BE1025757B1 - Werkwijze en kit voor fabricatie van een structuur met een massiefhouten vlakvulling - Google Patents
Werkwijze en kit voor fabricatie van een structuur met een massiefhouten vlakvulling Download PDFInfo
- Publication number
- BE1025757B1 BE1025757B1 BE2018/5149A BE201805149A BE1025757B1 BE 1025757 B1 BE1025757 B1 BE 1025757B1 BE 2018/5149 A BE2018/5149 A BE 2018/5149A BE 201805149 A BE201805149 A BE 201805149A BE 1025757 B1 BE1025757 B1 BE 1025757B1
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- beams
- surface filling
- width
- thickness
- sides
- Prior art date
Links
Classifications
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04H—BUILDINGS OR LIKE STRUCTURES FOR PARTICULAR PURPOSES; SWIMMING OR SPLASH BATHS OR POOLS; MASTS; FENCING; TENTS OR CANOPIES, IN GENERAL
- E04H17/00—Fencing, e.g. fences, enclosures, corrals
- E04H17/14—Fences constructed of rigid elements, e.g. with additional wire fillings or with posts
- E04H17/16—Fences constructed of rigid elements, e.g. with additional wire fillings or with posts using prefabricated panel-like elements, e.g. wired frames
- E04H17/1602—Using wooden, plastic or composite-material panel-like elements
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E06—DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
- E06B—FIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
- E06B11/00—Means for allowing passage through fences, barriers or the like, e.g. stiles
- E06B11/02—Gates; Doors
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E06—DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
- E06B—FIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
- E06B3/00—Window sashes, door leaves, or like elements for closing wall or like openings; Layout of fixed or moving closures, e.g. windows in wall or like openings; Features of rigidly-mounted outer frames relating to the mounting of wing frames
- E06B3/70—Door leaves
- E06B3/7003—Door leaves consisting of several adjacent similar elements, e.g. planks, without outer covering panels
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Civil Engineering (AREA)
- Structural Engineering (AREA)
- Architecture (AREA)
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Composite Materials (AREA)
- Wood Science & Technology (AREA)
Abstract
In een eerste aspect betreft de uitvinding een structuur omvattende een massiefhouten vlakvulling met een veelheid aan massiefhouten balken, welke balken volgens hun breedterichting op elkaar aansluiten, door middel van breedteverbindingen tussen de onderling aangrenzende diktezijden. In het bijzonder is minstens één van de genoemde breedteverbindingen een geprofileerde en verlijmde verbinding, waarbij de onderling aangrenzende diktezijden zijn gevormd volgens een complementair profiel. In een tweede en een derde aspect betreft de uitvinding een werkwijze en kit, voor vervaardiging van dergelijke structuren.
Description
WERKWIJZE EN KIT VOOR FABRICATIE VAN EEN STRUCTUUR MET EEN MASSIEFHOUTEN VLAKVULLING
TECHNISCH DOMEIN
Onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze en een kit voor het vervaardigen van structuren met een massiefhouten vlakvulling, , alsook op dergelijke structuren als zodanig.
STAND DER TECHNIEK
Structuren zoals vensterluiken, deuren en poorten, omvattende een vlakvulling van massief hout, zijn in principe gekend uit de stand der techniek.
Zo beschrijft US 3 648 981 A een heining met houten panelen die verticaal langs elkaar zijn opgesteld. De onder- en bovenranden van de panelen worden daarbij op passende wijze in gesleufde kokers/buizen gehouden, welke kokers/buizen aan weerzijden door stalen steunen worden gedragen. Zodoende worden de panelen zonder gebruik van nagels, schroeven, bouten en dergelijke bevestigd. Optioneel sluiten de zijranden van de panelen door middel van overlapverbindingen op elkaar aan. Het betreft een statische omheining, ongeschikt voor het vrijgeven van een opening in een wand of heining.
Verder beschrijft NL 2002 193 een buitendeur, volledig gefabriceerd uit thermisch en/of chemisch verduurzaamd naaldhout. De deur omvat daarbij een frame van twee stijlen en twee dorpels, welk frame inwendig via pennen is verstevigd. De opening daarbinnen is gevuld met een vulmateriaal zoals hout.
Typisch wordt een structuur zoals een vensterluik, een deur of een tuinpoort beoordeeld op haar hoge duurzaamheid, onder werking van een veelheid aan weersinvloeden, op haar lage gewicht, op haar schone uitzicht, en op haar lage materiaalkost, productiekost en plaatsingskost. In plaats daarvan of daarenboven kunnen verdere eigenschappen. Onderhavige uitvinding heeft nu tot doel om een structuur te bieden met een massiefhouten vlakvulling, welke structuur eenvoudig is van ontwerp, doch duurzaam is en een modern uitzicht heeft. Onder andere wordt getracht om enkele van bovengenoemde eigenschappen te verbeteren.
BE2018/5149
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
In een eerste aspect betreft de uitvinding een structuur volgens conclusie 1, omvattende een massiefhouten vlakvulling met een veelheid aan massiefhouten balken die door middel van breedteverbindingen op elkaar aansluiten, langsheen geprofileerde diktezijden die met elkaar worden verlijmd. Zodus wordt daarbij een geprofileerde en verlijmde verbinding bewerkstelligd. De massiefhouten vlakvulling verkrijgt aldus een hoge stevigheid, en is in staat om een dubbele functie te vervullen; het draagt bij tot zowel het uitzicht als de stevigheid van de structuur. Dit laat een minimalistisch en modern ontwerp toe, met of zonder kader. De genoemde breedteverbindingen strekken zich bovendien langsheen de lengterichting uit, in hoofdzaak evenwijdig met de houtdraad van het hout. Bijgevolg vallen zij visueel niet op, langsheen de voor- en achterzijde van de structuur. De genoemde, geprofileerde diktezijden hebben bij voorkeur een profiel met invariante doorsnede, in de lengterichting van de balken. Dit laat een eenvoudige fabricage toe, door middel van een freesactie volgens de lengterichting.
Bij voorkeur is de structuur een afsluitmiddel zoals een vensterluik, een deur of een poort, welk afsluitmiddel een massiefhouten afsluitvlak omvat, zijnde de vlakvulling, voor het vrijgeven en sperren van een opening in een wand of heining. Bij voorkeur kan de vlakvulling daarbij in een respectievelijke open en gesloten toestand worden gebracht. Echter, de uitvinding beperkt zich geenszins tot afsluitmiddelen. Volgens niet-limitatieve uitvoeringsvormen, is de structuur een sierluik of een wandpaneel.
