BE1030187B1 - Inrichting voor het instellen van een positie van een stationaire geleiding - Google Patents
Inrichting voor het instellen van een positie van een stationaire geleiding Download PDFInfo
- Publication number
- BE1030187B1 BE1030187B1 BE20220080A BE202200080A BE1030187B1 BE 1030187 B1 BE1030187 B1 BE 1030187B1 BE 20220080 A BE20220080 A BE 20220080A BE 202200080 A BE202200080 A BE 202200080A BE 1030187 B1 BE1030187 B1 BE 1030187B1
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- support part
- virtual axis
- lance
- relative
- plane
- Prior art date
Links
Classifications
-
- D—TEXTILES; PAPER
- D03—WEAVING
- D03D—WOVEN FABRICS; METHODS OF WEAVING; LOOMS
- D03D47/00—Looms in which bulk supply of weft does not pass through shed, e.g. shuttleless looms, gripper shuttle looms, dummy shuttle looms
- D03D47/27—Drive or guide mechanisms for weft inserting
- D03D47/277—Guide mechanisms
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Textile Engineering (AREA)
- Looms (AREA)
Abstract
Een inrichting voor het instellen van een positie van een stationaire geleiding (1) voor het geleiden van een lans op een weefmachine, de inrichting (2) bevattende een eerste steundeel (3) en een tweede steundeel (4), waarbij voor het instellen van een oriëntatie van het eerste steundeel (3) ten opzichte van het tweede steundeel (4), het eerste steundeel (3) zwenkbaar om een virtuele as (8) op het tweede steundeel (4) is gemonteerd, welke virtuele as (8) buiten het eerste steundeel (3) ligt. Een weefmachine bevattende een dergelijke inrichting (2) en een werkwijze voor het instellen van een positie van een stationaire geleiding (1) met behulp van een dergelijke inrichting (2).
Description
1 BE2022/0080
Inrichting voor het instellen van een positie van een stationaire geleiding.
Technisch gebied en stand van de techniek.
[0001] De uitvinding betreft een inrichting voor het instellen van een positie van een stationaire geleiding voor het geleiden van een lans op een weefmachine. De uitvinding betreft verder een weefmachine bevattende een dergelijke inrichting en een werkwijze voor het instellen van een positie van een stationaire geleiding voor het geleiden van een lans op een weefmachine met behulp van een dergelijke inrichting.
[0002] US5413151 toont een lansweefmachine bevattende twee stationaire geleidingen met geleidingsoppervlakken voor het geleiden van een lans die een grijper draagt, waarbij één stationaire geleiding aan de inbrengzijde is aangebracht en een andere stationaire geleiding aan de zijde tegenover de inbrengzijde is aangebracht. De stationaire geleidingen zijn uitgelijnd met geleidingshaken voor de lans die op een profiel van de lade van de weefmachine zijn gemonteerd, welke geleidingshaken met de lade beweegbaar zijn.
[0003] EP1586683 toont een lansweefmachine bevattende twee stationaire geleidingen met geleidingsoppervlakken voor het geleiden van een lans die een grijper draagt, welke stationaire geleidingen zodanig gepositioneerd zijn dat beide grijpers die op een bijhorende lans zijn gemonteerd elkaar ontmoeten in het midden van het weefvak van de weefmachine.
2 BE2022/0080
[0004] BE1001345 toont een stationaire geleiding voor het geleiden van een lans, die via steunen op een gestel van een weefmachine is gemonteerd. De stationaire geleiding is roteerbaar gemonteerd om een wentelpunt dat nabij het weefvak op een gestel van een weefmachine is aangebracht om een oriëntatie van de stationaire geleiding in een vlak aan te passen.
Samenvatting van de uitvinding.
[0005] Het is de doelstelling van de uitvinding te voorzien in een inrichting voor het op een eenvoudige en betrouwbare manier instellen van een positie van een stationaire geleiding. Verdere doelstellingen van de uitvinding zijn te voorzien in een weefmachine met een dergelijke inrichting en in een werkwijze voor het instellen van een positie van een stationaire geleiding met behulp van een dergelijke inrichting.
[0006] Volgens een eerste aspect wordt een inrichting voor het instellen van een positie van een stationaire geleiding voor het geleiden van een lans op een weefmachine voorzien, welke inrichting een eerste steundeel en een tweede steundeel bevat, waarbij voor het instellen van een oriëntatie van het eerste steundeel ten opzichte van het tweede steundeel, het eerste steundeel zwenkbaar om een virtuele as op het tweede steundeel is gemonteerd, welke virtuele as buiten het eerste steundeel ligt.
[0007] In de context van de aanvraag wordt een positie van een element in een drie-dimensionele ruimte bepaald door zes vrijneidsgraden, waarbij de positie van het element kan worden ingesteld door één, enkele of alle translaties langs drie loodrechte assen en/of een verandering van oriëntatie door rotatie rond één,
3 BE2022/0080 enkele of alle drie loodrechte assen.
[0008] In de context van de aanvraag mogen de uitdrukkingen "eerste", "tweede", "derde" en "vierde" niet als een seriële of numerieke beperking worden geïnterpreteerd, maar worden in plaats daarvan enkel gebruikt om verschillende leden van een groep te onderscheiden of te identificeren. Verder vereist de uitdrukking "eerste", "tweede", "derde" geen volgend element. "Een" wordt als onbepaald lidwoord gebruikt en mag niet worden geïnterpreteerd als "precies één".
[0009] De virtuele as staat dwars op een eerste vlak. In de context van de aanvraag wordt de uitdrukking “dwars” gebruikt om een positie of richting te beschrijven die onder een hoek van ongeveer 90° met iets anders staat.
[0010] In een uitvoeringsvorm is het eerste steundeel integraal gevormd met de stationaire geleiding. In andere uitvoeringsvormen kan de stationaire geleiding vast in positie op het eerste steundeel worden gemonteerd.
[0011] Door een inrichting met een eerste steundeel en een tweede steundeel te voorzien en een virtuele as die buiten het eerste steundeel ligt te gebruiken om een hoekpositie of oriëntatie van het eerste steundeel ten opzichte van het tweede steundeel in te stellen, is een nauwkeurige uitlijning van de stationaire geleiding met een referentie element mogelijk, welk referentie element zich op een positie bevindt die niet toegankelijk is voor een montagestructuur van de stationaire geleiding.
[0012] In geval een stationaire geleiding moet worden
4 BE2022/0080 uitgelijnd met een referentie element, bijvoorbeeld een kalibreergeleidingselement, in het bijzonder een geleidingshaak die op een lade van de weefmachine is aangebracht, kan de virtuele as op of nabij een locatie van de geleidingshaak worden gekozen, welke locatie niet toegankelijk is voor een montagestructuur van de stationaire geleiding.
[0013] Verder kan in een eerste vlak dwars op de virtuele as een translatiepositie van de stationaire geleiding ten opzichte van het referentie element worden ingesteld alvorens het instellen van de oriëntatie van de stationaire geleiding om de virtuele as en het instellen van de oriëntatie van de stationaire geleiding in het eerste vlak heeft geen invloed op de uitlijning van de stationaire geleiding op de virtuele as. Het eerste vlak is in het bijzonder een twee- dimensioneel cartesiaans vlak, waarbij de stationaire geleiding in één of beide van de twee dimensies beweegbaar is voor het instellen van de translatiepositie in het eerste vlak.
[0014] Volgens een uitvoeringsvorm bevat de inrichting verder een eerste stang en een tweede stang, waarbij een eerste einde van de eerste stang en een eerste einde van de tweede stang zwenkbaar op het eerste steundeel zijn gemonteerd, en een tweede einde van de eerste stang en een tweede einde van de tweede stang zwenkbaar op het tweede steundeel zijn gemonteerd, waarbij in een thuisconfiguratie de eerste stang en de tweede stang zodanig zijn aangebracht dat virtuele lijnen die de eerste stang en de tweede stang verlengen elkaar op de virtuele as snijden. Bij voorkeur bevinden de tweede einden zich dichter bij de virtuele as dan de eerste einden.
