NL7907822A - Zeefbodem. - Google Patents

Description

* ^ # _ VO 85.73________________^_________________

Zeefbodem.

De -uitvinding heeft betrekking op een zeefbodem, voorzien van rubber veerkrachtig materiaal bezittende zeefelementen, en van een ondersteuningsconstructie, waarop de zeefelementen verwisselbaar en automatisch klemmend zijn aangebracht, waarbij de zeefelementen zijn 5 voorzien van een in het zeefvlak liggende bovenzijde en een evenwijdig daaraan lopende onderzijde, en van klemelementen aan althans twee tegenover elkaar liggende zijranden.

Een zeefbodem van deze soort dient heel in het algemeen voor het klasseren van zeefïnateriaal, bijv. zand, grint, steenkool en 10 dergelijke. Een dergelijke zeefbodem is bekend uit het Duitse Offen- legungsschrift 2k 37 809. Deze bekende zeefbodem heeft een groot aantal zeefelementen van rubber veerkrachtig materiaal, welke zeefelementen langs hun zijranden, naar beneden stekende uitsteeksels hebben.

De' uitsteeksels steken automatisch klemmend in boringen van draagele— 15 menten van een ondersteunings constructie. De afstanden van de uit steeksels en van de boringen zijn zodanig op elkaar afgestemd, dat het zeefelement in de ingebouwde toestand onder trekspanning wordt vastgehouden. De zeefelementen zijn vierkant en vormen aan alle zijden tegen elkaar gevoegd, de zeefbodem.

20 Bij een dergelijke zeefbodem hebben cb zeefelementen zowel in lengte- als in dwarsrichting een bepaalde grootte. Daardoor ontstaan voor de lengte en de breedte van de zeefbodem waarden, die slechts met grote sprongen overeenkomstig de roostermaat van een zeefelement kunnen worden veranderd. Zodoende zijn de toepassingsmogelijkheden be— 25 perkt. Verder kunnen dergelijke zeefelementen slechts in Beperkte mate naderhand worden verwisseld. Gebleken is namelijk, dat de uitsteeksels bij het verwisselen veelal in- en zelfs afscheuren. De Benodigde draag— elementen zijn als gevolg van de boringen, betrekkelijk breed. Hce breder de draagelementen echter zijn, des te breder moeten ook de lijven 2q zender zeefopeningen zijn van de zeefelementen. Zodoende gaat voor het zeven werkzaam oppervlak verloren. In het bijzonder de boringen in de draagelementen moeten met een grote vervaardigihgsnauwkeurigheid worden

— Λ Λ "7 -J» . V

. S U ƒ - 2 ί vervaardigd, teneinde de zeefelementen onder de gewenste spanning te kunnen vasthouden. Dit maakt de vervaardigingskosten aanzienlijk hoger. De "bevestiging van de zeefelementen vindt plaats door de samenwerking van uitsteeksels van naburige zeefelementen. Derhalve is het 5 nodig om voor de aan de randen van een zeefbodem liggende zeef elementen, nog opvullijsten aan te brengen met bijpassende uitsteeksels.

Verder is uit het Duitse Auslegeschrift 1.301.952 een zeefbodem bekend met zeef elementen van kunststof met draagvermogen, van welke zeefbodem de zeëfelementen aan alle vier zijranden, uitsteeksels 10 hebben in de vorm van groeven en messingen, die beginnende aan de onderkant niet geheel tot aan de bovenzijde van de zeef elementen reiken. In het bovenste gebied van elk der zeef element en is een aanslag-vlak voorzien voor de groeven of messingen, welk aanslagvlak het door de messingen slippen voorkomt, en tevens een gladde bovenste zijrand 15 verschaft van het zeef element. De zeëfelementen zijn zonder verdere hulpmiddelen samengevoegd tot een veld zeef element en. Randlijsten omgeven een dergelijk zeefveld aan alle vier zijden. Deze randlijsten hebben groeven en messingen, overeenkomstig die van de zijranden van de zeefelementen. Een zeefbodem kan bestaan uit een aantal zeefmes-20 singen.

Ook bij een dergelijke zeefbodem ontstaan als gevolg van de roostervormige bouw daarvan, moeilijkheden met betrekking tot de afmetingen. Verder zijn de benodigde randlijsten als gevolg van de groeven en messingen, zeer omslachtig bij het vervaardigen. Wanneer 25 tussen alle zeefelementen dergelijke randlijsten zouden worden inge voegd, zou dit niet alleen zeer kostbaar zijn, maar ook in tegenstelling met de aan dit octrooischrift te catlenen leer van technisch handelen. Het onderwerp van dit octrooischrift is namelijk een zeefbodem van direkt met elkaar verbonden zeefelementen.

30 Aan de uitvinding ligt de opgave ten grond-slag een goed koop vervaardigbare en bijzonder veranderlijke zeefbodem te verschaffen, met verwisselbare zeefelementen en een veelzijdig toepasbare draagconstructie .

