NL1017109C2 - Waterkering. - Google Patents
Waterkering. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1017109C2 NL1017109C2 NL1017109A NL1017109A NL1017109C2 NL 1017109 C2 NL1017109 C2 NL 1017109C2 NL 1017109 A NL1017109 A NL 1017109A NL 1017109 A NL1017109 A NL 1017109A NL 1017109 C2 NL1017109 C2 NL 1017109C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- retaining wall
- strut
- foundation
- folded
- hinge
- Prior art date
Links
Classifications
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E02—HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
- E02B—HYDRAULIC ENGINEERING
- E02B3/00—Engineering works in connection with control or use of streams, rivers, coasts, or other marine sites; Sealings or joints for engineering works in general
- E02B3/04—Structures or apparatus for, or methods of, protecting banks, coasts, or harbours
- E02B3/10—Dams; Dykes; Sluice ways or other structures for dykes, dams, or the like
- E02B3/102—Permanently installed raisable dykes
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- General Engineering & Computer Science (AREA)
- Environmental & Geological Engineering (AREA)
- Ocean & Marine Engineering (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Civil Engineering (AREA)
- Structural Engineering (AREA)
- Revetment (AREA)
- Retaining Walls (AREA)
Description
Waterkering
De uitvinding heeft betrekking op een waterkering die latent aanwezig kan zijn en in geval van te keren hoogwater opgericht kan worden.
Dergelijke waterkeringen zijn alom en reeds lang 5 bekend. Hierbij valt te denken aan stuwen in delta's of rivieren, zoals stormvloedkeringen, maar ook aan opzet-constructies op dijken of kades, zoals De Muralt muren, of opblaasbare buizen.
Met dergelijke constructies wordt een voor-10 ziening verschaft voor het tijdelijk verhogen van de waterkerende hoogte. Dit kan een uitkomst zijn in geval het waterkerende hoofdlichaam onvoldoende hoogte biedt voor een economisch acceptabele kering. In dat geval behoeft men niet de voet van het hoofdlichaam aan te 15 passen. Dit wordt steeds meer van belang, gezien de rij zende gemiddelde zeewaterspiegel en de steeds toenemende rivierafvoeren.
Het kan hierbij gaan om het verschaffen van een waterkering voor stedelijk gebied, maar ook voor landelijk 20 gebied, indien de te verwachten schade hoog genoeg is, en voorts voor bedrijfsterreinen, zoals steenfabrieken, die in een gebied liggen met een verhoogde inundatiekans.
Een probleem dat hierbij optreedt is dat de beschikbare ruimte vaak beperkt is.
25 Een doel van de uitvinding is een waterkering te verschaffen die in de buiten-gebruiksstand weinig ruimte 1017109· 2 inneemt.
Een verder doel van de uitvinding is om een waterkering te verschaffen die eenvoudig te plaatsen is.
Nog een verder doel van de uitvinding is een 5 waterkering te verschaffen die snel vanuit een buiten- gebruikstand opgezet kan worden in een werkzame stand.
Vanuit een aspect verschaft de uitvinding daartoe in inrichting voor het keren van water omvattend een fundering, steunconstructie of iets dergelijks, een be-10 weegbaar aan de fundering bevestigde keerwand en een beweegbaar, in het bijzonder scharnierbaar, aan de fundering bevestigde schoor, waarbij de schoor en de keerwand beweegbaar, in het bijzonder scharnierbaar, aan elkaar bevestigd zijn, waarbij de keerwand voorzien is van 15 tenminste een inwendig langsscharnier waaromheen de keerwand op zichzelf kan worden omgeklapt en waarbij de fundering, etc. voorzien is van een opneemruimte voor de keerwand in een om het tenminste ene langsscharnier (plat) -gevouwen toestand.
20 De waterkerende wand kan hiermee op zichzelf worden in- respectievelijk uitgeklapt, zodat in de niet-bedrijfsstand weinig ruimte wordt ingenomen maar in de kerende stand de keerwand volledig werkzaam kan zijn. De opneemruimte beschermt de waterkering buiten gebruik, 25 waarbij de beide randgebieden van de opneemruimte tevens als steun kunnen dienen voor de schoor en de keerwand.
De waterkering volgens de uitvinding leent zich hierdoor bijzonder voor plaatsing op lokaties waar weinig ruimte is, zoals op een dijk.
30 Bij voorkeur is de keerwand voorzien van meer dere op dwarsafstand van elkaar gelegen inwendige langsscharnieren, zodat deze meerdere keren kan worden omgevouwen en het ruimtebeslag in ineengeklapte toestand relatief nog kleiner zal zijn.
35 Bij voorkeur is de keerwand in- en uitklapbaar tussen een niet-bedrijfsstand, waarin de keerwand in hoofdzaak horizontaal gelegen is, en een in hoofdzaak 1017109· 3 verticale bedrijfsstand. Hiermee kan de omvang van de constructie, in het bijzonder in verticale richting in de fundering, beperkt worden gehouden.
