NL1020532C2 - PatiÙntlift. - Google Patents

Description

Patiëntlift.

De uitvinding heeft betrekking op een patiëntlift. In het bijzonder heeft de uitvinding 5 betrekking op een patiëntlift voor het verplaatsen van een patiënt tussen een onderste stand en een geheven stand.

Tot op heden wordt voor het verzorgen van patiënten, in het bijzonder voor het verzorgen van verstandelijk gehandicapte patiënten die nog in staat zijn 10 om te kunnen lopen, nauwelijks gebruikt gemaakt van hulpmiddelen. Bijvoorbeeld, voor het verschonen van dit soort patiënten wordt veelal gebruik gemaakt van een methode waarbij de patiënt, enigszins voorovergebogen, aan een tafel staat en waarbij een verzorger die achter de 15 patiënt staat, deze verschoont (voorziet van een schone luier). Een probleem bij deze methode voor het verschonen van een patiënt is, dat de werkzaamheden door de verzorger in een gebukte houding uitgevoerd moeten worden.

Een doel van de uitvinding is een nieuw type 20 patiëntlift te bieden, dat als hulpmiddel gebruikt kan worden bij het verzorgen van patiënten.

4 flon r ο λ 2

Hiertoe voorziet de uitvinding in een patiëntlift omvattende een gestel voor het ondersteunen van een plateau voor het dragen van een patiënt, waarbij het plateau een leuning omvat waaraan de patiënt zich kan vasthouden en 5 waarbij het gestel verplaatsingsmiddelen omvat voor verplaatsen van het plateau en de leuning tussen een onderste stand en tenminste één geheven stand.

Hierdoor wordt de mogelijkheid geboden om op een ergonomisch verantwoorde manier de onderste helft van een 10 patiënt te verzorgen.

Bij voorkeur is de positie van de leuning ten opzichte van het plateau constant, tenminste gedurende het verplaatsen tussen de onderste stand en de tenminste één geheven stand. Hierdoor zal, tenminste gedurende het 15 verplaatsen tussen de onderste stand en de tenminste één geheven stand, de houding van de patiënt niet hoeven te veranderen, en kan de patiënt in een stabiele houding verplaatst worden, hetgeen gunstig is voor de veiligheid en het comfort van de patiënt.

20 De patiëntlift volgens de uitvinding kan, bijvoorbeeld, gebruikt worden voor het verschonen van verstandelijk gehandicapte patiënten die nog in staat zijn om te kunnen lopen. Voor het verschonen van dit soort patiënten, neemt de patiënt plaats op het plateau dat zich 25 in de onderste stand bevind. De patiënt staat, enigszins voorovergebogen, aan de leuning en kan zich hieraan vast houden. Vervolgens wordt het plateau naar de geheven stand verplaatst. In deze geheven stand kan de verzorger, die achter de patiënt staat, de patiënt verschonen zonder dat 30 hij daarvoor voortdurend een gebukte houding moet aannemen. Hierdoor wordt de ergonomie van de werksituatie verbeterd.

' V·' - __ 3

Voor bovengenoemd voorbeeld van het verschonen van een patiënt, is het verder voordelig dat de leuning is ingericht om ondersteuning te bieden voor de patiënt in staande houding. Dat wil zeggen dat de leuning hoog genoeg 5 is dat een patiënt die op het plateau staat, zich aan de leuning kan vast houden.

Bij voorkeur is de hoogte van de leuning ten opzichte van het plateau instelbaar. De hoogte van de leuning ten opzicht van het plateau kan dan op meerdere 10 hoogtes worden ingesteld, afhankelijk van de lengte van de patiënt. Op deze wijze kan de patiëntlift volgens de uitvinding zowel voor volwassen, als voor jeugdige patiënten gebruikt worden.

In een uitvoeringsvorm van de patiëntlift volgens 15 de uitvinding, omvat de patiëntlift een achterwaart gerichte toegangsopening voor de verzorging van de patiënt op de patiëntlift. Bij deze uitvoeringsvorm kan een verzorger die zich achter de patiëntlift bevindt de patiënt, die zich op de patiëntlift bevindt, verzorgen.

