NL1013574C2 - Railbevestigingssysteem met vergrendelorgaan. - Google Patents

Railbevestigingssysteem met vergrendelorgaan. Download PDF

Info

Publication number
NL1013574C2
NL1013574C2 NL1013574A NL1013574A NL1013574C2 NL 1013574 C2 NL1013574 C2 NL 1013574C2 NL 1013574 A NL1013574 A NL 1013574A NL 1013574 A NL1013574 A NL 1013574A NL 1013574 C2 NL1013574 C2 NL 1013574C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
rail
mounting
locking member
locking
rod
Prior art date
Application number
NL1013574A
Other languages
English (en)
Inventor
Cornelis Martin Bei Henegouwen
Lambert George Van Groos
Original Assignee
Flamco Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Flamco Bv filed Critical Flamco Bv
Priority to NL1013574A priority Critical patent/NL1013574C2/nl
Priority to EP20000204010 priority patent/EP1101989B1/en
Priority to DE2000608197 priority patent/DE60008197T2/de
Application granted granted Critical
Publication of NL1013574C2 publication Critical patent/NL1013574C2/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B37/00Nuts or like thread-engaging members
    • F16B37/04Devices for fastening nuts to surfaces, e.g. sheets, plates
    • F16B37/045Devices for fastening nuts to surfaces, e.g. sheets, plates specially adapted for fastening in channels, e.g. sliding bolts, channel nuts
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B37/00Nuts or like thread-engaging members
    • F16B37/08Quickly-detachable or mountable nuts, e.g. consisting of two or more parts; Nuts movable along the bolt after tilting the nut
    • F16B37/0807Nuts engaged from the end of the bolt, e.g. axially slidable nuts

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Clamps And Clips (AREA)
  • Mutual Connection Of Rods And Tubes (AREA)

