NL192179C - Schakeling voor het verwerken van een samengesteld kleurvideosignaal. - Google Patents

Schakeling voor het verwerken van een samengesteld kleurvideosignaal. Download PDF

Info

Publication number
NL192179C
NL192179C NL8201333A NL8201333A NL192179C NL 192179 C NL192179 C NL 192179C NL 8201333 A NL8201333 A NL 8201333A NL 8201333 A NL8201333 A NL 8201333A NL 192179 C NL192179 C NL 192179C
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
signal
circuit
filter
output
delay line
Prior art date
Application number
NL8201333A
Other languages
English (en)
Other versions
NL8201333A (nl
NL192179B (nl
Original Assignee
Sony Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Sony Corp filed Critical Sony Corp
Publication of NL8201333A publication Critical patent/NL8201333A/nl
Publication of NL192179B publication Critical patent/NL192179B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL192179C publication Critical patent/NL192179C/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04NPICTORIAL COMMUNICATION, e.g. TELEVISION
    • H04N9/00Details of colour television systems
    • H04N9/77Circuits for processing the brightness signal and the chrominance signal relative to each other, e.g. adjusting the phase of the brightness signal relative to the colour signal, correcting differential gain or differential phase
    • H04N9/78Circuits for processing the brightness signal and the chrominance signal relative to each other, e.g. adjusting the phase of the brightness signal relative to the colour signal, correcting differential gain or differential phase for separating the brightness signal or the chrominance signal from the colour television signal, e.g. using comb filter
    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04NPICTORIAL COMMUNICATION, e.g. TELEVISION
    • H04N9/00Details of colour television systems
    • H04N9/79Processing of colour television signals in connection with recording
    • H04N9/7908Suppression of interfering signals at the reproducing side, e.g. noise

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Multimedia (AREA)
  • Signal Processing (AREA)
  • Processing Of Color Television Signals (AREA)

