NL192746C - Ventilatie-element. - Google Patents

Ventilatie-element. Download PDF

Info

Publication number
NL192746C
NL192746C NL8702111A NL8702111A NL192746C NL 192746 C NL192746 C NL 192746C NL 8702111 A NL8702111 A NL 8702111A NL 8702111 A NL8702111 A NL 8702111A NL 192746 C NL192746 C NL 192746C
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
wave
ventilation element
ventilation
profile
plane
Prior art date
Application number
NL8702111A
Other languages
English (en)
Other versions
NL8702111A (nl
NL192746B (nl
Original Assignee
Braas Gmbh
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Braas Gmbh filed Critical Braas Gmbh
Publication of NL8702111A publication Critical patent/NL8702111A/nl
Publication of NL192746B publication Critical patent/NL192746B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL192746C publication Critical patent/NL192746C/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04DROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
    • E04D13/00Special arrangements or devices in connection with roof coverings; Protection against birds; Roof drainage ; Sky-lights
    • E04D13/17Ventilation of roof coverings not otherwise provided for

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Building Environments (AREA)
  • Roof Covering Using Slabs Or Stiff Sheets (AREA)
  • Structures Of Non-Positive Displacement Pumps (AREA)
  • Air-Conditioning For Vehicles (AREA)

