BE1024310A1 - Deblokkeertoestel voor een werkmachine - Google Patents

Deblokkeertoestel voor een werkmachine Download PDF

Info

Publication number
BE1024310A1
BE1024310A1 BE20165460A BE201605460A BE1024310A1 BE 1024310 A1 BE1024310 A1 BE 1024310A1 BE 20165460 A BE20165460 A BE 20165460A BE 201605460 A BE201605460 A BE 201605460A BE 1024310 A1 BE1024310 A1 BE 1024310A1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
lever
transmitting element
force transmitting
actuator
movable part
Prior art date
Application number
BE20165460A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1024310B1 (nl
Inventor
Lathauwer Tom A De
Jean-Pierre Vandendriessche
Original Assignee
Cnh Ind Belgium Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Cnh Ind Belgium Nv filed Critical Cnh Ind Belgium Nv
Priority to BE20165460A priority Critical patent/BE1024310B1/nl
Priority to BR102017013151-3A priority patent/BR102017013151B1/pt
Priority to EP17176816.1A priority patent/EP3259980B1/en
Priority to US15/630,525 priority patent/US10344839B2/en
Publication of BE1024310A1 publication Critical patent/BE1024310A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1024310B1 publication Critical patent/BE1024310B1/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16HGEARING
    • F16H21/00Gearings comprising primarily only links or levers, with or without slides
    • F16H21/10Gearings comprising primarily only links or levers, with or without slides all movement being in, or parallel to, a single plane
    • F16H21/44Gearings comprising primarily only links or levers, with or without slides all movement being in, or parallel to, a single plane for conveying or interconverting oscillating or reciprocating motions
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01FPROCESSING OF HARVESTED PRODUCE; HAY OR STRAW PRESSES; DEVICES FOR STORING AGRICULTURAL OR HORTICULTURAL PRODUCE
    • A01F12/00Parts or details of threshing apparatus
    • A01F12/56Driving mechanisms for the threshing parts
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D61/00Elevators or conveyors for binders or combines
    • A01D61/008Elevators or conveyors for binders or combines for longitudinal conveying, especially for combines
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D69/00Driving mechanisms or parts thereof for harvesters or mowers

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Transmission Devices (AREA)
  • Motorcycle And Bicycle Frame (AREA)

Abstract

Een toestel voor het veroorzaken van een schommelende beweging van een beweegbaar onderdeel bevat een actuator met verstelbare lengte (14, 34), een hefboom (15, 40) waarvan de hoekpositie geregeld wordt door de actuator en een krachtoverbrengend element (12; 48, 49) dat aan het beweegbare onderdeel is bevestigd, en waarbij de hefboom (15) is uitgerust met een paar tegenoverliggende pallen (20, 21), waarbij de pallen zo gevormd zijn dat ze ingrijpen in het krachtoverbrengende element om respectievelijk de beweging van het onderdeel in één van twee tegengestelde richtingen te veroorzaken wanneer de hefboom een neutraal positiebereik verlaat waarin alle interactie tussen beide pallen en het krachtoverbrengende element wordt belet. Het neutrale bereik kan gedefinieerd worden door een steunplaat (25) die zo gepositioneerd, gevormd en gedimensioneerd is dat wisselwerking tussen de pallen en het krachtoverbrengende element wordt belet. Het is voordelig als de verplaatsing van het onderdeel in één richting groter kan zijn dan in de tegengestelde richting.

