BE903728A

BE903728A - Inrichting voor het vullen van vormplaten met een dik vloeibare substantie zoals chocolade, creme, fondant en dergelijke.

Info

Publication number: BE903728A
Application number: BE2/60854A
Authority: BE
Original assignee: Meulenbeke Pierre Van
Priority date: 1985-11-28
Filing date: 1985-11-28
Publication date: 1986-03-14
Also published as: JPH07110202B2; CN1009988B; EP0224305A2; JPS62134046A; CN86108033A; EP0224305A3; DE3684104D1; EP0224305B1; US4747766A

Abstract

De inrichting bestaat in hoofdzaak uit een reservoir 1; een verdeelbak 3 met spuitopeningen 6; een transportleiding 2 aangebracht tussen het reservoir en de verdeelbak; een pomp 4 met konstant debiet op de transportleiding aangesloten en bestemd voor het verpompen van de substantie van het reservoir naar de verdeelbak en het uit de spuitopeningen drukken van de substantie; ten minste één vormplaat 7 opgesteld onder de verdeelbak met spuitopeningen; een middel dat de pomp in- en uitschakelt voor het verpompen van de substantie en een middel dat de pomp in- en uitschakelt voor het terugzuigen en ophouden van de substantie in de spuitopeningen nadat de vormplaat is gevuld.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



   BESCHRIJVING voor een aanvraag van een   UITVINDINGSOKTROOI   op naam van
VAN MEULENBEKE Pierre voor "Inrichting voor het vullen van vórmplaten met een dik vloeibare substantie zoals chocolade, crème, fondant en dergelijke" 
De uitvinding betreft een inrichting voor het in één keer vullen, met een dik vloeibare substantie, van meerdere in een vormplaat voorziene vormholten. Deze dik vloeibare substantie kan bijvoorbeeld uit chocolade bestaan voor het vormen van pralines, uit crème of fondant voor het vullen van in de vormholten aangebrachte nog af te sluiten pralines of suikerwaren, of uit gelijk welke andere materie. 



   Gekend zijn inrichtingen voor het vullen van de vormholten in vormplaten en die in hoofdzaak bestaan uit : een reservoir gevuld met een dik vloeibare substantie, zoals bijvoorbeeld chocolade ; een aantal op één rij opgestelde en gelijktijdig bevolen wisselkranen die enerzijds aangesloten 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 zijn op genoemd reservoir en anderzijds op een even groot aantal zuig-en persorganen, waarbij de spuitopeningen van deze kranen achtereenvolgens boven   een   der rijen vormholten die in een ondergeplaatste vormplaat zijn voorzien, worden opgesteld. 



  De kranen worden hierbij eerst derwijze verdraaid dat de substantie eerst vanuit het reservoir in de zuig-en persorganen wordt gezogen waarvan de zuigers instelbaar zijn om het volume opgezogen substantie te bepalen en worden vervolgens derwijze verdraaid dat de opgezogen substantie vanuit de zuig-en persorganen via de spuitopeningen van de kranen in één enkele rij vormholten van de ondergeplaatste vormplaat wordt gespoten. Deze handelwijze wordt vervolgens herhaald voor het vullen van iedere volgende rij vormholten van de vormplaat, waarbij deze vormplaat telkens wordt verplaatst. 



   Deze gekende inrichting heeft echter als voornaamste nadeel dat telkens slechts één enkele rij der vormholten van de vormplaat wordt gevuld en niet alle rijen vormholten van de volledige vormplaat gelijktijdig. De vormplaat moet dus telkens voor het vullen van een volgende rij vormholten worden verplaatst, tot alle rijen vormholten van de vormplaat zijn gevuld. Andere nadelen zijn dat de inrichting volumineus, ingewikkeld en duur van konstruktie is, dat de zuigers in de zuigen persorganen moeilijk nauwkeurig zijn in te stellen en dat de gehele inrichting tamelijk veel onderhoud vergt. 



   Om deze nadelen te ondervangen, is volgens het voornaamste kenmerk der uitvinding, een inrichting verwezenlijkt die in hoofdzaak bestaat uit een reservoir voor de dik vloeibare substantie ; een verdeelbak met spuitopeningen voor het 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 uit het reservoir opvangen van de substantie en voor het verdelen van de uitstromende substantie ; een transportleiding aangebracht tussen het reservoir en de verdeelbak, voor het transporteren van de substantie ; een pomp met konstant debiet op de transportleiding aangesloten en bestemd voor het verpompen van de substantie van het reservoir naar de verdeelbak en het uit de spuitopeningen drukken van de substantie ; tenminste één vormplaat opgesteld onder de verdeelbak met de spuitopeningen en die met de substantie wordt gevuld ;

   een middel dat de pomp in-en uitschakelt voor het verpompen van de substantie van het reservoir naar de verdeelbak ; en een middel dat de pomp in-en uitschakelt voor het terugzuigen en ophouden van de substantie in de spuitopeningen van de verdeelbak, nadat de vormplaat is gevuld. 



