NL1034902C2 - Inrichting voor het verplaatsen van tegels. - Google Patents

Description

Inrichting voor het verplaatsen van tegels

ACHTERGROND VAN DE UITVINDING

De uitvinding heeft betrekking op voorzieningen voor het verplaatsen van tegels, zoals trottoirtegels. De 5 tegels worden bijvoorbeeld in hoogkant pakketten aangevoerd naar de plaats waar een trottoir wordt aangelegd. In deze pakketten staan de tegels rechtop in evenwijdige rijen die met een spanband bij elkaar worden gehouden. De tegels worden na het losmaken van de spanband met de hand uit de 10 pakketten gehaald om in een halfsteens versprongen verband in een verdicht zandbed te worden geplaatst. Andersom worden de tegels met de hand of een grondverzetmachine uit het werk gehaald en vervolgens tot hoogkant pakketten geordend om machinaal te kunnen worden opgepakt, bijvoorbeeld om elders 15 of later weer in het werk te plaatsen. Dit is arbeidsintensief en zwaar werk, dat in het kader van arbeidsomstandighedenwetgeving onacceptabel is.

Een doel van de uitvinding is een voorziening voor machinaal behandelen van hoogkant gestapelde tegels te 20 verschaffen.

Een doel van de uitvinding is een voorziening te verschaffen waarmee het leggen en/of uitruimen van een trottoir kan worden vergemakkelijkt.

1034902 2

SAMENVATTING VAN DE UITVINDING

De uitvinding verschaft, vanuit een aspect, een 5 formeerinrichting voor het uit een werk halen van tegels, waarin de tegels liggend georiënteerd in bij voorkeur onderling versprongen evenwijdige rijen in het werk zijn opgenomen, omvattend een transportinrichting met een eerste drager voor liggend georiënteerd transport van een rij 10 tegels, een plaatsingsinrichting voor het op afstand van de eerste drager uit het werk halen van een rij tegels en het plaatsen van deze rij tegels op de eerste drager, en een kantelinrichting voor het herhalend kantelen van een voorlopende tegel van de eerste drager naar een hoogkant 15 georiënteerde stand.

De formeerinrichting kan met de plaatsingsinrichting de rijen tegels uit het werk halen en vervolgens ter plaatse omzetten naar een hoogkant georiënteerde stand. Het formeren hoeft niet meer met de 20 hand te worden uitgevoerd, zodat de stratenmaker kan worden ontlast.

De tegels kunnen bijvoorbeeld betonnen tegels zijn. De tegels kunnen rechthoekig zijn.

Eventueel aan de tegels klevend zand kan voor het 25 formeren naar de hoogkant georiënteerde stand van de tegel worden verwijderd indien de formeerinrichting een borstel en/of een schraper en/of een trilvlak omvat voor het in hoofdzaak zandvrij maken van ten minste een gedeelte van de tegels voorafgaand en/of tijdens het plaatsen van de tegels 30 op de eerste drager en/of tijdens transport van de rij tegels daarvandaan.

In een ontwikkeling omvat de plaatsingsinrichting een ten opzichte van de eerste drager beweegbaar gestel dat is voorzien van meerdere eerste tegelaangrijpmiddelen voor 35 aangrijpen op de tegels, waarbij de plaatsingsinrichting bij voorkeur één of ten minste één eerste tegelaangrijpmiddel per tegel omvat om alle tegels uit de rij gelijktijdig uit 3 het werk te halen.

In een uitvoeringsvorm omvat de plaatsingsinrichting een serie met een vast aantal al dan niet op afstand van elkaar geplaatste eerste 5 tegelaangrijpmiddelen, waarbij de eerste tegelaangrijpmiddelen in de serie individueel activeerbaar zijn voor het aanpassen van de plaatsingsinrichting aan het aantal tegels in de rij en/of de lengte van deze rij in het werk. Deze plaatsingsrichting kan voor meerdere werk- of 10 stoepbreedten worden gebruikt, waarbij slechts de eerste tegelaangrijpmiddelen hoeven te worden geactiveerd die daadwerkelijk voor het werk nodig zijn.

De tegels kunnen overzichtelijk van bovenaf uit het werk worden gehaald indien de tegelaangrijpmiddelen een 15 bovenaangrijper omvatten die is ingericht voor het aangrijpen op een bovenvlak van de tegels. Het ondervlak van de tegels kan dan vrij gehouden worden om van onderaf te worden gereinigd.

In een eenvoudige uitvoeringsvorm omvat de 20 bovenaangrijper een tegelzuignap of tegelzuigmond.

Alternatief of in aanvulling omvatten de eerste tegelaangrijpmiddelen een onderaangrijper die is ingericht voor het aangrijpen op een hoekrand en/of ondervlak van een tegel. De onderaangrijper kan de betreffende tegel uit het 25 werk lossen of loswippen, of vanuit een verzakte stand in een horizontalere stand brengen voor juiste plaatsing op de eerste drager.

In een uitvoeringsvorm daarvan omvat de onderaangrijper een verzwenkbaar aangedreven zwenkarm die is 30 verbonden met het gestel om met een vrij uiteinde aan te grijpen op de hoekrand en/of het ondervlak van de tegel. Door de verzwenking kan het vrije uiteinde slechts in contact worden gebracht met de tegel indien dat nodig is, bijvoorbeeld slechts wanneer een tegel ernstig verzakt is.

35 Indien de onderaangrijper is ingericht voor het naar de bovenaangri jper dwingen van een tegel, dan kan een verzakte tegel goed worden aangegrepen door de 4 bovenaangrijper, bijvoorbeeld door de bovengenoemde zuignap.

In een uitvoeringsvorm zijn de onderaangrijper en de bovenaangrijper ingericht voor het tussenbeide opsluiten van een tegel.

5 In een uitvoeringsvorm omvat de formeerinrichting een afvoerinrichting voor de afvoer van de hoogkant georiënteerde tegels, waarbij de afvoerinrichting een tweede drager voor de hoogkant georiënteerde tegels omvat, en de kantelinrichting is ingericht voor het in een rij achter 10 elkaar plaatsen van de gekantelde tegels op de tweede drager. De achter elkaar hoogkant opgestelde tegels kunnen als pakket worden van de inrichting worden afgenomen, en bijvoorbeeld elders worden klaargezet voor hergebruik.

De kantelinrichting is bij voorkeur ingericht voor 15 het gelijktijdig kantelen van meerdere voorlopende tegels voor het vormen van evenwijdige rijen hoogkant georiënteerde tegels op de tweede drager. De evenwijdige rijen kunnen dan gelijktijdig worden afgevoerd. Dit is met name gunstig voor kleinere formaten tegels, zoals tegels met een afmeting van 20 30 x 30 centimeter.

De kantelinrichting kan voor het herhalend kantelen van de tegels een heen en weer verzwenkbare kantelaar met tweede tegelaangrijpmiddelen omvatten voor aangrijpen op de tegels.

25 In een eenvoudige uitvoeringsvorm daarvan omvatten de tweede tegelaangrijpmiddelen een tegelzuignap of tegelzuigmond die is opgesteld om in contact te komen met een ondervlak of bovenvlak van een voorlopende tegel.

Alternatief of daarbij omvat de tweede 30 tegelaangrijpmiddelen een tegelklem die is opgesteld om een voorlopende tegel in te klemmen.

