NL1033905C2 - Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van contactlenzen, gietmal voor gebruik in een dergelijke inrichting, contactlensverpakking en contactlens vervaardigd met een dergelijke werkwijze. - Google Patents
Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van contactlenzen, gietmal voor gebruik in een dergelijke inrichting, contactlensverpakking en contactlens vervaardigd met een dergelijke werkwijze. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1033905C2 NL1033905C2 NL1033905A NL1033905A NL1033905C2 NL 1033905 C2 NL1033905 C2 NL 1033905C2 NL 1033905 A NL1033905 A NL 1033905A NL 1033905 A NL1033905 A NL 1033905A NL 1033905 C2 NL1033905 C2 NL 1033905C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- mold
- contact lens
- mold part
- casting
- positioning
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B29—WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
- B29D—PRODUCING PARTICULAR ARTICLES FROM PLASTICS OR FROM SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE
- B29D11/00—Producing optical elements, e.g. lenses or prisms
- B29D11/00009—Production of simple or compound lenses
- B29D11/00038—Production of contact lenses
- B29D11/00125—Auxiliary operations, e.g. removing oxygen from the mould, conveying moulds from a storage to the production line in an inert atmosphere
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B29—WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
- B29D—PRODUCING PARTICULAR ARTICLES FROM PLASTICS OR FROM SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE
- B29D11/00—Producing optical elements, e.g. lenses or prisms
- B29D11/00009—Production of simple or compound lenses
- B29D11/0048—Moulds for lenses
- B29D11/00567—Moulds for lenses wherein the mould forms part of the final package for lenses
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Health & Medical Sciences (AREA)
- Manufacturing & Machinery (AREA)
- Ophthalmology & Optometry (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Moulds For Moulding Plastics Or The Like (AREA)
- Casting Or Compression Moulding Of Plastics Or The Like (AREA)
- Eyeglasses (AREA)
Description
Titel: Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van contactlenzen, gietmal voor gebruik in een dergelijke inrichting, contactlensverpakking en contactlens en vervaardigd met een dergelijke werkwijze
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van contactlenzen.
Uit de praktijk is een dergelijke werkwijze bekend. Een dergelijke werkwijze omvat het castmoulden van een contactlens in een gietmal, 5 waarbij de gietmal twee maldelen omvat. Een van de maldelen vormt na het castmoulden van de lens een houder van een contactlensverpakking. Na het verwijderen van het andere maldeel wordt er een afdichting op de houder waarin de contactlens zich bevindt geplaatst, waardoor een contactlensverpakking met contactlens wordt gevormd. Uit EP 0,561,480 is 10 een dergelijke werkwijze bekend waarbij het mannelijke maldeel, dus het maldeel met een convexe gietzijde, de houder vormt. Een nadeel van een dergelijke werkwijze is dat de maldelen afzonderlijk in de machine worden gepositioneerd ten opzichte van elkaar, naar elkaar worden gebracht en bij elkaar worden gehouden door bijvoorbeeld mechanische middelen die in de 15 machine zijn voorzien. Wanneer de maldelen niet op exact de juiste manier ten opzichte van elkaar worden gepositioneerd, maar een lichte kanteling en/of verdraaiing ten opzichte van elkaar hebben, kan dit problemen opleveren met betrekking tot de maatvoering van de uiteindelijk vervaardigde contactlens. Vooral bij het vervaardigen van een niet 20 cirkelsymmetrische lens zoals bekend uit US 5,606,378 is dit ongewenst.
Een dergelijke lens heeft namelijk een optische zone die is onderverdeeld in twee zones, bijvoorbeeld een afstanddeel met een eerste focus en een leesdeel met een tweede focus. Een dubbele focuslens dient correct gepositioneerd te blijven ten opzichte van een oogbol van een drager van de 25 lens. Met andere woorden, de lens mag niet roteren. Daarom heeft de lens 1 03 3 9 05 2 een onderrand met een kromming die in hoofdzaak overeenkomt met de kromming van het onderooglid van de drager. Voor een verdere nauwkeurigere positionering neemt de dikte van de lens van boven naar beneden geleidelijk toe. De contactlens rust door deze elementen op het 5 onderooglid van de drager, waardoor deze te allen tijde door de gewenste zone kan kijken. Het is vanzelfsprekend dat een dergelijke lens ook een multifocale lens kan zijn. Het is duidelijk dat wanneer de positionering van de maldelen voor het vervaardigen van een dergelijke niet cirkelsymmetrische lens niet nauwkeurig plaatsvindt, dit kan leiden tot een 10 afwijking in de sterkte van de contactlens zodanig dat de lens een andere sterkte krijgt dan de vooraf bepaalde gewenste sterkte.
Derhalve beoogt de uitvinding een werkwijze voor het vervaardigen van contactlenzen te verschaffen zonder bovengenoemde nadelen. Meer in 15 het bijzonder beoogt de uitvinding een werkwijze te verschaffen voor het vervaardigen van contactlenzen, waarbij de maldelen nauwkeurig ten opzichte van elkaar worden gepositioneerd om de contactlens daartussen te vormen, waarbij de contactlens een minimale tolerantie heeft ten opzichte van de vooraf bepaalde gewenste maatvoering.
20
De uitvinding verschaft hiertoe een werkwijze voor het vervaardigen van contactlenzen van het in de aanhef beschreven type, waarbij de werkwijze omvat: - het vervaardigen van een eerste maldeel voorzien van ten minste 25 een in hoofdzaak concave gietzijde en een tweede maldeel voorzien van ten minste een in hoofdzaak convexe gietzijde; - het inbrengen van gietmateriaal in de concave gietzijde van het eerste maldeel; - het positioneren van de maldelen ten opzichte van elkaar voor het 30 daartussen vormen van een contactlensvormholte voor de te vervaardigen 3 contactlens, waarbij het positioneren van de maldelen ten opzichte van elkaar plaatsvindt met behulp van positioneringsmiddelen die zijn voorzien op ten minste één van de maldelen; - het uitharden van het gietmateriaal ten einde een vormstabiele 5 contactlens te verkrijgen; en - het verwijderen van één van de maldelen van de andere van de maldelen, waarbij de contactlens in het achtergebleven, een houder vormende, maldeel blijft.