[0015] Op het eerste einde en het tweede einde zijn de stangen elk zwenkbaar gemonteerd om assen evenwijdig met de virtuele as aan respectievelijk het eerste steundeel en het tweede steundeel. De eerste stang en de tweede stang zijn bijvoorbeeld stijve stangen, waarbij in een uitvoeringsvorm, de eerste einden 5 van de stangen zonder speling in het eerste steundeel worden gemonteerd en de tweede einden van de stangen zonder speling in het tweede steundeel worden gemonteerd, zodat een nauwkeurige aanpassing van de oriëntatie mogelijk is.
[0016] Het eerste steundeel, het tweede steundeel, en de twee stangen samen vormen een viervoudig koppelingsmechanisme dat een beperkte beweging van het eerste steundeel ten opzichte van het tweede steundeel toelaat.
[0017] De uitvinding gebruikt de bevindingen van de uitvinder, dat bij het instellen van een oriëntatie van de stationaire geleiding slechts kleine hoekaanpassingen van minder dan + 5°, in het bijzonder minder dan + 2°, nodig zijn. Aldus veroorzaakt een kleine beweging van het eerste steundeel ten opzichte van het tweede steundeel een rotatie van het eerste steundeel ten opzichte van het tweede steundeel om een wezenlijke constante virtuele as.
[0018] In een uitvoeringsvorm hebben de eerste stang en de tweede stang eenzelfde lengte en in de thuisconfiguratie zijn de eerste stang en de tweede stang symmetrisch ten opzichte van een virtuele middellijn aangebracht die de virtuele as kruist. Dit maakt een eenvoudig ontwerp mogelijk.
[0019] In een uitvoeringsvorm wordt het eerste steundeel door een operator bewogen door manueel een kracht op het eerste steundeel uit te oefenen, ofwel door manueel op het eerste
6 BE2022/0080 steundeel te duwen of met behulp van een gereedschap.
[0020] In een andere uitvoeringsvorm is een eerste aanpassingselement tussen het eerste steundeel en het tweede steundeel aangebracht, waarbij door het bedienen van het eerste aanpassingselement, het eerste steundeel zwenkbaar is ten opzichte van het tweede steundeel om de virtuele as naar of weg van de thuisconfiguratie.
[0021] Het eerste aanpassingselement maakt een nauwkeurige beweging van het eerste steundeel ten opzichte van het tweede steundeel mogelijk. In een uitvoeringsvorm is het eerste aanpassingselement een schroef, waarbij door het draaien van de schroef het eerste steundeel en het tweede steundeel gedwongen worden om ten opzichte van elkaar te zwenken.
[0022] In een andere uitvoeringsvorm is het eerste aanpassingselement een excentrische as, waarbij door het draaien van de excentrische as het eerste steundeel zwenkbaar is ten opzichte van het tweede steundeel om de virtuele as naar of weg van de thuisconfiguratie.
[0023] In een uitvoeringsvorm kan het eerste steundeel vast in positie ten opzichte van het tweede steundeel worden bevestigd met behulp van bevestigingsbouten, die worden losgemaakt voordat een oriëntatie van het eerste steundeel ten opzichte van het tweede steundeel wordt aangepast of ingesteld, en die worden vastgezet nadat het aanpassen of instellen is voltooid.
[0024] In een uitvoeringsvorm staat de virtuele as dwars op een horizontaal bewegingsvlak van de lans, waarbij het eerste
7 BE2022/0080 steundeel boven het tweede steundeel is aangebracht. In de context van de aanvraag wordt het horizontale bewegingsvlak van de lans als een wezenlijk horizontaal vlak gedefinieerd waarlangs een lans in en uit een weefvak wordt bewogen. In een uitvoeringsvorm is het horizontale bewegingsvlak een horizontaal vlak. Wanneer het horizontale bewegingsvlak een horizontaal vlak is, kunnen de stangen elk roteerbaar om twee verticale rotatie- assen worden gemonteerd en maakt de inrichting het instellen van een oriëntatie van een stationaire geleiding in een horizontaal vlak om een verticale virtuele as mogelijk. In andere uitvoeringsvormen wordt het horizontale bewegingsvlak enkele graden gekanteld ten opzichte van het horizontale vlak, in het bijzonder tot 10 graden.
[0025] Met andere woorden, de inrichting maakt het mogelijk een oriëntatie van de stationaire geleiding in het eerste vlak om de virtuele as in te stellen, welke virtuele as een verticale as is of een wezenlijk verticale as die zich in een weefvak bevindt op een positie die niet toegankelijk is voor een montagestructuur van de stationaire geleiding, in het bijzonder een positie buiten het eerste steundeel.
[0026] In een uitvoeringsvorm bevat de inrichting verder een derde steundeel, waarbij het tweede steundeel zodanig op het derde steundeel is gemonteerd, dat in het eerste vlak dwars op de virtuele as een translatiepositie van het tweede steundeel ten opzichte van het derde steundeel instelbaar is. Voor het instellen van de translatiepositie is het eerste steundeel lineair beweegbaar ten opzichte van het derde steundeel in één of beide richtingen van een twee-dimensioneel cartesiaans vlak. In een uitvoeringsvorm is enkel een positie van de stationaire geleiding instelbaar in een richting dwars op een bewegingsrichting van de lans, dit betekent
8 BE2022/0080 dwars op de inbrengrichting, met behulp van de inrichting. In een uitvoeringsvorm is een positie van de stationaire geleiding in de inbrengrichting bevestigd, bijvoorbeeld met behulp van een eindaanslag. In andere uitvoeringsvormen is een positie van de stationaire geleiding in de inbrengrichting instelbaar om een aanpassing aan een breedte van een weefsel mogelijk te maken.
[0027] In een uitvoeringsvorm wordt het tweede steundeel op het derde steundeel gemonteerd met behulp van geleidingselementen. In een uitvoeringsvorm worden bevestigingselementen, bijvoorbeeld bevestigingsbouten, voorzien om het tweede steundeel in een geselecteerde positie op het derde steundeel te bevestigen.
[0028] In een uitvoeringsvorm is een tweede aanpassingselement tussen het tweede steundeel en het derde steundeel aangebracht, waarbij door het bedienen van het tweede aanpassingselement, het eerste steundeel samen met het tweede steundeel lineair beweegbaar is ten opzichte van het derde steundeel teneinde een translatiepositie van het tweede steundeel in het eerste vlak in te stellen, dit betekent om het eerste steundeel samen met het tweede steundeel in het eerste vlak te bewegen in de richting dwars op de bewegingsrichting van de lans.
Het tweede aanpassingselement is in uitvoeringsvormen een schroef of een excentrische as.
[0029] In een uitvoeringsvorm bevat de inrichting verder een vierde steundeel, waarbij het derde steundeel zodanig op het vierde steundeel is gemonteerd, dat een translatiepositie van het derde steundeel samen met het vierde steundeel instelbaar is in een richting dwars op het eerste vlak en/of een oriëntatie van het
9 BE2022/0080 derde steundeel ten opzichte van het vierde steundeel instelbaar is om een wentelas dwars op de virtuele as, in het bijzonder een wentelas dwars op de bewegingsrichting van de lans, aldus de inbrengrichting. De wentelas kruist bij voorkeur de virtuele as.
[0030] In een uitvoeringsvorm is het vierde steundeel vast in positie of stationair op een gestel van de weefmachine gemonteerd. In een uitvoeringsvorm is een derde aanpassingselement tussen het derde steundeel en het vierde steundeel aangebracht, dat bedienbaar is om het derde steundeel ten opzichte van het vierde steundeel om de wenteleas te zwenken, en/of is een vierde aanpassingselement tussen het vierde steundeel en het gestel van de weefmachine aangebracht, dat bedienbaar is om het derde steundeel samen met vierde steundeel lineair te bewegen in de richting dwars op het eerste vlak.
[0031] Volgens een tweede aspect wordt een weefmachine met een stationaire geleiding voor het geleiden van een lans en met een inrichting voor het instellen van een positie van de stationaire geleiding op de weefmachine voorzien.
[0032] In een uitvoeringsvorm van de weefmachine is de inrichting zodanig geconfigureerd en aangebracht dat de virtuele as zich in een weefvak bevindt, in het bijzonder op of nabij een locatie voor een eerste geleidingshaak die op een lade is gemonteerd. Dit maakt een nauwkeurige uitlijning van de stationaire geleiding ten opzichte van de eerste geleidingshaak en andere geleidingshaken mogelijk.
