BE1024985B1 - Overbrengmachine voor het in een pluimveestal op een vloer daarvan leggen van eieren die zich in broedlades bevinden waarin deze werden voorgebroed - Google Patents

Overbrengmachine voor het in een pluimveestal op een vloer daarvan leggen van eieren die zich in broedlades bevinden waarin deze werden voorgebroed Download PDF

Info

Publication number
BE1024985B1
BE1024985B1 BE20175479A BE201705479A BE1024985B1 BE 1024985 B1 BE1024985 B1 BE 1024985B1 BE 20175479 A BE20175479 A BE 20175479A BE 201705479 A BE201705479 A BE 201705479A BE 1024985 B1 BE1024985 B1 BE 1024985B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
eggs
egg
actuator
transfer
transfer machine
Prior art date
Application number
BE20175479A
Other languages
English (en)
Inventor
Steven VERVAEKE
Original Assignee
Vervaeke Belavi Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Vervaeke Belavi Nv filed Critical Vervaeke Belavi Nv
Priority to BE20175479A priority Critical patent/BE1024985B1/nl
Priority to NL2021106A priority patent/NL2021106B1/nl
Priority to FR1855182A priority patent/FR3068571B3/fr
Priority to CA3067756A priority patent/CA3067756A1/en
Priority to SI201830441T priority patent/SI3648582T1/sl
Priority to DK18732795.2T priority patent/DK3648582T3/da
Priority to LTEPPCT/EP2018/066962T priority patent/LT3648582T/lt
Priority to PT187327952T priority patent/PT3648582T/pt
Priority to JP2019570526A priority patent/JP7116096B2/ja
Priority to PCT/EP2018/066962 priority patent/WO2019007741A1/en
Priority to AU2018296713A priority patent/AU2018296713B2/en
Priority to EP18732795.2A priority patent/EP3648582B1/en
Priority to IL271617A priority patent/IL271617B2/en
Priority to MX2019015831A priority patent/MX2019015831A/es
Priority to UAA201912068A priority patent/UA124791C2/uk
Priority to HRP20211623TT priority patent/HRP20211623T1/hr
Priority to RU2019142695A priority patent/RU2757422C2/ru
Priority to PL18732795T priority patent/PL3648582T3/pl
Priority to KR1020197037769A priority patent/KR102650790B1/ko
Priority to ES18732795T priority patent/ES2897003T3/es
Priority to BR112019027369-7A priority patent/BR112019027369B1/pt
Priority to HUE18732795A priority patent/HUE056576T2/hu
Priority to US16/625,364 priority patent/US11278008B2/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1024985B1 publication Critical patent/BE1024985B1/nl
Priority to ZA201908442A priority patent/ZA201908442B/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K31/00Housing birds
    • A01K31/18Chicken coops or houses for baby chicks; Brooders including auxiliary features, e.g. feeding, watering, demanuring, heating, ventilation
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K31/00Housing birds
    • A01K31/14Nest-boxes, e.g. for singing birds or the like
    • A01K31/16Laying nests for poultry; Egg collecting
    • A01K31/165Egg collecting or counting
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K41/00Incubators for poultry
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K43/00Testing, sorting or cleaning eggs ; Conveying devices ; Pick-up devices

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
  • Birds (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Wrapping Of Specific Fragile Articles (AREA)
  • Housing For Livestock And Birds (AREA)
  • Intermediate Stations On Conveyors (AREA)
  • Sampling And Sample Adjustment (AREA)

Abstract

Een overbrengmachine (1) waarbij de broedlades (2) met voorgebroede eieren op draagmechanisme (7) worden geplaatst, welk draagmechanisme (7) de broedlades (2) positioneert onder een overbrengmechanisme (14) dat een reeks eivastneemorganen (19) omvat. Door het overbrengmechanisme (14) neerwaarts tot tegen de eieren te bewegen, kunnen de eivastneemorganen (19) de eieren vast nemen en uit de broedlades tillen. Hierna kan het draagmechanisme (7) uit het pad van het overbrengmechanisme (14) bewogen worden, waardoor de eieren, door een neerwaartse beweging van het overbrengmechanisme (14), nabij de vloer worden gebracht, waar de eivastneemorganen (19) de eieren loslaten zodat deze op de vloer liggen. Hierdoor ondergaan de eieren, wanneer deze uit de broedlades zijn getild, enkel een neerwaartse beweging, hetgeen een lager risico tot beschadiging van de eieren heeft in vergelijking met een zijwaartse beweging van de eieren, wanneer deze zicht uit de broedlades bevinden en deze dus met elkaar in contact kunnen komen.