De formeerinrichting kan compact worden geconfigureerd indien de eerste drager een eerste horizontaal draagtraject en een tweede, dwars daarop gericht 35 horizontaal draagtraject omvat. Het eerste draagtraject kan dan als eerste de uit het werk gehaalde langwerpige rij tegels uitnemen, waarna via het tweede draagtraject een 5 evenwijdig aan het eerste draagtraject georiënteerde rij hoogkant georiënteerde tegels kan worden opgebouwd op de afvoerinrichting.

De inrichting kan als één geheel langs het werk 5 worden verplaatst indien de formeerinrichting is voorzien van een verrijdbaar onderstel voor verplaatsing van de inrichting langs het werk.

In een gecombineerde uitvoeringsvorm zijn de transportinrichting en de plaatsingsinrichting tevens 10 ingericht voor het formeren van rechthoekige tegels in een liggend georiënteerd verband, bij voorkeur een halfsteens verband, en het plaatsen van de liggend georiënteerde tegels in een werk. Dezelfde inrichting kan dan worden gebruikt voor zowel het opbouwen als uithalen van bijvoorbeeld een 15 troittoir, zodat dezelfde inrichting veelzijdig kan worden ingezet.

De uitvinding verschaft, vanuit een verder aspect, een formeerinrichting voor het formeren van rechthoekige tegels in een liggend georiënteerd verband, bij 20 voorkeur een halfsteens verband, waarin de tegels in onderling versprongen evenwijdige rijen zijn opgenomen, omvattend een transportinrichting met een eerste drager voor transport van een eerste rij liggend georiënteerde tegels en een in hoofdzaak evenwijdig daaraan gelegen tweede rij 25 liggend georiënteerde tegels in eenzelfde transportrichting, een plaatsingsinrichting voor het plaatsen van de tegels op de eerste drager in de eerste rij en de tweede rij met een onderling versprongen stand in de transportrichting, en een afvoerinrichting voor het van de transportinrichting afnemen 30 van een zich in transportrichting uitstrekkende portie of verzameling liggend georiënteerde tegels van de eerste en tweede rij.

De formeerinrichting kan met de plaatsingsinrichting twee rijen voorformeren op de eerste 35 drager, waarna de plaatsingsinrichting een voorgeformeerde portie kan afnemen om als eenheid verder te worden verwerkt. Het formeren van de tegels hoeft dan niet meer met de hand 6 te worden uitgevoerd, zodat de stratenmaker kan worden ontlast.

De tegels kunnen bijvoorbeeld betonnen tegels zijn. De tegels kunnen rechthoekig zijn, met afmetingen in 5 het horizontale vlak van bijvoorbeeld 60 x 40 centimeter, of vierkant, met afmetingen van bijvoorbeeld 20 x 20 centimeter of 30 x 30 centimeter.

In een uitvoeringsvorm zijn de plaatsingsinrichting en/of de transportinrichting ingericht 10 voor het tegen elkaar brengen en/of tegen elkaar houden van dwars op de transportrichting georiënteerde zijden van de tegels in de eerste en/of tweede rij. In dit voorgeformeerde verband kunnen de tegels direct tegen elkaar in een werk worden geplaatst,.

15 In een uitvoeringsvorm is de afvoerinrichting ingericht voor het plaatsen van de portie tegels in het werk op afstand van de eerste drager. Het werk kan bijvoorbeeld een verdicht zandbed zijn waarop een trottoir wordt gevormd. Het plaatsen van de tegels in het werk hoeft dan ook niet 20 meer handmatig te worden uitgevoerd.

De formeerinrichting kan door herhaalde werking een trottoir over een grote lengte aanleggen indien de afvoerinrichting is ingericht voor het plaatsen van de portie tegels langs een reeds in het werk geplaatste portie 25 tegels.

In een uitvoeringsvorm is de afvoerinrichting ingericht voor het instellen van het aantal tegels van de eerste en tweede rij van de portie tegels. Alternatief geformuleerd is de afvoerinrichting ingericht voor het 30 instellen van de lengte van de portie tegels in de transportrichting. Door de instelbaarheid kunnen porties worden gepakt met een lengte die binnen de grenzen van een trottoirrand en bijvoorbeeld een gevellijn valt. Na het plaatsen van de porties dwars op de lengterichting van het 35 trottoir hoeven nog slechts op maat gebroken stenen handmatig aan de kopse zijden van de rijen te worden geplaatst om het trottoir af te werken.

7

In een uitvoeringsvorm omvat de plaatsingsinrichting een ten opzichte van de eerste drager beweegbaar gestel dat is voorzien van meerdere eerste tegelaangrijpmiddelen voor aangrijpen op de tegels, waarbij 5 de plaatsingsinrichting bij voorkeur één of ten minste één eerste tegelaangrijpmiddel per tegel omvat.

In een uitvoeringsvorm omvat de plaatsingsinrichting een serie met een vast aantal eerste tegelaangrijpmiddelen, waarbij de eerste 10 tegelaangrijpmiddelen in de serie individueel activeerbaar zijn voor het aanpassen van de plaatsingsinrichting aan het aantal tegels in de portie en/of de lengte van de portie. Deze plaatsingsrichting kan voor meerdere werk- of stoepbreedten worden gebruikt, waarbij slechts de eerste 15 tegelaangrijpmiddelen hoeven te worden geactiveerd die daadwerkelijk voor het werk nodig zijn.

De tegels kunnen met de bodem vrij direct in het werk worden geplaatst indien de tegelaangrijpmiddelen een bovenaangrijper omvatten die is ingericht voor het 20 aangrijpen op een bovenvlak van de tegels.

In een eenvoudige uitvoeringsvorm omvat de bovenaangrijper een tegelzuignap of tegelzuigmond omvat.

In een uitvoeringsvorm is de transportinrichting ingericht voor het tegen elkaar brengen en/of tegen elkaar 25 houden van de eerste en tweede rij tegels, zodat de rijen in de tegen elkaar gebrachte toestand kunnen worden opgepakt en zo in het zandbed kunnen worden geplaatst.

De tegels kunnen door de formeerinrichting vanuit een enkelvoudige rij worden verdeeld over de eerste en 30 tweede rij indien de formeerinrichting een aanvoerinrichting met een tweede drager voor de aanvoer van tegels in een liggende oriëntatie naar de plaatsingsinrichting omvat, waarbij de aanvoerinrichting is ingericht voor het op afstand en in verticale projectie/bovenaanzicht in het 35 verlengde van de eerste of tweede rij plaatsen van een tegel.

In een uitvoeringsvorm daarvan omvat de 8 plaatsingsinrichting een eerste verplaatser en een tweede verplaatser voor het vanaf de aanvoerinrichting in de transportrichting met de eerste respectievelijk tweede rij in aansluiting brengen van een tegel op de eerste drager. De 5 verplaatsers kunnen door herhaalde werking de twee voorgeformeerde rijen aanvullen waarvan de afvoerinrichting steeds een portie tegels afneemt.