Bij voorkeur is het langsscharnier ingericht 5 voor een scharnierbeweging aan de zijde van het te keren water, waarbij de keerwand bij voorkeur voorzien is van aanslagmiddelen voor begrenzing van de uitslag van het langsscharnier. De klapbeweging van de keerwanddelen zal zich daarbij aan de waterzijde afspelen, alwaar vrije 10 ruimte aanwezig is. Voorts zal de waterdruk bij te keren water meewerken in het opengeklapt houden van de keerwand.
Er is daarbij bij voorkeur voorzien in middelen voor vergrendeling van het langsscharnier in de opgerichte toestand van de keerwand, zodat een stijve wand verkregen 15 wordt.
In een voorkeursuitvoering is een, in het bijzonder het laagste, inwendig langsscharnier gelegen ter plaatse van de verbinding van de schoor met de keerwand. Hierbij vallen twee verbindingen nagenoeg samen, waardoor 20 het mogelijk is dat de begrenzings- danwel vergrendel ingsmiddelen tevens ingericht zijn voor het vastleggen van de schoor aan de keerwand.
Bij voorkeur omvat de fundering, etc. een in hoofdzaak U-vormig lichaam.
25 Indien de fundering, etc. voorzien is van een zich neerwaarts daarvanaf uitstrekkende grondplaat vervult die plaat niet alleen een funderende functie, maar gaat deze ook stroming van water onder de waterkering tegen, hetgeen van belang is in geval van plaatsing in/op een 30 dijklichaam.
De schoor kan scharnierbaar zijn tussen een zijwaarts neergeklapte stand en een werkzame stand, en in neergeklapte stand opgenomen zijn in de opneemruimte.
Het gebruik van de opneemruimte maakt het 35 mogelijk dat de keerwand een deksel vormt voor de opneemruimte, als afscherming, maar eventueel ook als wegdek, voor openbaar transport of voor inspectie. De keerwand zal 1017109« 4 door zijn waterkerende constructie geschikt kunnen zijn voor het dragen van verkeerslasten.
Alternatief kan de schoor plaatvormig zijn. De schoor kan daarbij in het geval van -gewenst of ongewenst-5 overlopend water als landzijdige geleiding voor dat water dienen. Indien dan althans een van de verbindingen van keerwand en schoor met de fundering in horizontale richting verplaatsbaar is verkrijgt men een waterkering waarvan de kruinhoogte manipuleerbaar is.
10 Vanuit een verder aspect verschaft de uitvinding een inrichting voor het keren van water omvattend een fundering, een beweegbaar aan de fundering bevestigd keerwand en een beweegbaar, in het bijzonder scharnier-baar, aan de fundering bevestigde schoor, waarbij de 15 schoor en de keerwand beweegbaar, in het bijzonder schar-nierbaar, aan elkaar bevestigd zijn, waarbij althans een van de verbindingen van keerwand en schoor met de fundering in horizontale richting verplaatsbaar en instelbaar is.
20 De waterkering kan in die vorm worden benut als overlaat voor het op het gewenste moment afleiden van water in een hoogwatergolf in een rivier naar een over-loopgebied. De waterkering kan echter ook worden ingezet bij overloopgebieden voor hoog zeewater.
25 De waterkering kan daartoe opgenomen zijn in de kruin van een dijklichaam, waarbij de verbindingen met de fundering gelegen zijn op afstand beneden de dijkkruin. Er kan aldus een gekozen doorgang beneden de dijkkruin gerealiseerd worden, zodat men water kan doorlaten voordat 30 de waterspiegel tot de kruinhoogte gestegen is en anders op willekeurige plaatsen langs de dijk wateroverslag zou kunnen plaatsvinden.
De uitvinding heeft voorts betrekking op een samenstel van een aantal waterkeringen volgens de uitvin-35 ding, in lijn opgesteld, waarbij de keerwanden afzonderlijk oprichtbaar en inklapbaar zijn.
De uitvinding zal worden toegelicht aan de hand 1017109· 5 van een aantal in de bij gevoegde tekeningen weergegeven voorbeelduitvoeringen. Getoond wordt in:
Figuur 1 een eerste uitvoering van een waterkering volgens de uitvinding, in opgerichte toestand; 5 Figuur 2 de waterkering van figuur 1, in enigs zins aangepaste vorm, en in serie in opgerichte toestand;
Figuren 3A-C de waterkering van figuur 2, in diverse toestanden;
Figuur 4 een doorsnede door de waterkering van 10 figuur 1, in ingeklapte toestand;
Figuur 5 een detail van een scharnier in de waterkering van figuren 1 en 2;
Figuur 5A een detail van een vergrendeling van een ander scharnier in de waterkering van de voorgaande 15 figuren;
Figuur 6 een schematisch bovenaanzicht op een opstelling met waterkering volgens de uitvinding;
Figuur 7 een alternatieve uitvoering van een waterkering volgens de uitvinding; 20 Figuren 8 en 9 een verder alternatief van een waterkering volgens de uitvinding;
Figuur 10 een detail van een scharnieroplegging in de waterkering van figuren 8 en 9;
Figuur 10A een verdere toelichting daarop; 25 Figuren 11A-C enige aansluitdetails tussen naast elkaar geplaatste waterkeringen volgens de uitvinding; en
Figuur 12 een andere mogelijke opstelling van een waterkering volgens de uitvinding;
Figuren 13A,B enige mogelijke opstellingen van 30 waterkeringen volgens de uitvinding, als overlaat.