Description

(30) Voorrangsgegevens :
(73) Houder(s) :
VERVAEKE-BELAVI NV
8700, TIELT
België (72) Uitvinder(s) :
VERVAEKE Steven 8700 TIELT België (54) Overbrengmachine voor het in een pluimveestal op een vloer daarvan Ieggen van eieren die zieh in broedlades bevinden waarin deze werden voorgebroed (57) Een overbrengmachine (1) waarbij de broedlades (2) met voorgebroede eieren op draagmechanisme (7) worden geplaatst, welk draagmechanisme (7) de broedlades (2) positioneert onder een overbrengmechanisme (14) dat een reeks eivastneemorganen (19) omvat. Door het overbrengmechanisme (14) neerwaarts tot tegen de eieren te bewegen, kunnen de eivastneemorganen (19) de eieren vast nemen en uit de broedlades tillen. Hierna kan het draagmechanisme (7) uit het pad van het overbrengmechanisme (14) bewogen worden, waardoor de eieren, door een neerwaartse beweging van het overbrengmechanisme (14), nabij de vloer worden gebracht, waar de eivastneemorganen (19) de eieren loslaten zodat deze op de vloer liggen. Hierdoor ondergaan de eieren, wanneer deze uit de broedlades zijn getild, enkel een neerwaartse beweging, hetgeen een lager risico tot beschadiging van de eieren heeft in vergelijking met een zijwaartse beweging van de eieren, wanneer deze zieht uit de broedlades bevinden en deze dus met elkaar in contact kunnen komen.
Figure BE1024985B1_D0001
BELGISCH UITVINDINGSOCTROOI
FOD Economie, K.M.O., Middenstand & Energie
Publicatienummer: 1024985 Nummer van indiening: BE2017/5479
Dienst voor de Intellectuele Eigendom
Internationale classificatie: A01K 31/18 A01K 43/00 Datum van verlening: 05/09/2018
De Minister van Economie,
Gelet op het Verdrag van Parijs van 20 maart 1883 tot Bescherming van de industriële Eigendom;
Gelet op de wet van 28 maart 1984 op de uitvindingsoctrooien, artikel 22, voor de voor 22 September 2014 ingediende octrooiaanvragen ;
Gelet op Titel 1 Uitvindingsoctrooien van Boek XI van het Wetboek van economisch recht, artikel XI.24, voor de vanaf 22 September 2014 ingediende octrooiaanvragen ;
Gelet op het koninklijk besluit van 2 december 1986 betreffende het aanvragen, verlenen en in stand houden van uitvindingsoctrooien, artikel 28;
Gelet op de aanvraag voor een uitvindingsoctrooi ontvangen door de Dienst voor de Intellectuele Eigendom op datum van 05/07/2017.
Overwegende dat voor de octrooiaanvragen die binnen het toepassingsgebied van Titel 1, Boek XI, van het Wetboek van economisch recht (hierna WER) vallen, overeenkomstig artikel XI.19, § 4, tweede lid, van het WER, het verleende octrooi beperkt zal zijn tot de octrooiconclusies waarvoor het verslag van nieuwheidsonderzoek werd opgesteld, wanneer de octrooiaanvraag het voorwerp uitmaakt van een verslag van nieuwheidsonderzoek dat een gebrek aan eenheid van uitvinding als bedoeld in paragraaf 1, vermeldt, en wanneer de aanvrager zijn aanvraag niet beperkt en geen afgesplitste aanvraag indient overeenkomstig het verslag van nieuwheidsonderzoek.
Besluit:
Artikel 1. - Er wordt aan
VERVAEKE-BELAVI NV, Oude Kapellestraat 65, 8700 TIELT België;
vertegenwoordigd door
GEVERS PATENTS, Holidaystraat 5, 1831, DIEGEM;
een Belgisch uitvindingsoctrooi met een looptijd van 20 jaar toegekend, onder voorbehoud van betaling van de jaartaksen zoals bedoeld in artikel XI.48, § 1 van het Wetboek van economisch recht, voor:
Overbrengmachine voor het in een pluimveestal op een vloer daarvan leggen van eieren die zieh in broedlades bevinden waarin deze werden voorgebroed.
UITVINDER(S):
VERVAEKE Steven, Oude Kapellestraat 65, 8700, TIELT;
VOORRANG:
AFSPLITSING :
Afgesplitst van basisaanvraag :
Indieningsdatum van de basisaanvraag :
Artikel 2. - Dit octrooi wordt verleend zonder voorafgaand onderzoek naar de octrooieerbaarheid van de uitvinding, zonder garantie van de Verdienste van de uitvinding noch van de nauwkeurigheid van de beschrijving ervan en voor risico van de aanvrager(s).
Brussel, 05/09/2018,
Bij bijzondere machtiging:
B E2017/5479 o De huidige uiîvmding heeft betrekking op een overbrengmachme voor het in een pluimveestal op een vloer daarvan leggen van eieren die zieh in broediades bevinden waarin deze werden voorgebroed. De voorgebroede eieren in de broediades worden eerst naar de vieespluimveestai overgebracht. De voorgebroede eieren worden dan van de broediades naar de vloer van de stal overgebracht, De kuikens komen dan in de vieespluimveestai uit hetgeen het dierenweizijn bevordert De kuikens hoeven immers niet meer getransporteerd te worden en hebben ook onmiddellijk voeder en water te hunner beschikking.
In de praktijk stelde zieh het probleem dat de voorgebroede eieren niet gelijktijdig uitkomen. Voor kippen zijn er eieren die bijvoorbeeld reeds na 19 dagen uitkomen terwijl sommige eieren pas na 21 dagen uitkomen. Wanneer men de eieren in een broeierij laat uitkomen en de ééndagskuikens naar de vieespluimveestai brengt, betekent dit dat een aantal van de kuikens 2 à 3 dagen zonder eten of drinken zitten. Tijdens het transport van de kuikens en de voorbereiding daarvan zitten de kuikens verder ook dicht op elkaar gepakt. Dît alles heeft niet alleen nadelige gevolgen op het dierenweizijn maar verder ook op de groei en de ontwikkeling van de kuikens en op hun ziektegevoeligheid,
Om dit te vermijden werden er nieuwe Systemen ontwikkeld waarin voorgebroede eieren, die in het bijzonder gedurende 18 dagen voorgebroed werden, naar de vieespluimveestai gebracht worden waar de eieren dan kunnen uitkomen. In het zogenoemde X-Treck systeem worden de voorgebroede eieren met de broediades waarin deze zieh bevinden op een in de pluimveestal opgahangen transportsysteem geplaatst. De temperatuur van de eieren in de broediades kan dan
B E2017/5479 geregeld worden doer het transportsysteem op te trekken in de stal tot op een hoogte waar het warmer is, of te iaten zakken tot op een hoogte wear het kouder is, Vooral naar het uitkomen van de eieren toe, neemt de temperatuur daarvan toe doordat de activiteit van het kuiken in het ei toeneemt Het transportsysteem bevindt zieh dan op een geringe hoogte boven de vloer van de stal zodanig dat de kuikens van het transportsysteem op de vloer van de vleespiuimveestal kunnen springen,
Bij het zogenoemde Patio-systeem zijn er meerdere transportsystemen voor de broedlades boven elkaar voorzien met daaronder telkens een transportband met daarop strooisei waarop de kuikens tôt hun slachîrijpe leeftijd kunnen opgroeien. De beluohting van de verschillende niveaus gebeurt door sen horizontale luchtstroom zoals beschreven in NL 1012453. Het voordeel van dit Patio-systeem is dat minder stalruimte vereist is maar het systeem is uiteraard nog duurder dan het X-Treck systeem,
EP 2 873 319 heeft betrekking op het X-Treck systeem waarin de broedlades met daarin de voorgebroede eieren op een optreksysteem in de vleespiuimveestal geplaatst worden. Volgens deze octrooiaanvraag is het optreksysteem nodig om de temperatuur van de eieren te kunnen controleren aangezien het uitkomstpercentage bij eieren die op de vloer van de vleespiuimveestal geplaatst worden kleiner is,
Gezien de kostprijs, de complexiteit van het onderhoud en het extra werk voor het reinigen van de installatie worden deze bekende Systemen in de praktijk slechts op beperkte schaai toegepast. Doordat de ééndagskuikens uitkomen in de broedlades en hierop enige tijd blÿven rondlopen worden de broedlades bevuiid door de most van de pas uitgekomen kuikens. Hierdoor is er dus een reëel risico op besmetting van de broedlades met ziektekiemen, in het bijzonder met schadelijke bacteriên zoals Salmonella. Door het besmeîtingsgevaar, en tevens door de kostprijs van beide Systemen, zijn de plulmveehouders niet geneigd om een dergelijk systeem in bun stallen te plaatsen, Door de complexe
B E2017/5479 vormgeving van de broedlades met een grote openheid die nodig is om tijdens het uitbroeden de temperatuur van de eieren onder contrôle te kunnen houden, zijn de broedlades bovendien ook niet eenvoudig te reinigen. De broedlades vertonen meer bepaald veel hoeken en kanten
S waar infecties of meet, die bijvoorbeeld met Salmonelle besmet kan zijn, niet eenvoudig te verwijderen is. Een verder nadeei van het laten uitkomen van de kuikens in de broedlades zelf, is dat door de grote epenheid daarvan, er een probleem is met het dierenwelzijn, De pas uitgekomen kuikens kunnen zieh immers kwetsen aan de vole hoeken en kanten die in do broedlades aanwezig zijn om de eieren vast te houden met behoud van een grote epenheid voor de vereiste doorstroming van lucht De kuikens kunnen hierdoor zelfs vast komen te zitten in de broedlades.
In EP 1 414 291 wordt nog een ander systeem voor hef laten uitkomen van de eieren in de stal beschreven. Zoals schematisch weergegeven in dit octrooi laat men de voorgebroede eieren niet in de broedlades uitkomen maar worden de voorgebroede eieren op een vel papier op een laag strooisel gelegd. Op dit vel papier wordt verder water en voedsel voor de pas uitgekomen kuikens voorzien. Om de temperatuur van de eieren onder contrôle te kunnen houden, worden de eieren in een gesloten kar geplaatst of wordt er een kap over de eieren aangebracht wanneer deze op de vloer van de vleespluimveestal zelf gelegd worden.
Niettegenstaande in EP 1 414 291 de mogelijkheid aangegeven wordt om de voorgebroede eieren los op een vel papier bovenop de strooisellaag te plaatsen. werd dit in de praktijk nooit toegepast, in het bijzonder niet in het Patio-systeem, noch in het X-Treck systeem. In een vleespluimveestal dienen immers meerdere duizenden of zelfs tienduizenden, bijvoorbeeld 40000, voorgebroede eieren aangebracht te worden, en dit op efficiente manier zodanig dat slechts weinig tijd nodig is om de voorgebroede eieren aan te brengen. Gezien de kostprijs van
B E2017/5479 handenarbeid zou msn bij het los in de stal leggen van de eieren snel te werk moeten gaan, wat niet alleen zeer belastend is onder meer wegens de hoge temperatuur die er in de vleespluimveestal heerst, maar wat verder ook een hoog risico tot beschadiging van de eieren tot gevolg zal hebben. Naar het uitkomen van de eieren toe, wordt de schaai van de eieren immers veel brosser waardoor de eieren zacht behandeld dienen te worden, in het bijzonder om de vorming van haarscheuren in de sohaal van de eieren te voorkomen. in het geval van haarscheuren drogen de kuikens in de eieren sneller uit waardoor deze verzwakken en gevoeliger worden aan infecties. Het gevolg hiervan is dat minder eieren uitkomen, over het aigemeen nagenoeg 15% minder indien de eieren haarscheurtjes vertonen, en dat meer antibiotica behandeisngen nodig zullen zijn om bacteriële infecties te bestrijden, Dergelijke antibiotica behandelingen zijn de laatste jaren sterk onder druk komen te staan en dienen vandaar zo veel mogelijk vermeden te worden.
Om overdraoht van besmetting via de broediades ta voorkomen, wordt in WO 2016/053088 voorgesteld om de voorgebroede eieren vanuit de broediades naar een kartonnen bouder over te brengen alvorens da eieren naar de vleespluimveestal getransporteerd worden, Het transport van de voorgebroede eieren van da broeiarij naar de vleaspluimveestal gebeurd dus in deze kartonnen houders. In da praktijk wordt dit systeem toegepast onder da benamlng One2Born. De kartonnen houders bestaan uit eierkartons met daarin extra gaten voor de beluohting van de eieren en voor hat eentroleren van de temperatuur daarvan. De houders staan op kartonnen poten zodanig dat de eieren zieh niet rechtstreeks op de vloer van de stal bevinden,
Niettegenstaande de kartonnen houders biologisch afbreekbaar zijn, veroorzaken deze extra afval in de stal dat verwijderd moet worden. Een verder nadeel van de kartonnen houders is dat deze in plano vorm geleverd worden en dat er een aanzienlijke hoeveeiheid manuele arbaid vereist is om de houders op to zetten. Niet alleen de aanschaf van de
B E2017/5479 kartonnen houders maar ook hot opzetten daarvan brengt dus extra kosten met zieh mee. hi de broeierij zelf dienen de eieren verder ook nog in de kartonnen bonders overgelegd worden. Uit de praktijk is gebleken dat een dergelijke ovedegstap telkens een bijkomende uitvai van gemiddeld ongeveer 0,5 % veroorzaakt, dit zeker in het geval de eieren in de daarvoor voorziene boites in de eierkartons gepositioneerd dienen te worden. De eieren zullen immers niet steeds volledig correct ten opzichte van deze boites gepositioneerd worden, waardoor ze tijdens het in deze holtes plaatsen contact zollen maken met de wanden van de hohes. Door de broosheid van de eierschalen, zal dit een toch wei aanzienlijke hoeveelheid aan haarscheurtjes in de eierschalen veroorzaken.
in BE 1023719 is een overbrengmachine beschreven volgens de aanhef van conclusie 1 die de Problemen van de hierboven beschreven
Systemen oplost In het bijzonder omvat de overbrengmachine een door de pluimveestal verrijdbaar gestel; een draagmechanisme dat op het gestel bevestigd is en geconfigureerd is voor het dragen van tenminste één van genoemde broedlades met voorgebroede eieren; en een overbrengmechanisme dat op het gestel bevestigd is en een reeks eivastneemorganen bevat die elk geconfigureerd zijn voor het vastnemen van één van de voorgebroede eieren, waarbij het overbrengmechanisme geconfigureerd is voor het uit genoemde broedlades lichten van de voorgebroede eieren en voor het op genoemde vloer leggen van de voorgebroede eieren op genoemde vioer.
