NL193852C

NL193852C - Inrichting voor het doorsnijden van de stelen van champignons.

Info

Publication number: NL193852C
Application number: NL9301057A
Authority: NL
Inventors: Theodorus Marie Jozef Douven
Original assignee: Dofra B V
Priority date: 1993-06-17
Filing date: 1993-06-17
Publication date: 2001-01-03
Also published as: NL193852B; NL9301057A

Description

V

1 193852

Inrichting voor het doorsnijden van de stelen van champignons

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het doorsnijden van de stelen van champignons, voorzien van een gestel, van een tweetal door het gestel ondersteunde eindloze riemen voor het transporte-5 ren van de champignons en van een tweetal onder de riemen opgestelde, met behulp van een aandrijfmechanisme aan te drijven draaibare messen voor het doorsnijden van de stelen, waarbij de messen en het aandrijfmechanisme zijn aangebracht op een onder de messen opgesteld steunorgaan, dat in hoogterichting instelbaar is met behulp van een verstelmechanisme, dat aan te drijven is met behulp van een lager dan de messen opgesteld aandrijforgaan.

10 Een dergelijke inrichting is bekend uit de PCT aanvrage WO-A 93.00022. Bij deze bekende inrichting zijn voor het in hoogterichting instellen van de messen detectiemiddelen aangebracht, die de lengte van de onder de riemen uitstekende delen van de champignons bepalen en in afhankelijkheid daarvan automatisch de ligging van de messen aanpassen. Dit leidt tot een gecompliceerde en dure constructie, die zeker indien de inrichting in de nabijheid van kweekbedden zou worden gebruikt, gevoelig voor storingen zal zijn.

15 In de praktijk is gebleken, dat zeker indien de inrichting in de nabijheid van de kweekbedden wordt gebruikt een dergelijke gecompliceerde uitvoering met middelen voor het vaststellen van de lengte van de stelen en het afhankelijk daarvan in hoogterichting instellen van de snijmessen overbodig is. Bij gebruik van de inrichting nabij de kweekbedden worden namelijk champignons van in hoofdzaak dezelfde grootte geplukt en door de plukster rechtstreeks aan de machine toegevoerd. Daarbij is het algemeen slechts een 20 instelling nodig indien van het plukken van champignons van een bepaalde grootte wordt overgegaan op het plukken van champignons van een andere grootte.

Volgens de uitvinding is nu het steunorgaan voorzien van enige op afstand van elkaar gelegen platen, die zijn voorzien van geleidingsmiddelen, die samenwerken met vast aan het gestel bevestigde, zich omhoog uitstrekkende geleidingsstaven, terwijl het aandrijforgaan wordt gevormd door een onder het 25 steunorgaan opgestelde en met het steunorgaan samenwerkende, zich omhoog uitstrekkende schroef-spindel, welke met behulp van een aan het ondereinde van de schroefspindel aangebrachte draaiknop verdraaibaar is.

Door toepassing van de constructie volgens de uitvinding kan een inrichting met een bijzonder eenvoudige en doelmatige opbouw worden verkregen, die gemakkelijk in te stellen is, De instelling kan daarbij op 30 veilige wijze plaatsvinden, daar de door de bediener van de inrichting te hanteren draaiknop of dergelijke voor het in hoogterichting instellen van de messen op een zodanig veilige plaats is opgesteld, dat het praktisch uitgesloten is dat de bediener van de inrichting bij het instellen van de inrichting met de messen in aanraking kan komen.

Opgemerkt wordt, dat uit het Amerikaanse octrooischrift 2.837.131 een in hoogte verstelbare steunplaat 35 bekend is, welke met behulp van schroeven ten opzichte van een lager gelegen plaat kan worden versteld. De verstelling kan hierbij echter niet tijdens bedrijf plaatsvinden, mede omdat een schroefspindel en geleidingsmiddelen ontbreken.