De waterkering in figuur 1 omvat een keerwand 1, die, in dit voorbeeld, uit drie wanddelen la, lb en lc bestaat, welke middels langsscharnieren 2a, 2b scharnierbaar met elkaar verbonden zijn. De keerwanddelen la, lb en lc 35 kunnen van metaalplaat vervaardigd zijn, en versterkt door verticale liggers 24 en door horizontale liggers 23. Zoals in figuur 2 wordt gesuggereerd kunnen de verticale liggers •017109» 6 24 ook kokervormig zijn.
De waterkering is voorts voorzien van een schoorplaat 5, die eveneens van metaal vervaardigd kan zijn, en aan de - niet weergegeven - onderzijde voorzien 5 kan zijn van verstijvingsliggers.
Zowel de keerwand 1 als de schoorplaat 5 zijn scharnierbaar opgelegd respectievelijk ter plaatse van 6 en 7. Aldaar is de waterkering ondersteund op een U-vormi-ge fundering 3 van beton, die ingelaten ligt in de kruin 10 van een dijklichaam 11. Op gelijke wijze kan 11 ook verwijzen naar een kade of iets dergelijks.
De fundering 3, ook weergegeven in figuur 2, vormt een opneemruimte 4 en bezit langsgaten 13, waarin koppelpennen 21 gestoken kunnen worden, voor koppeling van 15 in langsrichting naast elkaar gelegen funderingen 3. De fundering 3 kan aan het ondereind uitlopen in een omgekeerde U-vorm 3a, voor passende omgrijping van een grond-afdichtingsplaat 16, die een functie kan vervullen in de overdracht van verticale krachten, maar ook in het tegen-20 gaan van een horizontale waterstroming door het dijkli chaam heen. De plaat 16 kan afhankelijk van de grondeigenschappen meer of minder diep reiken. Tijdens het indringen van de plaat 16 in de grond zal deze grond onder omstandigheden kunnen worden verdicht, waardoor lekstromen 25 verder worden tegengegaan.
Zoals te zien is bevindt het langsscharnier 6 zich nabij de bodem van de opneemruimte 4, en het scharnier 5 zich nabij de bovenkant daarvan. Hierdoor is het mogelijk dat in de keerwand 1 in ingeklapte toestand -30 weergegeven in figuur 4, waarin wanddeel lc op wanddeel lb is omgeslagen en het samenstel van wanddelen lb en lc op wanddeel la zijn omgevouwen - passend opgenomen is in de opneemruimte 4, maar dat daar vlak boven nog ruimte is voor horizontale plaatsing van de schoorplaat 5. Zoals te 35 zien is in figuur 4 wordt de schoorplaat 5 daarbij aan beide langsranden van de opneemruimte 4 ondersteund. Voorts is weergegeven een afvoerleiding 9 voor water dat 1017109· 7 ongewenst in de opneemruimte 4 terecht is gekomen.
Zoals in figuur 5 te zien is is aan de onderrand van wanddeel lb een borgpen 47 voorzien, en in de tegenoverliggende bovenrand van wanddeel la een daarvoor be-5 stemde holte 48. Bij het tijdens het oprichten van de keerwand 1 in de richting A omzwaaien van wanddeel lb ten opzichte van wanddeel la vormen de genoemde onderrand en bovenrand een onderlinge aanslag, die een begrenzing vormt voor de scharnierbeweging in de richting A. De limiet is 10 bereikt in de toestand weergegeven in figuur 1.
Bijzonder is nu dat de betreffende verbinding ook gebruikt wordt voor het door omgrijpen vastleggen van de schoorplaat 5. De bovenrand van wanddeel la is daartoe vormgegeven om te passen bij de vrije rand van de schoor-15 plaat 5. De schoorplaat 5 is in de vrije rand voorzien van gaten 49, voor doorvoer van borgpen 47. Nadat bij het oprichten een driehoek is gevormd met als hoekpunten scharnieren 6, 7 en de oplegging van de rand van schoorplaat 5 op de bovenrand van wanddeel 1, zal verdraaiing in 20 de richting A van wanddeel lb tot aanslag op de rand van schoorplaat 5 en invoering van de borgpennen 47 in de holten 48 zorgen voor vastlegging van de platen la, lb en 5 in de in figuur 1 weergegeven stand. De plaat 5 is dan als het ware ingeklemd tussen de wanddelen la en lb. Het 25 is ook mogelijk dat de plaat 5 voorzien is van een naar beneden reikende ribbe of een reeks uitsteeksels, die passen in een doorlopende holte 48 (of een reeks holten 48) , en dat de borgpennen daardoorheen kunnen reiken, of dat daarvoor aparte holten 48 voorzien zijn.
30 In figuur 5A is weergegeven op welke wijze ook de stand van de wanddelen lb en lc in figuur 1 verzekerd kan worden. Hierbij is het wanddeel lc voorzien van een aantal langs dat wanddeel verschuifbare borgpennen 50, die aangegrepen kunnen worden met uitsteeksel 51. Zij zijn 35 verticaal heen en weer verschuifbaar in de richting B en kunnen zijn opgenomen in kokers 24, weergegeven in figuur 2.