[0033] Volgens een derde aspect wordt een werkwijze voorzien voor het instellen van een positie van een stationaire geleiding voor het geleiden van een lans op een weefmachine met behulp van een inrichting met een eerste steundeel en een tweede steundeel, waarbij het eerste steundeel zwenkbaar om een virtuele as op het tweede steundeel is gemonteerd, welke virtuele as buiten het s eerste steundeel ligt, waarbij de werkwijze het zwenken van het eerste steundeel ten opzichte van het tweede steundeel om de virtuele as bevat voor het instellen van een oriëntatie van het eerste steundeel ten opzichte van het tweede steundeel. 10 [0034] In een uitvoeringsvorm wordt een eerste aanpassingselement, dat tussen het eerste steundeel en het tweede steundeel is aangebracht, bediend om het eerste steundeel ten opzichte van het tweede steundeel om de virtuele as te zwenken.
[0035] In een uitvoeringsvorm wordt het eerste steundeel ten opzichte van het tweede steundeel om de virtuele as gezwenkt, welke virtuele as zich in een weefvak bevindt, in het bijzonder op of nabij een locatie voor een eerste geleidingshaak.
[0036] In een uitvoeringsvorm van de werkwijze alvorens het zwenken van het eerste steundeel ten opzichte van het tweede steundeel om de virtuele as, wordt een eerste translatiepositie van het eerste steundeel samen met het tweede steundeel in een eerste vlak dwars op de virtuele as ingesteld ten opzichte van een derde steundeel. In een uitvoeringsvorm wordt de translatiepositie zowel in een bewegingsrichting van de lans, dit betekent een inbrengrichting, als dwars op de bewegingsrichting van de lans, dit betekent dwars op de inbrengrichting, ingesteld. In andere uitvoeringsvormen is de translatiepositie in de inbrengrichting vast en wordt enkel de eerste translatiepositie in een richting dwars op
11 BE2022/0080 de bewegingsrichting van de lans ingesteld.
[0037] In een uitvoeringsvorm is de inrichting zodanig aangebracht en geconfigureerd dat de virtuele as zich op of nabij een locatie voor een geleidingselement bevindt, waarmee de stationaire geleiding moet worden uitgelijnd. Het aanpassen van een oriëntatie van het eerste steundeel in het eerste vlak heeft geen of nauwelijks invloed op de translatiepositie van de stationaire geleiding op de virtuele as. Hierdoor is het, na het instellen van de oriëntatie van het eerste steundeel, niet nodig om een instelling van de translatiepositie van het eerste steundeel samen met het tweede steundeel in het eerste vlak te herhalen.
[0038] Voor het instellen van de translatiepositie wordt in een
Uitvoeringsvorm het eerste steundeel samen met het tweede steundeel lineair bewogen ten opzichte van het derde steundeel door het bedienen van het tweede aanpassingselement dat tussen het tweede steundeel en het derde steundeel is aangebracht.
[0039] In een uitvoeringsvorm wordt, voor of na het instellen van de eerste translatiepositie van het eerste steundeel in het eerste vlak, een tweede translatiepositie van het derde steundeel ten opzichte van het gestel van de weefmachine ingesteld in een richting dwars op het eerste vlak. In uitvoeringsvormen is het eerste vlak evenwijdig met het horizontale bewegingsvlak van de lans, dat een minstens wezenlijk horizontaal vlak is. Hierdoor is de richting dwars op het eerste vlak een minstens wezenlijk verticaal vlak.
[0040] In een uitvoeringsvorm, na het instellen van een tweede translatiepositie van het derde steundeel in de richting
12 BE2022/0080 dwars op het eerste vlak en voor of na het instellen van de eerste translatiepositie van het eerste steundeel samen met het tweede steundeel ten opzichte van het derde steundeel in het eerste vlak, een tweede oriëntatie van het derde steundeel ten opzichte van het vierde steundeel om een wentelas dwars op de virtuele as wordt ingesteld, in het bijzonder een wentelas dwars op de bewegingsrichting van de lans en die de virtuele as kruist.
[0041] In een uitvoeringsvorm wordt een kalibreerelement, zoals een kalibreergeleidingshaak op een lade van de weefmachine gemonteerd op een positie verplaatst van de stationaire geleiding naar een midden van de lade toe, bij voorkeur op de virtuele as, en wordt een kalibreerlans doorheen de stationaire geleiding naar de kalibreergeleidingshaak toe en doorheen de kalibreer- geleidingshaak geleid alvorens het zwenken van het eerste steundeel ten opzichte van het tweede steundeel om de virtuele as.
[0042] In een uitvoeringsvorm wordt een geleidingshaak zoals gebruikt bij normale werking gebruikt als kalibreergeleidingshaak en/of wordt een lans zoals gebruikt bij normale werking als kalibreerlans gebruikt. In andere uitvoeringsvormen wordt een nauwkeurigere geleidingshaak gebruikt, en wordt hiertoe een stijvere kalibreerlans gebruikt, zodat die kalibreerlans niet doorbuigt tijdens het kalibreren.
Korte beschrijving van de tekeningen.
[0043] Hierna zullen uitvoeringsvormen van de uitvinding in detail worden beschreven met verwijzing naar de tekeningen.
Doorheen de tekeningen zullen dezelfde elementen door dezelfde referentienummers worden aangeduid.
13 BE2022/0080
Figuur 1 toont in een perspectiefaanzicht een systeem bevattende een stationaire geleiding voor het geleiden van een lans op een weefmachine samen met een inrichting voor het instellen van een positie van de stationaire geleiding;
Figuur 2 toont het systeem van figuur 1 met een deel van een gestel van de weefmachine in een explosie aanzicht;
Figuur 3 toont een detail van figuur 2 op vergrote schaal;
Figuur 4 toont het systeem van figuur 1 in een bovenaanzicht;
Figuur 5 toont het systeem van figuur 1 in een vooraanzicht;
Figuur 6 toont het systeem van figuur 1 van opzij kijkend in een bewegingsrichting van een lans in een aanzicht vanuit het weefvak;
Figuur 7 toont het systeem van figuur 4 in een bovenaanzicht in twee verschillende oriëntaties van een eerste steundeel ten opzichte van een tweede steundeel, waarbij ter illustratie een eerste stang en een tweede stang op een bovenvlak gevisualiseerd zijn;
Figuur 8 toont het systeem van figuur 4 in een doorgesneden aanzicht langs een vlak VII-VII in figuur 5 in twee verschillende configuraties van het eerste steundeel ten opzichte van het tweede steundeel;
Figuur 9 toont het systeem van figuur 4 in een doorgesneden aanzicht langs een vlak VII-VII in figuur 5 in een thuisconfiguratie van het eerste steundeel ten opzichte van het tweede steundeel;
Figuur 10 toont het systeem van figuur 4 in een doorgesneden aanzicht langs een vlak VII-VII in figuur 5 in een configuratie van het eerste steundeel ten opzichte van het tweede steundeel die van de thuisconfiguratie verschilt;
14 BE2022/0080
Figuur 11 toont een stap van het instellen van een translatiepositie van een stationaire geleiding in een tweede vlak dwars op een horizontaal bewegingsvlak van een lans met behulp van een inrichting gelijkaardig aan figuur 1;
Figuur 12 toont een stap van het instellen van een translatiepositie van de stationaire geleiding in een eerste vlak evenwijdig met het horizontale bewegingsvlak van de lans met behulp van de inrichting van figuur 11;
Figuur 13 toont een stap van het instellen van een oriëntatie van de stationaire geleiding om een wentelas dwars op het tweede vlak met behulp van de inrichting van figuur 11;
Figuur 14 toont een stap van het instellen van een oriëntatie van de stationaire geleiding om een virtuele as dwars op het eerste vlak met behulp van de inrichting van figuur 11;en
Figuur 15 toont een alternatieve uitvoeringsvorm van figuur 9.
Gedetailleerde beschrijving van uitvoeringsvormen van de uitvinding.
[0044] Figuren 1 tot 10 tonen een systeem bevattende een stationaire geleiding 1 voor het geleiden van een lans (niet getoond) op een weefmachine (niet getond) en een inrichting 2 voor het instellen van een positie van de stationaire geleiding 1.