In een verdere uitvoeringsvorm volgens conclusie 2, omvatten de balken thermisch gemodificeerd hout. Dit maakt de structuur veel duurzamer; ook heeft het een verhoogde dimensionele stabiliteit, wat van bijzonder belang is voor structuren die geschikt zijn voor buitengebruik, zoals vensterluiken, buitendeuren en tuinpoorten. In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm volgens conclusie 4, bezit de vlakvulling een liggende en een staande richting, waarbij de lengterichting van de balken zich volgens de liggende richting van de vlakvulling uitstrekt. Dit bevoordeelt de samenhang van de vlakvulling in de liggende richting, wat de stevigheid van structuren ten goede komt. Echter, in alternatieve uitvoeringsvormen, strekt de lengterichting van de balken zich uit volgens de staande richting van de structuur.
BE2018/5149
In een tweede en een derde aspect betreft de uitvinding een werkwijze volgens conclusie 14 en een kit volgens conclusie 15, voor het vervaardigen van een structuur zoals een tuinpoort, maar geenszins daartoe beperkt.
BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN
Figuur 1 toont een schematisch vooraanzicht van een structuur (nl. een tuinpoort) volgens een mogelijke uitvoeringsvorm van onderhavige uitvinding.
Figuren 2A en 2B tonen schematische doorsneden van structuren (nl. tuinpoorten) volgens twee uitvoeringsvormen van onderhavige uitvinding.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING
Onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze en een kit voor het vervaardigen van structuren met een massiefhouten vlakvulling, alsook op structuren als zodanig.
Tenzij anders gedefinieerd hebben alle termen die gebruikt worden in de beschrijving van de uitvinding, ook technische en wetenschappelijke termen, de betekenis zoals ze algemeen begrepen worden door de vakman in het technisch veld van de uitvinding. Voor een betere beoordeling van de beschrijving van de uitvinding, worden de volgende termen expliciet uitgelegd.
“Een”, ”de” en “het” refereren in dit document aan zowel het enkelvoud als het meervoud tenzij de context duidelijk anders veronderstelt. Bijvoorbeeld, “een segment” betekent een of meer dan een segment.
Wanneer “ongeveer” of “rond” in dit document gebruikt wordt bij een meetbare grootheid, een parameter, een tijdsduur of moment, en dergelijke, dan worden variaties bedoeld van +/-20% of minder, bij voorkeur +/-10% of minder, meer bij voorkeur +/-5% of minder, nog meer bij voorkeur +/-1% of minder, en zelfs nog meer bij voorkeur +/-0.1% of minder dan en van de geciteerde waarde, voor zoverre zulke variaties van toepassing zijn in de beschreven uitvinding. Hier moet echter wel onder verstaan worden dat de waarde van de grootheid waarbij de term “ongeveer” of “rond” gebruikt wordt, zelf specifiek wordt bekendgemaakt.
BE2018/5149
De termen “omvatten”, “omvattende”, “bestaan uit”, “bestaande uit”, “voorzien van”, “bevatten”, “bevattende”, “inhouden”, “inhoudende” zijn synoniemen en zijn inclusieve of open termen die de aanwezigheid van wat volgt aanduiden, en die de aanwezigheid niet uitsluiten of beletten van andere componenten, kenmerken, elementen, leden, stappen, gekend uit of beschreven in de stand der techniek.
Het citeren van numerieke intervallen door de eindpunten omvat alle gehele getallen, breuken en/of reële getallen tussen de eindpunten, deze eindpunten inbegrepen.
In een eerste aspect betreft de uitvinding een structuur, omvattende een massiefhouten vlakvulling, de vlakvulling daarbij omvattende een veelheid aan massiefhouten balken, welke balken elk een lengterichting, een breedterichting en een dikterichting bezitten, en welke balken verder twee diktezijden omvatten, zich dwars op de breedterichting uitstrekkend, waarbij de balken volgens hun breedterichting op elkaar aansluiten, door middel van breedteverbindingen tussen de onderling aangrenzende diktezijden, ter vorming van de genoemde vlakvulling. In het bijzonder is minstens één van de genoemde breedteverbindingen een geprofileerde en verlijmde verbinding, waarbij de onderling aangrenzende diktezijden zijn gevormd volgens een complementair profiel. Bij voorkeur zijn elk van de genoemde breedteverbindingen geprofileerde en verlijmde verbindingen. De structuur kan bijvoorbeeld een pivoterende (e.g. horizontaal scharnierende) poort of schuifpoort zijn.
Bij voorkeur is de genoemde vlakvulling in hoofdzaak paneelvormig. Bij voorkeur is de structuur een afsluitmiddel, maar zij is daartoe geenszins beperkt. Volgens een aantal niet-limiterende uitvoeringsvormen betreft de vlakvulling daarbij een vensterluikvlak, een deurvlak of een poortvlak, voor het minstens gedeeltelijk afsluiten van een vensteropening, een deuropening en een poortopening respectievelijk. Echter, de uitvinding is tot geen van deze uitvoeringsvormen beperkt. Bij voorkeur is de vlakvulling daarbij configureerbaar in en tussen een open toestand en een gesloten toestand. Volgens een mogelijke uitvoeringsvorm is de structuur een tuinpoort, waarbij de vlakvulling een poortvlak is. De uitvinding is weliswaar geenszins hiertoe gelimiteerd.
Bij voorkeur zijn de genoemde balken in hoofdzaak balkvormig, waarbij zij gekenmerkt worden door een “lengterichting”, een “breedterichting” en een “dikterichting”. Echter kan hun vormgeving licht afwijken van de “wiskundig perfecte
BE2018/5149 balk”; bijvoorbeeld zijn één of meerdere “balkzijden” (welke corresponderen met de vlakken van de overeenkomstige balk) optioneel voorzien van een functionele en/of esthetische verruwing, profilering, indrukking, glooiing en/of andere vervorming. De balk heeft in totaal zes balkzijden, welke in hoofdzaak rechthoekig zijn: namelijk twee breedtezijden, twee diktezijden en twee kopse zijden. De aanduiding van bovengenoemde richtingen en balkzijden geschiedt conform de gebruikelijke terminologie binnen het vakgebied van de houtbewerking. Bij voorkeur loopt de lengterichting van de balk in hoofdzaak langsheen de houtvezels (of houtdraad), en dwars op de twee kopse zijden. Bij voorkeur loopt de breedterichting van de balk in hoofdzaak dwars op de houtvezels en lengterichting, en dwars op de twee diktezijden. Bij voorkeur loopt de dikterichting van de balk in hoofdzaak dwars op de houtvezels, lengterichting en breedterichting, en dwars op de twee breedtezijden. De lengte, breedte en dikte van de balk verwijzen steeds naar de gemiddelde afmeting van de balk volgens de overeenkomstige richtingen. Het is overigens niet noodzakelijk zo dat alle balken dezelfde afmetingen hebben; optioneel hebben één of meerdere van de balken één of meerdere, onderling verschillende afmetingen. Volgens een nietlimitatieve uitvoeringsvorm zijn alle balken ongeveer even lang, waarbij zij tot een rechthoekige vlakvulling zijn samengesteld.
