afvoemaald 25· Bij het op de voor-20 gaand beschreven wijze te werkgaan, werd de op de manometer 3^ voer het meten van de druk in de fles, weergegeven waarde, aangeduid als de momentele drukweerstand.

Onderzoek IV (Weerstand tegen scheuren door omgevingsspanning).

Op dezelfde wijze als beschreven in voorbeeld I, werd het 25 zijschroefgedeelte verwijderd van de dop, en deze over 90° gebogen, zodat het voeringgedeelte zich aan de voorzijde bevond, waarna de gebogen dop werd gedompeld in een scheurversneller (0,1 % oplossing van een niet-ionische activator), en beschouwd door een microscoop.

De tijd F50, nodig voor de vorming van scheuren in 50% van de mon-30 sters, werd vervolgens gemeten.

Onderzoek V (Weerstand tegen omgevings warmte).

(A) Een fles met een mond zoals weergegeven in fig. 5j en een inhoud van 130 m^ werd gevuld met 120 verdund zwavelzuur, gevormd door het verdunnen van 10,5 g geconcentreerd zwavelzuur, (98%) met 7905672 -26- 7»57-^ water, waarbij 1,8 g hydrocarbonaat, gewikkeld in papier, in de fles werd geplaatst, zodat het natriumhydrocarbonaat niet in aanraking kwam met de verdund zwavelzure oplossing. Nadat de dop was bevestigd op de fles, werd het natriumhydrocarbonaat volledig opge-5 lost in de oplossing. De van een dop voorzien fles werd gedompeld in warm water van 80°C, welke temperatuur gedurende een uur werd gehandhaafd, waarna het aantal flessen, waar doorlekken van gas plaatsvond, werd geteld.

(B) De vorming van scheuren in de voeringen van de doppen, beves-10 tigd op de flessen, en behandeld op dezelfde wijze als beschreven in (A) werd onderzocht.

(C) De vorming van scheuren in de voeringen van de doppen, bevestigd op de flessen, gevuld met verdund zwavelzuur en natriumhydrocarbonaat, op dezelfde wijze als beschreven in (A), maar niet ge- 15 dompeld in warm water van 80°C,werd onderzocht.

De verkregen resultaten zijn weergegeven in tabel V.

7905672 -27- f§ -g; £ ~ ~ 3 3 s ^ II Λ Λ Λ Λ Λ λ Λ Λ ° Λ , agin σσοοσ σσοσο -ρ 0 £ ά > Λ S 0 ^ ι μ τ} τ·ί ri ^ Ά Ο ΙΛ - ΟΜΆΛΆ rtijj j- W Μ ^ π t— VJD l/\ -3" -Λ" Λ: μ* Λ Λ Λ Λ Λ Λ Λ Λ Λ Λ.

ηομιι οοοοο οοοοο a) ή am ® f( Ό Ο τ3 0 ö,h «Ο'ΗΝ

6C

ra

Μ I

Εί Γ§ 43 ΙΛ ΙΑ 1Λ ΙΛ 5S a <- σ ο ο ο τ- t- αο \ο ^ 1 3:¾ g οοοοο τ- ο ο ο ο S S J Λ Λ Λ η Λ « Λ Λ η Λ °43θ οοοοο οοοοο ,0 · Η Ο ¢-( ,4 Ιη ΙΑ ΙΛ _ ΙΑ ΙΑ £:0¾ ΙΛ (Λ 3Τ -ί f σ\ ΙΑ co CU a 5 Ο f CJ τ- ΙΑ ΙΛ 4f -S' m at at at « at at at at at at ΟΟΟΟΟ ΟΟΟΟΟ M'S JT (π *- co τ- c- ia cu cu " S.J XI οοοοο οοοοο Γ κ II Λ Λ Λ Λ Λ Λ Λ Λ Λ Λ >03 0 00000-00000 •Ρ « 5 Η d > .Ο 0 S 0 Vi § ε-< ι ra •η £>

Jj 4- C\ t- ΙΛ ΙΛ ΟΟ 00 <- Ο 03 ΟΙ! γΛ ΟΟΟΟΟ ι— <- τ— Ο Ο ^ Λ Λ Λ Λ Λ Λ Λ Λ Λ Λ ^ 13 Μ II ΟΟΟΟΟ ΟΟΟΟΟ Η ·Η 0Ο 0 U Ό Ο 0 0 Ö.W Ό Q ·Η^"4 0 δ£

C I

flflp COCOt-CMCJ CO (Ο -3Τ CO CO

rO.HÖ ΟΟΟΟΟ ΟΟΟΟΟ

ι «t ·<·> Jj A A n A A A Λ Λ A A

is! J! Γη ΟΟΟΟΟ ΟΟΟΟΟ ·£ ° Λ ·Η ,ίίϋ VO J· 4f (Ο Γ· ο 0 CO A -ί ^:0¾ ΟΟΟΟΟ τ-οοοο

