NL1002886C2 - Werkwijze voor het vervaardigen van een hoefijzer voorzien van ten minste één lip en een hoefijzer vervaardigd met behulp van de werkwijze. - Google Patents
Werkwijze voor het vervaardigen van een hoefijzer voorzien van ten minste één lip en een hoefijzer vervaardigd met behulp van de werkwijze. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1002886C2 NL1002886C2 NL1002886A NL1002886A NL1002886C2 NL 1002886 C2 NL1002886 C2 NL 1002886C2 NL 1002886 A NL1002886 A NL 1002886A NL 1002886 A NL1002886 A NL 1002886A NL 1002886 C2 NL1002886 C2 NL 1002886C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- horseshoe
- rod part
- lip
- longitudinal side
- rod
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B21—MECHANICAL METAL-WORKING WITHOUT ESSENTIALLY REMOVING MATERIAL; PUNCHING METAL
- B21K—MAKING FORGED OR PRESSED METAL PRODUCTS, e.g. HORSE-SHOES, RIVETS, BOLTS OR WHEELS
- B21K15/00—Making blacksmiths' goods
- B21K15/02—Making blacksmiths' goods horseshoes; appurtenances therefor
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01L—SHOEING OF ANIMALS
- A01L1/00—Shoes for horses or other solipeds fastened with nails
- A01L1/02—Solid horseshoes consisting of one part
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Wood Science & Technology (AREA)
- Zoology (AREA)
- Environmental Sciences (AREA)
- Clamps And Clips (AREA)
- Forging (AREA)
- Food-Manufacturing Devices (AREA)
- Adhesive Tape Dispensing Devices (AREA)
Description
Titel: Werkwijze voor het vervaardigen van een hoefijzer voorzien van ten minste één lip en een hoefijzer vervaardigd met behulp van de werkwijze.
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een hoefijzer voorzien van ten minste één lip, zoals bijvoorbeeld een teenlip of twee zijlippen.
Bij de bekende werkwijze voor het vervaardigen van 5 hoefijzers met een lip wordt uit een staafdeel met een vooraf bepaalde lengte met behulp van een plastisch deformatieproces een lip uit het staafdeel getrokken in een richting in hoofdzaak loodrecht op een bovenzijde van het staafdeel. De aldus verkregen lip strekt zich in hoofdzaak 10 loodrecht op de bovenzijde van het staafdeel uit en bevindt zich in het midden van het staafdeel, waarna het staafdeel wordt omgebogen ter vorming van het uiteindelijke hoefijzer.
Een bezwaar van de bekende werkwijze voor het vervaardigen van een hoefijzer is dat de lip uit een 15 langszijde van het staafdeel wordt getrokken, zodat in deze langszijde een deuk ontstaat. Immers, het materiaal dat nodig is voor de vorming van de lip wordt uit deze langszijde verkregen. Hierdoor staat de lip ten opzichte van de langszijde van het staafdeel iets naar binnen. Bij het, 20 na het ombuigen van het staafdeel verkregen hoefijzer staat de lip ten opzichte van de convexe buitenzijde van het hoefijzer eveneens iets naar binnen. Teneinde nu het hoefijzer toch goed te kunnen laten passen op de hoef, moet in de hoef op de positie waar de lip zich na montage van het 25 hoefijzer zal bevinden, een uitsparing worden gevijld.
Afgezien van het werk en de tijd die met dit uitvijlen van de uitsparing in de hoef gepaard gaan, wordt, door de vorming van de uitsparing, de hoef tevens verzwakt.
Bovendien is een hoefijzer met een deuk in de convexe 30 buitenzijde daarvan uit esthetisch oogpunt minder gewenst.
De uitvinding beoogt een werkwijze voor het vervaardigen van een hoefijzer met behulp waarvan een 1002886 2 hoefijzer wordt verkregen zonder de hierboven beschreven nadelen.