De aanvoerinrichting kan twee dwars op de transportrichting naast elkaar gelegen tegels in het 10 voorgeformeerde verband op de eerste drager brengen indien de eerste verplaatser en de tweede verplaatser zijn ingericht voor verplaatsing van een tegel naar de eerste respectievelijk tweede rij op de eerste drager over onderling verschillende afstanden in de transportrichting, 15 bij voorkeur met een verschil van een halve tegellengte.

In een uitvoeringsvorm bezitten de eerste en tweede verplaatser een verplaatsingsslag met een in transportrichting in hoofdzaak dezelfde beginstand en een ten opzichte van de beginstand versprongen eindstand, bij 20 voorkeur halfsteens versprongen. De transportinrichting hoeft dan niet zelf aangedreven te zijn.

De formeerinrichting kan naast een halfsteens verband in meerdere soorten versprongen verbanden formeren indien de lengte en/of de eindstand van de verplaatsers 25 instelbaar is.

De tegels kunnen eenvoudig door schuiven op de eerste drager worden gebracht indien de eerste en tweede drager in hoofdzaak in hetzelfde vlak gelegen zijn, waarbij de eerste respectievelijk tweede verplaatser een eerste 30 respectievelijk tweede schuiver omvatten voor het verschuiven van de tegels van de eerste drager naar de tweede drager.

De tegels kunnen daarbij doorschuiven over de eerste drager indien de eerste drager een schuifbaan omvat 35 voor schuivend transport van de eerste en tweede rij in de transportrichting.

De formeerinrichting kan hoogkant aangevoerde 9 tegels tot een trottoir verwerken indien de aanvoerinrichting een derde drager omvat voor evenwijdige aanvoer van een eerste rij en een tweede rij hoogkant georiënteerde tegels, en een kantelinrichting voor het 5 herhalend kantelen van een voorlopende tegel van de eerste rij en een voorlopende tegel van de tweede rij naar de liggende oriëntatie. De hoogkant pakketten kunnen dan op de derde drager worden gezet, bijvoorbeeld door een op het werk aanwezige hijskraan.

10 Bij voorkeur omvat de kantelinrichting een zuigmond of zuignap die is opgesteld om in contact te komen met een voorlopend vlak van de hoogkant georiënteerde tegels.

In een gecombineerde uitvoeringsvorm is de 15 kantelinrichting ingericht voor het oppakken van de voorlopende tegel en het na de kantelbeweging in de liggende oriëntatie plaatsen van de tegel op de tweede drager.

In een eenvoudige uitvoeringsvorm omvat de tweede en/of derde drager een bandtransporteur.

20 In een mobiele uitvoeringsvorm is de formeerinrichting voorzien van een verrijdbaar onderstel voor verplaatsing van de formeerinrichting.

De formeerinrichting kan tevens, of alternatief, worden gebruikt om tegels uit een bestaand trottoir te halen 25 om te worden opgeslagen of afgevoerd indien de afvoerinrichting is ingericht voor het op de eerste drager plaatsen van een rij tegels, waarbij de formeerinrichting is voorzien van een borstel en/of een schraper en/of een trilvlak voor het in hoofdzaak zandvrij maken van ten minste 30 een gedeelte van de tegels voorafgaand en/of tijdens het plaatsen van de tegels op de eerste drager en/of tijdens transport van de rij tegels daarvandaan.

De tegels kunnen tot hoogkant georiënteerde pakketten worden verwerkt om eenvoudig machinaal te kunnen 35 worden gehanteerd indien de eerste drager is ingericht voor liggend georiënteerd transport van de tegels, waarbij de transportinrichting een kantelinrichting omvat voor het 10 herhalend kantelen van een voorlopende tegel van de eerste drager naar een hoogkant georiënteerde stand.

De uitvinding verschaft voorts, vanuit een verder aspect, een formeerinrichting voor het formeren van 5 rechthoekige tegels in een liggend georiënteerd verband, bij voorkeur een halfsteens verband, waarin de tegels in onderling versprongen evenwijdige rijen zijn opgenomen, omvattend een transportinrichting met een eerste drager voor transport van een eerste rij liggend georiënteerde tegels in 10 een transportrichting, een plaatsingsinrichting voor het plaatsen van de tegels op de eerste drager in de eerste rij, waarbij de plaatsingsinrichting en/of de transportinrichting zijn ingericht voor het tegen elkaar brengen en/of tegen elkaar houden van dwars op de transportrichting 15 georiënteerde zijden van de tegels in de eerste rij, en een afvoerinrichting voor het van de transportinrichting afnemen van een zich in transportrichting uitstrekkende portie liggend georiënteerde tegels van de eerste rij. In dit voorgeformeerde verband in de eerste rij kunnen de tegels 20 direct tegen elkaar in een werk worden geplaatst.

De formeerinrichting volgens de uitvinding is bij voorkeur ingericht voor het verwerken van tegels met een formaat van 30 x 30 centimeter, en/of 40 x 40 centimeter, en/of 50 x 50 centimeter, en/of 60 x 60 centimeter, en/of 60 25 x 90 centimeter, en/of 90 x 90 centimeter, en/of 100 x 100 centimeter, en/of 110 x 110 centimeter, en/of 120 x 120 centimeter, en/of 120 x 60 centimeter, en/of 120 x 90 centimeter en/of 120 x 120 centimeter.

De in deze beschrijving en conclusies van de 30 aanvrage beschreven en/of de in de tekeningen van deze aanvrage getoonde aspecten en maatregelen kunnen waar mogelijk ook afzonderlijk van elkaar worden toegepast. Die afzonderlijke aspecten, zoals de formeerinrichting voor het formeren van de tegels en de formeerinrichting voor het weer 35 uithalen van de tegels, en andere aspecten kunnen onderwerp zijn van daarop gerichte afgesplitste octrooiaanvragen. Dit geldt in het bijzonder voor de maatregelen en aspecten welke 11 op zich zijn beschreven in de volgconclusies.

KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN 5

De uitvinding zal worden toegelicht aan de hand van een aantal in de bij gevoegde tekeningen weergegeven voorbeelduitvoeringen. Getoond wordt in:

Figuur 1 een bovenaanzicht van een 10 tegelverwerkingsinrichting volgens de uitvinding; figuren 2 en 3 een linker respectievelijk rechter zijaanzicht van de tegelverwerkingsinrichting volgens figuur Ikfiguur 4 een bovenaanzicht van een alternatieve 15 tegelverwerkingsinrichting volgens de uitvinding; figuur 5 een zijaanzicht van de tegelverwerkingsinrichting volgens figuur 4; en figuur 6 een bovenaanzicht van de tegelverwerkingsinrichting volgens figuur 4, in een verdere 20 verwerkingsfase.

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN

De tegelverwerkingsinrichting 1 zoals weergegeven 25 in figuren 1-3 omvat een vlakke aanhangwagen of sleper 2 met een dissel 3 die door middel van een verder niet getoonde trekker in richting G over een reeds aangelegde straat 5 langs een trottoirrand 6 kan worden voortgetrokken voor het betegelen van het trottoir 8 met betonnen rechthoekige 30 trottoirtegels 20 van in dit voorbeeld 30 x 30 centimeter. Alternatief bezitten de tegels 20 een formaat van 40 x 40 centimeter, 50 x 50 centimeter, 60 x 60 centimeter, 60 x 90 centimeter, 90 x 90 centimeter, 100 x 100 centimeter, 110 x 110 centimeter, 120 x 120 centimeter, 120 x 60 centimeter, 35 120 x 90 centimeter of 120 x 120 centimeter. De tegels 20 liggen daarbij in halfsteens verband, hetgeen betekent dat de tegels 20 in zich dwars op de lengterichting van het 12 trottoir 8 evenwijdig naast elkaar uitstrekkende rijen liggen, waarbij de rijen steeds een halve tegel zijn versprongen.