At Λ ι A A A A A A A A A A

S V ΟΟΟΟΟ ΟΟΟΟΟ u 0 43 ·>

2 3 Γ- CU ~ ΙΑ >- CU n J A

* m

<d M

.η Λ a 0 5,0 ,ricr SQ Μ ·Η Hnrl .IT 'd Μ ·Η 0 rd 3 r-10 d -a 0 1° , a > to fa s +5 -a *-< 0 a 23 ‘>3 4! 2 >0 - v 7905672 0 * -P A3 | -ι -28- a g «c 0 p I a p 'ö 0

CÖ £ .p H CQ

£ 2 CQ -p <1) 03 OOOOO

03 0 p 0 tJ 0 ÖC rö 0 ·Η Ö Η α ο 0 ö 3 «w •Η CQ fee — Λ '— ® 0 Μ +3 ✓—.

g τ3 a 'ö —* Ο 2 Η Η ü I 3 3 0 0 _ a i IJ 4 3 μ ο 03W £30 Γ- ο Ο τ- ί- T-fflt—'—t— Μ 0 Ρ -Ρ 3 0 (I ^ 0 1) 3 Η •ρ ο 0 S 0 Vi CQ |2 w ,α Ό § . 7 •Ρ /3 I 0 Μ Ο 0 Ö Ρ< 0 »— -4 \Ο Ο Ο d ·ρ 'θ 0 3 03 '"'ΟΟ’— 0J ·<— ϊ— τ— CVJ CV1 0 A3 d 60 ,ΰ 0 0 <Ρ 0 ·ρ 0 Η ' ts <3 +3 0 ra Vi ö Ö Ö I 60 3 0 i & d P P g 60 ·Η V Λ

® ί 3 0 d ö S IA IA IA O IA Γ- IA IA Γ* (M

Li 0) Q) 'H d d Λ Λ Λ <1 ft ft ft ft ft n 06ΟΛ·Ο>3'—' N 4 vo 4 Ol 0 0 0-0 0 "H 0 0 O ·Ρ 0 P( b£ 13 +3 ra p 6D ra rd

O 0 I

t» H P

P 0 0

0 +3 0 Ό «—O

> ρ Ï2 ti ai r- r- i— CO (O 4 A Ό M

. 0Jrf3 Qj Λ «1 *1 A ΑΛΑΛΑ a 3 p a v- r- T- o ooooo 0 P 03 — A - Λ Λ S Ti > ! V 0 Η 0-p «->. o oj aa c— ia i— ia -4 ao co

0 ij y 60 IA O t— i- C— t\l M fO A W

o rw j> (V ft ft ft n #t A A * «t

w 10 0 —· OT- A J- 4 m OOOOO

Eh V rl P

«4 P 03 H f"-.

I -p 03 ρ p i+o o P r-cor-mo -- ιη ® j- a aio 03 i oj ^ 1— T— 1— j’j’nmoo ft ft ft ft ft Λ A Λ Λ Λ

!> .p 3 0 P OOOOO OOOOO

W > S t> *P

1 H rap ü ö Λ (S

•rl 0 H fv, 0 ra > o » . ,a in o +00+3 H t->fOOO\CO t— 1— O'— 0\

P > 0 I 1-1 1-1 1-t O O IA IA -4 -4 IA

Q. Λ Λ A Λ Λ Λ Λ Λ Λ Λ

.ρ 0 Ο 000.0 0 OOOOO

Ρ Ti ö .η 0 C ·Η *^«| Ο ·Ρ

V

0 +3 ·

Μ Ρ " Μ fO 4 ΙΛ ι- QI (Π J A

ri Ö Ü ^

1 'bO

d Ö I A3

3 -P ‘Τι H

+j A3 *P 0 w d d η H i 0 g .p H -P H 0 ra p O 0 r* 60 60 p sp -p p d o

P 60 -Η ,ί'Η O

O ·Ρ o > M > > Ό w 7905672 -29- ïïit de in tabel V -weergegeven resultaten, is duidelijk te zien, dat wanneer de van een voering voorziene dop, vervaardigd onder de omstandigheid I, wordt vergeleken met de van een voering voorziene dop, vervaardigd onder de omstandigheid II van het ver-5 gelijkingsvoorbeeld, met betrekking tot de gerichtheidsindex in het vlak, de mate van evenwicht, de afbladdersterkte, de momentele druk-veerstand, de weerstand tegen scheuren bij omgevingsspanning en de drukweerstand, de van een voering voorziene onderhavige dop uitstekend is ten opzichte van de vergelijkbare van een voering voor-10 ziene dop voor wat betreft de afbladdersterkte en de momentele drukweerstand, waarbij de gerichtheidsindex in het vlak en de mate van evenwicht bij de onderhavige van een voering voorziene dop zijn verminderd, en de onderhavige van een voering voorziene dop in het bijzonder is verbeterd voor wat betreft de scheurweerstand en de 15 warmteweerstand. Ook is het duidelijk, dat in het geval van poly- etheen met een te lage smeltindex, de molecuulgerichtheid waarschijnlijk optreedt,. waarbij in het geval van polyetheen met een te hoge smeltindex, scheuren gemakkelijk worden gevormd, hoewel de molecuulgerichtheid is gematigd.