Description

*
Korte aanduiding: Railbevestigingssysteem met vergrendelor- gaan.
De uitvinding heeft betrekking op een railbevestigingssysteem volgens de aanhef van conclusie 1.
Een dergelijk systeem is bijvoorbeeld bekend uit DE-A-36 25 885, waarin een railbevestigingssysteem geopenbaard is 5 dat bestemd is voor het aan een plafond ophangen van buizen, en dat een montagerail met een daarin vergrendelbaar koppe-lingselement omvat. Het koppelingselement is hamerkopvormig uitgevoerd en omvat een montagekop en een vasthoudlichaam waarin een van binnendraad voorziene bus bevestigd is. De 10 montagekop kan heen en weer schuiven in de montagerail, waarbij de onderzijde van de kop door een veer tegen de geleidingsflanken wordt gedrukt. In de bus in het vasthoudlichaam kan een schroefdraadstang worden geschroefd, aan het ondereinde waarvan een buisbevestigingsbeugel bevestigd is. 15 De bus kan in beperkte mate op en neer bewegen binnenin het vasthoudlichaam, en heeft in de verhoogde stand de vrijheid om te worden verdraaid om zo de schroefdraadstang te kunnen stellen, zonder dat daartoe de gehele schroefdraadstang met buisbevestigingsbeugel hoeft te worden verdraaid.
20 Nadelig bij dit bekende systeem is dat het vastschroe ven en stellen van de schroefdraadstang met buisbevestigingsbeugel in het koppelingselement veel tijd kost. Met name bij montage aan een plafond dienen deze handelingen boven het hoofd van een monteur te worden uitgevoerd, waar-25 bij al snel verzuring in de armen op kan treden. Een nauwkeurig stellen van het op te hangen voorwerp is bij dit bekende systeem vooral moeilijk indien het gewicht van het voorwerp groot is, of indien voor het ophangen meerdere koppelingselementen nodig zijn. Er zijn dan al snel hulpmid-30 delen of extra personen nodig voor het tijdelijk ondersteunen van het voorwerp. Indien bij toepassingen met meerdere koppelingselementen, bijvoorbeeld bij het ophangen van buizen, het plafond of de wand bovendien niet vlak is, is 1013574 - 2 - het stellen en onderling op elkaar afstemmen van de meerdere ophangpunten een moeizaam en tijdrovend proces.
De onderhavige uitvinding heeft tot doel de bovengenoemde nadelen te ondervangen, en in het bijzonder een 5 goedkoop en gebruiksvriendelijk railbevestigingssysteem te verschaffen waarmee voorwerpen snel, eenvoudig en zonder al te veel kracht in een gewenste positie aan een montagerail kunnen worden bevestigd. Meer in het bijzonder heeft de uitvinding tot doel een railbevestigingssysteem te verschaf-10 fen waarmee voorwerpen via meerdere koppelingselementen nauwkeurig met een montagerail aan een al dan niet vlak plafond of wand kunnen worden bevestigd en desgewenst kunnen worden nagesteld.
Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt door een 15 railbevestigingssysteem volgens conclusie 1. Het systeem omvat een montagerail met een in hoofdzaak C-vormige dwarsdoorsnede met een doorgaande sleuf die begrensd wordt door twee geleidingsflanken. In de montagerail kan een montagekop van een koppelingselement heen en weer schuiven. Op de 20 montagekop sluiten twee of meer schaaldelen aan die tezamen een holling begrenzen. De holling is zodanig gevormd dat daarin een stangvormig deel van een te bevestigen voorwerp kan worden gestoken. Een vergrendelorgaan sluit beweegbaar tussen een vergrendel- en een vrij stand aan op de schaalde-2 5 len. In de vrij stand van het vergrendelorgaan kan het stang-vormige deel tussen de schaaldelen worden gestoken. In de vergrendelstand worden de schaaldelen door het vergrendelorgaan naar elkaar toe gedrukt en wordt een ingestoken stangvormig deel daartussen vastgehouden. Het vergrendelorgaan 30 kan eenvoudig, licht en snel worden bediend. Het systeem volgens de uitvinding maakt het mogelijk om grote tijdwinsten bij het ophangen van voorwerpen te bereiken. Het na insteken vergrendelen verstoort de positionering van het koppelingselement in de montagerail niet en kan met een hand 35 worden uitgevoerd. Indien het voorwerp aan een plafond dient te worden opgehangen, dan heeft het snel en licht bedienbare vergrendelorgaan bovendien als voordeel dat er geen verzuring in de armspieren van de monteur optreedt. Indien een 1013574 - 3 - groot voorwerp aan meerdere koppelingselementen moet worden opgehangen, dan kunnen de meerdere stangvormige delen met voordeel tegelijk in de bijbehorende koppelingselementen worden gestoken, en vervolgens stuk voor stuk in de gewenste 5 hoogte worden nagesteld en vergrendeld. Tijdens dit nastellen hebben de nog niet vergrendelde stangvormige delen de vrijheid om mee omhoog of omlaag te bewegen. Dit maakt het systeem in het bijzonder geschikt voor het ophangen van langwerpige voorwerpen zoals buizen, aan plafonds.
