NL1019053C2 - Inrichting voor het verpakken van een product in foliemateriaal. - Google Patents
Inrichting voor het verpakken van een product in foliemateriaal. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1019053C2 NL1019053C2 NL1019053A NL1019053A NL1019053C2 NL 1019053 C2 NL1019053 C2 NL 1019053C2 NL 1019053 A NL1019053 A NL 1019053A NL 1019053 A NL1019053 A NL 1019053A NL 1019053 C2 NL1019053 C2 NL 1019053C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- mounting surface
- jaws
- foil
- foil material
- web
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65B—MACHINES, APPARATUS OR DEVICES FOR, OR METHODS OF, PACKAGING ARTICLES OR MATERIALS; UNPACKING
- B65B11/00—Wrapping, e.g. partially or wholly enclosing, articles or quantities of material, in strips, sheets or blanks, of flexible material
- B65B11/48—Enclosing articles, or quantities of material, by folding a wrapper, e.g. a pocketed wrapper, and securing its opposed free margins to enclose contents
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Containers And Plastic Fillers For Packaging (AREA)
- Auxiliary Devices For And Details Of Packaging Control (AREA)
Description
Inrichting voor het verpakken van een product in foliemateriaal
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het verpakken van een product in foliemateriaal. Dergelijke inrichtingen zijn bekend, en kunnen op allerlei gebie-5 den worden toegepast. Als voorbeeld wordt genoemd het verpakken van vleeswaren, plakjes kaas en dergelijke. Een inrichting van dit type is bekend uit US-A-3016673. Deze bekende inrichting bezit een gestel waarop een haspel met foliemateriaal kan worden aangebracht. Het foliemateriaal wordt vanaf de haspel over een opstelvlak gelegd, en vervolgens door middel van een beugel dubbelgevouwen over het te verpakken 10 product. Tenslotte worden de dubbelgevouwen foliedelen aan hun randen dichtgelast.
De beugel voor het dubbelvouwen van het foliemateriaal moet met de hand worden bediend. Ook het plaatsen van het te verpakken product geschiedt met de hand. Deze bekende inrichting is daarom niet geschikt voor toepassing in een geautomatiseerde verwerkingslijn, waarin de producten continu worden toegevoerd, gesneden, 15 eventueel gestapeld en tenslotte worden verpakt.
Doel van de uitvinding is daarom een inrichting van het hiervoor beschreven type te verschaffen die wel geschikt is voor een dergelijke toepassing. Dat wordt bereikt door middel van een inrichting die omvat: -een opstelvlak voor het opnemen en geleiden van een baan foliemateriaal, 20 -grijpmiddelen voor het grijpen van het foliemateriaal, welke grijpmiddelen bo ven het opstelvlak op en neer beweegbaar zijn, -meeneemmiddelen welke over het opstelvlak heen en weer beweegbaar zijn voor het meenemen van het foliemateriaal in de richting van de grijpmiddelen af, zodanig dat het meegenomen foliemateriaal gevormd wordt tot een lus uit twee zich naast elkaar 25 bevindende, aan een rand onderling verbonden foliedelen, -lasmiddelen voor het aan elkaar lassen van de foliedelen aan hun overige randen onder vorming van een verpakking, -snijmiddelen voor het scheiden van de verpakking van de baan foliemateriaal.
Bij de inrichting volgens de uitvinding kan het foliemateriaal, nadat dit vanaf bij-30 voorbeeld een haspel op het opstelvlak is getrokken, worden gegrepen door de grijpmiddelen. De meeneemmiddelen kunnen vervolgens, doordat de grijpmiddelen stationair blijven, het foliemateriaal dubbelvouwen door dit verder vanaf de haspel onder de 2 grijpmiddelen door te trekken. In de aldus gevormde lus kan het product worden op genomen, waarna het foliemateriaal kan worden afgedicht door lassen.
Bij voorkeur hebben de grijpmiddelen twee zich dwars over het opstelvlak uitstrekkende bekken die verplaatsbaar zijn tussen een open stand en een gesloten stand 5 waarin het foliemateriaal ingeklemd kan worden in de grijper. In de gesloten stand vormen de bekken een spleet waarin tenminste een zich met een der bekken verbonden klemorgaan bevindt voor het inklemmen van het foliemateriaal. Dat klemorgaan kan bijvoorbeeld een strook soepel materiaal, zoals rubber, zijn, dat voldoende veerkracht kan ontwikkelen om het foliemateriaal betrouwbaar vast te drukken.
