NL1014333C2 - Inrichting voor het oogsten van kool. - Google Patents

Inrichting voor het oogsten van kool. Download PDF

Info

Publication number
NL1014333C2
NL1014333C2 NL1014333A NL1014333A NL1014333C2 NL 1014333 C2 NL1014333 C2 NL 1014333C2 NL 1014333 A NL1014333 A NL 1014333A NL 1014333 A NL1014333 A NL 1014333A NL 1014333 C2 NL1014333 C2 NL 1014333C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
cabbage
translators
stump
foregoing
field
Prior art date
Application number
NL1014333A
Other languages
English (en)
Inventor
Adolf Jan Tonnis Geertzema
Original Assignee
Adolf Jan Tonnis Geertzema
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Adolf Jan Tonnis Geertzema filed Critical Adolf Jan Tonnis Geertzema
Priority to NL1014333A priority Critical patent/NL1014333C2/nl
Priority to AU2001236192A priority patent/AU2001236192A1/en
Priority to EP01908449A priority patent/EP1255433A1/en
Priority to PCT/NL2001/000102 priority patent/WO2001058245A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1014333C2 publication Critical patent/NL1014333C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D45/00Harvesting of standing crops
    • A01D45/26Harvesting of standing crops of cabbage or lettuce

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Harvesting Machines For Specific Crops (AREA)