Description

1 192746
Ventilatie-element
De uitvinding betreft een ventilatie-element voor het inzetten tussen overlopende gedeeltes of voor het openhouden van sleuven in een uit folie bestaande dekhuid aan een schuin dak, bestaande uit als één stuk 5 met elkaar verbonden kunststof-ruggen, -banden en/of -profielen, waarbij deze ruggen, banden en/of profielen vormen: - een eerste golfprofiel; - ten minste een tweede golfprofiel, dat op afstand evenwijdig en in hoofdzaak op één lijn ten opzichte van het eerste golfprofiel is aangebracht, waarbij de golftoppen van het eerste en tweede golfprofiel een eerste 10 bovenvlak bepalen, en waarbij de golfdalen van het eerste en tweede golfprofiel een tweede ondervlak bepalen; en - een zich in een vlak uitstrekkende roosterconstructie bestaande uit ten minste één zich in de richting van de golfprofielen uistrekkende langsrug en daarvan in hoofdzaak haaks uitstekende, eerste dwarsruggen.
Een dergelijk ventilatie-element is bekend uit de niet vóórgepubliceerde Nederlandse octrooiaanvrage 15 8603094 van aanvraagster. De figuren 8 en 9 van deze Nederlandse octrooiaanvrage tonen een ventilatie-element bestaande uit een vlakke plaat met een gerasterde roosterstructuur van langs- en dwarsruggen en met van de langsruggen opwaarts uitstekende oplegribben en oplegstijlen. Dit ventilatie-element moet, evenals het ventilatie-element volgens de uitvinding, een be- en ontluchting van de dakruimte onder de uit dekbanen opgebouwde dekhuid naar de boven de dekhuid aangebrachte dakbedekkingsplaten toe 20 waarborgen, om condensvorming en dergelijke uit te sluiten.
De onderhavige uitvinding heeft tot doel het verschaffen van een ventilatie-element voor een dekhuid aan een schuin dak, dat eenvoudig te vervaardigen is en dat een zo groot mogelijke ventilatiedoorsnede waarborgt.
Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat de roosterconstructie zich uitstrekt binnen het eerste 25 bovenvlak, doordat de eerste dwarsruggen steeds met de naburige golftop zijn verbonden, en doordat tweede dwarsruggen zijn voorzien, die de golfdalen verbinden met de langsrug.
Omdat het ventilatie-element volgens de uitvinding slechts uit enkele uit één stuk met elkaar verbonden kunststof-ruggen, -banden en/of -profielen bestaat, is dit dicht, licht en waarborgt een maximaal mogelijke, vrije ventilatiedoorsnede in elke richting.
30 De speciale vormgeving en onderlinge ruimtelijke opstelling van deze kunststof-ruggen, -banden en/of profielen, zodat een eerste golfprofiel, ten minste één tweede golfprofiel, een roosterconstructie en tweede dwarsruggen resulteren, verschaffen met minimaal materiaalverbruik een relatief vormstabiel en torsiestijf ventilatie-element.
Een bijzondere uitvoeringsvorm van een ventilatie-element volgens de uitvinding, waarbij de overgangen 35 tussen de naburige golftoppen en golfdalen zijn gevormd door ten opzichte van het tweede vlak schuin gestelde, opgaande verbindingsgedeeltes, alsmede neergaande verbindingsgedeeltes, en waarbij de golfdalen zijn gevormd door platte gedeeltes, wordt gekenmerkt, doordat elk golfprofiel in hoofdzaak een trapeziumvormige, zijdelings open meander vormt met platte gedeeltes voor de golftoppen, op welke platte gedeeltes de eerste dwarsruggen aansluiten. Met een dergelijk ventilatieprofie! worden platte oplegvlakken 40 voor de voor de ventilatiedoelen op afstand ten opzichte van elkaar te houden gedeeltes van de dekbanen verkregen.
Volgens een verdere bijzondere uitvoeringsvorm van het ventilatie-element volgens de uitvinding sluiten de op- respectievelijk neergaande, schuingestelde verbindingsgedeeltes tussen naburige golftoppen en golfdalen met het tweede vlak een hoek van ongeveer 60-65° in. Dit maakt een gunstige stapeling mogelijk. 45 Het is hierbij volgens de uitvinding bijzonder doelmatig wanneer de het eerste golfprofiel vormende kunststofwand en/of de het tweede golfprofiel vormende kunststofwand in het bereik van de op- respectievelijk neergaande verbindingsgedeeltes tussen naburige golftoppen en golfdalen met betrekking tot zijn respectievelijk hun dikte een licht wigvormig verloop heeft respectievelijk hebben. Een afwijking van de hoek tussen binnenvlak en buitenvlak aan een dergelijk verbindingsgedeelte van enkele graden, bijvoorbeeld 50 2-3°, is geheel voldoende. Hierdoor wordt gewaarborgd, dat in elkaar gestapelde ventilatie-elementen niet volgens een geheel vlak op elkaar liggen, doch in een overwegend bereik van met elkaar strokende gedeeltes, een kleine afstand behouden. Hierdoor wordt de hechting tussen naburige ventilatie-elementen verminderd en wordt het afnemen van een ventilatie-element uit de stapel zeer wezenlijk vergemakkelijkt.