   Met deze betrekkelijk eenvoudige en gemakkelijk te onderhouden inrichting is het mogelijk zeer snel alle vormholten van een vormplaat gelijktijdig en dus in één maal te vullen. Bovendien is de instelling van het gewenste volume te spuiten dik vloeibare substantie gemakkelijk uit te voeren, door middel van tijdsklokken en kan bovendien gebruik worden gemaakt van gemakkelijk uitwisselbare spuitplaten die de bodem van de verdeelbak vormen en waardoor het mogelijk wordt van spuitplaten gebruik te maken met een willekeurig aantal spuitopeningen van gelijk welke vorm en afmetingen. 



   Als voorbeeld volgt hierna een uitvoeriger beschrijving, van een verkozen doch geenszins beperkte uitvoeringsvorm, van de inrichting overeenkomstig de uitvinding. 



   Deze beschrijving verwijst naar bijgevoegde tekeningen, 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 waarin : fig. 1 schematisch de inrichting volgens de uitvinding voorstelt, waarbij de vormplaat en verdeelbak in doorsnede zijn weergegeven ; fig. 2 het elektrisch schema van de inrichting weergeeft. 



   In deze inrichting bemerkt men dat een reservoir 1 is opgesteld die wordt gevuld met de dik vloeibare substantie, zoals chocolade, crème, fondant of dergelijke. Dit reservoir 1 staat door middel van een transportleiding 2 met een verdeelbak 3 in verbinding. De dik vloeibare substantie wordt vanuit het reservoir   l   naar de verdeelbak 3 verpompt door een pomp 4 met konstant debiet en die op de transportleiding 2 is aangesloten. Deze pomp kan van gelijk welk soort zijn en bijvoorbeeld een tandrad-of wormpomp zijn. De verdeelbak 3 heeft een prismatische vorm en de bodem ervan bestaat uit een uitwisselbare spuitplaat 5 die over heel haar oppervlak is voorzien van spuittuiten   J   waarlangs de dik vloeibare substantie naar buiten wordt geperst. Deze spuitplaat kan door gelijk welk middel op de verdeelbak 3 worden vastgemaakt.

   Onder de verdeelbak   2   met spuitplaat 5, wordt derwijze een vormplaat 7 met over heel haar oppervlak voorziene vormholten 8 van een verkozen vorm opgesteld, dat de spuittuiten 6 zich juist boven genoemde vormholten 8 bevinden. Meerdere vormplaten kunnen achter elkaar op een transportband 9 zijn opgesteld die telkens in beweging wordt gebracht wanneer een vormplaat in één keer volledig door de verdeelbak 3 is gevuld met substantie, zodat telkens een gevulde vormplaat wordt afgevoerd en 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 een lege vormplaat onder de verdeelbak 3 wordt opgesteld.

   De uitwisselbare spuitplaat   2   kan vervangen worden door een andere spuitplaat 5 met een willekeurig aantal spuittuiten 6 van gelijk welke vorm en afmetingen en waarvan het aantal overeenstemt met een aantal vormholten 8 van een verkozen vormplaat   7.   De pomp 4 wordt enerzijds voor het verpompen van de substantie doorheen de transportleiding   2,   aangedreven door een rechtsdraaiende electro-motor 10 en voor het kortstondig 
 EMI5.1 
 terugzuigen en ophouden van de substantie in de spuittuiten 6, 11 door een linksdraaiende electro-motor zoals hierna meer in detail zal worden beschreven. De rechtsdraaiende electromotor 10 drijft via een riem-of kettingtransmissie 12 een elektrisch bevolen drijfkoppeling 13 aan, waarvan het te koppelen deel via een riem-of kettingtransmissie 14, de pomp 4 aandrijft.

   De drijfkoppeling 13 is aangesloten op een stroomkring 15 met hoofdschakelaar 16 en waarop tevens de electromotor 10 is aangesloten. Genoemde drijfkoppeling 13 wordt bevolen door een relais 17 gekontroleerd door een instelbare tijdsklok 18 eveneens aangesloten op genoemde stroomkring 15 en die in-of uitgeschakeld wordt door een schakelaar 19. De linksdraaiende electro-motor 11 drijft via een riem-of kettingtransmissie 20 een tweede elektrisch bevolen drijfkoppeling 21 aan, waarvan het te koppelen deel via een riem-of kettingtransmissie 22 de pomp 4 in tegengestelde richting als deze noodzakelijk voor het verpompen der substantie, aandrijft.

