NL192032C

NL192032C - Star deksel voor een dak van een voertuig.

Info

Publication number: NL192032C
Application number: NL8701323A
Authority: NL
Original assignee: Rockwell Golde Gmbh
Priority date: 1986-06-07
Filing date: 1987-06-05
Publication date: 1997-01-07
Also published as: BR8702870A; GB8713191D0; AU583243B2; IT1205046B; AU7403287A; NL8701323A; GB2191234B; NL192032B; CA1286342C; GB2191234A; FR2599677A1; SE8702351D0; SE8702351L; FR2599677B1; MX169139B; SE466396B; US4765676A; IT8720733A0

Description

1 192032

Star deksel voor een dak van een voertuig

De uitvinding heeft betrekking op een star deksel voor een schuif-, hef- of schuifhefdak voor een voertuig, welk deksel in zijn gesloten stand een dakopening afgedicht afsluit door middel van een eraan bevestigd 5 randspleetafdichtprofiel en uit de dakopening verplaatsbaar is voor het ten minste gedeeltelijk vrijgeven daarvan, met een dekselplaat uit lichtdooriatend materiaal, een de dekselplaat in zijn randgebied van onderaf onder tussenvoeging van pakkingsmateriaal of lijm ondersteunend binnenframe met een rondom opstaande rand en een op de bovenzijde van de dekselplaat aansluitend vattingsframe, dat aan zijn naar beneden gerichte lijf is voorzien van zijdelingse nokken, die met nokken van een gedeeltelijk verende 10 klemstrip samenwerken, welke voor het verbinden van het binnenframe met het vattingsframe op het binnenframe aangrijpt, waarbij het randspleetafdichtprofiel buiten op het vattingsframe aansluit, dat de bevestigingsflens van het door opsteken aan het deksel bevestigde randspleetafdichtprofiel afdekt.

Een dergelijk deksel is bekend uit het Duitse Offenlegungsschrift 3.133.141. Bij dit bekende deksel is het vattingsframe voorzien van twee naar beneden gerichte lijven, waartussen de opstaande rand van het 15 binnenframe door middel van een tussen het buiten gelegen lijf en de opstaande rand ingestoken klemstrip is vastgeklemd. Het buiten gelegen lijf is daarbij aan zijn binnenzijde van zaagtandvormige nokken voorzien, die met aan de buitenzijde van de klemstrip aangebrachte zaagtandvormige tegennokken samen werken. Daardoor wordt de dekselplaat samen met het binnenframe tussen het vattingsframe en een als veer-lichaam uitgevoerde flens van de klemstrip onlosmaakbaar ingespannen. Het bekende deksel kan daardoor 20 na montage niet meer onbeschadigd gedemonteerd worden, zoals dat echter voor reparatiewerkzaamheden gewenst kan zijn.

Het toepassen van een klemstrip met een van onderaf tegen het binnenframe aanliggende en bovendien vanwege zijn uitvoering als veerlichaam ook nog scheef verlopende flens, levert een verhoudingsgewijs grote bouwhoogte op van het bekende deksel, waartoe ook de bijzondere uitvoering van de nokken 25 bijdraagt.

Verdere nadelen van het bekende deksel zijn terug te voeren op de wijze waarop het randspleetafdichtprofiel is aangebracht. Aangezien het randspleetafdichtprofiel als gevolg van zijn wrijving tegen de naar beneden omgebogen rand van de dakopening bij het sluiten en openen van het deksel onvermijdelijk aan slijtage is onderworpen, is het wenselijk het randspleetafdichtprofiel op eenvoudige wijze te kunnen 30 vervangen. Bij een uitvoeringsvorm (figuur 4) van het bekende deksel gaat een vervanging echter gepaard met moeilijkheden, omdat het zijwaarts op het vattingsframe geschoven randspleetafdichtprofiel bij vervanging en natuurlijk ook bij de originele montage in een groef met ondersnijding moet worden gedwongen, zodat een gelijkmatige aansluiting tegen het vattingsframe niet is gewaarborgd. Weliswaar is het randspleetafdichtprofiel bij een andere uitvoeringsvorm (figuur 3) van het bekende deksel eenvoudig 35 vervangbaar, omdat het van onderaf op de onder een hoek naar beneden staande rand van het vattingsframe is te schuiven, doch deze uitvoeringsvorm heeft het nadeel, dat bij het openen van het deksel het randspleetafdichtprofiel gemakkelijk kan worden afgestroopt.

De uitvinding heeft tot doel een star deksel van de in de aanhef bedoelde soort te verschaffen met een relatief geringe bouwhoogte bij een eenvoudige monteer- en demonteerbaarheid van zijn onderdelen 40 inclusief het randspleetafdichtprofiel en daarbij te voorzien in een betrouwbare beveiliging van het randspleetafdichtprofiel tegen afstropen, zowel in de sluit- alsook in de openingsrichting van het deksel.