Een verdere bijzondere uitvoeringsvorm van het ventilatie-element volgens de uitvinding, waarbij de 55 kunststof-ruggen, -banden en/of -profielen een binnen het tweede vlak verlopende framerug vormen, welke eerste framedelen heeft, welke aan het eerste golfprofiel grenzende golfdalen met elkaar verbinden, waarbij de framerug in het bereik van de zijgedeeltes verder twee frameruggedeeltes heeft, welke aldaar het eerste 192746 2 golfprofiel met het tweede golfprofiel verbinden, waarbij de langsrug in het bereik van de zijgedeeltes via verbindingen met het betreffende tweede frameruggedeelte is verbonden, wordt gekenmerkt, doordat deze verbindingen ten opzichte van het tweede vlak schuinverlopende verlengingen van de langsrug omvatten.
Bij een dergelijke uitvoeringsvorm wordt de vormstabiliteit van het ventilatie-element verhoogd, in het 5 bijzonder wordt het golfprofiel in de langsrichting gestabiliseerd en tegen onvoorzien platdrukken bij onzorgvuldig hanteren van de ventilatie-elementen beveiligd. Er is hierbij sprake van een als geheel kastvormig ventilatie-element, waarvan de torsiestabiliteit wezenlijk is verhoogd.
Een verdere bijzondere uitvoeringsvorm van een ventilatie-element volgens de uitvinding, waarbij het ventilatie-element is voorzien van bevestigingslippen voor het inhangen van het ventilatie-element aan een 10 kantgedeelte van de dekhuid, wordt gekenmerkt, doordat deze bevestigingslippen aan de framerug aan het eerste frameruggedeelte daarvan tussen twee naburige golfdalen van het eerste golfprofiel zijn aangebracht en zich in het vlak van deze golfdalen uitstrekken. Wanneer een randgedeelte van een dekhuid tussen deze golfdalen en de bevestigingslassen wordt gevoerd, dan wordt - zonder extra vreemde bevestigingsmiddelen - bij een in sterke mate strakgespannen dekhuid een klemmende zitting van het ventilatie-element 15 verkregen. Het zal duidelijk zijn dat bij voorkeur meerdere van zulke bevestigingslippen aan het ventilatie-element aanwezig zijn, welke vanaf de framerug uitsteken binnen het tweede vlak naar binnen toe gericht. Teneinde hierbij de stapelbaarheid van de ventilatie-elementen niet te benadelen, is het volgens de uitvinding voordelig wanneer de zich in het bereik van de bevestigingslippen bevindende golftoppen verzet zijn aangebracht en/of van uitsparingen zijn voorzien, zodanig dat ongeacht de aanwezigheid van de 20 bevestigingslippen een stapelbaarheid van een aantal ventilatie-elementen is gewaarborgd.
Een verdere voordelige uitvoeringsvorm van een ventilatie-element volgens de uitvinding, waarbij het ventilatie-element is voorzien van bevestigingslippen voor het inhangen van het ventilatie-element aan een kantgedeelte van de dekhuid, wordt gekenmerkt, doordat de bevestigingslippen een, ten opzichte van het vlak van de bevestigingslippen iets gebogen, tongvormig eindgedeelte hebben. Hierdoor wordt een 25 spanningsvrij vastklemmen aan de kant van een dekhuid mogelijk.
Teneinde de onderdelen van een ventilatie-element volgens de uitvinding te verstijven, is het voordelig wanneer de langsrug, de eerste dwarsrug en/of de tweede dwarsrug als T-profiel zijn uitgevoerd.