Bij een dergelijke werkwijze is het positioneren van de maldelen 10 niet afhankelijk van de nauwkeurigheid van positioneren van de delen ten opzichte van een vervaardigingsinrichting. De maldelen zorgen zelf voor een nauwkeurige positionering ten opzichte van elkaar, waardoor een vooraf bepaalde contactlensvormholte en dus een contactlens met een minimum afwijking in de gewenste maatvoering wordt gevormd, resulterend in een 15 gewenste vooraf bepaalde optische sterkte van de contactlens. Het positioneren van de maldelen ten opzichte van de inrichting luistert derhalve niet zo nauw. Bijkomend effect van een dergelijke werkwijze is het feit dat door de positionering op deze wijze, het productieproces weinig uitval kent en een relatief korte doorlooptijd heeft waardoor de 20 productiekosten uiteindelijk relatief laag zijn.
Volgens een nadere uitwerking van de uitvinding is het eerste maldeel voorzien van eerste positioneringsmiddelen en is het tweede maldeel voorzien van tweede positioneringsmiddelen, waarbij de eerste en 25 de tweede positioneringsmiddelen samenwerken ten einde de maldelen op een vooraf bepaalde positie op elkaar te bevestigen. Dergelijke samenwerkende positioneringsmiddelen vergemakkelijken het juist op elkaar plaatsen van de maldelen. Dit is bijzonder gunstig, zeker in het geval wanneer volgens een verdere uitwerking van de uitvinding de concave 30 gietzijde en de convexe gietzijde tezamen een optische sterkte van de te 4 vormen contactlens bepalen, waarbij de contactlens bijvoorbeeld een niet cirkelsymmetrische lens is, zoals een bifocale of multifocale lens. Voor het vormen van een dergelijke lens is het noodzakelijk dat de maldelen op de enige juiste manier ten opzichte van elkaar worden geplaatst. Elke kleine 5 afwijking in de positionering resulteert in een kwalitatief slechte contactlens en dus een afgekeurde lens. Dergelijke positioneringsmiddelen kunnen ook zijn ingericht om de maldelen in gebruik onder een voorspanning op elkaar te houden. Een voorspanning kan gewenst zijn om eventuele krimp van het gietmateriaal tijdens bijvoorbeeld uitharden van de 10 gecastmoulde lens op te vangen. Bij de werkwijze volgens de stand van de techniek wordt dit normaliter bewerkstelligd door een externe kracht op de twee maldelen uit te oefenen teneinde deze maldelen op elkaar te houden. Het is duidelijk dat de laatste wijze inefficiënter en kostbaarder is dan daarvoor genoemde wijze volgens de uitvinding.
15
Volgens een verdere uitwerking van de uitvinding omvat de werkwijze verder het afdekken van de houder met de contactlens voor het creëren van een contactlensverpakking. Op deze wijze wordt op een eenvoudige wijze een contactlensverpakking vervaardigd. Immers, de 20 houder waarin de lens zich reeds bevindt, hoeft slechts te worden afgedekt om de verpakking te vormen.
Volgens een nadere uitwerking van de uitvinding wordt de houder gevormd door het maldeel met de concave gietzijde, waarbij voor het vormen van de contactlensverpakking over de concave gietzijde van het de houder 25 vormende maldeel een afdichting wordt voorzien teneinde een in de houder aanwezige contactlens fluïdumdicht te verpakken. Door de concave vorm van de gietzijde van dit maldeel kan de gevormde contactlens eenvoudig in dit maldeel verblijven, waarna slechts de holte waarin de lens ligt dient te worden afgedicht, bijvoorbeeld met een afdichting zoals een gemakkelijk 30 door een gebruiker te verwijderen zegel.
5
Om de maldelen stabiel op elkaar te bevestigen heeft het de voorkeur dat in een verdere uitwerking van de uitvinding de positioneringsmiddelen ten minste twee en bij voorkeur drie positioneringselementen omvatten, welke positioneringselementen zijn 5 voorzien nabij een omtreksrand van de concave en/of convexe gietzijde. Een dergelijke uitvoering van de positioneringsmiddelen, zeker bij gebruik van drie positioneringselementen, resulteert in een samenstel van maldelen waarbij kantelen van de maldelen ten opzichte van elkaar wordt vermeden. In een verdere uitwerking van de uitvinding is het gunstig indien de 10 positioneringselementen op het eerste maldeel respectievelijk tweede maldeel op posities zijn voorzien waar in gebruik een relatief hoge sluitkracht is gewenst. Op deze wijze kunnen de afzonderlijke maldelen op bepaalde gewenste posities die corresponderen met bijvoorbeeld locaties van de daarin te vormen contactlens met een relatief grote sluitkracht op elkaar 15 worden gehouden. Bij voorkeur zijn de positioneringsmiddelen zodanig uitgevoerd dat de maldelen met een krachtgesloten losmaakbare verbinding aan elkaar worden bevestigd. Een dergelijke verbinding bewerkstelligt dat de maldelen onder een bepaalde kracht kunnen worden samengevoegd en/of samengevoegd blijven, waarbij de afzonderlijke maldelen onder de bepaalde 20 kracht hun gewenste vorm en/of afmetingen behouden en derhalve bewerkstelligen dat daarin een contactlens met gewenste afmetingen en optische sterkte wordt vervaardigd. In een verdere uitwerking van de uitvinding is het ook mogelijke dat de positioneringsmiddelen zodanig zijn uitgevoerd dat de maldelen met een vormgesloten losmaakbare verbinding 25 aan elkaar worden bevestigd. Hierdoor wordt bewerkstelligd dat de twee maldelen volledig aan elkaar zijn bevestigd, dus dat alle positioneringselementen van het ene maldeel volledig met de respectievelijke positioneringselementen van het andere maldeel zijn verbonden. Het kan gunstig zijn waneer er een terugkoppeling is na het 30 verbinden van de maldelen waaruit blijkt dat de positioneringselementen op 6 de gewenste wijze aan elkaar zijn gekoppeld. Bijvoorbeeld door een klikverbinding, waarbij de klik aangeeft dat de verbinding tot stand is gebracht. Een dergelijk terugkoppeling verschaft een additionele zekerheid over de te bereiken maatvoering van de te vervaardigen contactlens.