De tegelverwerkingsinrichting 1 omvat een 5 aanvoertransporteur 10 met een in dit voorbeeld hydraulisch aangedreven, horizontale transportband 13 (derde drager) voor de aanvoer van twee rijen 11a, 11b hoogkant tegen elkaar geplaatste tegels 20 in aanvoerrichting A. De rijen 11a, 11b zijn in de tegelfabriek in pakketten 14 10 samengebundeld door middel van een afneembare metalen of kunststof spanband 12.

Aan het eind van de aanvoertransporteur 10 omvat de tegelverwerkingsinrichting 1 een eerste tegeloverzetter 30 (kantelinrichting) voor het overzetten van de hoogkant 15 tegels 20 naar een tussen- of dwars transporteur 40. De eerste tegeloverzetter 30 omvat een in dit voorbeeld hydraulisch in richting B op en neer beweegbare kantelaar 31 met tegelzuignappen 32 die zijn aangesloten op een verder niet getoonde vacuümbron op de sleper 2. De 20 dwarstransporteur 40 omvat een in dit voorbeeld hydraulisch aangedreven, horizontale transportband 41 (tweede drager) voor liggend transport van de tegels 20 in richting C.

De tegelverwerkingsinrichting 1 omvat een afvoertransporteur 50 met een gootvormige horizontale 25 schuifbaan 51 die zich evenwijdig aan de aanvoertransporteur 10 uitstrekt. De schuifbaan 51 ligt met de korte voorzijde aan of op korte afstand van de langszijde van de dwarstransporteur 40. De horizontale transportband 41 van de dwarstransporteur 40 en de schuifbaan 51 van de 30 afvoertransporteur 50 zijn in hoofdzaak in hetzelfde horizontale vlak gelegen.

Tegenover de dwarstransporteur 40 is een tweede tegeloverzetter 45 opgesteld. De tweede tegeloverzetter 45 omvat twee in dit voorbeeld hydraulisch aangedreven 35 schuivers 46a, 46b die zijn opgebouwd met een hydraulische cilinder 47 en een stempel 48 aan het uiteinde van de zuigerstang voor aanligging tegen een zijde van een liggende 13 tegel 20. De stempels 48 van de schuivers 46a, 46b zijn door bediening van de hydraulische cilinders vanaf een beginstand buiten de dwarstransporteur 40 in horizontale richting Dl, D2 verplaatsbaar over de transportband 41 van de 5 dwarstransporteur 40. De stempel 48 van de rechter schuiver 46b reikt aan het eind van de stempelslag D2 in de richting van de afvoertransporteur 50 een halve tegellengte verder dan de stempel 48 van de linker schuiver 46a aan het eind van de stempelslag Dl.

10 Langs de afvoertransporteur 50 is een tegelplaatsinrichting 60 (afvoerinrichting) opgesteld. De tegelplaats-inrichting 60 omvat een in richting F roteerbare (Atlas) hijskraan 61 met twee in hoofdzaak evenwijdig aan elkaar opgestelde hijsbalken 62 (gestel) die ten opzichte 15 van de hijskraan 61 in richting J in een horizontaal vlak kunnen roteren. De hijsbalken 62 zijn voorzien van tegelzuignappen 63 die zijn verbonden met de vacuümbron. Het opeenvolgend aantal zuignappen 63 dat per hijsbalk 62 kan worden ingeschakeld is instelbaar, zodat een instelbaar 20 aantal tegels 20 kan worden opgepakt.

De werking van de tegelverwerkingsinrichting 1 is als volgt:

De tegelverwerkingsinrichting 1 wordt met de dissel 3 aan de niet getoonde trekker gekoppeld, waarbij de 25 hijskraan 61 bijvoorbeeld bedienbaar is vanuit de cabine van de trekker. De tegelverwerkingsinrichting 1 wordt langs de trottoirrand 6 opgesteld, waarna de transporteurs 10, 40, 50 en de tegeloverzetters 30, 45 worden geactiveerd.

Door middel van een niet getoonde hijskraan worden 30 pakketten 14 op de aanvoertransporteur 10 gezet en worden de spanbanden 12 losgemaakt. De voorlopende tegels 20 van de rijen 11a, 11b komen in de transportrichting A tegen de tegelzuignappen 32 van de eerste tegeloverzetter 30. Na het aanbrengen van het vacuüm kantelt de kantelaar 31 om zijn 35 horizontale draai-as in richting B omhoog, waardoor de twee tegels 20 tegelijkertijd en naast elkaar naar een horizontale oriëntatie worden gebracht.

14

Aan het eind van de kantelslag (in figuur 2 weergegeven met onderbroken lijnen) liggen de twee tegels 20 met de voorzijde ten minste gedeeltelijk op de transportband 41 van de dwarstransporteur 30 komen te liggen. Daarna wordt 5 het vacuüm uitgeschakeld, en worden de tegels 20 door middel van een verder niet getoonde, boven de eerste tegeloverzetter 30 opgestelde drukker in horizontale richting S naast elkaar volledig op de transportband 41 geplaatst. Na de afvoer van deze twee tegels 20 in richting 10 C door de dwarstransporteur 40 plaatst de eerste tegeloverzetter 30 een volgend tweetal tegels 20 op de dwarstransporteur 40, zodat een doorgaande rij tegels 20 wordt gevormd.

Aan het eind van de dwarstransporteur 30 schuiven 15 de stempels 48 van de tweede tegeloverzetter 45 twee naast elkaar gelegen tegels 20 in richting Dl respectievelijk D2 over op de schuifbaan 51 (eerste drager) van de afvoertransporteur 50, waarna de stempels 48 terugkeren naar de beginstand voor het overschuiven en daarbij laten 20 aansluiten van een volgend tweetal tegels 20, waardoor na een aantal slagen twee rijen 52a, 52b tegels ontstaan op de schuifbaan 51. De tegels 20 in de rijen liggen met de dwars op de schuifrichting E gerichte zijranden tegen elkaar. Door het ingestelde halfsteens afstandsverschil tussen de 25 eindstanden van de stempels 48 zijn de in richting E doorschuivende rijen 52a, 52b onderling halfsteens verschoven.

De hijskraan 61 plaatst de hijsbalken 62 met de tegelzuignappen 63 op een voorlopende portie tegels 70 van 30 de beide rijen 52a, 52b, waarna het vacuüm wordt geactiveerd om een portie tegels 70 in richting H op te pakken. Door het inschakelbare aantal opeenvolgende zuignappen 63 is de totaallengte L van de portie 70 instelbaar. De portie tegels 70 wordt door de hijskraan 63 in het horizontale vlak een 35 kwartslag gedraaid ten opzichte van de transport- of doorschuifrichting E van de afvoertransporteur. Daartoe roteert de hijskraan 61 in richting F en roteren de 15 hijsbalken 62 in richting J, waarna de portie tegels 70 dwars op het reeds afgevlakte en verdichte zandbed 7 met breedte M tussen de trottoirrand 6 en de rooilijn 9 wordt geplaatst.