Description

1 192179
Schakeling voor het verwerken van een samengesteld kleurvideoslgnaal
De onderhavige uitvinding betreft een schakeling voor het verwerken van een samengesteld kleurvideo-signaal, hetwelk een luminantiecomponent en een chrominantiecomponent omvat en gerelateerd is aan een 5 opeenvolging van horizontale regelintervallen, die elk een vooraf bepaalde horizontale regelperiode hebben en die elk video-informatie bevatten om te worden weergegeven in verticaal alignement met corresponderende video-informatie in een naburige regelintetval, waarbij de schakeling omvat eerste filtermiddelen met een tweetal onderscheidelijke filtermodi voor het bij toevoer van een tussen-chrominantiesignaal verschaffen van een gefilterde chrominantiecomponent waarin ongewenste signaal-10 componenten zijn onderdrukt, waarbij de filtermiddelen in ten minste één van de filtermodi werkzaam zijn als filtermiddelen van het kamachtige type met een relatief smalle dooriaatbreedte; instelmiddelen voor het aan de hand van bestuursignalen instellen van de filtermiddelen in één van beide filtermodi; als een kamfilter uitgevoerde, tweede filtermiddelen voor het bij toevoer van samengesteld kleuivideosignaal 15 verschaffen van een gefilterde luminantiecomponent; en op de tweede filtermiddelen aangesloten detectiemiddelen voor het bij toevoer van de gefilterde luminantiecomponent genereren van een als stuursignaal voor de instelmiddelen bestemd detectiesignaal met indicatie over de mate van verticale correlatie in verticaal gealigneerde gedeelten van verschillende regelintervallen.
Een dergelijke schakeling is bekend uit het Japanse octrooischrift JP-A-55.150.687 waarbij op basis van 20 de verticale correlatie van het luminantiesignaal de filterinstelling wordt bepaald. De schakeling volgens dit Japanse octrooischrift vertoont echter het nadeel dat het frequentiespectrum van het aan de uitgangs-aansluiting verschijnende luminantiesignaal een ongewenst niet-vlak verloop vertoont, en daardoor vervorming en ’’ringing” van het luminantiesignaal optreden.
De onderhavige uitvinding beoogt dit nadeel te ondervangen. De schakeling volgens de onderhavige 25 uitvinding wordt daartoe gekenmerkt doordat genoemde tweede filtermiddelen een ingangsscheidings- schakeling omvatten, welke is ’’samengesteld uit” een vertragingslijn, een op deze vettragingslijn aangesloten optelschakeling voor het samenstellen van een rechtstreeks toe te voeren en een via de vertragingslijn toe te voeren kleuivideosignaal, en een op de optelschakeling aangesloten aftrekschakeling waarvan het als afgescheiden luminantiesignaal ter beschikking komende uitgangssignaal voor aftrekking van het uitgangs-30 signaal van de optelmiddelen wordt teruggekoppeld via een filterschakeling, waarvan de frequentiedooriaat-karakteristiek althans ten minste nagenoeg overeenstemt met die van de vertragingslijn van de ingangs-scheidingsschakeling.
De uitvinding zal worden verduidelijkt in de nu volgende beschrijving aan de hand van de tekening van 35 enige uitvoeringsvormen, waartoe de uitvinding zich echter niet beperkt. In de tekening tonen: figuur 1 een blokschema van een schakeling van bekend type voor bewerking van een draaggotf-gemoduleerd kleurinformatiesignaal, figuur 2 frequentiedoorlaatkarakteristieken van enige filters van het kamtype, figuren 3A-3F enige golfvormen ter verduidelijking van de werking van signaalbewerkingsschakelingen 40 volgens figuur 1 en volgens de uitvinding, figuur 4 een blokschema van een schakeling van bekend type voor afscheiding van een luminantiesignaal uit een kleurenvideosignaal, figuren 5A-5D' enige golfvormen ter verduidelijking van de schakelingen volgens de figuren 4 en 7, figuur 6 een blokschema van een signaalbewerkingsschakeling volgens een uitvoeringsvorm van de 45 uitvinding.
figuur 7 een blokschema van een schakeling voor afscheiding van een luminantiesignaal volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding en figuren 8 en 9 blokschema’s van een verdere signaalbewerkingsschakeling volgens de uitvinding.
50 Figuur 1 toont een blokschema van een beweikingsschakeling van bekend type met tegenkoppeling en een filter van het kamtype voor bewerking van een draaggolfgemoduleerd kleurinformatiesignaal.
Een via een signaaiingangsaansluiting ontvangen draaggolfgemoduleerd kleurinformatiesignaal of chrominantiesignaal Sc, dat uit een door middel van een videobandapparaat weergegeven kleurenvideosignaal is afgescheiden, wordt toegevoerd aan een aftrekschakeling 3, waarvan het uitgangssignaal S'c 55 wordt toegevoerd aan een aftrekschakeling 5, een vertragingslijn 6 met een vertragingsduur van 1Η (H is de beeldregelaftastperiode van het videosignaal) en een optelschakeling 7. Tezamen vormen de componenten 5, 6 en 7 een filter 4 van het kamtype. In de aftrekschakeling 5 wordt van het door de aftrekschakeling 3 192179 2 afgegeven kleurinformatiesignaal S'c het door de vertragingslijn 6 afgegeven signaal S'^ afgetrokken, waaruit een bewerkt kleurinformatiesignaal S"e resulteert, dat aan een signaaluitgangsaansluiting 2 ter beschikking komt.
De vertragingslijn 6 met een vertragingsduur 1H en de optelschakeling 7 vormen een operationele 5 schakeling 8, welke een verschilsignaal voor de verticale richting van het ontvangen kleurinformatiesignaal Sc verschaft. Dit van de optelschakeling 7 afkomstige verschilsignaal wordt naar de ingangszijde van het kamfilter 4 teruggekoppeld via een terugkoppelcircuit 9 bestaande uit de serieschakeling van een door· verbindingsschakelaar 10 en een variabele verzwakker 11. Het terugkoppelcircuit 9 levert een terugkoppel-signaal S, aan de aftrekschakeling 3 voor aftrekking van het oorspronkelijk ontvangen, draaggolf· 10 gemoduleerde kleurinformatiesignaal Sc. Daarbij is het mogelijk, dat voor de vertragingsduur van de vertragingslijn 6 een veelvoud van 1H wordt gekozen.
In figuur 1 heeft het verwijzingsgetal 12 betrekking op een detectieschakeling voor detectie van de verticale correlatie tussen een aan het ingangskleurinformatiesignaal Sc gerelateerd luminantiesignaal. Deze detectieschakeling zal nu worden beschreven.
15 Een via een ingangsaansluiting 13 ontvangen luminantiesignaal Sy wordt toegevoerd aan een uit een aftrekschakeling 15 en een vertragingslijn 16 met een vertragingsduur van 1H bestaand kamfilter 14. Het door de vertragingslijn 16 vertraagde luminantiesignaal Syd wordt door de aftrekschakeling 15 van het oorspronkelijke luminantiesignaal Sy afgetrokken, waaruit een uitgangssignaal S y (= Sy - Syd) resulteert, dat wordt toegevoerd aan een detector 17, waarvan het als schakelbesturingssignaal aan de als door-20 verbindingsschakelaar dienende schakeleenheid 10 toegevoerde detectie-uitgangssignaal Saw weergeeft, of het niveau van de absolute waarde van het uitgangssignaal S'y van de aftrekschakeling 15 hoger dan een voorafbepaalde drempelwaarde ligt, of niet.
Daarbij kan de vertragingsduur van de vertragingslijn 16 een veelvoud van 1H bedragen, doch deze vertragingsduur dient overeen te komen met die van de vertragingslijn 6.
25 Wanneer het niveau van de absolute waarde van het signaal S'y (= Sy - Syd) lager dan de vooraf· bepaalde drempelwaarde ligt, wordt geconcludeerd, dat het bij het desbetreffende luminantiesignaal behorende kleurinformatiesignaal de verticale correlatie vertoont, en wordt de schakeleenheid 10 in zijn dooriaattoestand gebracht, waardoor het terugkoppelcircuit 9 wordt gesloten. Wanneer het niveau van de absolute waarde van het S'y daarentegen boven de vooraf bepaalde waarde blijkt te liggen, wordt geconclu-30 deerd, dat in het draaggolfgemoduleerde kleurinformatiesignaal geen verticale correlatie bestaat, in welk geval de schakeleenheid 10 in zijn niet-dooriaattoestand wordt gebracht en het terugkoppelcircuit 9 wordt onderbroken. Vervolgens zal de werking van de bewerkingsschakeling van bekend type volgens figuur 1 worden verduidelijkt.
Eerst zullen de relaties tussen het via de ingangsaansluiting 1 ontvangen kleurinformatiesignaal Se, het 35 uitgangssignaal S'c van de aftrekschakeling 3 en het aan de uitgangsaansluiting 2 verschijnende uitgangssignaal S"c worden beschouwd.
Indien wordt aangenomen, dat de overdrachtsfunctie van de vertragingslijn 6 met een vertragingsduur 1H kan worden weergegeven door e"®, die van de schakeleenheid 10 als k en de verzwakkingsfactor van de verzwakker 11 als I, kunnen de volgende vergelijkingen (1) en (2) worden opgesteld: 40 S'c = Sc - Sf S'c = Sc - kl (S'c + S'c. e_TS) o» __Sc_ c 1 + kl (1 + e're) S"0 = S'c - S'c. eT· 45 Voor de overdrachtsfunctie S'yS,. van de gehele bewerkingsschakeling kan derhalve worden geschreven: S"c 1 - e~® 1 + kl (1 + e
Wanneer het luminantiesignaal geen verticale correlatie vertoont, geldt k = 0. De vergelijking (3) kan dan worden vereenvoudigd tot: 50 S"„ -^=1-6-®
De vergelijking (4) beschrijft een frequentiekarakteristiek, welke in figuur 2 door de met een volle lijn getekende kromme I wordt weergegeven en de kamvormige gedaante heeft van de filterkarakteristiek van een normaal kamfilter van het C-type.
55 Wanneer het luminantiesignaal de verticale correlatie toont, geldt k = I, zodat de vergelijking (3) dan kan worden herschreven tot 3 192179 S"c 1 - e~re
Sc 1 + | (1 - θ"'*)