10 Met voordeel is het vergrendelorgaan aan de zijde van de montagekop voorzien van een nokprofiel. In de vrij stand geeft het nokprofiel de montagekop voldoende vrijheid om zonder al te veel weerstand in de montagerail te worden verschoven naar een gewenste positie. In de vergrendelstand 15 oefent het vergrendelorgaan via een kam van het nokprofiel een zodanige kracht uit dat het kopdeel in de richting van de geleidingsflanken wordt getrokken en het koppelingsele-ment vergrendeld wordt op de montagerail. Aldus is volgens deze voordelige uitvoeringsvorm een railbevestigingssysteem 20 verschaft waarbij een beweging van het vergrendelorgaan van een vrijstaand naar een vergrendelstand, tegelijkertijd een koppelingselement in een bepaalde gewenste positie vergrendelt op een montagerail en daarnaast een stangvormig deel van een te bevestigen voorwerp vastklemt in het koppelings-25 element. Dit werkt tijdbesparend en drukt bovendien de kosten van de constructie aangezien slechts één vergrendelorgaan hoeft te worden voorzien.
Verdere voorkeursuitvoeringsvormen van de uitvinding zijn vastgelegd in conclusie 3-10.
30 Een uitvoeringsvorm van de uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekening, waarin: fig. 1 een aanzicht is in perspectief van een railbevestigingssysteem volgens de uitvinding; fig. 2 een aanzicht is overeenkomstig fig. 1 met uit-35 eengenomen delen; fig. 3 een aanzicht is in dwarsdoorsnede van fig. 1; fig. 4 een aanzicht is overeenkomstig fig. 3 met ingestoken schroefdraadstang; 1013574 - 4 - fig. 5 een zij- en onderaanzicht toont van het systeem in fig. 1 met het vergrendelorgaan in de vrij stand; fig. 6 een aanzicht is overeenkomstig fig. 5 met het vergrendelorgaan in de vergrendelstand; 5 fig. 7 een voor- en onderaanzicht toont van een uitvoe- ringsvariant met het vergrendelorgaan in de vrij stand; fig. 8 een aanzicht is overeenkomstig fig. 7 met het vergrendelorgaan in de vergrendelstand; fig. 9a-g stapsgewijs het monteren en stellen van een 10 railbevestigingssysteem met een daaraan op te hangen buis weergeeft.
Het railbevestigingssysteem in fig. 1-6 omvat een montagerail 1 met een vlakke bodem 2, twee zijwanden 3 en twee naar binnen toe stekende geleidingsflanken 4. De gelei-15 dingsflanken 4 begrenzen een doorgaande sleuf 5. De montage rail is bestemd om aan een wand of een plafond te worden bevestigd voor het daaraan ophangen van voorwerpen, bijvoorbeeld buizen van leidingsystemen, een airconditioning unit, etc .
20 Het railbevestigingssysteem omvat verder een koppe- lingselement 10 met een montagekop 11 en een vasthoudlichaam 12. De montagekop 11 kan vrij heen en weer worden verschoven in de montagerail 1, waarbij het vasthoudlichaam 12 door de doorgaande sleuf 5 heen naar buiten steekt. Het vasthoud-25 lichaam 12 is voorzien van twee scharnierpennen 13 waaromheen een vergrendelorgaan 18 met twee scharnierogen 14 kan scharnieren. Het vergrendelorgaan 18 is voorzien van een nokprofiel 19 met een kamdeel 20 dat op een maximale afstand van de twee scharnierogen 14 ligt.
3 0 Om het vasthoudlichaam 12 heen kan een klemplaat 25 worden geschoven, die hiertoe voorzien is van een centrale uitsparing 26 met twee inkepingen 27 voor het passeren van de scharnierpennen 13 van het vasthoudlichaam 12.
In de samengestelde stand is de klemplaat 25 tot vlak 35 onder de montagekop 11 geschoven, en is het vergrendelorgaan 18 met zijn scharnierogen 14 om de scharnierpennen 13 gepositioneerd. De klemplaat 25 komt op het nokprofiel 19 te rusten, waarbij tussen de bovenzijde van de klemplaat 25 en 1 01 3574 - 5 - de onderzijde van de montagekop 11 ruimte is vrijgelaten voor de geleidingsflanken 4 van de montagerail 1. Het koppe-lingselement 10 kan met zijn montagekop 11 in de montagerail 1 worden verschoven, waarbij de klemplaat 25 zich aan de 5 buitenzijde van de montagerail 1 bevindt.