Op het ventilatie-element volgens de uitvinding zijn varianten denkbaar. Zo kunnen de golftoppen en golfdalen gelijke of verschillende breedtes hebben. Bij voorkeur is elke, het eerste golfprofiel vormende 30 kunststofband in het bereik van de golfdalen breder dan in het bereik van de golftoppen, waarbij de op-respectievelijk neergaande verbindingsgedeeltes tussen zulke golftoppen en golfdalen een in hoofdzaak driehoekig grondvlak hebben. Hierdoor wordt een afschuining voor de voorkanten van het ventilatie-element verkregen, welke het inschuiven tussen naburige, op afstand ten opzichte van elkaar gehouden dekbanen, respectievelijk in een sleuf in een dergelijke dekhuid vergemakkelijkt. Het achterste, tweede golfprofiel kan 35 daarentegen uit een kunststofband van gelijkblijvende breedte bestaan, zodat aldaar de golfdalen en golftoppen dezelfde breedten hebben. Alternatief kan ook de, het tweede achterste golfprofiel vormende kunststofband in het bereik van de golfdalen breder zijn dan in het bereik van de golftoppen. In een dergelijk geval is het ventilatie-element spiegelsymmetrisch ten opzichte van een langsmiddenvlak uitgevoerd en kan zowel met de voorkant alsmede met de achterkant vooraan in de dekhuid gezet worden. Hieruit resulteert 40 een veelzijdige hanteerbaarheid van het ventilatie-element. Al naar gelang de mate van de vastheids-eigenschappen van de gebruikte kunststof kan voor de kunststofband een dikte van ongeveer 3-6 mm worden toegepast. Verder zal het gehele ventilatie-element bij voorkeur uit een, uit één stuk gevormd spuitlichaam van kunststof bestaan. De vervaardiging volgens de spuitgietmethode is eenvoudig en gunstig in prijs. De één geheel vormende verbinding van alle bestanddelen vermijdt verder de dwang tot bijzondere 45 verbindingsmaatregelen en -middelen. Voorts heeft een spuitgietlichaam uit één stuk ook dan de noodzakelijke vormstabiliteit en torsiestijfheid, wanneer dit uit naar verhouding smalle kunststofbanen van geringe dikte bestaat. De hiervoor in details gegeven uitvoeringsvorm van het ventilatie-element volgens de uitvinding maakt de vervaardiging met een naar verhouding eenvoudig spuitgietwerktuig, dat geen kern behoeft, mogelijk.
50
Hierna wordt de uitvinding meer in detail aan de hand van een de voorkeur verdienende uitvoeringsvorm met verwijzing naar de tekening toegelicht; in deze laatste tonen schematisch: figuur 1 een uitsnijding uit een ventilatie-element in perspectivische voorstelling; figuur 2 een bovenaanzicht op een volledig ventilatie-element; 55 figuur 3 een achteraanzicht van het ventilatie-element volgens figuur 2, waarin begrepen de naar onderen wijzende tongen van de bevestigingslippen; figuur 4 een uitsnijding uit het achteraanzicht volgens figuur 3; 3 192746 figuur 5 een doorsnede in de richting van de helling van een uitsnijding uit een dakopbouw met een ventilatie-element volgens de uitvinding; figuur 6 een doorsnede dwars op de dakhelling van een uitsnijding uit een dakopbouw met een ventiiatie-element volgens de uitvinding; 5 figuur 7 een doorsnede overeenkomstig figuur 5 in het nokbereik van een schuin dak met ventilatie-elementen volgens de uitvinding; en figuur 8 een doorsnede overeenkomstig figuur 5 in het gootbereik van een schuin dak met een ventilatie-element volgens de uitvinding.
10 De in de figuren 1-4 weergegeven voorkeursuitvoeringsvorm van een ventilatie-element volgens de uitvinding bestaat uit een één geheel vormend element omvattende kunststof-ruggen, -banden en/of -profielen.
Als geschikte kunststof komen bijvoorbeeld polyethyleen of polyvinylchloride in aanmerking. Bij voorkeur bestaat het ventilatie-element uit polyethyleen.
15 Het ventilatie-element heeft tot taak, een sleuf binnen een huid open te houden of twee overlappende delen van verschillende banen, die de huid vormen, op afstand van elkaar te houden.
Kunststofbanen met een dikte van ongeveer 1,5-3 mm en een breedte van ongeveer 4-10 mm, kunnen een ventilatie-element vormen dat voldoende vormstabiel is.
Het in figuur 2 in bovenaanzicht weergegeven volledige ventilatie-element heeft bijvoorbeeld de 20 navolgende afmetingen: lengte ca.25-45 cm, in het bijzonder 35 cm; breedte ca. 10-15 cm, in het bijzonder 12 cm; hoogte ca. 1,3-3 cm, in het bijzonder 2 cm.
In de praktijk is het voldoende, wanneer een ca. 1,5-3cm hoge en ongeveer 20-40 cm lange, open 25 ventilatiedoorsnede gewaarborgd wordt. Het ventilatie-element bestaat uit ten minste twee op afstand van elkaar evenwijdig en in hoofdzaak op één lijn aangebrachte golfprofielen 10 en 20. De golftoppen 12, 22 en golfdalen 14, 24 verschaffen oplegvlakken voor de op afstand ten opzichte van elkaar te houden gedeeltes van de huid. Voor het waarborgen van de vormstabiliteit en torsiestijfheid zijn deze golfprofielen 10 en 20 onderling door één of meer langsruggen 31 en dwarsruggen 33, 40 met elkaar verbonden, die voldoende 30 grote luchtdoortreedopeningen vrij laten en een dichte stapeling van een veelvoud van ventiiatie-elementen niet hinderen.