Zoals getoond in figuur 6 is de stationaire geleiding 1 voorzien van geleidingselementen 39 voor het geleiden van een lans (niet getoond).
15 BE2022/0080
[0045] Zoals het best te zien is in het explosie aanzicht van figuur 2, bevat de inrichting 2 een eerste steundeel 3, een tweede steundeel 4, een derde steundeel 5, en een vierde steundeel 6.
[0046] In de getoonde uitvoeringsvorm is het eerste steundeel 3 boven het tweede steundeel 4 aangebracht en is de stationaire geleiding 1 op het eerste steundeel 3 gemonteerd. In de getoonde uitvoeringsvorm is de stationaire geleiding 1 met behulp van klemmen 7 en bouten 10 vast op het eerste steundeel 3 bevestigd.
[0047] Een lans (niet getoond) wordt in een bewegingsrichting 19 langs een lengterichting van de stationaire geleiding 1 (aangeduid in figuur 1) bewogen. Een minstens wezenlijk horizontaal vlak waarlangs de lans in en uit het weefvak wordt bewogen wordt als een horizontaal bewegingsvlak 9 van de lans (aangeduid in figuren 1 en 6) aangeduid.
[0048] Voor het positioneren van de stationaire geleiding 1 met behulp van de inrichting 2 zijn in de getoonde uitvoering twee hoekposities of oriëntaties en twee translatieposities instelbaar. In het bijzonder zijn een eerste oriëntatie van het eerste steundeel 3 ten opzichte van het tweede steundeel 4 om een virtuele as 8 (zie figuur 1) dwars op het horizontale bewegingsvlak 9 van de lans, een eerste translatiepositie van het eerste steundeel 3 (samen met het tweede steundeel 4) ten opzichte van het derde steundeel 5 in een eerste vlak evenwijdig met het horizontale bewegingsvlak 9 van de lans en dwars op de bewegingsrichting 19 van de lans, een tweede oriëntatie van het derde steundeel 5 (samen met het eerste steundeel 3 en het tweede steundeel 4) ten opzichte van het vierde steundeel 6 om een wentelas 20, welke wentelas 20 dwars op de virtuele as 8 staat en de virtuele as 8 kruist of snijdt, en een
16 BE2022/0080 tweede translatiepositie van het vierde steundeel 6 (samen met het eerste steundeel 3, het tweede steundeel 4 en het derde steundeel 5) ten opzichte van het gestel 31 van de weefmachine langs de virtuele as 8, instelbaar.
[0049] Voor het instellen van de eerste oriëntatie of hoekpositie van het eerste steundeel 3, en dus de daarop gemonteerde stationaire geleiding 1, ten opzichte van het tweede steundeel 4, wordt het eerste steundeel 3 zwenkbaar op het tweede steundeel 4 om de virtuele as 8 gemonteerd. In de getoonde uitvoeringsvorm staat de virtuele as 8 dwars op het horizontale bewegingsvlak 9 van de lans.
[0050] Zoals best wordt getoond in figuren 1 en 5, ligt de virtuele as 8 buiten het eerste steundeel 3. Dit maakt een nauwkeurige uitlijning van de stationaire geleiding 1 met een referentie element mogelijk, welk referentie element zich op een positie bevindt die niet toegankelijk is voor een montagestructuur van de stationaire geleiding 1, in het bijzonder welk referentie element zich buiten het eerste steundeel 3 bevindt. Het referentie element bevindt zich bij voorkeur op de virtuele as 8.
[0051] In de getoonde uitvoeringsvorm, zoals best te zien is in figuren 2, 3 en 7 tot 10, voor het realiseren van de virtuele as 8 buiten het eerste steundeel 3, bevat de inrichting 2 een eerste stang 11 en een tweede stang 12. De eerste stang 11 en de tweede stang 12 zijn stijve stangen. Een eerste einde 111 van de eerste stang 11 en een eerste einde 121 van de tweede stang 12 zijn zwenkbaar aan het eerste steundeel 3 gemonteerd met behulp van respectievelijk asstompen 13 en 14, en een tweede einde 112 van de eerste stang 11 en een tweede einde 122 van de tweede
17 BE2022/0080 stang 12 zijn zwenkbaar aan het tweede steundeel 4 gemonteerd met behulp van respectievelijk asstompen 15 en 16. De asstompen 13, 14, 15, 16 verlopen evenwijdig met de virtuele as 8. De opstelling zal hieronder meer detail worden uitgelegd met verwijzing naar figuren 7 tot 10. De asstompen 13, 14 zijn draaibaar en nauwkeurig in een bijhorende boring 40, 41 van het eerste steundeel 3 gemonteerd, terwijl de asstompen 15, 16 draaibaar en nauwkeurig in een bijhorende boring 42, 43 van het tweede steundeel 4 zijn gemonteerd.
[0052] Het eerste steundeel 3 kan vast op het tweede steundeel 4 worden bevestigd in een geselecteerde oriëntatie met behulp van bevestigingsbouten 17.
[0053] In de getoonde uitvoeringsvorm wordt een eerste aanpassingselement 18 in de vorm van een excentrische as tussen het eerste steundeel 3 en het tweede steundeel 4 aangebracht, waarbij door het draaien van de excentrische as ten opzichte van het tweede steundeel 4 in relatie tot een sleufvormige opening 33 (figuur 4) in het eerste steundeel 3, het eerste steundeel 3 ten opzichte van het tweede steundeel 4 om de virtuele as 8 zwenkbaar is.
[0054] Voor het instellen van de eerste translatiepositie van de stationaire geleiding 1 in het eerste vlak dwars op de virtuele as 8 en in een richting dwars op de bewegingsrichting 19 van de lans, worden het eerste steundeel 3 en het tweede steundeel 4 op het derde steundeel 5 gemonteerd, zodat in het eerste vlak de eerste translatiepositie van het eerste steundeel 3 ten opzichte van het derde steundeel 5 instelbaar is in een richting dwars op de bewegingsrichting 19 van de lans.
18 BE2022/0080
[0055] In de getoonde uitvoeringsvorm wordt een tweede aanpassingselement 21, dat ook in de vorm van een excentrische as is, tussen het tweede steundeel 4 en het derde steundeel 5 aangebracht, waarbij door het draaien van de excentrische as ten opzichte van het derde steundeel 5 in relatie tot een sleufvormige opening 34 (figuur 4) in het tweede steundeel 4, het eerste steundeel 3 samen met het tweede steundeel 4 lineair ten opzichte van het derde steundeel 5 beweegbaar is om het eerste steundeel 3 en het tweede steundeel 4, en dus de daarop gemonteerde stationaire geleiding 1, in het eerste vlak in de richting dwars op de bewegingsrichting 19 van de lans te bewegen. De translatiebeweging wordt beperkt door bevestigingsbouten 22, welke bevestigingsbouten 22 doorheen openingen in het tweede steundeel 4 passeren. Een van de bevestigingsbouten 22 is via een opening 28 in het eerste steundeel 3 (zie figuur 12) toegankelijk.
[0056] Het tweede steundeel 4 kan vast op het derde steundeel 5 worden bevestigd in een geselecteerde eerste translatiepositie met behulp van bevestigingsbouten 22.
[0057] Voor het instellen van de twee oriëntatie van het derde steundeel 5 (samen met het eerste steundeel 3 en het tweede steundeel 4) ten opzichte van het vierde steundeel 6 om de wentelas 20, welke wentelas 20 dwars op de virtuele as 8 staat en de virtuele as 8 kruist, wordt in de getoonde uitvoeringsvorm, een derde aanpassingselement 23 tussen het derde steundeel 5 en het vierde steundeel 6 aangebracht, dat in de getoonde uitvoeringsvorm ook de vorm van een excentrische as heeft, en dat bedienbaar is om het derde steundeel 5 ten opzichte van het vierde steundeel 6 om de wentelas 20 te zwenken door de excentrische as ten opzichte van het vierde steundeel 6 te draaien in relatie tot een
19 BE2022/0080 sleufvormige opening 35 (figuur 5 en 13) in het derde steundeel 5.
[0058] Het derde steundeel 5 kan vast op het vierde steundeel 6 worden bevestigd in een geselecteerde tweede oriëntatie met behulp van bevestigingsbouten 24.