Description

5 INRICHTING VOOR HET OOGSTEN VAN KOOL·
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het oogsten van.kool en koolachtige gewassen van een akker.
10 Inrichtingen voor het oogsten van kool, waarbij de kool op mechanische wijze wordt geoogst, worden nog weinig toegepast. Kool die bedoeld is om in zijn geheel aan de consument te worden aangeboden, wordt vaak met de hand geoogst. Een probleem van bestaande inrichtingen is 15 namelijk dat deze de kool bij het oogsten in meer of mindere mate beschadigen, waardoor de kool ongeschikt wordt om in zijn geheel aan de consument te worden aangeboden, of slechts tegen een lagere prijs dan de handmatig geoogste kool. Een ander probleem daarbij is, 20 dat door de beschadigingen gemakkelijk schimmelvorming en dergelijke optreedt tijdens het bewaren. In de praktijk wordt derhalve slechts kool die bedoeld is voor verdere verwerking (zogenaamde "industriekool") machinaal geoogst.
25
Doel van de uitvinding is een efficiënte inrichting voor het oogsten van kool, waarmee het mogelijk is om de kool met minder schade aan het gewas te oogsten, zodat aan de consument een aantrekkelijk uitziende gehele kool kan 30 worden aangeboden.
Daartoe omvat de inrichting volgens de uitvinding transportmiddelen welke de kool ten opzichte van de inrichting van een beginpunt naar een eindpunt kunnen 35 transporteren, waarbij de transportmiddelen eerste en tweede, in hoofdzaak parallelle translateurs omvatten welke de kool op twee steunvlakken kunnen ondersteunen, en snijmiddelen welke de kool van zijn koolstronk kunnen 1014333 2 scheiden, waarbij de snijmiddelen zodanig zijn geplaatst dat de kool van de koolstronk kan worden gescheiden terwijl de kool wordt ondersteund door de translateurs, en zodanig dat daarbij de koolstronk tijdens het 5 scheiden van de kool in hoofdzaak met zijn wortels in de akker kan staan.
Met de term translateur wordt een transportmiddel bedoeld, dat een voorwerp in hoofdzaak lineair kan 10 transporteren. De translateur kan in een eenvoudige doch efficiënte uitvoering een eindloze transportband of snaar omvatten, welke middels twee wielen of cilinders wordt opgespannen en aangedreven. Een andere, maar wellicht duurdere oplossing is bijvoorbeeld het 15 toepassen van rollenbanen of andere bekende wijzen om een translerende beweging te bewerkstelligen.
Bij voorkeur omvatten de transportmiddelen voorts een derde translateur, welke in hoofdzaak boven en in 20 hoofdzaak parallel aan de eerste twee translateurs is geplaatst, waarbij de derde translateur is voorzien van steunmiddelen welke zich van de derde translateur uitstrekken, die de van de koolstronk gescheiden kool in de transportrichting gezien aan de achterzijde kunnen 25 steunen. Bij voorkeur zijn de steunmiddelen daarbij vervaardigd van flexibel materiaal, en strekken de steunmiddelen zich daarbij op regelmatige afstanden van de derde translateur uit, welke afstanden groter of gelijk zijn dan de doorsnede van een te oogsten kool.
30
Bij voorkeur zijn de snijmiddelen aangebracht nabij het beginpunt, bijvoorbeeld minder dan 1 m daarvan verwijderd. Het is voordelig om de kool zo kort mogelijk na het eerste contact met de inrichting af te snijden, 35 zodat de kool daarna kan worden afgevoerd naar een verzamelhouder.
1014333 3
De snijmiddelen strekken zich bij voorkeur in de dwarsrichting uit onder het ondersteunende gedeelte van de translateurs, bij voorbeeld tussen het bovenste, ondersteunende gedeelte van de transportbanden of snaren 5 en het onderste, teruglopende gedeelte daarvan. De snijmiddelen omvatten bij voorkeur een mes welke een reciproke beweging kan uitvoeren, of een lintzaag welke een eindloos flexibel zaagblad omvat dat wordt rondgevoerd. De reciproke beweging van het mes kan 10 bijvoorbeeld worden bewerkstelligd door een excentriekmotor.
Om de kool op een optimale wijze te kunnen oogsten is de gemiddelde vertikale afstand van de akker tot de 15 transportmiddelen en/of de snijmiddelen bij voorkeur instelbaar. Ook is daartoe de onderlinge afstand tussen de translateurs en/of de snijmiddelen bij voorkeur instelbaar. Een dergelijke instelbaarheid is bijzonder voordelig indien de inrichting sensoren omvat welke de 20 gemiddelde afmetingen en/of de hoogte van de kool en/of de koolstronk kunnen meten, waarbij de afstand in afhankelijkheid van de gemeten afmetingen automatisch kan worden ingesteld.
25 De inrichting omvat bij voorkeur een vierde translateur, welke de van de koolstronk gescheiden kool in hoofzaak vanaf het eindpunt van de eerste en tweede translateurs naar een verzamelhouder kunnen transporteren.
30 De inrichting omvat bij voorkeur aandrijfmiddelen, bij voorbeeld een tractor, welke de inrichting over de akker voort kunnen bewegen, waarbij bij voorkeur de beweging van ten minste een van de translateurs is gekoppeld aan de beweging van de aandrijfmiddelen. Bovendien is bij 35 voorkeur de beweging van de translateurs onderling gekoppeld. Hierdoor is het mogelijk de horizontale bewegingssnelheid van het ondersteunende gedeelte van de 1014333 4 eerste en tweede translateurs ten opzichte van de akker tijdens het voortbewegen van de inrichting over de akker althans nagenoeg nul te laten zijn, waardoor een beschadiging van de kool tijdens het oogsten wordt 5 verminderd. In een andere uitvoeringsvorm is de bewegingssnelheid van de translateurs instelbaar, zodat deze naar wens op een snelheid kan worden ingesteld die overeenkomt met bovenstaande "nul"-snelheid, of op een grotere snelheid waardoor de afvoersnelheid van de kool 10 wordt vergroot.
De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het oogsten van kool van een akker, waarbij de kool door snijmiddelen van zijn koolstronk wordt gescheiden 15 terwijl eerste en tweede, in hoofdzaak parallelle translateurs de kool op twee steunvlakken ondersteunen en terwijl de koolstronk in hoofdzaak met zijn wortels in de akker staat.
