BE1022315B1 - Samenstel van gevelbekledingselementen - Google Patents

Samenstel van gevelbekledingselementen Download PDF

Info

Publication number
BE1022315B1
BE1022315B1 BE2013/0476A BE201300476A BE1022315B1 BE 1022315 B1 BE1022315 B1 BE 1022315B1 BE 2013/0476 A BE2013/0476 A BE 2013/0476A BE 201300476 A BE201300476 A BE 201300476A BE 1022315 B1 BE1022315 B1 BE 1022315B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
longitudinal side
pattern
tooth
façade
length
Prior art date
Application number
BE2013/0476A
Other languages
English (en)
Inventor
Emmanuel Claus
Paepe Jan De
Original Assignee
Alinel
Ursus
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Alinel, Ursus filed Critical Alinel
Priority to BE2013/0476A priority Critical patent/BE1022315B1/nl
Priority to PCT/IB2014/062861 priority patent/WO2015004584A1/en
Priority to EP14780565.9A priority patent/EP3019676B1/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1022315B1 publication Critical patent/BE1022315B1/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F13/00Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings
    • E04F13/07Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings composed of covering or lining elements; Sub-structures therefor; Fastening means therefor
    • E04F13/08Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings composed of covering or lining elements; Sub-structures therefor; Fastening means therefor composed of a plurality of similar covering or lining elements
    • E04F13/18Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings composed of covering or lining elements; Sub-structures therefor; Fastening means therefor composed of a plurality of similar covering or lining elements of organic plastics with or without reinforcements or filling materials or with an outer layer of organic plastics with or without reinforcements or filling materials; plastic tiles
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F13/00Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings
    • E04F13/07Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings composed of covering or lining elements; Sub-structures therefor; Fastening means therefor
    • E04F13/08Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings composed of covering or lining elements; Sub-structures therefor; Fastening means therefor composed of a plurality of similar covering or lining elements
    • E04F13/0801Separate fastening elements
    • E04F13/0832Separate fastening elements without load-supporting elongated furring elements between wall and covering elements
    • E04F13/0833Separate fastening elements without load-supporting elongated furring elements between wall and covering elements not adjustable
    • E04F13/0835Separate fastening elements without load-supporting elongated furring elements between wall and covering elements not adjustable the fastening elements extending into the back side of the covering elements
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F13/00Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings
    • E04F13/07Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings composed of covering or lining elements; Sub-structures therefor; Fastening means therefor
    • E04F13/08Coverings or linings, e.g. for walls or ceilings composed of covering or lining elements; Sub-structures therefor; Fastening means therefor composed of a plurality of similar covering or lining elements
    • E04F13/0801Separate fastening elements
    • E04F13/0832Separate fastening elements without load-supporting elongated furring elements between wall and covering elements
    • E04F13/0833Separate fastening elements without load-supporting elongated furring elements between wall and covering elements not adjustable
    • E04F13/0841Separate fastening elements without load-supporting elongated furring elements between wall and covering elements not adjustable the fastening elements engaging the outer surface of the covering elements, not extending through the covering
    • E04F13/0842Separate fastening elements without load-supporting elongated furring elements between wall and covering elements not adjustable the fastening elements engaging the outer surface of the covering elements, not extending through the covering specially adapted for thin sheet-like materials, e.g. sheet-metal or plastics

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Finishing Walls (AREA)

Abstract

De huidige uitvinding heeft betrekking op een samenstel van doorlopende gevelbekledingselementen met een wederkerend doorlopend patroon waarbij de gevelbekledingselementen met een tand-gootverbinding met elkaar verbonden zijn, zodanig dat de tand in de goot verschuifbaar is.

Description

Samenstel van qevelbekledinqselementen
De uitvinding heeft betrekking op een samenstel van gevelbekledingselementen die, wanneer op een gevel aangebracht, een wederkerend doorlopend patroon vertonen dat een sequentie van dalen en toppen vormt, welk samenstel bevat : - ten minste één basis-gevelbekledingselement, welk voorzien is van een eerste langszijde, aan dewelke een eerste gevelbevestigingsmiddel is aangebracht, en van een tweede langszijde, en waarvan het patroon een patroonlengte heeft; - een start-gevelbekledingselement, welk voorzien is van een derde langszijde en een vierde langszijde, waarbij de derde langszijde voorzien is van een tweede gevelbevestigingsmiddel en waarbij de vierde langszijde voorzien is van een derde gevelbevestigingsmiddel, waarbij aan de vierde langszijde een afdekkap is aangebracht; en - een eind-gevelbekledingselement, welk voorzien is van een vijfde langszijde en een zesde langszijde, waarbij aan de vijfde langszijde een vierde gevelbevestigingsmiddel en een afdekkap is aangebracht.
Een dergelijk samenstel van gevelbekledingselementen is bekend uit EP-S 0 687 338. Bij het bekende samenstel wordt het doorlopend patroon gevormd door een sinus. Om twee opeenvolgende basis-gevelbekledingselementen met elkaar te verbinden is aan de eerste langszijde het eerste gevelbevestigingsmiddel aangebracht welk een goot bevat die onder een dal van het patroon is aangebracht. Tevens wordt onder het patroon, op een afstand van de tweede langszijde, een clips onder een dal van het patroon aangebracht. Een uitsteeksel, aangebracht aan de tweede langszijde in het verlengde van het dal, van een eerste gevelbekledingselement wordt bij het verbinden met een tweede gevelbekledingselement in de goot van dat eerste gevelbekledingselement geschoven en een verdere clips die deel uitmaakt van het eerste gevelbevestigingsmiddel wordt in de clips van het tweede gevelbekledingselement geklikt.