10 Het opstelvlak heeft een zich dwars uitstrekkende verhoging of richel welke zich uitstrekt in de spleet tussen de bekken wanneer deze naar beneden bewogen zijn, zodanig dat het foliemateriaal bij de neerwaartse beweging van de bekken over die verhoging of richel kan worden gestulpt, welk gestulpt foliemateriaal na het snijden bij het sluiten van de bekken kan worden ingeklemd.
15 In ieder geval bij de start van het verpakkingsproces kan de baan foliemateriaal, die is gereed gelegd over de verhoging daardoor betrouwbaar worden gegrepen en ingeklemd in de grijpmiddelen. Ook bij het verdere verloop van het verpakkingsproces kan de baan foliemateriaal telkens na het van de baan losnemen van een gerede verpakking worden behandeld, zoals hierna zal worden toegelicht.
20 In verband met het losnemen van een gerede verpakking bevindt zich naast de verhoging een doorgang in het opstelvlak waarin een snijorgaan op en neer beweegbaar is, voor het doorsnijden van de foliedelen. Deze doorgang bevindt zich tussen de grijpmiddelen en de lasmiddelen. Het snijorgaan is omhoog beweegbaar in de doorgang na het brengen van de bekken in hun open stand.
25 In verband met het vormen van een volgende verpakking is de bek die zich be vindt nabij de snijmiddelen beweegbaar in de richting van de andere bek af en daar naartoe, welke andere bek samenwerkt met de verhoging voor het vasthouden van de baan foliemateriaal bij het openen van de grijper. Het foliemateriaal dat door de betreffende bek wordt vastgehouden bezit na het losnemen van de voorafgaand vervaardigde 30 verpakking een enigszins omhoog wijzende lip, die vervolgens kan worden ingeklemd in de grijper door de bekken naar elkaar toe te bewegen. Vervolgens kan de hiervoor beschreven cyclus worden herhaald voor het vervaardigen van de volgende verpakking.
3
De meeneemmiddelen kunnen op verschillende manieren zijn uitgevoerd. Bij voorkeur omvatten de meeneemmiddelen twee meeneemorganen die zich tegenover elkaar aan weerszijden van het opstelvlak bevinden, en die synchroon langs het opstel-vlak beweegbaar zijn. Het is niet nodig om de baan foliemateriaal over de gehele 5 breedte aan te drijven door de meeneemorganen. Zij kunnen bijvoorbeeld een rolele-ment omvatten , zodanig dat bij het meenemen het foliemateriaal over de rolelementen rolt.
Voordeel van deze uitvoeringsvorm is dat de rolelementen na het onder de grijper door trekken van het foliemateriaal en het dubbelvouwen daarvan, zijdelings kunnen 10 worden wegbewogen tussen het dubbelgevouwen foliemateriaal vandaan. Het dichtlas-sen van het foliemateriaal kan dan niet worden gehinderd door de meeneemmiddelen.
De baan foliemateriaal kan op verschillende manieren worden toegevoerd aan het opstelvlak. Volgens een eerste mogelijkheid kan het opstelvlak zijn begrensd door een toevoerrol voor het toevoeren van de baan foliemateriaal vanaf een voorraad, bijvoor-15 beeld een haspel. In dat geval kunnen aparte transportmiddelen zijn voorzien voor het aanbrengen van een product tussen de over het opstelvlak meegenomen foliedelen. Het kan daarbij bijvoorbeeld gaan om een transportband.
Volgens een tweede mogelijkheid kan het opstelvlak zijn begrensd door een steunvlak waarover zich het foliemateriaal uitstrekt vanaf een voorraad naar het opstel-20 vlak. In dat geval kunnen transportmiddelen zijn voorzien voor het op het foliemateriaal dat zich op het steunvlak bevindt toevoeren van een product Het aldus toegevoerde product wordt vervolgens met de baan folie mee getrokken tot op het opstelvlak, en tot onder het bij die beweging gevormde foliedeel.
Vervolgens zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een sche-25 matisch in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.
Fig. la tot h tonen schematisch de verschillende stappen van het verpakken van een product met de inrichting volgens de uitvinding, in zijaanzicht (a-f) en bovenaanzicht (g, h).