Door het gebruik van een dergelijke overbrengmachine is het mogelijk om een groot aantal voorgebroede eieren, bijvoorbeeld beizenden tot tienduizenden eieren per uur, rechtstreeks van hun broedlade in een isolerende strooiseilaag in de stal te leggen, Daarenboven kunnen de broedlades aldus niet vervuild worden door de mest geproduceerd door de ééndagskuikens. Doordat de stal in de praktijk telkens voor iedere nieuwe lading kuikens ontsmet wordt en van
B Ε2017/5479 sen nieuwe strooisellaag voorzien wordt, is er ook geen risico dat de broediades besmet worden. Een fysiek contact tussen de broediades en de materialen in de stal kan verder ook eenvoudig vermeden worden. Eveneens is ontsmetting van de broediades bovendien zeer eenvoudig aangezien de broediades zelf niet vervuiid zijn.
Verder wordt in BE 1023719 beschreven dat, in tegenstelling tot hetgeen in EP 2 873 319 aangegeven wordt, het uitkomstpercentage van de eieren in de stal niet kleiner is dan het uitkomstpercentage van dezelfde eieren in de broeierij wanneer de voorgebroede eieren op de vloer van de stal gelegd worden.
De overbrengmachine in BE 1Ö23719 is voorzien van een transportband waarop de broediades worden geplaatst en een zwenkbare robotarm met daarop een reeks eivastneemorganen, in het bijzonder een reeks zuignappen. De robotarm is geconfigureerd om de eivastneemorganen tot nabij de broedlade op do transportband te laten zakken, waarna de eivastneemorganen de eieren kunnen vastnemen. De robotarm tilt dan de eieren op en zwenkt deze tot boven de laag strooisel, waarna de robotarm de eieren laat zakken tot nabij de laag strooisel. Dan worden de eivastneemorganen uitgeschakeid en komen de eieren terecht op de laag strooisel In de stal.
Een nadeel van de bekende machine is dat, om een voldoende capaciteit te hebben, i.e. om voldoende eieren per uur in de stal te kunnen leggen, de beweging van de robotarm, in het bijzonder de zwenkbeweging van de robotarm, een reiatief hoge sneiheid dient te hebben. Echter, een dergelijke reiatief hoge sneiheid brengt een hoog risico tot beschadiging van de eieren met zieh mee. Immers, zoais hierboven beschreven, naar het uitkomen van de eieren toe, wordt de schaal van de eieren veel brosser waardoor de eieren zacht behandeld dienen te worden, in het bijzonder om de vorming van haarscheuren in de schaal van de eieren te voorkomen. Daarenboven is het risico op beschadiging tijdens de zwenkbeweging van de robotarm des te groter
B E2017/5479 aangezien de eieren op dat moment vasthangen aan de zuignappen en due met eikaar in botsing kunnen komen. Dit ailes zorgt er voor dat, bij de bekende overbrengmachine, de maximale capacité!! beperkt is door de maximaal veiiige snelheid van de zwenkbeweging van de robotarm.
Daar komt nog bij dat, door de lengte van de robotarm, er een schommelbeweging van de machine kan optreden tijdens het zwenken van de robotarm. Een dergeiijke schommelbeweging van de machine is nadelig voor de eieren, aangezien deze mogeiijks beschadigd kunnen worden hierdoor. Dit effect is des te groter naarmate het distale gedeelte van de robotarm een groter gewicht heeft en wordt verder versterkt indien de machine voorzien is van wielen met luchtbanden.
Een verder nadeel van de bekende machine is dat de robotarm een relatief grote kracht, in het bijzonder krachtmoment, dient te verwerken doordat de broedlades zieh, ten minste tijdeiljk, langszij de robotarm bevinden. De robotarm dient dus voldoende stevig te zijn om hef gewicht van de gevulde broedlades te dragen met inachtneming van het hefboomeffect door de afstand tussen de broedlades en het steunpunt van de robotarm. Een dergeiijke robotarm verhoogt zowel het gewicht van de robofarm, dus de machine, als de prijs om de machina te vervaardigen.
De uitvinding heeft dan ook tot doel een verbeterede overbrengmachine voor het in ean pluimveastal op een vloer daarvan leggen van eieren die in broedlades voorgebroed zijn te verschaffen, waarbij de maximale capaciteit verhoogd wordt zonder het risico op bijkomende uitval te verhogen.
Tot dit doeä is de overbrengmachine voigens de uitvinding daardoor gekenmerkt dat het overbrengmechanisme volgens een tussen een bovenste stand en een onderste stand en dat het 30 draagmeohanisme heen en weer beweegbaar op het geste! is gemonteerd tussen een buitenste stand, waarin het draagmeohanisme
B E2017/5479 zieh buiten het pad van het everbrengmechanîsme bevindt, en een binnenste stand, waarin het draagmeehanîsme zieh in het pad van het overbrengmechanisme bevindt, waarbij de overbrengmachine verder omvat: een eerste actuator geconfigureerd voor het op en neer bewegen van het overbrengmechanisme; een tweede actuator geconfigureerd voor het been en weer bewegen van het draagmechanisme; een derde actuator geconfigureerd voor het bedienen van de eivastneemorganen; en een controlemechanisme geconfigureerd voor het uitvoeren van de volgende stappen: a) het aansturen van genoemde tweede actuator voor het bewegen van het draagmeehanîsme van zijn buitenste stand naar zijn binnenste stand; b) het aansturen van genoemde eerste actuator voor het neerwaarts bewegen von het overbrengmechanisme naar de voorgebroede eieren die zieh in genoemde broedlades op het drasgmechanisme bevinden; c) het aansturen van genoemde derde actuator voor het vast nemen van de voorgebroede eieren met de eivasîneemorganen; d) het aansturen van genoemde tweede actuator voor het bewegen van het draagmeehanîsme van zijn binnenste stand near zijn buitenste stand; e) het aansturen van genoemde eerste actuator voor het neerwaarts, naar de vloer toe, bewegen van het overbrengmechanisme langsheen het pad; f) het aansturen van genoemde derde actuator voor het los iaten van de voorgebroede eieren uit de eivastneemorganen om deze op de vioer îe ieggen; en g) het aansturen van genoemde eerste actuator voor het opwaarts bewegen van het overbrengmechanisme naar zijn bovenste stand.
Door het draagmechanisme in en uit het pad van het overbrengmechanisme te plaatsen, kan een overbrengmechanisme worden voorzien waarbij de eieren enkei een opwaartse en een neerwaartse beweging dienen te ondergaan wanneer deze zijn vast genomen door de eivastneemorganen. Dergelijke verticaie bewegingen hebben een lager risico tot beschadîging van de eieren, zowel omdat een verticale beweging minder schadelijk is in vergelijking met een
B E2017/5479 ο
horizontals beweging en in het bijzonder doordat er geen risico îs dat de eieren in een zijwaartse richting met elkaar in contact kunnen komen. Daarenboven bevinden de eieren zieh nog in de brosdlade tijdens het heen en weer bewegen van het draagmechanisme. Door de extra bescherming die de broedlade biedt kan dît heen en weer bewegen des sneller gebeuren dan de zwenkbewegsng bij de reeds gekende overbrengmaobine, Vandaar is de gecombineerde beweging van het heen en weer bewegen van het draagmechanisme en het op en neer bewegen van het overbrengmechanisme sneller dan de beweging van de gekende robotarm, waardoor een grotere maximale capacileit wordt verkregen, zonder daarbij het risico op bijkomende uitval te verhogen.
in een uitvoeringsvorm van de uitvinding omvat het overbrengmechanisme ten minste twee heen en weer van elkaar verplaatsbare draagoîementen en een vierde actuator geconfigureerd voor het heen en weer van elkaar bewegen van genoemde ten minste twee draagelementen, waarbij op elke van de draagelementen een aantal van de reeks eivastneemorganen zijn aangebracht en waarbij het contrelemechanisme verder geconfigureerd is voor: het, na stap d) en voor stap f), aansturen van genoemde vierde actuator voor het van elkaar weg bewegen van genoemde draagelementen; en het, na stap f). aansturen van genoemde vierde actuator voor het naar elkaar toe bewegen van genoemde draagelementen, in deze uitvoeringsvorm is het mogelijk om de afstand tussen de eieren te variëren. Dit is voordelig omdat werd vastgesteld dat de afstand tussen de eieren een belangrijk effect heeft op de temperatuur daarvan. De buitenste rij eieren van een strook eieren hebben bijvoorbeeld een lagere temperatuur dan de eieren die zieh midden in de strook bevinden. Door de eieren op een wat grotere afstand van elkaar te plaatsen, kan aldus verhindere! worden dat de temperatuur van de eieren naar het uitkomen toe te hoog zou oplopen.
B E2017/5479
Bij voorkeur omvat genoemde vierde actuator een pneumatisch piston-zuiger mechanisms, waarbij ten minste één instelbare begrenzer is voorzien tussen genoemde draageiementen voor het regeien en begrenzen van een maximale onderlinge afstand tussen genoemde draageiementen, De instelbare begrenzer laat toe om de afstand tussen de eieren aan te passen, waardoor ook rekening kan worden gehouden met de grootte van de eieren. Er kan dus, bijvoorbeeld bij grotere eieren, een grotere afstand worden voorzien tussen de eieren.
In een uitvoeringsvorm van de uitvinding bepaalt het voorafbepaald pad van het overbrengmechanisme een voorafbepaaid pad van elk van de eivastneemorganen van de reeks eivastneemorganen, waarbij het draagmechanisme positioneermiddelen omvat die geconfigureerd zijn voor het positioneren van de broedlade zodat elk van de voorgebroede eieren zieh op het voorafbepaald pad van één van de eivastneemorganen bevindt, waarbij het draagmechanisme een vijfde actuator omvat geconfigureerd voor het aandrijven van de positioneermiddelen en waarbij het controlemechanisme verder actuator voor het positioneren van de broedlade in het pad van het draagmechanisme zodat elk van de voorgebroede eieren zieh op het voorafbepaald pad van één van de eivastneemorganen bevindt.
in deze uitvoeringsvorm worden de broedlades, door de positioneermiddelen, automatisch correct gepositioneerd zodat elk van de paden van de eivastneemorganen kruist met de locatie van een ei, Deze automatisering levert een bijkomstige tijdswinst op tijdens het leggen van de eieren,
Bij voorkeur omvatten de positioneermiddelen een transportmeohanisme geconfigureerd voor de broedlade in een nagenoeg horizontale richting te bewegen.
Sij voorkeur is het draagmechanisme in een nagenoeg horizontale richting heen en weer beweegbaar bevestigd op het gestel.
B E2017/5479
De horizontal richtingen beperken de reïsafstand, en dns de reistijd, van zowel het transportmechanisme als het draagmechanisme.
Daarenboven is het bijzonder voordelig dat de bewegingsrichting van de positioneermiddelen nagenoeg loodrecht Staat op de been en
S weer bewegingsriohting van het draagmechanisme, Dit laat namelijk toe om het draagmechanisme voor of achter het overbrengmechanisme te piaatsen, waarbij het draagmechanisme zijwaarts kan worden ingeladen.
In een uitvoeringsvorm van de uitvinding hebben genoemde broedlades een nagenoeg rechthoekige vorm, waarbij het draagmechanisme voorzien is voor het dragen van ten minste twee broedlades die met hun korte zijde nagenoeg tegen elkaar zijn geplaatst.
Bij de bekende overbrengmachine, zoals beschreven in BE 1023719, worden de broedlades met hun lange zijde tegen elkaar geplaatst om de grotere krachten, in het bijzonder kraohtmomenten, geassocieerd met de broedlades aan de korte zijdes tegen elkaar te piaatsen te vermijden. Echter verdient het de voorkeur om de broedlades met hun korte zijdes tegen elkaar te piaatsen omdat dit de totale reïsafstand van de overbrengmachine beperkt.
In een uitvoeringsvorm van de uitvinding omvat elk eivastneemorgaan een zuignap die geconfigureerd is voor het, tijdens stap b), contact te maken met één van de voorgebroede eieren, waarbij genoemde derde actuator, bij voorkeur een vacuümpomp, geconfigureerd is voor het lucht wegzuigen uit de zuignappen voor het door vastzuigen vastnemen van de voorgebroede eieren,
Zuignappen verdienen de voorkeur over mechanische grijpers omdat deze het kleinste risico op beschadiging van de eieren met zieh meebrengen,
Bij voorkeur zijn genoemde zuignappen verend, bij voorkeur blaasbalgvormig, zodat, tijdens stap f), door een kracht gegenereerd door de verende zuignappen elk van de voorgebroede eieren een zekere diepte indrïngt in een laag bedekkingsmateriaal, bij voorkeur isolerend
B E2017/5479 bedekkingsmateriaal dat, bij verdere voorkeur, strooisel bevat, op de vloer van de pluimveestal·
Bij voorkeur is genoemde derde actuator verder geconfigureerd voor het, tijdens stap f), pompen van lucht in elke zuignap zodat elk van de voorgebroede eieren een zekere diepte indringt in een laag bedekkingsmateriaal, bij voorkeur isolerend bedekkingsmateriaal dat, bij verdere voorkeur, streoisel bevat, op de vloer van de pluimveestal·
Door de verende werking en/of door het pompen van lucht worden de eieren een zekere diepte in de laag bedekkingsmateriaal geduwd.
Hierdoor kan de isolatie van de eieren gecontroleerd worden. Hoe dieper de eieren in het bedekkingsmateriaal geplaatst worden, hoe meer ze geïsoleerd zullen zijn van de omgevingslucht.