De golfprofielen 10 en 20 strekken zich in langsrichting volgens rechte lijnen uit en verlopen bij voorkeur onderling evenwijdig. Aan elk golfprofiel 10, respectievelijk 20 hebben de golftoppen 12, 22 alsmede de golfdalen 14, respectievelijk 24 in hoofdzaak een trapeziumvorm.
35 De verbinding tussen naburige golftoppen 12, 22 en golfdalen 14, 24 geschiedt via opgaande verbindingsgedeeltes 11, 21 en neergaande verbindingsgedeeltes 13, respectievelijk 23.
Zoals dit in figuur 1 aan de achterzijde weergegeven is, kan een golfprofiel met het verbindingsgedeelte 21, de rechte golftop 22, het neergaand verbindingsgedeelte 23, dal 24, enz. uit één kunststofband met evenwijdige zijkanten bestaan. Daarentegen is het in figuur 1 aan de voorzijde weergegeven, eerste 40 golfprofiel 10 in het bereik van de golfdalen 14 breder dan in het bereik van de golftoppen 12; de opgaande en neergaande verbindingsgedeeltes 11, 13 bezitten een in hoofdzaak driehoekig grondvlak, dat de overgang naar de breedte van naburige golftoppen, respectievelijk golfdalen vormt.
In figuur 2 is aangegeven, dat dit eerste golfprofiel 10 twee verschillende uitvoeringsvormen voor de golftoppen 12 heeft. Bij de ene uitvoeringsvorm 12’ bestaat de golftop in hoofdzaak uit een kunststofstrook-45 gedeelte 16 met evenwijdige zijkanten, dat zich in de richting van het golfprofiel 10 uitstrekt. Bij de andere uitvoeringsvorm 12’ bestaat deze golftop in hoofdzaak uit een in bovenaanzicht driehoekig kunststofgedeelte 17, dat zijdelings naar binnen verzet ten opzichte van de langsrichting van de profielstrook 10 aangebracht is. Hierdoor wordt gewaarborgd, dat een in dit bereik aangebrachte bevestigingslip 55 langs de golftop gevoerd kan worden, zodat deze bevestigingslip 55 de stapelbaarheid van de ventiiatie-elementen niet 50 hindert. Naar behoefte kan in het driehoekige kunststofvlak 17 een uitsparing 18 aangebracht zijn, om de bevestigingslip 55 van een naburig ventilatie-element bij het in elkaar stapelen door te laten.
De vlakke gedeeltes van de golftoppen 12, 22 van de golfprofielen 10, 20 bepalen een eerste en de vlakke gedeeltes van de golfdalen 14, 24 van de golfprofielen een tweede vlak. De afstand tussen deze vlakken bepaalt de ventilatieluchtdoorlaat, die in de regel 15-30 mm, in het bijzonder va. 20 mm bedraagt. 55 Binnen het eerste vlak strekt zich een roosterconstructie 30 uit, uit kunststofruggen-, banden- en/of -profielen, die als één geheel met de golfprofielen 10, 20 verbonden zijn en de vormstabiliteit en torsiestijfheid van het gehele ventilatie-element waarborgen. In de weergegeven uitvoeringsvorm bestaat deze 192746 4 roosterconstructie 30 uit een langsrug 31 en daarvan in hoofdzaak rechthoekig uitstekende, eerste dwarsruggen 33, welke elk met de naburige golftop 12, respectievelijk 22 verbonden zijn. In plaats van één langsrug 31 kunnen ook meerdere langsruggen aanwezig zijn. Bovendien zijn tweede dwarsruggen 40 aanwezig, die vanaf de golfdalen 14, 24 van de golfprofielen 10, 20 tot op het eerste vlak zich omhoog 5 uitstrekken en daar op de langsrug 31 aansluiten. Al deze ruggen 31, 33 en 14 hebben een rechthoekige doorsnede met een materiaaldikte van ongeveer 1,5-3 mm. Deze ruggen 31, 22, 40 kunnen door smalle, aan de bovenzijde of aan de onderzijde aangebrachte - niet weergegeven - ribben verstijfd zijn.
Bovendien kan een binnen het tweede vlak verlopende framerug 50 aanwezig zijn, die ten minste eerste framegedeeltes 51 heeft, welke naburige golfdalen en het eerste golfdeel 10 met elkaar verbinden. Hierdoor 10 wordt de golfstructuur van het ventilatie-element tegen ongewild vlakdrukken nog verder gestabiliseerd en het oplegvlak voor een aanliggend huidgedeelte in het tweede vlak vergroot. Deze framerug 50 heeft tweede framegedeeltes 52, die in het bereik van het zijgedeelte van het ventilatie-element het eerste-, voorste-golfprofiel 10 met het tweede-, achterste-golfprofiel 20 verbinden. Bovendien zouden - niet weergegeven - derde framegedeeltes aanwezig kunnen zijn, die ook naburige golfdalen 24 van het 15 achterste golfprofiel 20 met elkaar verbinden. Voorzover tweede framegedeeltes 52 in het bereik van het zijgedeelte aanwezig zijn, heeft de langsrug 31 in het bereik van deze zijdelen een verlenging 32, die tot aan het tweede framegedeelte 52 omlaag gebogen en daarmede verbonden kan zijn. De framerug 50 kan door een verticaal uitstekende ribbe 54 verstijfd zijn, zoals figuur 1 toont.