20 Voorbeeld III

Doppen werden op dezelfde wijze als beschreven in voorbeeld II vervaardigd. Afzonderlijk werd een vinyl-fenolvemis door walsen als een vernis bekleed voor een polyvinylchloridevoering op een aluminium-plaat, op dezelfde wijze als beschreven in voorbeeld II, waarbij de 25 beklede plaat werd verwarmd op 190°C. Verder werd een vernis, op dezelfde wijze bereid als beschreven in voorbeeld I, behalve dat met maleïnezuur gemodificeerd polypropeen werd gebruikt in plaats van de gemodificeerde polyetheen, gebruikt in voorbeeld I, werd door walsen bekleed als een vernis voor een polypropeenvoering. Doppen werden 30 uit deze beklede aluminiumplaten op dezelfde wijze vervaardigd als hiervoor beschreven.

Voeringen uit thermoplastische harsen, weergegeven in tabel VII, werden gevormd in de mantels van de zodoende gevormde doppen onder de in tabel VI weergegeven vormomstaadigheden overeenkomstig 7905672 * -30- dezelfde werkwijze als beschreven in voorbeeld II voor het maken van, van een voering voorziene doppen. Polypropeenvoeringen en polyvinylchloridevoeringen werden gevormd op de dopmantels, voorzien van een bekleding uit de hiervoor genoemde vernis voor polypropeen, 5 en van een bekleding uit de hiervoor genoemde vernis voor polyvinylchloride. Bij thermoplastische harsen, werden harsmengsels van de monsters Nr. 5-1 ^ bereid door het door smelten mengen van de betrokken hars componenten onder gebruikmaking van een gebruikelijke kneed-inrichting, waarbij de verkregen, homogene samenstelling, tot vorm-10 stukjes werd gevormd.

Elk der zodoende bereide voeringen had de in de fign. 3 en U weergegeven gedaante.

Deze van een voering voorziene doppen werden onderzocht overeenkomstig dezelfde werkwijzen, zoals beschreven in voorbeeld II, 15 voor het verkrijgen van de in tabel VIII weergegeven resultaten.

Tabel VI

Vorm- Hars- Mantel- Oppervlakte- Oppervlakte- omstandigheid tempe- tempe- temperatuur temperatuur ratuur ratuur ( C) van ( C) van 20 _ (°C) (°c) persvorm aambeeld (Uitvinding) '230 180 90 120

II

(Vergelijkings- 190 1^0 10 10 voorbeeld 7805672 * -31-

Tabel VIT

Monster Nr. Harssamensteii·?ng

1 PP

2 EVA

5 3 PVC

k LDPE

5 LDPE (90) + PIB (10) 6 . . LDPE (90) + EP (10) 7 LDFW (90) + EP (30) 10 8 LDPE (90) + PB (10) 9 LDPE (90) + SIS (10) 10 LDPE (90) + SBS (10) 11 LDPE (70) + EP (20) + SIS (10) 12 LDPE (70) + EP (20) + SBS (10) 15 13 HDPE (70) + PE (30) 1¾ HDPE (90) + EVA' (10) ff.B.

1) Elk tussen ( )'s staande waarde geeft de hoeveelheid aan (gev, dln).

20 2) De afkortingen in tabel VII hebben de volgende betekenis.

PP: polypropeen met een smeltindex van 25 g/10 min en een dichtheid van 0,91 EVA: etheen-vinylacetaatcopolymeer met een vinylacetaat-gehalte van 19# en een smeltindex van 2,5 g/10 min 25 PVC: een zachte polyvinylchloridesamenstelling, die 100 gew.dln polyvinylchloride, βθ gew.dln van een weekmaker (DOP) en 2 gew. dln van een tegen warmte stabiliserend middel omvat LDPE: polyetheen met een lage dichtheid van 0,921 en een smeltindex van 2,7 g/10 min 30 PIB: polyisopreen rubber EP: etheen-propeencopolymeer met een propeengehalte van 26# en een smeltindex van 2,6 g/10 min SIS: styreen-isopreen-styreenblokcopolymeer SBS: styreen-butadieen-styreenblokcopolymeer 7905672 -32- PE: polyesterelastomeer EVA': etheen-vinylaeetaatcopolymeer met een vinylacetaat-gehalte van 60$ en een smeltindex van Uo g/10 min PB: 1,2-polybutadieen 5 HDPE: polyetheen met een hoge dichtheid van 0,960 en een smeltindex van ^,0 g/10 min.

7905672 -33- —3 £ -*· (ίο i— 3 ~ . I la-3- '-Λ-οη^αιοιαί'-'-ίη-ί vo cj ιλ-ϊ t- o w cnco o t-co t- s 0 hj_ ΓΟ00--00Τ-0000-- la-3-^1^3--3--3--3--3-00-3-on cn-3--3- - *5 -,11 oooooooooooooo oooooooooooooo 0 Ö Cm 4J Ο ^ 2 0 ^ ra Ό

H

0 f-v la ,0 S' 00 CO VO C\ LA t—-3" LA ΙΑΌ OJ *— OJ Ό -3- CM IA on ¢- *- O -3- 01 CO -3- ¢- OJ -3-0 -P + JOOrr-OO'-OOOOOKM ¢-lA-3-\0LAlALAO-3--3--3--3-\010 -P Λ > ΛΛΛΛΛί,ΛΛΟΛΛΜΛΛ »ηηη«Ι..«.««..·.*..·> H o M II oooooooooooooo oooooooooooooo 0 Ή 0¾ 0¾¾ Ο Ό 0 C.H 0 Ο ·Η ^ bC α

