NL1003379C2 - Inrichting voor het controleren van de toegang tot een ruimte. - Google Patents

Description

Inrichting voor het controleren van de toegang tot een ruimte.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het controleren van de toegang tot een ruimte in het bijzon-5 der ter voorkoming dat meer dan één persoon ongeautoriseerd de betreffende ruimte betreedt, welke ruimte door middel van een deur of dergelijke is afgesloten.

Bij de toegangscontrole of wel toegangsverlening is het in bepaalde gevallen gewenst dat slechts aan één persoon 10 tegelijkertijd toegang tot een bepaalde ruimte wordt verleend wanneer deze persoon gebruik maakt van een geschikte badge, een pasje, een elektronische sleutel of dergelijke.

Nu doet zich echter daarbij het gevaar voor dat direkt achter de persoon die toegang heeft verkregen een volgende 15 persoon mee loopt die dus in feite niet had mogen worden toegelaten. Ook zal niet elke persoon die terecht toegang heeft verkregen aan een zich bij hem aansluitende persoon vragen of hij wel bevoegd is dit te doen. Het is goed mogelijk dat de laatste persoon inderdaad bevoegd is de ruimte 20 te betreden. Een dergelijk systeem is dus enigszins fraudegevoelig.

Getracht is wel dit bezwaar op te heffen door er voor te zorgen dat de deur slechts over 90* kan worden geopend en door bij de vrije rand van de deur een wand te plaatsen met 25 een haaks er op staand deel, dat zich bij gesloten deur op een zodanige afstand daarvan bevindt, dat de deur juist kan worden geopend. Hierdoor ontstaat een hoek waarin de persoon die toegang heeft verkregen zich op kan stellen waarna de deur langs hem heen kan worden gesloten. Eventueel kan in de 30 haakse wand nog een deur aanwezig zijn die pas kan worden geopend wanneer de eerste deur is gesloten.

Hoewel een dergelijk systeem in hoge mate betrouwbaar is zal duidelijk zijn dat het aanzienlijke bouwkundige voorzieningen vereist. Het zal dan ook slechts daar worden 35 toegepast waar aan een hoge mate van veiligheid moet worden voldaan. Verder is het systeem zeer onvriendelijk voor personen die leiden aan claustrofobie.

Verder zijn de zogenaamde tourniquets bekend waarbij in 1003379 2 het algemeen drie stangen worden gebruikt. Een persoon moet met zijn bovenbenen tegen de ene stang aandrukken om het geheel te verdraaien zodat hij door de volgende stang wordt opgesloten. Tassen, boodschappenwagentjes en dergelijke 5 moeten, indien mogelijk, over de stang heen worden getild. Dergelijke tourniquets worden dan ook slechts daar toegepast waar minder hoge eisen aan de toegangscontrole worden gesteld. In het algemeen dienen zij om te bereiken dat personen slechts in een bepaalde richting kunnen passeren.

10 De uitvinding beoogt nu een inrichting te verschaffen die eenvoudig van opbouw is en op zeer eenvoudige wijze kan worden gemonteerd. Een dergelijke inrichting is daardoor gekenmerkt, dat deze bestaat uit een afsluitorgaan in de vorm van ten minste één stang dan wel paneel voorzien van 15 middelen voor het op een deur vastzetten ervan zodanig dat het afsluitorgaan in hoofdzaak haaks op het vlak van de deur en, in geval van een paneel in verticale richting, komt te staan en wel nabij die zijde van de deur waar zich het scharnier bevindt en zodanig dat bij het openen van de deur 20 het afsluitorgaan naar de deuropening toe beweegt en bij geopende deur zich dwars over de deuropening uitstrekt.

De vorm van het afsluitorgaan kan zodanig worden gekozen, dat zich tussen de deur en het afsluitorgaan in het algemeen slechts een enkele persoon kan bevinden.

25 In verband daarmee kan het in bepaalde gevallen gewenst zijn dat het afsluitorgaan, op afstand van de deur, is voorzien van een deel dat zich over enige afstand naar de deur toe uitstrekt.

Dit zal in het bijzonder worden toegepast wanneer de 30 deur een aanmerkelijke breedte bezit zodat zich twee personen in de door de deur en het afsluitorgaan gevormde ruimte zouden kunnen opstellen.