5 Na verplaatsen van de tegelverwerkingsinrichting 1 in richting G kan een volgende portie 70 tegen de voorgaande portie 70 worden geplaatst. Als afwerking kunnen handmatig op lengte gebroken tegels worden geplaatst om de lengte van de porties 70 aan te passen aan de breedte M van het 10 trottoir 8.

De beschreven uitvoeringsvorm van de tegelverwerkingsinrichting 1 is ingesteld voor het verwerken van tegels 20 van 30 x 30 centimeter. Door dit formaat bevatten de pakketten 14 twee evenwijdige rijen 11a, 11b 15 hoogkant opgestelde tegels 20.

Alternatief kan de tegelverwerkingsinrichting 1 zijn ingesteld voor kleinere tegels, bijvoorbeeld van 20 x 20 cm. In dat geval bevatten de pakketten drie evenwijdige rijen hoogkant opgestelde tegels, waarbij de eerste 20 tegeloverzetter 30 is ingericht voor het kantelend overzetten van drie tegels tegelijk, de tweede tegeloverzetter 45 drie schuivers omvat die drie onderling verschoven rijen vormen op de afvoertransporteur 50, en de tegelplaatsinrichting 60 is ingericht voor het afnemen van 25 een portie tegels 20 van deze drie rijen.

Weer alternatief is de tegelverwerkingsinrichting 1 ingesteld voor grotere tegels, bijvoorbeeld van 60 x 40 centimeter. Door dit formaat bevatten de pakketten 14 slechts één rij hoogkant opgestelde tegels 20 die op lange 30 zijde staan. De eerste tegeloverzetter 30 is daarbij ingericht voor het kantelend overzetten van één tegel tegelijk, waarbij de tweede tegeloverzetter 45 één schuiver omvat die een enkelvoudige rij vormt op de afvoertransporteur 50, en de tegelplaatsinrichting 60 is 35 ingericht voor het afnemen van een portie tegels 20 van deze rij .

De alternatieve tegelverwerkingsinrichting 100 16 zoals in bovenaanzicht en zijaanzicht getoond in figuren 4-6 omvat een vlakke aanhangwagen of sleper 102 met een dissel 103 die door middel van een verder niet getoonde trekker in richting G over een reeds betegelde straat 5 met een 5 trottoirrand 6 kan worden voortgetrokken voor het van het trottoir 8 verwijderen van rijen tegels 20 van in dit voorbeeld 30 x 30 centimeter. Alternatief bezitten de tegels 20 een formaat van 40 x 40 centimeter, 50 x 50 centimeter, 60 x 60 centimeter, 60 x 90 centimeter, 90 x 90 centimeter, 10 100 x 100 centimeter, 110 x 110 centimeter, 120 x 120 centimeter, 120 x 60 centimeter, 120 x 90 centimeter of 120 x 120 centimeter.

De tegelverwerkingsinrichting 100 omvat een doorvoertransporteur 150 met een in dit voorbeeld 15 hydraulisch aangedreven horizontale transportband 151 (eerste drager, eerste draagtraject) voor transport van een enkele rij 152 liggende tegels 20 in richting N. Langs de zijden van de transportband 151 zijn langsborstels 73 opgesteld die door middel van een hydraulisch aangedreven 20 verticale as kunnen roteren in richting T of in daaraan tegengestelde richting.

De tegelverwerkingsinrichting 100 omvat naast en aan het begin van de doorvoertransporteur 150 een horizontaal innamestation 85 met zijgeleiders 86. Het 25 innamestation 85 omvat tussen de zijgeleiders 86 en de transportband 151 een rij bodemborstels 72 die door middel van een in dit voorbeeld hydraulisch aangedreven horizontale as kunnen roteren in richting U of in daaraan tegengestelde richting. De bovenzijde van de bodemborstels 72 ligt 30 enigszins hoger dan het vlak van de transportband 151.

Naast het innamestation 85 is een tegelverwijderinrichting 160 (plaatsingsinrichting) opgesteld. De tegelverwijderinrichting 160 omvat een in richting W roteerbare (Atlas) hijskraan 161 met een hijsbalk 35 162 (gestel) die ten opzichte van de hijskraan 161 in richting Z in een horizontaal vlak kan roteren. De hijsbalk 162 is aan de onderzijde voorzien van een rij 17 tegelzuignappen 163 die zijn aangesloten op een vacuümbron op de sleper 102. De hijsbalk 162 is aan de bovenzijde voorzien van een rij steunen 164 waaraan ondergrijpers .165 verzwenkbaar zijn verbonden. De zwenkbeweging is in dit 5 voorbeeld hydraulisch aangedreven. De ondergrijpers 165 zijn aan het vrije uiteinde voorzien van een metalen ondersteekplaat 166. De ondersteekplaat 166 is door zwenken van de betreffende ondergrijper 165 in richting I beweegbaar van een positie boven de tegelzuignappen 163 naar een 10 positie recht onder de tegelzuignappen 163, zodanig dat daartussen een tegel 20 kan worden opgesloten. Per tegel 20 is een tegelzuignap 163 en een ondergrijper 165 beschikbaar. Het aantal zuignappen 163 en bijbehorende ondergrijpers 165 dat kan worden ingeschakeld is instelbaar, zodat een 15 volledige rij hele tegels 20 uit het trottoir 8 kan worden getrokken.

De tegelverwerkingsinrichting 100 omvat aan het eind van de doorvoertransporteur 150 een tussen- of dwarstransporteur 140 (eerste drager, tweede draagtraject) 20 met horizontale schuifbaan 141 voor horizontaal transport van een enkele rij 152 liggende tegels 20 in richting P. De schuifbaan 141 ligt aan tegen of op korte afstand van de langszijde van de doorvoertransporteur 150. De transportband 141 en de schuifbaan 151 zijn aan de bovenzijde in hoofdzaak 25 in hetzelfde vlak gelegen. Langs de zijden van de transportband 151 zijn langsborstels 74 opgesteld die door middel van een in dit voorbeeld hydraulisch aangedreven verticale as kunnen roteren in richting V of in daaraan tegengestelde richting.

30 Tegenover het begin van de dwarstransporteur 140 is een eerste tegeloverzetter 145 opgesteld. De eerste tegeloverzetter 145 omvat een in dit voorbeeld hydraulisch aangedreven schuiver 146 die is opgebouwd met een hydraulische cilinder 147 en een stempel 148 aan het 35 uiteinde van de zuigerstang voor aanligging tegen een zijde van een op de doorvoertransporteur 150 gelegen tegel 20. De stempel 148 van de schuiver 146 is door bediening van de 18 hydraulische cilinder in horizontale richting D3 verplaatsbaar over de transportband 151 van de doorvoertransporteur 150, waarbij de stempelslag D3 van de schuiver 146 in de richting van de dwarstransporteur 150 5 voldoende is om een tegel 20 geheel van de dwarstransporteur 150 af te schuiven.