Ai 1 la 003 co la la la la co oj la in ia ia ιλ la

Jh ^ +3 -3-OJCMC\JCdOJ>-T-’-CVjOO-3-MD 0\ LA LA ON LA LA-3" LA LA-3" IA LA t—CO ΡΉ0 OOOOOOOOOOOOOO OOOOOOOOOOOOOO

S 0 !0 £ «nnnnnnnonnnnn

O J3 ·Η OOOOOOOOOOOOOO OOOOOOOOOOOOOO

-P ü

JO v-f LA

() Vl t— LA LA LA LA Ό 00 LA LALALALA LA

r-l i-l _ O\V0 CO Ό OJ LA CM 00 -3- -3- *- t- C— O LAt—O OO CU LAVOCO 00 -3" ON CM LA LA • f-i:0>4 tnOOt-T-OO’-OOOOP-CM 'vO-3--3-IAIA_3--3-LA-3-_3-CO-3-LALA

0 O T ************** ************** O O OOOOOOOOOOOOOO oooooooooooooo 4, ^ §±! £ t— -4- CO -3- ü -7 t-cnoiAr-ajo-3-cviT-ooojon co ¢--3- c- o\ c— o co 10 t- co la la cu

M Hi OOOOOOOOOOOOOO OOOOOOr-^OOOOOO

0 a o" OOOOOOOOOOOOOO oooooooooooooo +3 0 ,0

H Jj > iP

0 2 0 §.

&< I

0 na ,r> •h a1 !H 4. ¢- VO OJ OJ „ „ O? «T en ¢- LA ON ¢- V£> CO Ό -3- LA <— *— o en lOOOOJi— LAOO-3-OOOJ-·— <— 00 LA ΙΟ 0S Hl -OOOOOOOOOOO-- 1- '-'-OJ ^ τ- t- CU "7, ^ ^ ^

Η ·Η 0O' OOOOOOOOOOOOOO OOOOOOOOOOOOOO

0 in Ti O *

O 0 £3,H Ό O •h'-'-J 0 SC

Ö I

,¾ .2 .. LA vo CJ -3- IH.if cncjcjcjoncj'-cj'-CMOO-3-LA -3· en -3- t— on co cu la 00 oj p-ï iAt-

,’^.Se OOOOOOOOOOOOOO OOOOOOOOOOOOOO

S J3’H oooooooooooooo oooooooooooooo -P 0 ^ ·Γ^ 0 ?-l OJ O co •p 5-1 o., o la <n ¢-,3- _3-cuiaooco*-o\oco c\io®3CJOcycoCM3Nt-c, oa

1-0000000000000 t-τ-Οτ-ι-τ-τ-^ΟΟΟΟι— O

OO ************** ************** C30 oooooooooooooo oooooooooooooo u 0 -P — is h r-c\]cn-3-LAvot—αοσ\θι—cjoo-3- i- w m j la\o ¢-0 σ\ο >- en m3 sa r— 1— 1— 1— 1— r-r-r-T-1— £

M

Ό - bO

•1-i ' C

0 bO ·Η *—« ,0 S3 Ü ·0 60 ·Η Η Ό Η • Η Η Ό Μ ·Γ-Ι 0 Τ3 0 1-10 0 ·Η ÜJ ί ι 3 > «3 w a 3 +3 S-ι Ο Ε 2 £ ,0 Ο Ο £ D > > > ο — — 7905672 r -3^+- ω _

-P 'Ö I

2 a <u o o a I 8 ^ tj « a a p H cn is 3 ® -p ® ” oooooooooooooo π ο η φ Ό Φ 6C Λ <U ·Η a H a p aj ö 3 <p •h CQ > w a3 ^ a; a> m _ -p <-7 0 a § h a I 3 8 Φ Φ a h -p > ^ « ajpca cca oooooooooooooo 60 (U P +5 3 <u Φί Φ ΦΛΗ +5 a a; s ω n-< § I *3 •P Λ I <u in ο ¢) c fta b -η τ) v ai ta τ-ιηοοαοοοοοοοοο <u na a was <o

Φ <H <U ·Η OH • is < +5 0) CQ H

• H

a ö I 60 3 <0 I m a H h S 60-h b

S§a°'H83 coeoa3coa3co®«oa3cococO(D

C Ui a ,r5 ^ d — dr j Jr Jr J Jr dr Jr Jr J· <d <d ο ·η <d Λ λλαλλλλλλλλλλλ t£ 5 -p m a til n

“o aj I

> H k b (U a) (U+SlUTj^. _ _ _ ’ « g ?! s <— 1— t— T— 1—1—1— t— t— r- <— r-T— *— H§Sam ·3< ΛΛΛΛΛΛΛΛΛΑΛΛΑ ÏÏ