Description

(30) Voorrangsgegevens :
(71) Aanvrager(s) :
CNH INDUSTRIAL BELGIUM NV
8210, ZEDELGEM
België (72) Uitvinder(s) :
DE LATHAUWER Tom A.
9340 LEDE België
VANDENDRIESSCHE Jean-Pierre
9420 ERPE-MERE
België (54) DEBLOKKEERTOESTEL VOOR EEN WERKMACHINE (57) Een toestel voor het veroorzaken van een schommelende beweging van een beweegbaar onderdeel bevat een actuator met verstelbare lengte (14, 34), een hefboom (15, 40) waarvan de hoekpositie geregeld wordt door de actuator en een krachtoverbrengend element (12; 48, 49) dat aan het beweegbare onderdeel is bevestigd, en waarbij de hefboom (15) is uitgerust met een paar tegenoverliggende pallen (20, 21), waarbij de pallen zo gevormd zijn dat ze ingrijpen in het krachtoverbrengende element om respectievelijk de beweging van het onderdeel in één van twee tegengestelde richtingen te veroorzaken wanneer de »V < 5 i 1 νΑώ* i
-i - sçi 'ViMàsi
W,,
V I « · •
.'a?/ /k&Y /M &*··
P «G. 2 hefboom een neutraal positiebereik verlaat waarin aile interactie tussen beide pallen en het krachtoverbrengende element wordt belet. Het neutrale bereik kan gedefinieerd worden door een steunplaat (25) die zo gepositioneerd, gevormd en gedimensioneerd is dat wisselwerking tussen de pallen en het krachtoverbrengende element wordt belet. Het is voordelig als de verplaatsing van het onderdeel in één richting groter kan zijn dan in de tegengestelde richting.
53257
BE2016/5460
DEBLOKKEERTOESTEL VOOR EEN WERKMACHINE
TOEPASSINGSGEBIED VAN DE UITVINDING
Deze uitvinding heeft betrekking op een hulptoestel dat bruikbaar is in een werkmaehine, in eerste instantie een landbouwmachine, meer bepaald op een toestel voor het deblokkeren van een beweegbaar onderdeel, zoals een toevoerrol in een maaidorser.
ACHTERGROND VAN DE UITVINDING
Maaidorsers voor gebruik in de landbouw (verder kortweg maaidorsers genoemd) zijn machines die ontworpen zijn voor het oogsten en verwerken van gewassen zoais tarwe of maïs. Gewassen worden van het veld afgesneden over een breed gebied door het maaibord dat aangebracht is aan de voorkant van de maaidorser. Het geoogste materiaal wordt getransporteerd door een toevoersysteem naar een paar zijdelings of overlangs aangebracht dorsrotoren.
In maaidorsers van het Twin Rotor®-type die geproduceerd worden door de octrooiaanvragers, is een dynamische toevoerrol - Dynamic Feed Roll™ (DFR) aangebracht tussen het toevoersysteem en het overlangs geplaatste paar dorsrotoren. De DFR voert het gewas toe door de dorsrotoren en verwijdert daarbij grotere voorwerpen zoals stenen of houten blokken. De DFR is een voorbeeld van een draaiend onderdeel dat gebiokkeerd kan wurden wanneer grote stenen of zwaden met compact oogstmateriaai door het toevoersysteem getransporteerd wurden. Het deblokkeren van de DFR vereist een manueel ingrijpen op de rol, bijvoorbeeld door deze een aantal keer been en weer te doen bewegen. Deze manuele interventie is omsîachtig en tijdrovend.
Andere landbouwmachines zoais balenpersen of veldhakselaars zijn dikwijls ook uitgerust met dergelijke toevoerrollen die vatbaar zijn voor biokkering en vertonen over het algemeen hetzelfde nadeel als hierboven beschreven. Dergelijke probiemen kunnen voorkomen in elk type werkmaehine dat draaiende of op een andere wijze bewegende onderdelen bevat.
Er werden Systemen uitgewerkt voor het deblokkeren van een draaiend onderdeel met behulp van een hydraulische actuator en een palmechanisme. Een voorbeeld van zulk systeem dat toegepast wordt in een landbouwbalenpers is weergegeven in document EPA-1847170. Deze mechanismen maken het echter niet mogelijk om de nodige heen-enwuergaande schommelende beweging te reproduceren die nodig is voor een effectieve deblokkering.
53257
BE2016/5460
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
Deze uitvinding heeft betrekking op een deblokkeertoeslel voor een beweegbaar onderdeel, zoals onthuld in de bijgevoegde conciusies. De uitvinding betreft een toestel voor het veroorzaken van een schommelende beweging van een beweegbaar onderdeel, waarbij het toestei een actuator bevat, bij voorkeur een actuator met verstelbare lengte, een hefboom waarvan de hoekpositie geregeld wordt door de actuator en een krachtoverbrengend element dat aan het beweegbare onderdeel is bevestigd, en waarbij de hefboom is uitgerust met een paar tegenover elkaar geplaatste pallen, waarbij de pallen zo gevormd zijn dat ze ingrijpen in het krachtoverbrengende element om respectievelijk de beweging van het onderdeel in één van twee tegengestelde richtingen te veroorzaken wanneer de hefboom een neutraal positiebereik verlaat waarin alle interactie tussen beide pallen en het krachtoverbrengende element wordt belet. Het neutrale bereik kan gedefinieerd worden door een steunplaat die zo gepositioneerd, gevormd en gedimensioneerd is dat hij alle interactie tussen de pallen en het krachtoverdragende element belet (d.w.z. niet ingrijpt in het krachtoverbrengende element en niet in contact komt met het element zonder een kracht op het element uit te oefenen). Het krachtoverbrengende element is bevestigd aan hei beweegbare onderdeel in die zin dat het krachtoverbrengende element en het beweegbare onderdeel een geheel vormen dat als een geheel beweegt. Het krachtoverbrengende element kan in het beweegbare onderdeel ingebouwd zijn.
Elke pal is geconfigureerd otn een beweging van het krachtoverbrengende element tot stand te brengen en daarbij het beweegbare onderdeel siechts in één enkele richting te bewegen, terwijl de pal in de tegengestelde richting in staat is om een kracht uit te oefenen op het krachtoverbrengende element. Dit kan verwezenlijkt worden door pallen te verschaffen die scharnierbaar zijn ten opzichte van de hefboom. Het krachtoverbrengende element is bij voorkeur een onderdeel dat uitgerust is met tanden of vergelijkbare uitstulpingen die interactie met de pallen mogelijk maken. Het toestel van de uitvinding is bijzonder voordelig doordat het in staat is een schommelende beweging te veroorzaken, waarbij de voorwaartse beweging een verschillend bereik heeft dan dat van de achterwaartse beweging. Dît is in veel toepassingen nuttig, bijvoorbeeld voor het deblokkeren van een dynamische toevoerrol in een maaidorser.
KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN
53257 3
BE2016/5460
Figuur 1 is een schematisch zijaanzicht van een maaidorser, dat de positie van de dynamische toevoerrol tussen het toevoersysteem en de dorsrotoren aangeeft.
Figuur 2 toont een toestel volgens één uitvoeringsvorm van de uitvinding, en de toepassing ervan met betrekking tot een dynamische toevoerrol in een maaidorser.
Figuren 3a en 3b geven twee aanzichten weer van het toestel volgens de uitvoeringsvorm van Figuur 2.
Figuren 4a tot 4c geven een zijaanzicht weer van het toestel van Figuren 2 en 3, respectievelijk in een neutrale positie en in de twee extreme posities.
Figuur 5 toont een alternatieve uitvoeringsvorm van een toestel volgens de uitvinding.
Figuur 6 toont een andere alternatieve uitvoeringsvorm van een toestel volgens de uitvinding.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN
VOORKEURSUITVOERINGSVORMEN VAN DE HITVINDING
Voorkeursuitvoeringsvormen zullen nu beschreven worden met verwijzing naar de tekeningen. De gedetailleerde beschrijving beperkt de reikwijdte van de uitvinding niet, die alleen bepaald wordt door de bijgevoegde conclusies. Wanneer gebruikt m.b.t. het in een maaidorser aangebrachte toestel, verwijzen de termen 'voorkant', ’voorste', 'voorwaarts(e)', en 'achterkant', 'achteraan', 'achterwaarts(e)' naar de richting waarin gewassen door het toevoersysteem:bewegen d.w.z. vanaf de voorkant naar de achterkant. In deze context is een pal gedefinieerd ais een gereedschap dat zo gevormd dat het kan ingrijpen in een krachtoverbrengend element zoais een tandkrans of een paiwiel. Nog altijd volgens deze context is een pal bevestigd aan of is een deel van een grotere structuur, en kan al dan niet scharnierbaar zijn t.o.v. de structuur.
Figuur 1 toont een zijaanzicht van een maaidorser, die een maaibord 1 bevat dat aangebracht is aan de voorkant van de maaidorser. Het maaibord bevat messen 2 die op een bepaalde hoogte boven het grondniveau zijn aangebracht terwijl de maaidorser over een veld rijdt met gewassen die geoogst moeten worden. Afgesneden gewas wordt getransporteerd van weerszijden van het maaibord naar een centraal gebied door een vijzel 3. Het hoofdlichaam 4 van de maaidorser word! ondersteund door voor- en achterwielen 5 en 6, en bevat een paar in de lengte opgestelde dorsrotoren en een reinigingssectie 8 die over het algemeen bekend zijn voor de vakkundige lezer en hier niet in detail beschreven worden. Vanaf het centrale gebied van het maaibord 1 worden
53257
BE2016/5460 gewassen door een toevoersysteem 9 getransporteerd. Een dynamische toevoerrol 10 is tussen het toevoersysteem 9 en de dorsrotoren 7 aangehraeht. Hierna zal naar de dynamische toevoerrol verwezen worden met de Engelse afkorting DER. De draairichting van de DER wanneer de maaidorser zieh in de normale bedrijfstoestand bevindt is aangegeven door een piji. Uitvoeringsvormen van de uitvinding zullen hier beschreven worden met betrekking tot het debiokkeren van een DER, hoewel opgemerkt wordt dat de uitvinding niet beperkt is tot deze toepassing.
Figuur 2 illustreert hoe een toestel volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding aangebracht is op de maaidorser om de DER 10 te debiokkeren. Tijdens de normale werking wordt de DER bediend door een aandrijfriemschijf 11 die bevestigd is aan de DFR en draait in de richting van de pijl rond de rotatieas 16 van de DFR. Een tandkrans 12 is aan de aandrijfriemschijf 11 bevestigd, bijvoorbeeld met bouten bevestigd aan de zijkant van de riemschijf, d.w.z. dat de tandkrans 12 bevestigd is aan de DFR 10 zelf en een geheel vormt met de DFR. Een beugel 13 is op een stabiele structuur (niet weergegeven) aangebracht, bij voorkeur op een zijwand van de maaidorser of op de structuur die de DFR ondersteunt, die hierna het DER-frame wordt genoemd. De cilinder van een hydraulische actuator met verstelbare lengte 14 is draaibaar op de beuge! 13 aangebracht. De uitschuifbare arm van de actuator is aan zijn verst afgelegen uiteinde draaibaar verbonden met een hefboom 15.
Figuren 3a en 3b geven het toestel weer vanuit twee verschillende hoeken. De hefboom 15 is draaibaar rond de rotatieas 16 van de DER, en bevat een hefboomarm 17 die zieh in een radiale richting ten opzichte van de rotatieas 16 uitstrekt en een hefboomkop 18, die aan het verst afgelegen uiteinde van de hefboomarm 17 is aangehraeht. Aan zijn dichtstbij gelegen uiteinde is de hefboomarm 17 rond een centrale as (niet weergegeven) draaibaar, via een bus 19. De draaibare verbinding van de actuator 14 met de beuge! 13 en de draaibare verbinding van de uitschuifbare arm van de actuator met de hefboomkop 18 steilen de hefboom in Staat een hoekverplaatsing te veroorzaken over een bepaald hoekbereik dat gedefinieerd wordt door de afmetingen en de positionering van de onderdelen.
Het toestel van de uitvinding wordt bediend wanneer de normale rotatie van de DER 10 onderbroken wordt wegens een blokkering. Door de beweegbare arm van de actuator met verstelbare lengte 14 uit te schuiven en in te trekken, voert het toestel een voorwaarts en achterwaarts schommelende beweging van de DFR 10 uit en verwijdert daarbij de hinderlijke objecten. De hoekverplaatsing van de DFR in één richting verschilt
53257
BE2016/5460 bij voorkeur van de hoekverplaatsing in de tegengestelde richting. In het specifieke gevai van de DFR die weergegeven is in de tekeningen wordt de hoekverplaatsing in de achterwaartse richting, d.w.z. in de richting tegengesteld aan de normale draairichting, over een grotere hoek dan in de voorwaartse richting uitgevoerd, zodat hinderlijke objecten naar de voorkant van de DFR verwijderd worden, waar ze gemakkelijk afgevoerd kunnen worden.