Fig. 2a tot g toont het grijpen van een baan foliemateriaal.
30 Fig. 3a tot g toont het vormen en lossnijden van een verpakking.
In de in fig. la tot g schematisch weergegeven inrichting volgens de uitvinding bevindt zich een opstelvlak 1, alsmede grijpmiddelen 2 voor het grijpen van een baan 4 foliemateriaal 3. De baan foliemateriaal kan worden toegevoerd over een rol 4 die zich aan de kopkant van het opstel vlak bevindt, vanaf een niet getoonde haspel.
Verder omvat de inrichting een U-vormig lasmiddel 16.
In de in fig. 1 a weergegeven toestand bevinden de grijpmiddelen 2 en de lasmid-5 delen 16 zich op afstand boven het opstelvlak 1. In die toestand kan de baan foliemateriaal 3 door de meeneemmiddelen 5 naar links over het opstelvlak 1 worden getrokken, zoals weergegeven in de stappen van fig. lb en lc. De baan foliemateriaal wordt daarbij steeds verder afgerold van de haspel.
Door middel van (niet getoonde) toevoermiddelen kan het product 6 tussen de 10 aldus gevormde foliedelen 7, 8 worden gebracht. Vervolgens worden de grijpmiddelen 2 naar beneden bewogen, zoals weergegeven in fig. ld, en daarna het lasmiddel 16 zoals weergegeven in fig. Ie.
Met behulp van het lasmiddel 16 kunnen de foliedelen 7, 8 met daartussen het product 6 aan hun randen aan elkaar worden gelast. Deze randen lopen vanaf de vouw 15 10 tussen de foliedelen 7, 8 langs hun langsranden naar de tegenoverliggende dwarsrand 9.
In verband met het eventueel begassen van het product 6 in de verpakking kan het lasmiddel zijn voorzien van tegenover elkaar liggende uitsparingen 11, waarin, zoals weergegeven in fig. lh, een inspuitmondstuk 12 en een afzuigmondstuk 30 voor het 20 spoelen met een conserverend gas en dergelijke, in de verpakking kunnen worden gebracht. Deze mondstukken 12 en 30 bevinden zich tussen de foliedelen 7, 8, en worden dan gebruikt tijdens het lassen. De mondstrukken 12, 30 worden vervolgens verwijderd. Daarna kunnen de overgebleven openingen worden dichtgelast door de verpakking over zekere afstand te verschuiven, en nogmaals een lashandeling uit te voeren.
25 Voor het lassen worden de meeneemorganen 5 zijdelings uit elkaar bewogen, tussen de foliedelen 7, 8 vandaan. Zoals weergegeven in fig. lf-lg worden zij vervolgens voorbij de grijpmiddelen 2 gepositioneerd, gereed voor de volgende verpakkings-cyclus.
In het opstelvlak is een doorgang 13 voorzien, waarin een mes 14 op en neer be-30 weegbaar is voor het scheiden van de gerede verpakking 15 van de baan foliemateriaal 3.
Aan de hand van de figuren 2 en 3 zal de werking van de grijpmiddelen en het snij orgaan nader worden toegelicht. In fig. 2a is de toestand weergegeven waarin de 5 baan foliemateriaal 3 voor het begin van het verpakkingsproces over het opstelvlak 1 is getrokken, gereed om gegrepen te worden door de grijpmiddelen 2. De grijpmiddelen 2 bestaan uit twee bekken 17,18, die in de gesloten stand aan de onderzijde een spleet 19 vormen. In deze spleet 19 bevindt zich een soepel aandrukmiddel 20, zoals een strook 5 rubbermateriaal.
Het opstelvlak 1 is grenzend aan de doorgang 13 voorzien van een verhoging of richel 21, waarover zich de baan foliemateriaal 3 uitstrekt. Bij het naar beneden bewegen van de grijpmiddelen 2 zoals weergegeven in fig. 2b wordt het foliemateriaal over de verhoging 21 gestulpt, in de spleet 19.
10 Vervolgens wordt de ene bek 18 die ligt naast het lasmiddel 16 opzij bewogen ten opzichte van de andere bek 17. Deze bek 17 blijft stationair tegen de verhoging 21 aangedrukt, zodanig dat de folie rond verhoging 21 gespannen blijft.