Volgens de uitvinding wordt hiertoe een staafdeel met een vooraf bepaalde lengte gevormd door dit uit een rechte 5 staaf af te knippen, welk staafdeel een eerste langszijde, een bovenzijde, een onderzijde en een tweede langszijde omvat, waarbij de lengte van het staafdeel afhankelijk is van de beoogde grote van het hoefijzer, waarbij met een snij stempel een deel van de eerste langszijde van het 10 staafdeel wordt weggestanst, zodanig dat ten minste één nokvormig deel van de eerste langszijde achterblijft waarbij vervolgens het of elk nokvormig deel plastisch wordt vervormd in een richting in hoofdzaak loodrecht op de bovenzijde van het staafdeel ter vorming van een lip, die 15 zich in hoofdzaak loodrecht op de bovenzijde uitstrekt, en waarbij het staafdeel wordt omgebogen ter vorming van het uiteindelijke hoefijzer.
Doordat, alvorens de lip door plastische deformatie wordt gevormd, eerst een nok aan de eerste langszijde van 20 het staafdeel wordt gevormd door het wegknippen van delen van de eerste langszijde, zodat ten minste één nokvormig deel achterblijft, behoeft het materiaal dat nodig is voor de vorming van de lip niet uit de langszijde van het staafdeel te worden gehaald dat in een later stadium de 25 convexe buitenzijde van het hoefijzer vormt. Het wegstansen van delen van de eerste langszijde van het staafdeel leidt tot vorming van een nieuwe langszijde die na het ombuigen van het staafdeel de convexe buitenkant van het hoefijzer vormt. Na het door aantrekken vormen van de lip uit het 30 nokvormige deel dat na het wegknippen van een deel van de langszijde achterblijft, wordt een lip verkregen die strookt met de nieuw gevormde langszijde van het staafdeel. Na het ombuigen van het staafdeel wordt derhalve een hoefijzer verkregen waarvan de lip precies op de convexe buitenkant 35 van het hoefijzer staat. Hierdoor is het niet meer noodzakelijk een uitsparing in de hoef te vijlen ten behoeve van de lip. De hoef behoeft derhalve niet te worden verzwakt 1002886 3 en het hoefijzer kan zondermeer worden gemonteerd zonder dat hiervoor tijdrovende vijlwerkzaamheden noodzakelijk zijn.
Volgens een nadere uitwerking van de uitvinding is het bijzonder gunstig wanneer, alvorens het nokvormige deel 5 plastisch wordt vervormd en het staafdeel wordt omgebogen, het staafdeel op smeedtemperatuur wordt gebracht. Als gevolg van het feit dat het staafdeel zich op smeedtemperatuur bevindt kan het aantrekken van de lip uit het nokvormige deel en het ombuigen van het staafdeel snel en zonder kans 10 op scheurvorming plaatsvinden.
Bij voorkeur wordt na het wegstansen van het genoemde deel van de eerste langszijde ter vorming van het ten minste ene nokvormige deel, ten minste één van de randen vein het staafdeel die de overgang tussen een nieuw gevormde 15 langszijde en de boven- en/of onderzijde vormt, bewerkt teneinde deze te voorzien van een radius of afschuining. Aldus wordt bewerkstelligd dat de convexe buitenranden van het te vormen hoefijzer niet scherp zijn, zodat mogelijke verwonding van het paard aan deze randen wordt verhinderd.
20 Eventueel kan volgens een nadere uitwerking van de uitvinding, het deel van de eerste langszijde dat wordt weggestanst, zodanig worden weggestanst dat slechts één nokvormig deel achterblijft, waarbij het nokvormige deel dat achterblijft zich al dan niet in het midden van het 25 staafdeel bevindt ter vorming van symmetrische, respectievelijk asymmetrische hoefijzers. Bij asymmetrische hoefijzers is de ene helft van het hoefijzer groter en boller dan de andere helft van het hoefijzer. Teneinde dan toch de lip op de voorzijde van het hoefijzer te hebben 30 gepositioneerd is het noodzakelijk dat het nokvormige deel dat achterblijft na het wegknippen van een deel van de eerste langszijde van het staafdeel, zich enigszins uit het midden van dat staafdeel bevindt. Aldus kunnen linkse en rechtse hoefijzers met lip worden verkregen. Wanneer het 35 nokvormige deel zich in het midden van het staafdeel bevindt, kan hieruit een symmetrisch hoefijzer worden gevormd.