20 De uitvinding zal nu nadere worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld, welke in de figuren is weergegeven.
Figuur 1 toont een perspectiefaanzicht van een 25 inrichting voor het oogsten van kool; en
Figuur 2 toont een perspectiefaanzicht van een detail van de inrichting van figuur 1.
30 Met verwijzing naar figuren 1 en 2 omvat een inrichting voor het oogsten van kool of koolachtige gewassen een tractor 1 waarop een transport- en snij inrichting is gemonteerd. De transport- en snij inrichting kan in zijn geheel in hoogte versteld worden middels hydraulische of 35 pneumatische cilinders 2 of door eventueel elektrisch aangedreven draadspindels. De transport- en snij inrichting omvat een frame 3, waarin diverse 1014333 5 bewegende onderdelen zijn gemonteerd voor het scheiden van de kool 4 van zijn koolstronk 5, en vervolgens het transporteren van de kool 4 naar een (niet getoonde) verzamelhouder, wat bijvoorbeeld een kar kan zijn die 5 meerijdt met de tractor 1, of een bak die aan de tractor 1 is bevestigd.
Aan frame 3 zijn twee smalle eindloze transportbanden of snaren 6, 7 opgespannen op wielen 8, 9, 10, 11. De 10 snaren 6, 7 lopen ongeveer parallel aan elkaar en strekken zich van de voor- naar de achterzijde schuin omhoog uit. De snaren 6, 7 worden door de wielen 10, 11 aangedreven, zodanig dat het bovenste, dragende deel van voor naar achter bewogen wordt. De afstand tussen de 15 snaren 6, 7 is instelbaar, afhankelijk van de grootte van de te oogsten kool. Deze afstand wordt zodanig ingesteld dat een kool op de snaren 6, 7 kan liggen zonder er tussendoor te zakken. Om te voorkomen dat de snaren 6, 7 door een er op liggende kool 4 uit elkaar 20 worden geduwd, zijn langs het ondersteunende gedeelte van de snaren 6, 7 geleidingsrails 17, 18 aangebracht.
Tijdens het oogsten wordt de tractor 1 over de akker gereden, waarbij de voorste zijde van de transport- en 25 snij inrichting langs de in rijen geplante kool 4 wordt gestuurd, zodanig dat de koolstronk 5 tussen de wielen 8, 9 door beweegt en de snaren 6, 7 de kool aan twee zijden ondersteunt. Dit sturen kan door de bestuurder van de tractor visueel worden gedaan, de inrichting kan 30 daartoe ook zijn uitgerust met een sensor, die ervoor zorgt dat de inrichting op de juiste wijze langs de koolrijen wordt gestuurd.
Aan de voorzijde zijn de bovenste oppervlakken van de 35 snaren 6, 7 door de stand van de wielen 8, 9 enigszins naar elkaar toegericht om de kool op soepele wijze tussen de snaren te geleiden, terwijl aan de achterzijde f0143 3 3 6 deze oppervlakken naar boven zijn gericht.
Teneinde de kool 4 te scheiden van zijn stronk 5 is nabij de voorzijde onder het dragende deel van de snaren 5 6, 7 in de dwarsrichting een zaagmes 12 aan het frame opgehangen middels een scharnierbare paral1ellogramconstructie 13. De onderzijde van de parallellogramconstructie 13 wordt gevormd door het mes 12, de bovenzijde wordt gevormd door een trekveer 14 die 10 het mes 12 onder spanning houdt. De parallellogramconstructie 13 is opgehangen aan twee scharnierpunten 15, en wordt bewogen door een excentrische motor 16, waardoor het mes 12 een reciproke, dat wil zeggen heen en weergaande beweging 15 uitvoert en de kool 4 scheidt van zijn koolstronk 5. De koolstronk 5 blijft daarbij achter in de akker. Bij voorkeur is de afstand tussen het mes 12 en de snaren 6, 7 instelbaar, zodat deze de kool op optimale wijze afsnij dt.
20
In plaats van het mes 12 kunnen ook andere snijmiddelen worden toegepast, zoals een lintzaag. Daarbij worden bijvoorbeeld op de hoeken van genoemd parallellogram, welke in dat geval niet scharnierbaar is opgehangen, 25 vier wielen aangebracht waarover een oneindige lintzaag rond wordt geleid. Daartoe wordt een van de vier wielen aangedreven. Deze wielen dienen een voldoende grote doorsnede (bijvoorbeeld 40 cm) te hebben om breken van de lintzaag te voorkomen.
30
De beweging van de snaren 6, 7 is mechanisch gekoppeld aan de beweging van de tractor 1, zodanig dat indien de inrichting in beweging is, de relatieve horizontale snelheid van het ondersteunde gedeelte van de snaren 6, 35 7 ten opzichte van de akker waarover de tractor 1 zich voortbeweegt nagenoeg 0 m/s is, dat wil zeggen ten minste minder dan 10% van de voortgangssnelheid van de 1014338 7 tractor 1. De snelheid van de snaren 6, 7 kan echter ook door de gebruiker instelbaar zijn, zodat deze de snelheid naar eigen inzicht kan instellen.
5 Boven de snaren 6, 7 is parallel daaraan een transportband 19 bevestigd, met daarop in rijen geplaatste flexibele rubberen vingers 20. De afstand tussen de rijen vingers 20 is ten minste zo groot als de doorsnede van de te oogsten kool 4. De onderzijde van de 10 transportband 19 beweegt met ongeveer gelijke snelheid als de bovenzijde van de snaren 6, 7. De vingers 20 steunen de kool 4 aan de achterzijde vanaf het moment dat deze wordt gescheiden van de koolstronk 5, en voorkomen dat de kool 4 onder invloed van de kracht van 15 het mes 12 en/of de zwaartekracht terug in de richting van het onderste beginpunt van de snaren 6, 7 beweegt.
De vingers 20 zijn flexibel genoeg om ervoor te zorgen dat zij de kool 4 niet beschadigen.
2 0 Voorts omvat de transport- en snij inrichting een volgende transportband 21, welke de afgesneden kool 4, nadat deze door de snaren 6, 7 en de transportband 19 naar de achterzijde van de tractor is getransporteerd, verder schuin omhoog transporteert naar een niet 25 getoonde verzamelhouder. Eveneens niet getoond is een optionele inrichting voor het verwijderen van de buitenste (lelijke en/of vervuilde) bladeren van de . kool, voordat deze in de verzamelhouder worden gedeponeerd, zodat de kool direct geschikt is voor 30 verkoop.
1014333

