NL1028038C2 - Printmodusselectiesystemen en -werkwijzen. - Google Patents

Printmodusselectiesystemen en -werkwijzen. Download PDF

Info

Publication number
NL1028038C2
NL1028038C2 NL1028038A NL1028038A NL1028038C2 NL 1028038 C2 NL1028038 C2 NL 1028038C2 NL 1028038 A NL1028038 A NL 1028038A NL 1028038 A NL1028038 A NL 1028038A NL 1028038 C2 NL1028038 C2 NL 1028038C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
user
print
print mode
mode selection
feedback
Prior art date
Application number
NL1028038A
Other languages
English (en)
Other versions
NL1028038A1 (nl
Inventor
Kenneth J Courian
James A Mott
James Kelley
Steven W Steinfield
Andre Garcia
Original Assignee
Hewlett Packard Development Co
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Hewlett Packard Development Co filed Critical Hewlett Packard Development Co
Publication of NL1028038A1 publication Critical patent/NL1028038A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1028038C2 publication Critical patent/NL1028038C2/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G06COMPUTING; CALCULATING OR COUNTING
    • G06KGRAPHICAL DATA READING; PRESENTATION OF DATA; RECORD CARRIERS; HANDLING RECORD CARRIERS
    • G06K15/00Arrangements for producing a permanent visual presentation of the output data, e.g. computer output printers
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B41PRINTING; LINING MACHINES; TYPEWRITERS; STAMPS
    • B41JTYPEWRITERS; SELECTIVE PRINTING MECHANISMS, i.e. MECHANISMS PRINTING OTHERWISE THAN FROM A FORME; CORRECTION OF TYPOGRAPHICAL ERRORS
    • B41J2/00Typewriters or selective printing mechanisms characterised by the printing or marking process for which they are designed
    • B41J2/005Typewriters or selective printing mechanisms characterised by the printing or marking process for which they are designed characterised by bringing liquid or particles selectively into contact with a printing material
    • B41J2/01Ink jet
    • B41J2/015Ink jet characterised by the jet generation process
    • B41J2/04Ink jet characterised by the jet generation process generating single droplets or particles on demand
    • B41J2/045Ink jet characterised by the jet generation process generating single droplets or particles on demand by pressure, e.g. electromechanical transducers
    • B41J2/04501Control methods or devices therefor, e.g. driver circuits, control circuits
    • B41J2/04551Control methods or devices therefor, e.g. driver circuits, control circuits using several operating modes
    • GPHYSICS
    • G06COMPUTING; CALCULATING OR COUNTING
    • G06FELECTRIC DIGITAL DATA PROCESSING
    • G06F3/00Input arrangements for transferring data to be processed into a form capable of being handled by the computer; Output arrangements for transferring data from processing unit to output unit, e.g. interface arrangements
    • G06F3/12Digital output to print unit, e.g. line printer, chain printer
    • G06F3/1201Dedicated interfaces to print systems
    • G06F3/1202Dedicated interfaces to print systems specifically adapted to achieve a particular effect
    • G06F3/1203Improving or facilitating administration, e.g. print management
    • G06F3/1205Improving or facilitating administration, e.g. print management resulting in increased flexibility in print job configuration, e.g. job settings, print requirements, job tickets
    • GPHYSICS
    • G06COMPUTING; CALCULATING OR COUNTING
    • G06FELECTRIC DIGITAL DATA PROCESSING
    • G06F3/00Input arrangements for transferring data to be processed into a form capable of being handled by the computer; Output arrangements for transferring data from processing unit to output unit, e.g. interface arrangements
    • G06F3/12Digital output to print unit, e.g. line printer, chain printer
    • G06F3/1201Dedicated interfaces to print systems
    • G06F3/1202Dedicated interfaces to print systems specifically adapted to achieve a particular effect
    • G06F3/1203Improving or facilitating administration, e.g. print management
    • G06F3/1207Improving or facilitating administration, e.g. print management resulting in the user being informed about print result after a job submission
    • GPHYSICS
    • G06COMPUTING; CALCULATING OR COUNTING
    • G06FELECTRIC DIGITAL DATA PROCESSING
    • G06F3/00Input arrangements for transferring data to be processed into a form capable of being handled by the computer; Output arrangements for transferring data from processing unit to output unit, e.g. interface arrangements
    • G06F3/12Digital output to print unit, e.g. line printer, chain printer
    • G06F3/1201Dedicated interfaces to print systems
    • G06F3/1223Dedicated interfaces to print systems specifically adapted to use a particular technique
    • G06F3/1237Print job management
    • G06F3/1253Configuration of print job parameters, e.g. using UI at the client
    • G06F3/1256User feedback, e.g. print preview, test print, proofing, pre-flight checks
    • GPHYSICS
    • G06COMPUTING; CALCULATING OR COUNTING
    • G06KGRAPHICAL DATA READING; PRESENTATION OF DATA; RECORD CARRIERS; HANDLING RECORD CARRIERS
    • G06K15/00Arrangements for producing a permanent visual presentation of the output data, e.g. computer output printers
    • G06K15/02Arrangements for producing a permanent visual presentation of the output data, e.g. computer output printers using printers
    • G06K15/18Conditioning data for presenting it to the physical printing elements
    • G06K15/1801Input data handling means
    • G06K15/1821Sending feedback on the reception process to the data source, e.g. indication of full buffer

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Theoretical Computer Science (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Human Computer Interaction (AREA)
  • Accessory Devices And Overall Control Thereof (AREA)
  • Record Information Processing For Printing (AREA)
  • Ink Jet (AREA)