1002886 4
Volgens een andere nadere uitwerking van de uitvinding wordt het deel van de eerste langszijde dat wordt weggestanst, zodanig weggestanst dat twee nokvormige delen achterblijven die zich op respectievelijk in hoofdzaak 5 eenderde en in hoofdzaak tweederde van de lengte van het staafdeel bevinden. Ook hiervoor geldt dat de positionering van de nokken op het staafdeel zodanig kan worden gekozen dat hieruit symmetrische, linkse en rechtse hoefijzers kunnen worden gevormd.
10 Eventueel kan na de plastische deformatie ter vorming van de of elke lip en voor het buigen van het staafdeel een rits in het staafdeel worden aangebracht.
Bovendien kunnen na de plastische deformatie ter vorming van de of elke lip en voor het buigen van het 15 staafdeel, de uiteinden van het staafdeel aan de onderzijde worden afgeschuind ter vorming van zogenaamde sponsen.
Teneinde een vlak en van regelmatige nagelgaten voorzien hoefijzer te verkrijgen, kan na het ombuigen van het staafdeel ter vorming van het hoefijzer, het hoefijzer 20 worden vlakgedrukt en kunnen na het afkoelen nagelgaten in het hoefijzer worden doorgeponst.
De uitvinding heeft vanzelfsprekend tevens betrekking op een hoefijzer verkregen met de werkwijze volgens de uitvinding.
25 De uitvinding zal verder worden verduidelijkt aan de hand van een aantal uitvoeringsvoorbeelden, dat hierna, onder verwijzing naar de tekening, zal worden beschreven.
Figuur 1 toont een bovenaanzicht van een staaf;
figuur IA toont een doorsnede-aanzicht over lijn I-I
30 uit figuur 1; figuur 2 toont twee staafdeeluiteinden en het staafdeel dat bij het afknippen van een staafdeel uit de staaf wordt weggeknipt; figuur 3 toont een bovenaanzicht van het staafdeel; 35 figuur 4 toont een soortgelijk bovenaanzicht van een staafdeel waarbij gearceerd is aangegeven welk deel van de eerste langszijde wordt weggeknipt; 1002886 5 figuur 5 toont een bovenaanzicht van het staafdeel met het weggeknipte deel van de eerste langszijde; figuur 5A toont een doorsnede-aanzicht over lijn V-V uit figuur 5; 5 figuur 6 toont het in figuur 5 weergegeven staafdeel waarbij de randen van de eerste langszijde zijn afgeschuind; figuur 6A toont op vergrote schaal een doorsnede-aanzicht over lijn VI-VI uit figuur 6; figuur 6B toont een perspectief aanzicht van het in 10 figuur 6 weergegeven staafdeel; figuur 7 toont een perspectief aanzicht van het in figuur 6 weergegeven staafdeel waarbij uit de nok een lip is getrokken; figuur 7A toont een gedeeltelijk vooraanzicht van het 15 staafdeel ter plaatse van de lip; figuur 7B toont een doorsnede-aanzicht over lijn VII-VII uit figuur 7; figuur 7C toont een onderaanzicht van een deel van het staafdeel uit figuur 7 ter plaatse van de lip; 20 figuur 7D toont een bovenaanzicht van een deel van het staafdeel ter plaatse van de lip uit figuur 7; figuur 8 toont een perspectief aanzicht van een hoefijzer voorzien van twee lippen; figuur 9 toont een onderaanzicht van een hoefijzer 25 voorzien van één lip; figuur 9A toont een zijaanzicht van het in figuur 9 weergegeven hoefijzer; figuur 9B toont een doorsnede-aanzicht over lijn IX-IX uit figuur 9;
30 figuur 9C toont een doorsnede-aanzicht over lijn X-X
uit figuur 9; figuur 10 toont een bovenaanzicht van een staafdeel voorzien van twee nokdelen; en figuur 11A tot 11E tonen een aantal mogelijke 35 doorsnede-profielen van de staaf waaruit de staafdelen kunnen worden gevormd.