De montagekop 11 is met voordeel zodanig smal uitgevoerd dat het overdwars door de doorvoersleuf 5 naar binnen kan worden gestoken en vervolgens 90° kan worden verdraaid, waarna het met zijn onderzijde komt te rusten op de gelei-10 dingsflanken 4. Aldus is een montage mogelijk van extra koppelingselementen, zonder dat deze vanaf een open kops einde van een montagerail 1 naar binnen hoeven te worden geschoven.
Het vergrendelorgaan 18 is in de samengestelde stand 15 scharnierbaar tussen een vrij stand (fig. 5) en een vergren-delstand (fig. 6). In de vergrendelstand ligt het kamdeel 20 van het nokprofiel 19 zodanig aan tegen de klemplaat 25 dat deze met kracht in de richting van de montagekop 11 gedrukt wordt. De montagekop 11 wordt hierdoor in de richting van de 20 geleidingsflanken 4 getrokken, hetgeen resulteert in een stevige opsluiting van de geleidingsflanken 4 tussen de klemplaat 25 en de montagekop 11. In de vrij stand ligt de klemplaat 25 aan tegen een minder uitstekend deel 21 van het nokprofiel 19. Hierdoor ontstaat voldoende speling tussen de 25 klemplaat 25 en de montagekop 11 om het koppelingselement 10 in zijn geheel te verschuiven naar een gewenste positie in de montagerail 1.
Met voordeel zijn de geleidingsflanken 4 en de klemplaat 25 voorzien van complementaire gegolfde of getande 30 structuren 30 respectievelijk 31, die in de vergrendelstand in elkaar aangrijpen. Deze vormgesloten passing maakt het mogelijk de kracht die het kamdeel 20 van het nokprofiel 19 uit dient te oefenen, te verkleinen. De bedieningskracht die benodigd is voor het verdraaien van het vergrendelorgaan 18 3 5 van de vrij stand naar de vergrendelstand wordt hierdoor overeenkomstig kleiner. In een niet getoonde variant is de onderzijde van de montagekop voorzien van een geprofileerde structuur. Het kamdeel 20 is uitgevoerd met een grendelnok 1013574 - 6 - 32. In de vergrendelstand grijpt de grendelnok 32 aan in de gegolfde of getande structuur 31 van de klemplaat 25. De grendelnok 32 vormt een extra weerstand indien het vergren-delorgaan 18 weer van de vergrendelstand naar de vrij stand 5 dient te worden verdraaid. Een meer definitieve borging van het vergrendelorgaan 18 in de vergrendelstand kan worden bereikt door het in uitsparingen 33 in het vergrendelorgaan 18 steken van een splitpen, of het naar beneden toe ombuigen van een zijwanddeel 34 van het vergrendelorgaan 18 (zie fig. 10 6) .
Het koppelingselement 10 kan niet alleen in langsrich-ting in de montagerail 1 heen en weer worden geschoven, maar bovendien in dwarsrichting enigszins heen en weer schommelen. Dit wordt bereikt doordat de montagekop 11 met speling 15 in de montagerail 1 past, en bovendien de onderzijde van de montagekop 11 en de bovenzijde van de geleidingsflanken 4 met een radius zijn uitgevoerd. De schommelbeweging is zowel in de vrij stand als in de vergrendelstand mogelijk, de complementaire gegolfde of getande structuren 30, 31 grijpen 20 in de vergrendelstand met een zodanige speling in elkaar aan dat slechts een verschuiving in langsrichting van de montagerail 1 geblokkeerd is.
Zoals te zien in fig. 2 is het vasthoudlichaam 12 cilindrisch uitgevoerd met twee door langssleuven van elkaar 25 gescheiden schaaldelen 35 die tezamen een holling 36 begrenzen. De beide schaaldelen 35 zijn aan één einde verbonden met de montagekop 11 en monden aan hun vrije einde uit in een verjongd deel 37. De holling 36 is ter plaatse van de verjongde delen 37 overeenkomstig verjongd. In de samenge-30 stelde stand worden de verjongde delen 37 begrensd door de randen van een sleutelgatvormige uitsparing 40 in het vergrendelorgaan 18. In de vrijstand (fig. 5) van het vergrendelorgaan 18 worden de verjongde delen 37 begrensd door een wijd deel 41 van de uitsparing 40. In de vergrendelstand 35 (fig. 6) worden de verjongde delen 37 begrensd door een smal deel 42 van de uitsparing 40. Het smalle deel 42 is hierbij zodanig klein uitgevoerd dat een verdraaiing van het vergrendelorgaan 18 naar de vergrendelstand de verjongde delen 1013574 - 7 - 37 naar elkaar toe drukt. Indien zich een stangvormig deel 43 van een op te hangen voorwerp binnenin de holling 36 bevindt, dan zal deze als gevolg van het naar elkaar toe drukken van de verjongde delen 37 daartussen worden vastge-5 klemd. Aldus is het met voordeel mogelijk om met een eenvoudige bedieningshandeling het stangvormige deel 43 vast te klemmen in het koppelingselement 10.