Description

Korte aanduiding : Printmodusselectiesystemen en -werkwijzen
TECHNISCH GEBIED
De uitvinding heeft in het algemeen betrekking op 5 printers en werkwijzen voor het besturen van printers. Meer in het bijzonder heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het genereren van een beeldafdruk, omvattende het ontvangen van gebruikersinvoer behorende bij een printmodusselectie, het afbeelden van de printmodusselectie op één of meer parameterwaarden behorende 10 bij de printmodus en het verschaffen aan de gebruiker van terugkoppeling behorende bij de gevolgen van de printmodusselectie. Daarnaast heeft de uitvinding betrekking op een gebruikersinterfacecomponent voor het genereren van een beeldafdruk, omvattende middelen voor het ontvangen van gebruikersinvoer 15 behorende bij een printmodusselectie, middelen voor het afbeelden van de printmodusselectie op één of meer parameterwaarden behorende bij de printmodusselectie en middelen voor het verschaffen aan de gebruiker van terugkoppeling behorende bij de gevolgen van de pri ntmodusselecti e.
20 Een werkwijze voor het genereren van een beeldafdruk en een gebruikersinterfacecomponent voor het genereren van een beeldafdruk van de hierboven aangeduide soort zijn bekend uit de Amerikaanse octrooi publicatie US 2003/0095809. De bekende werkwijze voor het genereren van een beeldafdruk omvat het opstellen van een 25 lijst van een of meer waarderingsrelaties tussen de kwaliteit van een beeldafdruk en de door een gebruiker te vergoeden kosten voor een beeldafdruk met deze kwaliteit, het aan de gebruiker presenteren van de lijst van kwaliteit/kosten combinaties van te kiezen printmodi om een waarderingsrelatie tussen een door de gebruiker 30 gewenste kwaliteit en de voor een beeldafdruk met de gewenste 1028038- 2 kwaliteit te vergoeden kosten vast te stellen, het ontvangen van gebruikersinvoer behorende bij een printmodusselectie behorende bij de vastgestelde waarderingsrelatie voor de door de gebruiker gewenste kwaliteit van de beeldafdruk en het voortbrengen van de 5 beeldafdruk met de door de gebruiker gewenste kwaliteit onder toepassing van de geselecteerde printmodus.
De bekende gebruikersinterfacecomponent is voorzien van middelen, die zijn ingericht voor het uitvoeren van de aangeduide werkwijze voor het genereren van een beeldafdruk.
10 Printers, zoals laser- en inktjetprinters, worden typisch uitgerust of vooringesteld met een groep van printmodi. Deze printmodi zijn in het algemeen door de fabrikant gedefinieerd. Als zodanig zijn printergebruikers, in veel situaties, in het algemeen beperkt tot het gebruik van alleen door de fabrikant gedefinieerde 15 printmodi. Het behoeft geen betoog dat dit resulteert in een niet-flexibele situatie.
De uitvinding beoogt te voorzien in een werkwijze en een gebruikersinterfacecomponent voor het genereren van een beeldafdruk, waarbij het voor de gebruiker mogelijk is om een 20 printmodus te selecteren, die niet behoort tot de groep van printmodi, die als standaard is vooringesteld.
Daartoe verschaft de uitvinding een werkwijze voor het genereren van een beeldafdruk, omvattende het ontvangen van gebruikersinvoer behorende bij een printmodusselectie, het afbeelden 25 van de printmodusselectie op één of meer parameterwaarden behorende bij de printmodus en het verschaffen aan de gebruiker van terugkoppeling behorende bij de gevolgen van de printmodusselectie, met het kenmerk dat de stap voor het ontvangen van gebruikersinvoer behorende bij een printmodusselectie omvat het ontvangen van 30 gebuikersinvoer behorende bij een printmodus, die is geselecteerd 1.028038- 3 uit een continuüm van verschillende printmodi en de stap voor het verschaffen aan de gebruiker van terugkoppeling behorende bij de gevolgen van de printmodusselectie omvat het verschaffen aan de gebruiker van terugkoppeling behorende bij de gevolgen van de 5 printmodus, die is geselecteerd uit een continuüm van verschillende printmodi.
Daarnaast verschaft de uitvinding een gebruikersinterfacecomponent voor het genereren van een beeldafdruk, omvattende middelen voor het ontvangen van gebruikersinvoer behorende bij een printmodusselectie, 10 middelen voor het afbeelden van de printmodusselectie op één of meer parameterwaarden behorende bij de printmodusselectie en middelen voor het verschaffen aan de gebruiker van terugkoppeling behorende bij de gevolgen van de printmodusselectie, met het kenmerk, dat de middelen voor het ontvangen van gebruikersinvoer behorende bij een 15 printmodusselectie zijn voorzien van een inktdichtheidssturing, die is ingericht om het mogelijk te maken dat een gebruiker een hoeveelheid inkt selecteert die op een printmedium moet worden geplaatst en de middelen voor het verschaffen aan de gebruiker van terugkoppeling behorende bij de gevolgen van de printmodusselectie 20 zijn voorzien van een terugkoppel venster, dat is ingericht om een gebruiker te voorzien van terugkoppeling behorende bij een door de gebruiker gemaakte inktdichtheidsselectie.
Opgemerkt wordt dat de internationale octrooipublicatie WO 03/049021 een werkwijze en een gebruikersinterfacecomponent voor 25 het genereren van een beeldafdruk toont, waarbij de aan een printereenheid toe te voeren stromen beeldgegevens en printopdrachten worden bewerkt om het door de printeenheid af te drukken aantal druppels te verminderen teneinde een vermindering van het inktverbruik te bewerkstelligen; de gebruikersinterfacecomponent 30 is voorzien van een venster, waarbinnen een gewenste besparing van Ü028O38- 4 het inktverbruik onder toepassing van een grafische gebruikersinterface met een schuif wordt ingesteld, zonder de gebruiker te voorzien van terugkoppeling behorende bij de gevolgen van de voor het inktgebruik ingestelde besparing.
5
KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN
In de tekeningen worden steeds dezelfde verwijzingscijfers gebruikt, om te verwijzen naar dezelfde kenmerken en componenten.
10 Figuur 1 is een blokschema op hoog niveau van een printer die kan worden gebruikt voor het implementeren van één of meer uitvoeringsvormen.
Figuur 2 is een blokschema van een stuurcomputer die kan worden gebruikt voor het implementeren van één of meer 15 uitvoeringsvormen.
Figuur 3 is een blokschema van een voorbeeld- gebruikersinterfacecomponent overeenkomstig de uitvoeringsvorm.
Figuur 4 is een blokschema op hoog niveau van een stuurcomputer die de gebruikersinterfacecomponent van figuur 3 20 belichaamt, overeenkomstig een uitvoeringsvorm.
Figuur 5 is een blokschema op hoog niveau van een printer die de gebruikersinterfacecomponent van figuur 3 belichaamt, overeenkomstige een uitvoeringsvorm.
Figuur 6 is een schema van een 25 voorbeeldgebruikersinterface overeenkomstig een uitvoeringsvorm.
Figuur 7 is een stroomschema dat stappen beschrijft in een werkwijze overeenkomstig een uitvoeringsvorm.
Figuur 8 is een blokschema van een voorbeeld gebrui kersinterface overeenkomstig een uitvoeringsvorm.
30 Figuur 9 is een illustratie van een voorbeeld- flj02d038- 5 gebruikersvraag, gegenereerd door de gebruikersinterface van figuur 8, overeenkomstig een uitvoeringsvorm.
Figuur 10 is een illustratie van een voorbeeld- gebruikersvraag, gegenereerd door de gebruikersinterface van figuur 5 8, overeenkomstig een uitvoeringsvorm.
Figuur 11 is een blokschema van een voorbeeld- gebruikersinterface overeenkomstig een uitvoeringsvorm.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING
Overzi cht 10 Verschillende uitvoeringsvormen verschaffen printer- gebruikers, en in het bijzonder printereindgebruikers en operators, flexibiliteit voorzover het kunnen definiëren van hun eigen printmodi voor een betreffende printer. In sommige uitvoeringsvormen, wordt de gebruiker of operator voorzien van een 15 gebruikersinterface die het mogelijk maakt om een printmodus te definiëren en dan terugkoppeling te ontvangen die betrekking heeft op de printmodus die is gedefinieerd. In sommige uitvoeringsvormen, heeft de terugkoppeling die de gebruiker ontvangt betrekking op de gevolgen van de betreffende printmodus welke is gedefinieerd. Dit 20 zal duidelijker worden bij het lezen van de onderstaande beschrijvi ng.
Vooraf, hoewel het voorbeeld dat in dit document wordt gebruikt betrekking heeft op een inktjetprinter, zal worden ingezien en begrepen dat de verschillende hierin beschreven uitvoeringsvormen 25 kunnen worden toegepast in de context van elk ander type printer (bijvoorbeeld een laserprinter).
Printmodi in het algemeen