Een nadeel van het bekende samenstel van gevelbekledingselementen is dat het weinig flexibiliteit biedt omdat er nauwelijks speling mogelijk is bij het met elkaar verbinden van twee opeenvolgende gevelbekledingselementen. Immers bij gebouwen zijn er een veelvoud aan variaties mogelijk voor de gevel en het bekende samenstel van gevelbekledingselementen biedt geen voldoende antwoord voor een veelvoud aan deze variaties.
De uitvinding heeft tot doel een samenstel van gevelbekledingselementen te realiseren met hetwelk er een veelvoud aan variaties in gevelbouw kan worden bekleed.
Een samenstel van gevelbekledingselementen volgens de uitvinding is daartoe gekenmerkt in dat : - voor de koppeling tussen een basis-gevelbekledingselement en een naastgelegen gevelbekledingselement de tweede langszijde van het basis-gevelbekledingselement voorzien is van een eerste tand, welke eerste tand een lengte heeft gelegen tussen 6% en 30%, in het bijzonder tussen 9% en 25%, van de patroon lengte, welke eerste tand dwars op de tweede langszijde staat, en waarbij de eerste langszijde deel uitmaakt van een eerste verlengstuk dat het patroon aldaar verder zet en het eerste gevelbevestigingsmiddel bevat, welk eerste verlengstuk voorzien is van een eerste goot, welke een diepte heeft die ten minste gelijk is aan de lengte van de eerste tand, en waarbij de eerste goot en de eerste tand zodanig zijn gevormd en aangebracht dat ze in en uit elkaar verschuifbaar zijn; - voor de koppeling tussen een basis-gevelbekledingselement en het start-gevelbekledingselement de derde langszijde deel uitmaakt van een tweede verlengstuk dat het patroon verder zet en het tweede gevelbevestigingsmiddel bevat, welk tweede verlengstuk voorzien is van een tweede goot welke een diepte heeft die ten minste gelijk is aan de lengte van de eerste tand, en waarbij de tweede goot zodanig gevormd en aangebracht is dat de eerste tand er in en uit schuifbaar is; - voor de koppeling tussen een basis- gevelbekledingselement en het eind-gevelbekledingselement de zesde langszijde voorzien is van een tweede tand, welke tweede tand een lengte heeft gelegen tussen 6% en 30%, in het bijzonder tussen 9% en 25%, van de patroonlengte, welke tweede tand dwars op de zesde langszijde staat, en waarbij de vijfde langszijde voorzien is van een derde verlengstuk dat het patroon aldaar verder zet met een afstand van ten hoogste de helft van de patroonlengte en waarbij het vierde gevelbevestigingsmiddel op het derde verlengstuk is aangebracht.
Door gebruik te maken van een tand- en gootverbinding waarbij de goot in het verlengde van het patroon ligt en de tand dwars op de tweede langszijde staat is een verschuiving van de tand in de goot mogelijk die in lijn is met het wederkerend doorlopend patroon. Doordat bovendien de goot een diepte heeft die ten minste gelijk is aan de lengte van de tand, kan de tand over nagenoeg de gehele diepte van de goot schuiven waardoor een aanpassing mogelijk wordt in functie van de te bekleden lengte van de gevel. Hierdoor wordt er dus een samenstel gerealiseerd dat op meerdere variaties van gevels is aan te brengen.
Een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van een samenstel van gevelbekledingselementen volgens de uitvinding heeft het kenmerk dat, het start-gevelbekledingselement een vierde verlengstuk bevat dat het patroon aldaar verder zet met een afstand van ten minste de helft van de patroonlengte, welk vierde verlengstuk het derde gevelbevestigingsmiddel bevat, welk samenstel verder van een eerste uitsparing is voorzien die een lengte heeft van ten minste een vierde van de patroonlengte en in het vierde verlengstuk naast het derde gevelbevestigingsmiddel in het verlengde van het dal van het patroon is aangebracht en naar de vierde langszijde toe uitstrekt. Hierdoor kan het start-gevelbekledingselement ook gebruikt worden als onderdeel van een opvulgevelbekledingselement.
Een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van een samenstel van gevelbekledingselementen volgens de uitvinding heeft het kenmerk dat, het verder ten minste één opvul-gevelbekledingselement bevat welk voorzien is van een zevende en een achtste langszijde, aan welke zevende langszijde een vijfde gevelbevestigingsmiddel is aangebracht en aan welke achtste langszijde een vijfde verlengstuk is aangebracht dat het patroon aldaar verder zet met een afstand van ten hoogste de helft van de patroonlengte en waarbij een zesde gevelbevestigingsmiddel op het vijfde verlengstuk is aangebracht, welk zesde gevelbevestigingsmiddel van een tweede uitsparing is voorzien die een lengte heeft van ten minste een vierde van de patroonlengte en naast het vijfde gevelbevestigingsmiddel in het verlengde van het dal van het patroon is aangebracht en zich naar de achtste langszijde toe uitstrekt, waarbij de tweede uitsparing zodanig gevormd is dat het derde verlengstuk er verschuifbaar in aan te brengen is, de zevende langszijde deel uitmaakt van een zesde verlengstuk dat het patroon aldaar verder zet en het vijfde gevelbevestigingsmiddel bevat, welk zesde verlengstuk voorzien is van een derde goot, welke een diepte heeft die ten minste gelijk is aan de lengte van de eerste tand, en waarbij de derde goot zodanig gevormd en aangebracht is dat de eerste tand er in en uit schuifbaar is. Het gebruik van opvul-gevelbekledingselementen die ook met eenzelfde tand- en gootverbinding zijn uitgerust, biedt het voordeel om enerzijds met standaardmaten te werken voor de basis-gevelbekledingselementen en anderzijds met opvul-gevelbekledingselementen die kunnen compenseren indien de lengte van de gevel geen veelvoud van de standaardmaat is.