20 Bij voorkeur omvat het plateau een ruimte voor de patiënt welke binnen een afstand van een armlengte van de toegangsopening gelegen is. Hierdoor bevindt de patiënt zich binnen de reikwijdte van een verzorger die zich achter de patiëntlift bevindt en is de patiënt dus bereikbaar voor 25 verzorging. Bij voorkeur is deze afstand minder dan 0.5 meter, bij voorkeur minder dan 0.3 meter. Bij voorkeur ligt de toegangsopening nabij de rand van het plateau.

Bijvoorbeeld, indien de patiëntlift gebruikt wordt voor het verschonen van een patiënt, waarbij een 30 verzorger die achter de patiënt staat deze verschoont, moet de achterzijde van de patiënt die op de patiëntlift staat, 1 Π 9 n i; q 9 ;! - — --1 ·.> O £ 4 via de toegangsopening bereikbaar zijn voor de verzorger die achter de patiëntlift staat.

In een uitvoeringsvorm van de patiëntlift volgens de uitvinding is de hoogte van het plateau in de onderste 5 stand ten opzichte van de ondergrond waarop het gestel rust, minder dan 0.3 meter. Deze uitvoeringvorm voorziet erin dat patiënten, in het bijzonder gehandicapte patiënten die nog in staat zijn om te kunnen lopen, op een eenvoudige wijze op het plateau kan stappen.

10 In een verdere uitvoeringsvorm is de hoogte van het plateau in de ten minste één geheven stand, 0.2 tot 0.6 meter hoger, bij voorkeur 0.3 tot 0.5 meter hoger, dan de hoogte van het plateau in de onderste stand. De hoogte in de geheven stand is zodanig gekozen dat de verzorger, die 15 achter de patiëntlift staat en de patiënt verschoont, in een natuurlijke houding zijn werk kan verrichten. Om de patiëntlift eenvoudig inzetbaar te maken is het oppervlak van het plateau zo klein mogelijk, bij voorkeur zodanig groot dat het sta- dan wel zitruimte biedt. In een 20 uitvoeringsvorm zal het plateau rond zijn en een diameter hebben van ongeveer 60 cm.

In een uitvoeringsvorm van de patiëntlift volgens de uitvinding omvat de leuning een middel voor het insluiten van de patiënt. Het insluitmiddel houdt de 25 patiënt enigszins op zijn plaats op het plateau tijdens het vertikaal verplaatsen van het plateau en het verzorgen van de patiënt. Verstandelijk gehandicapte patiënten hebben soms de neiging om te bewegen, c.q. weg te lopen, op het A A -λ 5 moment dat een verzorger bezig is met het verzorgen van de patiënt in het algemeen, en het verschonen van de patiënt in het bijzonder. Het gebruikt van het insluitmiddel maakt het verzorgen van patiënten een stuk eenvoudiger voor de 5 verzorger en veiliger voor de patiënt die zich op de patiëntlift bevindt.

Bij voorkeur omvat het middel voor het insluiten van de patiënt een beugel die in een gesloten stand, samen met de leuning een ruimte voor de patiënt omsluit en die in 10 een geopende stand een toegang voor de patiënt naar de ruimte biedt. Door de beugel wordt de bewegingsruimte van de patiënt ingeperkt en kan voorkomen worden dat de patiënt van het plateau stapt. Bij voorkeur is de beugel ingericht om in de gesloten stand nog steeds een achterwaarts 15 gerichte toegangsopening voor de verzorging van de patiënt te bieden. Deze toegangsopening voor de verzorging van de patiënt kan gelijk zijn aan de toegang voor de patiënt tot het plateau van de patiëntlift bij een geopende stand van de beugel.