De vergelijking (5) beschrijft een frequentiekarakteristiek, welke in figuur 2 door de met een gebroken lijn getekende kromme II wondt weergegeven en de kamvormige gedaante heeft van de karakteristiek van een 5 normaal kamfilter van het C-type met terugkoppeling.
Het voorgaande wil zeggen, dat de overdrachtsfunctie van de bewerkingsschakeling in afhankelijkheid van de verticale correlatie van het luminanfiesignaal wordt gewijzigd. Wanneer geen verticale correlatie aanwezig is, wordt de kamfiKerkarakteristiek volgens de kromme I in figuur 2 van een normaal kamfilter van het C-type toegepast, terwijl in geval van verticale correlatie, waarbij het draaggolfgemoduleerde kleur-10 informatiesignaal sterk is geconcentreerd nabij een frequentie (n = Vè)fh (n is een natuurlijk getal en fh is de beeldregelaftastfrequentie), de kamfilterkarakteristiek volgens de kromme II wordt toegepast ter veibetering van de signaal/ruis-verhouding. Behalve een verbetering van de signaal/ruis-verhouding verschaft de laatstgenoemde toepassing bovendien de mogelijkheid van verhindering van het optreden van kleurmisdruk, kleurvervaging en dergelijke in een uit het kleurinformatiesignaal en het luminanfiesignaal zichtbaar gemaakt 15 beeld.
Hoewel bij de bekende signaalbewerkingsschakeling volgens figuur 1 het hiervoor beschreven effect wordt verkregen, treedt echter als gevolg van het feit, dat de schakeleenheid 10 bij afwezigheid van de verticale correlatie in het luminanfiesignaal in zijn niet-doorverbindingstoestand wordt gebracht, een toename van overspraak op. Dit zal nu worden toegelicht aan de hand van de golfvormen volgens de figuren 3A-3F. 20 Figuur 3A toont de golfvorm van het aan de ingangsaansluiting 1 ontvangen, draaggolfgemoduleerde kleurinformatiesignaal Sc; figuur 3B toont de golfvorm van het door de detector 17 afgegeven detectie-uitgangssignaa! of schakelbesturingssignaal S^, waarvan het impulsdeel signaleert, dat het luminanfiesignaal geen verticale correlatie heeft, en het overige signaaldeel signaleert, dat het luminanfiesignaal wel verticale correlatie vertoont.
25 Eerst zal het geval worden beschouwd, waarin de schakeleenheid 10 voortdurend in zijn niet- dooriaattoestand (k = o) wordt gehouden. In dat geval krijgen de in het uitgangskleurinformafiesignaal S"c voorkomende overspraakcomponenten de gedaante van, van het tijdritme van het detectie-uitgangssignaal Ssw volgens figuur 3B afhankelijke impulsen van grote amplitude, zoals figuur 3C laat zien. Vervolgens wordt daarentegen het geval beschouwd, waarin de schakeleenheid 10 voortdurend in zijn dooriaattoestand 30 verkeert. Daar in dat geval, waarin het luminanfiesignaal geen verticale correlatie vertoont, zoals figuur 3D laat zien, een aanzienlijke terugkoppeling plaatsvindt (het terugkoppelcircuit 9 verkeert in zijn gesloten toestand), zal het niveau van de in het uitgangskleurinformafiesignaal S"c voorkomende overspraakcomponenten laag liggen, doch treedt een afflauwing op, welke kan resulteren in kleurmisdruk en kfeur-vervaging in een uit een dergelijk kleurinformatiesignaal zichtbaar gemaakt beeld.
35 Tijdens normaal bedrijf, waarbij de schakeleenheid 10 in reactie op de aanwezigheid of de afwezigheid van verticale correlatie in het luminanfiesignaal tussen zijn dooriaattoestand en zijn niet-dooriaattoestand pendelt, wordt een afflauwing van de golfvorm van het uitgangskleurinformafiesignaal S"c vermeden, doch ligt het niveau van de overspraakcomponenten betrekkelijk hoog, zoals figuur 3F laat zien.
Aan de hand van het blokschema volgens figuur 4 zal nu een schakeling van bekend type voor scheiding 40 van het luminanfiesignaal en het kleurinformatiesignaal worden beschreven.
Het blokschema volgens figuur 4 toont een tussen een signaalingangsaansluiting 401 en een signaal-uitgangsaansluiting 402 opgenomen serieschakeling van een kamfilter 403 en een nog nader toe te lichten laagdoorlaatfilter 406. Via de signaalingangsaansluiting 401 wordt een kleurenvideosignaal toegevoerd, waaruit een luminanfiesignaal wordt afgescheiden. Daartoe wordt het kleurenvideosignaal a van de 45 signaalingangsaansluiting 401 toegevoerd aan een vertragingslijn 404 met een vertragingsduur 1H en voorts aan een optelschakeling 405, waaraan tevens het over een duur 1H vertraagde uitgangssignaal b van de vertragingslijn 404 wordt toegevoerd. Het uit de optelling door de schakeling 405 resulterende uitgangssignaal vormt een luminanfiesignaal c. Ook in dit geval geldt, dat de vertragingsduur van de vertragingslijn 404 van het kamfilter 403 een veelvoud van H kan bedragen.
50 Het frequentiespectrum van het rechtstreeks aan de optelschakeling 405 toegevoerde kleurenvideosignaal a vertoont, zoals figuur 5A laat zien, een over een frequentiegebied f constante amplitude a; fc is in figuur 5A de kleurhulpdraaggolfsignaalfrequentie, welke bij een videosignaal van het NTC-type 3,58 MHz bedraagt. De vertragingslijn 404 heeft echter een bandfilterkarakteristiek (3,58 MHz ± 0,5 MHz), zodat het uitgangssignaal b van de vertragingslijn 404 het frequentiespectrum volgens figuur 5B laat zien. De 55 frequentie van het als uitgangssignaal van de optelschakeling 405 verschijnende luminanfiesignaal c heeft als gevolg daarvan een frequentiespectrum volgens figuur 5C, waarbij de amplitude in het genoemde bandfilterfrequentiegebied van 3,58 MHz ± 0,5 MHz 6dB hoger ligt dan in het overige gedeelte van het 192179 4 spectrum. Uitsluitende toepassing van het kamfilter 403 met de vertragingslijn 404 en de optelschakeling 405 zou derhalve tot gevolg hebben, dat in het luminantiesignaaltransmissiestelsel vervorming optreedt, gepaard gaande aan ’’ringing”.
Teneinde zulks tegen te gaan is bij de bekende schakeling volgens figuur 4 tussen de uitgangs-5 aansluiting van de optelschakeling 405 en de signaaluitgangsaansluiting 402 het laagdooriaatfilter 406 opgenomen. Het daardoor doorgelaten luminantiesignaal d vertoont echter een frequentiespectrum volgens figuur 5D; duidelijk zal zijn, dat de frequentiekarakteristiek van het afgescheiden luminantiesignaal c op deze wijze niet in voldoende mate kan worden gecorrigeerd en dat de amplitude van het luminantiesignaal d in het hogere frequentiegebied sterk afvalt.
10 Figuur 6 toont het blokschema van een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding van een schakeling voor bewerking van een draaggolfgemoduleerd kleurinformatiesignaal; daarbij zijn zoveel mogelijk dezelfde verwijzingssymbolen als in figuur 1 gebruikt.
Het blokschema volgens figuur 6 toont weer het kamfilter 4, dat het draaggolfgemoduleerde ingangs-kleurinformatiesignaal Sc krijgt toegevoerd en het uitgangskleurinformatiesignaal S"c zonder een overbodige 15 signaalcomponent afgeeft, evenals de operationele schakeling 8, welke het ingangskleurinformatiesignaal Sc krijgt toegevoerd, daaruit het verschilsignaal in verticale richting afleidt en dit verschilsignaal naar de ingang van het kamfilter 4 terugkoppelt via het terugkoppelcircuit 9, benevens de detectieschakeling 12 voor detectie van verticale correlatie in een aan het ingangskleurinformatiesignaal Sc gerelateerd luminantiesignaal Sy, zodanig, dat wanneer geen verticale correlatie in het luminantiesignaal Sy wordt aangetroffen, de 20 mate van terugkoppeling van het door de operationele schakeling 8 gevormde verschilsignaal naar de ingang van het kamfilter 4 wordt verminderd.
Het voor terugkoppeling van het door de aftrekschakeling 7 gevormde verschilsignaal naar de ingang van het kamfilter 4, resp. de aftrekschakeling 3, dienende terugkoppelcircuit 9 bevat bij de hier beschreven uitvoeringsvorm volgens de uitvinding echter niet slechts de verzwakker 11, doch, als alternatief, een 25 verzwakker 11', welke selectief in het terugkoppelcircuit 9 worden opgenomen door middel van een op soortgelijke wijze als de schakeleenheid 10 in figuur 1 bestuurde, doch thans als kiesschakelaar in plaats van als doorverbindingsschakelaar uitgevoerde schakeleenheid 10'. Daarbij is voor de door de verzwakker 11' teweeg gebrachte mate van veizwakking I' een grotere waarde gekozen dan voor de mate van verzwakking I van de verzwakker 11. De als kiesschakelaar dienende schakeleenheid ΙΟ' wordt weer 30 bestuurd door het als schakelbesturingssignaal dienende detectieuitgangssignaal Ssw van de detectieschakeling 12, zodanig, dat wanneer het niveau van de absolute waarde van het verschilsignaal Sy' (is gelijk sy-syd) lager ligt dan een voorafbepaalde drempelwaarde, geconcludeerd wordt, dat het draaggolfgemoduleerde kleurinformatiesignaal verticale korte correlatie vertoont, en de schakeleenheid 10' de verzwakker 11 in het terugkoppelcircuit 9 invoegt, terwijl wanneer het niveau van de absolute waarde van 35 het signaal Sy' de voorafbepaalde waarde te boven gaat, wordt geconcludeerd, dat het draaggolfgemoduleerde kleurinformatiesignaal geen verticale correlatie vertoont, waaibij de schakeleenheid ΙΟ' de verzwakker 11' in het terugkoppelcircuit 9 invoegt, zodat de mate van terugkoppeling wordt verminderd, ten opzichte van die bij toepassing van de verzwakker 11, doch niet geen heel tot de waarde nul wordt verminderd.