> I

. in .2 lACOCOrOt-J-mcnVOLA^-cn'-LA

* 2 H ^ OeOOt--=t-LTvOCOf-OC--Onr-CVJ

V i“* Η ΛΛηηοΛηΛΛΛΛΛΛΛ

ffl 13¾ ·~· PUJt-amphnhPt-t-fOJ

en ή η +3 < 33 03 Η Γ-'Ί I ·Η Ο ‘ , » ·ί ρ3 COf- 1— ΟΝΟΝ’- τ-ΟΟτ-ί-*- τ-ϊ— Τ— 1 +; Λ, £ *7 ojooooooooooo^-·^- £2 A QJ Ώ I ΛΛΛ#\ηΛΛΓ»ΛΑΛΛηΛ £ ^ -¾ 7t oooooooooooooo f§ > 2 £ ^

I H

8 3 3 •rt Ο H f-, v ta > o ' -paj+5 h moof-oooooooo··-·'- ^d) 1 ΑΑΛΛΛΛΟΛΛΛΛΛΛΛ ο x a Pu oooooooooooooo

•H 4) Ο V V V- V

b H a iH

<u a ·η ^

α -H

b Φ +3 · mb ^ w m a a i- cocAO’-cjmj· as <— t— t— T- i—

§ I

p a w Η ·Η —· s ·Η H > 60 o a) pa 2 Λ ·Η · rj b 60 5 3 Ο Ή Nw' > Ό 7905672 -35- <u -Ö 'ö I 'Z' a a o) 'Z' 9 h i 3 ,α -d <u cö 5a +j H ro U 3 a -P ® 111 οοοσοοοοσοοοσσ n o h dj m

6C dl D ·Η C H

d o <u a 3 ¢-1 •3 ca > —' <u <u 6C -P ^~· g Hg 'ö'-* 0 d £ H S3 I 3 aj D i) c! Η +ï ^ 01 (Udca e cn o·— οιλιλ’— Ό·— ^-o^-Ot— &£ H) h -P 3 <1 ί)Λ «1 ΟΛΗ p O O g il ^

ÏQ

Ό _ .

^ I "fi

•p Λ I «J

2 -w <$ § §* ra ootAcocoocoocumvoc-c-co <u Ό d to A <a WW’-'-·-'- cu *- -- ^-r-

4> $-1 0) ·Η OH

• ρί «5 +3 <u to H

H

d C l «

5 2 g ir\ ^COOWP'-ftWWlAIA

ΐ H rt S ï 3 ί « «non η η η Λ λ n A

2 3 3-3 = 3 O-OOO^-O- 0--00

¢)60^3'1-3 >3'—' CM

«—•I ® ® o*h a ft t£ 3 P m p SO ta

H

O (U I

[> H h

U <U <D

S'SS'S 'd (nOfflt-iA®®^cOhO\OJP

S οοοοοοοοοοοοοο Η 2 Η Ώ "" £ .

, ^ lAt-t-ujmcoinwofflO-ïOco «Π JJ -£ ri-Olt'lWt-OWt-VOOOW'- 0 Tj ,-Η DAftAAAOAAAAAAfl

Η *2 5* ^ Ot-OOOOOOOOOOOO

co I Ca Ο '—'

&Ί Η Η -P

<; a ο H C^i I *H O ’ ο £ 5 coi^T-t-cocncuoojon’-comip.

1 P o w (ΠΓηοηρη^Γθ^ΓθθΓθοηοηΗ·-3· £ ,Jm 4) CQ I ΑΛΛΑΑΑΑΑΑΛΛΑΛΛ <D CJ -p ^ P* ΟΟΟΟΟΟΟΟΟΟΟΟΟΟ > ·Η ¢3 0) Η Η > S > ,« I 'Ή ca ·η Pd

Odd •Η Ο H

o n > O ‘ dJS-ι o ac\roww®vO'-t-t-!nPt-co -ΡΟ-μ m u^cnro-3-_3-mm-s-ooononon-p!--d- ^ ^ (JJ | aaaaaaaaaaaaaa U 14 d 0* οοοοοοοοοοοοοο •HU o in H d ti"» o a *h ‘ή O ·Ρ.

5a o •iJ · ta Sa rjg '-aiH-ilAVDt-OOlO'-CJrOd 0 ^ ^ ^ s

1 I H

3 03H

J3 I ÖO O

ca Π 3) d Q) = H 60-ri d Ö ij M Sa Pd Sa

~ UJ "-D O

ε sd > *jh p O ·ι-Ι ' hH ^ > T3 7¾ O 5 6 7 2 -36-

Uit de in tabel VIII weergegeven resultaten is duidelijk te zien, dat in het geval van de vergelijkende dop, gevormd·onder de vormomstandigheid II, de molecuulgerichtheid duidelijk is in het omtreksgedeelte'van de voering, zodat dezelfde dop, voorzien van 5 een voering uit een thermoplastisch polymeermengsel, dat een veerkrachtige polymeer bevat, in de praktijkeigenschappen onvoldoende is. Wanneer de oorzaak van dit ongewenste verschijnsel gedetailleerd wordt onderzocht, blijkt, dat aangezien de mond van de fles is aangebracht tussen twee concaaf-convexe gedeelten (twee ringen), gevormd 10 langs de omtrek van de voering, en de voering plaatselijk in deze gedeelten een trekspanning krijgt, en als gevolg van deze trekspan-ning en molecuulgerichtheid in deze gedeelten, praktische eigenschappen, zoals de weerstand tegen scheuren, sterk worden verminderd.