Een printmodus beïnvloedt typisch de wijze waarop een materiaal zoals inkt of toner op een printmedium zoals papier wordt 30 aangebracht. Verschillende parameters kunnen bijdragen aan hetgeen 1*02 803 8- 6 in het algemeen bekend is als een printmodus. In de context van een inktjetprinter, kunnen deze parameters zaken omvatten zoals, zonder beperking, aftastsnelheid, spuitmondselectie (ook "maskerselectie" genoemd) en het aantal doorgangen. Andere parameters kunnen eveneens 5 bijdragen aan hetgeen in het algemeen bekend is als een printmodus. Deze parameters kunnen omvatten, zonder beperking, druppels per beeldpunt en foutvermijding (hetgeen verwijst naar het vervangen van werkende spuitmonden door spuitmonden die defect zijn geraakt).
In sommige printers, kunnen door de gebruiker printmodi 10 worden gedefinieerd zoals aangegeven met "normaal", "concept" en "beste". Door het selecteren van een van deze modi, worden bepaalde parameters in de printer aangepast voor het produceren van een document overeenkomstig de selectie van de gebruiker. Een manier om over printmodi te denken is het beschouwen van een betreffende 15 printmodus als een compromis tussen printkwaliteit en doorvoersnelheid.
De selectie van de "beste" printmodus zal bijvoorbeeld typisch een document produceren dat van een in het algemeen hoge kwaliteit is, met een echter langzamere doorvoersnelheid dan een 20 document met mindere kwaliteit afgedrukt in de "concept"-modus.
Voorbeeldpri nti nri chti nqsui tvoeri nasvorm
Figuur 1 is een blokschema dat voorbeeldcomponenten toont van een printinrichting in de vorm van een printer 100 die kan worden gebruikt overeenkomstig één of meer van de onderstaand 25 beschreven uitvoeringsvormen.
Hoewel figuur 1 een specifiek type printinrichting illustreert, dient te worden begrepen dat ander printinrichtingen kunnen worden toegepast zonder af te wijken van de geest en omvang van het onderwerp van de conclusies. Bovendien zal de term "printer” 30 of "printinrichting" zoals in dit document gebruikt begrepen worden 1028030·; 7 multifunctionele inrichtingen te omvatten die, in aanvulling op het printen, aanvullende functies uitvoeren. Dergelijke aanvullende functies kunnen, zonder beperking, één of meer van de volgende omvatten: faxen, kopiëren, aftasten ("scannen") en dergelijke. In 5 sommige uitvoeringsvormen kan de printinrichting een type omvatten dat wordt gebruikt in commerciële context- zoals een zogeheten grootformaatprinter. Grootformaatprinters zijn typisch printers die iets groter zijn dan typische bureauprinters en die kunnen worden ingericht voor het printen op, op een rol gevoerde media.
10 De printer 100 omvat een processor 102 en ten minste één door een computer leesbaar medium. In dit voorbeeld, kan het computerleesbare medium een elektrisch wisbaar programmeerbaar alleen-leesgeheugen ("electrically erasable programmable read only memory") (EEPROM) 104 en een willekeurig toegankelijk geheugen 15 ("random access memory") (RAM) 106 omvatten. Het computerleesbare medium kan voorts een harde schijf 108 omvatten. De processor 102 verwerkt verschillende instructies voor het besturen van de printer 100 en communiceert met andere inrichtingen.
De processor 102 kan een printerstuurorgaan of 20 formatteerorgaan omvatten. Tot taak van een printerstuurorgaan of formatteerorgaan behoort het aannemen van data behorende bij een printopdracht van een gebruiker en om deze te verwerken om data te verschaffen die worden gebruikt voor het besturen van de printer. In een inktjetprinter, kan bijvoorbeeld een stuurorgaan data opnemen 25 horende bij een printopdracht en deze omzetten in rasterdata die kunnen worden gebruikt voor het aansturen van pennen van een printpatroon. In een laserprinter, kan een formatteerorgaan data opnemen behorende bij een printopdracht en deze omzetten in rasterdata die dan worden gebruikt voor het modelleren van een laser 30 tijdens het printen van de printopdracht.
1028038- 8
Het EEPROM 104, het RAM 106 en/of de harde schijf 108 kunnen verschillende soorten informatie opslaan zoals configuratie-informatie, lettertype, sjablonen, te printen data en menustructuur-informatie.
5 Bovendien, hoewel niet getoond in figuur 1, kan een betreffende printer ook een ROM (niet-wisbaar) omvatten, in plaats van of in aanvulling op het EEPROM 104. Voorts kan een printer bij wijze van alternatief een "flash"-geheugeninrichting omvatten in plaats van of in aanvulling op het EEPROM 104.
10 De printer 100 kan ook een harde schijf 110, een netwerkinterface 112 en een seriële/parallelle interface 114 omvatten. De harde schijf 110 verschaft aanvullende opslag voor af te drukken data of andere door de printer 100 gebruikte informatie. Hoewel zowel het RAM 106 als de harde schijf 110 in figuur 1 zijn 15 geïllustreerd, kan een betreffende printer ofwel het RAM 106 of de harde schijf 110 bevatten, afhankelijk van de opslageisen van de printer. Een goedkope printer kan bijvoorbeeld een kleine hoeveelheid RAM 106 bevatten en geen harde schijf 110, voor het hierdoor reduceren van de vervaardig!ngskosten van de printer. De 20 netwerkinterface 112 verschaft een verbinding tussen de printer 100 en een datacommunciatienetwerk. De netwerkinterface 112 maakt het mogelijk om inrichtingen met een gemeenschappelijk datacommunicatienetwerk te koppelen voor het via het netwerk naar de printer 100 sturen van printopdrachten, menudata en andere informatie. De 25 netwerkinterface kan de vorm hebben van een netwerkserver en, meer in het bijzonder, een Webserver. Als netwerkserver of Webserver kan de netwerkinterface het voor een gebruiker mogelijk maken om toegang te krijgen tot de printer onder toepassing van standaard netwerkprotocollen. Als Webserver kan de netwerkinterface 30 bijvoorbeeld tweewegscommunicatie met één of meer cliënten mogelijk 1028038- 9 maken via standaard netwerkprotocollen zoals TCP/IP.
De seriële/parallelle interface 114 kan ook een direct datacommunicatiepad tussen de printer 110 en een andere inrichting, zoals een werkstation, server of andere rekeninrichting verschaffen.
5 Hoewel de in figuur 1 getoonde printer 100 twee interfaces heeft (netwerkinterface 112 en seriële/parallelle interface 114) kan een bereffende printer slechts een interface bevatten.
De printer 100 omvat ook een printeenheid 116 die een printmachine kan omvatten. Als zodanig kan de printeenheid 116 10 mechanismen omvatten die ingericht zijn voor het selectief toedienen van vloeistof of inkt (bijvoorbeeld vloeibare inkt, droge toner, vloeibare toner, etc.) aan een printmedium (bijvoorbeeld papier, kunststof, weefsel, etc.) overeenkomstig printdata in een printopdracht.
15 De printeenheid 106 kan dus bijvoorbeeld een gebruikelijk laserprintmechanisme of printmachine omvatten, die het selectief aanbrengen van toner op een tussengelegen oppervlak of drum of riem bewerkstelligt. Het tussengelegen oppervlak kan dan dicht in de nabijheid van een printmedium worden gebracht op een 20 wijze die bewerkstelligt dat de toner op gecontroleerde wijze aan het printmedium wordt overgedragen. De toner op het printmedium kan dan permanent op het printmedium worden aangebracht, bijvoorbeeld door het selectief aan de toner toedienen van thermische energie.
De printeenheid 106 kan ook een inktjetprintereenheid 25 of printmachine omvatten die gebruik maakt van de principes van inktjetprinten. Deskundigen zullen inzien dat er verschillende soorten printeenheden of printmachines beschikbaar zijn en dat voor het doel van de onderhavige uitvinding de printeenheid 116 elk van deze verschillende types kan omvatten.
30 De printer 100 kan ook een 1028038- 10 gebruikersinterface/menubrowser 118 en een weergeefpaneel 120 omvatten. De gebruikersinter-face/menubrowser 118 maakt het mogelijk dat de gebruiker van de printer kan navigeren naar de menustructuur van de printer. De gebruikersinterface 118 kan een reeks knoppen, 5 schakelaars of andere indicatoren zijn, die door de gebruiker van de printer kunnen worden gehanteerd. Het weergeefpaneel 120 is een grafisch paneel dat informatie verschaft met betrekking tot de status van de printer en de momentane, door de menustructuur beschikbare opties.
10 In verschillende onderstaand beschreven uitvoeringsvormen, kunnen de gebruikersinterface 118 en het weergeefpaneel 120 worden ingericht om het mogelijk te maken dat de gebruiker selecties kan plegen met betrekking tot het selecteren van een printmodus en terugkoppeling ontvangt die betrekking heeft op de 15 printmodus welke is geselecteerd. Dit zal onderstaand meer duidelijk worden.
De geïllustreerde printer kan en typisch omvat software welke een looptijdomgeving verschaft waarin softwaretoepassingen of "applets" kunnen lopen of uitgevoerd worden. De looptijdomgeving kan 20 de uitbreidingsmogelijkheden van de printer faciliteren door verschillende interfaces mogelijk te maken die kunnen worden gedefinieerd om, op hun beurt, het mogelijk te maken dat de toepassingen of "applets" op een meer robuuste wijze met de printer samenwerken.