Het gestelde doel wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat de metalen klemstrip op afstand van en evenwijdig ten opzichte van de opstaande rand is bevestigd aan de bovenzijde van het binnenframe, zijwaarts verend is uitgevoerd en met het naar beneden gerichte lijf van het vattingsframe losneembaar is 45 verbonden, waarbij de klemstrip een U-vormige doorsnede heeft en met zijn ondergelegen dwarslijf vast met het binnenframe is verbonden, terwijl zijn beide zijwaarts verende flenzen aan hun vrije uiteinden naar elkaar toe naar binnen zijn omgebogen voor het vormen van arreteerranden, die aangrijpen aan beide zijden van het lijf van het vattingsframe dat een T-vormige doorsnede heeft, welke zijden voorzien zijn van nokken, die telkens door een naar beneden hellend vlak en een naar boven hellend vlak zijn begrensd, 50 waarbij de arreteerranden ongeveer in overeenstemming met de naar beneden hellende vlakken zijn gericht, en dat het vattingsframe met zijn buitengelegen flens het, over de opstaande rand van het binnenframe geschoven, met zijn bevestigingsflens in de opening tussen de opstaande rand en de klemstrip ingrijpende randspleetafdichtprofiel en tegelijkertijd met zijn binnengelegen flens de dekselplaat verend tegen het binnenframe drukt.

55 Bij het deksel volgens de uitvinding is de opstelling van een gescheiden aan te brengen en naar beneden buiten het binnenframe uitstekende klemstrip vermeden, waardoor de klemstrip geen wezenlijke invloed heeft op de bouwhoogte van het deksel. Aangezien het vattingsframe met zijn buitengelegen flens 192032 2 het over de opstaande rand geschoven randspleetafdichtprofiel op zijn plaats houdt, kan de opschuifhoogte van het randspleetafdichtprofiel relatief klein worden gehouden, hetgeen wederom een positieve invloed heeft op de nagestreefde geringe bouwhoogte van het deksel. De bouwhoogte van het deksel wordt in hoofdzaak alleen nog maar bepaald door de materiaaldikte van het binnenframe, de dikte van de deksel-5 plaat en de dikte van de flens van het vattingsframe.

Aangezien de klemstrip met het binnenframe vast en ontosmaakbaar is verbonden, is het volgens de uitvinding uitgevoerde deksel eenvoudig te monteren. Voor dit doel dient na het opbrengen van het pakkingmateriaal of de lijm op het binnenframe, het aanbrengen van de dekselplaat en het schuiven van het randspleetafdichtprofiel over de opstaande rand van het binnenframe alleen nog het vattingsframe van 10 boven af met zijn centrale lijf met de klemstrip te worden verbonden. Daar deze arrêtering losmaakbaar is uitgevoerd, kan het vattingsframe zonder beschadigen worden verwijderd, wanneer het randspleetafdicht-profiel bij opgetreden slijtage moet worden vervangen. Een afstropen van het randspleetafdichtprofiel door wrijving van het randspleetafdichtprofiel tegen de rand van de dakopening, is noch bij het openen, noch bij het sluiten van het deksel mogelijk, omdat het randspleetafdichtprofiel door de buitengelegen flens van het 15 vattingsframe wordt vastgehouden.

Door de U-vorm van de dwarsdoorsnede van de klemstrip heeft deze bij het arrêteren van het vattingsframe een gunstige centrerende werking voor het vattingsframe. De vorm van de nokken aan het centrale lijf van het vattingsframe zorgt ervoor, dat de verende flenzen van de klemstrip bij het steken van het lijf in de klemstrip zijwaarts uiteen worden gedrukt en bij volledig ingeschoven frame, d.w.z. na het verend stoten van 20 de beide flenzen van het vattingsframe tegen het randspleetafdichtprofiel en de bovenrand van de dekselplaat, met hun arrêteerranden tegen de naar beneden hellende vlakken van de nokken aanliggen. Hierdoor wordt de klemstrip vast doch losneembaar met het vattingsframe vergrendeld. Voor de losneem-baarheid zorgen de naar beneden hellende vlakken van de op het lijf aangebrachte nokken.

Opgemerkt wordt nog, dat de toepassing van U-vormige metalen klemstrippen bij starre deksels voor 25 voertuigdaken op zichzelf bekend is, bij voorbeeld uit het Amerikaanse octrooischrift 4.509.791. Deze bekende constructie is overigens geheel anders en de U-vormige klemstrip is bij die bekende constructie niet vast met het binnenframe verbonden.