Langs het eindgedeelte van de dwarstransporteur 150 omvat de tegelverwerkingsinrichting 1 een tweede in dit voorbeeld hydraulisch aangedreven tegeloverzetter 130 10 (kantelinrichting) voor het overzetten van tegels 20 naar een in dit voorbeeld hydraulisch aangedreven afvoertransporteur 110. De tweede tegeloverzetter 130 omvat een hydraulisch in richting Q op en neer beweegbare kantelaar 131 met tegelzuignappen 132 die zijn aangesloten 15 op een verder niet getoonde vacuümbron. De tweede tegeloverzetter 130 is ingericht voor het gelijktijdig oppakken van twee op de dwarstransporteur 140 gelegen tegels 20 en het hoogkant plaatsen van deze tegels 20 op een horizontale transportband 113 (tweede drager) van de 20 afvoertransporteur 110. De transportband 113 is hydraulisch aangedreven in richting R voor de afvoer van de hoogkant opgestelde tegels 20 naar de achterzijde van de tegelverwerkingsinrichting 100. Alternatief of aanvullend is de tweede tegeloverzetter 130 voorzien van tegelklemmen 25 waarmee de betreffende tegels 20 worden vastgegrepen.

De werking van de tegelverwerkingsinrichting 100 is als volgt:

De tegelverwerkingsinrichting 100 wordt met de dissel 3 aan de niet getoonde trekker gekoppeld, waarbij de 30 hijskraan 161 bijvoorbeeld bedienbaar is vanuit de cabine van de trekker. De tegelverwerkingsinrichting 100 wordt langs de trottoirrand 6 opgesteld, waarna de transporteurs 110, 140, 150, de tegeloverzetters 130, 145 en de borstels 72, 73, 74 worden geactiveerd.

35 De hijskraan 161 brengt de hijsbalk 162 met omhoog gezwenkte ondergrijpers 165 zoals in figuur 5 met onderbroken lijnen is weergegeven recht boven een rij tegels 19 170 in het trottoir 8, waarbij op elke tegel 20 een zuignap 163 wordt gedrukt. Vervolgens worden de ondergrijpers 165 in richting I neerwaarts gezwenkt, waardoor de ondersteekplaten 166 onder de tegels worden gestoken, tot een stand waarin de 5 ondersteekplaten 166 zich vlak onder de tegels 20 uitstrekken. Enigszins verzakte tegels 20 kunnen daardoor ook in contact komen met een zuignap 163. Na aanbrengen van het vacuüm wordt de rij 170 uit het zandbed 7 gelicht, waarna de ondergrijpers 165 omhoog zwenken om de bodem van 10 de tegels 20 vrij te geven. Daarna worden de tegels 20 in richting K horizontaal tussen de zijgeleiders 86 bewogen, evenwijdig aan de doorvoertransporteur 150. Bij verder bewegen in richting K bewegen de tegels 20 over de roterende bodemborstels 72 om de bodems van de tegels 20 in hoofdzaak 15 zandvrij te maken. Vervolgens worden de tegels 20 op de transportband 151 van de doorvoertransporteur 150 gezet.

Tijdens transport van de tegels 20 in richting N worden de langszijden van de tegels 20 in hoofdzaak zandvrij gemaakt door de langsborstels 73. Aan het eind van de 20 transportband 151 drukt het stempel 148 van de eerste overzetter steeds één tegel 20 van de transportband 151 over naar de schuifbaan 141 van de dwarstransporteur 140. Bij het doorschuiven van een volgende tegel 20 schuiven de tegels 20 in richting P één tegellengte op, waarbij de zijden in 25 hoofdzaak zandvrij worden gemaakt door contact met de roterende langsborstels 74.

Een verder niet getoonde drukker die is opgesteld boven de tweede tegeloverzetter 130 drukt twee tegels 20 gelijktijdig van de schuifbaan 141 in de richting van en 30 vervolgens op de gereedstaande zuignappen 132, waarna de kantelaar 131 in richting Q roteert om deze tegels 20 rechtop op de transportband 113 van de afvoertransporteur 110 te plaatsen. Door deze herhalende beweging van de tweede tegeloverzetter 130 ontstaan twee rijen 11a, 11b hoogkant 35 tegen elkaar geplaatste tegels 20 die in richting R worden afgevoerd. Door regelmatig onderbreken van de eerste en/of tweede overzetter 145, 130 ontstaan pakketten 14 van 20 afgetelde rijen 11a, 11b. Om de pakketten 14 kan een spanband worden geplaatst, waarna de pakketten 14 met een niet getoonde hijskraan van de afvoertransporteur 110 kunnen worden gehaald.

5 De beschreven uitvoeringsvorm van de alternatieve tegelverwerkingsinrichting 100 omvat een innamestation 85 met bodemborstels 72 voor het verwijderen van zand van de onderzijde van de tegels 20. Alternatief of in aanvulling kan het innamestation 85 een horizontaal trilvlak met 10 openingen omvatten waarop de tegels 20 worden geplaatst om deze in hoofdzaak rondom zandvrij te maken, waarbij het zand door de openingen op de grond valt. Alternatief of in aanvulling op de borstels 72, 73, 74 kunnen schrapers zijn opgesteld voor het afschrapen van zand van de betreffende 15 tegelvlak. Deze schrapers kunnen zijn uitgevoerd in de vorm van meegevende flappen die met een vrij uiteinde langs de passerende tegels 20 schrapen. In een verdere of alternatieve ontwikkeling omvatten de doorvoertransporteur en/of de dwarstransporteur een trilvlak voor het van de 20 tegels 20 trillen van zand.

De beschreven uitvoeringsvormen 1, 100 zijn ingericht voor ofwel het leggen van de tegels 20 in het trottoir 8, of het uit het trottoir 8 halen van de tegels 20. De uitvoeringsvormen kunnen worden gecombineerd, waarbij 25 bijvoorbeeld langs de transporteurs van de eerste uitvoeringsvorm van de tegelverwerkingsinrichting 1 de borstels worden opgesteld zoals opgesteld langs de transporteurs van de tweede uitvoeringsvorm van de tegelverwerkingsinrichting 100. Bij het uithalen van de 30 tegels kunnen de transporteurs in tegengestelde richting worden aangedreven.

De beschreven uitvoeringsvormen van de tegelverwerkingsinrichting 1, 100 wordt voortgetrokken door een trekker. Alternatief wordt de tegelverwerkings-35 inrichting 1, 100 vanaf de achterzijde geduwd, waarbij een daartoe aangepaste dissel aan de achterzijde van de tegelverwerkingsinrichting 1, 100 is geplaatst. In een 21 geduwde uitvoeringsvorm heeft de bestuurder goed zicht op de tegelverwerkingsinrichting 1, 100 en bijvoorbeeld stratenmakers die handmatig de op lengte gebroken tegels plaatsen om de lengte van de porties 70 aan te passen aan de 5 breedte M van het trottoir 8. In een verder alternatief kan de inrichting zelfrijdend zijn aangedreven, bijvoorbeeld op rupsbanden.

De beschreven uitvoeringsvormen van de tegelverwerkingsinrichting 1, 100 omvat hydraulische 10 aandrijfcomponenten. Alternatief of in combinatie kunnen in plaats van of in aanvulling op de hydraulische aandrijfcomponenten ook mechanische en/of elektrische en/of pneumatische aandrijfcomponenten zijn toegepast. Deze aandrij f componenten kunnen met een verbrandingsmotor en/of een 15 aggregaat op de inrichting 1, 100 zelf worden bekrachtigd.