De term “massiefhouten” moet hierin worden begrepen als niet hol, helemaal gevuld, en bij voorkeur in hoofdzaak uit éénzelfde materiaal gemaakt. Bij voorkeur bestaat het massiefhouten vlakvulling echter niet uit één deel; het is opgebouwd uit een veelheid aan massiefhouten balken, met oog op de sterkte, kostprijs en haalbaarheid van het ontwerp. Die individuele balken bestaan oftewel uit één deel, oftewel zij zijn op hun beurt opgebouwd uit meerdere, massiefhouten delen, met dezelfde overwegingen.
“Breedteverbindingen”, zoals doorheen dit document gebruikt, duiden op verbindingen waarbij diktezijden van balken met elkaar worden verbonden, om een breder stuk te verkrijgen. De balken zijn daarbij in de breedterichting naast elkaar gebracht en gekoppeld. “Lengteverbindingen”, zoals doorheen dit document gebruikt, duiden op verbindingen waarbij kopse zijden van balken met elkaar worden verbonden, om een langer stuk te verkrijgen. De balken zijn daarbij in de lengterichting naast elkaar gebracht en gekoppeld. Nu sluiten de balken volgens hun breedterichting op elkaar aan, door middel van breedteverbindingen; zij worden als het ware volgens hun breedterichting op elkaar gestapeld, en langsheen hun diktezijden met elkaar verbonden. Omwille hiervan kan een tuinpoort, volgens een
BE2018/5149 mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding, ook wel een stapelpoort worden genoemd. In elk geval zijn de lengterichtingen van de balken daarbij onderling evenwijdig. De breedteverbindingen strekken zich in de lengterichting uit, in hoofdzaak evenwijdig aan de houtvezel of houtdraad. Langs de voorzijde en achterzijde (i.e. langs de breedtezijden) van de vlakvulling, vallen deze breedteverbindingen daardoor minder op; zij vallen slechts waar te nemen als een lijnvormige onderbreking tussen twee houtdelen. De vlakvulling oogt daardoor massiever.
In het bijzonder is minstens één van genoemde breedteverbindingen een geprofileerde en verlijmde verbinding. Onderling aangrenzende diktezijden zijn daarbij gevormd volgens een onderling complementair profiel, zodat zij in elkaar passen. Het gelijmde oppervlak is daardoor groter dan voor een zogenaamd “koud tegen elkaar” gelijmde verbinding, hetgeen de verbinding versterkt. Bij voorkeur is de genoemde, geprofileerde breedteverbinding gekozen uit de groep omvattende zwaluwstaartverbindingen, trapeziumvormverbindingen, vingerverbindingen en tand-en-groef verbindingen, zoals op zich gekend uit de houtbewerking. In dit verband worden de termen “vingerlas”, “vingerverbinding”, “visgraatlas”, “visgraatverbinding” doorheen dit document gezien als onderling uitwisselbaar; zij zijn van toepassing op zowel lengteverbindingen als breedteverbindingen, ongeacht de richting waarin de vingers zich met onveranderlijke dwarse doorsnede uitstrekken. De verlijming zelf kan worden uitgevoerd door middel van een lijm omvattende een fenolhars, een polyurethaan, een ureumformaldehyde, een polyvinylacetaat en/of met gebruik van eender welke andere, geschikte lijm. Bij voorkeur omvatten de breedteverbindingen geen mechanische verbindingen zoals spijkers, bouten en schroeven. Deze zouden het hout kunnen doen splijten en verzwakken. Bovendien wijzigen zij het uitzicht van de structuur. Optioneel wordt er echter bijkomend gebruik gemaakt van een mechanische verbinding.
De massiefhouten balken zijn dus over hun volledige lengte stevig met elkaar verbonden, d.m.v. geprofileerde verlijming, ter vorming van een stevig vlakvulling. De vlakvulling fungeert daarbij niet slechts als een vlakvulling, binnen een structureel/dragend kader; het heeft bovendien een minstens gedeeltelijke, structurele/dragende functie. Dit laat een erg minimalistisch en modern ontwerp toe. Bijvoorbeeld kan het kader daardoor lichter worden uitgevoerd, of worden weggelaten, met een lagere productiekost tot gevolg. Bij voorkeur zijn elk van de genoemde breedteverbindingen geprofileerd en verlijmd. Dit versterkt de dubbele
BE2018/5149 functionaliteit (nl. bijdrage tot zowel uitzicht als stevigheid) van de vlakvulling. Volgens een niet-limitatieve uitvoeringsvorm omvat de structuur zelfs geen kader; volgens een mogelijke uitvoeringsvorm is de structuur een tuinpoort, in hoofdzaak bestaande uit een poortvlak (i.e. de vlakvulling), zonder poortkader. Het poortvlak is daarbij rechtstreeks scharnierend/pivoterend/schuivend gekoppeld met poortpalen. In het bijzonder zijn de poortvlakken daarbij zelfdragend. De uitvinding is echter geenszins tot deze uitvoeringsvorm gelimiteerd.
Bij voorkeur strekt het hierboven genoemde, complementair profiel zich met onveranderlijke doorsnede uit volgens de lengterichting van de balken. De breedteverbindingen kunnen dan langs voor- en achterzijde slechts als een rechte lijn worden waargenomen, in hoofdzaak evenwijdig met de houtdraad. Bovendien kan een dergelijk profiel (e.g. een vingerprofiel) op eenvoudige wijze worden verkregen door middel van een freesactie in de lengterichting.