1002886 6
Volgens de uitvinding wordt, ten behoeve van het vervaardigen van een hoefijzer voorzien van ten minste één lip, een staafdeel zoals weergegeven in figuur 3 gevormd door dit op en vooraf bepaalde lengte af te knippen van een 5 staaf zoals weergegeven in figuur 1. De staaf die het uitgangsmateriaal vormt waaruit de hoefijzerfabrikant een hoefijzer vervaardigt, kan een rechthoekige doorsnede hebben, zoals weergegeven in figuur la maar kan tevens een doorsnede hebben zoals weergegeven in de figuren 11A tot 10 11E. Bij de in figuren 11A tot 11C weergegeven
uitvoeringsvoorbeelden is de staaf reeds voorzien van een groef 11 in de onderzijde 5, welke groef 11 in het gerede hoefijzer deel uitmaakt de rits van het hoefijzer. Het staafdeel 2 heeft naast de reeds genoemde onderzijde 5, een 15 bovenzijde 4, een eerste langszijde 3 en een tweede langszijde 6. De eerste langszijde 3 vormt nadat het staafdeel 2 tot hoefijzer is omgebogen de convexe buitenzijde van het hoefijzer terwijl de tweede langszijde 6 de concave binnenzijde van het hoefijzer vormt. De lengte 20 van het afgeknipte staafdeel 2 is afhankelijk van de beoogde grootte van het hoefijzer. Bij voorkeur wordt bij het afknippen van het staafdeel direkt een bepaalde vorm aan de uiteinden van het staafdeel gegeven door het gearceerde deel uit figuur 2 bij het wegknippen te verwijderen. Van het 25 aldus verkregen staafdeel 2 met afgeronde uiteinden wordt vervolgens met behulp van een snij stempel een deel 2a, dat in figuur 4 gearceerd is aangegeven, weggestanst, zodanig dat ten minste één nokvormig deel 7 van de eerste langszijde 3 achterblijft. Het staafdeel heeft dan een configuratie 30 zoals weergegeven in figuur 5 en het in figuur 5A
weergegeven doorsnede-aanzicht daarvan. In het onderhavige uitvoeringsvoorbeeld worden, na het wegstansen van het deel 2a van de eerste langszijde 3 ter vorming van het ten minste ene nokvormige deel 7, de randen van het staafdeel 2 die de 35 overgang tussen een nieuw gevormde langszijde en de boven-en/of onderzijde 4, 5 vormen, bewerkt teneinde deze te voorzien van een radius of afschuining 9. Na deze bewerking 1002886 7 heeft het staafdeel 2 het uiterlijk zoals weergegeven in figuren 6, 6A en 6B. Zoals duidelijk in het doorsnede-aanzicht van figuur 6a is weergegeven, kunnen bij deze bewerking ook de van het nokdeel 7 afgekeerde randen die de 5 tweede langszijde 6 begrenzen zijn voorzien van een radius 9. In het algemeen zal deze radius of afschuining echter reeds zijn aangebracht in de staaf 1 die als uitgangsmateriaal dient.
Vervolgens wordt het nokvormige deel 7 plastisch 10 vervormd in een richting in hoofdzaak loodrecht op de bovenzijde 4 van het staafdeel 2 ter vorming van een lip 8, die zich in hoofdzaak loodrecht op de bovenzijde 4 uitstrekt. Het staafdeel heeft dan de uitvoering zoals weergegeven in de figuren 7, 7A, 7B, 7C en 7D. Met name de 15 figuren 7A, 7B, 7C en 7D geven een goed beeld van de uitvoering van de lip 8. Duidelijk is te zien dat de lip 8 strookt met de overige delen van de langszijde 3 en dat er zich ter plaatse van de lip 8 geen deuk in het langszijde-oppervlak 3 bevindt. Vervolgens wordt het staafdeel 2 20 omgebogen teneinde een hoefijzervorm te verkrijgen.