In een volgende stap, zoals weergegeven in fig. 2d, wordt het snijorgaan 14 omhoog bewogen door de doorgang 13, zodanig dat het foliemateriaal 3 wordt doorgesne-15 den onder vorming van een lip 22 die enigszins omhoog steekt tussen de verhoging 21 en de rubberstrook 20.
Vervolgens wordt het snijorgaan 14 omlaag bewogen zoals weergegeven in fig. 2e, en daarna wordt de opzij bewogen klembek 18 weer tegen de andere klembek 17 aangebracht: fig. 2f. Daarbij wordt de lip 22 die omhoog steekt ten opzichte van de 20 verhoging 21 ingeklemd tussen die bek 18, in het bijzonder de richel 31 daarvan, en de rubberstrook 20. In de laatste stap zoals weergegeven in fig. 2g kan de aldus ingeklemde baan foliemateriaal met de gesloten grijpmiddelen 2 omhoog bewogen worden, gereed voor de eerste verpakkingscyclus.
Deze verpakkingscyclus is reeds besproken onder verwijzing naar de fig. la tot 25 en met lg. In de fig. 3a tot en met 3g is nader aangegeven op welke wijze de gerede verpakking 15 gescheiden worden van de baan foliemateriaal.
Zoals weergegeven in fig. 3a en 3b worden de foliedelen 7, 8 op elkaar gebracht door de grijpmiddelen 2 naar beneden te bewegen, zoals ook is weergegeven in fig. lc en ld. Analoog aan de gang van zake in fig. 2, worden nu de beide foliedelen 7, 8 bij de 30 neerwaartse beweging van de grijper 2 gestulpt over de verhoging 21. Deze verhoging 21 met de gestulpte foliedelen komen daardoor terecht in de spleet 19.
De bek 18 wordt vervolgens afbewogen van de bek 17, analoog aan de beweging in fig. 2c. Daarna wordt het snijorgaan 14 in de aldus ontstane opening tussen de .. ^ A .at.
6 bekken 18, 17 gestoken. Het foliemateriaal rechts van de doorgang 13 blijft vastgeklemd op de verhoging 21: zie fig. 3d. De verpakking 15 wordt aldus gescheiden van de baan foliemateriaal 3, die weer een lip 22 bezit welke enigszins omhoog steekt ten opzichte van de verhoging 21. Zoals weergegeven in fig. 3f worden daarna de 5 meeneemorganen 5 voorbij de gesloten grijpmiddelen 2 bewogen, gereed voor de volgende verpakkingscyclus die begint bij het omhoog bewegen van de grijpmiddelen 2 zoals weergegeven in fig. 3g.
Claims (15)
1. Inrichting voor het verpakken van een product (6) in foliemateriaal, omvattende: 5 -een opstelvlak (1) voor het opnemen en geleiden van een baan foliemateriaal (3), -grijpmiddelen (2) voor het grijpen van het foliemateriaal (3), welke grijpmidde-len (2) boven het opstelvlak (1) op en neer beweegbaar zijn, -meeneemmiddelen (5) welke over het opstelvlak (1) heen en weer beweegbaar zijn voor het meenemen van het foliemateriaal (3) in de richting van de grijpmiddelen 10 (2) af, zodanig dat het meegenomen foliemateriaal (3) gevormd wordt tot een lus uit twee zich naast elkaar bevindende, aan een rand (10) onderling verbonden foliedelen (7, 8), -lasmiddelen (16) voor het aan elkaar lassen van de foliedelen (7, 8) aan hun overige randen (9) onder vorming van een verpakking (15), 15 -snijmiddelen (14) voor het scheiden van de verpakking (15) van de baan folie materiaal (3).
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de grijpmiddelen (2) twee zich dwars over het opstelvlak (1) zich uitstrekkende bekken (17, 18) omvatten die verplaatsbaar 20 zijn tussen een open stand en een gesloten stand waarin het foliemateriaal (3) ingeklemd kan worden in de grijper (2).
3. Inrichting volgens conclusie 2, waarbij de bekken (17, 18) in de gesloten stand een spleet (19) vormen waarin tenminste een zich met een der bekken (17, 18) verbon- 25 den klemorgaan (20) bevindt voor het inklemmen van het foliemateriaal (3).
