NL1009115C1 - Tussenlegger voor platen. - Google Patents

Description

Tussenleqqer voor platen

De uitvinding heeft betrekking op een tussenleg-ger voor platen, in het bijzonder breekbare platen zoals glasplaten, omvattend een strook dragermateriaal met bij één uiteinde een uitstekende neus.

5 Dergelijke tussenleggers worden in de glasplaat- industrie gebruikt. Het glas verlaat de glassmeltoven als een continue baan, die in platen gesneden wordt, waarna de platen rechtop tegen elkar geplaatst worden. De platen hebben bijvoorbeeld een hoogte van 3 meter en een breedte 10 van 6 meter. Om een aantal platen tegelijk te kunnen transporteren worden bijvoorbeeld om de 8 a 10 platen een aantal tussenleggers aangebracht, zodat tussen ieder pakket glasplaten een tussenruimte ontstaat. Bekende tussenleggers hebben een dikte van ongeveer 25 mm. De 15 bekende tussenleggers zijn veelal uit kunststof of papier- materiaal vervaardigd om bij een laag gewicht een voldoende sterkte te verkrijgen.

De tussenleggers worden automatisch op een glasplaat aangebracht nadat die is afgesneden, ofwel 20 voorafgaand aan het rechtop plaatsen, ofwel tijdens of na het rechtop plaatsen. Om afglijden van de tussenleggers te voorkomen zijn zij bij een uiteinde voorzien van een verdikking, in het vakgebied neus genaamd, die achter de bovenrand van de glasplaat haakt. Om te voorkomen dat een 25 tussenlegger bijvoorbeeld bij het manipuleren van de * ' ' ' s 2 glasplaat verschuift of van de glasplaat valt kan de tussenlegger aan de zijde van de neus voorzien zijn van een losneembaar verbindingsmiddel zoals een zuignap.

Het is bekend om een tussenlegger te gebruiken, 5 waarbij de neus bestaat uit een in hoofdzaak haaks hoek-profiel met een eerste wang en een tweede wang. De strook dragermateriaal is daarbij voorzien van een uitsparing bij het uiteinde waar de neus bevestigd moet worden. In deze uitsparing is de eerste wang van de neus bevestigd, zoda-10 nig dat de tweede wang van de neus ter hoogte van het uiteinde van de strook dragermateriaal uitsteekt. Een dergelijke tussenlegger is bekend uit de Internationale octrooiaanvrage W097/12817.

Een nadeel van deze bekende tussenlegger is dat 15 een uitsparing in de strook dragermateriaal moet worden aangebracht. Een ander nadeel is dat de neus, die eveneens uit kunststof of papiermateriaal gevormd is, een afronding bezit in de hoek die aanwezig is tussen de eerste wang en de tweede wang. Hierdoor zal de tussenlegger niet met de 2 0 tweede wang op de kopse zijden van de glasplaten liggen wanneer de eerste wang tegen de glasplaten ligt, ofwel zal de tussenlegger op afstand blijven van de glasplaten wanneer de tweede wang op de kopse zijden van de glasplaten rust. Nog een ander nadeel is dat de neus behandeld 25 moet worden om er voor te zorgen dat deze geen deeltjes, zoals papierdeeltjes, afgeeft aan het glas, aangezien de eerste wang tegen de vlakke zijde van een glasplaat komt te rusten.

Het is een doel van de uitvinding een verbeter-30 de tussenlegger te verschaffen. Het is een ander doel een vereenvoudigde tussenligger te verschaffen. Het is nog een ander doel een tussenlegger te verschaffen die goedkoop vervaardigd kan worden.

Tenminste een van deze doelen wordt bereikt met 35 de tussenlegger volgens conclusie 1.