20 In een uitvoeringsvorm van de patiëntlift volgens de uitvinding omvat de patiëntlift ten minste tussen het plateau en de leuning een hekwerk. Door het hekwerk wordt de bewegingsruimte van de patiënt verder ingeperkt en kan voorkomen worden dat de patiënt mogelijk onder de leuning 25 door schuift. Het hekwerk is zeker van voordeel voor een hoge leuning die is ingericht om ondersteuning te bieden voor de patiënt in staande houding, omdat in dit geval de opening tussen het plateau en de leuning relatief groot is.

Om het werken met de patiëntlift volgens de 30 uitvinding op verschillende plaatsen mogelijk te maken, is een uitvoeringsvorm van de patiëntlift voorzien van een verplaatsbaar gestel. Bij voorkeur omvat het gestel wielen 6 voor het verrollen van het gestel. Door het verplaatsbaar gestel kan de patiëntlift naar verschillende locaties verplaatst worden voor het verzorgen van patiënten.

In een verdere uitvoeringvorm omvat het gestel 5 immobilisatiemiddelen, voor het tijdelijk solide vast zetten van de patiëntlift op een gewenste plaats. In het geval dat het gestel is voorzien van wielen voor het verrollen van het gestel, zijn de immobilisatiemiddelen ingericht voor het, op een gewenst moment, tijdelijk 10 blokkeren van een draaiing van ten minste één van de wielen. Hiermee kan de patiëntlift volgens de uitvinding op iedere gewenste plaats solide vastgezet worden, zodat hij niet kan verrollen tijdens het verzorgen van een patiënt.

Verder kan de patiëntlift volgens de uitvinding 15 ook gebruikt worden voor bijvoorbeeld het aankleden van een patiënt, voetverzorging van een patiënt, het aantrekken van schoenen, etc...

In een uitvoeringsvorm van de patiëntlift volgens de uitvinding omvat het plateau verder een zitplaats voor 20 de patiënt. Bij voorkeur is de zitplaats bevestigd aan de leuning of, indien aanwezig, aan het hekwerk. Voor het komfort van de patiënt, kan deze plaats nemen op de zitplaats tijdens de voetverzorging.

Bij voorkeur is de zitplaats opklapbaar of 25 afneembaar/verwijderbaar. In opgeklapte toestand van de zitplaats kan de patiëntlift gebruikt worden voor staande patiënten voor bijvoorbeeld het verschonen van de patiënten, en in neergeklapte toestand van de zitplaats kan de patiëntlift gebruikt worden voor zittende patiënten voor 30 bijvoorbeeld het verzorgen van de voeten van patiënten.

In een uitvoeringsvorm van de patiëntlift volgens de uitvinding is deze aan ten minst twee zijden voorzien * 0205^9 7 van verplaatsingsmiddelen op een stabiele werking te garanderen. Bij voorkeur omvat elk verplaatsingsmiddel ten minste twee verticale geleidingsstangen aan weerszijde van het verplaatsingsmiddel, nagenoeg loodrecht op de radius 5 van het plateau.

De uitvinding zal worden toegelicht aan de hand van in de bijgevoegde tekeningen weergegeven voorbeeld-uitvoeringsvorm. Getoond wordt in:

Figuur 1 toont een schematische weergave van een 10 uitvoeringsvorm van de patiëntlift volgens de uitvinding in een onderste stand; figuur 2 toont een schematische weergave van de patiëntlift volgens de uitvinding in geheven stand; en figuur 3 toont schematisch een detailweergave van 15 de patiëntlift volgens figuur 2.

De voorbeelduitvoeringsvorm van de patiëntlift 1, zoals schematisch getoond in figuur 1, omvat een gestel 2 voor het ondersteunen van een plateau 3 voor het dragen van een patiënt. Het plateau kan voorzien zijn van antislip 20 bekleding. Het plateau is voorzien van een leuning 4 waaraan de patiënt zich kan vasthouden. Het plateau 3 met de leuning 4 zijn verbonden met het gestel 2 door middel van de verplaatsingsmiddelen 5a, 5b. De verplaatsingsmiddelen 5a, 5b kunnen het plateau en de 25 leuning verplaatsen tussen een onderste stand, zoals getoond in figuur 1, en tenminste één geheven stand, zoals getoond in figuur 2.