Verder is uit het Britse octrooischrift 2.013.481 een schroefspindel met handwlel bekend voor het in hoogte ten opzichte van een paar transportbanden verstellen van in een horizontaal vlak draaibare messen 40 voor het afsnijden van delen van groente. Het verstellen van een steunorgaan ten opzichte van riemen of transportbanden is echter uit deze publicatie niet te ontnemen.

Onder handhaven van een doelmatige, eenvoudige en gemakkelijk te bedienen opbouw van de inrichting kan een verdere instelling van de inrichting worden verkregen doordat de riemen zijn gekoppeld met een gemeenschappelijk verstelmechanisme met behulp waarvan de riemen ten opzichte van een midden tussen 45 de riemen gelegen vlak over gelijke afstanden naar het vlak toegekeerd respectievelijk van het vlak afgekeerd verstelbaar zijn, waarbij de riemen zijn ondersteund door onder de riemen opgestelde gestel-delen, die in een richting dwars op de lengterichting van de riemen naar elkaar toe respectievelijk van elkaar af verplaatsbaar zijn en de de riemen ondersteunende gesteldelen onderling zijn gekoppeld met behulp van een schroefspindel, welke is voorzien van een tweetal van schroefdraad voorziene delen met tegengestelde 50 spoed, die samenwerken met van schroefdraad met overeenkomstige tegengestelde spoed voorziene en met de de riemen ondersteunende gesteldelen verbonden draadbussen, terwijl aan een nabij een zijkant van de inrichting gelegen uiteinde van de schroefspindel een Instelknop is aangebracht met behulp waarvan de schroefspindel om zijn lengteas te verdraaien is.

Op zichzelf Is een verstelmechanisme voor het onderling verstellen van de afstand van twee riemen bij 55 een inrichting voor het doorsnijden van de stelen van champignons bekend uit de Nederlandse octrooiaanvrage 8902114. Hierbij gaat het echter niet om een evenwijdige verstelling van de riemen, doch om een door draaien verstellen van de riemen teneinde een tussen de riemen gevormde V-vormige tussenruimte in 193852 2 grootte in te kunnen stellen.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van een schematisch in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van de constructie volgens de uitvinding.

Figuur I toont schematisch de opstelling van de eindloze riemen, de messen alsmede het aandrijf· 5 mechanisme voor de messen en het in hoogterichting instelbare steunorgaan.

Figuur 2 toont schematisch in perspectief het mechanisme voor het dwars op hun lengterichting ten opzichte van elkaar verstellen van de eindloze riemen.

Het principe van de opbouw van een inrichting volgens de uitvinding is te ontnemen uit de bovengenoemde Nederlandse octrooiaanvrage 8902114 en hierop zal dan ook niet nader worden ingegaan.

10 Zoals in figuur 1 is weergegeven zijn de met elkaar samenwerkende ronde schijfvormige messen 1 en 2 bevestigd aan de boveneinden van zich omhoog uitstrekkende, assen 3 en 4. De assen 3 en 4 zijn gelegerd in een steunorgaan 5, dat is voorzien van een drietal op afstand van elkaar en boven elkaar gelegen platen 6, 7 en 8. De platen 6 en 7 worden op de gewenste afstand van elkaar gehouden met behulp van verbindingsstaven 9, die in het verlengde zijn gelegen van verbindingsstaven 10, die de platen 7 en 8 op de 15 gewenste afstand van elkaar houden.

De beide platen 7 en 8 zijn nabij hun uiteinden voorzien van geleidingsbussen 11 respectievelijk 12, met behulp waarvan de platen 7 en 8 en daarmede het gehele steunorgaan 5 zijn geleid langs geleidingsstaven 13. De staven 13 zijn aan hun ondereinden bevestigd aan een deel van het gestel van de inrichting uitmakende steunplaat 14. In deze steunplaat 14 is een schroefspindel 15 gelegerd, zodanig, dat deze 20 schroefspindel ten opzichte van de steunplaat 14 wel om zijn hartlijn verdraaibaar is, maar niet in zijn lengterichting verschuifbaar.