Hiermee wordt bereikt dat de eerste wang bij gebruik boven de glasplaat uitsteekt. De eerste wang hoeft .10091 1 5 * 3 hierdoor niet meer verzonken in de laag dragermateriaal te worden aangebracht. Eveneens wordt hiermee bereikt dat de eerste wang niet meer in contact komt met de glasplaten, zodat alleen de tweede wang op de kopse zijden van de 5 glasplaten komt te rusten. Aangezien het niet zo erg is wanneer een deeltje zoals een papierdeeltje op de kopse zijden van de glasplaten komt te zitten, hoeft de tweede wang en dus de gehele neus niet behandeld te worden tegen het afgeven van deeltjes. Indien de neus uit papier-10 materiaal vervaardigd is, is deze hierdoor beter recycleerbaar.

Nu de neus ten opzichte van de bekende tussen-legger als het ware is omgedraaid komt de afronding tussen de wangen niet meer in contact met de glasplaten en zal de 15 tweede wang altijd goed aan komen te liggen tegen de kopse zijden van de glasplaten. Tevens is verrassenderwijze gebleken, dat de bevestiging beter bestand is tegen de belastingen waaraan de neus van de tussenlegger onderworpen wordt, in het bijzonder de afschuifbelastingen. Uit 20 proeven is gebleken dat de weerstand tegen afschuifbelas-tingen tot tweemaal zo hoog kan zijn als bij de bekende tussenlegger.

Volgens een voordelige uitvoering is de eerste wang in het contactvlak van de strook dragermateriaal met 25 de platen op de strook dragermateriaal aangebracht. Hierdoor is geen verdieping in de strook dragermateriaal aanwezig.

Bij voorkeur is de rand van de eerste wang, die afgekeerd is van de tweede wang, op gelijke hoogte met het 30 uiteinde van de strook dragermateriaal aangebracht. Hierdoor steekt de tussenlegger zo min mogelijk uit boven de glasplaten.

Op voordelige wijze is de eerste wang op de strook dragermateriaal gelijmd, bij voorkeur met hotmelt-35 lijm.

Bij voorkeur is het hoekprofiel in hoofdzaak even breed als de strook dragermateriaal, zodat het hoek- 10 0 i 1 ς 4 profiel zo dun mogelijk gemaakt kan worden.

Volgens een voordelige uitvoering is het hoek-profiel uit papiermateriaal vervaardigd, bij voorkeur uit massief karton. Bij een drager uit papiermateriaal is de 5 hele tussenlegger dan recycleerbaar, en met massief karton kunnen de wangen van het hoekprofiel dun blijven.

Bij voorkeur bestaat het hoekprofiel uit aan elkaar gelamineerde lagen papier, dat in een voorkeursuitvoering gerecycleerd fotopapier is. Het hoekprofiel krijgt 10 hierdoor een grote sterkte, waarbij het fotopapier een goedkoop basismateriaal biedt.

Bij voorkeur bestaat de strook dragermateriaal uit een strook honingraatpaneel. Honingraatpaneel is een zeer licht en stijf materiaal, waar de neus gemakkelijk 15 opgelijmd kan worden.

Bij voorkeur steekt de tweede wang van het hoekprofiel 10 tot 40 mm buiten het dragermateriaal uit, afhankelijk van de dikte van het pakket (glas)platen.

De uitvinding zal worden toegelicht aan de hand 20 van een uitvoeringsvoorbeeld, onder verwijzing naar de toegevoegde tekening.

Figuur 1 toont een perspectivisch aanzicht van een tussenlegger volgens de uitvinding.

Figuur 2 toont op iets kleinere schaal een 25 zijaanzicht van de tussenlegger volgens figuur 1.

Figuur 3 toont in perspectivisch aanzicht en op grotere schaal de neus van de tussenlegger volgens figuur 1.

Figuur 1 toont een tussenlegger 1 bestaande uit 30 een langwerpige strook honingraatpaneel 2 die aan zijn bovenste uiteinde voorzien is van een neus die gevormd wordt door een hoekprofiel 3 uit massief karton.