40 Vervolgens zal de in het kamfilter 14 van de detectieschakeling 12 toegepaste vertragingslijn 16 van de signaalbewerkingsschakeling volgens figuur 6 meer in details worden beschreven. Indien deze vertragingslijn 16 uit een glasvertragingslijn zou bestaan, zou de banddoorlaatkarakteristiek van de vertragingslijn ongeschikt voor doorlating van een luminantiesignaal met een grote bandbreedte zijn. In verband daarmede is de vertragingslijn 16 in figuur 6 speciaal zodanig uitgevoerd, dat een vlakke banddoorlaatkarakteristiek 45 wordt verkregen. Daartoe is tussen de ingangsaansluiting en de uitgangsaansluiting van de vertragingslijn 15 een opeenvolging opgenomen van een accentueringsschakeling 18, een amplitudemodulator 19, een vertragingslijn (glasvertragingslijn) 20 met een vertragingsduur van 1H, een schakeling 21 voor automatische versterkingsregeling, een amplitudemodulatiedetector (dubbelfasige gelijkrichter) 22, een desaccentue-rigsschakeling 23 en een laagdooriaatfilter 24. Voor de draaggolfsignaalfrequentie van de amplitude-50 modulator 19 is een waarde van 10,74 MHz (= 3 x 3,58 MHz) gekozen; de genoemde componenten van de vertragingslijn 16 zijn met uitzondering van de glasvertragingslijn 20 en het laagdooriaatfilter 24 uitgevoerd op eenzelfde IC-chip. Daarbij ondergaat de frequentiecomponent (met een frequentie van 2 x 10,74 MHz) van het uitgangssignaal van de amplitudemodulatiedetector of dubbelfasige gelijkrichter 22 enige verzwakking in de desaccentueringsschakeling 23, welke een laagdoorlaatkarakteristiek vertoont, en vervolgens in 55 het laagdooriaatfilter 24.
De werking van de kleurinformatiesignaalbewerkingsschakeling volgens de uitvinding, als weergegeven in figuur 6, zal nu worden verduidelijkt.
5 192179
Wanneer de schakeleenheid 10' naar de verzwakker 11 wordt overgeschakeld, zal de overdrachtsfuncties die S'ySc van de schakeling onder de beschrijving van de reeds genoemde vergelijking (5) vallen, terwijl de frequentiekarakteristiek van de schakeling door de kromme II in figuur 2 wordt weergegeven. Wanneer de schakeleenheid 10' daarentegen naar de verzwakker 11' is overgeschakeld, zal de 5 overdrachtsfunctie S'yS,. worden beschreven door de hierna volgende vergelijking (5'), waarin Γ de overdrachtsfunctie van de verzwakker 11' is (Γ > I): S"c 1-e-™
Sc 1 + I' (1 - e_7S)
De bijbehorende frequentiekarakteristiek wordt gevormd door de met een gebroken lijn getekende 10 kromme III in figuur 2.
Hieiuit blijkt, dat de overdrachtsfunctie in reactie op verticale correlatie van het luminantiesignaal zodanig verandert, dat wanneer geen verticale correlatie wordt aangetroffen, de door de kromme III in figuur 2 vertegenwoordigde filterkarakteristiek wordt verkregen, terwijl wanneer verticale correlatie wordt aangetroffen, de door de kromme II vertegenwoordigde filterkarakteristiek wordt verkregen. De karakteristiek volgens 15 de kromme III verbindt zich tussen die volgens de krommen I en II in.
Bij de in figuur 6 weergegeven uitvoeringsvorm van een signaalbewerkingsschakeling volgens de uitvinding wordt zelfs indien geen verticale correlatie in het luminantiesignaal wordt aangetroffen een terugkoppelcirouit 9 in stand gehouden, zodat de in het draaggolfgemoduleerde uitgangskleurinformatie-signaal S"c voorkomende overspraakcomponent een lager niveau heeft (zie figuur 3E) dan die bij de 20 schakeling volgens figuur 1 (zie figuur 3F). Bovendien wordt bij afwezigheid van verticale correlatie in het luminantiesignaal een geringere mate van terugkoppeling dan bij aanwezigheid van de verticale correlatie toegepast, zodat de golfvormafflauwing van het uitgangskleurinformatiesignaal S"c, welke kleurmisdruk en kleurvervaging in het uiteindelijk zichtbaar gemaakte beeld veroorzaken) en de signaal/ruis-verhouding van het signaal zijn veibeterd ten opzichte van de situatie met constante mate van terugkoppeling.
25 Bij de uitvoeringsvorm van figuur 6 is het mogelijk, dat de schakeleenheid 10' gedurende de periode van het kleursalvosignaal door de kleursalvovlag wordt bestuurd tot invoeging van de verzwakker 11' in het terugkoppelcirouit 9, of wordt uitgeschakeld, afhankelijk van wat het meest gewenst is. Aangezien fase-schommelingen van het kleursalvosignaal kunnen worden verminderd of verhinderd, is het bij een dergelijke besturing van de schakeleenheid 10' mogelijk om de door de verzwakker 11 bepaalde mate van terugkop-30 peling in geval van verticale correlatie van het luminantiesignaal te vergroten.
Zoals uit het voorgaande blijkt, verschaft de uitvinding een signaalbewerkingsschakeling voor afgifte van een draaggolfgemoduleerd kleurinformatiesignaal, waarin het niveau van de overspraakcomponenten laag ligt en een tot ongewenste beeldeffecten leidende golfvormafflauwing gering is, terwijl ook de signaal/ruis-verhouding van het afgegeven kleurinformatiesignaal goed is. Vervolgens zal aan de hand van figuur 7 een 35 uitvoeringsvorm volgens de uitvinding worden beschreven van een schakeling voor afscheiding van een luminantiesignaal uit het kleurinformatiesignaal; daarbij zijn weer de met die van het schema volgens figuur 4 overeenkomende componenten zoveel mogelijk met dezelfde verwijzingssymbolen aangeduid.
De door de uitvinding voorgestelde scheidingsschakeling volgens figuur 7 bevat een kamfilter 403, dat via een signaalingangsaansluiting 401 een kleurenvideosignaal a krijgt toegevoerd en een afgescheiden 40 luminantiesignaal c afgeeft, benevens een aftrekschakeling 407, welke het afgescheiden luminantiesignaal c en het uitgangssignaal van een filterschakeling 408 krijgt toegevoerd; de filterschakeling 408 krijgt op zijn beurt het uitgangssignaal d' van de aftrekschakeling 407 toegevoerd en heeft een zelfde frequentiedoorlaat-karakteristiek als de vertragingslijn 404 van het kamfilter 403. Het via de filterschakeling 408 teruggekoppelde uitgangssignaal van de aftrekschakeling 407 vormt het uiteindelijk afgeleverde luminantiesignaal 45 d'. Aangezien de als glasvertragingslijn uitgevoerde vertragingslijn 404 de in het voorgaande reeds beschreven frequentiedoorlaatkarakteristiek vertoont, dient de filterschakeling 408 een bandfilter-karakteristiek te hebben. Het uitgangssignaal c van het kamfilter 403, tesp. de optelschakeling 405 daarvan dient als eerste ingangssignaal voor de aftrekschakeling 407, zoals reeds is opgemerkt.
Als gevolg van deze schakelwijze heeft de frequentiekarakteristiek van de schakeling volgens figuur 7 in 50 zijn geheel een vlak verloop en vertoont het aan de uitgangsaansluiting 402 verschijnende, afgescheiden luminantiesignaal d' een frequentiespectrum volgens figuur 5D'.
De overdrachtsfunctie van de schakeling volgens figuur 7 kan, wanneer de banddoorlaatkarakteristieken van de vertragingslijn 404 en van de filterschakeling 408 resp. G(a>) en G'(co) zijn, als volgt worden weergegeven: 55 1 + G (ω) 1 + Θ'(ω)
Indien G(co) = G'(ö>), wordt een overdrachtsfunctie 1 verkregen.
192179 6
Bij de uitvoeringsvorm volgens figuur 7 kunnen de beide aftrekschakelingen 405 en 407 als één enkele eenheid zijn uitgevoerd.
Door toepassing van een schakeling van het zojuist beschreven type met een kamfilter voor afscheiding van het luminantiesignaal en het kleurinformatiesignaal uit een kleurvideosignaal wordt compensatie 5 verkregen van de frequentiekarakteristiek van het kamfilter, meer in het bijzonder van de daarin toegepaste vertragingslijn, zodanig, dat een over het geheel genomen vlakke karakteristiek wordt verkregen. Toepassing van de uitvinding verhindert derhalve, dat in het luminantiesignaaltransmissiestelsel vervorming van ’’ringing” optreden.
Aan de hand van de figuren 8 en 9 zal vervolgens een andere uitvoeringsvorm volgens de uitvinding van 10 een schakeling voor bewerking van een draaggolfgemoduleeid kleurinformatiesignaal worden beschreven.
De figuren 8 en 9 tonen iedereen gedeelte 100, rasp. 200, van een voor toepassing bij een videoband-apparaat bestemde schakeling voor bewerking van een kleurvideosignaal. Daarbij zijn de beide schakelingen, resp. schakelingsgedeelten, 100 en 200 samengesteld uit steeds één op een chip uitgevoerde, geïntegreerde schakeling 101, tesp. 201, met uitwendige schakelingen of componenten.
15 Bij het schakelingsgedeelte 100 volgens figuur 8 wordt een voor opname bestemd kleurenvideosignaal REC (Y + C) via een ingangsaansluiting 102 en het vaste contact REC-punt van een bedrijfstoestandkies-schakelaar 103 toegevoerd aan een kamfilter 104 van het Y/C-type voor afscheiding van het luminantiesignaal Y en het draaggolfgemoduleerde kleurinformatiesignaal of chrominantiesignaal C. Het kamfilter 104 bevat een vertragingslijn (glas) 105 met een vertragingsduur van 1H, een optelschakeling 106 en een 20 tweede optelschakeling 107.
In geval van signaalopname wordt het door de aftrekschakeling 107 afgegeven, draaggolfgemoduleerde kleurinformatiesignaal C via het in de aangegeven stand verkerende, vaste contact P van de bedrijfs-toestandkiesschakelaar 108 als draaggolfgemoduleerd uitgangskleun'nformatiesignaal OUT (C) aan de uitgangsaansluiting 109 van de schakeling toegevoerd. De uitgangssignalen van de beide aftrek-25 schakelingen 106 en 107 worden aan een optelschakeling 110 toegevoerd voor optelling tot een signaal, dat ter beschikking komt aan het vaste contact Q van de kiesschakelaar 108, waarvan het andere vaste contact P het uitgangssignaal van de aftrekschakeling 107, dat wil zeggen het draaggolfgemoduleerde kleurinformatiesignaal C, krijgt toegevoerd. De kiesschakelaar 108 selecteert derhalve uit de uitgangssignalen van de aftrekschakeling 107 en de optelschakeling 110.