Aan het onder de steunplaat 14 gelegen ondereinde van de schroefspindel 15 is een knop 16 bevestigd voor het met de hand verdraaien van de schroefspindel 15 om zijn lengte-as.

Het boven de plaat 14 uitstekende van schroefdraad voorziene uiteinde van de schroefspindel 15 is 25 geschroefd in een van inwendige schroefdraad voorziene draadbus 17, welke met behulp van een flens 18 is vastgezet aan de onderzijde van de plaat 8.

Het zal duidelijk zijn, dat door verdraaien van de schroefspindel 15 de draadbus 17, afhankelijk van de draairichting van de schroefspindel 15, ten opzichte van de schroefspindel 15 omhoog of omlaag zal worden bewogen. Daar de draadbus 17 is vastgezet aan het steunorgaan 5 kan zo het steunorgaan 15 met de door 30 dit steunorgaan 5 ondersteunde messen 1 en 2 in hoogterichting worden ingesteld.

Voor het aandrijven van de messen 1 en 2 in de richting volgens pijl A respectievelijk pijl B is aan het steunorgaan 5 een motor 19 bevestigd, welke via een slechts schematisch aangeduide eis·, ketting en/of riemoverbrenging 20, 21 met de assen 3, 4 is gekoppeld.

Het zal duidelijk zijn, dat zo de bediener van de inrichting door verdraaiing van de draaiknop 16 de 35 afstand tussen de messen 1 en 2 en daarboven opgestelde riemen 22 en 23, die tijdens bedrijf van de inrichting de champignons verplaatsen, kan worden ingesteld voor het op de gewenste lengte afsnijden van de tijdens bedrijf van de inrichting gedeeltelijk onder de riemen 22 en 23 uitstekende stelen van de champignons.

De ondersteuningsconstructie voor de eindloze riemen 22 en 23 is schematisch weergegeven in figuur 2. 40 Zoals uit deze figuur blijkt zijn een tweetal zich evenwijdig aan elkaar uitstrekkende balken 24 en 25 aangebracht, die verschuifbaar zijn langs zich loodrecht op deze balken en evenwijdig aan elkaar uitstrekkende geleidingsstaven 26 en 27, die vast in het gestel van de inrichting zijn gemonteerd.

Verder zijn in de balken 24 en 25 schroefdraadbussen 28 respectievelijk 29 aangebracht. Daarbij is de in het inwendige van de ene bus 28 aangebrachte schroefdraad van een spoed tegengesteld aan de spoed 45 van de inwendige schroefdraad in de andere bus 29.

Door de beide bussen is een schroefspindel in de vorm van een stang 30 gevoerd, die ter hoogte van de schroefdraadbus 28 is voorzien van een gedeelte met schroefdraad 31, welke met de schroefdraad van de schroefdraadbus 28 overeenkomt. Op soortgelijke wijze is de stang 30 ter hoogte van de schroefdraadbus 29 voorzien van een deel 32' met schroefdraad, welke met de schroefdraad van de bus 29 overeenkomt.

. 50 Aan een uiteinde van de stang 30 is een bedieningsknop 33' aangebracht, met behulp waarvan de stang 30 met de hand in de richting volgens pijl C respectievelijk D verdraaibaar is. Het zal duidelijk zijn, dat een dergelijke verdraaiing van de stang 30 een naar elkaar toe respectievelijk van elkaar af bewegen van de balken 24 en 25 tot gevolg zal hebben.