Een aldus vervaardigd produkt is in perspectief weergegeven in figuur 8 en figuren 9 en 9A tonen respectievelijk een onder- en een zijaanzicht van een hoefijzer volgens de uitvinding.
25 Het in figuur 8 weergegeven uitvoeringsvoorbeeld is voorzien vein twee lippen 8a, 8b. Het in de figuren 9 en 9a weergegeven uitvoeringsvoorbeeld is voorzien van één lip 8 Een lip kan bij het nog niet gebogen staafdeel 2 uit het midden of precies centraal op het staafdeel 2 zijn 30 aangebracht. Bij een centraal aangebrachte lip 8 zouden de in figuur 9 aangeduide afstanden C en D aan elkaar gelijk zijn. Een dergelijk hoefijzer is derhalve symmetrisch ten opzichte van de in figuur 9 weergegeven as Y. Wanneer de lip 8 uit het midden op het staafdeel 2 is aangebracht kan het 35 in figuur 9 linker deel van het hoefijzer bijvoorbeeld een grotere bocht doorlopen en boller zijn uitgevoerd dan het rechter hoefijzerdeel. De lip 8 die symmetrisch ten opzichte 1002886 8 van de as Y is opgesteld bevindt zich dan wel op de voorzijde van de hoef maar de rest van het hoefijzer is aangepast aan de asymmetrische vorm die een hoef in werkelijkheid heeft. Aldus kunnen linkse en rechtse 5 hoefijzers worden verkregen. Bij een links of rechts hoefijzer zijn de afstanden die in figuur 9 met C en D zijn aangeduid verschillend van elkaar.
Figuur 10 toont een staafdeel 2 dat is voorzien van twee nokvormige delen 7a en 7b. De afstand van de nokdelen 10 ten opzichte van de uiteinde van het staafdeel 2 zijn aangegeven met respectievelijk A, B. Bij een symmetrisch hoefijzer zijn deze afstanden A en B aan elkaar gelijk. Bij een hoefijzer bestemd voor het linker been is de afstand A groter dan B en bij een hoefijzer bestemt voor het rechter 15 been is de afstand A kleiner dan B.
Figuur 9 toont tevens duidelijk de rits 11 die bijvoorkeur wordt aangebracht na de plastische deformatie ter vorming van de of elke lip 8 en voor het buigen van het staafdeel 2. Het is echter, zoals hiervoor reeds opgemerkt 20 tevens mogelijk dat de staaf 1 waaruit het hoefijzer wordt gevormd reeds is voorzien van een groef 11 waarin later door een nabewerking de rits 11 wordt gevormd. Bovendien kunnen na de plastische deformatie ter vorming van de of elke lip 8 en voor het buigen van het staafdeel 2 de uiteinden van het 25 staafdeel 2 aan de onderzijde 5 worden afgeschuind ter vorming van sponsen 10. De sponsen 10 zijn duidelijk zichtbaar in het doorsnede-aanzicht dat is weergegeven in figuur 9C.
Figuur 9B toont tevens een doorsnede van het hoefijzer 30 ter plaatse van een nagelgat 12. Deze nagelgaten 12 zijn bij de vorming van de rits 11 reeds gedeeltelijk voorgevormd. Na het ombuigen van het staafdeel 2 ter vorming van het hoefijzer en na het vlakdrukken van het hoefijzer, wordt het aldus gevormde tussenprodukt afgekoeld. De nagelgaten 12 35 kunnen vervolgens in afgekoelde toestand eenvoudig worden doorgeponst.