Verdere details van hoe dit verwezenlijkt wordt, zijn weergegeven in Figuren 3a en 3b. Twee scharnierbare palien 20/21 zijn op de hefboomkop 18 aangebracht en strekken zieh naar buiten uit vanaf de hefboomkop in tegengestelde riehtingen. De palien zijn aan hun dichtstbij gelegen uiteinde scharnierbaar met de hefboomkop 18 verbonden en zijn draaibaar ten opzichte van de hefboomkop 18 rond rotatieassen 50/51 die bij voorkeur evenwijdig lopen met de rotatieas 16 van de DFR. Elke pal is zo aan zijn verst afgelegen uiteinde gevormd dat hij in de ruimte tussen de tanden van de tandkrans 12 past, op een wijze dat hij in slaat is de DFR aan een hoekverplaatsing te onderweipen in één van de twee tegengestelde draairichtingen, waarbij de hoekverplaatsing uitgevoerd wordt door de hydraulische actuator 14. Met andere woorden, één pal is geconfigureerd om de DFR in één richting te drukken wanneer de actuator wordt uitgeschoven en de andere pal is geconfigureerd om de DFR in de tegengestelde richting te drukken wanneer de actuator wordt ingetrokken. Elke pal is in Staat om slechts in één richting op de tandkrans een kracht uit te uitoefenen. Bij de beweging in de tegengestelde richting springt de pal over de tanden. Dus, wanneer één pal een rotatie van de DFR veroorzaakt, doet de andere dit niet en omgekeerd. Op basts daarvan verwijzen we hierna naar de 'aandrijvende' en de 'niet-aandrijvende' pal.
Verder is er een steunplaat 25 aangebracht. De plaat is stationair ten opzichte van de hefboom 15 en kan bijvoorbeeld op het DFR-frame aangebracht zijn. De steunplaat 25 is in de huurt van de tandkrans 12 aangebracht, bij voorkeur evenwijdig met de tandkrans, en heeft een bovenste velggedeelte 24, bij voorkeur met een gebogen vorm, meer bij voorkeur de vorm van een cirkelboog die minder of meer evenwijdig is met de boog van de tandkrans 12. Zoals te zien is in de tekeningen, zijn de palien 20/21 uitgerust met stangen 23 die zieh vanaf de palien zijdelings naar buiten uitstrekken en tot voorbij de positie van de steunplaat 25. Een niet-aandrijvende pal die de plaat nadert wordt door de plaat omhoog geheven. d.w.z. de steunplaat 25 heft de stang 23 en daarbij ook de pal 20/2 Î omhoog, waardoor de pai weg van de tandkrans 12 schamiert en daarbij enige interactie tussen deze pal en de tandkrans belet zolang de pai door de plaat 25
53257
BE2016/5460 ondersteund blijft. Het toestel is bij voorkeur zo geconfigureerd dat minstens één van de pallen over het volledige bereik van de hoekverplaatsing van de hefboom, ondersteund wordt door de plaat 25 en daarbij belet wordt in wisselwerking te treden met de tandkrans
12. In een alternatieve uitvoeringsvorm zijn de pallen niet uitgerust met stangen 23 en is de steunplaat geconfigureerd om de draaiende pallen rechtstreeks te steunen. In dit geval kan de plaat de vorm hebben van een cilindrische schaal die zo aangebracht is tussen de tandkrans 12 en de pallen 20/21 dat de niet-aandrijvende pallen opwaarts Scharnieren en weg van de tandkrans 12 zodat ze er niet mee in wisselwerking kunnen treden wanneer ze de plaat bereiken.
In een deelbereik van het hoekverplaatsingsbereik, hierna het neutrale positiebereik of het neutrale bereik genoemd, worden beide pallen 20/21 door de steunplaat 25 ondersteund, d.w.z. dat geen van beide pallen in staat is om in wisselwerking te treden met de tandkrans 12. Wanneer de DFR normaal werkt, d.w.z. aan het draaien wordt gebracht via de aandrijfriemschijf 11, wordt de hefboom 15 binnen het neutrale bereik gepositioneerd. Beide pallen 20 en 21 worden ondersteund door de plaat 25 en zijn daarbij niet in staat om wisselwerking te treden met de tandkrans 12,
Wanneer er een blokkering voorkomt, dan kan de DFR heen en weer aan het schommelen gebracht worden door de actuator 14. Het uitschuiven van de beweegbare arm van de actuator 14 doet de eerste pal 20 in 'wisselwerking treden met de tandkrans 12 en veroorzaakt daarbij een achterwaartse rotatie van de DFR zodra deze pal voorbij de steunplaat 25 beweegt. Ondertussen blijft de tweede pal 21 ondersteund door de plaat 25 en wordt daarbij belet in wisselwerking te treden met de tandkrans 12. Wanneer de actuator 14 wordt ingetrokken, springt de eerste pal 20 over de tanden van de tandkrans tot hij de steunplaat 25 bereikt. Door de actuator verder in te trekken, worden beide pallen over het neutrale bereik bewogen waar ze beide door de plaat 25 ondersteund worden. Daarna bereikt de tweede pal 21 het uiteinde vau de plaat 25 en treedt in wisselwerking met de tandkrans 12, en drukt de ring eu daarbij de DFR over een hoekverplaatsing in de tegengestelde richting, d.w.z. in de voorwaartse richting van de DFR. Door het uitstrekken en intrekken van de actuator 14 een aantal keren te herhalen, wordt een sehommelende beweging opgewekt, die geschikt is om de DFR te deblokkeren. Door passend ontworpen afmetingen en posities van de verschillende onderdelen, bijvoorbeeld de positie van de actuator 14 en de rotatieas ervan rond de beugel 13 en/of de afmetingen van de steunplaat 25, is het mogeiijk een hoekverplaatsing te verkrijgen in de achterwaartse richting die groter is dan de hoekverplaatsing in de
53257
BE2016/5460 voorwaartse richting.
In de weergegeven uitvoeringsvorm is een bladveer 30 aan de constructie toegevoegd. De veer is verbonden met de hefboomkop 18 en geconfigureerd om de pallen 20/21 naar beneden tot onder de steunpiaat 25 of op de tandkrans 12 te drukken. Het bewegen van de pallen weg van de piaat of de tandkrans vindt plaats tegen de kracht van de voorspanveer in. De veer 30 zorgt er daarbij voor dat de pallen in contact blijven met ofwel de plaat 25 ofwel de tandkrans 12.
Figuren 4 a tot 4c geven zijaanzichten weer van het toestel in drie hoekposities van de hefboom 15. Figuur 4a is een aanzicht van een positie binnen het neutrale bereik. De pallen 20/21 worden ondersteund door de plaat 25 en worden daarbij belet in te grijpen in de tandkrans 12. Figuur 4b toont de positie waarbij de actuator 14 over zijn voiledige lengte is uitgeschoven. De linkerpal 20 heeft ingegrepen in de tandkrans in en heeft de hefboom 15 naar zijn uiterste hoekpositie in de achterwaartse richting van de DFR gedrukt. Ondertussen is de rechterpal 21 in contact gebleven met de plaat 25 en kan dus niet wisselwerking komen met de tandkrans 12. Figuur 4c toont de positie waarbij de actuator 14 volledig is ingetrokken. De rechterpal 21 heeft de hefboom naar zijn tegengesteide extreme positie gedrukt in de voorwaartse draairichting van de DFR, terwijl de linkerpal 20 terug bewogen is tot in een positie waar hij uit de tandkrans gelicht 'wordt door de plaat 25. Het is te zien op deze tekeningen dat de hoekpositie van de hefboom in Figuur 4b groter is dan in Figuur 4c, d.w.z. dat de schommelende beweging van de DFR in zijn achterwaartse richting groter is dan in zijn voorwaartse richting.