25 Begrepen zal worden dat de hierin beschreven technieken en werkwijzen alle vormen van computerleesbare media kunnen omvatten indien dergelijke media instructies omvatten die, indien uitgevoerd door een processor of computer, de technieken en werkwijzen implementeren.
30 Stuurcomputer 1028038- 11
Figuur 2 is een blokschema, dat voorbeeldcomponenten toont van een voorbeeldstuurcomputer 200 die in samenwerking met de printer van figuur 1 kan worden gebruikt. De computer 200 omvat een processor 202, een geheugen 204 (zoals ROM en RAM), 5 gebruikersinvoerinrichtingen 206, een harde schijf 208, interfaces 210 voor het invoeren en uitvoeren van data, een "floppy disk"-aandrijving 212 en een CD-ROM-aandrijving 214.
De processor 202 kan onder de invloed van software zoals een besturingssysteem verschillende instructies uitvoeren en 10 verschillende toepassingen, voor het sturen van de werking van de computer 200. Het geheugen 204, de harde schijf 208 en de "floppy disk"-aandrijving 212, de CD-ROM-aandrijving 214 en een harde schijf 216 kunnen data-opslagmechanismen verschaffen. De gebruikersinvoerinrichting 206 omvat een toetsenbord, muis, 15 aanwijsinrichting of ander mechanisme voor het toevoeren van informatie aan de computer 200. De interfaces 210 verschaffen een mechanisme voor de computer 200 om met andere inrichtingen te communiceren. In ten minste één uitvoeringsvorm, omvat de stuurcomputer software die het voor de gebruiker mogelijk maakt om 20 zijn eigen printmodi te definiëren en terugkoppeling te ontvangen met betrekking tot de printmodus welke is gedefinieerd, op in hoofdzaak dezelfde wijze zoals boven beschreven in samenhang met de printer van figuur 1.
Voorbeelduitvoerinasvorm 25 Figuur 3 illustreert een voorbeeld van een gebruikersinterfacecomponent 300 overeenkomstig een uitvoeringsvorm. De gebruikersinterface kan in elke geschikte hardware, software, firmware of combinatie daarvan zijn geïmplementeerd. In een uitvoeringsvorm omvat de gebruikers-interfacecomponent 300 een 30 printmodusselectiecomponent 302 en een 1028038- 12 gebruikersterugkoppelcomponent 304.
In een uitvoeringsvorm is de printmodusselectiecomponent 302 ingericht om het mogelijk te maken dat de gebruiker een printselectie kan maken welke de printkwaliteit 5 en doorvoersnelheid van een printer beïnvloedt. In tenminste bepaalde uitvoeringsvormen, selecteert de selectie van de door de gebruiker via de printmodusselectiecomponent gemaakte printmodus, een printmodus die voor de betreffende printer niet vooraf door de fabrikant van de printer of een andere entiteit is gedefinieerd. In 10 deze uitvoeringsvorm kan de gebruiker dus effectief zijn of haar eigen printmodus definiëren. In een typisch scenario, wanneer de gebruiker een betreffende printmodus selecteert onder toepassing van de printmodusselectiecomponent 302, past de printer afzonderlijke parameters aan die behoren bij de door de gebruiker geselecteerde 15 printmodus. Deze parameters kunnen zaken omvatten zoals aftastsnelheid, printmasker (dat wil zeggen de combinatie van spuitmond die moeten worden gebruikt voor het printen van de opdracht van de gebruiker), de spuitmondstuk-activeringsfrequentie, resolutie, druppels per beeldpunt en dergelijke.
20 In sommige uitvoeringsvormen kan de printmodus selectiecomponent 302 worden geïmplementeerd als een harde sturing waarop de gebruiker fysiek toegrijpt, zoals een knop of schakelaar. Als alternatief of aanvullend, kan de printmodusselectiecomponent 302 worden geïmplementeerd als een zachte besturing, zoals een 25 grafische gebruikersinterface ("graphical user interface") (GUI) zoals een schuif of bedienbare knop.
In een uitvoeringsvorm, verschaft de gebruikersterugkoppel component 304 terugkoppeling aan de gebruiker die betrekking heeft op de betreffende printmodus welke is geselecteerd. 30 Deze terugkoppeling kan zaken omvatten zoals specifieke 1028038- 13 parameterwaarden behorende bij de geselecteerde printmodus, geschatte printtijd als functie van geselecteerde printmodus, en dergelijke.
Een specifiek voorbeeld van een gebruikersinterface is 5 onderstaand in figuur 6 verschaft.
De gebruikersinterfacecomponent 300 kan op elke geschikte locatie in een systeem zijn uitgevoerd die een printer en/of een stuurcomputer omvat zoals die welke boven zijn beschreven. De gebruikersinterface 300 kan bijvoorbeeld belichaamd zijn door en 10 opgenomen zijn in een stuurcomputersysteem zoals dat in figuur 4 met 400 is getoond. In deze uitvoeringsvorm, kan de gebruikersinterfacecomponent 300, maar niet noodzakelijk, deel uitmaken van de besturingssoftware van een printer. In dit voorbeeld kan de gebruikersinterfacecomponent 300 belichaamd zijn als een 15 zachte sturing in de vorm van een GUI.
Als alternatief of aanvullend kan de gebruikersinterface- component 300 belichaamd zijn en opgenomen in de printer, zoals die welke in figuur 5 met 500 is getoond. In deze uitvoeringsvorm, kan de gebruikersinterface belichaamd zijn als een 20 harde sturing of een zachte sturing. In de beschreven uitvoeringsvormen, is een harde sturing een fysieke sturing, zoals een knop of schakelaar, waarop een gebruiker fysiek toegrijpt. Een zachte sturing is een sturing welke typisch door software wordt verschaft en wordt gehanteerd door een gebruikersinvoerinrichting 25 zoals een muis, toetsenbord of aanraakscherm.
Voorbeeldoebrui kersinterface
Figuur 6 toont een voorbeeldgebruikersinterface overeenkomstig een uitvoeringsvorm welke als geheel met 600 is aangeduid. In dit betreffend voorbeeld omvat de gebruikersinterface 30 600 een middel 602 om het mogelijk te maken dat de gebruiker een 1028038- 14 selectie kan maken uit een aantal printsnelheden. In dit betreffende voorbeeld omvatten de selectiemiddelen 602 een schuifschakelaar die de gebruiker kan positioneren tussen een langzaamste printsnelheid (corresponderend met de hoogste kwaliteitmodus) en een snelste 5 printsnelheid corresponderend met een concept-achtige modus). Bovendien verschaffen, in dit voorbeeld, terugkoppel verschaffingsmiddelen 604 terugkoppeling aan de gebruiker die betrekking heeft op de printsnelheidselectie. In dit voorbeeld zijn de terugkoppelverschaffingsmiddelen belichaamd als een venster 10 (ofwel een zacht of een hard venster) waarbinnen informatie voor de gebruiker wordt weergegeven. Informatie met betrekking tot de printkwaliteit behorende bij de snel heidselectie van de gebruiker (dat wil zeggen "concept"), de printsnelheid (20 pagina's per minuut) en de levensduur van de printkop ("X maanden") worden 15 zodanig aan de gebruiker weergegeven, dat deze dit kan zien en de consequenties van zijn beslissing kan beoordelen.
In dit specifieke voorbeeld kan aan de gebruiker een aantal van in potentieel honderden verschillende printmodi worden verschaft waaruit kan worden geselecteerd. In een situatie waarin 20 een gebruiker bijvoorbeeld print op een medium dat niet door de fabrikant van de printer is gekwalificeerd, kan de gebruiker middels experimenteren proberen om de beste schuifselectie voor dit betreffend medium te vinden. De gebruiker kan dan de beste schuifselectie opslaan als een door de gebruiker gedefinieerde 25 printmodus voor een betreffend bijbehorend type medium. In dit voorbeeld kan de gebruiker flexibel een printmodus selecteren welke voor hem het meest voldoet, zonder beperkt te zijn tot alleen die printmodi die vooraf door de fabrikant of een andere entiteit zijn geselecteerd.
30 In dit voorbeeld kan de software welke wordt uitgevoerd 1028038- 15 als deel van de gebruikersinterfacecomponent de invoer van de gebruiker verwerken om te interpoleren of anderszins parameterwaarden voor de door de gebruiker geselecteerde printmodus te berekenen.
5 Bijvoorbeeld langs het continuüm van figuur 6 bestaan, op verschillende bekende locaties, bijvoorbeeld vooraf gedefinieerde printmodi met bekende parameterwaarden. Wanneer een gebruiker een schuifpositie tussen twee bekende printmodusinstellingen selecteert, kan door ofwel de printer of de stuurcomputer uitgevoerde software 10 de invoer van de gebruiker algoritmisch interpreteren of afbeelden om te komen tot een groep parameterwaarden die samenvallen met de selectie van de gebruiker. De software kan bijvoorbeeld parameterwaarden lineair interpoleren voor parameters zoals aftastsnelheid, afvuurfrequentie, punten per inch en dergelijke.