Indien gewenst kan een ontgrendeling plaatsvinden door een verdraaiing van het vergrendelorgaan 18 van de vergren-10 deistand naar de vrij stand.
Teneinde de bediening van het vergrendelorgaan 18 te vereenvoudigen is deze voorzien van twee insteeksleuven 50 waarin een hefboom, bijvoorbeeld een schroevendraaier, kan worden gestoken. Door op de schroevendraaier een dwarskracht 15 uit te oefenen kan het vergrendelorgaan 18 eenvoudig van de ene naar de andere stand verdraaid worden. De hefboom verkleint hierbij de afstand tussen de monteur en het railbe-vestigingssysteem, hetgeen met name voordelig is bij toepassingen aan een plafond.
2 0 Het stangvormige deel 43 van een op te hangen voorwerp wordt hier gevormd door een schroefdraadstang, waarbij de schaaldelen 35 kunnen zijn voorzien van binnendraad. Bij de getoonde uitvoeringsvorm is binnendraad 52 voorzien in de verjongde delen 37. De binnendraad 52 grijpt alleen in de 25 vergrendelstand aan op de buitendraad van de tussen de schaaldelen 35 gestoken schroefdraadstang. Dit heeft als voordeel dat de schroef draadstang in de vrij stand net zover als gewenst vrij in het vasthoudlichaam 12 naar binnen kan worden geschoven. In de vergrendelstand is vervolgens een 30 fijnpositionering van de schroefdraadstang mogelijk door deze ten opzichte van de binnendraad 52 te verdraaien, waardoor een hoogteverstelling van het op te hangen voorwerp ten opzichte van de montagerail 1 wordt bereikt.
Met voordeel is tussen de schaaldelen 35 een klembus 55 35 voorzien. De klembus 55 heeft tot doel om het stangvormige deel 43 in de vrij stand van het vergrendelorgaan 18 losmaakbaar vast te houden nadat deze in de holling 3 6 naar binnen is gestoken. De klembus 55 wordt hier gevormd door een 1013574 - 8 - gespleten cilindermantelvormig element dat voorzien is van drie naar binnen toe uitstekende verende lippen 56. De verende lippen 56 zijn in het bijzonder geschikt voor het vasthouden van een schroefdraadstang, waarbij de lipuitein-5 den in de buitendraad komen te vallen. Aldus is het met voordeel mogelijk om het stangvormige deel 43 in de vrij-stand in de holling 36 te steken zonder dat deze daar direct weer uitvalt. De klembus 55 wordt begrensd door de verjongde delen 37, en kan niet uit het vasthoudlichaam 12 vallen. De 10 tijdelijke klemming van het stangvormige deel maakt een éénhandige bediening van het vergrendelorgaan 18 mogelijk, een monteur kan zelfs eerst andere werkzaamheden gaan uit-voeren, alvorens de vergrendelingshandeling uit te voeren.
De klembus 55 is in het bijzonder zodanig klein uitge-15 voerd dat deze in de vrij stand tussen de schaaldelen 35 op en neer kan schuiven. Hierdoor kan snel een gewenste grove hoogte-instelling van het ingestoken stangvormig deel 43 worden bereikt. Teneinde het verschuiven te vergemakkelijken is de klembus 55 op zijn buitenomtrek voorzien van wrij-20 vingsverminderende uitstulpingen 57. Deze uitstulpingen 57 verkleinen het contactoppervlak en daarmee de onderlinge wrijving. De uitstulpingen 57 voorkomen bovendien dat de klembus 55 zich binnenin de holling vast gaat zetten, bijvoorbeeld als gevolg van schranken.
25 In fig. 7 en 8 is een uitvoeringsvariant getoond waar bij een vergrendelorgaan 70 scharnierbaar rondom een schar-niernok 71 met een schaaldeel 72 van een koppelingselement is verbonden. Een ander schaaldeel 72 van het koppelingselement is voorzien van een geleidingsnok 75 die geleid is in 3 0 een gekromde sleuf 76 met een af nemende radius die is voorzien in het vergrendelorgaan 70. De afnemende radius van de sleuf 76 zorgt ervoor dat indien het vergrendelorgaan 70 van de vrij stand (fig. 7) naar de vergrendelstand (fig. 8) wordt verdraaid, de geleidingsnok 75 in de richting van de schar-35 niernok 71 wordt gedwongen, en aldus de schaaldelen 72 naar elkaar toe worden gedrukt. Bij deze variant staat de in-steekrichting van een bedieningshefboom loodrecht op de langsrichting van de montagerail, hetgeen bij sommige toe- 1013574 - 9 - passingen gewenst is, omdat er in langsrichting van de montagerail te weinig plaats is voor de bedieningshefboom.