In alternatieve uitvoeringsvormen wordt er geen gebruik gemaakt van onderling complementaire profielen. Bijvoorbeeld zijn de profielen elk complementair met losse drevels, veren of pennen, welke een verlijming met de betrokken diktezijden toelaten. Ook is het mogelijk dat de betrokken diktezijden koud tegen elkaar worden verlijmd.
Bij voorkeur wordt er gebruik gemaakt van kwartierbalken en/of halfkwartierbalken. Dit is echter niet noodzakelijk het geval; ook dosse balken kunnen worden gebruikt. Desgevallend wordt kwartiergezaagd en dosgezaagd hout bij voorkeur niet door elkaar gebruikt, binnen één structuur, wegens een substantieel verschil in tekening; echter, als alternatief kan dit wel worden gedaan. Bij voorkeur wordt er gebruik gemaakt van hartbalken, maar dit is niet noodzakelijk het geval. Bij voorkeur zijn de hartkanten van aangrenzende balken onderling afwisselend gelegd, o.a. om de voeg ertussen gesloten te houden. Echter, met oog op de eenvoud van het productieproces kan hiervan worden afgeweken, op voorwaarde dat het hout voldoende dimensioneel stabiel is.
Volgens een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm, omvatten de balken thermisch gemodificeerd hout. Thermisch gemodificeerd hout” is hout dat werd onderworpen aan één of meerdere verhittingsstappen, bij temperaturen van minstens 100°C, bij voorkeur tussen 100°C en 350°C, bij verdere voorkeur bij temperaturen van minimaal 150°C, bij verdere voorkeur maximaal 280°C, bij verdere voorkeur
BE2018/5149 minimaal 160°C, bij verdere voorkeur maximaal 260°C. Deze verhittingsstappen vinden bij voorkeur plaats in een medium met een laag zuurstofgehalte, bijvoorbeeld in stikstofgas, stoom, olie, en/of in eender welk ander, geschikt medium.
Onder invloed van bovengenoemde verhittingsstap(pen) ondergaat het hout een aantal chemische en/of fysische veranderingen. Verschillende materiaaleigenschappen raken daardoor gewijzigd, wanneer vergeleken met het nietgemodificeerd, oven-gedroogd hout. Thermisch gemodificeerd hout is bijvoorbeeld minder gevoelig aan schimmels en rotting, evenals aan insectenvraat. Verder heeft het een lager evenwichtsvochtgehalte, waardoor zulk hout minder uitzetting en krimp vertoont, en waardoor het een verhoogde dimensionele stabiliteit bezit. Eventueel kan de verhoogde dimensionele stabiliteit van het hout toelaten om de balken willekeurig langs elkaar te schikken i.p.v. met onderling afwisselende hartkanten, hetgeen het productieproces vereenvoudigt. Bij voorkeur echter, worden hartkanten nog steeds afwisselend gelegd. Thermisch gemodificeerd hout heeft ook typisch een lagere densiteit, en is daardoor uitermate geschikt is voor verwerking ervan in houten, lichtgewicht vlakvullingen voor structuren, i.h.b. wanneer deze scharnierend/pivoterend/schuivend dienen te worden voorzien, zoals typisch het geval is bij poorten, deuren en vensterluiken. Ook treedt er minder kleurvariatie (zoals uitgedrukt d.m.v. verschillen in lichtheid - Commission Internationale de l'Eclairage) op in thermisch gemodificeerd hout, onder invloed van ultraviolette straling. Ook is thermisch gemodificeerd hout niet schadelijk voor het milieu. De uiteindelijke eigenschappen worden uiteraard beïnvloed door de houtsoort, het verhittingsmedium, de verhittingstemperatuur, en de verhittingstijd.
Bij voorkeur heeft het thermisch gemodificeerd hout een duurzaamheidsklasse 1, 2 of 3, in overeenstemming met de Europese Norm EN 350-2. Hout van initieel lage densiteit kan dus alsnog duurzaam worden ingezet in structuren, daarbij geschikt voor buitengebruik. Volgens een niet-limitatieve uitvoeringsvorm wordt het hout toegepast in een vensterluik, een buitendeur en/of een tuinpoort. Bovendien is het mogelijk dat de densiteit bijkomend is verlaagd, als gevolg van het thermisch modificatieproces. Bij voorkeur bedraagt de densiteit hoogstens 98% van de gemiddelde densiteit van het niet-gemodificeerde hout van de zelfde houtsoort, bij verdere voorkeur hoogstens 96%, bij verdere voorkeur hoogstens 94%, bij verdere voorkeur hoogstens 92%, en bij verdere voorkeur hoogstens 90%. Bij voorkeur ligt de volume-gewogen krimp van het thermisch gemodificeerde hout lager dan de gemiddelde waarde voor het niet-gemodificeerde hout van dezelfde houtsoort, bij
BE2018/5149 verdere voorkeur bedraagt het maximaal 95% daarvan, bij verdere voorkeur maximaal 90% daarvan, bij verdere voorkeur maximaal 85% daarvan, bij verdere voorkeur maximaal 80% daarvan. Bij voorkeur heeft het thermisch gemodificeerde hout een lager hemicellulosegehalte dan het niet-gemodificeerde hout van de zelfde houtsoort. Dit is voordelig gezien allerlei houtrotmechanismen zich typisch richten op hemicellulose. Bij verdere voorkeur bedraagt dat gehalte maximaal 90% van het gemiddelde gehalte in het niet-gemodificeerde hout, bij verdere voorkeur maximaal 80%, bij verdere voorkeur maximaal 70%, bij verdere voorkeur maximaal 60%.
Volgens een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm, is minstens één van de genoemde breedteverbindingen een vingerlas. Bij voorkeur zijn alle genoemde breedteverbindingen vingerlassen. Daarbij worden de betrokken diktezijden van de aangrenzende balken door middel van een freesbewerking voorzien van onderling complementaire (i.e. in elkaar passende) vingerprofielen. In dwarsdoorsnede hebben deze profielen de vorm van driehoekige vingers. Bij voorkeur hebben deze vingers een onveranderlijke doorsnede in de lengterichting, met de hierboven genoemde voordelen.