5 Bijvoorbeeld kunnen de positioneringsmiddelen op het maldeel met de concave gietzijde, volgens een verdere uitwerking van de uitvinding zijn ingericht als opneemelementen en kunnen de positioneringsmiddelen op het maldeel met de convexe gietzijde zijn ingericht als zich van het maldeel uitstrekkende met de opneemelementen samenwerkende elementen.
10
Volgens een verdere uitwerking van de uitvinding zijn ten minste twee hoeken tussen de respectievelijke positioneringselementen van eenzelfde maldeel in een vlak door de positioneringselementen ongelijk aan elkaar. Hierdoor wordt het op de juiste wijze op elkaar passen van de 15 maldelen bevorderd. Immers, wanneer de maldelen zijn geroteerd ten opzichte van elkaar passen de positioneringselementen van de respectievelijke maldelen niet op elkaar. Dit voorkomt dus extra uitval van kwalitatief slechte contactlenzen tijdens het vervaardigingsproces.
20 Bij voorkeur hebben de hoeken tussen de positioneringselementen bij aanwezigheid van drie positioneringselementen een grootte van respectievelijk in hoofdzaak 115 °, 115 ° en 130 °. Alternatief kunnen alle hoeken tussen de positioneringselementen een verschillende grootte hebben, bijvoorbeeld bij aanwezigheid van drie positioneringselementen 25 respectievelijk in hoofdzaak 125 °, 120 ° en 115 °. Wanneer alle hoeken tussen de positioneringselementen ongelijk zijn aan elkaar, wordt het juist op elkaar plaatsen van de twee maldelen verder bevorderd. Immers, het is dan ook onmogelijk op de respectievelijke positioneringselementen van de respectievelijke maldelen op elkaar te bevestigen wanneer bijvoorbeeld het 7 maldeel met de convexe gietzijde met de verkeerde zijde naar het maldeel met de concave gietzijde is gekeerd.
In een nadere uitvoeringsvorm van de uitvinding is ten minste één van de maldelen aan een van de gietzijde afliggend oppervlak voorzien van 5 een losneemorgaan, waarbij één van de maldelen na het castmoulden van de contactlens van het andere maldeel wordt verwijderd met behulp van het losneemorgaan. Een dergelijk losneemorgaan biedt de mogelijkheid voor de machine om het ene maldeel gemakkelijk van het andere maldeel te kunnen afnemen, zonder vervorming zodat de zojuist vervaardigde contactlens niet 10 wordt beschadigd. Volgens een alternatieve uitvoeringsvorm van de uitvinding kan ten minste één van de maldelen na het castmoulden van het andere maldeel worden verwijderd met behulp van de positioneringselementen die zijn voorzien op ten minste één van de maldelen. Op deze wijze is een additioneel losneemorgaan niet nodig. De 15 positioneringselementen voor het positioneren van de maldelen kunnen zodanig zijn ingericht dat deze door de machine kunnen worden gebruikt voor het losnemen van een van de maldelen.
In een verdere uitwerking van de uitvinding is ten minste één van 20 de concave gietzijde en de convexe gietzijde voorzien van een zich van de concave en/of convexe gietzijde uitstrekkende omtreksrand, waarbij de omtreksrand de tegenoverliggende convexe respectievelijk concave gietzijde raakt wanneer de maldelen aan elkaar zijn bevestigd. Deze omtreksranden bepalen de omtreksranden van de contactlens en maken overtollig 25 gietmateriaal los van de gevormde contactlens. Hierdoor hoeft de contactlens niet te worden nabewerkt wat betreft de afwerking van de omtreksrand. De maatvoering en kromming van de omtreksrand van de contactlens is van groot belang voor een juiste passing van de lens op de oogbol en tegen het onderste ooglid, welke op deze wijze dus nauwkeurig 30 door de maldelen wordt bepaald.
8
In een nadere uitwerking van de uitvinding wordt de contactlens in de houder gehydrateerd door het toevoegen van een hydratatievloeistof, bijvoorbeeld een saline oplossing. Hierdoor neemt de uitgeharde contactlens 5 vloeistof op waardoor het uiteindelijk een zachte contactlens wordt. Ook kan de uitgeharde contactlens een vulmateriaal omvatten dat alvorens de lens te hydrateren uitgespoeld dient te worden. Dit uitspoelen kan worden gedaan met demiwater, een oplosmiddel of een salineoplossing. Bij het gebruik van de laatstgenoemde vindt het uitspoelen en hydrateren gelijktijdig plaats.
10 Wanneer bijvoorbeeld demiwater of oplosmiddel wordt gebruikt dient de salineoplossing na het uitspoelen alsnog te worden toegevoegd aan de lens om deze te hydrateren. Het is verder mogelijk, volgens een verdere uitwerking van de uitvinding dat de contactlens wordt geïnspecteerd alvorens de contactlens in de houder wordt gehydrateerd. Een dergelijke 15 inspectie is van belang voor het op tijd ontdekken van contactlenzen met productiefouten of een slechte kwaliteit en het verwijderen van deze lenzen uit het productieproces. In een verdere uitwerking van de uitvinding is het gietmateriaal een monomeer of een monomeermengsel.
20 De uitvinding verschaft verder een gietmal voor gebruik in de hierboven beschreven werkwijze, waarbij de gietmal een eerste maldeel met een concave gietzijde heeft en een tweede maldeel met een convexe gietzijde heeft waartussen een contactlensvormholte is voorzien, welke maldelen ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd met behulp van ten minste op één 25 van de maldelen voorziene positioneringsmiddelen.
De uitvinding verschaft tevens een inrichting voor het vervaardigen van contactlenzen, bij voorkeur met een hierboven beschreven werkwijze, waarbij de inrichting is ingericht voor het in lijn vervaardigen van een eerste maldeel met een concave gietzijde en een tweede maldeel met 30 een convexe gietzijde, waarbij de inrichting verder is ingericht voor het 9 castmoulden van een contactlens in een tussen de maldelen gevormde contactlensvormholte, waarbij de contactlensvormholte is gevormd door het positioneren van de twee maldelen ten opzichte van elkaar met behulp van ten minste op één van de maldelen voorziene positioneringsmiddelen en 5 waarbij de inrichting is ingericht voor het verpakken van de contactlens in een een houder vormend maldeel.