In tegenstelling daarmee is de van een voering voorziene dop, 15 waarbij de molecuulgerichtheid van de voering wordt geregeld beneden een bepaalde hoogte door het gebruiken van de bepaalde vormomstandigheid volgens de uitvinding .(omstandigheid I), zeer goed voor praktische doeleinden. Te zien is, dat de etheen-propeencopolymeer en de styreen-dieen-styreencopolymeer een bijzonder grote werking heb-20 ben van het voorkomen van het optreden van molecuulgerichtheid, waarbij wanneer deze polymeren worden gebruikt, verschillende eigenschappen aanmerkelijk worden verbeterd.

Voorbeeld IV

Beklede platen werden op dezelfde wijze gemaakt als beschre-25 ven in voorbeeld I onder gebruik van een aluminiumplaat, dezelfde als gebruikt in voorbeeld II. De beklede plaat werd gevormd in verschillende dopmantels, weergegeven in de fign. 7 en 8, en de tabellen XI en XII overeenkomstig een gebruikelijke werkwijze. Deze dopmantels werden verwarmd door het toepassen van dezelfde verwarmings-30 inrichting als gebruikt in voorbeeld II onder de in tabel IX weergegeven omstandigheden. Een homogeen'harsmengsel, dat 65 gew.dln polyetheen met een dichtheid van 0,920 en een smeltindex van 1,5 g/ 10 min, 25 gew.dln van een etheen-propeencopolymeer met een propeen-gehalte van 9%, 10 gew.dln van een styreen-butadieen-styreenblok- ΊS05672 -37- copolymeer, 0,01 gew.din stearinezuuramide en 6 gew.din titaanwit, omvatte, en was gesmolten onder dezelfde omstandigheden als beschreven in voorbeeld II, werd geleverd aan elk der verwarmde dop-mantels onder de in tabel X weergegeven omstandigheden, waarbij van 5 een voering voorziene doppen werden gevormd onder de in tabel IX weergegeven omstandigheden overeenkomstig de in voorbeeld II beschreven werkwijze. De gedaante van elk der zodoende vervaardigde, van een voering voorziene doppen, is weergegeven in de fign. 7 en 8, en tabel XI. De voeringvormomstandigheden en de geleverde hoeveel-10 heid van de gesmolten hars, zijn weergegeven in de tabellen IX en X.

Deze van een voering voorziene doppen werden op dezelde wijze onderzocht als beschreven in voorbeeld II onder gebruikmaking van flessen met een mond, zoals weergegeven in fig. 9» en een afmeting, zoals weergegeven in tabel XII. De inhouden van deze flessen waren 15 100 m^ voor 16 mm doppen, 100 m^ voor 13 mm doppen, 250 m-£ voor 38 mm doppen, 300 mi? voor 63 mm doppen en 500 m.-i voor 82 mm doppen.

De inhoud van: de flessen voor de 28 mm doppen was dezelfde als die van de flessen, gebruikt in voorbeeld II.

De verkregen resultaten zijn weergegeven in tabel XIII. Uit 20 deze resultaten is het duidelijk, dat wanneer de diameter van de dop wordt vergroot, dat wil zeggen wanneer de verhouding van het uitspreiden van de gesmolten harsmassa, die in het middengedeelte van de binnenzijde van de dopmantel wordt gegooid, wordt vergroot, de molecuulgerichtheid duidelijk wordt. Dienovereenkomstig is de uit-25 werking van de uitvinding in het bijzonder duidelijk in het geval van grote doppen, omdat de voomoemde vergroting van de molecuulgerichtheid doeltreffend wordt voorkomen, zelfs in het geval van grote doppen.

,·; v 5 Q 7 2 r -38-

Tabel IX

Vorm- Hars- Mantel- Oppervlakte- Oppervlakte- omstandigheid tempe- tempe- temperatuur temperatuur ratuur ratuur ( C) van ( C) van _ (°C) (°C) persvom aambeeld (Uitvinding) 220 160 100 100

II

(Vergelijkings- 1 i^0 120 15 15 voorbeeld)

Tabel X

Soort dop Hoeveelheid (g) geleverde hars 16 mm 0,15 18 mm 0,2 28 mm 0,1+ 38 mm 0,7 63 mm 2,0 82 mm 5,0

Tabel XI

Afmeting Soort dop (mm) 16 τπτπ 18 mm 28 mm 38 mm 63 mm 82 mm A 16,1+ 18,1+ 28,1+ 38,3 63,9 82,8 B 11 ,6 12,1+5 15,6 16,75 18,25 19,15 C 0,2 0,2 0,2 0,2 0,2 0,2 D 0,3 0,3 0,3 0,3 0,1+ 0,1+ E 1,1+ 1,1+ 1,6 1,6 1,8 2,0 F 11,5 12,5 18,5 27,1+ 52,0 68,9 G 11+ ,5 16,5 26,5 36,1+ 62,0' 80,9 7805672 -39-