De leuning 4 van de patiëntlift 1, zoals getoond in figuur 1, is ingericht om ondersteuning te bieden voor 30 de patiënt in staande houding. In de praktijk zal de leuning ongeveer 90 cm hoog zijn ten opzichte van het 8 plateau. De leuning 4 is aan een zijde van het plateau 3 onderbroken ten einde een instapopening 9 te bieden.

Deze voorbeelduitvoeringsvorm van de patiëntlift volgens de uitvinding omvat een cirkelvormig plateau met 5 een diameter van ongeveer 0,6 m en biedt plaats aan één patiënt. De verplaatsingsmiddelen 5a, 5b zijn nabij de rand van het cirkelvormig plateau 3, diametraal ten opzichte van elkaar, gelegen.

De verplaatsingsmiddelen 5a, 5b zijn bedienbaar 10 door middel van een afstandsbediening 6 die door middel van een snoer is verbonden met de verplaatsingsmiddelen 5a, 5b. Ook is het mogelijk de verplaatsingsmiddelen te bedienen door middel van de voetpedalen 6a. De verplaatsingsmiddelen 5a, 5b kunnen bijvoorbeeld hefkolommen zijn, zoals geleverd 15 door de Firma Linak, en beschreven in WO 01/74198, bijvoorbeeld in figuren 6, 7, 8. Dergelijke verplaatsingsmiddelen omvatten een aandrijving, ten minste twee kettingen, aangedreven door de aandrijfmiddelen, waarbij de kettingen of anderszins geschikte flexibele 20 elementen over pulleys lopen. Daarmee zijn twee sets geleider te verlengen en verkorten. Dergelijke verplaatsingsmiddelen, vooral indien twee daarvan aan weerszijde van het plateau gemonteerd zijn, maken het mogelijk het plateau stabiel omhoog en omlaag te bewegen.

25 De ruimte tussen het plateau 3 en de leuning 4 is voorzien van een hekwerk 7a, 7b. Het onderste deel van het hekwerk, 7a, is in dit voorbeeld uitgevoerd als een gesloten metalen plaat. Het bovenste deel van het hekwerk, 7b, is in dit voorbeeld uitgevoerd als een metalen hekwerk 30 voorzien van openingen.

Verder is het gestel van de uitvoering zoals getoond in figuur 1 voorzien van een aantal wielen 8 voor ; i 9 het verrollen van de patiëntlift. Deze wielen zijn voorzien van een blokkering, c.q. rem, waarmee de patiëntlift op iedere gewenste plaats solide vastgezet kan worden, zodat hij niet kan verrollen tijdens het verzorgen van een 5 patiënt.

De verplaatsingsmiddelen 5a, 5b aan weerszijde van het plateau zijn beide voorzien van een elektromotor die gezamenlijk in staat zijn om het plateau inclusief de patiënt in verticale zin te bewegen. Figuur 2 toont de 10 patiëntlift van figuur 1 in een geheven stand. De verplaatsingsmiddelen kunnen gevoed worden middels het lichtnet. Voor een flexibele inzet verdient echter voeding middels batterijen of accu's de voorkeur.

De uitvoeringsvorm zoals getoond in figuur 2 is 15 verder voorzien van een beugel 11 die samen met de leuning 4 de patiënt omsluit. De beugel 11 is wegneembaar opgehangen aan de leuning 4. Een alternatief is dat de beugel 11 aan één zijde scharnierend verbonden is met de leuning 4 en aan de andere zijde via een 20 sluitingsmechanisme in werkend verband met leuning 4 gebracht kan worden. De ruimte tussen de beugel 11 en het plateau 3, kan gebruikt worden als een achterwaarts gerichte toegangsopening 9 voor de verzorging van de patiënt op de patiëntlift, door een verzorger die achter de 25 patiëntlift staat.