30 In het uitgangssignaal van de aftrekschakeling 107 is de amplitude van het signaaldeel met verticale correlatie tweemaal zo groot als die van het draaggolfgemoduleerde ingangskleurinformatiesignaal, dat aan het kamfilter 104 via de schakelaar 103 wordt toegevoerd, doch dit geldt niet voor het signaaldeel zonder verticale correlatie, zodat het risico van kleurmisdruk en kleurvervaging in het uiteindelijk zichtbaar gemaakte beeld aanwezig is.
35 In verband daarmede wordt het draaggolfgemoduleerde ingangskleurinformatiesignaal zonder verticale correlatie door een operationele schakeling 119, bestaande uit de samenstelschakelingen 106,107 en 110, rechtstreeks aan tweevoudige vermenigvuldiging onderworpen, waarna het als uitgangssignaal van de optelschakeling 110 aan het kiescontact Q van de kiesschakelaar 108 ter beschikking komt.
Tot het schakelingsgedeelte 100 volgens figuur 8 behoort een detectieschakeling 120 voor detectie van 40 verticale correlatie van het luminantiesignaal, dat is afgescheiden uit een aan het beschouwde kleurinformatiesignaal gerelateerd signaal, namelijk het toegevoerde kleurenvideosignaal. Het uitgangssignaal van de detectieschakeling 120 dient als schakelbesturingssignaal voor de kiesschakelaar 108, zodanig, dat deze in geval van verticale correlatie van het luminantiesignaal naar het uitgangssignaal van de aftrek-schakeling 107 overschakelt stand P, doch bij afwezigheid van verticale correlatie in het luminantiesignaal 45 naar het uitgangssignaal van de optelschakeling 110 overschakelt (stand Q).
Een gedeelte van de detectieschakeling 120 is opgenomen in het schakelingsgedeelte 200 volgens figuur 9, zodat dit nog nader zal worden beschreven.
In de schakeling 200 wordt een verschilsignaal Y - Yd als verschil tussen het luminantiesignaal Y en een over een duur van 1H vertraagd luminantiesignaal Yd gevormd, dat via een ingangsaansluiting 121 aan een 50 detector 122 wordt toegevoerd. Wanneer de absolute waarde van het niveau van het verschilsignaal Y - Yd lager dan een voorafbepaalde waarde ligt, wordt geconcludeerd, dat verticale correlatie in het kleurinformatiesignaal aanwezig is, teiwijl wanneer de absolute waarde het voorafbepaalde niveau te boven gaat, wordt geconcludeerd dat geen verticale correlatie aanwezig is. Het uitgangssignaal van de detector 122 wordt via een logische schakeling 123 als schakelbesturingssignaal aan de kiesschakelaar 108 toegevoerd. 55 De toepassing van de operationele schakeling 119, de kiesschakelaar 108 (in de vorm van een elektronische schakeleenheid) en de detectieschakeling 120 bij het kamfilter 104 heeft tot gevolg, dat in een uit het bewerkte kleurenvideosignaal zichtbaar gemaakte beeld geen kleurmisdruk en geen kleurvervaging 7 192179 optreden, zodat een zichtbaar beeld van veibeterde kwaliteit wordt verkregen.
Vervolgens zullen de uitvoering en de weiking van de reeds genoemde logische schakeling 123 worden beschreven.
Tijdens signaalweergave door middel van het zelf niet in de tekening weergegeven videobandapparaat 5 wordt via een ingangsaansluiting 127 een stuurspanning +EPB aan een EN-poortschakeling 124 en, via een omkeerschakeling, aan een verdere EN-poortschakeling 126 toegevoerd. Via een ingangsaansluiting 128 wordt bovendien aan de EN-poortschakeling 124 een kleursalvovlagsignaal BF toegvoerd. De uitgangssignalen van de detector 122 en van de EN-poortschakeling 124 worden via een OF-poortschakeling 125 toegevoerd aan de reeds genoemde EN-poortschakeling 126, waarvan het uitgangssignaal als schakei-10 besturingssignaal aan de kiesschakelaar 108 wordt toegevoerd, zodanig, dat deze tijdens signaalweergave naar zijn kiescontact P blijft overgeschakeld doch tijdens signaalopname tussen zijn beide kiescontacten P en Q selecteert, zoals in het voorgaande is beschreven. Voorts geldt, dat zelfs tijdens signaalopname bij het verschijnen van het kleursalvosignaal door het kleursalvovlagsignaal BF overschakeling van de kiesschakelaar 108 naar zijn kiescontact P veroorzaakt wordt; dit geschiedt teneinde te veimijden, dat de fase 15 van het kleursalvosignaal een verschuiving ondergaat.
Tijdens signaalopname wordt het van de optelschakeling 106 afkomstige luminantiesignaal Y toegevoerd aan een aftrekschakeling 111, waarvan het uitgangssignaal via een bandfilter 112 en een versterker 113 voor aftrekking van het luminantiesignaal Y wordt teruggekoppeld. Het op die wijze verkregen uitgangslumi-nantiesignaal OUT (Y) komt ter beschikking aan een uitgangsaansluiting 114. De doorlaatfrequentiekarakte-20 ristiek van het bandfilter 112 is gelijk aan die van de vertragingslijn 105 van het kamfilter 104, zoals in het voorgaande reeds is besproken.
De toepassing van de aftrekschakeling 111 en het bandfilter 112 bij het kamfilter 104, als voorgesteld door de uitvinding, heeft tot gevolg, dat de totale frequentiedoorlaatkarakteristiek van het kamfilter 104, en meer in het bijzonder die van de vertragingslijn 105 (glas), wordt gecompenseerd en dat het luminantiesig-25 naaltransmissiestelsel een vlakke doorlaatkarakteristiek vertoont, waardoor wordt verhinderd, dat in het desbetreffende transmissiestelsel vervorming en ’’ringing” optreden.
Een uit het door het videobandapparaat uitgelezen, en van het kleurenvideosignaal afgescheiden, draaggolfgemoduleerd kleurinfonmatiesignaa! PB (C), dat via een ingangsaansluiting 115 wordt toegevoerd, wordt via een verzwakker 116 toegevoerd aan een aftrekschakeling 117, waarvan het uitgangssignaal, een 30 draaggolfgemoduleerd kleurinformatiesignaal, via een versterker 118 en via het vaste contact PB van de bedrijfstoestandkiesschakelaar 103 wordt toegevoerd aan het kamfilter 104 van het Y/C-type.
Tijdens signaalweergave wordt bij het kamfilter 104 terugkoppeling toegepast, zodanig, dat het aan de ingang daarvan toegevoerde kleurinformatiesignaal en het door de vertragingslijn 105 over een duur van 1H vertraagde kleurinformatiesignaal beiden aan een optelschakeling 129 worden toegevoerd, zodat een 35 operationele schakeling 130 ontstaat, welke een verschilsignaal van het kleurinformatiesignaal in verticale richting afgeeft.
Dit uitgangssignaal van de operationele schakeling 130 wordt via een versterker 131 en het vaste contact PB van een bedrijfstoestandkiesschakeling 132 toegevoerd aan een eerste en een tweede schakeling 133, resp. 134, met variabele overdrachtsfactor (versterking of verzwakking met variabele faseverschuiving), 40 waarvan de uitgangssignalen resp. aan de vaste contacten P en Q van een kiesschakelaar 135 worden toegevoerd, waarvan het uitgangssignaal aan de aftrekschakeling 117 wordt toegevoerd voor aftrekking van het uitgangssignaal van de verzwakker 116. Op die wijze ontstaat een temgkoppelcircuit 136 van de uitgang van de samenstelschakeling 129 naar de ingang van de aftrekschakeling 117. Het uitgangssignaal van de OF-poortschakeling 125, dat wil zeggen het detectie-uitgangssignaal van de detector 122 van de reeds 45 genoemde detectieschakeling 120, dient als schakelbesturingssignaal voor de kiesschakelaar 135, welke uiteraard als elektronische schakeleenheid is uitgevoerd.
De mate van terugkoppeling via het temgkoppelcircuit 136 is groot wanneer de kiesschakelaar 135 naar het met de eerste schakeling 133 met variabele overdracht verbonden kiescontact is overgeschakeld, doch klein wanneer de kiesschakelaar naar zijn met de tweede schakeling 134 met variabele overdracht 50 verbonden kiescontact is overgeschakeld.
Wanneer de absolute waarde van het niveau van het verschilsignaal Y - Yd van het luminantiesignaal door de detector 122 op een lagere dan de voorafbepaalde drempelwaarde wordt gedetecteerd, wordt geconcludeerd, dat in het draaggolfgemoduleerde kleurinformatiesignaal verticale correlatie aanwezig is, en wordt de kiesschakelaar 135 naar zijn met de eerste schakeling 133 met variabele overdrachtsfactor 55 verbonden kiescontact overgeschakeld voor vergroting van de mate van terugkoppeling. Wanneer de absolute waarde van het niveau van het verschilsignaal Y - Yd boven de voorafbepaalde waarde blijkt te liggen, wordt geconcludeerd, dat geen verticale correlatie aanwezig is, en wordt de kiesschakelaar 135 naar 192179 8 zijn met de tweede schakeling 134 met variabele oveidrachtsfactor verbonden kiescontact overgeschakeld voor vermindering van de mate van terugkoppeling.
Bij het verschijnen van het kleursalvosignaal wordt de kiesschakelaar 135 door het kleursalvosignaal BF naar de tweede schakeling 134 met variabele overdrachtsfactor overgeschakeld.
5 De operationele schakeling 130 en het terugkoppelcircuit 138 verlenen aan het kamfilter 104 van het C-type de karakteristiek van een dergelijk kamfilter met terugkoppeling, dat als filter 137 wordt aangeduid. De frequentiekarakteristiek van dit filter 137 verloopt kamvotmig volgens de kromme II in figuur 2 met dieptepunten bij frequentiewaarden (n - l)fh, nfh, nfh, (n + l)fh,... (waarbij n een natuurlijk getal is en fh de beeldregelaftastfrequentie bedraagt), terwijl pieken bij de frequentiewaarden (n - Vz)ih, (n + V5>)fh,... liggen. 10 Wanneer de mate van terugkoppeling door het terugkoppelcircuit 136 toeneemt, worden de pieken van de karakteristiek scherper, doch de dieptepunten worden meer afgerond; wanneer de mate van terugkoppeling daarentegen afneemt, worden de pieken van de karakteristiek meer afgerond, doch de dieptepunten scherper.