Ook verschaft de uitvinding een contactlensverpakking bij voorkeur vervaardigd met behulp van de hierboven beschreven werkwijze, 10 omvattende een een houder vormend maldeel waarin een contactlens is opgenomen die is gecastmould in een contactlensvormholte tussen het maldeel en een tweede maldeel, waarbij de houder verder is voorzien van een afdichting, waarbij ten minste één van de maldelen is voorzien van positioneringsmiddelen voor het tijdens vervaardiging nauwkeurig 15 positioneren van de maldelen ten opzichte van elkaar voor het vormen van de contactlensvormholte.
Daarnaast verschaft de uitvinding een contactlens, bij voorkeur vervaardigd volgens de hierboven beschreven werkwijze, bij voorkeur met een hierboven beschreven inrichting en een hierboven beschreven gietmal, 20 waarbij de contactlens een niet cirkelsymmetrische lens is, bijvoorbeeld een bifocale of multifocale lens. Met een dergelijke inrichting, gietmal, contactlensverpakking en contactlens kunnen gelijke voordelen en effecten worden verkregen, zoals hierboven genoemd en beschreven bij de werkwijze voor het vervaardigen van contactlenzen.
25 Nadere uitwerkingen van de uitvinding zijn beschreven in de volgconclusies en zullen hierna, onder verwijzing naar de tekeningen verder worden verduidelijkt, waarbij:
Figs, la en lb perspectiefaanzichten tonen van een maldeel met een concave gietzijde; 30 Fig. 2a een bovenaanzicht toont van het maldeel uit figuur 1; 10
Figs. 2b en 2c doorsnedeaanzichten tonen van het maldeel uit fig.
2a;
Figs. 3a en 3b perspectiefaanzichten tonen van een maldeel met een convexe gietzijde; 5 Fig. 4a een bovenaanzicht toont van het maldeel uit figuur 3;
Fig. 4b een doorsnedeaanzicht toont van het maldeel uit fig. 4a; en
Fig. 5 een doorsnedeaanzicht toont van een gietmal volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding.
10 In de figuren verwijzen gelijke verwijzingscijfers naar gelijke onderdelen.
In de figuren 1-4 zijn maldelen 1, 2 te zien voor gebruik in een werkwijze voor het vervaardigen van contactlenzen. Voor het uitvoeren van 15 een dergelijke werkwijze wordt in een inrichting voor het vervaardigen van contactlenzen een eerste maldeel 1 vervaardigd voorzien van ten minste een in hoofdzaak concave gietzijde 3. Een dergelijk maldeel 1 is te zien in de figuren la, lb, 2a, 2b en 2c. Tevens wordt in de inrichting een tweede maldeel 2 vervaardigd voorzien van ten minste een in hoofdzaak convexe 20 gietzijde 4. Dit maldeel 2 wordt getoond in de figuren 3a, 3b, 4a en 4b. De maldelen 1, 2 kunnen bijvoorbeeld zijn vervaardigd met behulp van een spuitgietproces en bijvoorbeeld uit een propyleen zijn vervaardigd. In een ander uitvoeringsvoorbeeld is het natuurlijk ook mogelijk dat de maldelen 1, 2 in een aparte inrichting of spuitgietmachine worden vervaardigd en dat de 25 maldelen in een volgende inrichting worden gebruikt voor het daarmee vervaardigen van contactlenzen.
Nadat in één van de maldelen 1, 2, in dit geval het maldeel met de concave gietzijde 1, gietmateriaal M is toegevoerd worden de maldelen 1, 2 30 ten opzichte van elkaar gepositioneerd. Door dit positioneren wordt een 11 gietmal S verkregen (zie figuur 5) voorzien van een contactlensvormholte 5 waarin het opgenomen gietmateriaal M is samengedrukt teneinde daaruit een contactlens te fabriceren. Wanneer het gietmateriaal M, zoals een vloeibare monomeer, in de contactlensvormholte 5 is ingebracht en de 5 maldelen 1,2 zijn samengebracht, wordt het materiaal M bijvoorbeeld thermisch uitgehard of uitgehard met behulp van UV. Wanneer daardoor dan een vormstabiele contactlens is gevormd, wordt het tweede maldeel 2 met de convexe zijde 4 van het eerste maldeel 1 verwijderd. Het eerste maldeel 1 vormt dan een houder H waarin de zojuist vervaardigde 10 contactlens achterblijft. Door nu op de houder H een afdichting (niet getoond) te plaatsen wordt een contactlensverpakking met daarin een contactlens verkregen. Het behoort, volgens een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding, ook tot de mogelijkheden dat de houder met daarin de vervaardigde contactlens in een verder opneemorgaan wordt geplaatst, 15 bijvoorbeeld een hersluitbare houder, waardoor het verdere opneemorgaan de uiteindelijke contactlensverpakking vormt. Een andere mogelijkheid is dat de lens zonder het de houder vormende maldeel in de contactlensverpakking wordt opgenomen.
20 Het is mogelijk, alvorens de afdichting op de houder H aan te brengen, de contactlens eerst te inspecteren om vast te stellen of deze voldoet aan de kwaliteitseisen. Ook kan de contactlens worden gehydrateerd door bijvoorbeeld een hydratatievloeistof, zoals een saline oplossing, toe te voegen aan de contactlens in de houder H. Het is ook mogelijk dat de 25 contactlens voor hydratatie dient te worden ontdaan van in de contactlens aanwezig vulmateriaal door deze uit te spoelen bijvoorbeeld met demiwater, oplosmiddel of een saline oplossing. Wanneer geen saline oplossing wordt gebruikt voor het uitspoelen dient deze na het uitspoelen alsnog aan de lens te worden toegevoegd voor hydratatie. Het is natuurlijk voor een gemiddelde 30 vakman duidelijk dat bij een iets gewijzigde constructie van de beide 12 maldelen 1, 2 het ook mogelijk is om het eerste maldeel 1 van het tweede maldeel 2 af te halen en het tweede maldeel 2 voorzien van de convexe zijde te gebruiken als houder H voor het verkrijgen van een contactlensverpakking.