1017109· δ
De bovenrand van het verlengde van de kokers 24 in wanddeel lb is geschikt voor ontvangst van de borgpennen 50. Zodra de wanddelen la en lb zijn opengeklapt om met elkaar in lijn te liggen, zoals weergegeven in figuur 5 1, bedient men de borgpennen 50 door ze van een volledig in wanddeel lc opgenomen toestand neer te laten in de passende opneemruimtes in de kokers 24 van wanddeel lb.
Met nadruk wordt er op gewezen dat dit slechts enige mogelijke voorbeelden zijn, en dat ook andere borg-10 mechanismen denkbaar zijn.
In de figuren 3A-C is schematisch weergegeven hoe het oprichten globaal in zijn werk gaat. De toestand weergegeven in figuur 3A komt overeen met die van figuur 4, en de toestand weergegeven in figuur 3C komt overeen 15 met die weergegeven in figuur 1. Eerst wordt de schoor- plaat 5 opengeklapt, zodat de opeengevouwen keerwand 1 bereikbaar is. Zonodig kan voorzien zijn in middelen voor het in de gewenste stand houden van de schoolplaat 5. De schoorplaat 5 kan zonodig korte tijd verticaal gehouden 20 worden. Vervolgens klapt men wanddeel lb in de richting A op en tegelijkertijd of daarna het wanddeel lc. De borging in de eindstanden kan geschieden zoals hierboven vermeld.
Het resultaat is een slanke keerwand of waterkering, die ondanks dat deze in horizontale richting weinig 25 ruimte inneemt toch voldoende hoog kan reiken.
In de ingeklapte toestand kan de schoorwand of schoorplaat dienen als verkeersbaan. Hieroverheen kan ook in geval van nood de waterkering overal goed bereikbaar zijn om deze op de gewenste plaatsen op te richten.
30 Figuur 6 toont een aantal waterkeringen volgens de voorgaande figuren opgesteld op een dijklichaam 11, waarbij de kromming van het dijklichaam 11 gevolgd wordt. De waterkeringen bezitten hier elk drie schoorplaten 5. De tussenruimten tussen de opeenvolgende waterkeringen zijn 35 opgevuld met taps toelopende opvullichamen 10, waardoor zowel bochten naar links als naar rechts kunnen worden gevolgd. De waterkering is hierbij weergegeven in neerge- f017109* 9 klapte toestand.
In figuur 7 is een alternatieve uitvoering van de waterkering volgens de uitvinding weergegeven, waarbij een verschil met de voorgaande uitvoering bestaat uit het 5 feit dat er nu sprake is van slechts twee keerwanddelen la en lb, en van een aantal, in lengterichting van de waterkering op afstand van elkaar gelegen vakwerkachtige schoorconstructies 105, die inklapbaar of in langsrichting van de waterkering om scharnier 107 neerklapbaar zijn. 10 Vergelijkbare constructiedelen hebben dezelfde verwij-zingscijfers, vermeerderd met 100. Ook in dit geval is het scharnier voor de keerwand lager gelegen dan dat voor de schoor, en wordt het onderste keerwanddeel 101a als laatste in de opneemruimte 104 gelegd. De vakwerkachtige 15 schoorconstructie 105 steunt ook het wanddeel 101b over een aanzienlijke hoogte daarvan.
In figuur 8 is een vergelijkbaar alternatieve uitvoering van de waterkering getoond, die eveneens opgebouwd is uit twee keerwanddelen 200a, 201b, die met elkaar 20 scharnierbaar verbonden zijn ter plaatse van 202a. Het keerwanddeel 201a is ter plaatse van 206 scharnierbaar verbonden met de fundering 203, die in dit geval bestaat uit een stalen bak, die opneemruimte 204 bepaalt. De fundering 203 is aan de landzijde voorzien van een damwand 25 216b (zie ook figuur 9) dat tevens een waterkeerscherm vormt, en verder van palen 216a aan de waterzijde. Net als in de uitvoering van figuur 1 is de opneemruimte 204 gedraineerd en kan water afgevoerd worden middels afvoer-leiding 209, die zich in langsrichting van de waterkering 30 uitstrekt.
In dit voorbeeld ligt het in werkstand hoger gelegen keerwanddeel 201b in de opslagstand onder het keerwanddeel 201a. De scharnierbeweging tijdens het opzetten is derhalve anders dan die in de voorgaande figuren, 35 en nu in de richting G.
Zoals in de figuur 9 te zien is vormt het keerwanddeel 201a ter plaatse van zijn bovenrand zelf een 1017109· 10 aanslag tegen te ver doorkantelen van keerwanddeel 201b.
De schoor 205 is ter plaatse van scharnier 207, waarvan de horizontale draaiingsas in het vlak van tekening ligt, scharnierbaar verbonden met de fundering 203.