Om te voorkomen dat bij toepassing van een stangvorraig afsluitorgaan een persoon bij geopende deur gemakkelijk 35 onder de stang door kan kruipen, kan er in worden voorzien, dat het afsluitorgaan twee of meer stangen omvat die op verschillende hoogten aan de deur kunnen worden aangebracht.

Daarbij kunnen dan de onderste stang of stangen, die zich ongeveer ter hoogte van de benen van een persoon zullen 1003379 3 bevinden, rechte stangen zijn en de stang die zich ongeveer ter hoogte van het middel van een persoon bevindt kan zijn voorzien van een naar de deur toe gebogen deel. De persoon die de betreffende deur moet passeren kan dan toch gemakke-5 lijk doorlopen.

Wanneer een zich in verticale richting uitstrekkend paneel wordt toegepast kan de vorm in verticale richting op overeenkomstige wijze worden aangepast.

Om rolstoelgebruikers toegang te kunnen verschaffen kan 10 er in worden voorzien, dat de verbinding tussen afsluitor-gaan en deur zodanig scharnierend is uitgevoerd, dat het afsluitorgaan ten opzichte van de deur hetzij in horizontale dan wel verticale richting kan worden verplaatst en in de gebruiksstand is geblokkeerd.

15 Wanneer één of meer stangen worden toegepast kunnen deze bijvoorbeeld met elkaar zijn gekoppeld en in verticale richting worden verzwenkt nadat de blokkering is opgeheven. Dit laatste kan bijvoorbeeld weer plaats vinden door middel van een pasje, elektronische sleutel of dergelijke. Ook 20 bestaat de mogelijkheid dat het afsluitorgaan naar de deur toe kan worden verzwenkt. Dit zal in het bijzonder worden toegepast wanneer het afsluitorgaan de vorm van een paneel bezit.

Verder kan worden voorzien in middelen, die zodanig 25 zijn uitgevoerd dat de deur, na geopend te zijn, eerst volledig moet worden gesloten voordat hij opnieuw kan worden geopend.

De deur kan dus niet vanuit de geopende stand over een zekere hoek naar de gesloten stand worden verdraaid zodat 30 een andere persoon zich tussen de deur en het afsluitorgaan kan opstellen om de deur weer naar de geopende stand te brengen.

Hierdoor wordt voorkomen dat na het openen van de deur en het toelaten van een persoon een volgende persoon zonder 35 geautoriseerd te zijn de ruimte kan betreden.

Wanneer geen hoge eisen aan de beveiliging van de betreffende ruimte worden gesteld, kan het afsluitorgaan op een zodanige hoogte worden aangebracht dat een rolstoelgebruiker er zich onder door kan verplaatsen. Uiteraard moet 1003379 4 dan meer worden gelet of personen zich niet bukkend onder het afsluitorgaan door bewegen.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van uitvoerings-voorbeelden, getoond in de tekening, waarin: 5 Fig. 1 in bovenaanzicht een eerste, zeer eenvoudige, uitvoeringsvorm van een afsluitorgaan volgens de uitvinding toont, zoals dit is bevestigd op een deur, welke deur zich in de gesloten stand bevindt;

Fig. 2 een bovenaanzicht toont volgens fig. 1 maar met 10 de deur in de geopende stand?

Fig. 3 een aanzicht toont, in horizontale richting, van een afsluitorgaan in de vorm van een, op een deur bevestigd, paneel.

Fig. 1 toont een deur 1 die is aangebracht in een 15 deuropening 2 in de wand 3 door middel van de scharnieren 4, zodanig dat de deur in de richting van de pijl V naar de geopende stand kan scharnieren. Bij de scharnieren 4 is op de deur 1 het afsluitorgaan 5 aangebracht, dat daartoe is voorzien van de bevestigingsmiddelen 6. In dit geval heeft 20 het afsluitorgaan 5 in het bijzonder de vorm van een stang bestaande uit een in hoofdzaak recht deel 7 en een gebogen deel 8 waarvan in het bijzonder het naar de deur 1 toe gerichte deel 9 functioneel is.