   Genoemde tweede drijfkoppeling 21 wordt bevolen door een tweede tijdsklok   23¯die   eveneens deel uitmaakt van de stroomkring 15 en die op haar beurt in-en uit wordt gescha- 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 keld door het relais 17. 



   Hierna wordt de werking beschreven van de hiervoor beschreven inrichting. 



   De hoofdschakelaar 16 wordt ingedrukt, waardoor de twee electro-motoren 10 en 11 in tegengestelde richting gaan draaien. Hierdoor drijft de electro-motor 10 de ontkoppelde drijfkoppeling 13 en de electro-motor 11 de tweede ontkoppelde drijfkoppeling 21 aan. De tijdsklok 18 wordt derwijze ingesteld dat, zoals hierna wordt uiteengezet, de pomp   4   lang genoeg kan werken om juist genoeg substantie te verpompen nodig voor het in één keer vullen van de vormplaat 7. Naargelang de grootte van de vormplaat 7 en van de verdeelbak 3 en het aantal vormholten 8 van de vormplaat 7, kan dus de spuittijd in de tijdsklok 18 worden geregeld.

   Eveneens wordt de tijdsklok 23 derwijze ingesteld, dat de pomp lang genoeg in tegengestelde richting kan worden aangedreven, om kortstondig de substantie terug te zuigen en op te houden in de spuittuiten 6 van de spuitplaat 5 die deel uitmaakt van de verdeelbak 3. 



  Hierna wordt de schakelaar 19   manueel,   synchroon met de transportband   2   of bijvoorbeeld door detectie in samenwerking met de aanwezige vormplaten 7, ingedrukt. Hierdoor begint de tijdsklok 18 te lopen en sluit het relais 17 de kontakten 24, zodat de drijfkoppeling 13, via de riem-of kettingtransmissies 12- 14, de electro-motor 10 koppelt met de pomp 4. Hierdoor wordt de dik vloeibare substantie vanuit het reservoir 1 naar de verdeelbak   1   verpompt en door de spuittuiten   6   in de vormholten 8 van de vormplaat   2   gespoten.

   De tijd die hiervoor nodig is werd, zoals hiervoor vermeld, op voorhand ingesteld in de 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 tijdsklok 18 en wanneer deze tijd is verstreken wordt het relais 17 derwijze door de tijdsklok 18 bevolen dat de kontakten 24 worden geopend. Hierdoor wordt de drijfkoppeling 13 ontkoppeld, zodat de pomp 4 tot stilstand komt en het verpompen van de substantie wordt stopgezet. Tegelijkertijd worden de kontakten 25 dor het relais 17 gesloten, waardoor de vooraf ingestelde tijdsklok 23 begint te lopen en de drijfkoppeling 21 derwijze inschakelt dat de electro-motor 11 de pomp 4 aandrijft via de riem-of kettingtransmissies 20 en 22.

   De pomp   jt   wordt hierbij slechts kortstondig in tegengestelde richting aangedreven en lang genoeg om de substantie terug te zuigen en op te houden in de spuittuiten 6, waardoor wordt vermeden dat er zich druppels aan de spuittuiten   6   vormen. Tevens wordt hierdoor nadruppen vermeden. Wanneer de kort ingestelde tijd in de tijdsklok 23 is verstreken, wordt de elektrische stroomkring van de drijfkoppeling 21 verbroken, zodat de pomp 4 tot stilstand komt en schakelt de schakelaar 19 de stroom van de tijdsklokken 18 en 23 uit. De hele operatie kan dan met een nieuw voorgeschoven vormplaat   2   die de schakelaar 19 opnieuw indrukt, herbeginnen. Deze schakelaar kan manueel of synchroon met de beweging van de transportband waarop de vormplaten rusten, automatisch worden bediend.

   Tevens kan deze schakelaar door detectie der voorgeschoven vormen, worden bevolen. 



   Het spreekt vanzelf dat de pomp en alle hiervoor beschreven elementen zouden kunnen worden vervangen door andere die hetzelfde doel nastreven en dat tevens de onderlinge opstelling ervan kan verschillen. Tenslotte spreekt het vanzelf 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 dat de inrichting zou kunnen worden aangevuld met andere elementen die er de praktische werking van zouden kunnen verbeteren. 