Bij het deksel volgens de uitvinding kunnen voorts de beide flenzen van het vattingsframe van bovenaf gezien convex voorgewelfd zijn. Hierdoor wordt de klemwerking van de flenzen enerzijds ten opzichte van 30 het randspleetafdichtprofiel en anderzijds ten opzichte van de bovenrand van de dekselplaat nog versterkt.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekening. Daarin toont: figuur 1 een perspectivische weergave van een voertuigdak met een in gesloten stand ingetekend, star deksel; 35 figuur 2 het bovenaanzicht van het deksel volgens figuur 1; en figuur 3 een doorsnede volgens de lijn lil—lil in figuur 1, op vergrote schaal;

Het in figuur 1 weergegeven voertuigdak hoort bij een personenauto, waarvan de voorwaartse rijrichting door de rijrichtingpijl 1 is aangegeven. In het, in voorwaartse rijrichting gezien voorste gedeelte van het 40 vaste dakvlak 2 van het voertuigdak bevindt zich de dakopening 3, waarin zich het in gesloten stand weergegeven starre deksel 4 bevindt. Het deksel 4 is ten opzichte van de loodrecht omgezette rand 5 (figuur 3) van het vaste dakvlak 2 afgedicht door het randspleetafdichtprofiel 6, dat op de hierna nader beschreven wijze aan het deksel 4 is bevestigd.

Onder de uit glas of een doorzichtige kunststof bestaande dekselplaat 7 bevindt zich het de dekselplaat 45 in zijn randgebied van onderaf ondersteunende en bij voorkeur uit metaalplaat gevormde binnenframe 8, dat tot voorbij de buitenrand van de dekselplaat 7 uitsteekt en daar in een opstaande rand 9 eindigt. Op het binnenframe 8 grijpen de bedienings- en geleidingselementen aan die niet zijn weergegeven, omdat de onderhavige uitvinding daarop geen betrekking heeft.

In het binnenframe 8 bevindt zich een omlopend ingedrukte groefvormige verdieping 10, waarin een 50 ononderbroken rondlopend snoer 11 is gelegd, dat in onbelaste toestand een cirkelvlakvormige doorsnede kan hebben, doch in figuur 3 in zijn belaste en daardoor vervormde toestand is weergegeven. Het snoer 11 houdt de dekselplaat 7 en het binnenframe 8 op een vooraf gekozen, rondom gelijkblijvende afstand. Aanvullend kan een verdere vervormbare strip 12 rondom tussen dekselplaat 7 en binnenframe 8 zijn aangebracht, die de binnengelegen begrenzing voor een pakking of lijm 13 vormt.

55 Evenwijdig aan en op afstand van de opstaande rand 9 is aan de bovenzijde van het binnenframe 8 een in doorsnede U-vormige klemstrip 14 aanwezig, die bestaat uit verend materiaal en met zijn ondergelegen dwarslijf 15 vast met het binnenframe 8 is verbonden, bijvoorbeeld is gelast. Met de klemstrip 14 werkt een