[0059] Voor het instellen van de tweede translatiepositie van de stationaire geleiding 1 is de tweede translatiepositie van het vierde steundeel 6 (samen met het eerste steundeel 3, het tweede steundeel 4 en het derde steundeel 5) instelbaar in een richting dwars op het eerste vlak ten opzichte van het gestel 31 van de weefmachine.
[0060] In de getoonde uitvoeringsvorm wordt een vierde aanpassingselement 25 tussen het vierde steundeel 6 en het gestel 31 van de weefmachine aangebracht, dat in de getoonde uitvoeringsvorm ook de vorm van een excentrische as heeft, en dat bedienbaar is om het vierde steundeel 6 met het eerste steundeel 3, het tweede steundeel 4 en het derde steundeel 5 lineair te bewegen in de richting dwars op het eerste vlak, dit betekent langs de virtuele as 8, door de excentrische as ten opzichte van het gestel 31 van de weefmachine te draaien in relatie tot een opening 36 (figuur 2) in het vierde steundeel 6. De translatiebeweging wordt beperkt door bevestigingsbouten 27, welke bevestigingsbouten 27 doorheen openingen in het vierde steundeel 6 passeren.
[0061] Het vierde steundeel 6 kan vast op het gestel 31 van de weefmachine worden bevestigd in een geselecteerde tweede translatiepositie met behulp van bevestigingsbouten 27, in het bijzonder op steunen 50 en 51 die op het gestel 31 zijn bevestigd.
20 BE2022/0080
[0062] Figuur 7 toont de stationaire geleiding 1 en de inrichting 2 in een bovenaanzicht in twee verschillende eerste oriëntaties van het eerste steundeel 3 (en dus de stationaire geleiding 1) ten opzichte van het tweede steundeel 4, waarin ter illustratie de eerste stang 11 en de tweede stang 12 op een bovenvlak van de stationaire geleiding 1 zijn afgebeeld. Figuren 8 tot 10 tonen doorgesneden aanzichten van de inrichting 2 langs een vlak VII-VII in figuur 5, waarin de eerste stang 11 en de tweede stang 12 in hun werkelijke positie worden getoond.
[0063] Zoals aangeduid in figuren 7, 8 en 9, in een thuisconfiguratie, zijn de eerste stang 11 en de tweede stang 12 zodanig aangebracht dat virtuele lijnen 113, 123 die de eerste stang 11 en de tweede stang 12 verlengen elkaar op de virtuele as 8 snijden, waarbij de tweede einden 112, 122 dichter bij de virtuele as 8 zijn dan de eerste einden 111, 121.
[0064] Zoals ook getoond in figuren 7, 8 en 9, in de getoonde uitvoeringsvorm, hebben de eerste stang 11 en de tweede stang 12 dezelfde lengte en worden in een thuisconfiguratie symmetrisch ten opzichte van een virtuele middellijn 30 aangebracht die de virtuele as 8 kruist.
[0065] In figuren 7 en 8 wordt de thuisconfiguratie met volle lijnen getoond en wordt een andere configuratie die bij een andere oriëntatie van het eerste steundeel 3 en de stationaire geleiding 1 behoort ten opzichte van het tweede steundeel 4 om de virtuele as 8, waarbij het eerste steundeel 3 om de virtuele as 8 wordt gezwenkt ten opzichte van het tweede steundeel 4, zoals aangeduid door een pijl, met stippellijnen getoond.
21 BE2022/0080
[0066] Zoals getoond in figuren 7 tot 10 vormen het eerste steundeel 3, het tweede steundeel 4, de eerste stang 11, en de tweede stang 12 samen een viervoudig koppelingsmechanisme dat een kleine beperkte beweging van het eerste steundeel 3 ten opzichte van het tweede steundeel 4 toelaat, waarbij het eerste steundeel 3 ten opzichte van het tweede steundeel 4 om de virtuele as 8 wordt gezwenkt, die wezenlijk constant in positie is voor het instellen van de eerste oriëntatie van de stationaire geleiding 1.
[0067] Een werkwijze voor het instellen van een positie van de stationaire geleiding 1 met behulp van een inrichting 2 volgens de aanvraag wordt hierna uitgelegd met verwijzing naar figuren 11 tot 14. De inrichting 2 getoond in figuren 11 tot 14 komt qua ontwerp overeen met de inrichting 2 getoond in de figuren 1 tot 10.
Dezelfde elementen worden met dezelfde referentienummers aangeduid, en voor een gedetailleerde uitleg wordt naar de beschrijving hierboven verwezen.
[0068] Voor het instellen van een positie wordt in een uitvoeringsvorm een eerste kalibreergeleidingshaak 32 (schematisch getoond in figuur 11) als een referentie element gemonteerd op een locatie van de virtuele as 8. Bij voorkeur wordt deze locatie voor de kalibreergeleidingshaak 32 gekozen als de locatie van een eerste geleidingshaak (niet getoond) die wordt gebruikt voor het geleiden van een lans in een weefmachine bij het weven op maximale weefbreedte. De kalibreergeleidingshaak 32 wordt op een profiel 49 van een lade (niet getoond) van de weefmachine gemonteerd. Een lade met een dergelijk profiel is bijvoorbeeld gekend uit US5413151.
22 BE2022/0080
[0069] Zoals getoond in figuur 11 wordt in een eerste stap de tweede translatiepositie, die in de getoonde uitvoeringsvorm een minstens hoofdzakelijk verticale positie is, ingesteld. Hiertoe worden de bevestigingsbouten 27 (figuur 2) losgemaakt, maar zonder kracht vastgezet, zodat er geen speling, maar ook geen spankracht is.
[0070] Vervolgens wordt het vierde aanpassingselement 25 bediend om het vierde steundeel 6 (samen met het eerste steundeel 3, het tweede steundeel 4, het derde steundeel 5 en de stationaire geleiding 1) te verschuiven zoals aangeduid door pijlen in figuur 11, waarbij de inrichting 2 in een richting langs de virtuele as 8 wordt bewogen. Het vierde aanpassingselement 25 wordt gemonteerd op een steun 50 dat op het gestel 31 (zie figuur 2) is bevestigd. In de getoonde uitvoeringsvorm is het vierde aanpassingselement 25 een excentrische as, die met behulp van een zeskantige sleutel 44 wordt gedraaid. Het vierde aanpassingselement 25 werkt in op een opening 36 (figuur 2) in het vierde steundeel 6 om het vierde steundeel 6 te bewegen zoals aangeduid door pijlen A. In de getoonde uitvoeringsvorm worden verder drie bouten 29 voorzien waarvan twee bouten 29 met speling doorheen openingen 37 in het derde steundeel 5 passeren, waardoor het derde steundeel 5 gemakkelijk aan het vierde steundeel 6 kan worden gemonteerd, en om het instellen en het beperken van een beweging te visualiseren. Het vierde aanpassingselement 25 passeert ook met speling doorheen een opening 38 in het derde steundeel 5.
[0071] Zoals getoond in figuur 12, wordt in een tweede stap de eerste translatiepositie in het eerste vlak, die in de getoonde uitvoeringsvorm het horizontale vlak van de stationaire geleiding 1
23 BE2022/0080 is, ingesteld. Hiertoe worden de bevestigingsbouten 17 losgemaakt, maar blijven zonder kracht vastgezet, zodat er geen speling, maar ook geen spankracht is.
[0072] Vervolgens wordt het tweede aanpassingselement 21 bediend om het tweede steundeel 4 (samen met het eerste steundeel 3 en de stationaire geleiding 1) te verschuiven zoals aangeduid door pijlen B in figuur 12 dwars op de bewegingsrichting 19 van de lans. In de getoonde uitvoeringsvorm is het tweede aanpassingselement 21 een excentrische as, die met behulp van bijvoorbeeld een zeskantige sleutel 45 wordt gedraaid.
[0073] De aanpassingen volgens figuren 11 en 12 worden zodanig uitgevoerd dat een normale lans of een kalibreerlans (niet getoond) doorheen de eerste kalibreergeleidingshaak 32 kan passeren die op de locatie van de virtuele as 8 op het profiel 49 van de lade van de weefmachine is aangebracht, bijvoorbeeld op de locatie van de eerste geleidingshaak in gebruik.