15 Beschouw bij wijze van voorbeeld het navolgende inktjet-scenario. Zoals boven opgemerkt kan een zogeheten foutenverbergparameter bijdragen aan datgene dat beschouwd wordt als een printmodus. Meer in het bijzonder, foutverberging refereert aan het vervangen van werkende spuitmonden voor spuitmonden die defect 20 zijn geraakt. Wanneer een gebruiker beslist om een hogere doorvoersnelheid te kiezen door de printsnelheid te verhogen zoals in het voorbeeld van figuur 6, of ervoor kiest om de printdichtheid te verhogen om meer inkt op een gegeven beeldpuntlocatie aan te brengen, kan de bijbehorende software het redundantieniveau 25 berekenen dat op basis van de afvuurfrequentie voor het systeem beschikbaar is. Typisch is een bepaalde doorvoersnelheid voor een bepaald printkwaliteitsniveau beschikbaar wanneer het totale aantal spuitmonden verdeeld is over taken op basis van de redundantie van het systeem. Wanneer de beschikbaarheid van redundante spuitmonden 30 afneemt bij een hogere doorvoersnelheidseis, dat wil zeggen het 1028038' 16 afvuren van een andere spuitmond op een gegeven beeldpuntlocatie maakt het mogelijk om beide spuitmonden te laten werken op een lagere afvuurfrequentie terwijl de totale doorvoersnelheid kan toenemen, of wanneer de beschikbare redundante spuitmonden afnemen 5 vanwege een toename in de inktdichtheid, zal het printkwaliteitsniveau een reductie aangeven omdat sommige van de gebruikte spuitmonden voor foutieve en ontbrekende spuitmonden zullen worden gebruikt om de verhoogde doorvoersnelheid en/of inktdichtheid te bewerkstelligen.
10 Eén van de dingen die de software dan effectief kan doen in dit voorbeeld is het analyseren van de keuzes van de gebruiker wanneer deze keuzes foutverberging omvatten. Wanneer een gebruiker bijvoorbeeld kiest om de doorvoersnelheid en/of de inktdichtheid te verhogen, kunnen deze keuzes de mogelijkheid van 15 printfoutverberging beïnvloeden. De verminderde capaciteit van de printer om fouten te verbergen kan op zijn beurt de printkwaliteit van het uiteindelijk afgedrukte product beïnvloeden. De software kan dan aan de gebruiker, via een gebruikers-interface, een te verwachten verandering in de printkwaliteit, de penlevensduur en 20 dergelijke signaleren. In het bijzonder kan de software de eisen voor doorvoersnelheid en inktdichtheid wegen met de ingestelde systeemeisen (bijvoorbeeld het totale aantal spuitmonden in het systeem, spuitmonden per inch, maximale afvuurfrequentie van een spuitmond en dergelijke). De software signaleert dan op het display 25 van de gebruiker de te verwachten verandering in de kwaliteit van het uitgangsresultaat (bijvoorbeeld schakelen van 600 dpi naar 300 dpi uitgang). Typisch kan er een aantal schakelpunten zijn, gebaseerd op de ingestelde systeembeperkingen en de invoer van de gebruiker als zodanig beïnvloedt de doorvoersnelheid en de 30 inktdichtheid. De software kan compromissen sluiten totdat harde |j028038' 17 stoppunten van het systeem zijn bereikt.
Figuur 7 is een stroomschema dat stappen beschrijft in een werkwijze overeenkomstig een uitvoeringsvorm. De werkwijze kan worden geïmplementeerd onder toepassing van elke geschikte hardware, 5 software, firmware of combinaties daarvan. In een uitvoeringsvorm, kan de werkwijze worden geïmplementeerd door software die wordt uitgevoerd op één of meer zoals een printer of een met een printer verbonden stuurcomputer.
Stap 700 ontvangt invoer van de gebruiker behorende bij 10 een printmodusselectie. Deze stap kan op een aantal verschillende manieren worden geïmplementeerd. Een printer kan bijvoorbeeld voorzien zijn van een harde gebruikersinterface (zoals een knop of schakelaar) of een zachte gebruikersinterface via welke een gebruiker zijn keuze kan invoeren. In het voorbeeld van figuur 6 15 omvat de gebruikersinterface een zachte schuif welke aangrijpbaar is voor een keuze langs een continuüm. Als alternatief of in aanvulling daarop kan een stuurcomputer voorzien zijn van een zachte interface via welke een gebruiker zijn invoer kan verschaffen. Stap 702 beeldt een printmodusselectie af op bij de printmodus behorende 20 parameterwaarden. Wanneer een gebruiker bijvoorbeeld een printmodus selecteert die vooraf op de printer is ingesteld, kan de printer standaard gaan naar parameterwaarden behorende bij de vooraf ingestelde printmodus. Anderzijds, wanneer een gebruiker een keuze maakt welke niet samenvalt met een vooraf ingestelde printmodus, kan 25 de software de invoer van de gebruiker afbeelden op geschikte parameterwaarden voor gebruik in het afdrukken van taken van de gebruiker. Afbeelding kan plaatsvinden onder toepassing van alle geschikte technieken of benaderingen. Een benadering is het lineair interpoleren tussen bekende printmodusparameterwaarden. Er kunnen 30 echter ook andere benaderingen worden gebruikt zonder af te wijken 1028038- 18 van de geest en omvang van de geconcludeerde materie.
Stap 704 voorziet de gebruiker van terugkoppeling behorende bij zijn printmodusselectie. Elke geschikte terugkoppeling kan worden verschaft, waarvan boven en onder voorbeelden zijn 5 gegeven. Stap 706 beïnvloedt dan het afdrukken onder toepassing van de geselecteerde printmodus.
Implementatievoorbeeld onder toepassing van een orootformaatpri nter
In het voorbeeld dat volgt, wordt een implementatie van 10 verschillende boven besproken concepten alsmede andere concepten verschaft in de context van een zogeheten grootformaatprinter. Grootformaatprinters worden typisch gebruikt in commerciële toepassingen, zoals door de deskundigen zal worden ingezien. Er dient te worden ingezien en te worden begrepen dat de in dit 15 voorbeeld beschreven concepten niet enkel en alleen tot grootformaatprinters zijn beperkt. De verschillende concepten kunnen daarentegen in contexten anders dan grootformaatcontexten worden toegepast.
In de grootformaat printcontext, bedienen printdiensten 20 verschaffers een divers aantal cliënten, omvattende artiesten, zakelijke toepassingen en het algemene publiek. Het is gewenst om een grootformaatprinter te hebben die het tamelijk flexibel mogelijk maakt dat de printdienstenverschaffer zijn diensten maximaliseert over een veelheid van toepassingen en media. Printerfabri kanten 25 hebben in het algemeen weinig controle over het op hun machines gemaakte soort afdrukken of het soort media dat wordt gebruikt. De in het navolgende te beschrijven uitvoeringsvorm omvat een intuïtieve werkwijze/systeem voor het controleren van een grotere selectie aan printmodi en verschaft terugkoppeling aan de gebruiker 30 omtrent deze printmodi.
ID28038- 19
Figuur 8 toont een voorbeeldgebruikersinterface overeenkomstig een uitvoeringsvorm in het algemeen met 800 aangeduid. In dit betreffend voorbeeld omvat de gebruikersinterface een deel van het voorpaneel van een printer. De gebruikersinterface 5 maakt het voor een gebruiker mogelijk om uit een groot aantal printmodi te kiezen en wordt voorzien van terugkoppeling die betrekking heeft op zijn keuzes, zoals onderstaand duidelijk zal worden.
Overeenkomstig de geïllustreerde en beschreven 10 uitvoeringsvorm, omvat een gebruikersinterface 800 een inktdichtheids-sturing 802, een doorvoersnelheidsturing 804, een alternatieve printmodussturing 806, een kleur/monosturing 808 en een terugkoppel venster 810, waarvan elk onderstaand onder zijn eigen hoofdstuk wordt besproken. Een verandering in elk van de 15 geïllustreerde sturingen kan de printer bewerkstelligen om naar een andere printmodus te schakelen en informatie omtrent elke printmodus kan via het terugkoppel-venster 810 aan de gebruiker worden verschaft.
Inktdichtheidssturina 20 De inktdi chtheidssturing 802 maakt het voor de gebruiker mogelijk om de hoeveelheid inkt te sturen die op de media wordt aangebracht door te schakelen tussen families van printmodi die elk een verschillend aantal inktdruppels per beeldpunt aanbrengen. Een printmodus die bijvoorbeeld een 100% inktdichtheid 25 afgeeft, kan niet meer dan één inktdruppel per beeldpunt toestaan. Printen met een printmodus met een dichtheid van 200% laat een maximum van 2 druppels per beeldpunt toe van elke combinatie van printkoppen. Veel bestaande printmodi printen met een dichtheid van 200% omdat ware secundaire kleuren op een enkele beeldpuntlocatie 30 kunnen worden opgewekt door druppels van twee verschillende primaire 4.028038- 20 kleuren te mengen. Inktdruppels van cyaan en magenta afgevuurd op dezelfde beeldpuntlocaties mengen op het oppervlak van de media voor het bijvoorbeeld maken van blauw. Een printmodus met een dichtheid van 800%, met acht inktdruppels per beeldpunt, maakt het mogelijk 5 dat een gebruiker kan printen op zeer absorberende media, zoals doek, om een voldoende inktbedekking te bewerkstelligen. Een printmodus kan een beeldpunt meervoudig doteren met dezelfde inktkleur middels een aantal verschillende technieken. Twee technieken maken gebruik van meervoudige wagendoorlopen. De eerste 10 techniek werkt door het op dezelfde beeldpunten afdrukken tijdens meervoudige wagendoorlopen zonder het papier te bewegen. De tweede techniek doteert een beeldpunt meermaals door het afvuren van een andere spuitmond tijdens een andere wagendoorloop. Andere meerpunts doteringswerkwijzen omvatten het afvuren van spuitmonden met een 15 zeer hoge frequentie, zodat elke spuitmond verschillende inktdruppels op een enkel beeldpunt binnen dezelfde wagendoorloop aanbrengt.