Aan de uiteinden van de balken 24 en 25 zijn zich omhoog uitstrekkende balken 32 bevestigd. Aan de 55 boveneinden van de balken 32 zijn zich in een van elkaar afgekeerde richting uitstrekkende en in eikaars verlengde gelegen balken 33 en 34 bevestigd. In de uiteinden van de balken 33 en 34 zijn zich omhoog uitstrekkende assen 35 gelegerd, en aan de boveneinden van deze assen 35 zijn riemschljven 36

Claims

3 193852 « Ί bevestigd, waaromheen de riemen 22 en 23 zijn geleid, zoals is weergegeven in figuur 2. Het zal duidelijk zijn, dat bij toepassing van boven omschreven en in figuur 2 afgebeelde constructie de beide riemen 22 en 23 op eenvoudige en doelmatige wijze naar elkaar toe respectievelijk van elkaar af kunnen worden bewogen door verdraaiing van de stang 30, waarbij ieder van de riemen 22 en 23 over 5 eenzelfde afstand wordt verplaatst ten opzichte van een midden tussen de beide riemen gelegen en zich evenwijdig aan de lengterichting van de riemen uitstrekkend vlak. Men kan zo op eenvoudige wijze de afstand tussen de riemen aanpassen aan de grootte van de te verwerken champignons, terwijl een juiste geleiding van de door te snijden stelen ten opzichte van de onder de riemen opgestelde messen ten alle tijden blijft gehandhaafd. Daarbij kan de bedieningsknop goed 10 toegankelijk aan de zijkant van de inrichting zijn opgesteld, zodat de afstand van de riemen ook tijdens bedrijf kan worden aangepast, zonder dat de bediener van de inrichting gevaar loopt om met bewegende delen in aanraking te komen. Indien gewenst kan men de inrichting ook uitrusten met aandrijfmotor(en) voor het aandrijven van de spindel 15 en/of de spindel 30. 15

1. Inrichting voor het doorsnijden van de stelen van champignons, voorzien van een gestel, van een tweetal 20 door het gestel ondersteunde eindloze riemen voor het transporteren van de champignons en van een tweetal onder de riemen opgestelde, met behulp van een aandrijfmechanisme aan te drijven draaibare messen voor het doorsnijden van de stelen, waarbij de messen en het aandrijfmechanisme zijn aangebracht op een onder de messen opgesteld steunorgaan, dat in hoogterichting instelbaar is met behulp van een verstelmechanisme, dat aan te drijven is met behulp van een lager dan de messen opgesteld aandrijf-25 orgaan, met het kenmerk, dat het steunorgaan (5) is voorzien van enige op afstand van elkaar gelegen platen (7, 8), die zijn voorzien van geleidingsmiddelen (11,12), die samenwerken met vast aan het gestel bevestigde, zich omhoog uitstrekkende geleidingsstaven (13), terwijl het aandrijforgaan wordt gevormd door een onder het steunorgaan (5) opgestelde en met het steunorgaan (5) samenwerkende, zich omhoog uitstrekkende schroefspindel (15), welke met behulp van een aan het ondereinde van de schroefspindel (15) 30 aangebrachte draaiknop (16) verdraaibaar is.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de riemen (22, 23) zijn gekoppeld met een gemeenschappelijk verstelmechanisme met behulp waarvan de riemen (22, 23) ten opzichte van een midden tussen de riemen (22, 23) gelegen vlak over gelijke afstanden naar het vlak toegekeerd respectievelijk van het vlak afgekeerd verstelbaar zijn, waarbij de riemen zijn ondersteund door onder de riemen 35 opgestelde gesteldelen (32-34), die in een richting dwars op de lengterichting van de riemen (22, 23) naar elkaar toe respectievelijk van elkaar af verplaatsbaar zijn en de riemen ondersteunende gesteldelen (32-34) onderling zijn gekoppeld met behulp van een schroefspindel (30), welke is voorzien van een tweetal van schroefdraad voorziene delen (31,32) met tegengestelde spoed, die samenwerken met van schroefdraad met overeenkomstige tegengestelde spoed voorziene en met de riemen ondersteunende gesteldelen 40 (32-34) verbonden draadbussen (28, 29), terwijl aan een nabij een zijkant van de inrichting gelegen uiteinde van de schroefspindel (30) een instelknop (33) is aangebracht met behulp waarvan de schroefspindel (30) om zijn lengteas te verdraaien is. Hierbij 2 bladen tekening