5 Bij het opzetten kan de schoorstang 2 05 naar de in figuur 9 weergegeven stand opgericht worden, om ter plaatse van 240 op zekere wijze gekoppeld te worden met verder niet weergegeven voorziening 241 in keerwanddeel 201b.
Opgemerkt wordt dat in dit voorbeeld een afslui-10 ting van de opneemruimte 204 wordt verzorgd door het keerwanddeel 201a zelf. De schoor 205 kan eventueel voorzien zijn van een scharnier 242, opdat deze, zoals weergegeven in figuur 8, naast het opgevouwen samenstel van keerwanddelen 201a en 201b neergeklapt opgenomen kan zijn 15 in opneemruimte 204.
In figuren 10 en 10A is een mogelijke uitvoering van het scharnier 2 06 van de waterkering van de figuren 8 en 9 weergegeven. Aan de fundering 203 is een scharnier-zitting 260 gelast, welke een recht cirkelcilindervormige 20 kom 261 vormt voor scharnierstaaf 262, die vastgelast is aan keerwanddeel 201a. Bij het oprichten van het keerwanddeel 201a in de richting C zal dit samen met scharnierstaaf 262 om het scharnierpunt S roteren.
Om lekkage ter plaatse van het scharnierpunt te 25 voorkomen kan, zoals weergegeven in figuur 10A, de aan de waterzijde gelegen langsrand van het keerwanddeel 201a voorzien zijn van een boogvormig uitlopend schort 265 en de scharnierzitting 260 bovenaan buiten van een rubberen geleidingsbekleding 263, die eindigt in een hardhouten 30 balk 264. Bij het opzetten en neerklappen van het keerwanddeel 201a zal het schort 265, dat van roestvrij staal kan zijn, over de balk 264 en over de rubberen bekleding 263 lopen. Het rubber zorgt daarbij voor blijvende afdichting, terwijl de houten balk warmte-isolerend werkt voor 35 de rubberen laag 263 en als geleiding en oplegpunt dient voor het roestvrijstalen schort 265.
Een waterkering zal doorgaans een vrij grote f017109· 11 lengte bezitten, en zal dus, zoals al gesuggereerd is met figuur 6, uit meerdere units bestaan. Tussen deze units moeten zodanige afdichtingsmaatregelen genomen worden, dat hinderlijke lek voorkomen wordt. Voorbeelden hoe dit kan 5 geschieden zijn gegeven in de figuren 11A-C, waar de keerwanddelen 301 voorzien zijn van dwarseindranden 301'. Eén van de randen 301' is voorzien van een daarop bevestigd rubberen strook 380, zelf voorzien van een bevesti-gingsstrook 381, en een kop 382. Deze kop 382 is padde-10 stoelvormig, om aan de waterzijde afdichtend aan te liggen tegen de beide randgebieden 301' .
Zoals in figuur 11B gesuggereerd is kan de kop 382 voorzien zijn van een metalen beschermkap 383, ter bescherming en vergroting van de levensduur daarvan.
15 In de figuur 11C is de mogelijke aansluiting weergegeven tegen een vaste wand 370. Opgemerkt wordt dat hierbij gebruik wordt gemaakt van afdichtingsmateriaal 380 dat UV-bestendig is en mee kan geven tijdens de opzet- dan wel inklapbeweging van de waterkering.
20 In figuur 12, waarin dezelfde onderdelen aange duid zijn met dezelfde verwijzingscijfers, vermeerderd met een honderdtal, is er sprake van slechts één keerwanddeel 401, en een schoorplaat 405. In dit geval is het keerwanddeel 401 ter plaatse van 406 scharnierbaar verbonden met 25 de fundering 403 en de schoorplaat 4 05 ter plaatse van scharnier 407. De keerwand bestaat hier uit een enkele plaat, en ter plaatse van scharnier 4 02a zal een overloop aanwezig zijn, indien men dat wenst. Wenst men een hogere kering, dan kunnen segmenten worden bevestigd aan de 30 enkele keerwand, bijvoorbeeld twee (zoals in figuur 1) of een (zoals in figuur 7) .
De constructie volgens de uitvinding kan ook gebruikt worden als instelbare overlaat, zoals weergegeven in figuren 13A en 13B.
35 In figuur 13A is weergegeven dat een dergelijke constructie ook kan worden opgenomen, verzonken in een dijklichaam 511. Hierbij is de hoogste stand van het 1017109· 12 scharnierpunt 502a ongeveer gelijk aan de kruin van het dijklichaam 511. Het scharnier 507 bevindt zich nog ter plaatse van de fundering 503, en de waterhoogte is Hl. In figuur 13B is het scharnier 507 enigszins naar rechts 5 verplaatst en daarin vastgehouden, en is de waterkerende hoogte H2. Deze hoogte H2 is te laag voor het keren van water met de hoogte Hl, zodat in de tussenliggende periode water in de richting D over het scharnier 502a en over de schoorplaat 505 is kunnen afstromen, naar een overlooppol-10 der, groene rivier of iets dergelijks. Door verplaatsing van het scharnier 507 in de richting E kan een waterover-laat gevormd worden die beneden de kruinhoogte gelegen is.