Door de genoemde aanvulling van het kamfilter 104 van het C-type tot het kamfilter 137 van het C-type 15 met terugkoppeling wordt de signaal/ruis-verhouding van het bij de weergave verkregen, draaggoif-gemoduleerd kleurinformatiesignaal PB(C) aanzienlijk verbeterd, teiwijl ook de reeds genoemde kleur-misdruk en kleurvervaging in een zichtbaar gemaakt beeld, rasp. aan de randen daarvan, in belangrijke mate afnemen. De overspraakcomponent, welke bij gebrek aan verticale correlatie in het luminantiesignaal verschijnt, kan bovendien worden onderdrukt.
20 Vervolgens zal het schakelingsgedeelte 200 aan de hand van figuur 9 worden beschreven.
De resp. op te nemen en uitgelezen luminantiesignalen REC(Y) en PB (Y) worden gescheiden van hun resp. bijbehorende, op te nemen en uitgelezen kleurvideosignalen via resp. aansluitingen 202 en 203 aan een bedrijfstoestandkiesschakelaar 204 toegevoerd, waarvan het uitgangssignaal enerzijds via een vangschakeling 205 voor uitfiltering van signaalcomponenten van 3,58 MHz en anderzijds rechtstreeks aan 25 resp. een kiescontact CL (kleur) en een kiescontact BW (zwart en wit) vein een kiesschakelaar 206 wordt toegevoerd. Het uitgangssignaal van de kiesschakelaar 206 wordt toegevoerd aan een als aftrekschakeling werkende samenstelschakeling 207, waaraan bij signaalweergave nog een ander signaal wordt toegevoerd, zoals nog nader zal worden beschreven, doch bij signaalopname geen ander signaal wordt toegevoerd.
Het door de aftrekschakeling 207 afgegeven luminantiesignaal wordt via een niveaufixatieschakeling 208 30 toegevoerd aan een vast contact NR (normaal) van een signaaluitvalkiesschakelaar 209, waarvan het uitgangssignaal, dat wil zeggen het luminantiesignaal Y via een vertragingslijn 210 met een vertragingsduur 1H als vertraagd luminantiesignaal Yd ter beschikking komt. Dit vertraagde luminantiesignaal Yd wordt via een niveaufixatieschakeling 211 aan het vaste contact DO (drop-out) van de signaaluitvalschakeling 209 toegevoerd; de overschakeling van de als schakeleenheid uitgevoerde kiesschakelaar 209 geschiedt door 35 middel van een via een ingangsaansluiting 212 toegevoerd signaaluitvalstuursignaal DOC.
De vertragingslijn 210 met een vertragingsduur 1H is op de volgende wijze samengesteld. Tussen de uitgangsaansluiting van de kiesschakelaar 209 en de ingangsaansluiting van de niveaufixatieschakeling 211 zijn in volgorde achter elkaar opgenomen een accentueringsschakeling 213, een ampiitudemodulator 214, een stuurschakeling 215, een vertragingslijn 216 met een vertragingsduur 1H (glas, uitwendig aangesloten), 40 een schakeling 217 met automatische versterkingsregeling, een AM-detector 218 (dubbelfasige gelijkrichter), een versterker 219 (waarvan het uitgangssignaal gedeeltelijk wordt toegevoerd aan een aan de automatische versterkingsregeling toegevoerde detectieschakeling 220, waarvan het uitgangssignaal als versterkingsregelsignaal aan de schakeling 217 wordt toegevoerd), een desaccentueringsschakeling 221 en een laagdooriaatfilter 222 (uitwendig aangesloten).
45 De AM-modulator 214 krijgt bijvoorbeeld een draaggolfsignaal met een frequentie van 10,74 MHz (= 3 x 3,58 MHz) toegevoerd. Daartoe wordt het van een als referentieoscillator dienende kwartsosdllator 223 afkomstige oscillatiesignaal, dat bij de automatische faseregeling wordt toegepast in geval van omzetting naar een lagere frequentie tijdens signaalopname en frequentieheromzetting tijdens signaalweergave van het draaggolfgemoduleeide kleurinformatiesignaal door middel van het videobandapparaat; dit oscillatie-50 signaal wordt nu bovendien toegevoerd aan een met een factor 3 vermenigvuldigende schakeling 224, waarvan het uitgangssignaal via een bandfilter 225 als het genoemde draaggolfsignaal van 10,74 MHz ter beschikking komt. De vermenigvuldigingsfactor van de frequentievermenigvuldigingsschakeling 224 behoeft uiteraard niet de waarde 3 te hebben, doch kan ook een andere geschikte waarde hebben. De zojuist beschreven toepassing van de oscillator 223 zowel voor de frequentie-omzetting en -heromzetting van het 55 draaggolfgemoduleerde kleurinformatiesignaal als voor de ampiitudemodulator 214 heeft het voordeel, dat interferentie tussen onafhankelijke oscillatoren en de daaruit voortkomende problemen zich niet voordoen.
Hoewel de vertragingslijn 216 met een vertragingsduur 1H een frequentiekarakteristiek van het bandfilter- 9 192179 type heeft, vertoont de samengestelde vertragingslijn 210 een brede fiequentiedoorlaatband voor het luminantiesignaal, zodat vervorming van dit signaal wordt vermeden. De eveneens door de AM-detector 218 afgegeven signaalcomponenten van 21,48 MHz (= 2 x 10,74 MHz) kan bovendien door middel van de desaccenfueringsschakeling 221 en het laagdoorlaatfilter 222 op effectieve wijze worden geëlimineerd.
5 Het resp. door de niveaufixatieschakelingen 208 en 211 afgegeven luminantiesignaal Y en vertraagde luminantiesignaal Yd worden toegevoerd aan een samenstelschakeling 226 voor vorming van een verschil-signaal Y-Y* dat aan een uitgangsaansluiting 227 ter beschikking komt en aan de ingangsaansluiting 121 van het schakelingsgedeelte 100 volgens figuur 8 wordt toegevoerd.
Vervolgens zal de luminantiesignaalbewerkingsschakeling 228 worden beschreven. Het van de resp.
10 niveaufixatieschakelingen 208 en 211 afkomstige luminantiesignaal Y en vertraagde luminantiesignaal Yd worden toegevoerd aan een aftrekschakeling 229 en een optelschakeling 230, terwijl het door de aftrek-schakeling 226 gevormde verschilsignaal Y-Yd via een verzwakker 231 als verschilsignaal Y-Y'd aan een begrenzingsschakeling 232 wordt toegevoerd. Deze laatstgenoemde heeft een zodanige werking, dat wanneer de absolute waarde van het niveau van het verschilsignaal Y' -Y'd lager dan een voorafbepaalde 15 waarde ligt, als teken dat verticale correlatie in het luminantiesignaal Y optreedt, door de begrenzingsschakeling 232 het verschilsignaal Y-Y d, dat dan als een soort ruiscomponent kan worden beschouwd) ongewijzigd wordt afgegeven; wanneer de absolute waarde van het niveau van het verschilsignaal Y'-Y'd daarentegen boven de voorafbepaalde waarde ligt, in welk geval het luminantiesignaal Y geen verticale correlatie vertoont, geeft de begrenzingsschakeling 232 daarentegen een uitgangssignaal ter waarde nul af. 20 Het uitgangssignaal van de begrenzingsschakeling 232 wordt toegevoerd aan het vaste contact NR
(normaal) van een signaaluitvalkkiesschakelaar 233, waarvan de werking wordt bestuurd door het signaaluH-valstuursignaal DOC. Het uitgangssignaal van de kiesschakelaar 233 wordt via een variabele verzwakker 234 en een bedrijfstoestandkiesschakelaar 235, welke bij signaalweergave in zijn gesloten toestand en bij signaalopname in zijn open toestand verkeert toegevoerd aan de aftrekschakeling 207 voor aftrekking van 25 het uitgelezen luminantiesignaal PB(Y).
Het uitgangssignaal van de kiesschakelaar 233 wordt voorts via twee variabele verzwakkers 236 en 237 aan twee resp. als aftrekschakeling en als optelschakeling uitgevoerde samenstelschakelingen 229 en 230 toegevoerd voor resp. aftrekking van het luminantiesignaal Y en optelling bij het vertraagde luminantiesignaal Yd. De uitgangssignalen van de beide samenstelschakelingen 229 en 230 worden via de resp.
30 kiescontacten van een kiesschakelaar 238 selectief als uitgangsluminantiesignaal OUT (Y) aan een signaaluitgangsaansluiting 239 toegevoerd. De kiesschakelaar 238 wordt zodanig bestuurd, dat hij het uitgangssignaal van de samenstelschakeling 229 doorlaat tijdens signaalweergave en tijdens opname van zwart/wit-videoinformatie, doch het uitgangssignaal van de samenstelschakeling 230 doorlaat tijdens signaalopname van kleurenvideo-informatie.
35 Indien de verzwakkingsfactoren of overdrachtsfuncties van de verzwakkers 231, 234, 236 en 237 de resp. de waarden ko k1t 1¾ en 1¾ hebben en de overdrachtsfunctie van de begrenzingsschakeling 232 gelijk L (0 of 1) is, kan het uitgangsluminantiesignaal OUT (Y) bij opname van kleurenvideo-informatie worden weergegeven door: OUT (Y) = Yd + k0k2L(Y-Yd), 40 waarin Y = REC (Y).
Het uitgangsluminantiesignaal OUT (Y) tijdens opname van zwart/wit-video-informatie kan daarentegen worden weergegeven door: OUT (Y) = Y - kok2L(Y-Yd), waarin Y = REC (Y).
45 De overdrachtsfunctie OUT (Y)/PB (Y) tijdens signaalweergave krijgt dan de volgende gedaante OUT (Y) 1 - (1 - e-TS) PB (Y) 1 + ko^L (1 - e_is)’ waarin E"*· de overdrachtsfunctie van de vertragingslijn met een vertragingsduur 1H is.
Zoals in het voorgaande is uiteengezet, verschaft de luminantiesignaalbewerkingsschakeling 228 de 50 mogelijkheid om de ruiscomponente van het opnemen luminantiesignaal en ook de door de hoge registratie-dichtheid, waarmede een videosignaal op een magneetband wordt opgenomen, veroorzaakte miscomponent en overspraakcomponent van het uitgelezen luminantiesignaal te elimineren.