Een derde voorkeursuitvoeringsvorm van een samenstel van gevelbekledingselementen volgens de uitvinding heeft het kenmerk dat, het verder ten minste één hoek-gevelbekledingselement bevat, welk voorzien is van een eerste hoekbeen dat een negende langszijde bevat en een tweede hoekbeen dat een tiende langszijde bevat, waarbij de negende langszijde voorzien is van een zesde gevelbevestigingsmiddel, welk afgedekt is met een afdekkap, en waarbij de tiende langszijde voorzien is van een zevende gevelbevestigingsmiddel, en waarbij voor de koppeling tussen het eind-gevelbekledingselement en het naastgelegen hoek-gevelbekledingselement de negende langszijde voorzien is van een derde uitsparing die een lengte van ten minste een vierde van de patroonlengte heeft en bij het zesde gevelbevestigingsmiddel in het verlengde van het dal van het patroon is aangebracht en zich naar de negende langszijde toe uitstrekt, waarbij de derde uitsparing zodanig gevormd is dat het derde verlengstuk er verschuifbaar in aan te brengen is, en waarbij de tiende langszijde deel uitmaakt van een zevende verlengstuk dat het patroon verder zet en het zevende gevelbevestigingsmiddel bevat, welk zevende verlengstuk voorzien is van een vierde goot welke een diepte heeft die ten minste gelijk is aan de lengte van de eerste tand, en waarbij de vierde goot zodanig gevormd en aangebracht is dat de eerste tand er in en uit schuifbaar is. Hierdoor is het verder mogelijk om wanneer de te bekleden gevel een hoek vertoont om de bekleding over de hoek heen te laten verder lopen.
Een vierde voorkeursuitvoeringsvorm van een samenstel van gevelbekledingselementen volgens de uitvinding heeft het kenmerk dat, het eerste, tweede, vijfde en zevende gevelbevestigingsmiddel gevormd is door een juxtapositie van de goot en een u-vormig profiel, waarbij de goot loodrecht op een been van het u-vormig profiel is aangebracht. De u-vorm is voordelig om een schroef of een pen te dragen die dan in de gevel wordt bevestigd en hij biedt tevens een basis voor het vormen van de goot.
Het is voordelig dat het ten minste een eerste en een tweede openings-aansluitingsprofiel bevat dat in een opening in de gevel aanbrengbaar is, en waarbij het eerste respectievelijk het tweede openings-aansluitingsprofiel elk door een maskeerdeel gevormd is die om een onderbreking in het patroon ter hoogte van de opening te maskeren. Hierdoor kan een onderbreking in het patroon, noodzakelijk door de aanwezigheid van de opening, gemaskeerd worden.
De uitvinding heeft ook betrekking op een werkwijze voor het aanbrengen van een samenstel waarbij de te bekleden afstand van de gevel wordt gemeten en vervolgens wordt gedeeld door de patroonlengte, en indien bij deze deling een geheel getal en een fractie van een geheel getal ontstaat deze fractie over de afstand wordt verdeeld door het schuiven van de tand in de goot.
De uitvinding zal nu nader worden beschreven aan de hand van de tekening waarin uitvoeringsvormen van samenstellen van gevelbekledingselementen volgens de uitvinding zijn weergegeven. In de tekening laat : figuur 1 een gevel zien voorzien van gevelbekledingselementen volgens de uitvinding; figuur 2 een aaneensluiting van basis-gevelbekledingselementen zien; figuur 3 een koppeling zien van een basis- gevelbekledingselement met een start-gevelbekledingselement; figuur 4 een koppeling zien van een eind- gevelbekledingselement met een basis-gevelbekledingselement; figuur 5 een koppeling zien van basis-gevelbekledingselementen met een opvul-gevelbekledingselement; figuren 6 en 7 een koppeling zien van een basis-gevelbekledingselement met een hoek-gevelbekledingselement; figuren 8, 9, 10 en 11 de maskeerelementen zien; figuur 12 een andere uitvoeringsvorm zien van een gevel-bekledingselement volgens de uitvinding; en figuur 13 nog andere uitvoeringsvormen zien van een gevel-bekledingselement volgens de uitvinding.
In de tekening is aan eenzelfde of analoog element eenzelfde referentiecijfer toegekend.
Figuur 1 laat een gevel 1 zien voorzien van een eerste uitvoeringsvorm van gevelbekledingselementen volgens de uitvinding. De gevelbekledingselementen kunnen hetzij over de gehele gevel, hetzij over een deel van de gevel worden aangebracht en dit naar de wens van de eigenaar. Uiteraard wordt ter hoogte van een opening voor een raam of een deur de gevelbekleding onderbroken.
Figuur 2 laat een aaneensluiting van basis-gevelbekledingselementen 2 zien. Elk basis-gevelbekledingselement 2 is voorzien van een eerste langszijde 3, aan dewelke een eerste gevelbevestigingsmiddel 4 is aangebracht, en van een tweede langszijde 5. Het basis-gevelbekledingselement vertoont een wederkerend doorlopend patroon dat een sequentie van dalen (d) en toppen (t) vormt en waarvan het patroon een patroonlengte (pl) heeft. In figuur 2 is het patroon gevormd door een blokgolf, maar het zal duidelijk zijn dat de uitvinding niet beperkt is tot blokgolfvormige patronen en dat andere patronen zoals sinusgolven, zaagtanden, kamvormige, enz... mogelijk zijn. Ook is de uitvinding niet beperkt tot symmetrische patronen en zijn ook asymmetrische patronen mogelijk zoals bijvoorbeeld weergegeven in figuur 13.
De tweede langszijde 5 van het basis-gevelbekledingselement 2 is voorzien van een eerste tand 6, welke eerste tand een lengte heeft gelegen tussen 6% en 30%, in het bijzonder tussen 9% en 25%, van de patroonlengte pl. De eerste tand staat dwars op de tweede langszijde en heeft bij voorkeur een schuin aflopend kopgedeelte. Voor een patroonlengte van bijvoorbeeld pl=60 mm of van pl=90 mm zal de eerste tand een tandlengte van 8,2mm hebben. Ook voor een patroonlengte pl=33 mm kan een tandlengte van 8,2mm worden gekozen. Uiteraard is het ook mogelijk om een andere dimensie dan 8,2 mm te kiezen voor de tandlengte.