De gehele framerug 50 kan zijdelings op het eerste golfprofiel 10 aansluiten en tezamen met deze 20 golfdalen 14 zich binnen het tweede vlak uitstrekken.
De opgaande verbindingsgedeeltes 11, 21 en de neergaande verbindingsgedeeltes 13, 23 tussen naburige golftoppen 12, 22 en golfdalen 14, 24 verlopen onder een hoek van 60-65° ten opzichte van het tweede vlak. Dit maakt een gunstige stapeling mogelijk. Om de hechtende wrijving tussen twee naburige, in elkaar gestapelde ventilatie-elementen te verminderen, zijn deze verbindingsgedeeltes 11, 21, 14, 24 licht 25 wigvormig uitgevoerd, zoals dit in detail in de doorsnede volgens figuur 4 wordt getoond.
Een ventilatie-element volgens de uitvinding kan door middel van willekeurige bevestigingsmiddelen aan de huid of aan de, een dergelijke huid vasthoudende delen van de dakconstructie bevestigd worden. Zulke bevestigingsmiddelen kunnen ais bevestigingslippen 55 uitgevoerd zijn, die aan een de huid vormende folie opgehangen is.
30 Bij het in figuur 2 weergegeven uitvoeringsvoorbeeld zijn drie bevestigingslippen 55 aanwezig, welke binnen het tweede vlak vanaf de binnenkant van de framerug 50 naar binnen uitsteken. Deze bevestigingslippen 55 zijn - in bovenaanzicht gezien - in het bereik van afzonderlijke golftoppen 12 aangebracht, die op hun beurt in de vorm van een verzet aangebracht driehoeksvlak 17 uitgevoerd en/of van een extra uitsparing 18 voorzien kunnen zijn, om voldoende ruimte te verschaffen, opdat de aanwezigheid van de 35 bevestigingslippen 55 de stapelbaarheid van de ventilatie-elementen niet hindert. Het als tong 56 uitgevoerde eindgedeelte van elke bevestigingslip 55 is bij voorkeur ten opzichte van het tweede vlak iets naar onderen uitstekend omgezet, om het aanzetten en vastklemmen van een ventilatie-element aan een kantgedeelte van een baan te vergemakkelijken. Na het omklemmen ligt het verder strak gespannen randgedeelte van de baan met zijn bovenzijde tegen de onderzijde van de relatief brede golfdalen 14 aan 40 het voorste, eerste golfprofiel 10 en met zijn onderzijde tegen de bovenzijde van de bevestigingslippen 55. Omdat de bevestigingslippen 55 en de golfdalen 14 in hetzelfde (tweede) vlak gelegen zijn, wordt aan het randgedeelte van een strakke baan een verende klemwerking verkregen.
Figuur 5 toont schematisch in de richting van de dakhelling een uitsnijding uit een schuin dak; figuur 6 toont zulk een uitsnijding dwars op de dakhelling. Aan de dakconstructie met daksparren 1 en daklatten 2, 45 zijn dakbedekkingsplaten 3 of ventilatiestenen 4 aangebracht. Onder de dakbedekkingsplaten 3 en boven een over een vol vlak verlopende isolatielaag 5 bevindt zich een huid, die uit afzonderlijke banen 6 en 8 gevormd wordt en die met een overlapping aan de randzijde bijvoorbeeld aan de onderzijde van de daksparren 1 aangebracht zijn. In die overlapping zijn op regelmatige afstanden - dwars op de dakhelling -ventilatie-elementen volgens de uitvinding tussen de randgedeelte 7 van een baan 6 en het randgedeelte 9 50 van de andere baan 8 gezet. Hierbij is de kant van het randgedeelte 7 van de baan 6 verend tussen de bevestigingslippen 55 en de golfbanen 14 ingeklemd, waardoor een ventilatie-element zonder bevestigingsmiddelen vanzelf in de gewenste stand gehouden wordt.
Door de door het ventilatie-element opengehouden ventilatie-doorsnede kan ongehinderd een luchtstroom passeren, waardoor een condens vermeden wordt.
55 De ventilatie-elementen volgens de uitvinding kunnen op willekeurige plaatsen in de huid worden aangebracht. Het onderbrengen van een huid over een vol vlak voor het vormen van een ventilatie-doorsnede, welke door het ventilatie-element opengehouden wordt, kan in het overdekkingsbereik van de