Een aanvullend kenmerk van de inktdichtheidssturing 802, in deze uitvoeringsvorm, is een standaard instelling. De 20 standaard instelling selecteert een deelgroep van betreffende door Hewlett-Packard voor HP-media gekwalificeerde printmodi. In figuur 8 is de "000 Default Density (HP-media)" met de inktdichtheidssturing geselecteerd. Het terugkoppel venster 810 geeft dan het in de printer geladen type HP-media weer. In dit voorbeeld is "HP Heavy Coated 25 Media" geladen. Aanvullend, zoals aangegeven in het terugkoppel venster 810, voor dit betreffende soort media, is de standaard printdichtheid 200% in een 12-doorloops bi-directioneel printproces. Bovendien verschaft het terugkoppel venster terugkoppeling aan de gebruiker met betrekking tot de geschatte 30 printtijden behorende bij afdrukken van verschillende afmetingen, 1028038- 21 bijvoorbeeld zes minuten voor afdrukken met A-afmetingen, twaalf minuten voor afdrukken met B-afmetingen, enzovoorts.
De gekwalificeerde printmodi beperken de gebruiker effectief tot de standaard printdichtheden die op gewenste wijze 5 werken voor de, in de printer geladen soort HP-media. Wanneer de gebruiker een nieuwe rol media in de printer laadt, kan het terugkoppel venster 810 op interactieve wijze de gebruiker afvragen om er zeker van te zijn dat de printmodusinstel 1 ingen op het voorpaneel geschikt zijn, in het bijzonder wanneer HP-media zijn 10 geladen. Beschouw bij wijze van voorbeeld de figuren 9 en 10. In figuur 9 geeft het terugkoppelvenster 810 een gebruikersvraag weer, welke de gebruiker vraagt of deze HP-media heeft geladen. De gebruiker kan daar op antwoorden door het gebruik van de pijl- en selectietoetsen. In figuur 10 vraagt het terugkoppelvenster aan de 15 gebruiker om het soort HP-media te selecteren dat is geladen. Opnieuw kan de gebruiker antwoorden door het gebruik van de pijl- en selectie-toetsen.
Doorvoersnelhei dsturi ng
De doorvoersnelheidsturing 804 kan intuïtief de 20 printsnelheid weergeven en het kwaliteitscompromis voor elke printmodus. In dit voorbeeld zijn rond de omtrek van de geïllustreerde sturing verschillende knopen of ontwerpen die unieke printmodi - bijvoorbeeld "1" t/m "8" aangeven, geïllustreerd. Wanneer de specifieke toepassing (bijvoorbeeld HP-media) op de 25 inktdichtheidsturing is geselecteerd, zal de printmodusselectie rond de doorvoersnelheidsturing standaard gaan naar die welke door Hewlett-Packard zijn getest en gekwalificeerd voor het in de printer geladen soort HP-media. Merk op dat de voor HP-media gekwalificeerde printmodi zeer waarschijnlijk een deelgroep vormen van de gehele 30 printmodusportfolio en zullen bijgevolg op opeenvolgende AQ2S038' 22 doorvoersnelheidsturingsselectie dupliceren (bijvoorbeeld instellingen 1, 2 & 3 kunnen alle dezelfde snelle printmodus omvatten).
In dit betreffend voorbeeld vormt instelling 1 een 5 hoogste snelheid - laagste kwaliteit-instelling. Omgekeerd, vormt instelling 9 een laagste snelheid - hoogste kwaliteit-instelling. De instellingen tussen de instelling 1 en 9 vormen instellingen die in snelheid afnemen en in kwaliteit toenemen wanneer men van 1 naar 9 gaat. Uiteraard zijn andere afspraken mogelijk.
10 Alternatieve printmodussturina
De alternatieve printmodussturing 806 maakt het mogelijk dat een gebruiker voor een gegeven printmodus kan kiezen tussen twee of meer printmaskers. Zoals boven opgemerkt, bepaalt een printmasker typisch het patroon of de volgorde waarin beeldpunten 15 worden afgedrukt wanneer de printkop tijdens multi-doorloopprinten langs de media beweegt. Elke printkop heeft een uniek patroon van spuitmondtrajectoriefouten en wanneer dit patroon reageert met een betreffend printmasker, kan de interactie soms de beeldkwaliteit slechter maken dan wanneer een ander printmasker zou zijn gebruikt. 20 Voor een gegeven printmodus worden de inktdichtheid en de doorvoersnelheid in het algemeen niet beïnvloed door een verandering in het printmasker. De alternatieve printmodussturing maakt het voor een gebruiker mogelijk om het printmasker voor een applicatie te wijzigen wanneer de aanvankelijke printresultaten onbevredigend 25 zijn. Het voorbeeld in de figuur geeft slechts twee keuzes (A of B) maar ingezien en begrepen zal worden dat de alternatieve printmodussturing kan worden ingericht voor selectie uit meer dan twee printmaskers. Merk op dat met elke printmaskerselectie de gehele printmodusportfolio in afmeting zal verdubbelen.
30 Kleur/monosturing 1028038- 23
De kleur/monosturing 808 kan het voor een gebruiker mogelijk maken om tussen printmodi te selecteren onder toepassing van vier printkoppen (bijvoorbeeld KCMY) of een enkele printkop (alleen K) voor monochroom printen. Zoals door deskundigen zal 5 worden ingezien, kan zwart-witprinten tot stand worden gebracht door het ofwel toepassen van composiet KCMY-kleuren of door alleen zwart te gebruiken.
Teruqkoppelvenster
Het terugkoppel venster 810 kan worden gebruikt voor het 10 aan de gebruiker verschaffen van een veelheid aan terugkoppel informatie. Beschouw bij wijze van voorbeeld het navolgende. In dit betreffende voorbeeld verschaft het terugkoppel venster de volgende informatie omtrent een geselecteerde printmodus: de printmodusnaam, het aantal doorlopen, de richting van 15 printen (dat wil zeggen uni-directioneel of bi-directioneel), de maximale printdichtheid (maximum aantal druppels per beeldpunt) en de geschatte printtijd voor media van verschillende afmetingen. In sommige uitvoeringsvormen is een printmodusnaam een aaneenrijging van alle stuurkenmerkinstel1ingen en is ontworpen om de gebruiken te 20 helpen bij het herinneren van een bruikbare of favoriete instelling. In figuur 8 is de printmodus bijvoorbeeld geïdentificeerd als “000.8.B.Kleur voor "HP Heavy Coated Media". Het getal 000 identificeert dat de standaard inktdichtheid voor HP Heavy Coated Media zal worden gebruikt (voor deze media een inktdichtheid van 25 200%, overeenkomstig het terugkoppelvenster). Het cijfer 8 geeft het feit weer dat de doorvoersnelheid op de doorvoersnelheidssturing 804 op "8" is ingesteld. De letter “B" betekent dat de Alternatieve Printmodus B is geselecteerd en "Kleur" betekent dat alle vier de printkoppen (KCMY) tijdens het printen moeten worden gebruikt.
30 Figuur 11 geeft een gebruikersinterfacevoorbeeld, dit 1028038- 24 keer met bepaalde soorten niet-HP-media geladen in de printer. De printmodusnaam "200.4.A.Kleur" impliceert dat de gebruiker een printmodus met een dichtheid van 200% en een kwaliteitsniveau 4 (uit 9 in dit voorbeeld) heeft gekozen met printmodus alternatief "A" 5 volledig in kleur.
Samenvatting
Verschillende van de boven beschreven uitvoeringsvormen kunnen printergebruikers en in het bijzonder printereindgebruikers en bedieningspersonen voorzien van flexibiliteit voorzover het 10 definiëren van hun eigen printmodi voor een betreffende printer. In sommige uitvoeringsvormen wordt de gebruiker of bedieningspersoon voorzien van een gebruikersinterface die het mogelijk maakt dat men een printmodus kan definiëren en dan terugkoppeling ontvangt die betrekking heeft op de gedefinieerde printmodus. In sommige 15 uitvoeringsvormen heeft de terugkoppeling die de gebruiker ontvangt betrekking op de gevolgen van de betreffende printmodus die is gedefinieerd.
Hoewel de uitvinding is beschreven in woorden specifiek voor structurele kenmerken en/of werkwijzestappen, dient te worden 20 begrepen dat de in de bijgesloten conclusies gedefinieerde uitvinding niet noodzakelijkerwijs is beperkt tot de beschreven specifieke eigenschappen of stappen. De specifieke eigenschappen en stappen zijn daarentegen geopenbaard als voorkeursvormen voor het implementeren van de geconcludeerde uitvinding.
25 1028038- 25
Li.ist met verwiizinqsci.ifers 100 Printer 102 Processor
5 104 EEPROM
106 Willekeurig toegankelijk geheugen ("Random Access
Memory")(RAM) 108 Harde-schijfaandrijving 110 Schijfaandrijving 10 112 Netwerkinterface 114 Seriële/parallelle interface 116 Printeenheid 118 UI/Menubrowser 120 Weergeefpaneel 15 200 Stuurcomputer 202 Processor 204 Geheugen 206 Gebrui kersi nvoeri nri chti ngen 208 Schijfaandrijving 20 210 Interfaces 212 Floppy Disk-aandrijving 214 CD-ROM-aandrijving 300 Gebrui kersi nterfacecomponent 302 Pri ntmodusselectiecomponent 25 304 Gebruikersterugkoppelcomponent 400 Stuurcomputer 500 Printer 604 Terugkoppel venster 700 Ontvangen gebruikersinvoer behorende bij een 30 printmodusselectie 1028038- 26 702 Afbeelden printmodusselectie op parameterwaarden behorende bij een printmodus 704 Verschaffen gebruiker terugkoppeling behorende bij printmodusselectie 5 706 Uitvoeren printen onder toepassing van geselecteerde printmodus 10260303