De bovenstaande beschrijving is opgenomen om de werking van voorkeursuitvoeringen van de uitvinding te illustreren, en niet om de reikwijdte van de uitvinding te beperken. Uitgaande van de bovenstaande uiteenzetting zullen 20 voor een vakman vele variaties evident zijn die vallen onder de geest en de reikwijdte van de onderhavige uitvinding.

1034902

Claims (49)

1. Formeerinrichting voor het uit een werk halen van tegels, waarin de tegels liggend georiënteerd in bij voorkeur onderling versprongen evenwijdige rijen in het werk zijn opgenomen, omvattend een transportinrichting met een 5 eerste drager voor liggend georiënteerd transport van een rij tegels, een plaatsingsinrichting voor het op afstand van de eerste drager uit het werk halen van een rij tegels en het plaatsen van deze rij tegels op de eerste drager, en een kantelinrichting voor het herhalend kantelen van een 10 voorlopende tegel van de eerste drager naar een hoogkant georiënteerde stand.

2. Formeerinrichting volgens conclusie 1, omvattend een borstel en/of een schraper en/of een trilvlak voor het in hoofdzaak zandvrij maken van ten minste een 15 gedeelte van de tegels voorafgaand en/of tijdens het plaatsen van de tegels op de eerste drager en/of tijdens transport van de rij tegels daarvandaan.

3. Formeerinrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij de plaatsingsinrichting een ten opzichte van de 20 eerste drager beweegbaar gestel omvat dat is voorzien van meerdere eerste tegelaangrijpmiddelen voor aangrijpen op de tegels.

4. Formeerinrichting volgens conclusie 3, waarbij de plaatsingsinrichting één of ten minste één eerste 25 tegelaangrijpmiddel per tegel omvat.

5. Formeerinrichting volgens conclusie 3 of 4, waarbij de plaatsingsinrichting een serie met een vast aantal al dan niet op afstand van elkaar geplaatste eerste tegelaangrijpmiddelen omvat, waarbij de eerste 30 tegelaangrijpmiddelen in de serie individueel activeerbaar zijn voor het aanpassen van de plaatsingsinrichting aan het 1034902 aantal tegels in de rij en/of de lengte van deze rij in het werk.

6. Formeerinrichting volgens een der conclusies 3-5, waarbij de tegelaangrijpmiddelen een bovenaangrijper 5 omvatten die is ingericht voor het aangrijpen op een bovenvlak van de tegels.

7. Formeerinrichting volgens conclusie 6, waarbij de bovenaangrijper een tegelzuignap of tegelzuigmond omvat.

8. Formeerinrichting volgens een der conclusies 10 5-7, waarbij de eerste tegelaangrijpmiddelen een onderaangrijper omvatten die is ingericht voor het aangrijpen op een hoekrand en/of ondervlak van een tegel.

9. Formeerinrichting volgens conclusie 8, waarbij de onderaangrijper een verzwenkbaar aangedreven zwenkarm 15 omvat die is verbonden met het gestel om met een vrij uiteinde aan te grijpen op de hoekrand en/of het ondervlak van de tegel.

10. Formeerinrichting volgens een der conclusies 6-7 en een der conclusies 8-9, waarbij de onderaangrijper is 20 ingericht voor het naar de bovenaangri jper dwingen van een tegel.

11. Formeerinrichting volgens conclusie 10, waarbij de onderaangrijper en de bovenaangrijper zijn ingericht voor het tussenbeide opsluiten van een tegel.

12. Formeerinrichting volgens een der voorgaande conclusies, omvattend een afvoerinrichting voor de afvoer van de hoogkant georiënteerde tegels, waarbij de afvoerinrichting een tweede drager voor de hoogkant georiënteerde tegels omvat, en de kantelinrichting is 30 ingericht voor het in een rij achter elkaar plaatsen van de gekantelde tegels op de tweede drager.

13. Formeerinrichting volgens conclusie 12, waarbij de kantelinrichting is ingericht voor het gelijktijdig kantelen van meerdere voorlopende tegels voor 35 het vormen van evenwijdige rijen hoogkant georiënteerde tegels op de tweede drager.

14. Formeerinrichting volgens conclusie 12 of 13, waarbij de kantelinrichting een heen en weer verzwenkbare kantelaar met tweede tegelaangrijpmiddelen omvat voor aangrijpen op de tegels.

15. Formeerinrichting volgens conclusie 14, 5 waarbij de tweede tegelaangrijpmiddelen een tegelzuignap of tegelzuigmond omvat die is opgesteld om in contact te komen met een ondervlak of bovenvlak van een voorlopende tegel.

16. Formeerinrichting volgens conclusie 14 of 15, waarbij de tweede tegelaangrijpmiddelen een tegelklem omvat 10 die is opgesteld om een voorlopende tegel in te klemmen.

17. Formeerinrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de eerste drager een eerste horizontaal draagtraject en een tweede, dwars daarop gericht horizontaal draagtraject omvat.

18. Formeerinrichting volgens een der voorgaande conclusies, voorzien van een verrijdbaar onderstel voor verplaatsing van de inrichting langs het werk.

19. Formeerinrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de transportinrichting en de 20 plaatsingsinrichting tevens zijn ingericht voor het formeren van rechthoekige tegels in een liggend georiënteerd verband, bij voorkeur een halfsteens verband, en het plaatsen van de liggend georiënteerde tegels in een werk.

20. Formeerinrichting voor het formeren van 25 rechthoekige tegels in een liggend georiënteerd verband, in het bijzonder een halfsteens verband, waarin de tegels in onderling versprongen evenwijdige rijen zijn opgenomen, omvattend een transportinrichting met een eerste drager voor transport van een eerste rij liggend georiënteerde tegels en 30 een in hoofdzaak evenwijdig daaraan gelegen tweede rij liggend georiënteerde tegels in eenzelfde transportrichting, een plaatsingsinrichting voor het plaatsen van de tegels op de eerste drager in de eerste rij en de tweede rij met een onderling versprongen stand in de transportrichting, en een 35 afvoerinrichting voor het van de transportinrichting afnemen van een zich in transportrichting uitstrekkende portie liggend georiënteerde tegels van de eerste en tweede rij.

21. Formeerinrichting volgens conclusie 20, waarbij de plaatsingsinrichting en/of de transportinrichting zijn ingericht voor het tegen elkaar brengen en/of tegen elkaar houden van dwars op de transportrichting 5 georiënteerde zijden van de tegels in de eerste en/of tweede rij .

22. Formeerinrichting volgens conclusie 20 of 21, waarbij de afvoerinrichting is ingericht voor het plaatsen van de portie tegels in een werk op afstand van de eerste 10 drager.

23. Formeerinrichting volgens conclusie 22, waarbij de afvoerinrichting is ingericht voor het plaatsen van de portie tegels langs een reeds in het werk geplaatste portie tegels.

24. Formeerinrichting volgens een der conclusies 20-23, waarbij de afvoerinrichting is ingericht voor het instellen van het aantal tegels van de eerste en tweede rij van de portie tegels.

25. Formeerinrichting volgens een der conclusies 20 20-24, waarbij de afvoerinrichting is ingericht voor het instellen van de lengte van de portie tegels in de transportrichting.