Claims (19)

1. Inrichting voor het oogsten van kool of koolachtige gewassen van een akker, omvattende 5 transportmiddelen welke de kool ten opzichte van de inrichting van een beginpunt naar een eindpunt kunnen transporteren, waarbij de transportmiddelen eerste en tweede, in hoofdzaak parallelle translateurs omvatten welke de kool op twee 10 steunvlakken kunnen ondersteunen, en snijmiddelen welke de kool van zijn koolstronk kunnen scheiden, waarbij de snijmiddelen zodanig zijn geplaatst dat de kool van de koolstronk kan worden gescheiden terwijl de kool wordt ondersteund door de 15 translateurs en terwijl de koolstronk in hoofdzaak met zijn wortels in de akker staat.
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de transportmiddelen voorts een derde translateur 20 omvatten, welke in hoofdzaak boven en in hoofdzaak parallel aan de eerste twee translateurs is geplaatst, waarbij de derde translateur is voorzien van steunmiddelen welke zich van de derde translateur uitstrekken, die de van de koolstronk 25 gescheiden kool in de transportrichting gezien aan de achterzijde kunnen steunen.
3 Inrichting volgens conclusie 2, waarbij de steunmiddelen zijn vervaardigd van flexibel 30 materiaal.
4. Inrichting volgens conclusie 2 of 3, waarbij de steunmiddelen zich op regelmatige afstanden van de derde translateur uitstrekken, welke afstanden 35 groter of gelijk zijn dan de doorsnede van een te oogsten kool. 1014333
5. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de translateurs eindloze transportbanden of snaren omvatten.
6. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de snijmiddelen zijn aangebracht nabij het beginpunt.
7. Inrichting volgens een van de voorgaande 10 conclusies, waarbij de snijmiddelen zich in de dwarsrichting uitstrekken onder het ondersteunende gedeelte van de translateurs.
8. Inrichting volgens een van de voorgaande 15 conclusies, waarbij de snijmiddelen een mes omvatten welke een reciproke beweging kan uitvoeren.
9. Inrichting volgens een van de voorgaande 20 conclusies, waarbij de snijmiddelen een lintzaag omvatten.
10. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de gemiddelde vertikale afstand 25 van de akker tot de transportmiddelen en/of de snijmiddelen instelbaar is.
11. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de onderlinge afstand tussen de 30 translateurs en/of de snijmiddelen instelbaar is.
12. Inrichting volgens conclusie 10 of 11, waarbij de inrichting sensoren omvat welke de gemiddelde afmetingen en/of de hoogte van de kool en/of de 35 koolstronk kunnen meten, en dat de afstand in afhankelijkheid van de gemeten afmetingen kan worden ingesteld. 10143S3
13. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de inrichting een vierde translateur omvat, welke de van de koolstronk gescheiden kool in hoofzaak vanaf het eindpunt van 5 de eerste en tweede translateurs naar een verzamelhouder kunnen transporteren.
14. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de beweging van ten minste twee 10 van de translateurs onderling gekoppeld is.
15. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de inrichting aandrijfmiddelen omvat welke de inrichting over de akker voort 15 kunnen bewegen.
16. Inrichting volgens conclusie 15, waarbij de beweging van ten minste een van de translateurs is gekoppeld aan de beweging van de aandrijfmiddelen. 20
17. Inrichting volgens conclusie 16, waarbij de horizontale bewegingssnelheid van het ondersteunende gedeelte van de eerste en tweede translateurs ten opzichte van de akker tijdens het 25 voortbewegen van de inrichting over de akker althans nagenoeg nul is.
18. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de bewegingssnelheid van de 30 translateurs instelbaar is.
19. Werkwijze voor het oogsten van kool of koolachtige gewassen van een akker, waarbij de kool door snijmiddelen van zijn koolstronk wordt gescheiden 35 terwijl eerste en tweede, in hoofdzaak parallelle translateurs de kool op twee steunvlakken ondersteunen en terwijl de koolstronk in hoofdzaak 1014338 met zijn wortels in de akker staat. 1014333
NL1014333A 2000-02-09 2000-02-09 Inrichting voor het oogsten van kool. NL1014333C2 (nl)