Claims (1)

192179 10 Schakeling voor het veiwerken van een samengesteld kleurvideosignaal, hetwelke een luminantiecom ponent en een chrominantiecomponent omvat en gerelateerd is aan een opeenvolging van horizontale 5 regelintervallen, die eik een vooraf bepaalde horizontale regelperiode hebben en die elk video-informatie bevatten om te woiden weergegeven in verticaal alignement met corresponderende video-informatie in een naburige regelinterval, waarbij de schakeling omvat: - eerste filtermiddelen met een tweetal onderscheidelijke filtermodi voor het bij toevoer van een tussen-chrominantiesignaal verschaffen van een gefilterde chrominantiecomponent waarin ongewenste signaal- 10 componenten zijn onderdrukt, waaibij de filtermiddelen in ten minste één van de filtermodi werkzaam zijn als filtermiddelen van het kamachtige type met een relatief smalle dooriaatbreedte; - instelmiddelen voor het aan de hand van bestuursignafen instellen van de filtermiddelen in één van beide filtermodi; - als een kamfilter uitgevoerde, tweede filtermiddelen voor het bij toevoer van samengesteld kleurvideo-15 signaal verschaffen van een gefilterde luminantiecomponent; en - op de tweede filtermiddelen aangesloten detectiemiddelen voor het bij toevoer van de gefilterde luminantiecomponent genereren van een als stuursignaal voor de instelmiddelen bestemd detectiesignaal met indicatie over de mate van verticale correlatie in verticaal gealigneerde van verschillende regelintervallen, met het kenmeik, dat genoemde tweede filtermiddelen een ingangsscheidingsschakeling omvatten, welke is 20 samengesteld uit een vertragingslijn, een op deze vertragingslijn aangesloten optelschakeling voor het samenstellen van een rechtstreeks toe te voeren en een via de vertragingslijn toe te voeren kleurvideosignaal, en een op de optelschakeling aangesloten aftrekschakeling waarvan het als afgescheiden luminantiesignaal ter beschikking komende uitgangssignaal voor aftrekking van het uitgangssignaal van de optelmiddelen wordt teruggekoppeld via een filterschakeling, waarvan de frequentiedooriaatkarakteristiek 25 althans ten minste nagenoeg overeenstemt met die van de vertragingslijn van de ingangsscheidingsschakeling. Hierbij 6 bladen tekening
NL8201333A 1981-03-30 1982-03-30 Schakeling voor het verwerken van een samengesteld kleurvideosignaal. NL192179C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP56046749A JPS57160288A (en) 1981-03-30 1981-03-30 Processing circuit for chrominance signal
JP4674981 1981-03-30