5
De maldelen 1, 2 omvatten voor het ten opzichte van elkaar positioneren positioneringsmiddelen 6, 7. Het eerste maldeel 1 omvat eerste positioneringsmiddelen 6 en het tweede maldeel 2 omvat tweede positioneringsmiddelen 7 die met de eerste positioneringsmiddelen 6 10 samenwerken zodat de maldelen op een vooraf bepaalde positie ten opzichte van elkaar op elkaar worden bevestigd. Dit is vooral van belang wanneer een niet cirkelsymmetrische contactlens wordt vervaardigd zoals een bifocale of multifocale lens. De juiste positie van de convexe gietzijde 4 ten opzichte van de concave gietzijde 3 is van belang vanwege het feit dat deze 15 gietzijden 3, 4 tezamen de optische sterkte van de contactlens bepalen. Vooral in de figuren 2a en 4a is goed te zien dat de concave en convexe gietzijden 3, 4 niet cirkelsymmetrisch zijn en derhalve juiste positionering van deze zijden 3, 4 ten opzichte van elkaar een voorwaarde is voor het vervaardigen van een contactlens met de gewenste optische sterkte en dus 20 gewenste maatvoering. De positioneringsmiddelen 6, 7 zijn voorzien nabij een omtreksrand 8, 9 van respectievelijk de concave en convexe gietzijde 3, 4.
In figuur 5 is de gietmal S te zien, welke is gevormd wanneer de 25 twee maldelen 1, 2 aan elkaar zijn bevestigd. De positioneringsmiddelen 6, 7 omvatten positioneringselementen 61, 62, 63, 71, 72, 73, die in bevestigde toestand een krachtgesloten en/of vormgesloten losmaakbare verbinding vormen. Wanneer de maldelen 1, 2 worden samengedrukt worden de drie positoneringselementen 71, 72, 73, die zijn ingericht als zich van het maldeel 30 uitstrekkende elementen, opgenomen in de drie daarmee samenwerkende 13 positioneringselementen 61, 62, 63, die zijn ingericht als opneemelementen. De uitstrekkende elementen kunnen aan de naar de opneemelementen gerichte zijden afgeschuinde randen omvatten zodat het plaatsen daarvan in de opneemelementen eenvoudig gaat. Ook andere wijzen om dit te 5 bereiken kunnen natuurlijk worden gebruikt. Verder kunnen bijvoorbeeld de eerste positioneringselementen van eenzelfde maldeel verschillende vormen hebben, waarbij het verdere maldeel overeenkomstige vormen tweede positioneringselementen omvat, waardoor de vormen van de positioneringselementen het juist plaatsen van de maldelen ten opzichte 10 van elkaar bewerkstelligen.
Bij voorkeur zijn de hoeken tussen de respectievelijke positioneringselementen 61, 62, 63, 71, 72, 73 van een zelfde maldeel 1, 2 in een vlak door de positioneringselementen 61, 62, 63, 71, 72, 73 van datzelfde maldeel 1, 2 ongelijk aan elkaar. In het uitvoeringsvoorbeeld van de 15 uitvinding zoals getoond in de figuren zijn de hoeken α 115° en is hoek β 130°. Hierdoor kan het eerste maldeel 1 maar op één manier op het tweede maldeel 2 worden geplaatst. Vanzelfsprekend kunnen de hoeken ook allen een verschillende grootte hebben, waardoor één van de maldelen 1,2 ook niet ondersteboven op het andere maldeel 1,2 kan worden geplaatst. Het is 20 voor de gemiddelde vakman duidelijk dat ook andere waarden voor de hoeken kunnen worden gekozen waarmee dezelfde effecten als zojuist beschreven kunnen worden verkregen.
Wanneer de contactlens is uitgehard, wordt het tweede maldeel 2 van het eerste maldeel 1 verwijderd door de inrichting met behulp van de 25 positioneringselementen 71, 72, 73. Het is natuurlijk mogelijk dat er een additioneel losneemorgaan (niet getoond) op een buitenste oppervlak van één van de maldelen 1, 2 is voorzien voor het afhemen van één van de maldelen 1, 2 van het andere maldeel 1, 2.
14
Wanneer de twee maldelen 1, 2 aan elkaar zijn bevestigd, zoals goed is te zien in figuur 5, raakt een zich van de convexe gietzijde 4 uitstrekkende omtreksrand 10 de tegenoverliggende concave gietzijde 3. Op deze wijze wordt de omtreksrand van de contactlens (niet getoond) gevormd, 5 waarbij tegelijkertijd overtollig gietmateriaal van de contactlens wordt losgemaakt.
Het moge duidelijk zijn dat de uitvinding niet is beperkt tot het beschreven uitvoeringsvoorbeeld maar dat diverse wijzigingen binnen het 10 raam van de uitvinding, zoals gedefinieerd door de conclusies mogelijk zijn. Vanzelfsprekend is het in een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding mogelijk dat de maldelen 1, 2 eerst worden samengevoegd en aan elkaar worden bevestigd en daarna pas het gietmateriaal M in de tussen de maldelen 1, 2 gevormde contactlensvormholte 5 wordt gebracht.
15 Ook is het mogelijk dat de gevormde contactlens na het verwijderen van één van de maldelen 1, 2 van het andere maldeel 1,2 wordt nabewerkt voordat de contactlens eventueel wordt gehydrateerd en verpakt.
Verder kunnen de positioneringsmiddelen 6, 7 op een ander wijze zijn geconstrueerd waarbij deze eenzelfde functionaliteit hebben als de 20 positioneringsmiddelen 6, 7 in het beschreven uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding. Ook de maldelen 1, 2 kunnen een andere vorm en/of constructie hebben, waarbij het gebruik ervan in hoofdzaak gelijk is aan de maldelen 1, 2 die in het uitvoeringsvoorbeeld zijn beschreven.