Een werkwijze voor het ophangen van een buis 90 aan een plafond 91 met behulp van een railbevestigingssysteem vol-5 gens de uitvinding zal hieronder worden toegelicht aan de hand van fig. 9. Fig. 9a toont een plafond 91 dat niet volledig vlak is. Tegen het plafond worden montagerails 92 bevestigd. Vervolgens worden koppelingselementen 93 met vergrendelorganen 94 en klembussen in de montagerails 92 10 aangebracht (fig. 9b) . In een volgende stap worden schroef-draadstangen 95 met aan de uiteinden daarvan voorziene buisbevestigingsbeugels 96 in de koppelingselementen 93 gestoken (fig. 9c). De schroefdraadstangen 95 worden hierbij vastgeklemd door de klembussen. Vervolgens wordt in de 15 buisbevestigingsbeugels 96 een buis 90 gehangen die aan de linkerzijde dient te worden aangesloten op een reeds opgehangen buis 97 (fig. 9d). De klemming door de klembussen van de schroefdraadstangen 95 is hierbij voldoende sterk om ook het gewicht van de buis 90 te dragen. Het linkereinde van de 20 buis 90 wordt nauwkeurig gesteld en daarbij aangesloten op de buis 97, waarna het vergrendelorgaan 94 van het meest linker koppelingselement 93 in de vergrendelstand wordt gebracht (fig. 9e). De buis 90 wordt vervolgens ten opzichte van het vergrendelde linkerdeel nauwkeurig gesteld, bijvoor-25 beeld in een horizontale stand, en het vergrendelorgaan 94 van het meest rechter koppelingselement 93 wordt in de vergrendelstand gebracht (fig. 9f) . De schroefdraadstangen 95 en de daaraan bevestigde buisbevestigingsbeugels 96 die in het midden zijn gelegen, hebben tijdens het stellen met 30 voordeel de vrijheid om tezamen met de bijbehorende klembussen in hun koppelingselementen 93 op en neer te bewegen. In een laatste stap kunnen de vergrendelorganen 94 van de in het midden gelegen koppelingselementen in de vergrendelstand worden verdraaid (fig. 9g). Tijdens het ophangen en stellen 35 van de buis 90 is het verder voordelig gebleken dat de nog niet vergrendelde koppelingselementen 93 de vrijheid hebben om in de montagerails 92 heen en weer te schuiven. Nadat de buis 90 gesteld is en de koppelingselementen 93 vergrendeld 1 01357 4 - 10 - zijn, is het voordelig gebleken dat de koppelingselementen 93 enigszins kunnen schommelen binnenin de montagerails. Lengteveranderingen van de buis 90, bijvoorbeeld als gevolg van temperatuurveranderingen, kunnen hierdoor eenvoudig 5 worden opgevangen.
Aldus is volgens de uitvinding een zeer gebruiksvriendelijk railbevestigingssysteem verschaft, waarmee na een licht en snel uit te voeren grove positionering van een koppelingselement ten opzichte van een montagerail en/of van 10 een stangvormig deel ten opzichte van het koppelingselement, de diverse onderdelen ten opzichte van elkaar kunnen worden vergrendeld. De vergrendeling bestaat bij voorkeur uit één bedieningshandeling die zeer eenvoudig en snel kan worden uitgevoerd en slechts bestaat uit het verdraaien van een 15 vergrendelorgaan van een vrij stand naar een vergrendelstand, waarbij gebruik kan worden gemaakt van een conventioneel gereedschap en een gunstige hefboomwerking.
Naast de getoonde uitvoeringsvorm zijn vele varianten mogelijk. Zo kan bijvoorbeeld het vasthoudlichaam in drie of 20 meer van elkaar gescheiden schaaldelen worden uitgevoerd. In een ander variant blijft de klemplaat achterwege. Het nok-profiel van het vergrendelorgaan grijpt dan rechtstreeks aan op de geleidingsflanken van de montagerail. Het is dan zelfs mogelijk om het kamdeel van het nokprofiel uit te voeren met 25 een geprofileerde structuur die complementair is aan een geprofileerde structuur van de geleidingsflanken. De holling kan zeer vele vormen hebben die zijn aangepast aan de vormen van vast te houden vasthouddelen. Het koppelingselement kan ook middels een afzonderlijk vergrendelorgaan in een gewens-30 te positie in een montagerail worden vergrendeld.
1013574