1002886 9
Het is duidelijk dat de uitvinding niet is beperkt tot de beschreven uitvoeringsvoorbeeld maar dat diverse wijzigingen mogelijk zijn zonder buiten het raam van de uitvinding te treden. Essentieel is dat door het wegstansen 5 van delen van de langszijde 3 van het staafdeel 2 een nokvormig deel 7 achterblijft waarin zich het materiaal bevindt waaruit de lip 8 kan worden gevormd, zodat een hoefijzer met een lip wordt verkregen die nauwkeurig strookt met de buitenomtrekszijde van het hoefijzer.
10 1002886
Claims (9)
1. Werkwijze voor het vervaardigen van een hoefijzer voorzien van ten minste één lip, zoals bijvoorbeeld een teenlip of twee zijlippen, waarbij een staafdeel (2) met een vooraf bepaalde lengte wordt gevormd door dit van een rechte 5 staaf (1) af te knippen, welk staafdeel (2) een eerste langszijde (3), een bovenzijde (4), een onderzijde (5) en een tweede langszijde (6) omvat, waarbij de lengte van het staafdeel (2) afhankelijk is van de beoogde grootte van het hoefijzer, waarbij met een snijstempel een deel (2a) van de 10 eerste langszijde (3) van het staafdeel (2) wordt weggestanst, zodanig dat ten minste één nokvormig deel (7) van de eerste langszijde (3) achterblijft, waarbij vervolgens het of elk nokvormige deel (7) plastisch wordt vervormd in een richting in hoofdzaak loodrecht op de 15 bovenzijde van het staafdeel (2) ter vorming van een lip (8), die zich in hoofdzaak loodrecht op de bovenzijde (4) uitstrekt, en waarbij het staafdeel (2) wordt omgebogen ter vorming van het uiteindelijke hoefijzer (H).
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat, 20 alvorens het nokvormige deel (7) plastisch wordt vervormd en het staafdeel (2) wordt omgebogen, het staafdeel (2) op smeedtemperatuur wordt gebracht.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat, na het wegstansen van het genoemde deel (2a) van de 25 eerste langszijde (3) ter vorming van het ten minste ene nokvormige deel (7), ten minste één van de randen van het staafdeel (2) die de overgang tussen een nieuw gevormde langszijde en de boven- en/of onderzijde (4,5) vormt, wordt bewerkt teneinde deze te voorzien van een radius of 30 afschuining (9).
4. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het deel (2a) van de eerste langszijde (3) dat wordt weggestanst, zodanig wordt weggestanst dat slechts één nokvormig deel (7) achterblijft, waarbij het nokvormige 35 deel (7) dat achterblijft zich al dan niet in het midden vein 1 0 0 2 88 6 het staafdeel (2) bevindt ter vorming van symmetrische, respectievelijk asymmetrische hoefijzers.
5. Werkwijze volgens één der conclusies 1-3, met het kenmerk, dat het deel (2a) van de eerste langszijde (3) dat 5 wordt weggestanst, zodanig wordt weggestanst dat twee nokvormige delen (7a, 7b) achterblijven, die zich op respectievelijk in hoofdzaak eenderde en in hoofdzaak tweederde van de lengte van het staafdeel (2) bevinden.
6. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, met 10 het kenmerk, dat na de plastische deformatie ter vorming van de of elke lip (8) en vóór het buigen van het staafdeel (2) een rits (11) in het staafdeel (2) wordt aangebracht.
7. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat na de plastische deformatie ter vorming van 15 de of elke lip (8) en voor het buigen van het staafdeel (2) de uiteinden van het staafdeel (2) aan de onderzijde (5) kan worden afgeschuind ter vorming van sponsen.
8. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat na het ombuigen van het staafdeel (2) ter 20 vorming van het hoefijzer, het hoefijzer wordt vlakgedrukt en na het afkoelen nagelgaten (12) in het hoefijzer worden doorgeponst.