In een uitvoeringsvorm van de uitvinding zijn één of meer, bij voorkeur elk, van de actuatoren pneumatisch aangedreven. Dit vermijdt het gebruik van een hydraulische vloeistof die, in gevai van lekkages, do stal zou kunnen verontreinigen.
In een uitvoeringsvorm van de uitvinding stemt het aantal eivastneemorganen uit genoemde reeks overeen met het aantal eieren in één of in meerdere van de broedlades, in het bijzonder in één of in twee van de broedlades, waarbij het overbrengmechanisme geconfigureerd is voor het gelijktijdig lichten van elk van de voorgebroede eieren uit elk van de broedlades.
Het gelijktijdig optiiien van de eieren lever! een bijkomsfige tljdswinst op tijdens het Ieggen van de eieren,
In een uitvoeringsvorm van de uitvinding bevat genoemde reeks eivastneemorganen ten minste 3Q, bij voorkeur ten minste 50, meer bij voorkeur ten minste 100 en in het bijzonder 300 eivastneemorganen,
Door een groter aantal eivastneemorganen op de overbrengmachine te voorzien, kan de capaciteit daarvan verhoogt worden zodanig dat het nodige aantal eieren op korte tijd in een vleespluimveestal aangebracht kan worden.
ΒΕ2017/5479 in een uitvoeringsvorm van de uitvinding is da overbrengmachine voorzien van een motor geconfigureerd voor het door de pluimveestal verrijden van het gesteh Hierdoor kan de werking van de overbrengmachine verder geautomatiseerd worden, bijvoorbeeld door deze zelfstandig te laten rijdsn, wat een bijkomstige tijdswinst oplevert tijdens het leggen van de eieren en tevens het onnodig maakt dat een persoon de overbrengmachine dient te verrijden.
In een uitvoeringsvorm van de uitvinding is het controlemechanisme verder geconfigureerd voor het, ne stap c) en voor stap d), aansturen van genoemde eerste actuator voor het opwaarts bewegen van het overbrengmechanisme cm de door de eivastneemorganen vastgenomen voorgebroede eieren uit genoemde broedlades te iichten.
In deze uitvoeringsvorm worden de eieren, na te zijn vastgenomen, ook nog opgetild. Hierdoor is er geen enkel risico dat de lege broedlades op het draagmechanisme, tijdens het wegschuiven van het draagmechanisme van onder het overbrengmechanisme, de vastgenomen eieren kunnen raken, waardoor deze eventueel beschadigd zouden kunnen worden.
Verdere voordelen en bijzonderheden van de uitvinding zullen blijken uit de hierna volgende beschrijving van een voorkeursuitvoeringsvorm van de overbrengmachine voigens da uitvinding. Deze beschrijving wordt evenwel slechts als voorbeeld gegeven en is niet bedoeid om de beschermingsomvang, zoals bepaald door de conclusies, te beperken.
De in de beschrijving aangegeven verwijzingscijfers hebben betrekking op de bijgevoegde tekeningen waarin:
Figuur 1 schematisch een perspectief zieht weergeeft op een overbrengmachine voigens de uitvinding voor het overbrengen van voorgebroede eieren van de broedlades op een aangebrachte strook strooisel in een pluimveestal;
B E2017/5479
Figuren 2a en 2b een bovenaanzicht weergeven van de behuizing van het overbrengmechanisme van de overbrengmachine van Figuur 1 ;
Figuren 3a tot en met 3d een perspectief zieht weergeven van het vastnemen van één ei en het positioneren van dit ei op het strooisei door een eivastneemorgaan van het overbrengmechanisme van de overbrengmachine van Figuur 1 ; en
Figuur 4 schematisch een perspectief zieht weergeeft van een gedeelte van de strooiseiiaag met daarop eieren die zijn neergeiegd met de overbrengmachine van Figuur 1,
In het algemeen heeft de uitvinding betrekking op een overbrengmachine 1 voor het naar een vloer van een vleespluimveestal overbrengen van eieren die in broediades 2 voorgebroed zijn. Voor kippeneieren gebeurt dit nadat de eieren ongeveer 18 dagen voorgebroed werden. Aangezien de eerste eieren pas na 19 dagen uitkomen, is er geen risico dat de eieren reeds tijdens het transport of tijdens het overbrengen in de stal zouden uitkomen. De overbrengmachine 1 voigens de uitvinding kan ook op andere eieren toegepast worden, bijvoorbeeld op eieren van kalkoenen, fazanten on dergelijke.
In de praktijk bestaan er verschillende broediades 2 voor het voorbroeden van kippeneieren, Een voorbeeid hiervan is de standaard broedlade “Tray B00588” van de firme Petersime. Deze broedlade is voorzien voor 10 rijen van 15 eieren, dus voor in totaai 150 eieren.
Voor het transport van de eieren naar de vleespluimveestal worden de broediades 2 in verrijdbare karren geplaatst die dan met een vrachtwagen vervoerd worden. Het voordeei van het transport van de eieren met behulp van de broediades 2 bestaat erln dat er geen overbrengstap vereist is die telkens toch steeds een zekere schade aan de eieren veroorzaakt.
In de vleespluimveestal wordt bij voorkeur een laag isolerend bedekkingsmateriaal 3 (geillustreerd in Figuren 3C, 3D en 4) voorzien
ΒΕ2017/5479 waarop do voorgebroede eieren vanuit de broedlades 2 door middel van de overbrengmachine 1 gepositioneerd worden. Het isolerend bedekkingsmateriaal 3 wordt in het bijzonder in één of meer stroken op de vloer van de vieespluimveestal aangebracht Het isolerend bedekkingsmateriaal 3 kan gevormd worden door een mat, bijvoorbeeld een mat van kunststofscbuim, doch bij voorkeur wordt hiervoor strooisel toegepast zoais bijvoorbeeld viaslemen, zagemeel, houtkrullen en dergelijke.
Wanneer de eieren in één of meerdere stroken op het bedekkingsmateriaal gepositioneerd worden, verdient het de voorkeur om längs de zijkanten van deze stroken de eieren extra te isoleren door längs die zijkanten een verhoging van het bedekkingsmateriaal te voorzien. In het geval van strooisel kan dit längs de zijkanten samengeveegd worden em aldus een verhoging te bekomen, Eventueel kan dit na het overbrengen van de eieren gebeuren zodanig dat het strooisel tot tegen de buitenste rij eieren geveegd kan worden.
Het strooisel dat onder de eieren gelegd wordt, kan maar moet niet hetzelfde zijn als het strooisel waarmee het ovehge deel van de vloer van de stal bedekt wordt. Bij voorkeur wordt eerst de volledige vloer van de stal met een donne laag strooisel bedekt waarna een extra laag strooisel (hetzelfde of verschillend) of bedekkingsmateriaal daar bovenop aangebracht wordt op die plaatsen waar de eieren gepositioneerd zullen worden,
Om de eieren voldoende warm te houden, heeft de laag van het bedekkingsmateriaal 3 dat op de vloer van de stal onder de eieren aangebracht wordt bij voorkeur een gemiddelde dikte van ten minste 2 cm, meer bij voorkeur van ten minste 3 cm en liefst van ten minste 4 cm. Na het overbrengen van de eieren op dit bedekkingsmateriaal 3 kan eventueel nog een bijkomende isolatie aangebracht worden, bijvoorbeeld door de eieren af te dekken met een vel, zoais een vel papier of een kunststoffolie, Ook is het mogelijk om bijvoorbeeld extra strooisel op de
B E2017/5479 eieren te strooien. Het gebruik van een vel heeft echter het voordeel dat dit terug weggenomen kan worden wanneer de eieren gaan uitkomen om aldus te vermijden dat de temperatuur van de eieren naar het uitkomen toe te sterk zou eplopen.
S Voor het controleren van de temperatuur van de eieren wordt deze bij voorkeur gemonitord voor een aantal van de eieren. De temperatuur in de étal kan dan aangepast worden aan de temperatuur van de eieren. Het meten van de temperatuur van de schaal van de eieren kan manueei gebeuren door middel van bijvoorbeeld een infrarood thermometer maar er bestaan ook automatische Systemen voor het monitoren van de temperatuur van de schalen van de eieren zoals bijvoorbeeld het OvoScan™ systeem. Dit wordt momenteei toegepast voor hef monitoren en controleren van de temperatuur In uitkomstkasten in een broeierij en zou dus enkel aangepast moeten worden aan de klimaatregeling van de vleespluimveestak
Figuur 1 geeft schematisch een uitvoeringsvorm van de overbrengmachlne 1 die voor het overbrengen van de eieren toegepast wordt weer. Deze overbrengmachine 1 is een zelfrijdende machine, voorzien van een gestel 4 waarop wielen 5 zijn bevestigd. De overbrengmachine 1 Is voorzien om tijdens het overbrengen van de eieren in de vieespluimveestsl vooruit te rijden. De overbrengmachine 1 is daartoe voorzien van een motor (niet getoond), bij voorkeur een elektromotor, voor het aandrijven van ten minste één van de wielassen. De overbrengmachine 1 is eveneens voorzien van een stuurinnchting 8 die toelaat om de rijrichîing aan te passen.
In een niet-getoonde uitvoeringsvorm wordt de overbrengmachine eveneens gebruikt om de strook of stroken bedekkingsmatehaal 3 waarop de eieren geiegd zullen worden, in de sial aan te brengen. Dit zorgt dat de stal niet op voorhand hoeft te worden voorzien met de bedekking 3. Hiertoe wordt aan overbrengmachine 1, een apparaat (niet getoond) voor het aanbrengen van het bedekkingsmatehaal 3 gekoppeld.
B E2017/5479 indien het bedekkingsmateriaal 3 een roi schuim is, kan dit eenvoudig een bouder zijn waarmee deze roi op de vloer van de stai afgeroid wordt. Indien het bedokkingsmateriaa! 3 strooisel bevat, dan is het apparast een sirooier waarmee het strooisel in de gewenste dikte op de vloer van de stel gestrooid wordt. Dit gebeurt bijvoorbeeld door middel van een rotor die aangedreven wordt door de wielen van de sirooier. Bij voorkeur bevat de strooier een regeiing waarmee de hoeveeiheid strooisel die op de vloer van de stal gestrooid wordt geregeld kan worden. Deze regeiing bevat bijvoorbeeld een regelbare koppeling tussen de wielen van de strooier en de rotor waarmee de verhouding tussen het aantal omwentellngen van de wielen on hot aantal omwentellngen van de rotor ingostold kan worden.
Bovenop de overbrengmachine 1 is een draagmechanisme 7 voorzien dat schuifbaar bevestigd is op het geste! 4 met behulp van een aantal wielen 8 die in een rail 23 rijden. Op die manier kan het gehele draagmechanisme 7 heen en weer worden verplaatst op het gestel 4, Op de overbrengmachine 1 is eveneens een actuator 9 voorzien voor hot draagmechanisme 7 zodat het gehele draagmechanisme 7 verschoven kan worden. Bij voorkeur is een sensor (niet getoond) voorzien om de rand van het draagmechanisme 7 te bepalen. Deze sonsorinformatie wordt dan gebruikt om de actuator 9 aan te sturen totdat do rand van het draagmechanisme 7 zieh op een vooraf ingostelde positie bevindt, welke positie, zoais hieronder beschreven, bepaald is op basis van de positie van de eivastneemorganen.
Het draagmechanisme 7 is voorzien van een transportmechanisme waarop de bedienaar van de machine 1 de één of meer broedlades 2 dient te plaatsen. Het transportmechanisme is aangedreven door een actuator 11, bij voorkeur een elektromotor. Met dit transportmechanisme worden de broedlades 2 in de juiste positie op de machine 1 gepositioneerd. In het bijzonder is een sensor (niet getoond) voorzien die de positie van de rand van de broedlade 2 detecteert Deze
B E2017/5479 sensorinformatie wordt dan gebruikt om de actuator 11 aan te sturen totdat de rand van de broedlade 2 zieh op een vooraf ingestelde positie bevindt, welke positie, zoais hieronder beschreven, bepaald is op basis van de positie van de eivastneemorganen.
Zoals getoond in Figuur 1 wordt het transportmechanisme gevormd door twee tegenover elkaar liggende riemen 12 waarop tegenoverliggende zijden van de broedlades 2 steunen. De riemen 12 draaien omheen een wielas 13 die aangedreven is door de actuator 11, Bij voorkeur kan de actuator 11 werken in twee verschillende richtingen waardoor de lege broedlades 2 terug naar de bediener van de machine 1 worden gesehoven.
Het is duideiijk dat de twee tegenover elkaar liggende riemen 12 ook vervangen kunnen worden door andere transportmechanismen, zoals een transportband of een rollensysteem,
Op het gestel 4 is ook een overbrengmechanisme 14 voorzien dat op en neer beweegbaar gemonteerd is op het gestel 4. Specifiek, zoals getoond in Figuur 1, is een opstaande wand 15 voorzien met daarop twee rails 18 waarin telkens één steunelement 17 schuifbaar is gemonteerd. Nabij de uiteinden van de steunelementen 17 is een behuizing 18 bevestigd, in het bijzonder via een dwarsbalk 21, waarop eivastneemerganen 19 zitten. Op de wand 15 is ook een actuator 20 voorzien voor het op en neer bewegen van de behuizing 18 met daarmee de eivastneemorganen 19. Met deze eivastneemorganen 19 worden de eieren uit de broedlades 1 gelicht en vervolgens op het bedekkingsmatenaal 3 gepositioneerd door de oehele behuizing 18 op en
Voor het vastnemen van de eieren is, zoals hieronder în meer detail beschreven m.b.t. Figuren 3a tot en met 3d, eon actuator in de vorm van een vacuümpomp 25 voorzien om de lucht weg fe zuigen uit de eivastneemorganen 19 wanneer deze tegen eieren staan gepositioneerd, Indien de eivastneemorganen 19 voorzien zijn om de eieren vast te
BE2017/5479 grÿpen met mechanische middelen ken de vacuümpomp 25 vervangen worden door een ander type actuator, bijvoorbeeld een elektromotor, voor het aandrijven van de mechanische middelen.