De eerste langszijde 3 maakt deel uit van een eerste verlengstuk 7 dat het patroon aldaar verder zet. Zoals weergegeven in figuur 2 strekt het dal van het patroon ter hoogte van de eerste langszijde 3 zich als het ware verder uit dan gegeven door de patroonlengte om zo onder een top van een naastgelegen basis-gevelbekledingselement uit te komen. Het eerste verlengstuk 7 bevat een eerste gevelbevestigingsmiddel 4 dat voorzien is van een eerste goot 8. De eerste goot heeft een diepte die ten minste gelijk is aan de tandlengte van de eerste tand. De eerste goot 8 en de eerste tand 6 zijn zodanig gevormd en aangebracht dat ze in en uit elkaar verschuifbaar zijn. Dat in en uit elkaar verschuiven wordt gemakkelijker gemaakt door het schuin aflopend kopgedeelte van de eerste tand.
Het eerste gevelbevestigingsmiddel 4 is bij voorkeur gevormd door een juxtapositie van de goot 8 en een u-vormig profiel, waarbij de goot loodrecht op een been van het u-vormig profiel is aangebracht. Doorheen het u-vormige profiel wordt een schroef 9 of een pen of een ander verankeringsmiddel aangebracht waarmede het basis-gevelbekledingselement 2 tegen de gevel wordt bevestigd.
Bij het met elkaar verbinden van twee opeenvolgende basis-gevelbekledingselementen wordt de eerste tand 6 van het volgende basis-gevelbekledingselement in de eerste goot 8 van het voorgaande reeds aan de gevel bevestigde basis-gevelbekledingselement geschoven. De diepte over dewelke de eerste tand in de eerste goot wordt geschoven is afhankelijk van enerzijds de breedte van het basis-gevelbekledingselement en anderzijds de breedte van de te bekleden gevel. De eerste tand moet uiteraard voldoende diep in de eerste goot worden geschoven om een bevestiging tot stand te brengen, maar het is niet noodzakelijk dat de eerste tand volledig in de eerste goot geschoven is. Wanneer de eerste tand reeds over 30% van zijn lengte in de eerste goot geschoven is wordt reeds een voldoende bevestiging bekomen. De tandlengte bepaalt de afstand waarover het basis-gevelbekledingselement verschuifbaar is. Om die reden is de tandlengte dan ook bepaald als een percentage van de patroonlengte. Welk percentage er wordt gekozen is afhankelijk van de geometrie van het patroon en van de verhouding tussen de dal- en de toplengte. Zo zal bij een basis-gevelbekledingselement met een patroonlengte van bijvoorbeeld 33 mm de tandlengte 25,85% van de patroonlengte bedragen en bij een patroonlengte van bijvoorbeeld 90 mm de tandlengte 9,11 % van de patroonlengte bedragen.
Figuur 3 laat een koppeling zien van een basis-gevelbekledingselement 2 met een start-gevelbekledingselement 12. Het start-gevelbekledingselement 12 heeft een derde langszijde 13 die deel uitmaakt van een tweede verlengstuk 17 dat het patroon aldaar verder zet en een tweede gevelbevestigingsmiddel 14 bevat. Het tweede verlengstuk 17 is voorzien van een tweede goot 18 welke een diepte heeft die ten minste gelijk is aan de lengte van de eerste tand 6. Het eerste en tweede gevelbevestigingsmiddel 4, 14 hebben eenzelfde configuratie. De tweede goot 18 is zodanig gevormd en aangebracht dat de eerste tand 6 er in en uit schuifbaar is. Het start-gevelbekledingselement 12 bevat verder een vierde langszijde 15 die voorzien is van een derde gevelbevestigingsmiddel 19. Het derde gevelbevestigingsmiddel bevat een bevestigingsorgaan 19’ aan hetwelk een afdekkap 20 is aangebracht. De afdekkap heeft de vorm van top uit het patroon om zodoende aan te sluiten bij het wederkerend patroon. De afdekkap is bij voorkeur op het derde gevelbevestigingsmiddel 19 geclipst, maar het zal duidelijk zijn dat ook andere bevestigingen mogelijk zijn zoals in elkaar schuiven. De afdekkap is bij voorkeur van inwendige uitsteeksels 19” voorzien die aanstoten tegen opstaande zuilen van het bevestigingsorgaan 19’.
Het start-gevelbekledingselement 12 bevat bij voorkeur een vierde verlengstuk 16 dat het patroon aldaar verder zet met een afstand van ten hoogste de helft van de patroonlengte. Dat vierde verlengstuk bevat bij voorkeur het derde gevelbevestigingsmiddel 19. Aan dit vierde verlengstuk is verder een eerste uitsparing 11 voorzien die een lengte heeft van ten minste een vierde van de patroonlengte en in dat vierde verlengstuk naast het derde gevelbevestigingsmiddel 19 in het verlengde van het dal van het patroon is aangebracht en zich naar de vierde langszijde toe uitstrekt.
Voor de koppeling tussen het basis-gevelbekledingselement 2 en het start-gevelbekledingselement 12 wordt dit laatste eerst tegen de gevel bevestigd door middel van het tweede en het vierde gevelbevestigingsmiddel 14 en 19. Daarna wordt de eerste tand 6 van het basis-gevelbekledingselement 2 in de tweede goot 18 van het start-gevelbekledingselement 12 geschoven waardoor de beide gevelbekledingselementen met elkaar verbonden zijn. Vervolgens wordt de afdekkap 20 op het bevestigingsorgaan 19’ bevestigd waardoor het patroon vervolledigd wordt.