4. Inrichting volgens conclusie 3, waarbij het klemorgaan tenminste een strook (20) soepel materiaal omvat.
5. Inrichting volgens conclusie 3 of 4, waarbij het opstelvlak (1) een zich dwars uitstrekkende verhoging (21) of richel omvat welke zich uitstrekt in de spleet (19) tussen de bekken (17, 18) in de gesloten en naar beneden bewogen stand van die bekken (17, 18), zodanig dat het foliemateriaal (3) bij de neerwaartse beweging van de bekken (17, 18) over die verhoging (21) of richel kan worden gestulpt, welk gestulpt foliemate-riaal na het snijden bij het sluiten van de bekken (17, 18) kan worden ingeklemd.
6. Inrichting volgens conclusie 5, waarbij zich naast de verhoging (21) een door-5 gang (13) in het opstelvlak (1) bevindt waarin een snijorgaan (14) op en neer beweegbaar is, voor het doorsnijden van de foliedelen (7, 8), welke doorgang (13) zich bevindt tussen de grijper (2) en de lasmiddelen (16).
7. Inrichting volgens conclusie 6, waarbij het snijorgaan (14) omhoog beweeg- 10 baar is in de doorgang (13) na het brengen van de bekken (17,18) in hun open stand.
8. Inrichting volgens conclusie 7, waarbij de bek (18) die zich bevindt nabij de snijmiddelen (14) beweegbaar is in de richting van de andere bek (17) af en daar naartoe, welke andere bek (17) samenwerkt met de verhoging voor het vasthouden en stul- 15 pen van de baan foliemateriaal (3) bij het openen van de grijper (2) door het van elkaar af bewegen van de bekken (17,18).
9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de meeneemmidde-len twee meeneemorganen (5) omvatten die zich tegenover elkaar aan weerszijden van 20 het opstelvlak (1) bevinden, en die synchroon langs het opstelvlak (1) beweegbaar zijn.
10. Inrichting volgens conclusie 9, waarbij de meeneemorganen (5) in dwarsrich-ting ten opzichte van het opstelvlak (1) beweegbaar zijn tussen een positie waarin zij de baan foliemateriaal (3) overlappen, en een positie buiten de baan foliemateriaal (3). 25
11. Inrichting volgens conclusie 9 of 10, waarbij elk meeneemorgaan (5) een rol-element omvat, zodanig dat bij het meenemen het foliemateriaal over de rolelementen rolt.
12. Inrichting volgens conclusie 11, waarbij het opstelvlak (1) is begrensd door een toevoerrol (4) voor het toevoeren van de baan foliemateriaal (3) vanaf een voorraad, bijvoorbeeld een haspel. 4^1A. Λ mm a.
13. Inrichting volgens conclusie 12, waarbij transportmiddelen zijn voorzien voor het aanbrengen van een product (6) tussen de over het opstelvlak (1) meegenomen fo-liedelen (7, 8).
14. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het opstelvlak is begrensd door een steunvlak waarover zich het foliemateriaal (3) uitstrekt vanaf een voorraad naar het opstelvlak (1).
15. Inrichting volgens conclusie 14, waarbij transportmiddelen zijn voorzien voor 10 het op het foliemateriaal (3) dat zich op het steunvlak bevindt toevoeren van een product (6).