In een alternatieve uitvoeringsvorm Ran het draagmechanisme 7 5 zijwaarts naast het overbrengmechanisme 14 geplaatst werden. Echter, verdient het de voorkeur om hef draagmechanisme 7 in de rijrichting achter het overbrengmechanisme 14 fe plaatsen zoals geïllustreerd in Figuur 1. Dit vormt namelijk een stabielere uitvoering ten opzichte van een zijwaarts bevestigd draagmechanisme 7. Het is eveneens mogelijk om het draagmechanisme 7 in de rijrichting voor het overbrengmechanisme 14 te plaatsen,
Figuren 2a en 2b tonen details omirent de behuizing 18 waarop de eivastneemorganen 19 zijn voorzien, Specifiek bestaat de behuizing 18 uit vÿf aparte kästen 18a, 18b, 18c, 18d, 18e die onderling zijn verbonden met twee koppelstangen 31 en één koppelsîuk 32 per koppelsiang 31 per kast18a, 18b, 18c, 18d, 18e. Op elk van deze kästen 18a, 18b, 18c, 18d, 18e zijn, zoals getoond in Figuur 1, twee rijen met eivastneemorganen 19 aangebracht. De kast 18c is vast bevestigd aan de steunelementen 17 in de rails 16 op de opstaande wand 15. Door de koppelstangen 31 en de koppelsîukken 32 ondergaan de kästen 18a, 18b, 18d, 18e dezelfde verticale verpiaatsing als de kast 18c, Het is duidelijk dat een ander aantal koppelstangen 31, bijvoorbeeld slechts één, kan worden gebruikt om de kästen 18a, 18b, 18c, 1 Sd, 18e aan elkaar te koppelen.
De vacuümpomp 25 is aangesloten op de kast 18d via een hoofdslang en vanuit de kast 18d gaan twee verdeeislangen 29 naar elke andere kast 18a, 18b, 18c, 18e, Met andere woorden, elke kast 18a, 18b, 18c, 18d, 18e doet dienst als een vacuümreservoir waarbij de vacuümpomp maar direct werkt op één van de kästen 18a, 18b, 18c, 18d, 18e, Indien gewenst is het ook mogelijk om maar één verdeelslang
29 naar elke kast 18a, 18b, 18c, 18e, dit verlaagt echter de snelheid waarmee de eieren kunnen worden vastgenomen door de
B E2017/5479 eivastneemorganen 19, Eveneens kunnen meer den twee verdeeislangen 29 naar elke kast 18a, 18b, 18c, 18e worden voorzien zodat de nodige onderdruk voor het vastnemen van de eieren sneller wordt bereikt, § Zoals getoond in Figuren 2a en 2b, hebben de kästen 18a, 18b,
18c, 18d, 18e onderling twee verschillende standen, in Figuur 2a, zijn de kästen 18a, 18b, 18c, 18d, 18e in hun dichte stand, waarbij de onderlinge afstand tussen de kästen 18a, 18b, 18c, 18d, 18e zodanig is gekozen dat de onderlinge afstand tussen de eivastneemorganen 19 overeenkomt met de onderlinge afstand tussen de eieren in de broediades 2, m.a.w. het formaat van de broediades 2 bepaalt de positionering van de eivastneemorganen 19 en de kssten 18a, 18b, 18c, 18d, 18e.
In Figuur 2b, zijn de kästen 18a, 18b, 18c, 18d, 18e uit elkaar geschoven, waardoor elk paar rijen van eivastneemorganen 19 een zekere afstand van elkaar gescheiden zijn. Met andere woorden, indien de eieren zijn vastgenomen door de eivastneemorganen 19 is het mogelijk om deze per paar rijen uit elkaar weg te schuiven, Op deze manier is het in het bijzonder mogelijk om de eieren op een grotere afstand van elkaar op het bedekkîngsmatenaal 3 te positioneren zodanig dat de temperatuursverhoging van de eieren naar het uitkomen toe beter onder contrôle gehouden kan worden.
Voor het uit elkaar schuiven van de kästen 18a, 18b, 18c, 18d, 18e is een piston-zuiger mechanisme 30 voorzien dat aangedreven is door een actuator 28 die op de opstaande wand 15 is bevestigd zoals getoond in Figuur 1. Dit piston-zuiger mechanisme 30 is bevestigd aan zowel kast 18a als kast ISe an schuift deze van elkaar weg of naar elkaar toe, Op het einde van de koppelstang 31 zit dan een aanslag die de maximale afstand tussen kästen 18a, 18e bepaalt, Bij voorkeur is deze aanslag regeibaar, dit kan eenvoudig worden verkregen door de aanslag uit te voeren als een pin die in meerdere gaten in de koppelstang 31 kan worden geplaatst. Tussen elke twee aangrenzende kästen 18a, 18b, 18c,
B E2017/5479
18d, 18e is een ketting 33 voorzien. Doze kettingen 33 zorgen dat de kasîors 18b, 18c, 18d uit elkaar schuiven bij een onderlinge verplaatsing van de kästen 18a, 18e. Daarenboven bepalen deze kettingen 33 mede de maximaal uitgeschoven stand van de behuizing 18. Met andere woorden, door het vervangen van deze kettingen 33 door längere of ködere kettingen kan de onderlinge maximale afstand tussen de kästen 18a, 18b, 18c, 18d, 18e ook worden geregeld.
Het is duidelijk dat de behuizing 18 niet uit verschillende ten opzichte van elkaar beweegbare deien meet bestaan, maar dat een integrale behuizing 18 ook kan worden gebruikt om de eieren in de stal te äeggen, waarbij de integrale behuizing 18 dan éèn enkei vacuümreservoir vormt voor de eivastneemorganen 19.
Zoals getoond in Figuur 1 is de overbrengmachine 1 voorzien van een draagbare stroomgenerator 27 die op het gestel 4 is gemonteerd en voorzien is voor het aanieveren van stroom aan de verschillende actuatoren 9, 11, 20, 25, 26, Een dergeiijke stroomgenerator 27 overkomt de nadeien verbonden aan een stroomvoorziening op batterijen die natuuriijk eindig is. Eveneens is het niet nodig om een aansluiting op een extern stroomnet te voorzien, waarbij kabels doorheen de stal zouden moeten worden voorzien.
In een voordelige uitvoeringsvorm is de stroomgenerator 27 afneembaar van het gestel 4. Op die manier kan de stroomgenerator 27 afzonderlijk worden schoongemaakt, waardoor er gemakkelijk onderhoud is en waardoor het risico op een verontreiniging ook daalt.
Verder is de overbrengmachine 1 ook voorzien van een controiemeohanisme (niet getoond) om de werking van de verschillende bestanddelen, zoals de actuatoren 9,11,20, 25, 28, te controleren, Hef is duidelijk dat één of meerdere van de actuatoren 9, 11, 20, 25, 28 ook gecombineerd kunnen worden in één of meergezamenlijke actuatoren.
In de getoonde uitvoeringsvorm start een bediener van de overbrengmachine 1 met één broediade 2 gevuld met eieren op het
B E2017/5479 draagmechanisme 7 te plaatsen. Het transportmecbanisme, Le. de nemen 12 met de actuator 11, verplaatsen de geplaatste broedlade 2 zodat de bediener een tweede broedlade 2 naast de reeds geplaatste broedlade 2 op het draagmechanisme 7 kan plaatsen. Eens beide broedlades 2 zijn geplaatst zal het transportmecbanisme de broedlades 2 naar een voorafbepaalde zijwaartse positie plaatsen, waarbij de eieren en de eivastneemorganen 19 zieh onderling op dezelfde zijwaartse Njn bevinden. Daarna schnitt het gehele draagmechanisme 7 voorwaarts tot onder het overbrengmechanisme 14, in het bijzonder tot een voorafbepaalde voorwaartse positie waarin de eieren en de eivastneemorganen 19 zieh onderling op dezelfde voorwaartse lijn bevinden. De behuizing 18 met de eivastneemorganen 19 wordt dan gezakt totdat de eivastneemorganen 19 de eieren in de broedlades 2 raken waarna de eieren worden vastgenomen, zoals hieronder in meer detail beschreven m.b.t. Figuren 3a tot en met 3d. De behuizing 18 met de eivastneemorganen 19 wordt dan omhoog verplaatst zodat de eieren uit de broedlades 2 gelicht zijn, bij voorkeur echter gebeurt dit optillen van de eieren door het vastnemen daarvan waardoor de behuizing 18 niet in zijn geheel dient omhoog te worden verplaatst, Het gehele draagmechanisme 7 kan nu weer achterwaarts worden geschoven waardoor de weg vrij is opdat de behuizing 18 met de eivastneemorganen 19 en de eieren naar onder kunnen worden geschoven tot de eieren zieh nabij de vloer, in het bijzonder nabij de bekleding 3 op de vloer, van de stal bevinden, Daarna worden de eieren los geiaten zoals hieronder in meer detail beschreven m.b.t. Figuren 3a tôt en met 3d. Tijdens het op het bedekkingsmateriaal 3 plaatsen van de eieren wordt de overbrengmachine 1 bij voorkeur gestopt, dit om de eieren zo voorzichtig mogelijk op het bedekkingsmateriaal 3 te kunnen aanbrengen, Daarna wordt de behuizing 18 weer omhoog verplaatst, Bij voorkeur gelijktijdig worden de lege broedlades 2 ook van het draagmechanisme 7 verwijderd, dit kan manueel of door het
BE2017/5479 transportsysteem gebeuren. Bÿ deze gehele werking komen de broedlades 2 dus niet in contact met de stal of met het daarin aangebrachte strooisel zodanig dat er geen gevaar is op besmetling van de broediades.
Figuren 3a ten en met 3d tonen details omirent de eivastneemorganen 19 en de werking daarvan, i.e, het vastnemen van de eieren uit de broedlade 2 en het positioneren van de eieren in de bedekking 3. Concreet zijn deze uitgevoerd als zuignappen 22 waarin de bovenkant van één ei past zoals getoond in Figuur 3a, in de praktijk worden dergelijke eivastneemorganen 19 reeds in de stationaire overbrengmachines waarmee in de broeierij de voorgebroede eieren vanuit de broedlades 2 in uitkomstbakken overgeiegd worden toegepast. Een voorbeeid hiervan is da Petersime Transferring Machine die voorzien is van 150 zuignappen zodanig dat de 150 eieren van één broedlade in één keer in een uitkomstbak overgeiegd kunnen worden,
Wanneer de zuignappen 22 tegen hun respectievelijk ei 23 komen te staan wordt de vacuümpomp 25 geactiveerd die lucht wegzuïgt uit de ruimte bsnnenîn de zuignappen 22. Hierdoor worden de eieren aangezogen zoals aangeduid met de zwarte pijl in Figuur 3b. Op deze figuur is ook te zien dat, door het aanzuigen van de eieren, de zuignappen 22 worden samengedrukt, wat er voor zorgt dat de eieren gedeeltelijk uit de broedlades 2 worden geliebt, Het is voor een vakman duidelijk dat, in een niet-getoonde uitvoeringsvorm, de eieren door de aanzuigende werking van de zuignappen zelfs geheel uit hun broedlade
2 kunnen worden geliebt, hetgeen een tijdsbesparing oplevert.
Door het verlegen van de gehele behuizing 1B, zoals hierboven beschreven, wordt de eieren tot vlak boven de bedekking 3 verplaatst zoals getoond in Figuur 3c, waarbij de verlaging werd aangeduid met de zwarte pijl. Door het uitschakelen van de vacuümpomp 23 komt er opnieuw lucht in de zuignap 22 waardoor de zuignap terug uitzet naar zijn oorspronkelijke vorm. Hierdoor wordt het ei gedeeltelijk in de
B E2017/5479 bedekking 3 geduwd zoals getoond in Figuur 3d. Dit is voordelig voor het isoleren van de eieren, Eveneens wordt dit automatisch bereikt zonder dat het nodig is dergelijke kuiltjes op voorhand aan te brengen.
In een voordelige uitvoeringsvorm is het ook mogelijk dat do 5 vacuümpomp 23 lucht kan blazen naar de behuizing 18 en dus naar de zuignappen 22. Mot andere woorden, de vacuümpomp îs omkeerbaar en kan zowel lucht blazen als lucht wegzuigen. Op die manier is hef mogelijk om, tijdens het positioneren van de eieren in do bedekking 3, de vacuümpomp lucht te laten blazon. Vooreersî zal dit zorgen dat de zuignappen 22 de eieren sneller loslaten waardoor de aigehele werking van de overlegmachine 1 wordt versneld, Daarnaast draagt die luchtstroom ook bij aan het in de bedekking duwen van do eieren 3. Indien gewenst kan ook enkel de luchtstroom worden gebruikt voor het induwen van de eieren in de bedekking 3.
Alternatief is het mogelijk om do eieren enkel op de bedekking 3 te positioneren zonder deze daar in te duwen. Dit kan in het bijzonder voordelig zijn indien het bedekkingsmateriaal 3 een roi schuim bevat die op de vloer van de stal afgeroid wordt, waarop daarin reeds op voorhand kuiltjes voor de eieren voorzien worden. Op die manier worden de eieren afdoende ge'isoleerd en dienen deze niet in de bedekking 3 te worden geduwd.
Het is duidelijk dat de zuignappen 22 ook kunnen worden vervangen door mechanische grijpers zoais beschreven in EP 3 044 097, Hierbij kunnen de mechanische grijpers de eieren, indien gewenst, ook positioneren in de bedekking 3, door de eieren, terwijl deze nog zijn vastgenomen, in de bedekking 3 te duwen en pas daarna los te laten. Echter, verdienen zuignappen de voorkeur over mechanische grijpers omdat deze het kleinste risico op beschadiging van de eieren met zieh meebrengen.
Figuur 4 toont hot eindresultaat van het overleggen van de eieren van de broediades 2 naar de bedekking 3 op de vloer van de stal.
B E2017/5479
4Γ>
Zoals te zien zijn de eieren 23 per paar rijen gepositioneerd met wat meer open ruimte tussen de paren rijen, dit is het resultaat van het van elkaar weg verplaatsen van verschillende delen van de behuizing 18 zoals hierboven beschreven. Op deze manier is het in het bijzonder mogelijk om de eieren op een grotere afstand van elkaar op het bedekkingsmateriaai 3 te positioneren zodanig dat de temperatuursverhoging van de eieren naar het uitkomen toe beter onder contrôle gehouden kan worden.
De hierboven beschreven overbrengmachine 1 laat toe cm de 10 eieren op gelijk welke plaats in de stal aan te brengen. Om de stookkosten te beperken, verdient het de voorkeur om vooraf te meten op welke plaats bet warms! is in de stak Dit kan afhankelijk zijn van het verwarmingssysîeem maar ook van de windrichting. Op basis van de gemeten temperaturen, kan dan bepaald worden waar de eieren gelegd 15 zullen worden, namelijk op die plaats waar de temperatuur zo optimaal mogelijk is voor het uitkomen van de eieren, Gewoonlijk zal dit op de wärmste plaats in de stal gebeuren tenzij een koeling in de stal vereist zou zijn, hetgeen echter zeer uitzondarlijk Is.
Alhoewel aspeoten van de huidige uitvinding beschreven zijn met betrekking lot specifieke uitvoeringsvormen is het duidelijk veor een vakman dat deze aspeoten ook in andere vormen in de praktijk kunnen worden gebracht.
B E2017/5479