Figuur 4 laat een koppeling zien van een eind-gevelbekledingselement 22 met het basis-gevelbekledingselement 2. Het eind-gevelbekledingselement 22 is voorzien van een vijfde langszijde 23 en van een zesde langszijde 25. De vijfde langszijde 23 is voorzien van een vierde gevelbevestigingsmiddel 24 waarop een afdekkap 20 is aangebracht. Het vierde gevelbevestigingsmiddel 24 heeft bij voorkeur eenzelfde constructie als het derde gevelbevestigingsmiddel 19 maar is gevormd door een los onderdeel. De vijfde langszijde 23 is verder voorzien van een derde verlengstuk 27 dat het patroon aldaar verder zet met een afstand van ten hoogste de helft van de patroonlengte. Het vierde gevelbevestigingsmiddel 24 is op het derde verlengstuk aangebracht.
De zesde langszijde 25 is voorzien van een tweede tand 26, welke tweede tand een lengte heeft gelegen tussen 6 % en 30 %, in het bijzonder tussen 9 % en 25 %, van de patroonlengte. De tweede tand 26 staat dwars op de zesde langszijde. De eerste en de tweede tand hebben eenzelfde constructie zodat de tweede tand van het eind-gevelbekledingselement 22 in een eerste goot van het basis-gevelbekledingselement 2 past.
Om de gevelbekleding af te werken wordt de tweede tand 26 van het eind-gevelbekledingselement 22 in de eerste goot 8 van het basis-gevelbekledingselement 2 geschoven. Het derde verlengstuk 27 wordt vervolgens tegen de gevel aan gedrukt. Daarna wordt het vierde gevelbevestigingsmiddel 24 tegen het derde verlengstuk 27 gebracht en een verankeringsmiddel 9 wordt doorheen het vierde gevelbevestigingsmiddel 24 en het derde verlengstuk 27 in de gevel aangebracht. Tenslotte wordt de afdekkap 20 op het vierde gevelbevestigingsmiddel 24 aangebracht om het patroon af te werken.
Daar gevels in verschillende dimensies uit te voeren zijn en het weinig zinvol is om voor elke gevel apart een gevelbekleding te realiseren wordt er met gestandaardiseerde dimensies voor de gevelbekledingselementen gewerkt. Om desalniettemin toch verschillende geveldimensies te bekleden bevat het samenstel volgens de uitvinding bij voorkeur ook een opvul-gevelbekledingselement 32 zoals weergegeven in figuur 5. Dat opvul-gevelbekledingselement 32 is voorzien van een zevende 33 en een achtste 35 langszijde, aan welke zevende langszijde een vijfde gevelbevestigingsmiddel 34 is aangebracht. Dat laatste heeft eenzelfde configuratie als het eerste gevelbevestigingsmiddel.
Aan de achtste langszijde 35 is een vijfde verlengstuk 37’ aangebracht dat het patroon aldaar verder zet met een afstand van ten hoogste de helft van de patroonlengte. Een zesde gevelbevestigingsmiddel 37 is op het vijfde verlengstuk aangebracht. Dat zesde gevelbevestigingsmiddel heeft een analoge configuratie als het derde gevelbevestigingsmiddel 19, maar onderscheidt zich van dit laatste door de positie van het verankeringsmiddel 9. Het zesde gevelbevestigingsmiddel is van een tweede uitsparing 39 voorzien die een lengte heeft van ten minste een vierde van de patroonlengte en in het verlengde van het dal van het patroon is aangebracht en zich naar de achtste langszijde 35 toe uitstrekt. De tweede uitsparing 39 is zodanig gevormd dat het derde verlengstuk 27 er verschuifbaar in aan te brengen is. De zevende langszijde 33 maakt deel uit van een zesde verlengstuk 31 dat het patroon aldaar verder zet en het vijfde gevelbevestigingsmiddel 34 bevat. Het zesde verlengstuk 31 is voorzien van een derde goot 38, welke een diepte heeft die ten minste gelijk is aan de lengte van de eerste tand 6. De derde goot 38 is zodanig gevormd en aangebracht dat de eerste tand 6 er in en uit schuifbaar is. De derde goot heeft eenzelfde configuratie als de eerste en tweede goot 8, 18.
Het opvul-gevelbekledingselement 32 werkt bij voorkeur tezamen met een eind-gevelbekledingselement 22 zoals weergegeven in figuur 5. Voor het aanbrengen van een opvul-gevelbekledingselement 32 wordt eerst een eind-gevelbekledingselement 22 aangebracht aan een basis-gevelbekledingselement en daarna wordt de tweede uitsparing 39 op het derde verlengstuk 27 aangebracht en beiden worden op de gevel bevestigd. Vervolgens wordt het vijfde bevestigingsmiddel 34 aan de gevel bevestigd en daarna wordt de eerste tand 6 van een volgend basis-gevelbekledingselement 2 in de derde goot 38 geschoven. Tenslotte wordt de afdekkap 20 op het zesde gevelbevestigingselement aangebracht.
Het gebruik van een opvul-gevelbekledingselement biedt ook voordelen bij het vervangen van één of meerdere beschadigde gevelbekledingselementen. Door af en toe een opvul- gevelbekledingselement op te nemen in de gevelbekleding is het mogelijk om dit eenvoudig weg te halen. Hiertoe volstaat het om de afdekkap 20 van het opvul-gevelbekledingselement 32 los te maken en te verwijderen waardoor toegang wordt verkregen tot het zesde gevelbevestigingsmiddel 37. Door dit laatste eveneens te verwijderen komt het eind-gevelbekledingselement 22 vrij en kan dit verwijderd worden door de tweede tand 26 uit de eerste goot te schuiven. Het weghalen van het eind-gevelbekledingselement 22 schept ruimte om de gevelbekledingselementen die zich links van het eind- gevelbekledingselement 22 bevinden los te maken daar nu het eerste gevelbevestigingsmiddel 4 is komen vrij te liggen. Op deze wijze is het dus niet noodzakelijk om de gehele gevelbekleding weg te halen indien één element dient te worden vervangen.