Het toestel bevat bij voorkeur een sensor (niet weergegeven) om te bepalen wanneer de hefboom 15 het neutrale bereik heeft bereikt. De sensor kan geplaatst worden op de hydraulische actuator 14 en kan eender weik bekend sensortype zijn dat toegepast wordt voor dit doel. Als alternatief kan de sensor geplaatst worden op de hefboom 15 of op de steunpiaat 25, en kan eender welk sensortype zijn dat geschikt is om de positie te bepalen van een bewegend onderdeel. Als alternatief van of aanvullend bij een sensor, kan het toestel uitgerust worden met een contraveer die geconfigureerd is om de hefboom 15 naar het neutrale bereik te bewegen wanneer de actuator 14 zieh in de drukloze toestand bevindt. Een derde mogelijkheid is het gebruik van een hydraulische actuator die uitgerust is met een cilinder met 3 posities die de actuator in een centrale positie dwingt wanneer beide zijden onder druk worden gezet. In plaats van een hydraulische actuator kunnen andere actuatortypes met verstelbare lengte gebruikt worden, zoals een
53257
BE2016/5460 pneumatische actuator of een krukasmechanisme.
Een andere uitvoeringsvorm van een toestel volgens de uitvinding is weergegeven in Figuur 5, Een hydraulische actuator 34 met veränderbare lengte is aangebracht tussen twee vaste punten 35/36 zodat de cilinder 37 van de actuator tussen de punten bewogen kan worden, Een plaat 38 is verbonden met de cilinder door een paar verschuifbare elementen 39, zodat de cilinder 37 lineair beweegbaar is ten opzichte van de plaat 38 en omgekeerd, Een hefboom 40 is aan zijn verst afgelegen uiteinde verbonden met de plaat 38 door een schamierverbinding 43, d.w.z. dat de hefboom draaibaar is ten opzichte van de plaat 38. Verder is de hefboom 40 aan zijn dichtstbij gelegen uiteinde verbonden met de cilinder 3 7 door een as 44 die in een langwerpige opening 45 van de hefboom is aangebracht, en maakt daarbij het draaien van de hefboom 40 ten opzichte van de cilinder 37 mogelijk en maakt tegelijk een translate mogelijk. binnen de grenzen van de langwerpige opening 45. Aan zijn verst afgelegen uiteinde bevat de hefboom 40 aan tegenoverliggende zijden twee pallen 20/21. De palien zijn geconflgureerd om in wisselwerking te treden met respectieve palwielen 48/49, die beide aan de DFR (niet weergegeven) zijn bevestigd, d.w.z. beide palwielen vormen een uniform stel krachtoverbrengende elementen die samen met de DFR rond de rotatîeas 16 ervan draaien. De positie die weergegeven is in Figuur 5 is een neutrale positie, d.w.z. dat geen van beide pallen in wisselwerking komt met de palwielen. Een beweging van de cilinder 37 naar links vanaf de weergegeven neutrale positie veroorzaakt eerst het draaien van de hefboom 40 rond scharnier 43 terwijl de plaat 38 stationair blijft, d.w.z. dat de cilinder ten opzichte van de stationair verschuifbare elementen 39 beweegt. Dit gaat zo door tot de linkerpal 20 in het grootste palwiel 48 van de twee ingrijpt. Verdere beweging naar links van de cilinder 37 veroorzaakt nu een simultane beweging van de piaat 38 en de cilinder 37 terwijl de hefboom 40 verder draait ten opzichte van de plaat 38, zodat rotatie van het grotere palwiel 48 naar links geactiveerd wordt. Wanneer de cilinder 37 een eindpositie bereikt, wordt een beweging naar rechts ingeleid. De iinkerpal 20 komt vrij van het grotere palwiel 48. De cilinder 37 en de plaat 38 bewegen terug naar de centrale positie. Bij het bewegen tot voorbij de centrale positie, grijpt in een bepaald punt de rechterpal 21 in het kleine palwiel 49 in, en brengt de verdere beweging van de cilinder 37 het kleine palwiel 49 in de tegengestelde richting aan het draaien. Weloverwogen bepaling van de grootte van de diameters van de palwielen 48/49 en andere afmetingen en posities van onderdelen maakt het mogelijk een rotatie in één richting te verkrijgen die groter is dan de rotatie in de tegengestelde richting. Op die manier wordt een
53257
BE2016/5460 schommelende beweging uitgevoerd die geschikt is om de DFR te deblokkeren.
In de uitvoeringsvorm van Figuur 5 wordt het neutrale positiebereik van de hefboom niet bepaald door een steunpiaat en zijn de pallen niet scharnierbaar ten opzichte van de hefboom. Het neutrale bereik wordt bepaald door de afmetingen van de onderdelen, bijvoorbeeld de exacte vorm en grootte van de pallen, Figuur 5 is een schematische voorsteliîng en geen technische tekening van een praktisch systeem. De vakman ter zake begrijpt echter het principe van deze uitvoeringsvorm en is in staat om op de passende wijze deze uitvoeringsvorm in de praktijk om. te zetten. Bijvoorbeeld bewegen de pallen 20/21 niet in hetzelfde vlak evenwijdig met de tekening maar moeten zo vervaardigd worden dat ze werken in respectieve evenwijdige vlakken waarin de palwielen 48/49 gepositioneerd zijn.
Elementen uit de eerder beschreven uitvoeringsvonnen kunnen bovendien gecombineerd worden zoais ook vanzelf spreekt voor de vakkundige lezer. Het toestel van Figuren 2 tot 4 kan bijvoorbeeld uitgerust zijn met een gelijkvormig stel van twee palwielen die bediend 'worden door pallen die al dan niet draaibaar zijn ten opzichte van de hefboom. Of de uitvoeringsvorm van Figuur 5 kan uitgerust worden met één enkele tandkrans, met pallen die scharnierbaar zijn ten opzichte van de hefboom en met een steunpiaat om het neutrale positiebereik te definieren op de manier die weergegeven is in de Figuren 3 en 4.