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8201333A NL8201333A (nl) 1982-10-18
NL192179B NL192179B (nl) 1996-10-01
NL192179C true NL192179C (nl) 1997-02-04

Family

ID=12755973

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8201333A NL192179C (nl) 1981-03-30 1982-03-30 Schakeling voor het verwerken van een samengesteld kleurvideosignaal.

Country Status (9)

Country Link
US (1) US4513311A (nl)
JP (1) JPS57160288A (nl)
AT (1) AT390860B (nl)
AU (1) AU549933B2 (nl)
CA (1) CA1174355A (nl)
DE (1) DE3211742A1 (nl)
FR (1) FR2502879B1 (nl)
GB (1) GB2112246B (nl)
NL (1) NL192179C (nl)

Families Citing this family (26)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS5997294A (ja) * 1982-11-27 1984-06-05 Toshiba Corp 映像信号記録再生装置
US4620220A (en) * 1983-06-28 1986-10-28 Rca Corporation Wideband chrominance signal filter
JPS6051388A (ja) * 1983-08-31 1985-03-22 Sony Corp 記録再生装置の二次ビートキャンセル回路
JPS6069997A (ja) * 1983-09-26 1985-04-20 Sony Corp ノイズ軽減回路
JPS60121885A (ja) * 1983-12-05 1985-06-29 Victor Co Of Japan Ltd 映像信号の雑音低減回路
US4682251A (en) * 1984-03-21 1987-07-21 Victor Company Of Japan, Ltd. Video signal reproducing apparatus having a noise reduction circuit
US4636842A (en) * 1984-11-29 1987-01-13 Rca Corporation Comb filter "hanging dot" eliminator
US4703342A (en) * 1985-01-14 1987-10-27 Nec Corporation Luminance/chrominance separating apparatus
KR890004853B1 (ko) * 1985-01-28 1989-11-29 미쓰비시전기 주식회사 영상신호 처리회로
US4616254A (en) * 1985-04-18 1986-10-07 Rca Corporation Hanging dot reduction system
JPS6218881A (ja) * 1985-07-18 1987-01-27 Fuji Photo Film Co Ltd フイ−ルド/フレ−ム変換方式
KR900009063B1 (ko) * 1985-09-09 1990-12-17 니뽕 빅터 가부시끼가이샤 반송 색 신호 처리 회로
JPH06105983B2 (ja) * 1985-09-19 1994-12-21 ソニー株式会社 映像信号再生装置
KR910001472B1 (ko) * 1985-10-09 1991-03-07 마쯔시다덴기산교 가부시기가이샤 컬러텔레비젼 신호의 기록재생장치
JPS62135079A (ja) * 1985-12-06 1987-06-18 Matsushita Electric Ind Co Ltd 輝度信号処理回路
JPH0720263B2 (ja) * 1986-01-17 1995-03-06 ソニー株式会社 搬送色信号処理回路
JPH07123307B2 (ja) * 1986-05-20 1995-12-25 ソニー株式会社 Y/c分離回路
KR900002608B1 (ko) * 1986-05-22 1990-04-20 주식회사 금성사 브이티알의 자동트래킹장치
JP2570717B2 (ja) * 1987-02-03 1997-01-16 ソニー株式会社 くし形フイルタ
JPS63292796A (ja) * 1987-05-25 1988-11-30 Victor Co Of Japan Ltd 再生搬送色信号処理回路
JPH0198385A (ja) * 1987-10-09 1989-04-17 Sony Corp 相関検出方式
JPH0258410A (ja) * 1988-08-24 1990-02-27 Hitachi Ltd 信号処理方法とその装置
DE3939520A1 (de) * 1989-11-30 1991-06-06 Nokia Unterhaltungselektronik Schaltung zum rueckgewinnen des chroma-signales
US5430497A (en) * 1990-08-06 1995-07-04 Samsung Electronics Co., Ltd. Removal of the folding carrier and sidebands from an unfolded video signal
KR930008182B1 (ko) * 1990-11-27 1993-08-26 삼성전자 주식회사 동신호 검출회로
US8160286B2 (en) * 2006-03-31 2012-04-17 Panasonic Corporation Speaker system

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3836707A (en) * 1971-12-27 1974-09-17 Hitachi Ltd Video signal processing device for extracting the chrominance and luminance signals from a composite video signal in a color television receiver
US4143397A (en) * 1976-04-19 1979-03-06 Rca Corporation Comb filter apparatus
US4074321A (en) * 1976-10-12 1978-02-14 The Magnavox Company Circuit for separating chroma and luminance information in a composite video signal
JPS55150687A (en) * 1979-05-15 1980-11-22 Sony Corp Separating circuit of color video signal
JPS5660186A (en) * 1979-10-19 1981-05-23 Sony Corp Chrominance signal processing circuit
JPS6119198A (ja) * 1984-07-05 1986-01-28 凸版印刷株式会社 電磁波遮蔽性を有するプラスチツクハウジング及びその製造方法

Also Published As

Publication number Publication date
US4513311A (en) 1985-04-23
ATA121082A (de) 1989-12-15
DE3211742A1 (de) 1982-11-04
FR2502879A1 (fr) 1982-10-01
CA1174355A (en) 1984-09-11
FR2502879B1 (fr) 1987-05-22
GB2112246A (en) 1983-07-13
DE3211742C2 (nl) 1991-04-11
GB2112246B (en) 1985-05-09
JPS57160288A (en) 1982-10-02
AU8185082A (en) 1982-10-07
NL8201333A (nl) 1982-10-18
JPH0253997B2 (nl) 1990-11-20
NL192179B (nl) 1996-10-01
AU549933B2 (en) 1986-02-20
AT390860B (de) 1990-07-10

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL192179C (nl) Schakeling voor het verwerken van een samengesteld kleurvideosignaal.
US4179705A (en) Method and apparatus for separation of chrominance and luminance with adaptive comb filtering in a quadrature modulated color television system
NL8102097A (nl) Video-signaalbewerkingsschakeling.
NL8201399A (nl) Stelsel voor het opwekken van een chromasleutelschakelsignaal.
US4571613A (en) Noise reduction circuit for a video signal using a feedback type comb filter and an equalizer circuit
US5225899A (en) Correlation adaptive luminance and chrominance signal separating circuit
JP2682912B2 (ja) 動信号検出回路
US5365281A (en) Motion signal detecting circuit
JPS583479A (ja) 合成ビデオ信号処理装置
GB2052914A (en) Defect compensation for colour television
EP0073468B1 (en) Dropout compensation system
US4862252A (en) Y/C separator circuit for separating luminance and chrominance signals conditioned on an ac luminance component
KR0178382B1 (ko) 콤필터를 사용한 휘도신호/칼라신호 분리회로 및 잡음 감소회로
KR930008182B1 (ko) 동신호 검출회로
US4607284A (en) Movement-adaptive transversal-recursive noise suppression circuit for a television signal
GB2288704A (en) Chrominance and luminance separation
JPH026710Y2 (nl)
EP0546440A1 (en) Automatic phase controlling circuit for processing reproduced chroma signal
EP0444838B1 (en) Video signal reproducing apparatus
EP0196097A2 (en) Method of field/frame conversion in magnetic picture recording and reproducing
JP3110196B2 (ja) クシ型フィルタ自動調整回路
JPH0230948Y2 (nl)
JP2966062B2 (ja) ビデオ装置
JPH03240391A (ja) クロマ信号波形改善装置
JPS5853809Y2 (ja) カラ−白黒検出装置

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V4 Lapsed because of reaching the maximum lifetime of a patent

Free format text: 20020330

V4 Lapsed because of reaching the maximum lifetime of a patent

Effective date: 20020330