De gevel kan naast rechte stukken ook natuurlijk hoeken vertonen, bijvoorbeeld tussen een voorgevel en een zijgevel of wanneer het gebouw een uit- of een insprong vertoont. Figuur 6 laat een beklede gevel zien voorzien van een buitenhoek en figuur 7 een beklede gevel voorzien van een binnenhoek. Om de gevelbekleding over de hoek heen te laten doorlopen zonder de continuïteit van het wederkerend patroon te verstoren bevat het samenstel volgens de uitvinding bij voorkeur een hoek-gevelbekledingselement 42 voor een buitenhoek en een hoek-gevelbekledingselement 52 voor een binnenhoek. Het hoek-gevelbekledingselement 42, 52 is voorzien van een eerste hoekbeen (A,C) dat een negende langszijde 45 bevat en van een tweede hoekbeen (B,D) dat een tiende langszijde 43 bevat. De negende langszijde 45 is voorzien van een zevende gevelbevestigingsmiddel 40, welk afgedekt is met de afdekkap 20. Het zevende gevelbevestigingsmiddel 40 heeft eenzelfde configuratie als het zesde gevelbevestigingsmiddel 37. Deze laatste is op eenzelfde wijze gemonteerd als de afdekkap op het start-gevelbekledingselement. De tiende langszijde 43 is voorzien van een achtste gevelbevestigingsmiddel 44 dat eenzelfde constructie heeft als het eerste gevelbevestigingsmiddel 4.
Voor de koppeling tussen het eind-gevelbekledingselement 22 en het naastgelegen hoek-gevelbekledingselement 42 of 52 is de negende langszijde 45 voorzien van een derde uitsparing 49 die een lengte heeft van ten minste een vierde van de patroonlengte. Het zevende gevelbevestigingsmiddel 40 is in het verlengde van het dal van het patroon aangebracht en strekt zich uit naar de negende langszijde toe. De derde uitsparing 49 is zodanig gevormd dat het derde verlengstuk 27 er verschuifbaar in aan te brengen is. De tiende langszijde 43 maakt deel uit van een zevende verlengstuk 47 dat het patroon verder zet en het achtste gevelbevestigingsmiddel 44 bevat. Het zevende verlengstuk 47 is voorzien van een vierde goot 48 welke een diepte heeft die ten minste gelijk is aan de lengte van de eerste tand 6. De vierde goot is qua dimensie en constructie analoog aan de eerste goot. De vierde goot 48 is zodanig gevormd en aangèbracht dat de eerste tand 6 er in en uit schuifbaar is.
Het buitenhoek-gevelbekledingselement 42 is bij voorkeur voorzien van een top uit de sequentie waarvan een opstaande flank in het verlengde ligt van het zesde gevelbevestigingsmiddel en de aansluiting tussen de hoekbenen A en B vormt.
Het binnenhoek-gevelbekledingselement 52 is bij voorkeur zo gevormd dat een aansluiting tussen de hoekbenen C en D gevormd is door een aansluiting van twee dalen uit de sequentie.
Voor het aanbrengen van een hoek-gevelbekledingselement 42 of 52 wordt het achtste gevelbevestigingsmiddel 44 aan de gevel bevestigd. Daarna wordt de eerste tand 6 van het basis-gevelbekledingselement 2 in de vierde goot geschoven. Vervolgens wordt een deel van het eind-gevelbekledingselement 22, namelijk datgene gevormd door de top en het dal met zijn derde verlengstuk 27, aangebracht door het derde verlengstuk 27 in de derde uitsparing 49 te schuiven en de tweede tand 26 in de eerste goot te schuiven. Tenslotte wordt een bevestigingsorgaan 9 doorheen het zevende bevestigingsmiddel 40 en het derde verlengstuk 27 aangebracht om beide tegen de gevel te bevestigen. Daarna wordt de afdekkap 20 aangebracht. Door het gebruik van de tand en de goot enerzijds en doordat het derde verlengstuk 27 in de derde uitsparing verschuifbaar is, is aanpassing aan de dimensie van de gevel mogelijk en kan er voor gezorgd worden dat de hoek tussen de hoekbenen samenvalt met de hoek in de gevel, zonder dat er aan de continuïteit van het patroon afbreuk wordt gedaan.
Bij voorkeur is in het hoek-gevelbekledingselement 42 of 52 tussen de negende en de tiende langszijde een dal en een top opgenomen zodat dit dal de hoek vormt bij een binnenhoek en de top de hoek vormt bij een buitenhoek. Hierdoor wordt een betere afwerking verkregen en er voor gezorgd dat in een binnenhoek altijd een dal aanwezig is en voor een buitenhoek altijd een top.
Gevels bevatten openingen voor ramen en deuren en dus dient bij een bekleding van de gevel hiermee rekening te worden gehouden. Ter hoogte van een dergelijke opening dient het gevelbekledingselement volgens de uitvinding dan ook te worden afgezaagd teneinde de opening vrij te laten. Daar dit afzagen op om het even welke plaats in het profiel kan voorkomen, bevat het samenstel volgens de uitvinding bij voorkeur een eerste en een tweede openings-aansluitingsprofiel 50, 60, zoals weergegeven in de figuren 8, 9, 10 en 11. Het eerste respektievelijk het tweede openings-aansluitingsprofiel 50, 60 is telkens door een maskeerdeel 51, 61 gevormd dat een onderbreking in het patroon ter hoogte van de opening maskeert.