   EISEN   10- Inrichting   voor het vullen van vormplaten met een dik vloeibare substantie, zoals chocolade, crème, fondant en dergelijke, met het kenmerk dat zij in hoofdzaak bestaat uit een reservoir (1) voor de dik vloeibare substantie ; een verdeelbak (3) met spuitopeningen (6) voor het uit het reservoir opvangen van de substantie en voor het verdelen van de uitstromende substantie ; een transportleiding (2) aangebracht tussen het reservoir (1) en de verdeelbak (3), voor het transporteren van de substantie ; een pomp (4) met konstant debiet op de transportleiding (2) aangesloten en bestemd voor het verpompen van de substantie van het reservoir (1) naar de verdeelbak (3) en het uit de spuitopeningen (6) drukken van de substantie ; ten minste één vormplaat (7) opgesteld onder de verdeelbak (3) met spuitopeningen (6) en die met de substantie wordt gevuld ;

   een middel   (10-13-17-18)   dat de pomp (4) in-en uitschakelt voor het verpompen van de substantie van het reservoir (1) naar de verdeelbak (3) ; en een middel (11-21-23) dat de pomp (4) in-en uitschakelt voor het terugzuigen en ophouden van de substantie in de spuitopeningen (6) van de verdeelbak (3), nadat de vormplaat (7) is gevuld. **WAARSCHUWING** Einde van DESC veld kan begin van CLMS veld bevatten **.

Claims

2.-Inrichting volgens eis 1, met het kenmerk dat de <Desc/Clms Page number 9> spuitopeningen in de verdeelbak (3) bestaan uit op een afstand van elkaar opgestelde tuiten (6) voorzien in een uitwisselbare spuitplaat (5) die de bodem van de verdeelbak (3) vormt.

3.-Inrichting volgens eis 2, met het kenmerk dat de inrichting is voorzien van uitwisselbare platen (3) met tuiten (6) van verschillende vormen, afmetingen en opstelling.

4.-Inrichting volgens eis 1, met het kenmerk dat de pomp (4) met konstant debiet bestaat uit een tandradpomp.

5.-Inrichting volgens eis l, met het kenmerk dat de pomp (4) met konstant debiet bestaat uit een wormpomp.

6.-Inrichting volgens eis l, met het kenmerk dat het middel dat de pomp in-en uitschakelt voor het verpompen van de substantie van het reservoir (1) naar de verdeelbak (3), bestaat uit een electro-motor (10), een elektrisch bevolen drijfkoppeling (13) enerzijds aangedreven door genoemde electro-motor en anderzijds bestemd om genoemde pomp (4) aan te drijven, en een instelbare tijdsklok (18) die de elektrische stroomkring (15) van de drijfkoppeling (13) kontroleert voor het koppelen en ontkoppelen van de electro-motor (10) met de pomp (4).

7.-Inrichting volgens de eisen 1 en 6, met het kenmerk dat het middel dat de pomp in-en uitschakelt voor het terugzuigen en ophouden van de substantie in de spuitopeningen (6) van de verdeelbak (3) bestaat uit een electro-motor (11) met een draairichting tegengesteld aan deze van de electro-motor (10) bestemd voor het verpompen van de substantie, een elektrisch bevolen drijfkoppeling (21) enerzijds aangedreven door <Desc/Clms Page number 10> genoemde electro-motor (11) en anderzijds bestemd om genoemde pomp (4) aan te drijven, en een instelbare tijdsklok (23) die de elektrische stroomkring (15) van de drijfkoppeling (21) kontroleert voor het koppelen en ontkoppelen van de eerstvermelde electro-motor (11) met de pomp (4).

8.-Inrichting volgens de eisen 6 en 7, met het kenmerk dat de instelbare tijdsklok (18) die de elektrische stroomkring (15) kontroleert van de drijfkoppeling (13) voor het koppelen van de electro-motor (10) met de pomp (4) voor het verpompen van de substantie, tevens de elektrische stroomkring kontroleert van de tweede tijdsklok (23) die de drijfkoppeling (21) kontroleert voor het koppelen en ontkoppelen van de elektro-motor (11) met de pomp (4) voor het terugzuigen en ophouden van de substantie in de spuitopeningen (6) van de verdeelbak (3).

9.-Inrichting voor het vullen van vormplaten met een dik vloeibare substantie, zoals chocolade, crème, fondant en dergelijke, in hoofdzaak zoals hiervoor beschreven en weergegeven door bijgevoegde tekeningen.