Een andere uitvoeringsvorm is weergegeven in Figuur 6. In deze uitvoeringsvorm zijn de twee pallen 20/21 de tegenoverliggende buitenste uiteinden van een enkel symmetrisch onderdeel 55 dat scharnierbaar is ten opzichte van een hefboom 15, rond een centrale as 56. Dit is dus eveneens een uitvoeringsvorm waarbij de pallen scharnierbaar zijn ten opzichte van de hefboom. De hefboom 15 heeft een hefboomarm 17 en een hefboomkop 18 en draait rond de rotatieas 16 van de DFR, zoals in de eerste uitvoeringsvorm. Een onderdeel 57 met de vorm van een omgekeerde T is scharnierbaar verbonden met de hefboomkop 18, en is scharnierbaar rond as as 58 die bij voorkeur evenwijdig is met de rotatieas 16 van de DFR. Gezien vanaf de rotatieas 16 van de DFR, is het T-vonnige onderdeel 57 radiaal naar buiten ten opzichte van het symmetrische onderdeel 55 geplaatst. Het uiteinde van een actuator met verstelbare lengte (niet weergegeven) is draaibaar bevestigd aan het uiteinde 59 van het verticale been van het Tvormige onderdeel. De actuator kan een hydraulische actuator zijn, zoals die welke gebraikt wordt in de eerste uitvoeringsvorm. De horizontale uiteinden van het T-vormige onderdeel 57 zijn verbonden met het symmetrische onderdeel 55 door een paar linéaire
53257
BE2016/5460 veren 60/61. Zijdelingse aansîagen 62/63 zijn op de hefboomkop 18 aangebracht, die het draaien van het T-vormige onderdeel ten opzichte van de hefboomkop beperken. De pallen 20/21 zijn geconfigureerd om, zoals in de eerste uitvoeringsvorm, in een tandkrans 12 die bevestigd is op de DFR in te grijpen. Een plaat 25 is aangebracht tussen de pallen en de tandkrans om een neutraal positiebereik van de hefboom 15 te definieren door de pallen te beletten in wisselwerking te treden met de tandkrans. De actuator is zo gepositioneerd dat het uitstrekken van de actuator beweging naar de linkerkant vanuit de positie die weergegeven is in Figuur 6 zal veroorzaken, en het intrekken van de actuator zai beweging naar de rechterkant veroorzaken.
Wanneer de actuator wordt uitgeschoven ten opzichte van de positie die weergegeven is in Figuur 6, is de initiële beweging het kantelen van het T-vormige onderdeel 57 naar links ten opzichte van de stationaire hefboom 15. De schamierbare verbinding van het T-vormige onderdeel 57 met de hefboom 15 moet zo ontworpen zijn dat het draaien van dit onderdeel wrijvingskrachten ondervindt die aanzienlijk lager zijn dan de wrijving van de hefboom 15 bij hei draaien ervan rond de as 16 van de DFR. Door een geschikte constructie van de schamierbare verbinding van het T-vormige onderdeel 57 met de hefboom 15, bijvoorbeeld door een rollager of een ander type lager met geringe wrijving toe te passen, is het mogelijk om het gewenste wrijvingsverschil te verkrijgen. Het verschil moet voldoende groot zijn om er zeker van te zijn dat het Tvormige onderdeel 5 7 in beide inrichtingen scharnierbaar is zonder een rotatie van de hefboom 15 te veroorzaken.
In de positie die weergegeven is in Figuur 6, zijn bij voorkeur beide veren 60/61 uitgerekt, d.w.z. dat beide veren een kracht uitoefenen die de respectieve uiteinden van het T-stuk 57 naar het symmetrische onderdeel 55 trekt en omgekeerd. Wanneer het Tstuk 57 naar links zwenkt onder invloed van de kracht die uitgeoefend wordt door de actuator, wordt de linkse veer 60 samengedrukt ten opzichte van zijn begintoestand en wordt de rechtse veer 61 verder uitgerekt. Het T-stuk 57 blijft zwenken tot het gestopt wordt door de aanslag 62, waarbij de hefboom 15 en het T-stuk 57 in dit punt als één geheel rond de as 16 van de DFR beginnen te draaien. Zolang de linkerpal 20 in contact blijft met de plaat 25 is er geen relatieve beweging van het symmetrische onderdeel 55 ten opzichte van de hefboom 15 mogelijk. Op een bepaald punt bereikt de linkerpal 20 het uiteinde van de plaat 25. Aangezien het symmetrische onderdeel 55 niet langer tegengehouden wordt door de plaat 25, zijn de veerkrachten nu in staat om op het symmetrische onderdeel 55 in te werken. De hogere veerkracht aan de rechterkant doet
53257
BE2016/5460 het symmetrische onderdeel 55 aan deze rechterkant opwaarts Scharnieren, en dus neerwaarts aan de tegenoverliggende kant, en drukt zodoende de linkerpal 20 naar de tandkrans 12, om in te grijpen in de tanden van de tandkrans. Verder uitschuiven van de actuator veroorzaakt dus het draaien van de tandkrans 12 en daarbij van de DFR naar links. Wanneer de actuator ingetrokken wordt na de uiterst linkse positie bereikt te hebben, bereikt de linkerpal 20 de rand van de plaat 25 en wordt daardoor weg van de tandkrans 12 gedrukt, Beide palien worden ook nu beiet om in wisselwerking te treden met de tandkrans 12. Het T-stuk 57 draait weg van de aanslag 62 en wordt nadien naar de tegenoverliggende aanslag 63 gekanteld tot op het punt waarop het veroorzaken van de rotatie in de andere richting kan beginnen. Zoals in de vorige uitvoeringsvormen kunnen de vorm en grootte van het symmetrische onderdeel 55 en de palien 20/21, het T-stuk 57 en de hefboom 15 zo ontworpen worden dat de hoekverplaatsing van de hefboom 15 in één richting verschilt van die in de andere richting. De veren 60/61 zijn zo ontworpen dat ze de hierboven beschreven werking hebben. Het toestel van de uitvinding is niet beperkt tot de hierboven beschreven toepassing met betrekking tot een dynamische toevoerroi, maar kan toegepast worden op eender welk draaiend onderdeel van een werkmachine die een schommelende beweging moet uitvoeren. Het toestel van de uitvinding kan bij voorbeeld toegepast worden op de rotor van een balenpers, die gebruikt word! om stro naar de balenkamer voort te stuwen. De uitvinding is niet beperkt tot een toestel om een schommelende beweging van een draaiend onderdeel te veroorzaken. Uitvoeringsvormen van het toestel kunnen bijvoorbeeld toegepast worden voor het veroorzaken van een schommelende beweging van een lineair beweegbaar onderdeel, door een tandheugel te verschaffen in piaats van een tandkrans 12. In piaats van de palwielen 48/49 in de uitvoeringsvorm van Figuur 5, zouden een paar lineair palmechanismen gebruikt kunnen worden.
53257
BE2016/5460