Daarnaast is het ook mogelijk om met de beschreven werkwijze, 25 inrichting, en gietmal cirkelsymmetrische lenzen te vervaardigen zoals sferische contactlenzen. De verpakking voor dergelijke cirkelsymmetrische lenzen wordt op gelijke wijze als in het beschreven uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding gevormd.
Tenslotte kunnen de maldelen 1, 2 van verschillende voor de 30 vakman voor de hand liggende materialen worden vervaardigd en ook de 15 contactlenzen kunnen van verschillende voor de vakman voor de hand liggende materialen worden vervaardigd.
H 5 3 9 0 5 ·1
Claims (37)
1. Werkwijze voor het vervaardigen van contactlenzen, waarbij de werkwijze omvat: - het vervaardigen van een eerste maldeel voorzien van ten minste een in hoofdzaak concave gietzijde en een tweede maldeel voorzien van ten 5 minste een in hoofdzaak convexe gietzijde; - het inbrengen van gietmateriaal in de concave gietzijde van het eerste maldeel; - het positioneren van de maldelen ten opzichte van elkaar voor het daartussen vormen van een contactlensvormholte voor de te vervaardigen 10 contactlens, waarbij het positioneren van de maldelen ten opzichte van elkaar plaatsvindt met behulp van positioneringsmiddelen die zijn voorzien op ten minste één van de maldelen; - het uitharden van het gietmateriaal ten einde een vormstabiele contactlens te verkrijgen; en 15. het verwijderen van één van de maldelen van de andere van de maldelen, waarbij de contactlens in het achtergebleven, een houder vormende, maldeel blijft.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij het eerste maldeel is 20 voorzien van eerste positioneringsmiddelen en het tweede maldeel is voorzien van tweede positioneringsmiddelen, waarbij de eerste en de tweede positioneringsmiddelen samenwerken ten einde de maldelen op een vooraf bepaalde positie op elkaar te bevestigen.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarbij de concave gietzijde en de convexe gietzijde tezamen een optische sterkte van de te vormen 1 ö 3 g $ 0 5 , contactlens bepalen, waarbij de contactlens bijvoorbeeld een niet cirkelsymmetrische lens is, zoals een bifocale of multifocale lens.
4. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de 5 werkwijze verder het afdekken van de houder met de contactlens omvat voor het creëren van een contactlensverpakking.
5. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de houder wordt gevormd door het maldeel met de concave gietzijde, waarbij 10 voor het vormen van de contactlensverpakking over de concave gietzijde van het de houder vormende maldeel een afdichting wordt voorzien teneinde een in de houder aanwezige contactlens fluïdumdicht te verpakken.
6. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de 15 positioneringsmiddelen ten minste twee en bij voorkeur drie positioneringselementen omvatten, welke positioneringselementen zijn voorzien nabij een omtreksrand van de concave en/of convexe gietzijde.
7. Werkwijze volgens ten minste conclusie 6, waarbij de 20 positioneringselementen op het eerste maldeel respectievelijk tweede maldeel op posities zijn voorzien waar in gebruik een relatief hoge sluitkracht is gewenst.
8. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de 25 positioneringsmiddelen zodanig zijn uitgevoerd dat de maldelen met een krachtgesloten losmaakbare verbinding aan elkaar worden bevestigd.
9. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de positioneringsmiddelen zodanig zijn uitgevoerd dat de maldelen met een 30 vormgesloten losmaakbare verbinding aan elkaar worden bevestigd.
10. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de positioneringsmiddelen op het maldeel met de concave gietzijde zijn ingericht als opneemelementen en de positioneringsmiddelen op het maldeel 5 met de convexe gietzijde zijn ingericht als zich van het maldeel uitstrekkende met de opneemelementen samenwerkende elementen.
11. Werkwijze volgens één der conclusies 6-10, waarbij ten minste twee hoeken tussen de respectievelijke positioneringselementen van eenzelfde 10 maldeel in een vlak door de positioneringselementen ongelijk zijn aan elkaar.
12. Werkwijze volgens conclusie 11, waarbij de hoeken tussen de positioneringselementen bij aanwezigheid van drie positioneringselementen 15 een grootte hebben van respectievelijk in hoofdzaak 115 °, 115 ° en 130 °.
13. Werkwijze volgens conclusie 11, waarbij alle hoeken tussen de positioneringselementen een verschillende grootte hebben, bijvoorbeeld bij aanwezigheid van drie positioneringselementen respectievelijk in hoofdzaak 20 125°, 120° en 115°.
14. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, waarbij ten minste één van de maldelen aan een van de gietzijde afliggend oppervlak is voorzien van een losneemorgaan, waarbij één van de maldelen na het 25 castmoulden van de contactlens van het andere maldeel wordt verwijderd met behulp van het losneemorgaan.
15. Werkwijze volgens één der conclusies 1-13, waarbij ten minste één van de maldelen na het castmoulden van het andere maldeel wordt verwijderd met behulp van de positioneringselementen die zijn voorzien op ten minste één van de maldelen.
16. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, waarbij ten 5 minste één van de concave gietzijde en de convexe gietzijde is voorzien van een zich van de concave en/of convexe gietzijde uitstrekkende omtreksrand, waarbij de omtreksrand de tegenoverliggende convexe respectievelijk concave gietzijde raakt wanneer de maldelen aan elkaar zijn bevestigd.
17. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de contactlens in de houder wordt gehydrateerd door het toevoegen van een hydratatievloeistof, bijvoorbeeld een saline oplossing.
18. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de 15 contactlens wordt geïnspecteerd alvorens de contactlens te hydrateren in de houder.
19. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het gietmateriaal een monomeer of een monomeermengsel is. 20
20. Gietmal voor gebruik in de werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de gietmal een eerste maldeel met een concave gietzijde heeft en een tweede maldeel met een convexe gietzijde heeft waartussen een contactlensvormholte is voorzien, welke maldelen ten 25 opzichte van elkaar zijn gepositioneerd met behulp van ten minste op één van de maldelen voorziene positioneringsmiddelen.