[0074] Het zal duidelijk zijn voor de vakman dat in een alternatieve uitvoeringsvorm de tweede translatiepositie zoals getoond in figuur 11, wordt ingesteld na het instellen van de eerste translatiepositie in het eerste vlak zoals getoond in figuur 12.
[0075] Voor het instellen van de oriëntatie om de virtuele as 8 en/of om de wentelas 20, wordt in een uitvoeringsvorm de tweede kalibreergeleidingshaak 48 (schematisch getoond in figuur 13) als referentie element gemonteerd in een positie verder weg van het eerste steundeel 3 naar een binnenzijde van het weefvak toe op het profiel 49 van de lade. Zoals te zien is in figuur 13, wordt de stationaire geleiding 1 naar rechts bewogen in vergelijking met
24 BE2022/0080 figuur 11, zodat de stationaire geleiding 1 eindigt nabij de tweede kalibreergeleidingshaak 48 die verder weg van het eerste steundeel 3 is gemonteerd. Vervolgens wordt de kalibreerlans (niet afgebeeld) langs de stationaire geleiding 1 die op het eerste steundeel 3 is gemonteerd naar de tweede kalibreergeleidingshaak 48 toe geleid die in de positie verder weg is gemonteerd.
[0076] Zoals getoond in figuur 13 wordt het derde steundeel 5 om de wentelas 20 gezwenkt samen met het eerste steundeel 3, het tweede steundeel 4, en de stationaire geleiding 1 totdat de kalibreerlans in verticale richting met de tweede kalibreergeleidingshaak 48 is uitgelijnd.
[0077] Hiertoe wordt in de getoonde uitvoeringsvorm het derde aanpassingselement 23 bediend om het derde steundeel 5 (samen met het eerste steundeel 3, het tweede steundeel 4, en de stationaire geleiding 1) om de wentelas 20 te zwenken zoals aangeduid door pijlen C in figuur 13. In de getoonde uitvoeringsvorm is het derde aanpassingselement 23 een excentrische as die samenwerkt met de sleufvormige opening 35, die met behulp van bijvoorbeeld een zeskantige sleutel 46 wordt gedraaid, zodat het derde steundeel 5 om de wentelas 20 kan roteren.
[0078] Uiteindelijk wordt, zoals getoond in figuur 14, het eerste steundeel 3 samen met de stationaire geleiding 1 ten opzichte van het tweede steundeel 4 om de virtuele as 8 gezwenkt totdat de kalibreerlans in het horizontale bewegingsvlak 9 van de lans is uitgelijnd dwars op zijn bewegingsrichting 19 met de tweede kalibreergeleidingshaak 48 en kan de kalibreerlans doorheen de tweede kalibreergeleidingshaak 48 worden geleid.
25 BE2022/0080
[0079] Hiertoe wordt in de getoonde uitvoeringsvorm het eerste aanpassingselement 18 bediend om het eerste steundeel 3 (samen met de stationaire geleiding 1) om de virtuele as 8 te zwenken zoals aangeduid door pijlen D in figuur 14. In de getoonde uitvoeringsvorm is het eerste aanpassingselement 18 een excentrische as die samenwerkt met de sleufvormige opening 33, die met behulp van bijvoorbeeld een zeskantige sleutel 47 wordt gedraaid.
[0080] Het zal duidelijk zijn voor de vakman dat in uitvoeringsvormen alle zeskantige sleutels 44, 45, 46, 47 identiek in ontwerp kunnen worden gekozen, waarbij slechts één enkele zeskantige sleutel wordt gebruikt voor het bedienen van alle aanpassingselementen. In andere uitvoeringsvormen verschillen de zeskantige sleutels 44, 45, 46, 47 in grootte.
[0081] Zoals in de uitvoeringsvorm getoond in figuren 11 tot 14 kruist of snijdt de virtuele as 8 de wentelas 20, is het instellen van de oriëntatie of hoekpositie om de virtuele as 8 onafhankelijk van het instellen van de oriëntatie of hoekpositie om de wentelas 20. Hierdoor, zoals duidelijk zal zijn voor de vakman, dat in een alternatieve uitvoeringsvorm, de eerste oriëntatie om de virtuele as 8 zoals getoond in figuur 14 wordt ingesteld voordat de tweede oriëntatie om de wentelas 20 wordt ingesteld.
[0082] In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm bevindt de virtuele as 8 zich in de positie van de eerste geleidingshaak die wordt gebruikt voor het geleiden van een lans in een weefmachine.
Hierdoor, bij het veranderen van de oriëntatie van het eerste steundeel 3 om de virtuele as 8, blijft de positie van de kalibreerlans die in de stationaire geleiding 1 wordt geleid op de
26 BE2022/0080 locatie van de virtuele as 8 of de eerste geleidingshaak ongewijzigd. Het is aldus niet nodig om de instelling van de eerste translatiepositie in het eerste vlak te herhalen na het instellen van de eerste oriëntatie van het eerste steundeel 3 om de virtuele as 8.
Op dezelfde manier, wanneer de wentelas 20 de virtuele as 8 kruist of snijdt, in het bijzonder wanneer de wentelas 20 langs de virtuele as of juist onder de eerste geleidingshaak is aangebracht, is het niet nodig om de instelling van de tweede translatiepositie te herhalen na het instellen van de tweede oriëntatie van het derde steundeel 5 om de wentelas 20.
[0083] Nadat het instellen is voltooid kunnen alle bevestigingsbouten 17, 22, 24, 27 worden vastgezet om de steundelen 3, 4, 5 en 6 van de inrichting 2 aan elkaar en aan het gestel 31 van de weefmachine te bevestigen. Aan het distale uiteinde van de stationaire geleiding 1 is een boring 26 (figuur 6) voorzien om dit distale uiteinde via een steunelement (niet getoond) aan het gestel 31 van de weefmachine te bevestigen, zodat dit distale uiteinde niet zal trillen tijdens het weven.
[0084] Zoals hierboven uitgelegd, voor het instellen van de positionering van de stationaire geleiding 1 wordt gebruik gemaakt van twee referentie elementen, zoals kalibreergeleidingshaken 32, 48 die op een afstand van elkaar op een profiel 49 van de lade van een weefmachine zijn gemonteerd voor het uitvoeren van de werkwijze volgens de uitvinding. In de getoonde uitvoeringsvorm bevindt de eerste kalibreergeleidingshaak 32 zich op de virtuele as 8 en bevindt de tweede kalibreergeleidingshaak 48 zich op een afstand van de eerste kalibreergeleidingshaak verder weg van de stationaire geleiding 1. Om te vermijden dat de lans of kalipreerlans zal buigen en doorzakken nabij de tweede
27 BE2022/0080 kalibreergeleidingshaak 48, kan de stationaire geleiding 1 langs het eerste steundeel 3 worden verschoven tot op een kleine afstand van de tweede kalibreergeleidingshaak 48, zoals getoond in figuur 13. Dit maakt het mogelijk om de lans of kalibreerlans tot aan de tweede kalibreergeleidingshaak 48 te ondersteunen door de stationaire geleiding 1 die beter bestand is tegen buigen dan de lans of kalibreerlans. Na deze instelling en voor het starten van de weefmachine, kan de stationaire geleiding 1 worden verschoven naar zijn weeflocatie langs het eerste steundeel 3 om te passen ten opzichte van de breedte van het te weven weefsel. Uiteraard kunnen de eerste kalibreergeleidingshaak 32 en de tweede kalibreergeleidingshaak 48 een enkele kalibreergeleidingshaak zijn, of als alternatief kunnen een normale geleidingshaak van een weefmachine zijn die voor kalibreerdoeleinden wordt gebruikt.
[0085] In een alternatieve uitvoeringsvorm (niet getoond) hebben de eerste stang 11 en de tweede stang 12 in plaats van asstompen 13 tot 15 boringen aan hun einde, terwijl het eerste steundeel 3 en het tweede steundeel 4 in plaats van boringen 40 tot 43 asstompen hebben die met de boringen van de eerste stang 11 en de tweede stang 12 kunnen samenwerken.