Tabel ΣΙΙ , , Aflneting (mm) fles

Soort doo -5-^~r-sr—r -- Sciiroefhoek a b c A (graden) 16 mm 1^,85 8,25 5,^5 2° 58f 18 mm 15,50 10,35 6,25 2° U3' 28mm 25,20 13,30 9,00 2° 12' 38 mm 3U,95 -13 Λ5 - 10,05 1° 36' 63 mm 58,75 13,85 10,U5 1° 22* 82 mm 75,95 1U,25 10,95 1° 13’ 7905672 -40- ρ ε S μ fe.' —1" νο

S 2^. OJ OJ OJ CU

? *g 77 oo^mr-t— ojcola’-oooo Λ, Sn" OOOOi-rO J j· ΙΛ \£i h co G> £* hM a n a n a λ η λ λ a a a -¾ £ jS oooooo oooooo

«s > iP

2 <ü ^ ca Ό Ή <U rv,

A S

03 -P + m j· m vo p .ö .Λ oO'-c— oOco t- o j- tn j o\

HOXU O O O O *- -3" ΙΛ VO VO t— CO ON

(U Ή (lD^J Λ Λ Λ Λ Λ Λ A Λ Λ Λ Α Λ a)fc«o oooooo oooooo 'Ö OJ s,m a; o *H ^ fe£ ca

M I

<u co on t— ιλ !π Ό -P ooooj irv ltv er* ia in

+3-HÖ OOOr-T— en C— VO 4 ^ IA IA

g 03 !<U S OOOOOO oooooo O £< ·{-{ Λ Λ Λ Λ Λ Λ Λ Ο Λ Λ Λ Λ

.ρ Ο oooooo OOOOOO

£ί ·Η U S-Η l·· ΓΟ ΙΛ • Η $-( w tn ΟΙ J ΙΟΝ ΙίΛ ITV ΙΑ ΙΑ oo’-oojoi u\ if ca t- οο m ajOT o o o o -=f -3- crv ir\ vo c— σ\ y Α Α η Α Α Α Λ Λ Λ - Λ Λ Λ oooooo oooooo -Ρ

Η I .Η 34. Ο Ο <" CM

m s ΤΓ oooocjco ο on un -3- νο σ\ Q m 5 Ο OOOOOO -r- T- τ- T- -r- ο jjW Λ ΑΛΑΛΑ* Λ Λ Λ Λ Λ Λ *

Η ccj > ,Ω OOOOOO O OOOOO

φ 2 ν <ι s

El I

tg A Γ~Ν •w S1 2 ju t- r- on vo "S JT o o o o on cvj vo f- f- od 03 cn ,,,¾ Ai OOOOO*- *“ *“*-*“*- *“ ^ I** y . A A A A A A a a a a a a η ·η <ub oooooo oooooo α; μ <ti o a) a? s.h ϋΟ·ΗΝ <u

bC

a I

®3 n, on cm

2¾¾ Ο O *“ OJ LA

" "2 ö β OOOOOOJ OOOJ'-OJ'-OJ

goj-ωε oooooo oooooo

pM *H A A A A A A A A A A A A

-p u OOOOOO oooooo

Up ¢- CO

1 "Γ1 .¾ <M ° ° <M -=* ^ *2 t ooooojo m cr\ vo vo t~- *- 03 o Ο Ο Ο Ο O *“ T-T— T— T-r-T—

O O A A A A A A A A A A A A

oooooo oooooo -p oo 1 11 il 1 cq vo co go oo on c\j vo ao co co on oj I- r- CVJ m VD CO r r CCI n \o ® rÖ .-

03 SO

Λ s <2

&0 Ή •’-s H

*H 'Ö -ri 03 Ö Η Η I 03

§H ·Η M 0) ca rO

ί> Μ ώ u £ -P -P k Ö o H CQ ·Η <p ·Η Ο OS Ö > M > > o ^ ^ 7905672 3} ' -p -Ö 1 3 g 0 'Z' a k I 3 & <c) 0 > a In -p 0 m oooooo o o o -- -- cm 81 JJ il d) ¢)

Si 1Ι·Η SH

ö a si s g1^ •h ra > ^ fii -- to to SC +=--- s <Ö g -0--3 a fi h a I 3 a3 (0 0 S^ra^aw oooooo >- cu w w ia vo sc to +5 S <o m a <u a ί h +a o 0 H 0 s-i ca > —,a — Ό § I a

+5 Λ I OJ

? “ ¢) i S* S oooooo cnvooirvoo

h -rl Φ (8 M <- <- W (M

1) fl C toi O OJ 0-+ 0 H OH • i3 <t +5 to ta Ή '—- Ό ga I so a <o I tn a--' j ιλ w o\ on ia

-P g son p «o o o id ο ο “ * * " " _T

a a a o a a g — — — 000 !4 0 0 -rt 0 3 ΛΛΛΛΛΛ 0 to ,a *<-9 > 3 — — 0 0 ο «η 0 a tc s + op (On

H

Ο 0 1 b> Η ί-ι >h 0 0 ^ 0 +3 0 H '—' r- T— 1— j— 1— t— o a ffl t- Ol t»aaa a -- w 0 5 3 a oooooo S3+5 2 ΛΛΛΛΛΛ H 3 O w h So

H

x 1 H 0-p — 1— m T- t- oj on σ\ c— cr\ σ\ 0 ΌΧ SO mCNoncotr\t— tr\ co vo -a· on on ηΗ f. \A ΛΛΛΛΛΛ ΛΛΛΛΛΛ

"3 100 w J- if\ C— ΙΑ -Ϊ J· OOOOOO

& a h +5 <; a a H r-.