1017109«
Claims (24)
1. Inrichting voor het keren van water omvattend een fundering, steunconstructie of iets dergelijks, een beweegbaar aan de fundering bevestigde keerwand en een beweegbaar, in het bijzonder scharnierbaar, aan de 5 fundering bevestigde schoor, waarbij de schoor en de keerwand beweegbaar, in het bijzonder scharnierbaar, aan elkaar bevestigd zijn, waarbij de keerwand voorzien is van tenminste een inwendig langsscharnier waaromheen de keerwand op zichzelf kan worden omgeklapt en waarbij de funde- 10 ring, etc. voorzien is van een opneemruimte voor de keerwand in een om het tenminste ene langsscharnier gevouwen, in het bijzonder platgevouwen, toestand.
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de keerwand voorzien is van meerdere inwendige langsschar- 15 nieren.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij de keerwand in- en uitklapbaar is tussen een niet-bedrijfsstand, waarin de keerwand in hoofdzaak horizontaal gelegen is, en een in hoofdzaak verticale bedrijfsstand.
4. Inrichting volgens conclusie 1, 2 of 3, waar bij het langsscharnier ingericht is voor een scharnier-beweging aan de zijde van het te keren water, waarbij de keerwand bij voorkeur voorzien is van aanslagmiddelen voor begrenzing van de uitslag van het langsscharnier.
5. Inrichting volgens conclusie 4, voorts voor zie van middelen voor vergrendeling van het langsscharnier in de opgerichte toestand van de keerwand.
6. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij een inwendig langsscharnier gelegen is ter plaatse van de 30 verbinding van de schoor met de keerwand.
7. Inrichting volgens conclusie 6, waarbij het laagste inwendige langsscharnier gelegen is ter plaatse van de verbinding van de schoor met de keerwand of daar- 1017109« boven.
8. Inrichting volgens conclusie 7 en 4 of 5, waarbij de begrenzings- danwel vergrendelingsmiddelen tevens ingericht zijn voor het vastleggen van de schoor 5 aan de keerwand.
9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de fundering, etc. een in hoofdzaak U-vormig lichaam omvat.
10. Inrichting volgens conclusie 9, waarbij de 10 fundering, etc. voorzien is van een zich neerwaarts daar- vanaf uitstrekkende grondplaat.
11. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de schoor scharnierbaar is tussen een zijwaarts neergeklapte stand en een werkzame stand.
12. Inrichting volgens conclusie 11, waarbij de schoor in neergeklapte stand opgenomen is in de opneem-ruimte.
13. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de keerwand een deksel vormt voor de 2. opneemruimte.
14. Inrichting volgens een der conclusies 1-10, waarbij de schoor plaatvormig is.
15. Inrichting volgens conclusie 14, waarbij de schoorplaat een deksel vormt voor de opneemruimte.
16. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij althans een van de verbindingen van keerwand en schoor met de fundering in horizontale richting verplaatsbaar is.
17. Inrichting voor het keren van water omvat- 3. tend een fundering, een beweegbaar aan de fundering beves tigd keerwand en een beweegbaar, in het bijzonder scharnierbaar, aan de fundering bevestigde schoor, waarbij de schoor en de keerwand beweegbaar, in het bijzonder scharnierbaar, aan elkaar bevestigd zijn, waarbij althans 35 een van de verbindingen van keerwand en schoor met de fundering in horizontale richting verplaatsbaar en instelbaar is. f017109·
18. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, opgenomen in de kruin van een dijklichaam.
19. Inrichting volgens conclusie 18, waarbij de verbindingen met de fundering gelegen zijn op afstand 5 beneden de dijkkruin.
20. Inrichting volgens een der conclusies 1-17, opgenomen in een kade.
21. Samenstel van een aantal inrichtingen volgens een der voorgaande conclusies, in lijn opgesteld, 10 waarbij de inrichtingen afzonderlijk oprichtbaar inklapbaar zijn.
22. Inrichting voorzien van een of meer van de in de bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in de bij-gevoegde tekeningen getoonde kenmerkende maatregelen.