Priority Applications (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1019053A NL1019053C2 (nl) | 2001-09-28 | 2001-09-28 | Inrichting voor het verpakken van een product in foliemateriaal. |
PCT/NL2002/000632 WO2003035479A1 (en) | 2001-09-28 | 2002-09-30 | Installation for packing a product in film material |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1019053 | 2001-09-28 | ||
NL1019053A NL1019053C2 (nl) | 2001-09-28 | 2001-09-28 | Inrichting voor het verpakken van een product in foliemateriaal. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1019053C2 true NL1019053C2 (nl) | 2003-04-02 |
Family
ID=19774078
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1019053A NL1019053C2 (nl) | 2001-09-28 | 2001-09-28 | Inrichting voor het verpakken van een product in foliemateriaal. |
Country Status (2)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL1019053C2 (nl) |
WO (1) | WO2003035479A1 (nl) |
Families Citing this family (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP1477423B1 (en) * | 2003-05-13 | 2006-03-22 | Soremartec S.A. | Sealing wrapper for food products, corresponding process and installation |
EP2039607A1 (en) * | 2007-09-19 | 2009-03-25 | Roche Diagnostics GmbH | Joining foils with laser for sterile lancets |
CN114221009B (zh) * | 2021-11-23 | 2024-05-07 | 无锡先导智能装备股份有限公司 | 一种包膜设备 |
Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR1249181A (fr) * | 1960-02-26 | 1960-11-14 | Machine à conditionner | |
US3016673A (en) | 1960-08-01 | 1962-01-16 | John M Parker | Wrapping and sealing machine |
US3481107A (en) * | 1966-01-24 | 1969-12-02 | Kjell Ingemar Andblad | Machine for wrapping a group of containers such as cans in material of foil type |
EP1125842A1 (en) * | 2000-02-18 | 2001-08-22 | Coppens Verpakkings-systemen B.V. | Installation and method for packaging a product in film material |
-
2001
- 2001-09-28 NL NL1019053A patent/NL1019053C2/nl not_active IP Right Cessation
-
2002
- 2002-09-30 WO PCT/NL2002/000632 patent/WO2003035479A1/en not_active Application Discontinuation
Patent Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR1249181A (fr) * | 1960-02-26 | 1960-11-14 | Machine à conditionner | |
US3016673A (en) | 1960-08-01 | 1962-01-16 | John M Parker | Wrapping and sealing machine |
US3481107A (en) * | 1966-01-24 | 1969-12-02 | Kjell Ingemar Andblad | Machine for wrapping a group of containers such as cans in material of foil type |
EP1125842A1 (en) * | 2000-02-18 | 2001-08-22 | Coppens Verpakkings-systemen B.V. | Installation and method for packaging a product in film material |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
WO2003035479A1 (en) | 2003-05-01 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US6000197A (en) | Process and machine for forming bags having a fastener assembly with transverse profiles | |
US4452597A (en) | Method and apparatus for forming stacks of sacks | |
NL8802814A (nl) | Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van huls- of zakvormige verpakkingen, alsmede een dergelijke verpakking. | |
KR100691299B1 (ko) | 밀착된 일련의 백 부재로부터의 백 안에 물품을 충진하는 방법 및 장치 | |
US11312522B2 (en) | Packaging apparatus with package dividing seal mechanism | |
EP2119634B1 (en) | Bundle unwrapping machine | |
JPS5940684B2 (ja) | ロ−ル包装装置 | |
EP0692430A1 (en) | Unwrapping apparatus for stretch-wrapped load and shrink-wrapped load | |
JP3261024B2 (ja) | 外部包装材に包まれたブランク堆積体の処理装置 | |
KR20060011820A (ko) | 진공 패키징 기계 및 제품 패키지를 진공 밀봉하는 방법 | |
US4235659A (en) | Apparatus for making and stacking plastics bags | |
EP1808374A1 (de) | Folien- Verpackungsmaschine für Packgutstücke wechselnder Grösse | |
US20170080634A1 (en) | Aligned Perforation Knife and Heat Seal Bar Apparatus for Vertically Positioned Horizontally Traversing Plastic Film Bags Forming Machine | |
NL1019053C2 (nl) | Inrichting voor het verpakken van een product in foliemateriaal. | |
KR100633976B1 (ko) | 평탄한 제품 섹션을 이송하기 위한 장치 | |
CN110891866B (zh) | 袋网和用于包装物品的方法及设备 | |
EP0390230A2 (en) | Method and apparatus for attaching together a plurality of articles | |
US5426922A (en) | Bottle bagging apparatus | |
JPH0740948A (ja) | 帯封を持つブランクの堆積物を処理する方法と装置 | |
NL194753C (nl) | Inrichting voor het in liggende toestand verwijderen van verpakkingsfolie van een door het folie omhulde stapel ronde schijfachtige artikelen. | |
NL8105411A (nl) | Wikkelmachine. | |
NL1036420C2 (nl) | Werkwijze en inrichting voor het in zakken verpakken van relatief kwetsbare producten, in het bijzonder broden. | |
EP0982106B1 (en) | Apparatus for removing the trimmed portions in a machine for cutting logs of paper and the like | |
GB2029792A (en) | Apparatus for making filling ans sealing bags | |
US4473431A (en) | Apparatus for making plastic material bags and for depositing them in groups |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
SD | Assignments of patents |
Owner name: QUADRIFOIL B.V. Owner name: METTLER TOLEDO B.V. |
|
VD1 | Lapsed due to non-payment of the annual fee |
Effective date: 20060401 |