9. Hoefijzer vervaardigd met behulp van de werkwijze volgens één der voorgaande conclusies. 1002886
Priority Applications (5)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1002886A NL1002886C2 (nl) | 1996-04-17 | 1996-04-17 | Werkwijze voor het vervaardigen van een hoefijzer voorzien van ten minste één lip en een hoefijzer vervaardigd met behulp van de werkwijze. |
DE69703907T DE69703907T2 (de) | 1996-04-17 | 1997-04-12 | Verfahren zur Herstellung eines Hufeisens mit mindestens einem Stollen |
ES97201074T ES2154875T3 (es) | 1996-04-17 | 1997-04-12 | Procedimiento de fabricacion de una herradura provista, por lo menos, de un ramplon. |
EP97201074A EP0802003B1 (en) | 1996-04-17 | 1997-04-12 | Method for manufacturing a horseshoe provided with at least one clip |
US08/843,837 US5924274A (en) | 1996-04-17 | 1997-04-17 | Method for manufacturing a horseshoe provided with at least one clip, and a horseshoe made thereby |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1002886A NL1002886C2 (nl) | 1996-04-17 | 1996-04-17 | Werkwijze voor het vervaardigen van een hoefijzer voorzien van ten minste één lip en een hoefijzer vervaardigd met behulp van de werkwijze. |
NL1002886 | 1996-04-17 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1002886C2 true NL1002886C2 (nl) | 1997-10-21 |
Family
ID=19762694
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1002886A NL1002886C2 (nl) | 1996-04-17 | 1996-04-17 | Werkwijze voor het vervaardigen van een hoefijzer voorzien van ten minste één lip en een hoefijzer vervaardigd met behulp van de werkwijze. |
Country Status (5)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US5924274A (nl) |
EP (1) | EP0802003B1 (nl) |
DE (1) | DE69703907T2 (nl) |
ES (1) | ES2154875T3 (nl) |
NL (1) | NL1002886C2 (nl) |
Families Citing this family (9)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
BE1016825A3 (nl) * | 2005-10-31 | 2007-07-03 | Kerckhaert Bv | Verbeterd hoefijzer. |
US10015956B2 (en) | 2014-12-08 | 2018-07-10 | Broadline Farrier Solutions, Llc | Horseshoe with clips, blister member for a clip, and method of applying shoe to a horse's hoof |
USD771880S1 (en) * | 2015-06-23 | 2016-11-15 | William P. Broadus | Horseshoe with clips |
USD831900S1 (en) * | 2017-04-27 | 2018-10-23 | Monty L. Ruetenik | Equine boot orthotic pad |
USD831901S1 (en) * | 2017-04-27 | 2018-10-23 | Monty L. Ruetenik | Equine boot orthotic pad with frog support |
USD831903S1 (en) * | 2017-06-22 | 2018-10-23 | Monty L. Ruetenik | Equine boot orthotic pad with frog support |
USD831902S1 (en) * | 2017-06-22 | 2018-10-23 | Monty L. Ruetenik | Equine boot orthotic pad |
USD984063S1 (en) * | 2019-12-26 | 2023-04-18 | Bartek Equine Llc | Horseshoe |
USD998253S1 (en) * | 2019-12-26 | 2023-09-05 | Bartek Equine Llc | Horseshoe |
Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR376367A (fr) * | 1907-04-04 | 1907-08-07 | Pataud Mondiere Et Cie Soc | Fabrication des fers à cheval |
FR406416A (fr) * | 1908-12-07 | 1910-01-29 | Des Forges Et Acieries De Commercy | Procédé de fabrication de fers à cheval |
GB191505775A (en) * | 1915-04-17 | 1916-04-06 | Scottish Iron And Steel Compan | Improvements in the Manufacture of Horse Shoes. |
EP0633079A1 (en) * | 1993-07-05 | 1995-01-11 | Simon Edward Dale | Method and metal member for forming clips on horseshoes |