23. Waterkerende constructie voorzien van een inrichting volgens een der voorgaande conclusies.
24. Werkwijze omvattend een of meer van de in de bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in de bij-gevoegde tekeningen getoonde kenmerkende stappen. -o-o-o-o-o-o-o-o- T0Ï7T09*
Priority Applications (6)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1017109A NL1017109C2 (nl) | 2000-03-18 | 2001-01-15 | Waterkering. |
PCT/NL2001/000218 WO2001071099A2 (en) | 2000-03-18 | 2001-03-16 | Water-retaining structure |
AU2001244847A AU2001244847A1 (en) | 2000-03-18 | 2001-03-16 | Water-retaining structure |
EP01917975A EP1266096A2 (en) | 2000-03-18 | 2001-03-16 | Water-retaining structure |
US10/243,513 US20030053864A1 (en) | 2000-03-18 | 2002-09-13 | Water-retaining structure |
US10/978,569 US7033112B2 (en) | 2000-03-18 | 2004-11-01 | Water-retaining structure |
Applications Claiming Priority (4)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1014688 | 2000-03-18 | ||
NL1014688 | 2000-03-18 | ||
NL1017109 | 2001-01-15 | ||
NL1017109A NL1017109C2 (nl) | 2000-03-18 | 2001-01-15 | Waterkering. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1017109C2 true NL1017109C2 (nl) | 2001-09-21 |
Family
ID=26643146
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1017109A NL1017109C2 (nl) | 2000-03-18 | 2001-01-15 | Waterkering. |
Country Status (5)
Country | Link |
---|---|
US (2) | US20030053864A1 (nl) |
EP (1) | EP1266096A2 (nl) |
AU (1) | AU2001244847A1 (nl) |
NL (1) | NL1017109C2 (nl) |
WO (1) | WO2001071099A2 (nl) |
Families Citing this family (23)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB0127216D0 (en) * | 2001-11-13 | 2002-01-02 | Univ Edinburgh | Watertight gate mechanism |
DE10162568A1 (de) * | 2001-12-19 | 2003-07-17 | Seidl & Partner Gmbh Gesamtpla | Bauwerksegment für ein Hochwasserschutzbauwerk, Bauwerk und Verfahren zur Errichtung des Bauwerks |
DE20300815U1 (de) | 2003-01-20 | 2003-06-05 | Schramm, Horst, Dipl.-Phys., 80999 München | Notdeich |
GB0404954D0 (en) * | 2004-03-04 | 2004-04-07 | Forrest John C M | An aparatus and method for flood defence |
AU2005312406A1 (en) * | 2004-12-06 | 2006-06-15 | Cornelis Elizabeth Rijlaarsdam | Retaining wall with interconnectable retaining wall members |
US7410325B1 (en) * | 2005-06-10 | 2008-08-12 | Nelson Joseph L | Modular guide frame for a gate |
US20070237585A1 (en) * | 2006-04-06 | 2007-10-11 | Gary Frantz | Water barrier device |
GB2451843A (en) * | 2007-08-14 | 2009-02-18 | Meiklewall Scotland Ltd | A barrier with a pivotably mounted cantilever member |
WO2009076199A2 (en) * | 2007-12-05 | 2009-06-18 | Linares Miguel A | Sea wall system with displaceable and water level actuating components |
US7976240B2 (en) * | 2009-08-27 | 2011-07-12 | Mun Kam C | Flood barrier |
JP5329452B2 (ja) * | 2010-01-27 | 2013-10-30 | 日立造船株式会社 | 浮体連結式フラップゲート |
CN102234993A (zh) * | 2011-04-25 | 2011-11-09 | 山东河海水力插板工程有限责任公司 | 高位溢流堰海水单向流动工程 |
JP5792022B2 (ja) * | 2011-10-19 | 2015-10-07 | 日立造船株式会社 | 壁面設置用フラップゲート式防水パネル |
US20120148346A1 (en) * | 2012-03-01 | 2012-06-14 | Shahriar Eftekharzadeh | Self-deploying floodwall |
CZ306685B6 (cs) * | 2012-07-18 | 2017-05-10 | Eismann | Zařízení k ochraně budov proti povodním a záplavám |
DK2971366T3 (en) * | 2013-03-15 | 2019-02-25 | Floodbreak Llc | Flood protection barrier lift system |
US10711419B2 (en) * | 2015-12-16 | 2020-07-14 | Ali Farhadzadeh | Boardwalk and sidewalk system with dual use as flood control barrier |
CN106498841B (zh) * | 2016-11-28 | 2018-06-26 | 中冶建筑研究总院有限公司 | 一种水上通行结构 |
JP7386791B2 (ja) * | 2018-01-08 | 2023-11-27 | フロッドブレイク,エルエルシー | 洪水用バリア |
US20200063456A1 (en) * | 2018-08-22 | 2020-02-27 | Ruben Mendez | Flood-Resistant Wall |
US10619318B1 (en) | 2019-05-24 | 2020-04-14 | Floodbreak, L.L.C. | Flood barrier |
NL1043729B1 (nl) | 2019-07-15 | 2021-10-05 | Elizabeth Rijlaarsdam Cornelis | Klimaatdam |
DK180792B1 (da) * | 2021-01-21 | 2022-03-29 | Steen Olsen Invest Aps | Brobarriere samt fremgangsmåde til etablering af sådan brobarriere |
Family Cites Families (21)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US579349A (en) | 1897-03-23 | Automatic movable dam ob sluiceway gate | ||
DE287555C (nl) | ||||
US1120787A (en) * | 1913-10-31 | 1914-12-15 | Guy B Bebout | Collapsible wicket for dams. |