Claims (10)

1. Railbevestigingssysteem, omvattende: een montagerail (1) met een in hoofdzaak C-vormige dwarsdoorsnede met twee geleidingsflanken (4) die een doorgaande sleuf (5) begrenzen/ 5. ten minste een koppelingselement (10) met een montage- kop (11) die in de montagerail (1) verschuifbaar en vergren-delbaar is, en een met de montagekop (11) verbonden vast-houdlichaam (12) met vasthoudmiddelen voor het vasthouden van een stangvormig deel (43) van een aan het koppelingsele- 10 ment (10) te bevestigen voorwerp; met het kenmerk/ dat de vasthoudmiddelen een vergrendelorgaan (18) omvatten dat beweegbaar tussen een vrij- en een vergrendelstand verbonden is met het vasthoudlichaam (12); en 15 het vasthoudlichaam (12) is uitgevoerd als twee of meer van elkaar gescheiden schaaldelen (35) die tezamen een holling (36) begrenzen waarin het stangvormige deel (43), in de vrij stand van het vergrendelorgaan (18), kan worden gestoken; 20 waarbij het vergrendelorgaan (18) de schaaldelen (35) in de vergrendelstand zodanig begrenst dat deze naar elkaar gedrukt worden en het ingestoken stangvormige deel (43) vast kunnen houden. 25
2. Railbevestigingssysteem volgens conclusie 1, waarbij het vergrendelorgaan (18) aan de zijde van de montagekop (11) is voorzien van een nokprofiel (19) , en waarbij het vergrendelorgaan (18) in de vergrendelstand via een kam (20) 30 van het nokprofiel (19) een kracht uitoefent die de montagekop (11) in de richting van de geleidingsf lanken (4) trekt en het koppelingselement (10) vergrendelt op de montagerail (1) .
3. Railbevestigingssysteem volgens conclusie 1 of 2, waarbij het vergrendelorgaan (18) is voorzien van een sleuf- 1013574 - 12 - gat (40) met een smal en een wijd gedeelte (42 respectievelijk 41), dat in de vergrendelstand met zijn smalle gedeelte (42) en in de vrijstand met zijn wijde gedeelte (41) de schaaldelen (35) begrenst. 5
4. Railbevestigingssysteem volgens één van de conclusies 1-3, waarbij het stangvormige deel (43) een schroefdraad-stang is, en de schaaldelen (35) ten minste voor een deel zijn voorzien van binnendraad (52). 10
5. Railbevestigingssysteem volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij in de holling (36) tussen de schaaldelen (35) een klembus (55) is voorzien voor het, in de vrijstand van het vergrendelorgaan (18), na insteken losmaakbaar vast- 15 houden van het stangvormige deel.
6. Railbevestigingssysteem volgens conclusie 5, waarbij de klembus (55) in de vrijstand tussen de schaaldelen (35) kan verschuiven. 20
7. Bevestigingssysteem volgens conclusie 6, waarbij de klembus (55) op zijn buitenomtrek is voorzien van wrijvings-verminderende uitstulpingen (57).
8. Railbevestigingssysteem volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij een klemplaat (25) is voorzien die zich verschuifbaar rondom het vasthoudlichaam (12) uitstrekt en in een samengestelde stand geplaatst is tussen de gelei-dingsflanken (4) van de montagerail (1) en het nokprofiel 30 (19) van het vergrendelorgaan (18).
9. Railbevestigingssysteem volgens conclusie 8, waarbij de geleidingsflank (4) en de klemplaat (25) en/of de montagekop (11) zijn voorzien van in elkaar aangrijpbare geprofileerde 3. structuren (3 0, 31) .
10. Railbevestigingssysteem volgens één van de conclusies 7-9, waarbij de montagekop (11) met speling in de montage- 1013574 * - 13 - rail (1) past en aan de zijde van het vasthoudlichaam (12) is voorzien van afgeronde vlakken, en waarbij de geleidings-flanken (4) zijn voorzien van complementaire afgeronde vlakken. 1013574
NL1013574A 1999-11-15 1999-11-15 Railbevestigingssysteem met vergrendelorgaan. NL1013574C2 (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1013574A NL1013574C2 (nl) 1999-11-15 1999-11-15 Railbevestigingssysteem met vergrendelorgaan.
EP20000204010 EP1101989B1 (en) 1999-11-15 2000-11-14 Rail attachment system with locking member
DE2000608197 DE60008197T2 (de) 1999-11-15 2000-11-14 Schienenbefestigungssystem mit Verriegelungselement