Claims (9)

1. Ventilatie-element voor het inzetten tussen overlappende gedeeltes of voor het openhouden van sleuven 20 in een uit folie bestaande dekhuid aan een schuin dak, bestaande uit als één stuk met elkaar verbonden kunststof-ruggen, -banden en/of -profielen, waarbij deze ruggen, banden en/of profielen vormen: - een eerste golfprofiel (10); - ten minste een tweede golfprofiel (20), dat op afstand evenwijdig en in hoofdzaak op één lijn ten opzichte van het eerste golfprofiel (10) is aangebracht, waarbij de golftoppen (12, 22) van het eerste en 25 tweede golfprofiel (10, 20) een eerste bovenvlak bepalen, en waarbij de golfdalen (14, 24) van het eerste en tweede golfprofiel een tweede ondervlak bepalen; en - een zich in een plat vlak uitstrekkende roosterconstructie (30) bestaande uit ten minste één zich in de richting van de golfprofielen (10, 20) uitstrekkende langsrug (31) en daarvan in hoofdzaak haaks uitstekende, eerste dwarsruggen (33), 30 met het kenmerk, dat de roosterconstructie (30), zich uitstrekt binnen het eerste bovenvlak, dat de eerste dwarsruggen (33) steeds met de naburige golftop (12, 22) zijn verbonden, en dat tweede dwarsruggen (40) zijn voorzien, die de golfdalen (14, 24) verbinden met de langsrug 31.
2. Ventilatie-element volgens conclusie 1, waarbij de overgangen tussen de naburige golftoppen en golfdalen zijn gevormd door ten opzichte van het tweede vlak schuin gestelde, opgaande verbindings- 35 gedeeltes (11,21), alsmede neergaande verbindingsgedeeltes (13, 23), en waarbij de golfdalen zijn gevormd door platte gedeeltes, met het kenmerk, dat elk golfprofiel (10, 20) in hoofdzaak een trapeziumvormige, zijdelings open meander vormt met platte gedeeltes voor de golftoppen (20, 22), op welke platte gedeeltes de eerste dwarsruggen (33) aansluiten.
3. Ventilatie-element volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de op- respectievelijk neergaande, schuin 40 gestelde verbindingsgedeeltes (11,13; 21, 23) tussen naburige golftoppen (12, 22) en golfdalen (14, 24) met het tweede vlak een hoek van ongeveer 60-65° insluiten.
4. Ventilatie-element volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de het eerste golfprofiel (10) vormende kunststofband en/of de het tweede golfprofiel vormende kunststofband in het bereik van de op- respectievelijk neergaande verbindingsgedeeltes (11,13; 21, 23) tussen de naburige golftoppen (12; 22) en golfdalen 45 (14; 24) een met betrekking tot zijn respectievelijk hun dikte licht wigvormig verloop heeft respectievelijk hebben.
5. Ventilatie-element volgens één der conclusies 1-4, waarbij de kunststof-ruggen, -banden en/of -profielen een binnen het tweede vlak verlopende framerug (50) vormen, welke eerste framedelen (51) heeft, welke aan het eerste golfprofiel (10) grenzende golfdalen (14) met elkaar verbinden, waarbij de framerug (50) in 50 het bereik van de zijgedeeites verder tweede frameruggedeeltes (52) heeft, welke aldaar het eerste golfprofiel (10) met het tweede golfprofiel (20) verbinden, waarbij de langsrug (31) in het bereik van de zijgedeeites via verbindingen met het betreffende tweede frameruggedeelte (52) is verbonden, met het kenmerk, dat deze verbindingen ten opzichte van het tweede vlak schuin verlopende verlengingen (32) van de langsrug (31) omvatten.
5 De bovengenoemde bevestigingslippen 55 zijn echter niet dwingend noodzakelijk. Alternatief kan het vastzetten van het ventilatie-element aan de huid door middel van klemmen, kleefstroken of dergelijke, plaatsvinden. Eén of meer van zulke kleefstroken kunnen reeds aan het ventilatie-element aangebracht en door middel van een voor de montage te verwijderen dekstrook afgedekt zijn. Het in de figuren 1-4 in detail weergegeven ventilatie-element is uit één stuk gevormd spuitgietdeel uit 10 kunststof. Op grond van zijn profiel is het ventilatie-element tot een dichte stapel stapelbaar. Omdat geen, hoe dan ook, gerichte ontluchtingskanalen aanwezig zijn, kan het ventilatie-element in een willekeurige richting aan een dekbaan aangebracht worden. In elke stand waarborgt het ventilatie-element een alzijdige vrije luchtdoorgang. 15
5 192746 randgedeeltes van twee naburige banen of door een extra doelbewuste sleuf verkregen worden. Ook kan een reeds gelegde, over een vol vlak verlopende huid naderhand met ventilatie-elementen uitgerust worden. Aan een schuin dak worden de ventilatie-elementen - steeds in een rij dwars op de dakhelling - bij voorkeur in het nokbereik (zie figuur 7) en in het gootbereik (zie figuur 8) aangebracht.
6. Ventilatie-element volgens één der conclusies 1-5, waarbij het ventilatie-element is voorzien van bevestigingslippen (55) voor het inhangen van het ventilatie-element aan een kantgedeelte van de dekhuid, met het kenmerk, dat deze bevestigingslippen (55) aan de framerug (50) aan het eerste frameruggedeelte 192746 6 (51) daarvan tussen twee naburige golfdalen (14) van het eerste golfprofiel (10) zijn aangebracht en zich in het vlak van deze golfdalen uitstrekken.
7. Ventilatie-element volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de zich in het bereik van de bevestiging-slippen (55) bevindende golftoppen (12, 17) verzet zijn aangebracht en/of van uitsparingen (18) zijn 5 voorzien, zodanig dat ongeacht de aanwezigheid van de bevestigingslippen (55) een stapelbaarheid van een aantal ventilatie-elementen is gewaarborgd.
8. Ventilatie-element volgens één der conclusies 1-7, waarbij het ventilatie-element is voorzien van bevestigingslippen (55) voor het inhangen van het ventilatie-element aan een kantgedeelte van de dekhuid, met het kenmerk, dat de bevestigingslippen (55) een, ten opzichte van het vlak van de bevestigingslippen 10 iets gebogen, tongvormig eindgedeelte (56) hebben.
9. Ventilatie-element volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de langsrug (31), de eerste dwarsrug (33) en/of de tweede dwarsrug (40) als T-profiel zijn uitgevoerd. Hierbij 7 bladen tekening
NL8702111A 1986-09-11 1987-09-07 Ventilatie-element. NL192746C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE19863630982 DE3630982A1 (de) 1986-09-11 1986-09-11 Luefterelement
DE3630982 1986-09-11