De openings-aansluitingsprofielen 50, 60 zijn bij voorkeur van verdere bevestigingsmiddelen 52, 62 voorzien om in een omlijsting van de opening in de gevel te worden bevestigd. Op deze verdere bevestigingsmiddelen worden dan de maskeerdelen bevestigd. Voor het monteren van de openings-aansluitingsprofielen worden de verdere bevestigingsmiddelen 52, 62 in de omlijsting van de opening bevestigd. De gevelbekledingselementen worden dan zodanig afgezaagd dat de zaagsnede 55, 57 tegen de verdere bevestigingsmiddelen aanleunt. Vervolgens worden de maskeerdelen op de verdere bevestigingsmiddelen bevestigd om de zaagsnede te maskeren.
Voor het aanbrengen van een samenstel volgens de uitvinding wordt eerst de te bekleden afstand van de gevel gemeten. Vervolgens wordt deze afstand gedeeld door de patroonlengte. Indien bij deze deling een geheel getal ontstaat dan kunnen de gevelbekledingselementen zonder meer worden aangebracht. Indien er een geheel getal en een fractie van een geheel getal ontstaat dan wordt deze fractie over de afstand verdeeld door het schuiven van de tand in de goot.
De gevelbekledingselementen volgens de uitvinding zijn bij voorkeur uit aluminium vervaardigd en worden bij voorkeur door extrusie verkregen. Echter is de uitvinding niet tot aluminium als materiaal beperkt en zijn ook andere materialen zoals kunststof, hout of glas mogelijk.
Figuur 12 laat een andere uitvoeringsvorm zien van een gevel-bekledingselement volgens de uitvinding. In deze uitvoeringsvorm zijn de toppen smaller dan de dalen. De eerste goot 78 en de eerste tand 76 zijn aan de achterzijde van het element aangebracht en verschoven ten opzichte van het dal. Het eerste gevelbevestigingselement 74 is eveneens aan de achterzijde van het element aangebracht en verschoven ten opzichte van het dal. Ofschoon in de uitvoeringsvormen van de figuren 2 en 12 het profiel symmetrisch is, zijn asymmetrische uitvoeringen ook mogelijk.
Figuur 13 laat een uitvoeringsvorm zien waarbij het basis-gevelbekledingselement 72 een asymmetrisch patroon vertoont. Echter wordt ook bij deze uitvoering een eerste tand 76 en een eerste goot 78 voorzien.

Claims (13)

  1. CONCLUSIES
    1. Samenstel van gevelbekledingselementen (1) die, wanneer op een gevel aangebracht, een wederkerend doorlopend patroon vertonen dat een sequentie van dalen (d) en toppen (t) vormt, welk samenstel bevat : - ten minste één basis-gevelbekledingselement (2), welk voorzien is van een eerste langszijde (3), aan dewelke een eerste gevelbevestigingsmiddel (4) is aangebracht, en van een tweede langszijde (5), en waarvan het patroon een patroonlengte (pl) heeft; - een start-gevelbekledingselement (12), welk voorzien is van een derde langszijde (13) en een vierde langszijde (15), waarbij de derde langszijde (13) voorzien is van een tweede gevelbevestigingsmiddel (14) en waarbij de vierde langszijde (15) voorzien is van een derde gevelbevestigingsmiddel (19), waarbij aan de vierde langszijde (15) een afdekkap (20) is aangebracht; en - een eind-gevelbekledingselement (22), welk voorzien is van een vijfde langszijde (23) en een zesde langszijde (25), waarbij aan de vijfde langszijde (23) een vierde gevelbevestigingsmiddel (24) en een afdekkap (20) is aangebracht; met het kenmerk dat voor de koppeling tussen een basis-gevelbekledingselement (2,62) en een naastgelegen gevelbekledingselement (2,12,22,32,42,52,63,72) de tweede langszijde (5) van het basis-gevelbekledingselement (2) voorzien is van een eerste tand (6,66,76), welke eerste tand (6,66,76) een lengte heeft gelegen tussen 6 % en 30 %, in het bijzonder tussen 9 % en 25 %, van de patroonlengte, welke eerste tand dwars op de tweede langszijde staat, en waarbij de eerste langszijde (3) deel uitmaakt van een eerste verlengstuk (7) dat het patroon aldaar verder zet en het eerste gevelbevestigingsmiddel (4) bevat, welk eerste verlengstuk (7) voorzien is van een eerste goot (8,68,78), welke een diepte heeft die ten minste gelijk is aan de lengte van de eerste tand, en waarbij de eerste goot (8,68,78) en de eerste tand (6,66,76) zodanig zijn gevormd en aangebracht dat ze in en uit elkaar verschuifbaar zijn; voor de koppeling tussen een basis- gevelbekledingselement en het start-gevelbekledingselement (12) de derde langszijde (13) deel uitmaakt van een tweede verlengstuk (17) dat het patroon verder zet en het tweede gevelbevestigingsmiddel (14) bevat, welk tweede verlengstuk (17) voorzien is van een tweede goot (18) welke een diepte heeft die ten minste gelijk is aan de lengte van de eerste tand (6,66,76), en waarbij de tweede goot (18) zodanig gevormd en aangebracht is dat de eerste tand er in en uit schuifbaar is; voor de koppeling tussen een basis- gevelbekledingselement en het eind-gevelbekledingselement (22) de zesde langszijde (25) voorzien is van een tweede tand (26), welke tweede tand (26) een lengte heeft gelegen tussen 6 % en 30 %, in het bijzonder tussen 9 % en 25 %, van de patroon lengte, welke tweede tand (26) dwars op de zesde langszijde staat, en waarbij de vijfde langszijde (23) voorzien is van een derde verlengstuk (27) dat het patroon aldaar verder zet met een afstand van ten hoogste de helft van de patroonlengte en waarbij het vierde gevelbevestigingsmiddel (24) op het derde verlengstuk is aangebracht.