Family Cites Families (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US219632A (en) * | 1879-09-16 | Improvement in horseshoe-bars | ||
US208295A (en) * | 1878-09-24 | Improvement in horseshoe-bars | ||
US392276A (en) * | 1888-11-06 | Manufacture of horseshoes | ||
US260454A (en) * | 1882-07-04 | clarke | ||
US197651A (en) * | 1877-11-27 | Improvement in machines for forming clips on horseshoes | ||
US1084676A (en) * | 1911-11-07 | 1914-01-20 | Harvey E Turner | Horseshoe-blank. |
-
1996
- 1996-04-17 NL NL1002886A patent/NL1002886C2/nl not_active IP Right Cessation
-
1997
- 1997-04-12 EP EP97201074A patent/EP0802003B1/en not_active Expired - Lifetime
- 1997-04-12 ES ES97201074T patent/ES2154875T3/es not_active Expired - Lifetime
- 1997-04-12 DE DE69703907T patent/DE69703907T2/de not_active Expired - Lifetime
- 1997-04-17 US US08/843,837 patent/US5924274A/en not_active Expired - Lifetime
Patent Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR376367A (fr) * | 1907-04-04 | 1907-08-07 | Pataud Mondiere Et Cie Soc | Fabrication des fers à cheval |
FR406416A (fr) * | 1908-12-07 | 1910-01-29 | Des Forges Et Acieries De Commercy | Procédé de fabrication de fers à cheval |
GB191505775A (en) * | 1915-04-17 | 1916-04-06 | Scottish Iron And Steel Compan | Improvements in the Manufacture of Horse Shoes. |
EP0633079A1 (en) * | 1993-07-05 | 1995-01-11 | Simon Edward Dale | Method and metal member for forming clips on horseshoes |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP0802003B1 (en) | 2001-01-17 |
EP0802003A1 (en) | 1997-10-22 |
DE69703907D1 (de) | 2001-02-22 |
US5924274A (en) | 1999-07-20 |
ES2154875T3 (es) | 2001-04-16 |
DE69703907T2 (de) | 2001-08-09 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL1002886C2 (nl) | Werkwijze voor het vervaardigen van een hoefijzer voorzien van ten minste één lip en een hoefijzer vervaardigd met behulp van de werkwijze. | |
JP4615224B2 (ja) | 三次元連結構造 | |
US8156781B2 (en) | Steering rack and method of manufacturing the same | |
NL1001809C2 (nl) | Soldeerhuls en een werkwijze voor het vormen daarvan. | |
JP3977813B2 (ja) | 編成工具及びその製造方法 | |
NL8601094A (nl) | Elektrisch kontaktorgaan en werkwijze voor de vervaardiging daarvan. | |
JP2000516554A (ja) | 風防ガラス用ワイパーの押出し成形スキージーのための裏当て金属片の製造方法 | |
JPS58130081A (ja) | 往復動式電気かみそり | |
JP4559579B2 (ja) | プレス装置の押しズレ防止構造 | |
EP0284259A1 (en) | Badges and a method for their manufacture | |
JPH0787944B2 (ja) | 不定形中空断面部材のプレス加工方法 | |
NL8400315A (nl) | Zaag en werkwijze ter vervaardiging daarvan. | |
JPS5940478A (ja) | 自動車のライトの結合用改良コネクタ | |
US2404118A (en) | Method of making triggers | |
EP0520539B1 (en) | Drawer guides and production method therefor | |
JPH07241053A (ja) | モータハウジング | |
NL1003397C2 (nl) | Werkwijze voor het vervaardigen van snijmessen voor een cyclomaaier. | |
US383135A (en) | Method of making cant-hook ferrules | |
RU2170980C1 (ru) | Способ изготовления дугонаправляющего скобообразного элемента неподвижного контактного узла электромагнитного коммутационного аппарата | |
US6964095B2 (en) | Method for producing a crimp ear | |
JP3519615B2 (ja) | 板状曲げ加工部品の加工方法 | |
US2028385A (en) | Method of making hinge leaves | |
KR100254591B1 (ko) | 튜우브삽입구멍에 가이드 부재를 보유하는 납땜용 금속파이프의 제조방법 | |
JPH01158236A (ja) | ブレーキ・シユー・リブ及び複数のブレーキ・シユー・リブの成形法 | |
AU2001100037A4 (en) | Grating Manufacture. |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
VD1 | Lapsed due to non-payment of the annual fee |
Effective date: 20021101 |