Claims (10)

1. Werkwijze voor het genereren van een beeldafdruk, omvattende: 5 het ontvangen (700) van gebruikersinvoer behorende bij een printmodusselectie; het afbeelden (702) van de printmodusselectie op één of meer parameterwaarden behorende bij de printmodus; en het verschaffen (704) aan de gebruiker van 10 terugkoppeling behorende bij de gevolgen van de printmodusselectie, met het kenmerk, dat de stap voor het ontvangen van gebruikersinvoer behorende bij een printmodusselectie omvat het ontvangen van gebuikersinvoer behorende bij een printmodus, die is geselecteerd uit een continuüm van verschillende printmodi; en de stap voor het 15 verschaffen aan de gebruiker van terugkoppeling behorende bij de gevolgen van de printmodusselectie omvat het verschaffen aan de gebruiker van terugkoppeling behorende bij de gevolgen van de printmodus, die is geselecteerd uit een continuüm van verschillende printmodi.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarin de handeling van het ontvangen (700) wordt uitgevoerd onder toepassing van een harde gebrui kersinterface.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarin de handeling van het ontvangen (700) wordt uitgevoerd onder toepassing van een 25 zachte gebruikersinterface.
4. Werkwijze volgens conclusie 1, 2 of 3, waarin de handeling van het ontvangen (700) het ontvangen van gebruikersinvoer behorende bij inktdichtheid omvat.
5. Werkwijze volgens conclusie 1, 2, 3 of 4, waarin de 30 handeling van het ontvangen (700) het ontvangen van gebruikersinvoer 1028038- behorende bij doorvoersnelheid omvat.
6. Werkwijze volgens conclusie 1, 2, 3, 4, of 5, waarin de handeling van het verschaffen (704) wordt uitgevoerd door het aan de gebruiker verschaffen van terugkoppeling over printkwaliteit 5 behorende bij de printmodusselectie.
7. Werkwijze volgens conclusie 1, 2, 3, 4, 5 of 6, waarin de handeling van het verschaffen (704) wordt uitgevoerd door het aan de gebruiker verschaffen van terugkoppeling van één of meer parameterwaarden behorende bij de printmodusselectie.
8. Gebruikersinterfacecomponent (800) voor het genereren van een beeldafdruk omvattende: middelen voor het ontvangen van gebruikersinvoer behorende bij een printmodusselectie; middelen voor het afbeelden van de printmodusselectie 15 op één of meer parameterwaarden behorende bij de printmodusselectie; en middelen voor het verschaffen aan de gebruiker van terugkoppeling behorende bij de gevolgen van de printmodusselectie, met het kenmerk, dat de middelen voor het ontvangen van 20 gebruikersinvoer behorende bij een printmodusselectie zijn voorzien van een inktdichtheidssturing (802), die is ingericht om het mogelijk te maken dat een gebruiker een hoeveelheid inkt selecteert die op een printmedium moet worden geplaatst; en de middelen voor het verschaffen aan de gebruiker van 25 terugkoppeling behorende bij de gevolgen van de printmodusselectie zijn voorzien van een terugkoppel venster (810), dat is ingericht om een gebruiker te voorzien van terugkoppeling behorende bij een door de gebruiker gemaakte inktdichtheidsselectie.
9. Gebruikersinterfacecomponent volgens conclusie 8, 30 waarbij de middelen voor het ontvangen van gebruikersinvoer 1028038* behorende bij een printmodusselectie zijn voorzien van een doorvoersturing (804), die is ingericht om het mogelijk te maken dat een gebruiker een selectie kan maken tussen printsnelheid en kwaliteit en waarbij het terugkoppelvenster verder is ingericht om 5 een gebruiker te voorzien van terugkoppeling behorende bij een door de gebruiker gemaakte doorvoersnelheidselectie.
10. Printer (500) waarin de gebruikersinterfacecomponent volgens de conclusies 8 of 9 is belichaamd. 10 11028038-
NL1028038A 2004-01-16 2005-01-14 Printmodusselectiesystemen en -werkwijzen. NL1028038C2 (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US76003104 2004-01-16
US10/760,031 US20050156960A1 (en) 2004-01-16 2004-01-16 Printmode selection systems and methods