Verder kan de patiëntlift volgens de uitvinding verder voorzien zijn van een opbergvak 12, voor bijvoorbeeld schone luiers, of anderszins verzorgingsartikelen. Zoals getoond in figuur 2 kan dit 30 opbergvak 12 bevestigd zijn aan de leuning 4 en/of het hekwerk 7b. De patiëntlift 1 kan op een vergelijkbare wijze ook voorzien zijn van een afvalemmer voor het deponeren van A O O '' :* .....

f; U* (t. U :.J :ï V

10 vuile luiers, of anderszins gebruikte of verbruikte verzorgingsmiddelen.

In een verdere uitvoeringsvorm van de patiëntlift is een opklapbare zitplaats tegen het hekwerk 7b 5 gemonteerd. Deze zitplaats ligt diametraal ten opzichte van de instapopening, c.q. verzorgingsopening 9.

Figuur 3 toont een detail van de patiëntlift volgens de uitvinding, in een geheven stand. In deze stand is duidelijk te zien dat ieder verplaatsingsmiddel 5a, 5b 10 is voorzien van een tweetal geleiders 14, die een verplaatsbare verbinding verzorgen tussen het plateau 3 en het gestel 2. Ieder verplaatsingsmiddel 5a, 5b is voorzien van een elektromotor 15, om het plateau 3 inclusief een patiënt in de geleidingsrichting van de geleiders 14 te 15 bewegen.

De elektromotor 15 is verbonden met een schakel-en/of regelinrichting 16. De schakel- en/of regelinrichting 16 kan worden bediend door middel van de afstandsbediening 6 die door middel van een flexibele kabel 17 verbonden is 20 met de regel inrichting 16. De schakel- en/of regelinrichting 16 is middels een snoer 18 voorzien van een toestelcontactstop, die aangesloten kan worden op het lichtnet.

Het zal duidelijk zijn dat de hierboven 25 beschreven voorbeelduitvoeringsvorm van de uitvinding bedoeld is als illustratie van de uitvinding en niet om de uitvinding te beperken. Een deskundige zal zeker in staat zijn om alternatieve uitvoeringsvormen te ontwerpen die binnen de beschermingsomvang van de bijgevoegde conclusies 30 vallen.

Zo wordt in de hierboven beschreven uitvoeringsvorm gesproken van een beugel voor het omsluiten van de '"“N ,"> J r , , 11 ruimte voor de patiënt op het plateau. Deze beugel kan ook vervangen worden door bijvoorbeeld een ketting of een openklapbaar hek, waarbij het hek eventueel voorzien is van een toegangsopening voor het verzorgen van de patiënt.

5 Verder is de hierboven beschreven uitvoeringsvorm voorzien van een toestelcontactstop om de patiëntlift aan te sluiten op het lichtnet. Een andere mogelijkheid is, om de patiëntlift te voorzien van een oplaadbare batterij of accu waardoor de patiëntlift slechts periodiek aan het 10 lichtnet aangesloten hoeft te worden voor het opladen van de batterij of accu en waardoor de patiëntlift in zijn gebruik onafhankelijk is van het lichtnet. Een verder voordeel van het gebruik van een batterij of accu is, dat tijdens het gebruik van de patiëntlift het snoer 18 niet 15 gebruikt hoeft te worden en dus niet over de vloer hoeft te liggen waar het snoer 18 een bron kan zijn van struikelgevaar.

-o-o-o-o-o-o-o-o- 20 PTRS/ . ' :r $ o ^

Claims (26)

1. Een patiëntlift omvattende een gestel voor het ondersteunen van een plateau voor het dragen van een 5 patiënt, waarbij het plateau een leuning omvat waaraan de patiënt zich kan vasthouden en waarbij het gestel verplaatsingsmiddelen omvat voor verplaatsen van het plateau en de leuning tussen een onderste stand en tenminste één geheven stand.

2. Een patiëntlift volgens conclusie 1, waarbij de positie van de leuning ten opzichte van het plateau, tenminste gedurende het verplaatsen tussen de onderste stand en de tenminste één geheven stand, constant is.

3. Een patiëntlift volgens conclusies 1 of 2, 15 waarbij de leuning is ingericht om ondersteuning te bieden voor de patiënt in staande houding.