Deze opgave wordt volgens de uitvinding opgelost, doordat 35 elk der klemelementen een evenwijdig aan de bijbehorende zijrand lopende

/ y U / O £ L

3 inwendig lijf heeft, waarvoor een uitwendig uitsteeksel is voorzien, waarbij tussen het lijf en de binnenzijde van het uitsteeksel een groef is gevormd, en de buitenzijde van het uitsteeksel in een vlak ligt met de zijrand.De zeefelementen kunnen volgens de uitvinding elk 5 op zichzelf klemmend op de draagconstructie worden gestoken. Vullijsten aan de randen van de zeefbodem voor het tot stand brengen van het klemmen van de zeefelementen, kunnen zodoende vervallen. De voor het losmaken van de zeefelementen benodigde kracht kan zodoende eveneens onafhankelijk van naburige zeefelementen voor elk zeefelement afzonder-10 lijk worden bepaald. De bij voorkeur als stroken uitgevoerde zeefele menten kunnen eenvoudig en onafhankelijk van elkaar worden verwisseld.

Voor het in voorraad houden en de stapelbaarheid van de zeefelementen is het gunstig, wanneer de inwendige lijven en de uitsteeksels in een vlak liggen met de onderzijde van de zeefelementen.

15 Een bijzonder veilige mon-tering van de zeefelementen kan worden bereikt, doordat de uitsteeksels zijn uitgevoerd als doorgaande lijven.

Het is volgens de uitvinding mogelijk om de uitsteeksels in dwarsdoorsnede halfcirkelvormig uit te voeren.

20 Een bijzonder veranderlijke zeefbodem is gekenmerkt, doordat de ondersteuningsconstructie een raam heeft met evenwijdige sporten, waarop dwars daarop lopende lijsten verwisselbaar zijn aangebracht, waarbij de klemelementen op de lijsten kunnen worden gestoken. Hierbij kan het raam vast in een zeefmachine zijn ingebouwd. Door het verwis-25 selen van lijsten kunnen dan zeer verschillende zeefelementen worden opgestcken.

Bij strookvormige zeefelementen kan het verschuiven daarvan in lengterichting worden voorkomen, doordat de lengte van de lijsten althans even groot is als. die van de tussen het lijf en de binnenzijde 30 van het uitsteeksel gevormde groef, en doordat de zeefelementen langer zijn dan de lijsten. De groef is hierbij aan de twee eindzijden van de zeefelementen afgesloten door een aanslagvlak, zodat in de ingebouwde toestand een bepaalde klemming van de zeefelementen in lengterichting wordt ingesteld.

35 uitvinding wordt nader tcegelicht aan de hand van de 7907322

'J

b tekening, waarin: figuur 1 een ruimtelijk aanzicht is van de onderhavige zeef- hodem, en figuur 2 een doorsnede toont van een andere uitvoeringsvorm.

5 In figuur 1 is de onderhavige zeefbodem ruimtelijk weerge geven. De zeefbodem heeft een ondersteuningsconstructie 1, voorzien van een raam 2 en van lijsten 3,^-. Het raam 2 is samengesteld uit langsliggers en dwars daarop aangebrachte sporten, bijv.* samengelast uit ü-profielen of vierkante buizen. Aan de sporten zijn de lijsten 10 3Λ verwisselbaar, bijv. door middel van schroef- of -verbindingen, bevestigd. Hiervoor heeft het raam 2 aangepaste uitsparingen of boringen 5· Strookvormige zeefelementen 6 zijn elk met hun paarsgewijs aangebrachte klemelementen langs elke zijrand daarvan onderling verspringend gestoken op de lijsten 3,U. De eindranden van de zeefelementen 15 zijn vrij van klemelementen. De aan de randen van de zeefbodems zich bevindende lijsten k zijn slechts eenvoudig uitgevoerd, daar zij slechts de klemelementen van een enkele zijrand moeten opnemen, waarbij de binnenste lijsten 3 in de regel symmetrisch en dubbel zijn uitgevoerd.

De vormgeving van de lijsten kan binnen brede grenzen worden veranderd, 20 en is in hoofdzaak afgesteld op de klemelementen van de zeefelementen 6.

Het raam 1 kan direkt zijn verbonden met een zeefmachine.

Het raam behoeft slechts vooraf te zijn voorzien van boringen voor de lijsten 5· In afhankelijkheid van de gekozen zeefelementen en de 25 klemelementen daarvan kunnen de lijsten dan worden gekozen en bevestigd aan het raam. Elk zeefelement wordt afzonderlijk en onafhankelijk van naburige zeefelementen, vastgehouden.

Figuur 2 toont een doorsnede van een andere uitvoeringsvorm van de zeefbodem, die in constructie in hoofdzaak overeenkomt met de 30 in figuur 1 weergegeven zeefbodem. De zeefelementen 7 van deze zeefbodem zijn eveneens gestoken op lijsten 8, die verwisselbaar zijn bevestigd aan sporten van het raam 9 van een ondersteuningsconstructie.