Priority Applications (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1014333A NL1014333C2 (nl) 2000-02-09 2000-02-09 Inrichting voor het oogsten van kool.
AU2001236192A AU2001236192A1 (en) 2000-02-09 2001-02-07 Device for harvesting cabbage
EP01908449A EP1255433A1 (en) 2000-02-09 2001-02-07 Device for harvesting cabbage
PCT/NL2001/000102 WO2001058245A1 (en) 2000-02-09 2001-02-07 Device for harvesting cabbage

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1014333 2000-02-09
NL1014333A NL1014333C2 (nl) 2000-02-09 2000-02-09 Inrichting voor het oogsten van kool.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1014333C2 true NL1014333C2 (nl) 2001-08-13

Family

ID=19770779

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1014333A NL1014333C2 (nl) 2000-02-09 2000-02-09 Inrichting voor het oogsten van kool.

Country Status (4)

Country Link
EP (1) EP1255433A1 (nl)
AU (1) AU2001236192A1 (nl)
NL (1) NL1014333C2 (nl)
WO (1) WO2001058245A1 (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN102325592B (zh) 2008-12-22 2014-12-10 巴斯夫欧洲公司 用于生产马来酸酐的催化剂及方法
AU2010202604A1 (en) * 2009-08-26 2011-03-17 Dobson's Vegetable Machinery Pty Ltd Harvester
RU2711964C1 (ru) * 2019-07-05 2020-01-23 Общество с ограниченной ответственностью "Комбайн" Капустоуборочный комбайн