Claims (19)

  1. Conclusies
    1. Een overbrengmachine (1) voor het in een pluimveestal op een vloer daarvan leggen van eieren (23) die zieh in broedlades (2) bevinden waarin deze werden voorgebroed, welke overbrengmachine (1) omvat:
    - een geconfigureerd is voor het dragen van tenminste één van genoemde broedlades (2) met voorgebroede eieren (23); en ~ een overbrengmechanisme (14) dat op het gestel (4) bevestigd is en een reeks eivastneemorganen (19) bevat die elk geconfigureerd zijn voor het vastnemen van één van de voorgebroede eieren (23), waarbij het overbrengmechanisme (14) geconfigureerd is voor het uit genoemde broedlades (2) lichten van de voorgebroede eieren (23) en voor het op genoemde vloer leggen van de voorgebroede eieren (23) op genoemde vloer, daardoor gekenmerkt dat het overbrengmechanisme (14) volgens een voorafbepaaid pad op en neer beweegbaar op het gestel (4) is gemonteerd tussen een bovenste stand en een onderste stand en dat het draagmechanisme (7) been en weer beweegbaar op het gestel (4) is gemonteerd tussen een buitenste stand, waarin het draagmechanisme (7) zieh buiten het pad van het overbrengmechanisme (14) bevindt, en een binnenste stand, waarin het draagmechanisme (7) zieh in het pad van het overbrengmechanisme (14) bevindt, waarbij de overbrengmachine (1 ) verder omvat:
    ~ een eerste actuator (20) geconfigureerd voor bot op en neer bewegen van het overbrengmechanisme (14);
    ~ een tweede actuator (9) geconfigureerd voor het heen en weer bewegen van het draagmechanisme (7);
    - een derde actuator (25) geconfigureerd voor het bedienen van de eivastneemorganen (19); en
    B E2017/5479
    - een controlemechanisme geconfigureerd voor het uitvoeren van de voigende stappen:
    a) het aansturen van genoemde tweede actuator (9) voor het bewegen van het draagmechanisme (7) van zijn buitenste stand naar zijn binnenste stand;'
    b) het aansturen van genoemde eerste actuator (20) voor het neerwaarts bewegen van het overbrengmechanisme (14) naar de voorgebroede eieren (23) die zieh In genoemde broedlades (2) op het draagmechanisme (7) bevinden;
    c) het aansturen van genoemde derde actuator (25) voor bet vast nemen van de voorgebroede eieren (23) met de eivastneemorganen (19);
    d) het aansturen van genoemde tweede actuator (9) voor het bewegen van het draagmechanisme (7) van zijn binnenste stand naar zijn buitenste stand;
    e) het aansturen van genoemde eerste actuator (20) voor het neerwaarts, naar de vloer toe, bewegen van het overbrengmechanisme (14) langsheen het pad;
    f) het aansturen van genoemde derde actuator (25) voor het ios Iaten van de voorgebroede eieren (23) uit de eivastneemorganen (19) om deze op de vloer te ieggen; en
    g) het aansturen van genoemde eerste actuator (20) voor het opwaarts bewegen van het overbrengmechanisme (14) naar zijn bovenste stand.
  2. 2. Een overbrengmachine (1) voigens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het overbrengmechanisme (14) ten minste twee heen en weer van elkaar verplaafsbare draageiementen (18a, 18b, 18c, 18d, 18e) omvat en een vierde actuator (28) geconfigureerd voor het heen en weer van elkaar bewegen van genoemde ten minste twee draageiementen (18a, 18b, 18c, 1Bd, 18e), waarbij op elke van de draageiementen (18a, 18b, 18c, 18d, 18e) een aantal van de reeks eivastneemorganen (19) zijn aangebracht en waarbij het controlemechanisme verder geconfigureerd
    B E2017/5479 is voor:
    - het, na stap d) en voor stap f), aansturen van genoemde vierde actuator (28) voor het van elkaar weg bewegen van genoemde draagelementen (18a. 18b, 18c, 18d, 18e); en
    5 - het, na stap f), aansturen van genoemde vierde actuator (26) voor het naar elkaar toe bewegen van genoemde draagelementen (18at 18b, 18c, 18d, 18e).
  3. 3. Een overbrengmaobine (1) volgens conclusie 2, daardoor 10 gekenmerkt dat genoemde vierde actuator (28) een pneumatisch pistonzuiger mechanisme (30) omvat, waarbij ten minste één insteibare begrenzer (33) îs voorzien tussen genoemde draagelementen (18a, 18b, 18o, 18d, 18e) voor het regelen en begrenzen van een maximale onderlinge afstand tussen genoemde draagelementen (18a, 18b, 18c,
    15 18d, 18e).
  4. 4. Een overbrengmachine (1) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het voorafbepaald pad van het overbrengmechanisme (14) een voorafbepaald pad van elk van de
    20 eivastneemorganen (19) van de reeks eivastneemorganen (19) bepaait, waarbij het draagmechanisme (7) positioneermiddelen omvat die geconfigureerd zijn voor het positioneren van de broedlade (2) zodat eik van de voorgebroede eieren (23) zieh op het voorafbepaald pad van één van de eivastneemorganen (19) bevindt, waarbij het draagmechanisme
    25 (7) een vijfde actuator (11 ) omvat geconfigureerd voor het aandrijven van de positioneermiddelen en waarbij het controlemechanisme verder geconfigureerd is voor het, vodr stap b), aansturen van genoemde vijfde actuator (11) voor het positioneren van de broedlade (2) in het pad van het draagmechanisme (7) zodat elk van de voorgebroede eieren (23) zieh
    30 op het voorafbepaald pad van één van de eivastneemorganen (19) bevindt.
    BE2017/5479
  5. 5, Een overbrengmachine (1) volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat de positioneermiddeien een transportmechanlsme (12) omvatten geconfigureerd voor de broedlade (2) in een nagenoeg
    5 horizontale richting te bewegen.
    8, Een overbrengmachine (1) volgens conclusie 4 of 5, daardoor gekenmerkt dat een bewegingsrichting van de positioneermiddeien nagenoeg Ioodrecht Staat op de heen en weer bewegingsriohting van het
    18 draagmechanisme (7).
  6. 7. Een overbrengmachine (1) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het draagmechanisme (7) in een nagenoeg horizontale richting heen en weer beweegbaar bevestigd is op
    15 het gestel (4),
  7. 8. Een overbrengmachine (1) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat genoemde broedlades (2) een nagenoeg rechthoekige vorm hebben, waarbij het draagmechanisme (7)
    20 voorzien is voor het dragen van ten minste twee broedlades (2) die met hun korte zijde nagenoeg tegen elkaar zijn geplaatst.
  8. 9. Een overbrengmachine (1) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat elk eivastneemorgaan (19) een
    25 zuignap (22) omvat die geconfigureerd is voor het, tijdens stap b), contact te maken met één van de voorgebroede eieren (23), waarbij genoemde derde actuator (25), bij voorkeur een vacuümpomp, geconfigureerd is voor het lucht wegzusgen uit de zuignappen (22) voor het door vastzuigen vastnemen van de voorgebroede eieren (23).
  9. 10. Een overbrengmachine (1) volgens conclusie 9 ten minste
    B E2017/5479 afhankelijk van conclusse 2, daardoor gekenmerkt dat elk van de genoemde draagelementen (18a, 18b, 18c, 18dt 18e) voorzien is van een vacuümreservoir waarop de eivastneemorganen (19) van genoemd draagelemenî (18a, 18b, 18c, 18d, 18e) zijn aangesloten, waarbij
    S genoemde derde actuator (25) geconfigureerd is voor het lucht wegzuigen uit de vacuümreservoirs.
  10. 11. Een overbrengmachine (1) voigens conclusie 9 of 10, daardoor gekenmerkt dat genoemde zuignappen (22) verend zijn, bij voorkeur
    10 blaasbalgvormig, zodat, tijdens stap f), door een kracht gegenereerd door de verende zuignappen (22) elk van do voorgebroede eieren (23) een zekere diepte indringt in een laag bedekkingsmateriaal (3), bij voorkeur isolerend bedekkingsmateriaal (3) dat, bij verdere voorkeur, strooisei bevat, op de vloer van de pluimveestal.
  11. 12. Een overbrengmachine (1) voigens één van de conclusies 9 tot 11, daardoor gekenmerkt dat genoemde derde actuator (25) verder geconfigureerd is voor het, tijdens stap f), pompen van lucht in elke zuignap (22) zodat elk van de voorgebroede eieren (23) een zekere
    20 diepte indringt in een laag bedekkingsmateriaal (3), bij voorkeur isolerend bedekkingsmateriaal (3) dat, bij verdere voorkeur, strooisei bevat, op de vloer van de pluimveestal,
  12. 13. Een overbrengmachine (1) voigens één van de voorgaande
    25 conclusies, daardoor gekenmerkt dat één cf meer, bij voorkeur elk, van de aotuatoren (9,11,20, 25, 28) pneumatisch aangedreven is.
  13. 14. Een overbrengmachine (1) voigens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het aantal eivastneemorganen (19)
    30 uit genoemde reeks overeenstemt met het aantal eieren (23) in één of in meerdere van de broediades (2), in het bijzonder in één of in twee van de
    B E2017/5479 broedlades (2), waarbij het overbrengmechanisme (14) geconfigureerd is voor hat gelijktijdig lichten van eik van de voorgebroede eieren (23) uit elk van de broedlades (2),
  14. 15. Een overbrengmachine (1) volgens één van de voorgaande conclusses, daardoor gekenmerkt dat genoemde reeks eivastneemorganen (19) ten minste 30, bij voorkeur ten minste 50, meer bij voorkeur ten minste 100 en in het bijzonder 30Q eivastneemorganen (19) bevat
  15. 16. Een overbrengmachine (1) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het geste! (4) voorzien is van eerste geleidîngsmiddelen (18) en het overbrengmechanisme (14) van tweede geieidingsmiddelen (17), waarbij de eerste en de tweede geleidîngsmiddelen (16, 17) het pad bepalen van het
  16. 17. Een overbrengmachine (1) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de overbrengmachine (1) voorzien is van een motor geconfigureerd voor het door de piuimveestal verrijden van het gestel (4).
  17. 18. Een overbrengmachine (1) voigens één van de voorgaande conclusses, daardoor gekenmerkt dat het controlemechanisme verder geconfigureerd is voor het, na stap c) en voor stap d), aansturen van genoemde eerste actuator (20) voor het opwaarts bewegen van het overbrengmechanisme (14) om de door de eivastneemorganen (
  18. 19) vastgenomen voorgebroede eieren (23) uit genoemde broedlades (2) te lichten.
    B E2017/5479
    B E2017/5479
    33z 32
    B E2017/5479
    B E2017/5479
    B E2017/5479
    5 deze werden voorpebroed”
    Een overbrengmachine (1) waarbij de broedlades (2) met voorgebroede eieren op een draagmechanisme (7) worden geplaatst, welk draagmechanisme (7) de broedlades (2) positioneert onder een
    10 overbrengmechanisme (14) dat een reeks eivastneemorganen (19) omvat. Door het overbrengmechanisme (14) neerwaarts tot tegen de eieren te bewegen, kunnen de eivastneemorganen (19) de eieren vast nemen en uit de broedlades tillen. Hierna kan het draagmechanisme (7) uit het pad van het overbrengmechanisme (14) bewogen worden,
    15 waardoor de eieren, door een neerwaartse beweging van het overbrengmechanisme (14), nabij de vloer worden gebracht, waar de eivastneemorganen (19) de eieren ïoslaten zodat deze op de vloer liggen. Hierdoor ondergaan de eieren, wanneer deze uit de broedlades zijn getiid, enkel een neerwaartse beweging, hetgeen een lager risico tot
  19. 20 beschadiging van de eieren heeft in vergelijking met een zijwaartse beweging van de eieren, wanneer deze zieh uit de broedlades bevinden en deze dus met elkaar in contact kunnen komen.
BE20175479A 2017-07-05 2017-07-05 Overbrengmachine voor het in een pluimveestal op een vloer daarvan leggen van eieren die zich in broedlades bevinden waarin deze werden voorgebroed BE1024985B1 (nl)