Volgens een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm, heeft de vlakvulling een liggende en een staande richting, waarbij de lengterichting van de balken zich volgens de liggende richting van de vlakvulling uitstrekt. In geïnstalleerde toestand strekken de liggende en staande richtingen zich respectievelijk horizontaal en verticaal uit. Volgens onderhavige uitvoeringsvorm worden de balken dus volgens hun breedterichting op elkaar gestapeld in de hoogte, met onderling aansluitende diktezijden. Een dergelijk ontwerp bevoordeelt de samenhang van de structuur in de liggende richting; de geprofileerde lijmverbindingen zijn weliswaar stevig, toch vertegenwoordigen zij verzwakkingen van de vlakvulling. Voor horizontaal/liggend scharnierende structuren is het typisch van groot belang dat de structuur een grote samenhang heeft in de liggende richting, waar de zwaartekracht dwars op trekt. Dit is in het bijzonder het geval voor poortvlakken die veelal breder zijn (in liggende richting) dan zij hoog zijn (in staande richting). Volgens een alternatieve uitvoeringsvorm, heeft de vlakvulling een liggende en een staande richting, waarbij de lengterichting van de balken zich volgens de staande richting van de vlakvulling uitstrekt. In het geïnstalleerde structuur zijn de balken dan verticaal opgesteld.
Volgens een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm omvat de vlakvulling een voorzijde en een achterzijde, zich dwars op de dikterichting van de balken
BE2018/5149 uitstrekkend, welke voorzijde en/of achterzijde is gevormd volgens een geprofileerd patroon. Typisch zijn de voorzijde en achterzijde zichtbaar aan de structuur, waardoor het patroon een esthetische functie kan vervullen; het beïnvloedt het uitzicht van de structuur. In de meest algemene uitvoeringsvorm is het geprofileerd patroon willekeurig, met gegolfde en/of rechte lijnen, ingewerkte vlakdelen en/of eender welke andere vormen. Bij voorkeur is de maximale diepte van het geprofileerd patroon minstens 2% van de gemiddelde dikte van de vlakvulling, en maximaal 35%, bij verdere voorkeur maximaal 30%, bij verdere voorkeur maximaal 25%.
Volgens een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm, omvat het geprofileerd patroon één of meerdere knikken en/of discontinuïteiten, welke zich minstens gedeeltelijk evenwijdig met één of meerdere van de breedteverbindingen uitstrekken. Evenwijdig aan de breedteverbindingen ontstaan daardoor één of meerdere, plotse verdiepingen in het houtoppervlak, hetzij continu (i.e. via een knik), hetzij discontinu (i.e. via een discontinuïteit). De aanwezigheid van de breedteverbindingen tussen balkdelen valt daardoor minder op, omdat de aandacht ervan wordt afgeleid. Dergelijke knikken en/of discontinuïteiten, ter hoogte van (of langs) de breedteverbindingen, kunnen zelfs de indruk wekken dat de aansluitende delen uit één stuk hout zijn gevormd, waarbij de visueel waargenomen onderbreking wordt toegeschreven aan de knik/discontinuïteit, i.p.v. aan de breedteverbinding zelf. De samenstelling van balken tot een vlakvulling kan op zich al toelaten om een geprofileerd patroon te verkrijgen, bijvoorbeeld door balken van verschillende, al dan niet constante dikte te combineren. De breedteverbinding heeft daarbij ook een esthetische functie.
Volgens een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm, is het patroon een georiënteerd patroon, welk patroon daarbij minstens volgens de lengterichting van de balken is georiënteerd. Het georiënteerd patroon kan ook een periodiek raster vormen, met o.a. (of minstens) een periodiciteit volgens de lengterichting van de balken.
Volgens een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm, omvatten de balken elk twee breedtezijden, zich dwars op de dikterichting van de balk uitstrekkend, waarbij minstens één van de breedtezijden is gevormd volgens een geprofileerd patroon. De genoemde breedtezijden zijn langs de voor- en achterzijde van de vlakvulling gelegen. Hun geprofileerd patroon draagt dus bij tot het geprofileerd patroon van de voor- en/of achterzijde van de vlakvulling. Bij voorkeur heeft het geprofileerd patroon van de individuele balken een onveranderlijke doorsnede volgens de lengterichting van de balk. Dit kan een gelijktijdige en/of aansluitende fabricatie van (a)
BE2018/5149 bovengenoemd complementair profiel langs één of beide diktezijden en (b) het geprofileerd patroon langs één of beide breedtezijden toelaten, door middel van freesacties volgens de lengterichting. Een of meerdere freesmachines kunnen daartoe in elkaars verlengde worden opgesteld, met doorgang van de balken in de proceslijn langsheen hun lengterichting. Als alternatief worden elk van deze freesacties (volgens de lengterichting) uitgevoerd middels een enkele doorgang door één enkele freesmachine. Dit laat opschaling en eventueel automatisatie toe.
Volgens een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm, omvat minstens één van de balken twee of meerdere balkdelen, welke balkdelen door middel van geprofileerde, verlijmde lengteverbindingen op elkaar aansluiten, ter vorming van de genoemde balk. Optioneel kunnen één of meerdere van de massiefhouten balken dus op hun beurt twee of meerdere balkeinden omvatten. In dit verband kunnen o.a. de kostprijs, haalbaarheid en stevigheid van het ontwerp in overweging worden genomen. Bij voorkeur omvatten de genoemde lengteverbindingen een vingerlas.
In mogelijke uitvoeringsvormen van onderhavige uitvinding, kan de vlakvulling worden uitgevoerd in om het even welke geschikte houtsoort en/of combinaties van houtsoorten, met of zonder verdere materialen. In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm, heeft het genoemde, thermisch gemodificeerd hout een densiteit van minimaal 200 kg/m3 en maximaal 650 kg/m3. De densiteit wordt bij voorkeur bepaald bij evenwicht met een omgeving van 65% relatieve luchtvochtigheid, op een temperatuur van 20°C.
In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm, omvat de structuur verder een kader, voor het omsluiten van de vlakvulling, waarbij een binnenzijde van het kader een randdeel van de vlakvulling omsluit. Bij voorkeur omsluit het kader daarbij de volledige rand van de vlakvulling. Zodoende wordt die rand, en ook de hoeken van de vlakvulling daarbij afgeschermd voor deuken. In een verdere of alternatieve uitvoeringsvorm, omvat het randdeel van de vlakvulling een groef, en omvat de binnenzijde van het kader een overeenkomstige tand. In een dergelijk ontwerp wordt vermeden dat water blijft staan in een opwaarts gerichte groef langs een randdeel van de vlakvulling. Bovenaan de vlakvulling kan eventueel ingesijpeld water bijvoorbeeld aan weerszijden van de groef uitstromen. Bij voorkeur is het kader minstens even breed als, en bij voorkeur breder dan het aangrenzende balkdeel, maar dit is niet noodzakelijk het geval. Bij voorkeur strekken bovengenoemde tand(en) en groef/groeven zich evenwijdig aan de vlakvulling (en de structuur) uit.