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL1028038A1 NL1028038A1 (nl) 2005-07-19
NL1028038C2 true NL1028038C2 (nl) 2006-01-31

Family

ID=34711815

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1028038A NL1028038C2 (nl) 2004-01-16 2005-01-14 Printmodusselectiesystemen en -werkwijzen.

Country Status (3)

Country Link
US (1) US20050156960A1 (nl)
FR (1) FR2865288A1 (nl)
NL (1) NL1028038C2 (nl)

Families Citing this family (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US8169659B2 (en) * 2004-02-17 2012-05-01 Xerox Corporation Systems and methods for reducing a trade-off between image quality and marking speed
US7455378B2 (en) * 2006-03-16 2008-11-25 Eastman Kodak Company Printer control system and method for changing print mask height
DE102008053178A1 (de) 2008-10-24 2010-05-12 Dürr Systems GmbH Beschichtungseinrichtung und zugehöriges Beschichtungsverfahren
JP6665537B2 (ja) * 2015-03-18 2020-03-13 株式会社リコー データ生成装置、データ生成方法及びプログラム
DE102016000390A1 (de) 2016-01-14 2017-07-20 Dürr Systems Ag Lochplatte mit vergrößertem Lochabstand in einem oder beiden Randbereichen einer Düsenreihe
DE102016000356A1 (de) 2016-01-14 2017-07-20 Dürr Systems Ag Lochplatte mit reduziertem Durchmesser in einem oder beiden Randbereichen einer Düsenreihe
CN109476158B (zh) 2016-10-25 2020-12-01 惠普发展公司,有限责任合伙企业 用于维持打印质量参数的打印机和方法

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20020135792A1 (en) * 2001-03-20 2002-09-26 Sommer Monique Gerardine Miranda Print queue managing method and printer
US20030095809A1 (en) * 2001-11-19 2003-05-22 Chet Butikofer Value based image quality
WO2003049021A1 (en) * 2001-12-04 2003-06-12 Strydent Software Inc Lowering the consumption of ink in computer printing

Family Cites Families (20)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5988784A (en) * 1992-11-12 1999-11-23 Canon Kabushiki Kaisha Method and apparatus for recording information with corrected drive timing
EP0665677B1 (en) * 1994-01-27 2001-12-19 Hewlett-Packard Company, A Delaware Corporation Printing system and method
EP0971309A3 (en) * 1994-01-27 2002-10-30 Hewlett-Packard Company, A Delaware Corporation Automatic optimization of hardcopy output
JPH0815929A (ja) * 1994-06-30 1996-01-19 Toshiba Corp 画像形成装置
US5727135A (en) * 1995-03-23 1998-03-10 Lexmark International, Inc. Multiple printer status information indication
US6327051B1 (en) * 1995-12-22 2001-12-04 Canon Kabushiki Kaisha Printing control apparatus and method
US6271926B1 (en) * 1996-10-10 2001-08-07 Xerox Corporation Printing system with print job programming capability
US6189993B1 (en) * 1997-03-31 2001-02-20 Xerox Corporation Ink jet printer having multiple level grayscale printing
US5751433A (en) * 1997-06-27 1998-05-12 Xerox Corporation Draft printing system
US6050674A (en) * 1997-07-28 2000-04-18 Canon Kabushiki Kaisha Multi-head printer with wide printing mode
JPH11216881A (ja) * 1997-10-30 1999-08-10 Xerox Corp プリンタドライバの生成方法及びプリンタドライバを用いたカラープリントシステム
JP2000242597A (ja) * 1999-02-18 2000-09-08 Canon Inc デバイス装置に対する出力設定を行う情報処理装置、情報処理方法及びプログラムを格納した記憶媒体
JP2000307865A (ja) * 1999-04-19 2000-11-02 Canon Inc 情報処理装置、記録装置、情報処理方法、および記録方法
US6381036B1 (en) * 1999-06-07 2002-04-30 Electronics For Imaging, Inc. Method for determining printer colorant levels
US6621590B1 (en) * 1999-10-29 2003-09-16 Hewlett-Packard Development Company, Lp. Method and control for summarizing distribution of page-specific features within a multi-page print job
US6498611B1 (en) * 2000-01-28 2002-12-24 Lexmark International, Inc. System and method for providing a virtual operator panel for a peripheral device
US7161696B2 (en) * 2000-07-31 2007-01-09 Canon Kabushiki Kaisha Information processing apparatus, print time informing method, and computer-readable memory medium storing program therein
US7018008B2 (en) * 2002-09-11 2006-03-28 Canon Kabushiki Kaisha Data processing apparatus, printing system, printing method, and computer-readable control program
US20040175218A1 (en) * 2003-03-05 2004-09-09 Katzer Lawrence John Method and apparatus for printing on flat and non-flat objects
US20050094193A1 (en) * 2003-11-04 2005-05-05 Sharp Laboratories Of America, Inc. Print driver system and method for print job notification

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20020135792A1 (en) * 2001-03-20 2002-09-26 Sommer Monique Gerardine Miranda Print queue managing method and printer
US20030095809A1 (en) * 2001-11-19 2003-05-22 Chet Butikofer Value based image quality
WO2003049021A1 (en) * 2001-12-04 2003-06-12 Strydent Software Inc Lowering the consumption of ink in computer printing

Also Published As

Publication number Publication date
US20050156960A1 (en) 2005-07-21
FR2865288A1 (fr) 2005-07-22
NL1028038A1 (nl) 2005-07-19

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1028038C2 (nl) Printmodusselectiesystemen en -werkwijzen.
US10708468B2 (en) Image processing method, image processing device and printing system utilizing different gradation tables in overlapping regions based on attribute and environmental information
US10445028B2 (en) Display device and control method
JP6930146B2 (ja) 画像処理装置、画像処理プログラム、及び、印刷装置
US20090125832A1 (en) Information Processing Program an Information Processing Apparatus
JP2004133938A (ja) プリントプレビューでの消耗品の利用可能性
JP5226723B2 (ja) 印刷装置、および、濃度補正方法
JP2004302653A (ja) 印刷設定提案システム及び印刷提案プログラム並びに印刷提案方法
US8376489B2 (en) Recovery print mode
US20100079772A1 (en) Image processing to reduce image printing time based on image dimension and print pass thresholds of print apparatus
JP7302335B2 (ja) 画像形成処理システム、画像濃度提示方法、プログラムおよび印刷物
JP5887794B2 (ja) ルックアップテーブル提供システム、ルックアップテーブル提供装置、ルックアップテーブル提供方法、及びルックアップテーブル提供プログラム
JP6156527B2 (ja) ルックアップテーブル提供装置、ルックアップテーブル提供方法、及びルックアップテーブル提供プログラム
JP2006272826A (ja) 印刷装置、印刷方法および印刷システム
JP2020157586A (ja) 画像処理装置、および、コンピュータプログラム
US12019929B2 (en) Methods and printing system using adaptive consumable estimation in printing operations
US11803721B2 (en) Methods and printing system using adaptive consumable estimation in printing operations
US7269371B2 (en) Imaging apparatus having interface device for print mode selection
US10248893B2 (en) Print control device for tracking printing information and method for performing the same
US11507790B2 (en) Printing method in which each of raster lines configuring line image is formed by plurality of pass operations, printing device that forms each of raster lines configuring line image by plurality of pass operations, and printing system
JP2020144548A (ja) 印刷システム
EP3882037B1 (en) Recording device and recording method
US20210402797A1 (en) Printing apparatus and printing method
JP2009098873A (ja) 印刷制御装置および印刷制御方法
JP2023158378A (ja) インク量表示装置、印刷方法、及び、プログラム

Legal Events

Date Code Title Description
AD1A A request for search or an international type search has been filed
RD2N Patents in respect of which a decision has been taken or a report has been made (novelty report)

Effective date: 20050927

PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20110801