Priority Applications (24)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20175479A BE1024985B1 (nl) 2017-07-05 2017-07-05 Overbrengmachine voor het in een pluimveestal op een vloer daarvan leggen van eieren die zich in broedlades bevinden waarin deze werden voorgebroed
NL2021106A NL2021106B1 (nl) 2017-07-05 2018-06-12 Overbrengmachine voor het in een pluimveestal op een vloer daarvan leggen van eieren die zich in broedlades bevinden waarin deze werden voorgebroed
FR1855182A FR3068571B3 (fr) 2017-07-05 2018-06-13 Machine de transfert pour deposer dans un batiment avicole sur un sol de celui-ci des oeufs qui se trouvent dans des tiroirs d'incubation dans lesquels ils ont ete precouves
UAA201912068A UA124791C2 (uk) 2017-07-05 2018-06-25 Транспортувальна машина для укладання яєць на підлозі пташника, причому вказані яйця розташовані в інкубаційних лотках, в які вони були укладені
DK18732795.2T DK3648582T3 (da) 2017-07-05 2018-06-25 Overføringsmaskine til at lægge æg på et gulv af et fjerkræshus, hvor nævnte æg er lokaliseret i sætterbakker i hvilke de er sat
LTEPPCT/EP2018/066962T LT3648582T (lt) 2017-07-05 2018-06-25 Perkėlimo įrenginys kiaušiniams sudėti ant paukštidės grindų, kur minėti kiaušiniai yra inkubaciniuose padėkluose, į kuriuos jie buvo padėti
PT187327952T PT3648582T (pt) 2017-07-05 2018-06-25 Máquina de transferência para colocar ovos num pavimento de um aviário, estando os referidos ovos posicionados em bandejas de incubação nas quais foram incubados
JP2019570526A JP7116096B2 (ja) 2017-07-05 2018-06-25 抱卵されたセッタートレイの中に設置されている卵を鶏舎の床に置くための移送機
PCT/EP2018/066962 WO2019007741A1 (en) 2017-07-05 2018-06-25 TRANSFER MACHINE FOR PLACING EGGS ON A FLOOR OF A POULTRY, THESE EGGS BEING LOCATED IN INCUBATION TRAYS IN WHICH THEY HAVE BEEN INCUBATED
AU2018296713A AU2018296713B2 (en) 2017-07-05 2018-06-25 Transfer machine for laying eggs on a floor of a poultry house, said eggs being located in setter trays in which they were set
CA3067756A CA3067756A1 (en) 2017-07-05 2018-06-25 Transfer machine for laying eggs on a floor of a poultry house, said eggs being located in setter trays in which they were set
IL271617A IL271617B2 (en) 2017-07-05 2018-06-25 A drive machine for eggs placed on the floor of a coop and eggs placed in laying trays
MX2019015831A MX2019015831A (es) 2017-07-05 2018-06-25 Maquina de transferencia para la colocacion de huevos en un piso de un corral de aves, dichos huevos estando localizados en charolas de colocacion en las cuales fueron puestos.
SI201830441T SI3648582T1 (sl) 2017-07-05 2018-06-25 Prenosni stroj za odlaganje jajc na tla hiše za perutnino, omenjena jajca so locirana v nastanitvenih pladnjih, kjer so postavljena
HRP20211623TT HRP20211623T1 (hr) 2017-07-05 2018-06-25 Prijenosni stroj za postavljanje jaja na pod peradarnika, pri čemu su spomenuta jaja smještena u inkubacijskim ladicama u koja su položena
RU2019142695A RU2757422C2 (ru) 2017-07-05 2018-06-25 Машина для транспортировки для укладывания яиц на полу птичника, причем указанные яйца расположены в инкубационных лотках, в которые они были уложены
PL18732795T PL3648582T3 (pl) 2017-07-05 2018-06-25 Maszyna przenosząca do układania jaj na podłożu kurnika, wspomniane jaja znajdują się na tacach do znoszenia jaj, w których zostały zniesione
KR1020197037769A KR102650790B1 (ko) 2017-07-05 2018-06-25 알이 놓여 있던 세터 트레이에 위치되는 알을 가금사의 바닥에 놓아두기 위한 이송 기계
ES18732795T ES2897003T3 (es) 2017-07-05 2018-06-25 Máquina de transferencia para colocar huevos en el suelo de un corral, estando dichos huevos ubicados en bandejas de incubación en las que se colocaron
BR112019027369-7A BR112019027369B1 (pt) 2017-07-05 2018-06-25 Máquina de transferência para depositar ovos em um piso de um galinheiro
HUE18732795A HUE056576T2 (hu) 2017-07-05 2018-06-25 Átrakógép azokban a keltetõ tálcákban lévõ tojásoknak egy baromfiház padlójára történõ lehelyezésére, amelyekben a tojások lerakásra kerültek
US16/625,364 US11278008B2 (en) 2017-07-05 2018-06-25 Transfer machine for laying eggs on a floor of a poultry house, said eggs being located in setter trays in which they were set
EP18732795.2A EP3648582B1 (en) 2017-07-05 2018-06-25 Transfer machine for laying eggs on a floor of a poultry house, said eggs being located in setter trays in which they were set
ZA201908442A ZA201908442B (en) 2017-07-05 2019-12-18 Transfer machine for laying eggs on a floor of a poultry house, said eggs being located in setter trays in which they were set