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1013574 1999-11-15
NL1013574A NL1013574C2 (nl) 1999-11-15 1999-11-15 Railbevestigingssysteem met vergrendelorgaan.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1013574C2 true NL1013574C2 (nl) 2001-05-16

Family

ID=19770253

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1013574A NL1013574C2 (nl) 1999-11-15 1999-11-15 Railbevestigingssysteem met vergrendelorgaan.

Country Status (3)

Country Link
EP (1) EP1101989B1 (nl)
DE (1) DE60008197T2 (nl)
NL (1) NL1013574C2 (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2385070B (en) * 2002-02-08 2005-03-09 Tyco Europe Metal Framing Ltd Vertical suspension assembly
GB0723063D0 (en) * 2007-11-24 2008-01-02 Zip Clip Ltd Fastening device
CN112356006B (zh) * 2020-10-16 2023-03-07 康威通信技术股份有限公司 一种通用圆管吊挂轨道及方法

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2010321A1 (de) * 1970-03-05 1971-09-16 Wieland Werke Ag, 7900 Ulm Schraubverbindung, insbesondere zur Verwendung bei metallenen Fenster oder Türrahmen
DE3625885A1 (de) * 1986-07-31 1988-02-04 Rolf Heinzelmann Befestigungss Vorrichtung zum aufhaengen von rohren
GB2296060A (en) * 1994-12-13 1996-06-19 Univ Bath Quick fitting nut

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2010321A1 (de) * 1970-03-05 1971-09-16 Wieland Werke Ag, 7900 Ulm Schraubverbindung, insbesondere zur Verwendung bei metallenen Fenster oder Türrahmen
DE3625885A1 (de) * 1986-07-31 1988-02-04 Rolf Heinzelmann Befestigungss Vorrichtung zum aufhaengen von rohren
GB2296060A (en) * 1994-12-13 1996-06-19 Univ Bath Quick fitting nut

Also Published As

Publication number Publication date
DE60008197D1 (de) 2004-03-18
DE60008197T2 (de) 2004-09-16
EP1101989A1 (en) 2001-05-23
EP1101989B1 (en) 2004-02-11

Similar Documents

Publication Publication Date Title
DE69934733T2 (de) Vorrichtung und Verfahren zum Befestigen einer Gewindestange an einer Profilschiene
JP5969465B2 (ja) フレーム構造体のためのヒンジアセンブリ
US8479932B2 (en) Tension rod
US5664904A (en) Clamps
US20100000449A1 (en) Shelving systems and components therefor
RU2520863C2 (ru) Устройство для регулирования взаимного расположения переднего крыла и передней двери легкового автомобиля
HU224563B1 (hu) Ütközőeszköz
CA1279255C (en) Drapery support system with decorative rod end support structure
US20060255225A1 (en) Clamp for connecting two elements arranged at an angle to each other, in a support structure
CZ280417B6 (cs) Upínací zařízení k rozebíratelnému spojení dvou profilových dílů
CN109715548B (zh) 用于变速器千斤顶鞍座的可调节定位臂
NL1013574C2 (nl) Railbevestigingssysteem met vergrendelorgaan.
NL2012933B1 (en) Connector for connecting profiled-section elements.
US5348414A (en) Connection system for two structural component parts constructed as pipe or rod and/or nodal elements
WO2021038188A1 (en) Brackets
US20060118505A1 (en) Device for holding a transversal rod supported by supporting arms
DE202013101308U1 (de) Wäschetrockner
US5957614A (en) Connecting system for constructing accommodation units and assembling furniture
NL8701931A (nl) Verbindingselement voor een buis aan een constructiedeel.
DE102016005677A1 (de) Adapter, Warenträger und Befestigungssystem
JPH047614Y2 (nl)
DE3013715C2 (de) Klemmbefestigung einer elektrischen Einbauleuchte
DE3618821C2 (nl)
EP3695752B1 (de) Möbelsystem mit wenigstens einer schiene und mindestens einem träger
RU211382U9 (ru) Монтажный кронштейн для карниза

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20050601