BE2018/5149
Het kader kan hout, kunststof en/of metaal omvatten. Bij voorkeur omvat het holle of volle, metalen profielen, bij voorkeur aluminiumprofielen.
In een tweede aspect betreft de uitvinding een werkwijze voor het vervaardigen van een structuur met massiefhouten vlakvulling, welke werkwijze de stappen omvat van:
- het voorzien van een veelheid aan massiefhouten balken, omvattende een onderste balk, een bovenste balk en tussenbalken, welke balken een lengterichting, een breedterichting en een dikterichting bezitten, en welke balken daarbij twee diktezijden omvatten,
- het frezen, door middel van een verlijmfrees, van een vingerprofiel langs één diktezijde van de onderste en bovenste balk, en langs beide diktezijden van de tussenbalken, en
- het verlijmen van de balken langsheen de gefreesde diktezijden, daarbij de vlakvulling vormend.
De genoemde vingerprofielen zijn daarbij onderling complementair. Bij voorkeur is de werkwijze geconfigureerd voor het vervaardigen van de hierboven beschreven structuur. Dezelfde voordelen kunnen in dit verband worden herhaald. Volgens een mogelijke, maar geenszins limitatieve uitvoeringsvorm, is de werkwijze geconfigureerd voor het vervaardigen van een tuinpoort.
Er is sprake van een onderste balk en een bovenste balk. Echter, uiteraard kan de vlakvulling zowel horizontaal liggend als verticaal staand worden geassembleerd uit een geschikte set balken. Waar de vlakvulling verticaal staand wordt geassembleerd, kunnen de balken op zich zowel liggend als staand zijn voorzien. In dit opzicht hoeven de termen onderste balk” en bovenste balk” niet limitatief te zijn.
In een derde aspect betreft de uitvinding een kit omvattende een veelheid aan massiefhouten balken. In het bijzonder is de kit geconfigureerd voor het vervaardigen van het hierboven beschreven structuur, bijvoorbeeld voor het vervaardigen van een tuinpoort. Dezelfde voordelen kunnen in dit verband worden herhaald.
In wat volgt, wordt de uitvinding beschreven a.d.h.v. niet-limiterende voorbeelden of figuren die de uitvinding illustreren, en die niet bedoeld zijn of geïnterpreteerd mogen worden om de omvang van de uitvinding te limiteren.
BE2018/5149
Figuur 1 toont een schematisch vooraanzicht van een structuur 1, meer bepaald een tuinpoort 1, volgens een mogelijke uitvoeringsvorm van onderhavige uitvinding. De tuinpoort 1 omvat een poortvlak 2 en een poortkader 3. Het poortkader 3 is via scharnieren 4 aangesloten op een poortpaal 5, ter vorming van een scharnierende/pivoterende tuinpoort 1. Uiteraard kan de tuinpoort 1 zowel met als zonder kader worden uitgevoerd, en is de uitvinding geenszins beperkt tot scharnierende/pivoterende poorten; zij kan ook betrekking hebben op andere types poorten (e.g. schuifpoorten). De vakman is in staat om de uitvoeringsvorm volgens figuur 1 overeenkomstig aan te passen. Optioneel kan de tuinpoort 1 door middel van een sluitmechanisme 6 worden gesloten tegen een tweede poortpaal 5'. De tuinpoort 1 is daarbij geconfigureerd voor het minstens gedeeltelijk vrijgeven en sperren van een poortopening in een heining. Optioneel omvat die heining slechts de tuinpoort 1 en de twee poortpalen 5, 5'.
Ten opzichte van de tuinpoort 1 wordt nu een liggende richting 7 en een staande richting 8 gedefinieerd. Met deze definities bestaat het poortvlak 2 uit acht balken 9, waarvan de lengterichting volgens de liggende richting 7 is georiënteerd. In hun breedterichting (i.e. in onderhavige uitvoeringsvorm volgens de staande richting 8 van de tuinpoort 1) sluiten deze balken door middel van geprofileerde breedteverbindingen 10 op elkaar aan. Langs de (getoonde) voorzijde van het poortvlak 2 kunnen de breedteverbindingen 10 enkel worden waargenomen als rechte, liggende, lijnvormige onderbrekingen in het hout. De voorzijde van het poortvlak kan al dan geen geprofileerde patronen omvatten (niet getoond op de figuur).
Figuren 2A en 2B tonen schematische doorsneden van tuinpoorten 1 volgens twee uitvoeringsvormen van onderhavige uitvinding. Telkens worden het onderste deel van het poortkader 3, en (delen van) de bovenliggende balken 9 getoond. De balken 9 zijn verticaal gestapeld (i.e. volgens hun breedterichting) en sluiten door middel van geprofileerde en verlijmde breedteverbindingen 10 op elkaar aan. In beide uitvoeringsvormen gaat het om vingerlassen met driehoekige vingers 11. Echter, de uitvinding kan ook worden uitgevoerd d.m.v. andere types geprofileerde verbindingen. Bij voorkeur is het getoonde dwarsprofiel van de balken 9in hoofdzaak onveranderlijk volgens de lengterichting van de balk 9, dwars op de figuur. In beide figuren zijn zowel de voorzijde 12 als de achterzijde 13 van het poortvlak 2 gevormd volgens een geprofileerd patroon.
BE2018/5149
In figuur 2A omvat dat geprofileerd patroon periodieke discontinuïteiten 14. Deze discontinuïteiten 14 strekken zich uit volgens de lengterichting van de balken, evenwijdig met de breedteverbindingen 10. Het poortkader 3 omvat bovendien een tand 15 langs de binnenzijde 16. De genoemde tand 15 wordt passend in een groef 17 van het poortvlak 2 gehouden. Het poortkader 3 is bovendien breder dan de maximale dikte van het poortvlak 2.
In figuur 2B omvat het geprofileerd patroon knikken 18, die zich eveneens volgens de lengterichting uitstrekken. Het poortkader 3 is even breed als de gemiddelde dikte van het poortvlak 2. Het is met de onderzijde van de onderste balk 9 verlijmd.