4. Een patiëntlift volgens conclusies 1, 2 of 3, waarbij de hoogte van de leuning ten opzichte van het plateau instelbaar is.

5. Een patiëntlift volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de patiëntlift een achterwaarts gerichte toegangsopening omvat voor de verzorging van de patiënt op de patiëntlift.

6. Een patiëntlift volgens conclusie 5, waarbij 25 het plateau een ruimte voor de patiënt omvat, welke binnen een afstand van een armlengte van de toegangsopening gelegen is.

7. Een patiëntlift volgens conclusies 5 of 6, waarbij de ruimte voor de patiënt minder dan 0.5 meter, bij 30 voorkeur minder dan 0.3 meter van de toegangsopening gelegen is.

8. Een patiëntlift volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de hoogte van het plateau in de onderste stand ten opzichte van de ondergrond waarop het gestel rust, minder dan 0.3 meter is.

9. Een patiëntlift volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de hoogte van het plateau in de ten minste één geheven stand, 0.2 tot 0.5 meter hoger is dan de hoogte van het plateau in de onderste stand.

10. Een patiëntlift volgens conclusie 9, waarbij 10 de hoogte van het plateau in de ten minste één geheven stand, 0.3 tot 0.4 meter hoger is dan de hoogte van het plateau in de onderste stand.

11. Een patiëntlift volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de leuning een middel omvat voor het 15 insluiten van de patiënt.

12. Een patiëntenlift volgens conclusie 11, waarbij het middel voor het insluiten van de patiënt een beugel omvat die in een gesloten stand, samen met de leuning een ruimte voor de patiënt omsluit en die in een 20 geopende stand een toegang voor de patiënt naar de ruimte biedt.

13. Een patiëntlift volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de patiëntlift ten minste tussen het plateau en de leuning een hekwerk omvat.

14. Een patiëntlift volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de verplaatsingsmiddelen een elektrische aandrijving omvat.

15. Een patiëntlift volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de patiëntlift een verplaatsbaar gestel 30 omvat.

16. Een patiëntlift volgens conclusie 15, waarbij het gestel wielen omvat voor het verrollen van het gestel.

17. Een patiëntlift volgens conclusies 15 of 16, waarbij het gestel immobilisatiemiddelen omvat, voor het (tijdelijk) solide vast zetten van de patiëntlift op een gewenste plaats.

18. Een patiëntlift volgens conclusie 16, waarbij het gestel immobilisatiemiddelen omvat voor het solide vast zetten van de patiëntlift op een gewenste plaats, waarbij de immobilisatiemiddelen zijn ingericht voor het, op een gewenst moment, (tijdelijk) blokkeren van een draaiing van 10 ten minste één van de wielen.

19. Een patiëntenlift volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het plateau verder een zitplaats voor de patiënt omvat.

20. Een patiëntenlift volgens conclusie 19, 15 waarbij de zitplaats aan de leuning bevestigd is.

21. Een patiëntenlift volgens conclusies 19 of 20, waarbij de zitplaats opklapbaar is.

22. Een patiëntenlift volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de patiëntenlift verder een opbergvak 20 en/of een afvalemmer omvat.

23. Een patiëntenlift volgens conclusie 22, waarbij het opbergvak en/of afvalemmer aan de leuning bevestigd is.

24. Een patiëntenlift volgens één der voorgaande 25 conclusies, omvattende ten minste twee verplaatsingsmiddelen, gelijkelijk verdeeld langs de omtrek van het plateau, bij voorkeur twee verplaatsingsmiddelen aan weerszijden van het plateau met een toegangsopening daartussen.

25. Een patiëntenlift volgens conclusie 24, waarbij elk verplaatsingsmiddel ten minste twee verticale geleiders omvat, naast elkaar gelegen en in een vlak rakend aan de omtrek van het plateau.

26. Een patiëntlift voorzien van een of meer van de in de bij gevoegde beschrijving omschreven en/of in de 5 bijgevoegde tekeningen getoonde kenmerkende maatregelen. tOP i(hso " - ^ w