US1754108A (en) | 1928-01-18 | 1930-04-08 | Jermar Frantisek | Weir shutter |
US2118404A (en) | 1937-01-28 | 1938-05-24 | Jermar Frantisek | Hydrostatic weir shutter |
DE696664C (de) | 1937-11-17 | 1940-09-26 | Fried Krupp Grusonwerk Akt Ges | Klappenwehr |
US2701953A (en) | 1952-08-21 | 1955-02-15 | Gen Steel Castings Corp | Wicket for river dams |
FR2148836A5 (nl) * | 1971-08-05 | 1973-03-23 | Aubert J | |
FR2458633A1 (fr) * | 1979-06-12 | 1981-01-02 | Aubert J | Systeme de bouchure pour barrage hydraulique |
CH640289A5 (en) | 1981-01-21 | 1983-12-30 | Vevey Atel Const Mec | Dam element |
DE3401010A1 (de) | 1984-01-13 | 1985-07-18 | Gewerkschaft Eisenhütte Westfalia, 4670 Lünen | Wasserschutzdamm |
US5199812A (en) | 1991-09-10 | 1993-04-06 | The United States Of America As Represented By The Secretary Of The Army | Hydraulic fixed strut game |
NL9201601A (nl) | 1992-09-16 | 1994-04-18 | Andreas Schmidt Apol | Beschermingsinrichting tegen hoog water. |
US5470177A (en) | 1994-03-02 | 1995-11-28 | Hughes; Christopher T. | Hydro wall |
US5758989A (en) | 1995-06-28 | 1998-06-02 | The United States Of America As Represented By The Secretary Of The Army | Linear action hurter |
SE507170C2 (sv) | 1995-08-11 | 1998-04-20 | Sten Kullberg | Förfarande och anordnig vid framställning av en vattenfördämning |
SE505394C2 (sv) * | 1995-11-14 | 1997-08-18 | Sahbi Belarbi | Översvämningsskydd |
FR2743829A1 (fr) | 1996-01-19 | 1997-07-25 | Hydroplus | Hausse automatique pour ouvrage hydraulique tel que seuil en riviere, deversoir sur un barrage ou sur une digue de protection |
FR2784404A1 (fr) | 1998-10-13 | 2000-04-14 | Parisienne De Rech Appliquees | Barrage a surverse a panneau basculant |
DE29911655U1 (de) * | 1999-07-05 | 1999-10-28 | Kusan, Kristian, Dipl.-Ing., 56626 Andernach | Hochklappbare Hochwasserschutzwand |
DE29916355U1 (de) * | 1999-09-14 | 2000-02-17 | Kusan, Andre, 56626 Andernach | Hochklappbare Wand für Hochwasserschutz |
-
2001
- 2001-01-15 NL NL1017109A patent/NL1017109C2/nl not_active IP Right Cessation
- 2001-03-16 AU AU2001244847A patent/AU2001244847A1/en not_active Abandoned
- 2001-03-16 WO PCT/NL2001/000218 patent/WO2001071099A2/en active Application Filing
- 2001-03-16 EP EP01917975A patent/EP1266096A2/en not_active Withdrawn
-
2002
- 2002-09-13 US US10/243,513 patent/US20030053864A1/en not_active Abandoned
-
2004
- 2004-11-01 US US10/978,569 patent/US7033112B2/en not_active Expired - Fee Related
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
US20030053864A1 (en) | 2003-03-20 |
US7033112B2 (en) | 2006-04-25 |
WO2001071099A2 (en) | 2001-09-27 |
WO2001071099A3 (en) | 2002-02-14 |
EP1266096A2 (en) | 2002-12-18 |
US20050100411A1 (en) | 2005-05-12 |
AU2001244847A1 (en) | 2001-10-03 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL1017109C2 (nl) | Waterkering. | |
JP5588567B2 (ja) | 自動作動式の高潮障壁 | |
US6132140A (en) | Method for the fabrication of a dam or barrier | |
DK2912228T3 (en) | RETENTION DEVICE | |
EP2915923A1 (en) | Self operating barrier for flood, spill and other protection | |
ES2930546T3 (es) | Barrera contra inundaciones | |
EP1880058B1 (en) | Flood barrier | |
GB2399375A (en) | A buoyant self-erecting flood barrier | |
KR101306937B1 (ko) | 접이식 월류 방지 구조물 | |
WO2014086403A1 (en) | Gate for free spillway weirs | |
KR20140099027A (ko) | 다목적 높이가변형 차단구조물 | |
US11629469B2 (en) | Flood protection | |
US4883013A (en) | Portable, rapid installable dolphin system | |
NL1028187C1 (nl) | Vloedgolfbreker. | |
KR100632275B1 (ko) | 노면 접속장치 | |
KR102609247B1 (ko) | 더블 에어백을 이용한 홍수방지벽 및 이의 시공방법 | |
NL2034300B1 (nl) | Waterkeerinrichting voorzien van een opdrijfbaar waterkeerlichaam, toepassing van een dergelijke waterkeerinrichting en opdrijfbaar waterkeerlichaam voor een dergelijke waterkeerinrichting | |
NL1002721C1 (nl) | Stuw. | |
NL2014143A (nl) | Waterkeerinrichting. | |
JP2007113261A (ja) | 起立姿勢保持機構を備える止水施設 | |
NL1007350C2 (nl) | Instelbare waterkering. | |
NL2022334A (nl) | Waterkering | |
WO2008038221A1 (en) | Flood barrier | |
PL62957Y1 (pl) | Wielosegmentowy, ukośny stojak, zwłaszcza dla podpór, zabezpieczających wały przeciwpowodziowe | |
EP1362145B1 (en) | Embankment device for delimiting collection of liquid upon for example flood |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20150801 |