De lijsten 8 zijn ontstaan door het samenvoegen van twee afzonderlijke lijsten, en zijn in dwarsdoorsnede C-vormig uitgevoerd. Zij hebben 35 twee rechtopstaande benen 10, die overgaan in een naar binnen gebogen 7907522 5 kopstuk 11. De lijsten 8 zijn -voorzien van aanzetstukken 12, en via deze aanzetstukken 12 door middel van bevestigingselementen 13 verbonden met bet raam 9* Het is voldoende aan elk einde van een lijst een dwars lopend aanzet stuk aan te brengen. De zeefelementen 7 zijn met 5 bun klemelementen gedrukt op kopstukken 11 van tegenover elkaar liggen de lijsten. Hiertoe is elk der klemelementen uitgerust met een evenwijdig aan de bijbehorende zijrand il· lopend inwendig lijf 15» waarbij een uitwendig uitsteeksel 16 is voorzien. Tussen het inwendige lijf 15 en het uitwendige uitsteeksel 16 is een aan het kopstuk 11 aange-10 paste groef 17 gevormd. Het vasthoudvermogen of het goed zitten van de zeefelementen wordt vergroot door een uitsparing 18 in de groef 15» in welke uitsparing het bijbehorende kopstuk 11 aangrijpt van een lijst.

Het uitsteeksel 1¾ is een doorlopend lijf, dat met zijn buitenzijde in een vlak met de zijrand 1U, het zeef element 7 afsluit. Op dezelfde 15 wijze lopen de onderzijden van de inwendige lijven 15 en die van de uit steeksels 16 in een vlak met de onderzijde 19 van het zeef element.

Bij dunnere zeefelementen en ook voor een materiaalbesparing is het mogelijk, de inwendige lijven 15 en de uitsteeksels 1¾ uit de onderzijde 17 naar buiten te laten steken. Verder kunnen de lijven 15 20 en de uitsteeksels 16 van een enkel zeefelement alleen per gedeelten en tegenover elkaar liggend of onderling verspringend zijn aangebracht. Bovendien kunnen uitsteeksels met halfcirkelvormige doorsneden worden toegepast. Lijven en uitsteeksels zijn uit een stuk verbonden met het zeefelement, dat bij voorkeur is vervaardigd van gietbare of spuit-25 gietbare kunststof. De zeefelementen kunnen aanvullend, in het bijzon der in dwarsrichting, zijn gewapend.

Teneinde het verschuiven van de zeefelementen in de richting van hun lengte te voorkomen, is elke tussen een lijf en de binnenzijde van het uitsteeksel gevormde groef aan de eindzijden van de 30 zeefelementen in een vlak daarmee afgesloten door een aanslagvlak.

De lengte van de groef is hierbij iets kleiner dan die van de bijbehorende lijst, zodat in de ingebouwde toestand ook in lengterichting een bepaalde klemming van het zeefelement wordt ingesteld. Dit is in het bijzonder voordelig wanneer de zeefelementen zijn gericht in 35 de transportrichting van de zeefbodem.

7907822 i

Claims (4)

1. Zeefbodem, voorzien van rubber veerkrachtig materiaal bezittende zeef elementen, en van een ondersteuningsconstructie, waarop de zeef elementen verwisselbaar en automatisch klemmend zijn aangebracht, 5 waarbij de zeefelementen zijn vooróen van een in het zeefvlak liggende bovenzijde en een evenwijdig daaraan lopende onderzijde, en van klem-elementen aan althans twee tegenover elkaar liggende zijranden, met het kenmerk, dat elk der klemelementen een evenwijdig aan de bijbehorende zijrand (1¼) lopend, inwendig lijf (15) heeft,waarvoor een 10 uüwendig uitsteeksel (16) is voorzien, waarbij tussen het lijf en de binnenzijde van het uitsteeksel een groef (17) is gevormd en de buitenzijde van het uitsteeksel’in.aan vlak. loopt met de zijrand.

2. Bodem volgens condusie 1, met het kenmerk, dat de inwendige lijven (15) en de uitsteeksels (16) in een vlak lopen met de 15 onderzijde (19) van het zeefelement (7). Ί

3. Zeefbodem volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de uitsteeksels (16) zijn uitgevoerd als ononderbroken lijven. Bodem volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk,dat de uitsteeksels in dwarsdoorsnede of cirkelvormig zijn uitgevoerd.

5. Bodem volgens een der conclusies 1-¼, met het kenmerk, dat de ondersteuningsconstructie (1) een raam (2, 9) heeft met evenwijdige sporten, waaraan dwars daarop lopende lijsten (3, 8) verwisselbaar zijn aangebracht, waarbij de klemelementen op de lijsten kunnen worden gestoken. 25 6.Bodem volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de lengte van de lijsten (3, ^,8) althans even groot is als die van de tussen het lijf (15) en de binnenzijde van het uitsteeksel (16) gevormde groef (17), waarbij de zeefelementen (6, 7) langer zijn dan de lijsten. 7907322