21. Gietmal volgens conclusie 20, waarbij het eerste maldeel is voorzien van eerste positioneringsmiddelen en het tweede maldeel is 30 voorzien van tweede positioneringsmiddelen, waarbij de eerste en de tweede positioneringsmiddelen zijn ingericht om samen te werken ten einde de maldelen op een vooraf bepaalde positie op elkaar te kunnen bevestigen.
22. Gietmal volgens conclusie 20 of 21, waarbij de 5 positioneringsmiddelen ten minste twee en bij voorkeur drie positioneringselementen omvatten, welke positioneringselementen zijn voorzien nabij een omtreksrand van de concave en/of convexe gietzijde.
23. Gietmal volgens ten minste conclusie 22, waarbij de 10 positioneringselementen op het eerste maldeel respectievelijk tweede maldeel op posities zijn voorzien waar in gebruik een relatief hoge sluitkracht is gewenst.
24. Gietmal volgens één der conclusies 20-23, waarbij de 15 positioneringsmiddelen zodanig zijn uitgevoerd dat de maldelen met een krachtgesloten losmaakbare verbinding aan elkaar worden bevestigd.
25. Gietmal volgens één der conclusies 20-24, waarbij de positioneringsmiddelen zodanig zijn uitgevoerd dat de maldelen met een 20 vormgesloten losmaakbare verbinding aan elkaar bevestigbaar zijn.
26. Gietmal volgens één van de conclusies 20-25, waarbij de positioneringsmiddelen op het maldeel met de concave gietzijde zijn ingericht als opneemelementen en de positioneringsmiddelen op het maldeel 25 met de convexe gietzijde zijn ingericht als zich van het maldeel uitstrekkende met de opneemelementen samenwerkende elementen.
27. Gietmal volgens één der conclusies 22-26, waarbij ten minste twee hoeken tussen de respectievelijke positioneringselementen van eenzelfde maldeel in een vlak door de positioneringselementen ongelijk zijn aan elkaar.
28. Gietmal volgens conclusie 27, waarbij de hoeken tussen de 5 positioneringselementen bij aanwezigheid van drie positioneringselementen een grootte hebben van respectievelijk in hoofdzaak 115 °, 115 ° en 130 °.
29. Gietmal volgens conclusie 27, waarbij alle hoeken tussen de positioneringselementen een verschillende grootte hebben, bijvoorbeeld bij 10 aanwezigheid van drie positioneringselementen respectievelijk in hoofdzaak 125°, 120° en 115 °.
30. Gietmal volgens één der conclusies 20-29, waarbij ten minste één van de maldelen aan een van de gietzijde afliggend oppervlak is voorzien 15 van een losneemorgaan dat is ingericht om één van de maldelen na het castmoulden van de contactlens van het andere maldeel te verwijderen.
31. Gietmal volgens één der conclusies, 20-29, waarbij ten minste één van de maldelen in gebruik na het castmoulden van het andere maldeel 20 verwijderbaar is met behulp van de positioneringselementen die zijn voorzien op ten minste één van de maldelen.
32. Gietmal volgens één der conclusies 20-31, waarbij ten minste één van de concave gietzijde en de convexe gietzijde is voorzien van een zich van 25 de concave en/of convexe gietzijde uitstrekkende omtreksrand, waarbij de omtreksrand de tegenoverliggende convexe respectievelijk concave gietzijde raakt wanneer de maldelen aan elkaar zijn bevestigd.
33. Inrichting voor het vervaardigen van contactlenzen, bij voorkeur 30 met een werkwijze volgens één van de conclusies 1-19, waarbij de inrichting is ingericht voor het in lijn vervaardigen van een eerste maldeel met een concave gietzijde en een tweede maldeel met een convexe gietzijde, waarbij de inrichting verder is ingericht voor het castmoulden van een contactlens in een tussen de maldelen gevormde contactlensvormholte, waarbij de 5 contactlensvormholte is gevormd door het positioneren van de twee maldelen ten opzichte van elkaar met behulp van ten minste op één van de maldelen voorziene positioneringsmiddelen en waarbij de inrichting is ingericht voor het verpakken van de contactlens in een een houder vormend maldeel. 10
34. Contactlensverpakking bij voorkeur vervaardigd met behulp van de werkwijze volgens één der conclusies 1-19, omvattende een een houder vormend maldeel waarin een contactlens is opgenomen die is gecastmould in een contactlensvormholte tussen het maldeel en een tweede maldeel, 15 waarbij de houder verder is voorzien van een afdichting, waarbij ten minste één van de maldelen is voorzien van positioneringsmiddelen voor het tijdens vervaardiging nauwkeurig positioneren van de maldelen ten opzichte van elkaar voor het vormen van de contactlensvormholte.
35. Contactlensverpakking volgens conclusie 34, waarbij de houder is gevormd door een maldeel met een in hoofdzaak concave gietzijde.
36. Contactlensverpakking volgens conclusie 34 of 35, waarbij de verpakking verder een hydratatievloeistof omvat, zoals bijvoorbeeld een 25 saline oplossing.