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
SU173515A1 (ru) * 1963-02-06 1965-07-21 П. С. Котов, М. Д. Соловьев, Ю. А. Николаев , А. В. Неверов КАПУСТОУБОРОЧНАЯ МАШИНА^l^tKfm- :и'лЙИ^Г' ; ^ ' IF/r-jirIII
US3415045A (en) * 1966-07-07 1968-12-10 Schuyler M. Hibbard Harvesting apparatus and method
US3690049A (en) * 1971-09-16 1972-09-12 Carlton E Roberson Broccoli harvester
EP0044602A1 (en) * 1980-07-21 1982-01-27 Backus Sormac B.V. Raising device
DE9320131U1 (de) * 1993-12-23 1994-03-03 Infracom Gesellschaft für Industriebauten, Kommunikations- und Verkehrstechnologien mbH, 13129 Berlin Kohlerntemaschine

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
SU173515A1 (ru) * 1963-02-06 1965-07-21 П. С. Котов, М. Д. Соловьев, Ю. А. Николаев , А. В. Неверов КАПУСТОУБОРОЧНАЯ МАШИНА^l^tKfm- :и'лЙИ^Г' ; ^ ' IF/r-jirIII
US3415045A (en) * 1966-07-07 1968-12-10 Schuyler M. Hibbard Harvesting apparatus and method
US3690049A (en) * 1971-09-16 1972-09-12 Carlton E Roberson Broccoli harvester
EP0044602A1 (en) * 1980-07-21 1982-01-27 Backus Sormac B.V. Raising device
DE9320131U1 (de) * 1993-12-23 1994-03-03 Infracom Gesellschaft für Industriebauten, Kommunikations- und Verkehrstechnologien mbH, 13129 Berlin Kohlerntemaschine

Non-Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
SOVIET PATENTS ABSTRACTS Derwent World Patents Index; XP002149405 *

Also Published As

Publication number Publication date
WO2001058245A1 (en) 2001-08-16
AU2001236192A1 (en) 2001-08-20
EP1255433A1 (en) 2002-11-13

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US3390768A (en) Tomato harvesting apparatus
EP0202766B1 (en) Machine for gathering fruit or the like
NL1014333C2 (nl) Inrichting voor het oogsten van kool.
ES2211350B1 (es) Maquina recolectora clasificadora y envasadora de cebollas, tuberculos, productos hortofruticolas y otros frutos del suelo.
US6945292B1 (en) Tree harvesting apparatus
NL1036829C2 (nl) Inrichting voor het verzamelen van vruchten tijdens het oogsten ervan.
US7437791B2 (en) Apparatus for removing insects from produce
BE1014402A3 (nl) Aardappelrooimachine.
NL7906281A (nl) Beweegbare oogstmachine.
NL1030339C2 (nl) Inrichting voor het uithalen en verwerken van veevoer.
JP2021003086A (ja) 収穫機
JP4195748B2 (ja) 葉菜類収穫機
JP3874541B2 (ja) 収穫機
JP4248440B2 (ja) 作物搬送装置
JP3860457B2 (ja) 農産物収穫機における小いも処理装置
BE1029626B1 (nl) Inrichting voor het rooien van koolgroenten, in het bijzonder bloemkolen
NL1003910C2 (nl) Inrichting voor het egaliseren van een grasmat, in het bijzonder van een sportveld.
JP3594328B2 (ja) 結球野菜収穫機
FR2555455A1 (fr) Procede de ramassage d'objets de forme spherique et dispositif permettant sa mise en oeuvre
KR102433540B1 (ko) 롤링예취부를 구비한 배추수확기
US972852A (en) Cutting apparatus.
BE1015321A3 (nl) Inrichting en werkwijze voor het rooien van koolplanten.
NL1024638C2 (nl) Inrichting voor het oogsten van bladgroenten.
JPH06169620A (ja) 根菜類収穫機
JP2000004627A (ja) 泥土除去装置付き根菜収穫機

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20080901