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20175479A BE1024985B1 (nl) 2017-07-05 2017-07-05 Overbrengmachine voor het in een pluimveestal op een vloer daarvan leggen van eieren die zich in broedlades bevinden waarin deze werden voorgebroed

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1024985B1 true BE1024985B1 (nl) 2018-09-05

Family

ID=59366166

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20175479A BE1024985B1 (nl) 2017-07-05 2017-07-05 Overbrengmachine voor het in een pluimveestal op een vloer daarvan leggen van eieren die zich in broedlades bevinden waarin deze werden voorgebroed

Country Status (23)

Country Link
US (1) US11278008B2 (nl)
EP (1) EP3648582B1 (nl)
JP (1) JP7116096B2 (nl)
KR (1) KR102650790B1 (nl)
AU (1) AU2018296713B2 (nl)
BE (1) BE1024985B1 (nl)
CA (1) CA3067756A1 (nl)
DK (1) DK3648582T3 (nl)
ES (1) ES2897003T3 (nl)
FR (1) FR3068571B3 (nl)
HR (1) HRP20211623T1 (nl)
HU (1) HUE056576T2 (nl)
IL (1) IL271617B2 (nl)
LT (1) LT3648582T (nl)
MX (1) MX2019015831A (nl)
NL (1) NL2021106B1 (nl)
PL (1) PL3648582T3 (nl)
PT (1) PT3648582T (nl)
RU (1) RU2757422C2 (nl)
SI (1) SI3648582T1 (nl)
UA (1) UA124791C2 (nl)
WO (1) WO2019007741A1 (nl)
ZA (1) ZA201908442B (nl)

Cited By (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2020240355A1 (en) 2019-05-24 2020-12-03 Vervaeke-Belavi Transfer machine and use thereof in a poultry house for transferring incubated eggs to a floor thereof
CN112655591A (zh) * 2021-01-28 2021-04-16 厚德食品股份有限公司 一种蛋鸡养殖过程中新型自动捡蛋装置
CN113575467A (zh) * 2021-07-29 2021-11-02 福州木鸡郎智能科技有限公司 一种基于区块链算法的适用于散养鸡的鸡蛋定位方法

Families Citing this family (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2023443B1 (nl) 2019-07-05 2021-02-02 Van De Ven Beheer B V Werkwijze en inrichting voor het in een stal plaatsen van voorbebroede eieren
GB2591153B (en) * 2020-05-06 2023-06-21 Onfarmhatching Ltd An egg setting device
WO2021251490A1 (ja) * 2020-06-12 2021-12-16 株式会社ナベル 雛の生産方法、雛の生産システム
CN111887180B (zh) * 2020-06-28 2022-05-10 麻城正良农牧有限公司 一种能够避免蛋壳损坏的家禽养殖用取蛋装置

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP1414291A1 (en) * 2000-10-25 2004-05-06 Cornelius Johannes Maria Kuijpers Method of producing and rearing poultry, as well as hatcher arrangement, means of transport and poultry farm for executing the method
EP2377393A1 (en) * 2010-04-15 2011-10-19 Innovatec B.V. Device for inspecting and transferring eggs and a method applied to this end
US20120255498A1 (en) * 2011-04-07 2012-10-11 Andrew Kerner Pitzer Livestock house system and methods of quasi-continuously raising livestock in multiple phases
EP2873319A1 (en) * 2013-11-13 2015-05-20 Van de Ven Beheer B.V. Device for hatching eggs and ground stable provided with the device and method for hatching eggs in a ground stable

Family Cites Families (28)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2903290A (en) * 1954-12-09 1959-09-08 American Hatchery Engineers In Vacuum transfer machine
US3013833A (en) * 1958-12-01 1961-12-19 Dean R Gwin Vacuum pick up device
US3077993A (en) 1959-03-31 1963-02-19 Robert F Mulvany Vacuum egg lifter
US3061352A (en) * 1960-07-25 1962-10-30 Food Systems Inc Article lifting device and system
US3132735A (en) * 1960-12-19 1964-05-12 Norman P Nilsen Apparatus for processing eggs
US3230001A (en) 1961-11-22 1966-01-18 Food Systems Inc Article lifting device
US3934916A (en) * 1974-01-25 1976-01-27 Kliklok Corporation Vacuum pickup cup
US3929234A (en) * 1974-12-23 1975-12-30 Henningsen Foods Article transfer and spacer means
US4344730A (en) * 1980-07-29 1982-08-17 Dvorak Lester I Egg transfer apparatus
US4411574A (en) * 1981-07-13 1983-10-25 Diamond Automations, Inc. Egg transfer head
NO161311C (no) * 1983-02-24 1989-08-02 Reinhard Goepfert Selvdrevet innretning for hevning og forflytning av elementer som skal loeftes.
US6149375A (en) 1999-03-18 2000-11-21 Embrex, Inc. Egg removal apparatus
NL1012453C1 (nl) 1999-06-28 2001-01-02 Vencomatic B V Dierenverblijf.
JP2003137210A (ja) * 2001-11-01 2003-05-14 Naberu:Kk 有精卵移載装置
US7665949B2 (en) * 2003-05-16 2010-02-23 Layertech Holdings Pty Ltd Carton handling method and apparatus
US20070189888A1 (en) * 2006-02-09 2007-08-16 Tanner Thomas H Manipulator
US8292340B2 (en) * 2007-09-21 2012-10-23 Pfizer Inc. Method and apparatus for monitoring the performance of automated egg removal
KR100967257B1 (ko) 2007-12-28 2010-07-01 장재유 계란 살균·세척장치
WO2010043919A1 (en) * 2008-10-17 2010-04-22 Hh Intellitech Aps Lifting vehicle
NL2004696C2 (nl) * 2010-05-10 2011-11-14 Viscon B V Werkwijze en inrichting voor het vullen van houders.
JP5993191B2 (ja) * 2012-04-23 2016-09-14 Ckd株式会社 リニアアクチュエータ、真空制御装置およびコンピュータプログラム
CN105530809B (zh) * 2013-09-10 2017-10-31 硕腾服务有限责任公司 用于选择性处理蛋的设备和相关联方法
NL2011438C2 (nl) 2013-09-12 2015-03-16 Viscon B V Inrichting voor manipulatie van eieren.
ES2807588T3 (es) * 2013-10-08 2021-02-23 Zoetis Services Llc Conjunto de bomba peristáltica para inyección in ovo selectiva, y sistema y procedimiento asociados
JP2015085483A (ja) * 2013-11-01 2015-05-07 セイコーエプソン株式会社 ロボット、制御装置、及びロボットシステム
NL2013569B1 (nl) 2014-10-03 2016-07-07 Agri-Invent B V Werkwijze voor het uitbroeden van broedeieren, nabroedhouder voor het uitbroeden van broedeieren, alsmede gebruik van een dergelijke nabroedhouder.
US10602724B2 (en) * 2015-02-09 2020-03-31 Zoetis Services Llc Lift assembly for processing eggs, and associated method
BE1023719B1 (nl) * 2016-05-11 2017-06-26 Vervaeke-Belavi Nv Werkwijze voor het naar een vleespluimveestal overbrengen van voorgebroede eieren en daarbij toegepaste overlegmachine

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP1414291A1 (en) * 2000-10-25 2004-05-06 Cornelius Johannes Maria Kuijpers Method of producing and rearing poultry, as well as hatcher arrangement, means of transport and poultry farm for executing the method
EP2377393A1 (en) * 2010-04-15 2011-10-19 Innovatec B.V. Device for inspecting and transferring eggs and a method applied to this end
US20120255498A1 (en) * 2011-04-07 2012-10-11 Andrew Kerner Pitzer Livestock house system and methods of quasi-continuously raising livestock in multiple phases
EP2873319A1 (en) * 2013-11-13 2015-05-20 Van de Ven Beheer B.V. Device for hatching eggs and ground stable provided with the device and method for hatching eggs in a ground stable

Cited By (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2020240355A1 (en) 2019-05-24 2020-12-03 Vervaeke-Belavi Transfer machine and use thereof in a poultry house for transferring incubated eggs to a floor thereof
BE1027307A1 (nl) 2019-05-24 2020-12-16 Vervaeke Belavi Overlegmachine en gebruik daarvan voor het in een pluimveestal op een vloer daarvan overleggen van bebroede eieren
CN112655591A (zh) * 2021-01-28 2021-04-16 厚德食品股份有限公司 一种蛋鸡养殖过程中新型自动捡蛋装置
CN112655591B (zh) * 2021-01-28 2022-06-28 厚德食品股份有限公司 一种蛋鸡养殖过程中新型自动捡蛋装置
CN113575467A (zh) * 2021-07-29 2021-11-02 福州木鸡郎智能科技有限公司 一种基于区块链算法的适用于散养鸡的鸡蛋定位方法
CN113575467B (zh) * 2021-07-29 2022-09-09 福州木鸡郎智能科技有限公司 一种基于区块链算法的适用于散养鸡的鸡蛋定位方法

Also Published As

Publication number Publication date
CA3067756A1 (en) 2019-01-10
PT3648582T (pt) 2021-11-08
RU2019142695A (ru) 2021-08-05
EP3648582B1 (en) 2021-09-08
RU2757422C2 (ru) 2021-10-15
FR3068571B3 (fr) 2019-11-29
IL271617A (en) 2020-02-27
JP7116096B2 (ja) 2022-08-09
DK3648582T3 (da) 2021-10-25
AU2018296713A1 (en) 2020-01-16
US20210153480A1 (en) 2021-05-27
IL271617B2 (en) 2023-03-01
US11278008B2 (en) 2022-03-22
KR102650790B1 (ko) 2024-03-25
BR112019027369A2 (pt) 2020-08-18
AU2018296713B2 (en) 2023-03-09
HUE056576T2 (hu) 2022-02-28
KR20200027473A (ko) 2020-03-12
IL271617B (en) 2022-11-01
WO2019007741A1 (en) 2019-01-10
ZA201908442B (en) 2020-11-25
PL3648582T3 (pl) 2022-01-24
UA124791C2 (uk) 2021-11-17
NL2021106B1 (nl) 2018-11-20
ES2897003T3 (es) 2022-02-28
JP2020525004A (ja) 2020-08-27
RU2019142695A3 (nl) 2021-09-03
SI3648582T1 (sl) 2022-01-31
EP3648582A1 (en) 2020-05-13
HRP20211623T1 (hr) 2022-02-04
FR3068571A3 (fr) 2019-01-11
LT3648582T (lt) 2021-12-10
MX2019015831A (es) 2020-08-03

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1024985B1 (nl) Overbrengmachine voor het in een pluimveestal op een vloer daarvan leggen van eieren die zich in broedlades bevinden waarin deze werden voorgebroed
NL2018892B1 (nl) Werkwijze voor het naar een pluimveestal overbrengen van voorgebroede eieren en daarbij toegepaste overlegmachine
BE1023633B1 (nl) Container voor het in een pluimveestal laten uitkomen van voorgebroede eieren
DE202018003099U1 (de) Umlegemaschine zum Legen von Eiern auf den Boden eines Geflügelstall in Bruthorden, in denen sie angebrütet wurden
JP2022543162A (ja) 特に昆虫を飼育する装置および方法
BE1025706B1 (nl) Inrichting en werkwijze voor het verwijderen van afgekeurde eieren binnen boerderijen
CN108347905A (zh) 用于保持育肥家禽笼的支架以及育肥家禽笼
BE1025719A1 (nl) Verbeterd broedproces van eieren in broederijen.
BR112019027369B1 (pt) Máquina de transferência para depositar ovos em um piso de um galinheiro

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20180905