37. Contactlens bij voorkeur vervaardigd met behulp van een werkwijze volgens één van de conclusies 1-19, bij voorkeur met behulp van een inrichting volgens conclusie 33, bij voorkeur met gebruik van een gietmal volgens één van de conclusies 20-32, waarbij de contactlens een niet cirkelsymmetrische lens is, bijvoorbeeld een bifocale of multifocale lens. 1. o ö 9 0 5
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1033905A NL1033905C2 (nl) | 2007-05-29 | 2007-05-29 | Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van contactlenzen, gietmal voor gebruik in een dergelijke inrichting, contactlensverpakking en contactlens vervaardigd met een dergelijke werkwijze. |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1033905A NL1033905C2 (nl) | 2007-05-29 | 2007-05-29 | Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van contactlenzen, gietmal voor gebruik in een dergelijke inrichting, contactlensverpakking en contactlens vervaardigd met een dergelijke werkwijze. |
NL1033905 | 2007-05-29 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1033905C2 true NL1033905C2 (nl) | 2008-12-02 |
Family
ID=38875011
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1033905A NL1033905C2 (nl) | 2007-05-29 | 2007-05-29 | Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van contactlenzen, gietmal voor gebruik in een dergelijke inrichting, contactlensverpakking en contactlens vervaardigd met een dergelijke werkwijze. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL1033905C2 (nl) |
Cited By (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL2006921C2 (nl) * | 2011-06-09 | 2012-12-11 | Innovalens B V | Gietmal voor het vervaardigen van contactlenzen of intra-oculaire lenzen. |
WO2014038940A1 (en) | 2012-09-07 | 2014-03-13 | Innovalens B.V. | Method for manufacturing an optical insert for an injection mold for manufacturing an ophthalmic device |
Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0367513A2 (en) * | 1988-11-02 | 1990-05-09 | Btg International Limited | Contact lens cast moulding |
WO1996016780A2 (en) * | 1994-11-29 | 1996-06-06 | Allergan, Inc. | Cast molding of intraocular lenses |
WO1999036803A2 (en) * | 1998-01-16 | 1999-07-22 | Bausch & Lomb Incorporated | Toric axis alignment machine and method |
WO2000059713A1 (en) * | 1999-03-31 | 2000-10-12 | Novartis Ag | Mold for forming contact lenses |
-
2007
- 2007-05-29 NL NL1033905A patent/NL1033905C2/nl not_active IP Right Cessation
Patent Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0367513A2 (en) * | 1988-11-02 | 1990-05-09 | Btg International Limited | Contact lens cast moulding |
WO1996016780A2 (en) * | 1994-11-29 | 1996-06-06 | Allergan, Inc. | Cast molding of intraocular lenses |
WO1999036803A2 (en) * | 1998-01-16 | 1999-07-22 | Bausch & Lomb Incorporated | Toric axis alignment machine and method |
WO2000059713A1 (en) * | 1999-03-31 | 2000-10-12 | Novartis Ag | Mold for forming contact lenses |
Cited By (8)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NL2006921C2 (nl) * | 2011-06-09 | 2012-12-11 | Innovalens B V | Gietmal voor het vervaardigen van contactlenzen of intra-oculaire lenzen. |
WO2012169894A1 (en) | 2011-06-09 | 2012-12-13 | Innovalens B.V. | Cast mould and method for manufacturing contact or intraocular lenses |
CN103796820A (zh) * | 2011-06-09 | 2014-05-14 | 伊诺瓦伦斯有限公司 | 用于制造贴眼透镜或眼内透镜的铸模 |
CN103796820B (zh) * | 2011-06-09 | 2016-08-17 | 伊诺瓦伦斯有限公司 | 用于制造贴眼透镜或眼内透镜的铸模 |
US9919485B2 (en) | 2011-06-09 | 2018-03-20 | Innovalens B.V. | Cast mould and method for manufacturing contact or intraocular lenses |
KR101854494B1 (ko) * | 2011-06-09 | 2018-05-03 | 이노발렌스 비.브이. | 컨택트 렌즈 또는 안내 렌즈를 제조하는 성형 금형 및 방법 |
US10889036B2 (en) | 2011-06-09 | 2021-01-12 | Innovalens B.V. | Cast mould for manufacturing contact lenses or intraocular lenses |
WO2014038940A1 (en) | 2012-09-07 | 2014-03-13 | Innovalens B.V. | Method for manufacturing an optical insert for an injection mold for manufacturing an ophthalmic device |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
JP5903892B2 (ja) | 撮像レンズユニットの製造方法 | |
JP5804692B2 (ja) | プラスチック光学部材およびプラスチック光学部材の製造方法 | |
US8947795B2 (en) | Plastic optical element and method of manufacturing the same | |
TWI644775B (zh) | 用於形成眼科裝置的鑄造杯組件及用於形成鑄造杯組件之方法 | |
NL1033905C2 (nl) | Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van contactlenzen, gietmal voor gebruik in een dergelijke inrichting, contactlensverpakking en contactlens vervaardigd met een dergelijke werkwijze. | |
TWI432788B (zh) | 膜懸置光學元件與相關方法 | |
TW202127071A (zh) | 封裝的光導光學元件 | |
JP2014202906A (ja) | モールドレンズのレンズユニット構造とモールドレンズの成形型 | |
RU2663151C2 (ru) | Способ производства офтальмологической линзы, включающей в себя сверхтонкие оптические детали, и такая линза | |
EP3325258B1 (en) | Method and apparatus for manufacturing ophthalmic lenses | |
US5200010A (en) | Method for manufacturing lens array optical system | |
JPH11248963A (ja) | 光ファイバ及び光導波路素子の接続構造 | |
US10288907B2 (en) | Mould and process for manufacturing an ophthalmic lens equipped with an insert | |
JP2005510752A (ja) | ミラー、光学結像システム、およびそれらの使用 | |
US10254568B2 (en) | Process for manufacturing an ophthalmic lens equipped with an insert | |
JP7111569B2 (ja) | 光学素子、光学素子の製造方法および光学素子成形用金型 | |
TW201006648A (en) | Stacked lens, method of manufacturing the same and device for manufacturing the same | |
JP4281512B2 (ja) | 光学素子の製造方法 | |
JP2002258159A (ja) | 光学素子及び光学素子成形用の金型装置 | |
US7108809B2 (en) | Optical coupler replication arrangement and process | |
NL2009432C2 (nl) | Werkwijze voor het vervaardigen van een halffabrikaat bestemd voor het vormen van een ophthalmische inrichting. | |
CN116442055B (zh) | 一种楔形透镜的加工方法 | |
JPH0127401B2 (nl) | ||
JP6673765B2 (ja) | ファイバー一体型光学面付フェルールの製造方法およびファイバー一体型光学面付フェルール | |
JP2012234036A (ja) | 母型の製造方法、母型及び眼鏡レンズの製造方法 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
SD | Assignments of patents |
Effective date: 20120920 |
|
PD | Change of ownership |
Owner name: INNOVALENS B.V.; NL Free format text: DETAILS ASSIGNMENT: VERANDERING VAN EIGENAAR(S), OVERDRACHT; FORMER OWNER NAME: OPTICS INNOVATION GROUP B.V. Effective date: 20160706 |
|
MM | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20200601 |