[0086] Figuur 15 toont een alternatieve uitvoeringsvorm, waar de eerste stang 11 en de tweede stang 12 eerste einden 111, 121 hebben die op het eerste steundeel 3 zijn bevestigd en tweede einden 112, 122 die op het tweede steundeel 4 zijn bevestigd. De eerste stang 11 en de tweede stang 12 hebben buigbare secties 52 die het mogelijk maken om de stangen 11, 12 te vervormen terwijl het eerste steundeel 3 wordt bewogen ten opzichte van het tweede steundeel 4, zodat het eerste steundeel 3 om een virtuele as 8 kan zwenken in een eerste vlak ten opzichte van het tweede steundeel.
28 BE2022/0080
Voor kleine hoekaanpassingen heeft de uitvoeringsvorm van figuur 15 een gelijkaardige prestatie als de uitvoeringsvorm van figuur 9, in het bijzonder functioneren de buigbare secties 52 als zwenkbare montages of wentelingen. In alternatieve uitvoeringsvormen (niet getoond) kunnen de eerste stang en de tweede stang verschillende buigbare secties hebben of kunnen over hun volledige lengte buigbaar zijn.
[0087] In de getoonde uitvoeringsvormen wordt enkel de stationaire geleiding getoond die aan de inbrengzijde is aangebracht. Gelijkaardig kan de uitvinding worden gebruikt en uitgelegd voor de stationaire geleiding die aan de tegenoverliggende zijde van de inbrengzijde is aangebracht, ook de tegenoverliggende zijde genoemd. In dit geval is het eerste 1s referentie element het eerste referentie element van de stationaire geleiding aan de tegenoverliggende zijde, in het bijzonder is bijvoorbeeld de laatste geleidingshaak gezien in de inslaginbrengrichting. De opstelling van het tweede referentie element bevindt zich dan ook op een afstand weg van de stationaire geleiding aan de tegenoverliggende zijde.
[0088] Uiteraard kan voor het instellen van de positie van de stationaire geleiding ook gebruik worden gemaakt van een laserinrichting zoals gekend uit BE1001345 in plaats van gebruik te maken van één of meer kalibreergeleidingshaken en één of meer kalibreerlansen zoals hierboven toegelicht.
[0089] De uitvinding is ook niet beperkt tot weefmachines waarbij geleidingshaken worden gebruikt voor het geleiden van een lans in het weefvak, bijvoorbeeld zoals gekend uit US5413151. De uitvinding kan ook worden gebruikt in weefmachines die geen
29 BE2022/0080 geleidingshaken hebben, waarbij de grijpers elkaar ook moeten ontmoeten in het midden van het weefvak, zoals gekend uit
EP1586683. In beide gevallen kan de oriëntatie van de stationaire geleidingen worden ingesteld met behulp van de uitvinding.
Claims (15)
1. Inrichting voor het instellen van een positie van een stationaire geleiding (1) voor het geleiden van een lans op een weefmachine, de inrichting (2) bevattende een eerste steundeel (3) en een tweede steundeel (4), daardoor gekenmerkt dat voor het instellen van een oriëntatie van het eerste steundeel (3) ten opzichte van het tweede steundeel (4), het eerste steundeel (3) zwenkbaar om een virtuele as (8) op het tweede steundeel (4) is gemonteerd, welke virtuele as (8) buiten het eerste steundeel (3) ligt.
2. De inrichting volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de inrichting (2) een eerste stang (11) en een tweede stang (12) bevat, waarbij een eerste einde (111) van de eerste stang (11) en een eerste einde (121) van de tweede stang (12) zwenkbaar op het eerste steundeel (3) zijn gemonteerd, en een tweede einde (112) van de eerste stang (11) en een tweede einde (122) van de tweede stang (12) zwenkbaar op het tweede steundeel (4) zijn gemonteerd, en waarbij in een thuisconfiguratie de eerste stang (11) en de tweede stang (12) zodanig zijn aangebracht dat virtuele lijnen (113, 123) die de eerste stang (11) en de tweede stang (12) verlengen elkaar op de virtuele as (8) snijden, waarbij in het bijzonder de tweede einden (112, 122) zich dichter bij de virtuele as (8) bevinden dan de eerste einden (111, 121).
3. De inrichting volgens conclusie 2, daardoor gekenmerkt dat de eerste stang (11) en de tweede stang (12) eenzelfde lengte hebben, en in de thuisconfiguratie de eerste stang (11) en de tweede stang (12) symmetrisch ten opzichte van een virtuele middellijn (30) zijn aangebracht die de virtuele as (8) kruist.
31 BE2022/0080
4. De inrichting volgens conclusie 1, 2 of 3, daardoor gekenmerkt dat een eerste aanpassingselement (18) tussen het eerste steundeel (3) en het tweede steundeel (4) is aangebracht, waarbij door het bedienen van het eerste aanpassingselement (18), het eerste steundeel (3) zwenkbaar is ten opzichte van het tweede steundeel (4) om de virtuele as (8) naar of weg van de thuisconfiguratie, waarbij in het bijzonder het eerste aanpassingselement (18) een excentrische as bevat, waarbij door het draaien van de excentrische as het eerste steundeel (3) zwenkbaar is ten opzichte van het tweede steundeel (4) om de virtuele as (8).
5. De inrichting volgens één van de conclusies 1 tot 4, daardoor gekenmerkt dat de virtuele as (8) dwars op een horizontaal bewegingsvlak (9) van de lans staat, en dat het eerste steundeel (3) boven het tweede steundeel (4) is aangebracht.
6. De inrichting volgens conclusie 5, daardoor gekenmerkt dat de inrichting (2) een derde steundeel (5) bevat, waarbij het tweede steundeel (4) zodanig op het derde steundeel (5) is gemonteerd, dat in een eerste vlak dwars op de virtuele as (8) een translatiepositie van het tweede steundeel (4) ten opzichte van het derde steundeel (5) instelbaar is in een richting dwars op een bewegingsrichting (19) van de lans, waarbij in het bijzonder een tweede aanpassingselement (21) tussen het tweede steundeel (4) en het derde steundeel (5) is aangebracht, waarbij door het bedienen van het tweede aanpassingselement (21), het eerste steundeel (3) samen met het tweede steundeel (4) lineair beweegbaar is ten opzichte van het derde steundeel (5) om het eerste steundeel (3) samen met het tweede steundeel (4) in het eerste vlak te bewegen in de richting dwars op de
32 BE2022/0080 bewegingsrichting (19) van de lans.
7. De inrichting volgens conclusie 6, daardoor gekenmerkt dat de inrichting (2) een vierde steundeel (6) bevat, waarbij het derde steundeel (5) zodanig op het vierde steundeel (6) is gemonteerd, dat een translatiepositie van het derde steundeel (5) samen met het vierde steundeel (6) instelbaar is in een richting dwars op het eerste vlak en/of een oriëntatie van het derde steundeel (5) ten opzichte van het vierde steundeel (6) instelbaar is om een wentelas (20) dwars op de virtuele as (8), in het bijzonder een wentelas (20) dwars op de bewegingsrichting (19) van de lans en die de virtuele as (8) kruist, waarbij in het bijzonder een derde aanpassingselement (23) tussen het derde steundeel (5) en het vierde steundeel (6) is aangebracht, dat bedienbaar is om het derde steundeel (5) ten opzichte van het vierde steundeel (6) om de wenteleas (20) te zwenken en/of een vierde aanpassingselement (25) tussen het vierde steundeel (6) en een gestel (31) van de weefmachine is aangebracht, dat bedienbaar is om het derde steundeel (5) samen met vierde steundeel (6) lineair te bewegen in de richting dwars op het eerste vlak.
8. Weefmachine met een stationaire geleiding (1) voor het geleiden van een lans en met een inrichting (2) volgens één van de conclusies 1 tot 7 voor het instellen van een positie van de stationaire geleiding (1) op de weefmachine.
9. De weefmachine volgens conclusie 8, daardoor gekenmerkt dat de virtuele as (8) zich in een weefvak bevindt, in het bijzonder op of nabij een locatie voor een eerste geleidingshaak.