1 ·ι-Ι O’ tn ,a £ 1 jj ο 0 ru t“ aSora I 0 cj -- ιλ o C\ ^ !£ ° t ^ P' 0 0 Jj 2 a oooo — cm rom^-^iAt- ϊ,:ί 2 xj ------ ------- Η |ï I > ^ oooooo oooooo 1 η οι ·<+ a ό a i •H 0 Η Γ"- 0 03 > O' -η 5^ 0 -22¾ ο o *— t— 0 vd r-ont-u^vovo a 5 2 λ.1 ο o 0 0 cm cn j-_s--3-laoco W ?S Λ »-H ΛΛΛΛΛΛ ΛΛΛΛΛΛ 'ί-aa η oooooo oooooo

0 a *S ο -H

4i gggsgg illlai & a ssssas g g 5 s « a o-§ MDODaocooncJ \o 00 co ft) on cm 00 .-.-αίΑονοσο — cm oo co <0 sa — 1 a 1 -a a .2 μ h ~ H SO 0 -~5 a 1 a 0 03 ¾ Μ ·Η H 0 -H a S —i > ) to M u 0 0 +5 ^--50 3 ~ -H 0 ·Η Ο m S3 D > H > O -— --- 70*0 5 6 7 2

Claims (9)

1. Van een voering voorziene houdersluiting met een grote weerstand tegen scheuren door omgevingsspanning, gekenmerkt door een dop, en door een voering uit een thermoplastische hars, aangebracht op het binnenvlak van de dop en ter plaatse door persen gevormd 5 daarop, waarbij het verschil (Io -Io ) tussen de waarde (Io ) van de gerichtheidsindex (Io) in het vlak van het omtreksgedeelte van de voering en de waarde (Io ) van de gerichtheidsindex in het vlak van het middengedeelte van de voering, minder is dan 0,37, welke gerichtheidsindex in het vlak wordt weergegeven door de volgende formule:

10 Io + m waarin Jl de gerichtheidscoëf ficiënt vertegenwoordigt in de radiale richting van de voering, en m die in de omtreksrichting.

2. Sluiting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het ver- PC P schil (Db -Db ) tussen de waarde (Db ) van de mate van evenwicht in 15 het omtreksgedeelte van de voering, en de waarde (Db ) van de mate van evenwicht in het middengedeelte van de voering, minder is dan 0,3, welke mate van evenwicht (Db) wordt weergegeven door de volgende formule: Db = \£ - m] 20 waarin^ en m op dezelfde wijze zijn gedefinieerd als in conclusie 1.

3. Sluiting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de voering een afdichtend, ringvormig uitsteeksel heeft voor aangrijping op de mond van een houder, in het omtreksgedeelte van de voering, 25 waarbij de dikte van het uitsteeksel 2 tot 20 maal die van het dunne middengedeelte van de voering is.

4. Sluiting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de voering bestaat uit een alkeenhars.

5. Sluiting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de voe-30 ring bestaat uit een samenstelling, die polyetheen met een lage dichtheid omvat, en verder op basis van dit polyetheen 3 tot 4o gev.% van althans een modificerende verbinding, gekozen uit de groep van 7905672 % -^3- etheen-propeencopolymeren en styreen-dieen-styreenblokcopolymeren.

6. Sluiting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de voering bestaat uit polyetheen met een lage dichtheid en een smeltindex van 1,0 tot 20 g/10 min.

5 T· Werkwijze voor het vervaardigen van, van een voering voorziene houdersluitingen, gekenmerkt door het leveren van een hoeveelheid thermoplastische hars op de binnenvlakzijde van een dop van de sluiting, en het pers vormen van de hoeveelheid thermoplastische hars in de weekgemaakte of gesmolten toestand tot in de vorm van een 10 voering tussen een persvorm en de dop onder zodanige omstandigheden, dat het verschil tussen de waarde van de gerichtheidsindex in het vlak van het omtreksgedeelte van de voering, en de waarde van de gerichtheidsindex in het vlak van het middengedeelte van de voering, minder is dan 0,3TS welke gerichtheidsindex in het vlak wordt ver-15 tegenwoordigt door de formule: Io = & + m waarbij de gerichtheidscoëfficiënt vertegenwoordigt in de radiale richting van de voering, en m die in de omtreks richting. t

8. Werkwijze voor het vervaardigen van, van een voering voorziene houdersluitingen volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het persvormen van de thermoplastische hars onder zodanige omstandigheden wordt uitgevoerd, dat het verschil tussen de waarde van de mate van evenwicht in het omtreks gedeelte van de voering, en de waarde van de mate van evenwicht in het middengedeelte van de voering, minder is dan 0,3, welke mate van evenwicht wordt weergegeven door de formule: Db = | - m| 7905672