Figuur 3 toont dat het hoekprofiel 3 bestaat uit een eerste wang 4 en een tweede wang 5.

35 Figuur 2 toont, dat bij het boveneinde van de strook honingraatpaneel 2 de eerste wang 4 van het hoekprofiel 3 op de honingraatpaneel is aangebracht, waarbij 1009115 5 de eerste wang 4 zich naar boven uitstrekt ten opzichte van de tweede wang 5.

De figuren 1 en 2 tonen duidelijk, dat alleen de tweede wang 5 tegen de glasplaten zal komen te rusten. De 5 afronding 6 tussen de eerste wang 4 en de tweede wang 5 komt niet in contact met de glasplaten, doordat de eerste wang 4 zich ten opzichte van de tweede wang 5 naar boven uitstrekt.

Het hoekprofiel 3 is bij voorkeur even breed als 10 de strook honingraatpaneel 2 breed is. In het uitvoerings-voorbeeld is de strook honingraatpaneel ruim 3 meter lang, 80 mm breed en 20 mm dik.

Bij gebruik van een hoekprofiel, bestaande uit massief karton dat vervaardigd is uit gelamineerd gerecy-15 cleerd fotopapier, behoeft de dikte van de wangen 4 en 5 dan slechts ongeveer 3 mm te zijn.

Om een voldoende hechting door middel van een hotmeltlijm van de eerste wang 4 aan de strook honingraatpaneel 2 te verkrijgen is de eerste wang 4 bij 20 voorkeur 60 mm hoog.

De tweede wang 5 van het hoekprofiel 3 steekt bij voorkeur 10 tot 40 mm buiten de strook honingraatpaneel 2 uit.

* 1009115

Claims (10)

1. Tussenlegger voor platen, in het bijzonder breekbare platen zoals glasplaten, omvatted een strook dragermateriaal met bij één uiteinde een uitstekende neus, welke neus bestaat uit een in hoofdzaak haaks hoekprofiel 5 met een eerste wang en een tweede wang, waarbij de tweede wang op afstand van het uiteinde van de strook dragermateriaal uitsteekt vanaf het dragermateriaal en de eerste wang tussen de tweede wang en het uiteinde van de strook dragermateriaal op de strook dragermateriaal aangebracht 10 is.

2. Tussenlegger volgens conclusie 1, waarbij de eerste wang in het contactvlak van de strook dragermateriaal met de platen op de strook dragermateriaal aangebracht is.

3. Tussenlegger volgens conclusie 1 of 2, waar bij de rand van de eerste wang, die afgekeerd is van de tweede wang, op gelijke hoogte met het uiteinde van de strook dragermateriaal aangebracht is.

4. Tussenlegger volgens conclusie 1, 2 of 3, 20 waarbij de eerste wang van de neus op de strook dragermateriaal gelijmt is, bij voorkeur met hotmeltlijm.

5. Tussenlegger volgens conclusie 1, 2, 3 of 4, waarbij het hoekprofiel in hoofdzaak even breed is als de strook dragermateriaal.

6. Tussenlegger volgens conclusie 1, 2, 3, 4 of 5, waarbij het hoekprofiel uit papiermateriaal vervaardigd is.

7. Tussenlegger volgens conclusie 6, waarbij het hoekprofiel uit massief karton bestaat.

8. Tussenlegger volgens conclusie 6 of 7, waar bij het hoekprofiel uit aan elkaar gelamineerde lagen papier bestaat. 10 0 91 1 5

9. Tussenlegger volgens conclusie 8, waarbij het het papier gerecycleerd fotopapier is.

10. Tussenlegger volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de strook dragermateriaal uit een 5 strook honingraatpaneel bestaat.

11. Tussenlegger volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de tweede wang van het hoekprofiel 10 tot 40 mm buiten het dragermateriaal uitsteekt. -o-o-o-o-o-o-

10 KRT/KP * 1 n 0 9 1 15