26. Formeerinrichting volgens een der conclusies 20-25, waarbij de plaatsingsinrichting een ten opzichte van 25 de eerste drager beweegbaar gestel omvat dat is voorzien van meerdere eerste tegelaangrijpmiddelen voor aangrijpen op de tegels.

27. Formeerinrichting volgens conclusie 26, waarbij de plaatsingsinrichting één of ten minste één eerste 30 tegelaangrijpmiddel per tegel omvat.

28. Formeerinrichting volgens conclusie 26 of 27, waarbij de plaatsingsinrichting een serie met een vast aantal eerste tegelaangrijpmiddelen omvat, waarbij de eerste tegelaangrijpmiddelen in de serie individueel activeerbaar 35 zijn voor het aanpassen van de plaatsingsinrichting aan het aantal tegels in de portie en/of de lengte van de portie.

29. Formeerinrichting volgens een der conclusies 26-28, waarbij de tegelaangrijpmiddelen een bovenaangrijper omvatten die is ingericht voor het aangrijpen op een bovenvlak van de tegels.

30. Formeerinrichting volgens conclusie 29, 5 waarbij de bovenaangrijper een tegelzuignap of tegelzuigmond omvat.

31. Formeerinrichting volgens een der conclusies 20-30, waarbij de transportinrichting is ingericht voor het tegen elkaar brengen en/of tegen elkaar houden van de eerste 10 en tweede rij tegels.

32. Formeerinrichting volgens een der conclusies 20-31, omvattend een aanvoerinrichting met een tweede drager voor de aanvoer van tegels in een liggende oriëntatie naar de plaatsingsinrichting, waarbij de aanvoerinrichting is 15 ingericht voor het op afstand en in verticale projectie/bovenaanzicht in het verlengde van de eerste of tweede rij plaatsen van een tegel.

33. Formeerinrichting volgens conclusie 32, waarbij de plaatsingsinrichting een eerste verplaatser en 20 een tweede verplaatser omvat voor het vanaf de aanvoerinrichting in de transportrichting met de eerste respectievelijk tweede rij in aansluiting brengen van een tegel op de eerste drager.

34. Formeerinrichting volgens conclusie 33, 25 waarbij de eerste verplaatser en de tweede verplaatser zijn ingericht voor verplaatsing van een tegel naar de eerste respectievelijk tweede rij op de eerste drager over onderling verschillende afstanden in de transportrichting, bij voorkeur met een verschil van een halve tegellengte.

35. Formeerinrichting volgens conclusie 33 of 34, waarbij de eerste en tweede verplaatser een verplaatsingsslag bezitten met een in transportrichting in hoofdzaak dezelfde beginstand en een ten opzichte van de beginstand versprongen eindstand, bij voorkeur halfsteens 35 versprongen.

36. Formeerinrichting volgens conclusie 35, waarbij de lengte en/of de eindstand van de verplaatsers instelbaar is.

37. Formeerinrichting volgens een der conclusies 32-36, waarbij de eerste en tweede drager in hoofdzaak in hetzelfde vlak gelegen zijn, waarbij de eerste 5 respectievelijk tweede verplaatser een eerste respectievelijk tweede schuiver omvatten voor het verschuiven van de tegels van de eerste drager naar de tweede drager.

38. Formeerinrichting volgens conclusie 37, 10 waarbij de eerste drager een schuifbaan omvat voor schuivend transport van de eerste en tweede rij in de transportrichting.

39. Formeerinrichting volgens een der conclusies 32-38, waarbij de aanvoerinrichting een derde drager omvat 15 voor evenwijdige aanvoer van een eerste rij en een tweede rij hoogkant georiënteerde tegels, en een kantelinrichting voor het herhalend kantelen van een voorlopende tegel van de eerste rij en een voorlopende tegel van de tweede rij naar de liggende oriëntatie.

40. Formeerinrichting volgens conclusie 39, waarbij de kantelinrichting een zuigmond of zuignap omvat die is opgesteld om in contact te komen met een voorlopend vlak van de hoogkant georiënteerde tegels.

41. Formeerinrichting volgens conclusie 39 of 40 25 en een der conclusies 32-38, waarbij de kantelinrichting is ingericht voor het oppakken van de voorlopende tegel en het na de kantelbeweging in de liggende oriëntatie plaatsen van de tegel op de tweede drager.

42. Formeerinrichting volgens een der conclusies 30 32-41, waarbij de tweede en/of derde drager een bandtransporteur omvat.

43. Formeerinrichting volgens een der conclusies 20-42, voorzien van een verrijdbaar onderstel voor verplaatsing van de inrichting.

44. Formeerinrichting volgens een der conclusies 20-43, waarbij de afvoerinrichting is ingericht voor het op de eerste drager plaatsen van een rij tegels, waarbij de formeerinrichting is voorzien van een borstel en/of een schraper en/of een trilvlak voor het in hoofdzaak zandvrij maken van ten minste een gedeelte van de tegels voorafgaand en/of tijdens het plaatsen van de tegels op de eerste drager 5 en/of tijdens transport van de rij tegels daarvandaan.

45. Formeerinrichting voor het formeren van rechthoekige tegels in een liggend georiënteerd verband, bij voorkeur een halfsteens verband, waarin de tegels in onderling versprongen evenwijdige rijen zijn opgenomen, 10 omvattend een transportinrichting met een eerste drager voor transport van een eerste rij liggend georiënteerde tegels in een transportrichting, een plaatsingsinrichting voor het plaatsen van de tegels op de eerste drager in de eerste rij, waarbij de plaatsingsinrichting en/of de transportinrichting 15 zijn ingericht voor het tegen elkaar brengen en/of tegen elkaar houden van dwars op de transportrichting georiënteerde zijden van de tegels in de eerste rij, en een afvoerinrichting voor het van de transportinrichting afnemen van een zich in transportrichting uitstrekkende portie 20 liggend georiënteerde tegels van de eerste rij .

46. Formeerinrichting voor het uit een werk halen van tegels, waarin de tegels liggend georiënteerd in bij voorkeur onderling versprongen evenwijdige rijen in het werk zijn opgenomen, omvattend een transportinrichting met een 25 eerste drager voor liggend georiënteerd transport van een rij tegels, een plaatsingsinrichting voor het op afstand van de eerste drager uit het werk halen van een rij tegels en het plaatsen van deze rij tegels op de eerste drager.

47. Formeerinrichting volgens een der voorgaande 30 conclusies, ingericht voor het verwerken van tegels met een formaat van 30 x 30 centimeter, en/of 40 x 40 centimeter, en/of 50 x 50 centimeter, en/of 60 x 60 centimeter, en/of 60 x 90 centimeter, en/of 90 x 90 centimeter, en/of 100 x 100 centimeter, en/of 110 x 110 centimeter, en/of 120 x 120 35 centimeter, en/of 120 x 60 centimeter, en/of 120 x 90 centimeter en/of 120 x 120 centimeter.

48. Inrichting voorzien van een of meer van de in de bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in de bijgevoegde tekeningen getoonde kenmerkende maatregelen.

49. Werkwijze voorzien van een of meer van de in de bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in de 5 bijgevoegde tekeningen getoonde kenmerkende maatregelen. 1034902