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8702111A NL8702111A (nl) 1988-04-05
NL192746B NL192746B (nl) 1997-09-01
NL192746C true NL192746C (nl) 1998-01-06

Family

ID=6309387

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8702111A NL192746C (nl) 1986-09-11 1987-09-07 Ventilatie-element.

Country Status (7)

Country Link
AT (1) AT391727B (nl)
BE (1) BE1000815A3 (nl)
DE (1) DE3630982A1 (nl)
FR (1) FR2603929B1 (nl)
GB (1) GB2198834B (nl)
HU (1) HU202618B (nl)
NL (1) NL192746C (nl)

Families Citing this family (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB9414719D0 (en) * 1994-07-21 1994-09-07 Willan Building Services Ltd Ventilation structure
GB2304887B (en) * 1995-08-26 1999-11-17 Willan Building Services Ltd Roof ventilation system
GB9701216D0 (en) * 1997-01-21 1997-03-12 Martin David F Roof underlay lap ventilator
GB2315856B (en) * 1997-05-02 1998-06-17 Bryan Neil Rowbotham Roof vent
AT406880B (de) * 1998-02-11 2000-10-25 Karl Ing Brandstetter Zu- und abluftpaneel für geneigte dachflächen
GB2374092A (en) * 2001-02-28 2002-10-09 Easyvent Ltd Roof ventilation

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3125868A1 (de) * 1981-07-01 1983-01-20 Ewald Dörken AG, 5804 Herdecke Zu- und abluftelement fuer geneigte daecher zum nachtraeglichen einbau
DE3202509A1 (de) * 1982-01-27 1983-08-04 Herbert 4933 Blomberg Betke Vorrichtung zur unterdrueckung von schwitzwasserbildung an dachfolien
GB8325796D0 (en) * 1983-09-27 1983-10-26 Marley Roof Tile Roofing systems
GB2152969B (en) * 1984-01-12 1987-08-12 Glidevale Building Prod Fascia ventilator for roof having fascia board and external gutter
DE3431319A1 (de) * 1984-08-25 1986-03-06 Fa.Hans Klöber, 5828 Ennepetal Dachbelueftungselement
DE3543005A1 (de) * 1985-12-05 1987-06-11 Braas & Co Gmbh Be- und entlueftungselement fuer dachspannbahnbelueftung

Also Published As

Publication number Publication date
DE3630982C2 (nl) 1989-09-07
BE1000815A3 (fr) 1989-04-11
HU202618B (en) 1991-03-28
AT391727B (de) 1990-11-26
ATA229187A (de) 1990-05-15
NL8702111A (nl) 1988-04-05
FR2603929A1 (fr) 1988-03-18
FR2603929B1 (fr) 1989-10-20
GB2198834B (en) 1990-05-23
HUT52836A (en) 1990-08-28
DE3630982A1 (de) 1988-03-24
NL192746B (nl) 1997-09-01
GB2198834A (en) 1988-06-22
GB8720992D0 (en) 1987-10-14

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5772502A (en) Adjustable pitch roof vent with accordion-shaped end plug
US7748191B2 (en) Cladding apparatus and methods
US4573291A (en) Ridge or hip covering for tiled roofs
USRE38210E1 (en) Metal shingle with gutter and interlocking edges
US4580374A (en) Soffit and fascia system
NL1019326C2 (nl) Zonnepaneelsamenstel.
US5671577A (en) Roofing shingle
JPH0359219B2 (nl)
NL192746C (nl) Ventilatie-element.
US20010027625A1 (en) Coping assembly for building roof
US5644886A (en) Roofing
NL7906255A (nl) Noklatbeugel.
US5507125A (en) Ceiling panel with stiffly flexible edges, and ceiling
CA2445799C (en) Cladding apparatus and methods
AU2002249000A1 (en) Cladding apparatus and methods
HUT62963A (en) Notched-flanged tile rectangular in to view
EP0340856B1 (en) Roof ventilation
EP0389058B1 (en) Flashing for closing openings present between a straight and a profiled portion of a roof
US4594819A (en) Roof flashing for use with roof planking
US11384544B2 (en) Gutter guard with irregular grooves
NL8004186A (nl) Onderdak.
NL9400059A (nl) Dakpan voor ventilatiedoeleinden.
CA2161172C (en) Snow guard
GB2181470A (en) Ventilated roofing
EP0664366B1 (en) Roofing tile

Legal Events

Date Code Title Description
DNT Communications of changes of names of applicants whose applications have been laid open to public inspection

Free format text: BRAAS GMBH

BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
SNR Assignments of patents or rights arising from examined patent applications

Owner name: LAFARGE BRAAS ROOFING ACCESSORIES GMBH & CO. KG.

TNT Modifications of names of proprietors of patents or applicants of examined patent applications

Owner name: LAFARGE BRAAS GMBH

V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20010401