Claims

3 192032 vattingsframe 16 op een nog nader toe te lichten wijze samen. Het vattingsframe 16 heeft een T-vormige doorsnede, die is samengesteld uit een buitengelegen flens 17, een daarop volgens een glad vlak aansluitende binnengelegen flens 18 en een naar beneden gericht bjf 19, waarbij het geheel uit één stuk bestaat. Het lijf 19 is aan beide zijden voorzien van meerdere daarvan 5 deel uitmakende nokken 20, die telkens door een naar beneden hellend vlak 21 en een naar boven hellend vlak 22 zijn begrensd. Op het dwarslijf 15 van de klemstrip 14 sluiten naar boven gerichte, zijwaarts verende flenzen 23 aan, waarvan de vrije uiteinden naar elkaar toe zijn gebogen voor het vormen van arrêteerranden 24. De arrêteerranden 24 zijn ongeveer corresponderend aan de naar beneden hellende vlakken 21 van de nokken 10 20 gericht en zorgen in samenwerking met de nokken 20 voor een stevige, maar zo nodig losneembare arrêtering van het binnenframe 8 met het vattingsframe 16. Het randspleetafdichtprofiel 6 is in het getekende voorbeeld samengesteld uit een buitenste hol kametprofiel 25 en een daarmee vast verbonden binnenste bevestigingsprofiel 26. Het bevestigingsprofiel 26 heeft een naar beneden toe open U-vormige doorsnede, die een schuiven van het randspleetafdicht- 15 profiel 6 over de opstaande rand 9 van het binnenframe 8 mogelijk maakt. Hierbij grijpt de bevestigingsflens 27 in de vastliggende afstand tussen de opstaande rand 9 en de buitenste flens 23 van de klemstrip 14. Het holle kamerprofiel 25 en het bevestigingsprofiel 26 zijn een buitenste trede vormend met elkaar verbonden, op welke trede de buitengelegen flens 17 van het vattingsframe 16 zodanig steun neemt, dat het buitenvlak van het vattingsframe 16 ongeveer in een vlak is gelegen met het buitenvlak van het randspleetafdichtprofiel 20 6. Zoals uit figuur 3 blijkt, grijpt het in de klemstrip 14 gearrêteerde vattingsframe met zijn buitengelegen flens 17 over de bevéstigingsflens 27 van het randspleetafdichtprofiel 6 en met zijn binnengelegen flens 18 over de rand van de dekselplaat 7. Voor het versterken van de door de flenzen 17 en 18 uitgeoefende klemkrachten zijn de beide flenzen van boven af gezien convex voorgewelfd, zoals in figuur 3 weergegeven. 25 Het vattingsframe 16 kan in zijn beschreven vorm zijn gevormd uit een door extrusie vervaardigd kunststof-profiel. Bij het monteren van het deksel wordt op het reeds met de klemstrip 14 verbonden binnenframe 8 het snoer 11 en eventueel de strip 12 gelegd, waarna de dekselplaat 7 onder tussenvoeging van pakkings-materiaal respectievelijk lijm 13 wordt aangebracht. Hierbij vormt op voordeelbiedende wijze de binnen-30 gelegen flens 23 van de klemstrip 14 samen met de rand van de dekselplaat 7 en eventueel de strip 12 een spleetruimte met gedefinieerde, vaststaande wanden, waar van bovenaf de vloeibare pakking of lijmmassa 13 kan worden ingebracht, waarvan de hoeveelheid en vullingsgraad door visuele controle kan worden bepaald. Daardoor is een eenvoudige controle van de dichtheid vóór het uiteindelijke aanbrengen van het vattingsframe mogelijk. De montage van het deksel wordt voltooid met het klemmend aanbrengen van het 35 vattingsframe 16.
40 Star deksel voor een schuif-, hef- of schuifhefdak voor een voertuig, welk deksel in zijn gesloten stand een dakopening afgedicht afsluit door middel van een eraan bevestigd randspleetafdichtprofiel en uit de dakopening verplaatsbaar is voor het ten minste gedeeltelijk vrijgeven daarvan, met een dekselplaat uit lichtdooriatend materiaal, een de dekselplaat in zijn randgebied van onderaf onder tussenvoeging van pakkingsmateriaal of lijm ondersteunend binnenframe met een rondom opstaande rand en een op de 45 bovenzijde van de dekselplaat aansluitend vattingsframe, dat aan zijn naar beneden gerichte lijf is voorzien van zijdelingse nokken, die met nokken van een gedeeltelijk verende klemstrip samenwerken, welke voor het verbinden van het binnenframe met het vattingsframe op het binnenframe aangrijpt, waarbij het randspleetafdichtprofiel buiten op het vattingsframe aansluit, dat de bevestigingsflens van het door opsteken aan het deksel bevestigde randspleetafdichtprofiel afdekt, met het kenmerk, dat de metalen klemstrip (14) 50 op afstand van en evenwijdig ten opzichte van de opstaande rand (9) is bevestigd aan de bovenzijde van het binnenframe (8), zijwaarts verend is uitgevoerd en met het naar beneden gerichte lijf (19) van het vattingsframe (16) losneembaar is verbonden, waarbij de klemstrip (14) een U-vormige doorsnede heeft en met zijn ondergelegen dwarslijf (15) vast met het binnenframe (8) is verbonden, terwijl zijn beide zijwaarts verende flenzen (23) aan hun vrije uiteinden naar elkaar toe naar binnen zijn omgebogen voor het vormen 55 van arrêteerranden (24), die aangrijpen aan beide zijden van het lijf (19) van het vattingsframe (16) dat een T-vormige doorsnede heeft, welke zijden voorzien zijn van nokken (20), die telkens door een naar beneden hellend vlak (21) en een naar boven hellend vlak (22) zijn begrensd, waarbij de arrêteerranden (24) 192032 4 ongeveer in overeenstemming met de naar beneden hellende vlakken (21) zijn gericht, en dat het vattings-frame (16) met zijn buitengelegen flens (17) het, over de opstaande rand (9) van het binnenframe (8) geschoven, met zijn bevestigingsflens (27) in de opening tussen de opstaande rand (9) en de klemstrip (14) ingrijpende randspleetafdichtprofiel (6) en tegelijkertijd met zijn binnengelegen flens (18) de dekselplaat (7) 5 verend tegen het binnenframe (8) drukt. Hierbij 1 blad tekening