Indien gewenst kan het afsluitorgaan 5 ook nog een in 25 hoofdzaak rechte stang 10 omvatten die op enige afstand onder de uit de delen 7 en 8 bestaande stang is aangebracht en met streeplijnen is aangeduid. Eventueel kunnen de beide stangen met elkaaar zijn verbonden zodat dan een soort kooi wordt gevormd waarin de persoon zich kan bevinden.

30 Fig. 2 toont de deur 1 in de geopende stand waarbij het afsluitorgaan 5 zich in de deuropening 2 bevindt om deze af te sluiten.

Fig. 3 toont een zijaanzicht van een afsluitorgaan 4 in de vorm van een paneel 11 dat zich over een zekere hoogte 35 uitstrekt. Hierdoor zal het voor een niet geautoriseerd persoon moeilijker zijn om onder het zich in de deuropening bevindend afsluitorgaan door te bewegen. Het bovenste deel 12 van het paneel 11 kan naar de deur 1 toegebogen zijn zodat dit ongeveer de vorm van het stangdeel 9 zal hebben.

1003379 5

Het zal duidelijk zijn, dat slechts enkele mogelijke uitvoeringsvormen van een inrichting volgens de uitvinding in de tekening zijn weergegeven en hierboven beschreven en dat vele wijzigingen kunnen worden aangebracht zonder buiten 5 de uitvindings-gedachte te vallen, zoals deze in de nu volgende conclusies is aangegeven.

conclusies 1003379

Claims (9)

1. Inrichting voor het controleren van de toegang tot een ruimte in het bijzonder ter voorkoming dat meer dan één persoon ongeautoriseerd de betreffende ruimte betreedt, welke 5 ruimte door middel van een deur (1) of dergelijke is afgesloten, met het kenmerk, dat de inrichting bestaat uit een afsluitorgaan (5) in de vorm van ten minste één stang (7-10) dan wel paneel (11) voorzien van middelen (6) voor het op een deur (1) vastzetten ervan zodanig dat het afsluitorgaan 10 (5) in hoofdzaak haaks op het vlak van de deur (1) en, in geval van een paneel (11) in verticale richting, komt te staan en wel nabij die zijde van de deur (1) waar zich het scharnier (4) bevindt en zodanig dat bij het openen van de deur (1) het afsluitorgaan (5) naar de deuropening (2) toe 15 beweegt en bij geopende deur (1) zich dwars over de deuropening (2) uitstrekt.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de vorm van het afsluitorgaan (5-11) zodanig is, dat zich tussen de deur (1) en het afsluitorgaan (5-11) in het algemeen 20 slechts een enkele persoon kan bevinden.

3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het afsluitorgaan (5,11), op afstand van de deur (1), is voorzien van een deel (9,12) dat zich over enige afstand naar de deur (1) toe uitstrekt.

4. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het afsluitorgaan (5) twee of meer stangen (7-10) omvat die op verschillende hoogten aan de deur (l) zijn aangebracht.

5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de 30 onderste stang (10) of stangen, die zich ongeveer ter hoogte van de benen van een persoon bevinden, rechte stangen zijn en de stang die zich ongeveer ter hoogte van het middel van een persoon bevindt is voorzien van een naar de deur (1) toe gebogen deel (10).

6. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de verbinding (6) tussen afsluitorgaan (5) en deur (1) zodanig scharnierend is uitgevoerd, dat het afsluitorgaan (5) ten opzichte van de deur (1) hetzij in 1003379 horizontale dan wel verticale richting kan worden verplaatst en in de gebruiksstand is geblokkeerd.

7. Inrichting volgens conclusie 6, net het kenmerk, dat wanneer één of meer stangen (7-10) worden toegepast deze met 5 elkaar zijn gekoppeld en in verticale richting worden ver-zwenkt nadat de blokkering is opgeheven.

8. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat het afsluitorgaan (5,11) naar de deur (1) toe kan worden verzwenkt.

9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat is voorzien in middelen, die zodanig zijn uitgevoerd dat de deur (1), na geopend te zijn, eerst volledig moet worden gesloten voordat hij opnieuw kan worden geopend. 15 ------------- 1003379