Claims (10)

CONCLUSIES:
1. Toestel voor het veroorzaken van een schommelende beweging van een beweegbaar onderdeel (10), waarbij het toestel het volgende bevat:
2. Toestel volgens conclusie 1, waarbij het verplaatsingsbereik van het bewuegbare onderdeel (10) in de eerste richting verschilt van het verplaatsingsbereik van het beweegbaar onderdeel (10) in de tweede richting.
30
3. Toestel volgens conclusie 1 of 2, waarbij de pallen (20, 21) scharnierbaar zijn ten opzichte van de hefboom (15) en het toestel verder uitgerust is met een steunplaat (25) die stationair is ten opzichte van de hefboom. (15, 40) cn zo geconfigureerd is dat wanneer een pal die geen beweging van het krachtoverbrengende element veroorzaakt de plaat nadert, de pal gedwongen wordt door de plaat om weg van het krachtoverbrengende
53257
BE2016/5460 element te Scharnieren zodat eender welke wisseiwrerking tussen de pailen en het krachtoverbrengende element belet wordt.
4. Toestel volgens conclusie 3, waarbij de pailen (20, 21) uitgerust zijn met stangen
5 14. Toestel volgens conclusie 13, dat geconfigureerd is om een schommeiende beweging van een draaibaar onderdeei te veroorzaken waarbij de beweging in de achterwaartse rotatierichting van het onderdeei groter is dan de beweging in de voorwaartse richting.
5. Toestel volgens conclusie 3, waarbij de steunplaat (25) aangebracht is tussen bel krachtoverbrengende element (12) en de pailen (20, 21), zodat, vranneer een pal die geen beweging van het krachtoverbrengende element veroorzaakt de plaat (25) nadert, de pal weggedrukt wordt van het krachtoverbrengende element door rechtstreeks contact tussen
15 de pal en de plaat (25).
5 (23) die zieh zijdelings uit de pal uitstrekken en waarbij de steunplaat (25) gepositioneerd is in de buurt van het krachtoverbrengende element (12) en een velggedeelte (24) bevat dat geconfigureerd is om de stangen (23) en daarbij de palien (20, 21) naar een positie te dwingen waarin eender welke wisseîwerking met het krachtoverbrengende eiement (12) belet wordt.
5 · een actuator (14, 34), • Hefboom (15, 40) die geconfigureerd is om. onderworpen te worden door de actuator aan een hoekverplaatsing in twee tegengestelde richtingen ten opzichte van een neutraal positiebereik, • een krachtoverbrengend clement (Î 2;48, 49) dat bevestigd is aan het beweegbare
10 onderdeel, » en waarbij de hefboom (15, 40) is uitgerust met een paar tegen elkaar geplaatste pallen (20, 2 Î ), waarbij de pallen zo gevormd zijn dat ze ingrijpen in het krachtoverbrengende element zodat:
« beide pallen belet worden in te grijpen in het krachtoverbrengende element 15 wanneer de hefboom (15, 40) zieh binnen het neutrale positiebereik bevindt, » het krachtoverbrengende element (12; 48, 49) en daarbij het beweegbare onderdeel verplaatst wurden in de eerste van de twue tegengestelde richtingen door de eerste pal (20) die ingrijpt in het krachtoverbrengende clement, 'wanneer de hefboom (15, 40) het neutrale positiebereik in de eerste richting verlaat,
20 « het krachtoverbrengende element (12:48, 49) en daarbij het bewuegbare onderdeel verplaatst wurden naar de tweede van de twee tegenovergestelde richtingen door de tweede pal (21) in te doen grijpen in het krachtoverbrengende element, wanneer de hefboom (15, 40) het neutrale positiebereik in de tweede richting verlaat.
6. Toestel volgens een of meerdere conclusies 3 tot 5, waarbij de palien (20, 21) de tegenoverliggende buitenste uiteinden van een enkel symmetrisch onderdeel (55) zijn dat scharnierbaar is ten opzichte van een hefboom (15), en waarbij een onderdeel (57) in de
20 vorm van een omgekeerde T scharnierbaar verbonden is met de hefboom, waarbij het Tvormige onderdeel zelf scharnierbaar verbonden is aan het uiteinde van zijn verticale been met de actuator (14), waarbij de horizontale benen van het T-vormige onderdeel (57) respectievelijk verbonden zijn met de tegenoverliggende uiteinden van het enkelvoudige onderdeel (55) door middel van een paar veren (60, 61), en waarbij het
25 draaien van het T-vormige onderdeel (57) ten opzichte van de hefboom (15) wordt beperkt door een paar aanslagen (62, 63) die op de hefboom (15) geplaatst zijn aan weerskanten van het T-vormige onderdeel (57).
7. Toestel volgens een of meerdere van de conclusies 3 tot 5, dat verder een veer
30 (30) bevat die bevestigd is aan de hefboom (15) terwijl hij een veerkracht uitoefent op de palien om contact in stand te houden tussen de pailen (20, 21) enerzijds en de plaat (25) of het krachtoverbrengende element (12) anderzijds.
53257
ΒΕ2016/5460
8. Toestel volgens een of meerdere van de voorgaande conclusies, waarbij de hoekverplaatsing van de hefboom (15) plaats vindt rond een as (16) die stationair is ten opzichte van de hefboom (15).
9. Toestel volgens een of meerdere van de conclusies 1 tot 5, waarbij de actuator (34) een beweegbaar deel (37) bevat dat geconfigureerd is om een linéaire beweging uit te voeren tussen twee stationaire punten (35, 36), en waarbij de hoekverplaatsing van de hefboom (40) plaats vindt ten opzichte van een plaat (38) die verbonden is met het beweegbare deel (37) van de actuator terwijl de plaat (38) lineair beweegbaar is ten opzichte van het beweegbare deel (37) van de actuator, en waarbij de pallen (20, 21) bevestigd zijn aan de hefboom aan zijn verst afgelegen uiteinde terwijl de hefboom (40) zeif aan zijn dichtstbij gelegen uiteinde verbonden is met het beweegbare deel (37) van de actuator op een manier zodat hij in staat is te Scharnieren en een translatie te ondergaan ten opzichte van een punt (44) van het beweegbare deel (37),
10. Toestel volgens een of meerdere van de voorgaande conclusies, waarbij het krachtoverbrengende element een enkelvoudig deel (12) met tandwieltanden (12) erop aangebracht bevat of eruit bestaat, en waarbij één pal (20) geconfigureerd is om in te grijpen in de fanden van het tandwiel om het beweegbare onderdeei in één richting te bewegen, en de andere pal (21) geconfigureerd is om de tandwieltanden mee te nemen om het beweegbare onderdeei in de tegengestelde richting te bewegen.
11. Toestel volgens een of meerdere van de conclusies 1 tot 9, waarbij het krachtoverbrengende element een gelijkmatig stel van twee palwielen (48, 49) bevat of eruit bestaat, en waarbij één pal (20) geconfigureerd is om in te grijpen in één palwiei (48) om het beweegbare onderdeei in één richting te bewegen, en de andere pal (21) geconfigureerd is om in te grijpen in het andere palwiei (49) om het beweegbare onderdeei in de tegengestelde richting te bewegen.
12. Toestel volgens een of meerdere van de voorgaande conclusies, dat verder een sensor bevatg om te bepalen of de hefboom (15, 40) al dan niet binnen het neutrale positiebereik ligt.
53257
BE2016/5460
13. Toestel volgens een of meerdere van de voorgaande conclusies, waarbij het beweegbare onderdeei (10) een draaibaar onderdeei is en de verplaatsing van het onderdeei een hoekverplaatsing is.
10 15. Maaidorser uitgerust met een dynamische toevoerrol (10) en een apparaat volgens conclusie 14 dat op de dynamische toevoerrol is aangebracht
53257
BE2016/5460
BE20165460A 2016-06-22 2016-06-22 Deblokkeertoestel voor een werkmachine BE1024310B1 (nl)