33 BE2022/0080
10. Werkwijze voor het instellen van een positie van een stationaire geleiding (1) voor het geleiden van een lans op een weefmachine met behulp van een inrichting (2) volgens één van de conclusies 1 tot 7, waarbij het eerste steundeel (3) om de virtuele as (8) ten opzichte van het tweede steundeel (4) wordt gezwenkt.
11. De werkwijze volgens conclusie 10, daardoor gekenmerkt dat een eerste aanpassingselement (18), dat tussen het eerste steundeel (3) en het tweede steundeel (4) is aangebracht, bediend wordt om het eerste steundeel (3) ten opzichte van het tweede steundeel (4) om de virtuele as (8) te zwenken.
12. De werkwijze volgens conclusie 10 of 11, daardoor gekenmerkt dat het eerste steundeel (3) ten opzichte van het tweede steundeel (4) om de virtuele as (8) wordt gezwenkt, welke virtuele as (8) zich in een weefvak bevindt, in het bijzonder op of nabij een locatie voor een eerste geleidingshaak.
13. De werkwijze volgens conclusie 12, daardoor gekenmerkt dat alvorens het zwenken van het eerste steundeel (3) ten opzichte van het tweede steundeel (4) om de virtuele as (8), een eerste translatiepositie van het eerste steundeel (3) samen met het tweede steundeel (4) in een eerste vlak dwars op de virtuele as (8) wordt ingesteld ten opzichte van een derde steundeel (5) in een richting dwars op een bewegingsrichting (19) van de lans, waarbij in het bijzonder het eerste steundeel (3) samen met het tweede steundeel (4) lineair ten opzichte van het derde steundeel (5) wordt bewogen door een tweede aanpassingselement (21) te bedienen dat tussen het tweede steundeel (4) en het derde steundeel (5) is aangebracht.
34 BE2022/0080
14. De werkwijze volgens conclusie 13, daardoor gekenmerkt dat voor of na het instellen van de eerste translatiepositie van het eerste steundeel (3) in het eerste vlak, een tweede translatiepositie van het derde steundeel (5) ten opzichte van het gestel (31) van de weefmachine wordt ingesteld in een richting dwars op het eerste vlak, waarbij in het bijzonder na het instellen van de tweede translatiepositie van het derde steundeel (5) in de richting dwars op het eerste vlak en voor of na het instellen van de eerste translatiepositie van het eerste steundeel (3) samen met het tweede steundeel (4) ten opzichte van het derde steundeel (5) in het eerste vlak, een tweede oriëntatie van het derde steundeel (5) ten opzichte van het vierde steundeel (6) om een wentelas (20) dwars op de virtuele as (8) wordt ingesteld, in het bijzonder een wentelas (20) dwars op de bewegingsrichting (19) van de lans en die de virtuele as (8) kruist.
15. De werkwijze volgens één van de conclusies 10 tot 14, daardoor gekenmerkt dat op de virtuele as (8) een referentie element, in het bijzonder een kalibreergeleidingshaak, op een lade van de weefmachine wordt gemonteerd op een positie verplaatst van de stationaire geleiding (1) naar een midden van de lade toe en wordt in het bijzonder een kalibreerlans doorheen de stationaire geleiding (1) en de kalibreergeleidingshaak geleid alvorens het zwenken van het eerste steundeel (3) ten opzichte van het tweede steundeel (4) om de virtuele as (8).
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
EP22151389.8A EP4212658A1 (en) | 2022-01-13 | 2022-01-13 | Device for setting a position of a stationary guide |
Publications (2)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE1030187A1 BE1030187A1 (nl) | 2023-08-10 |
BE1030187B1 true BE1030187B1 (nl) | 2023-08-16 |
Family
ID=79601551
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE20220080A BE1030187B1 (nl) | 2022-01-13 | 2022-12-13 | Inrichting voor het instellen van een positie van een stationaire geleiding |
Country Status (4)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP4212658A1 (nl) |
CN (1) | CN118696153A (nl) |
BE (1) | BE1030187B1 (nl) |
WO (1) | WO2023134900A1 (nl) |
Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
BE1001345A3 (nl) * | 1988-01-07 | 1989-10-03 | Picanol Nv | Inrichting voor het uitlijnen van de lansgeleidingen bij grijperweefmachines, en werkwijze voor het uitlijnen die deze inrichting toepast. |
US5033516A (en) * | 1987-10-12 | 1991-07-23 | N. V. Michel Van De Wiele | Device for guiding rapier rods in a rapier loom |
EP0482722A2 (en) * | 1990-10-26 | 1992-04-29 | N.V. Michel Van de Wiele | Gripper guide for double-gripper weaving machines |
US5413151A (en) * | 1993-04-15 | 1995-05-09 | Picanol N.V. | Gripper loom rapier guide arrangement |
Family Cites Families (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
BE1015971A6 (nl) | 2004-04-05 | 2005-12-06 | Picanol Nv | Grijperband voor een grijperweefmachine en grijperweefmachine. |
-
2022
- 2022-01-13 EP EP22151389.8A patent/EP4212658A1/en active Pending
- 2022-11-09 WO PCT/EP2022/081281 patent/WO2023134900A1/en active Application Filing
- 2022-11-09 CN CN202280088784.0A patent/CN118696153A/zh active Pending
- 2022-12-13 BE BE20220080A patent/BE1030187B1/nl active IP Right Grant
Patent Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US5033516A (en) * | 1987-10-12 | 1991-07-23 | N. V. Michel Van De Wiele | Device for guiding rapier rods in a rapier loom |
BE1001345A3 (nl) * | 1988-01-07 | 1989-10-03 | Picanol Nv | Inrichting voor het uitlijnen van de lansgeleidingen bij grijperweefmachines, en werkwijze voor het uitlijnen die deze inrichting toepast. |
EP0482722A2 (en) * | 1990-10-26 | 1992-04-29 | N.V. Michel Van de Wiele | Gripper guide for double-gripper weaving machines |
US5413151A (en) * | 1993-04-15 | 1995-05-09 | Picanol N.V. | Gripper loom rapier guide arrangement |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP4212658A1 (en) | 2023-07-19 |
CN118696153A (zh) | 2024-09-24 |
BE1030187A1 (nl) | 2023-08-10 |
WO2023134900A1 (en) | 2023-07-20 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US3891301A (en) | Adjustable support or stand for an optical observation instrument | |
US4881709A (en) | Stand mechanism for a medical optical equipment | |
US7100515B2 (en) | Device for positioning a tool within a predetermined working area | |
JP2004524982A (ja) | 機械又は計器における端部要素を支持し且つプログラム可能に駆動するための運動デバイス | |
BE1030187B1 (nl) | Inrichting voor het instellen van een positie van een stationaire geleiding | |
JPH04321008A (ja) | 光学式観察機器用支持装置のための揺動装置 | |
US4901992A (en) | Stock stop | |
JPH06100725B2 (ja) | 光学的観察装置の支持装置 | |
WO2018199090A1 (ja) | 搬送装置 | |
JP2001519719A (ja) | 金属シート曲げプレス機 | |
KR101848994B1 (ko) | 병진형 델타 로봇 및 이를 포함하는 수술용 로봇 | |
JP4465194B2 (ja) | 固定構造体に対する物体の角方向位置を操るための装置 | |
JP2002535144A (ja) | 曲げ機械 | |
JP2002535145A (ja) | 平板材料用の曲げ機械 | |
JP7180850B2 (ja) | 変形試験器 | |
BE1008211A5 (nl) | Inrichting voor het positioneren van een inslagschaar op een weefmachine. | |
US7275709B2 (en) | Turning device | |
JP7425054B2 (ja) | コンベアベルトの調節およびトラッキング方法ならびにその装置 | |
JP6620203B1 (ja) | 板厚検出装置 | |
JPH091242A (ja) | 曲げ金型装置及び曲げ加工機 | |
BE1024363A1 (nl) | Blokkeerinrichting en gaapvormingseenheid voor een weefmachine | |
US7260974B2 (en) | Bending machine, especially bending or folding press, comprising an adjustable lower tool | |
KR102648250B1 (ko) | 웹 이송 제어 디바이스를 위한 로터리 프레임 구조 | |
JP2001053986A (ja) | 傾動可能な物品搭載装置 | |
EP1491670B1 (en) | Improved motor-driven gripper opening device |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
FG | Patent granted |
Effective date: 20230816 |