Voorbeeld 1: een structuur volgens onderhavige uitvinding kan evengoed een deur zijn, bijvoorbeeld een binnendeur of een buitendeur, met een gestapeld deurvlak. Optioneel is dat deurvlak voorzien binnen een deurkader, bij voorkeur van aluminium. Bij voorkeur is de deur genoemde daarbij geschikt voor het vrijgeven en sperren van een opening binnen een wand.
Voorbeeld 2: een structuur volgens onderhavige uitvinding kan evengoed een vensterluik betreffen, met een gestapeld vensterluikvlak. Optioneel is dat vensterluikvlak voorzien binnen een vensterluikader, bij voorkeur van aluminium. Optioneel is dat vensterluik geschikt voor het vrijgeven en sperren van een vensteropening. Echter, dit is niet noodzakelijk het geval; optioneel kan het gaan om een zuiver esthetisch vensterluik.
Voorbeeld 3: een structuur volgens onderhavige uitvinding kan evengoed een wandpaneel zijn, bijvoorbeeld voor het minstens gedeeltelijk bekleden van een wandoppervlak middels een gestapelde vlakvulling volgens conclusie 1.
Het dient benadrukt dat het geprofileerd patroon echter eender welke vorm kan aannemen, en daarbij minstens bijdraagt tot het uitzicht van de poort.
De genummerde elementen op de figuren zijn:
1. Structuur
2. Vlakvulling
3. Kader
4. Scharnier
BE2018/5149
5. Poortpaal
6. Sluitmechanisme
7. Liggende richting
8. Staande richting
9. Balk
10. Breedteverbinding
11. Vinger
12. Voorzijde
13. Achterzijde
14. Discontinuïteit
15. Tand
16. Binnenzijde
17. Groef
18. Knik
Claims (15)
- CONCLUSIES1. Een structuur 1 omvattende een massiefhouten vlakvulling 2, de vlakvulling 2 daarbij omvattende een veelheid aan massiefhouten balken 9, welke balken9 elk een lengterichting, een breedterichting en een dikterichting bezitten, en welke balken 9 verder twee diktezijden omvatten, zich dwars op de breedterichting uitstrekkend, waarbij de balken 9 volgens hun breedterichting op elkaar aansluiten, door middel van breedteverbindingen 10 tussen de onderling aangrenzende diktezijden, ter vorming van de genoemde vlakvulling
- 2, met het kenmerk, dat minstens één van de breedteverbindingen 10 een geprofileerde en verlijmde verbinding betreft, waarbij de onderling aangrenzende diktezijden zijn gevormd volgens een complementair profiel.2. De structuur 1 volgens voorgaande conclusie 1, met het kenmerk, dat de balken 9 thermisch gemodificeerd hout omvatten.
- 3. De structuur 1 volgens één der voorgaande conclusies 1 en 2, met het kenmerk, dat het een vensterluik, een deur, een poort of een wandpaneel betreft.
- 4. De structuur 1 volgens één der voorgaande conclusies 1 tot en met 3, met het kenmerk, dat minstens één van de breedteverbindingen 10 een vingerlas betreft.
- 5. De structuur 1 volgens één der voorgaande conclusies 1 tot en met 4, met het kenmerk, dat de vlakvulling 2 een liggende 7 en een staande 8 richting heeft, waarbij de lengterichting van de balken 9 evenwijdig is aan de liggende richting 7 van de vlakvulling 2.
- 6. De structuur 1 volgens één der voorgaande conclusies 1 tot en met 4, met het kenmerk, dat de vlakvulling 2 een liggende 7 en een staande 8 richting heeft, waarbij de lengterichting van de balken 9 evenwijdig is aan de staande richting 7 van de vlakvulling 2.
- 7. De structuur 1 volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het vlakvulling 2 een voorzijde 12 en een achterzijde 13 omvat, zich dwars op de dikterichting van de balken 9 uitstrekkend, waarbij minstens één van de genoemde zijden 12, 13 is gevormd volgens een geprofileerd patroon.
- 8. De structuur 1 volgens voorgaande conclusie 7, met het kenmerk, dat het geprofileerd patroon één of meerdere knikken 18 en/of discontinuïteiten 14 omvat, welke zich minstens gedeeltelijk parallel met één of eerdere van de breedteverbindingen 10 uitstrekken.BE2018/5149
- 9. De structuur 1 volgens één der voorgaande conclusies 7 en 8, met het kenmerk, dat het patroon een georiënteerd patroon betreft, en daarbij minstens volgens de lengterichting van de balken 9 is georiënteerd.
- 10. De structuur 1 volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de balken 9 elk twee breedtezijden omvatten, zich dwars op de dikterichting van de balk 9 uitstrekkend, waarbij minstens één van de breedtezijden is gevormd volgens een geprofileerd patroon.
- 11. De structuur 1 volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat minstens één van de balken 9 twee of meerdere balkdelen omvat, welke balkdelen door middel van geprofileerde, verlijmde lengteverbindingen op elkaar aansluiten, ter vorming van de genoemde balk 9.
- 12. De structuur 1 volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat zij verder een kader 3 omvat, voor het omsluiten van het vlakvulling 2, waarbij een binnenzijde 16 van het kader 3 een randdeel van het vlakvulling 2 omsluit.
- 13. De structuur 1 volgens voorgaande conclusie 12, met het kenmerk, dat het randdeel van het vlakvulling 2 een groef 17 omvat, en dat de binnenzijde 16 van het kader 3 een overeenkomstige tand 15 omvat, welke tand 15 door de groef 17 wordt omsloten.
- 14. Een werkwijze voor het vervaardigen van een structuur 1 met massiefhouten vlakvulling 2, welke werkwijze de stappen omvat van:- het voorzien van een veelheid aan massiefhouten balken 9, omvattende een onderste balk 9, een bovenste balk 9 en tussenbalken 9, welke balken 9 een lengterichting, een breedterichting en een dikterichting bezitten, en welke balken 9 daarbij twee diktezijden omvatten,- het frezen, door middel van een verlijmfrees, van een vingerprofiel langs en in één diktezijde van de onderste en bovenste balk 9, en beide diktezijden van de tussenbalken, en- het verlijmen van de balken 9 langsheen de gefreesde diktezijden, daarbij de vlakvulling vormend.
- 15. Een kit omvattende een veelheid aan massiefhouten balken, met het kenmerk, dat de kit geconfigureerd is voor het vervaardigen van een structuur 1 volgens één der voorgaande conclusies 1 tot en met 13.