Priority Applications (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20165460A BE1024310B1 (nl) 2016-06-22 2016-06-22 Deblokkeertoestel voor een werkmachine
BR102017013151-3A BR102017013151B1 (pt) 2016-06-22 2017-06-19 Aparelho de atuação de uma movimentação de balanço de um componente móvel e colheitadeira combinada
EP17176816.1A EP3259980B1 (en) 2016-06-22 2017-06-20 Deblocking apparatus for a work machine
US15/630,525 US10344839B2 (en) 2016-06-22 2017-06-22 Deblocking apparatus for a work machine

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20165460A BE1024310B1 (nl) 2016-06-22 2016-06-22 Deblokkeertoestel voor een werkmachine

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1024310A1 true BE1024310A1 (nl) 2018-01-24
BE1024310B1 BE1024310B1 (nl) 2018-01-30

Family

ID=56800086

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20165460A BE1024310B1 (nl) 2016-06-22 2016-06-22 Deblokkeertoestel voor een werkmachine

Country Status (4)

Country Link
US (1) US10344839B2 (nl)
EP (1) EP3259980B1 (nl)
BE (1) BE1024310B1 (nl)
BR (1) BR102017013151B1 (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
USD842348S1 (en) * 2017-12-13 2019-03-05 Cnh Industrial America Llc Straw paddle for a discharge beater of a combine harvester

Family Cites Families (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3578129A (en) * 1967-08-30 1971-05-11 Mitsubishi Electric Corp Control device for positioning carriages of business machines
US3608557A (en) * 1970-03-04 1971-09-28 Case Co J I Harvesting machine deslugging mechanism
DE2112994A1 (de) * 1971-03-18 1972-09-21 Kemper Kg Wilhelm Vorrichtung zum Antrieb eines Transportbodens
DE2452035C3 (de) 1974-11-02 1984-10-25 Maschinenfabriken Bernard Krone Gmbh, 4441 Spelle Vorrichtung zum Steuern des Antriebs eines Transportbodens, z.B. Roll- oder Kratzbodens an landwirtschaftlichen Fahrzeugen und Arbeitsmaschinen
DE3336603A1 (de) * 1983-10-07 1985-04-25 Klöckner-Humboldt-Deutz AG Zweigniederlassung Fahr, 7702 Gottmadingen Vorrichtung zum rueckdrehen der einzugsschnecke eines maehdreschers
US5626062A (en) * 1992-01-16 1997-05-06 Colvin; David S. Socket and ratchet wrench
DE19534138C1 (de) * 1995-09-14 1996-10-31 Claas Ohg Ballenpresse für Erntegut
US6681552B2 (en) * 2001-02-02 2004-01-27 Vermeer Manufacturing Company Baler rotor reverser
US6644006B1 (en) * 2002-07-19 2003-11-11 New Holland North America, Inc. Remote reverse control for pick-up rotor
GB2437271A (en) * 2006-04-18 2007-10-24 Cnh Belgium Nv Rotor reversing mechanism
GB2437908A (en) 2006-05-09 2007-11-14 Cnh Belgium Nv Coupling mechanism for harvesting machine
BE1020277A3 (nl) * 2011-10-17 2013-07-02 Cnh Belgium Nv Omkeermechanisme en transportmiddelen en daarmee uitgeruste agrarische balenpers.

Also Published As

Publication number Publication date
US20170370452A1 (en) 2017-12-28
BE1024310B1 (nl) 2018-01-30
BR102017013151A2 (pt) 2018-01-09
EP3259980B1 (en) 2021-03-17
US10344839B2 (en) 2019-07-09
BR102017013151B1 (pt) 2022-12-13
EP3259980A1 (en) 2017-12-27

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1026645B1 (nl) Gewassnijtoestel, landbouwmachine die zulk gewassnijtoestel bevat en werkwijze om gewas te snijden
BE1023185B1 (nl) Positionerings-en veiligheidsapparaat, geschikt voor het regelen van de dorskorfophanging in een maaidorser
NL1038109C2 (en) Tine control for balers.
CN107426965B (zh) 联合收割机
US7377457B2 (en) Agricultural bale cutter
US10537068B2 (en) Apparatus and machine for transferring agricultural products, in an agricultural machine
JP6662756B2 (ja) 収穫機
US3611690A (en) Agricultural implement such as a haymaker
BE1024310B1 (nl) Deblokkeertoestel voor een werkmachine
EP3150060B1 (de) Strohhäcksler für einen mähdrescher mit gegenmessern und reibleiste
BE1026646B1 (nl) Gewassnijtoestel,landbouwmachine die zulk gewassnijtoestel bevat en werkwijze om het mes te verwijderen
EP3150057A1 (en) Apparatus for the movement and transport of agricultural products
JPH0134579B2 (nl)
JP2012157284A (ja) 砂糖きび収穫機
EP3669638A1 (de) Landwirtschaftliche erntemaschine
NL9401502A (nl) Landbouwmachine.
US3720053A (en) Agricultural implement for working crop lying on the field
WO2018092782A1 (ja) 収穫機
RU2216913C2 (ru) Устройство для отрезания и погрузки силоса и сенажа
EP1642491B1 (en) Feeder device
US237553A (en) N-peters
KR20150030609A (ko) 콤바인
RU2309576C1 (ru) Навеска пальцевого колеса граблей-ворошилок валкообразователей
US806181A (en) Hay-loader.
US1002165A (en) Hay-rake or sweep-rake.

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20180130