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE2017/5907A BE1025758B1 (nl) | 2017-12-06 | 2017-12-06 | Werkwijze en kit voor fabricatie van een houten tuinpoort |
BEBE2017/5907 | 2017-12-06 |
Publications (2)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE1025757A1 BE1025757A1 (nl) | 2019-07-01 |
BE1025757B1 true BE1025757B1 (nl) | 2019-07-08 |
Family
ID=60942794
Family Applications (2)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE2017/5907A BE1025758B1 (nl) | 2017-12-06 | 2017-12-06 | Werkwijze en kit voor fabricatie van een houten tuinpoort |
BE2018/5149A BE1025757B1 (nl) | 2017-12-06 | 2018-03-12 | Werkwijze en kit voor fabricatie van een structuur met een massiefhouten vlakvulling |
Family Applications Before (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE2017/5907A BE1025758B1 (nl) | 2017-12-06 | 2017-12-06 | Werkwijze en kit voor fabricatie van een houten tuinpoort |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
BE (2) | BE1025758B1 (nl) |
Citations (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE3048359A1 (de) * | 1980-12-20 | 1982-07-15 | Lauri 44540 Soliskylä Vesterinen | Bauelement aus massivholz zum aufbau der waende von haeusern, insbesondere in blockhausbauweise |
FR2556022A1 (fr) * | 1983-12-06 | 1985-06-07 | Chupin Michel | Perfectionnement aux parois en planches de bois |
DE29722944U1 (de) * | 1997-12-30 | 1998-04-09 | Fine Wood Holzbau GmbH, 35066 Frankenberg | Bohle und Bauelement |
FR2850419A1 (fr) * | 2003-01-27 | 2004-07-30 | Scierie Piveteau | Panneau bois et cloture bois obtenue a partir de tels panneaux |
CH695786A5 (de) * | 2002-07-03 | 2006-08-31 | Manfred Boeckli | Holztragbalken. |
AT501630A1 (de) * | 2005-04-04 | 2006-10-15 | Schachner Juergen | Bohle und wandelement |
GB2482790A (en) * | 2010-08-12 | 2012-02-15 | Jpod Systems Ltd | Timber or timber substitute blocks for use in massive timber structure |
Family Cites Families (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE8706922U1 (de) * | 1987-05-14 | 1987-07-23 | Otto Albert Lüghausen KG, 53721 Siegburg | Vorgefertigtes, gitterförmiges Flächenelement aus Holz für Bau- oder Ausbauzwecke |
DE4338623A1 (de) * | 1993-11-12 | 1995-05-18 | Adolf Spanrunft | Garagentor, Zaun oder dergleichen |
FR2938588B1 (fr) * | 2008-11-20 | 2012-09-28 | Mcc Extrusion | Dispositif de rigidification d'un element rectiligne en polystyrene expanse |
-
2017
- 2017-12-06 BE BE2017/5907A patent/BE1025758B1/nl not_active IP Right Cessation
-
2018
- 2018-03-12 BE BE2018/5149A patent/BE1025757B1/nl not_active IP Right Cessation
Patent Citations (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE3048359A1 (de) * | 1980-12-20 | 1982-07-15 | Lauri 44540 Soliskylä Vesterinen | Bauelement aus massivholz zum aufbau der waende von haeusern, insbesondere in blockhausbauweise |
FR2556022A1 (fr) * | 1983-12-06 | 1985-06-07 | Chupin Michel | Perfectionnement aux parois en planches de bois |
DE29722944U1 (de) * | 1997-12-30 | 1998-04-09 | Fine Wood Holzbau GmbH, 35066 Frankenberg | Bohle und Bauelement |
CH695786A5 (de) * | 2002-07-03 | 2006-08-31 | Manfred Boeckli | Holztragbalken. |
FR2850419A1 (fr) * | 2003-01-27 | 2004-07-30 | Scierie Piveteau | Panneau bois et cloture bois obtenue a partir de tels panneaux |
AT501630A1 (de) * | 2005-04-04 | 2006-10-15 | Schachner Juergen | Bohle und wandelement |
GB2482790A (en) * | 2010-08-12 | 2012-02-15 | Jpod Systems Ltd | Timber or timber substitute blocks for use in massive timber structure |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
BE1025758A1 (nl) | 2019-07-01 |
BE1025757A1 (nl) | 2019-07-01 |
BE1025758B1 (nl) | 2019-07-08 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US20180142515A1 (en) | Door, method of making door, and stack of doors | |
BE1025757B1 (nl) | Werkwijze en kit voor fabricatie van een structuur met een massiefhouten vlakvulling | |
ITPN20130072A1 (it) | Procedimento di fabbricazione di un pannello tamburato e pannello tamburato così ottenuto | |
US937430A (en) | Construction of doors. | |
RU132832U1 (ru) | Огнестойкое дверное полотно (варианты) | |
US9976340B2 (en) | System for reducing warping in solid wood doors | |
JP2021099008A (ja) | 半月型嵌め込み構造を有する落とし込み板壁とその施工方法 | |
BE1025106B1 (nl) | Sectionaalpoort en werkwijze voor de vervaardiging ervan | |
ITPD20030033U1 (it) | Struttura di telaio per infissi, serramenti e simili, e procedimento per la realizzazione di strutture di telai per infissi, serramenti e simili | |
JP5432491B2 (ja) | 扉 | |
US656741A (en) | Door. | |
KR101616343B1 (ko) | 창문틀 제조 방법 및 이에 의해 제조된 창문틀 | |
US749118A (en) | Door or window trimming | |
RU2726098C1 (ru) | Дверное полотно | |
RU157131U1 (ru) | Жалюзийная панель | |
JP3178184U (ja) | 弓形サイドフレーム付き連結可能サイドボード家具 | |
JP2000510063A (ja) | 木材シートを補剛する方法および木材シート | |
IT9021793U1 (it) | Struttura di elemento ligneo particolarmente per telai. | |
EP1540124B1 (en) | Double skin door apparatus | |
CN1328469C (zh) | 窗户组合和制造这种组合的方法 | |
US643347A (en) | Window or transom corner-post and bar. | |
JP4014002B2 (ja) | 入子 | |
BE1024074B1 (nl) | Verbeterde werkwijze voor het vervaardigen van een deurvleugel voor een buitendeur | |
JP2010178962A (ja) | ガラスケースとこのガラスケースの接合構造 | |
ITUD20110038A1 (it) | Pannello rinforzato e relativo procedimento di realizzazione |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
FG | Patent granted |
Effective date: 20190708 |
|
MM | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20200331 |