  2. 2. Samenstel volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het start-gevelbekledingselement (12) een vierde verlengstuk (16) bevat dat het patroon aldaar verder zet met een afstand van ten hoogste de helft van de patroonlengte, welk vierde verlengstuk het derde gevelbevestigingsmiddel (19) bevat, welk samenstel verder van een eerste uitsparing (11) is voorzien die een lengte heeft van ten minste een vierde van de patroonlengte en in het vierde verlengstuk naast het derde gevelbevestigingsmiddel (19) in het verlengde van het dal van het patroon is aangebracht en naar de vierde langszijde toe uitstrekt.
  3. 3. Samenstel volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat het verder ten minste één opvul-gevelbekledingselement (32) bevat welk voorzien is van een zevende (33) en een achtste (35) langszijde, aan welke zevende langszijde een vijfde gevelbevestigingsmiddel (34) is aangebracht en aan welke achtste langszijde een vijfde verlengstuk is aangebracht dat het patroon aldaar verder zet met een afstand van ten hoogste de helft van de patroonlengte en waarbij een zesde gevelbevestigingsmiddel (37) op het vijfde verlengstuk is aangebracht, welk zesde gevelbevestigingsmiddel van een tweede uitsparing (39) is voorzien die een lengte heeft van ten minste een vierde van de patroonlengte en naast het vijfde gevelbevestigingsmiddel (19) in het verlengde van het dal van het patroon is aangebracht en zich naar de achtste langszijde toe uitstrekt, waarbij de tweede uitsparing (39) zodanig gevormd is dat het derde verlengstuk er verschuifbaar in aan te brengen is, en waarbij de zevende langszijde (33) deel uitmaakt van een zesde verlengstuk (31) dat het patroon aldaar verder zet en het vijfde gevelbevestigingsmiddel (34) bevat, welk zesde verlengstuk (31) voorzien is van een derde goot (38), welke een diepte heeft die ten minste gelijk is aan de lengte van de eerste tand (6), en waarbij de derde goot (38) zodanig gevormd en aangebracht is dat de eerste tand (6) er in en uit schuifbaar is.
  4. 4. Samenstel volgens één der conclusies 1 tot en met 3, daardoor gekenmerkt dat het verder ten minste één hoek-gevelbekledingselement (42) bevat, welk voorzien is van een eerste hoekbeen (A) dat een negende langszijde (45) bevat en een tweede hoekbeen (B) dat een tiende langszijde (43) bevat, waarbij de negende langszijde (45) voorzien is van een zevende gevelbevestigingsmiddel (40), welk afgedekt is met de afdekkap (20), en waarbij de tiende langszijde (43) voorzien is van een achtste gevelbevestigingsmiddel (44), en waarbij voor de koppeling tussen het eind-gevelbekledingselement (22) en het naastgelegen hoek-gevelbekledingselement (42) de negende langszijde (45) voorzien is van een derde uitsparing (49) die een lengte van ten minste een vierde van de patroonlengte heeft en bij het zevende gevelbevestigingsmiddel (41) in het verlengde van het dal van het patroon is aangebracht en zich naar de negende langszijde toe uitstrekt, waarbij de derde uitsparing (49) zodanig gevormd is dat het derde verlengstuk er verschuifbaar in aan te brengen is, en waarbij de tiende langszijde (43) deel uitmaakt van een zevende verlengstuk (47) dat het patroon verder zet en het achtste gevelbevestigingsmiddel (44) bevat, welk zevende verlengstuk (47) voorzien is van een vierde goot (48) welke een diepte heeft die ten minste gelijk is aan de lengte van de eerste tand (6), en waarbij de vierde goot (48) zodanig gevormd en aangebracht is dat de eerste tand (6) er in en uit schuifbaar is.
  5. 5. Samenstel volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat het hoek-gevelbekledingselement (42) een buitenhoek-gevelbekledingselement is met een top uit de sequentie waarvan een opstaande flank in het verlengde ligt van het zesde gevelbevestigingsmiddel en de aansluiting tussen de hoekbenen vormt.
  6. 6. Samenstel volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat het hoek-gevelbekledingselement (42) een binnenhoek-gevelbekledingselement is waarbij de aansluiting tussen de hoekbenen gevormd is dooreen aansluiting van twee dalen uit de sequentie.
  7. 7. Samenstel volgens één der conclusies 1 tot en met 6, daardoor gekenmerkt dat de gevelbevestigingsmiddelen hetzij door de afdekkap (20) hetzij door een top van het patroon zijn afgedekt.
  8. 8. Samenstel volgens één der conclusies 1 tot en met 7, daardoor gekenmerkt dat het eerste, tweede, vijfde en zevende gevelbevestigingsmiddel gevormd is door een juxtapositie van de goot en een u-vormig profiel, waarbij de goot loodrecht op een been van het u-vormig profiel is aangebracht.
  9. 9. Samenstel volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het ten minste een eerste en een tweede openings-aansluitingsprofiel (50,60) bevat dat in een opening in de gevel aanbrengbaar is, en waarbij het eerste respektievelijk het tweede openings-aansluitingsprofiel (50,60) elk door een maskeerdeel (51,61) gevormd is dit om een onderbreking in het patroon ter hoogte van de opening te maskeren.
  10. 10. Samenstel volgens conclusie 9, daardoor gekenmerkt dat de openings-aansluitingsprofielen van verdere bevestigingsmiddelen zijn voorzien om in een omlijsting van de opening in de gevel te worden bevestigd.
  11. 11. Samenstel volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het patroon symmetrisch is aangebracht op het basis-gevelbekledingselement.
  12. 12. Samenstel volgens één der conclusies 1 tot en met 10, daardoor gekenmerkt dat het patroon asymmetrisch is aangebracht op het basis-gevelbekledingselement.
  13. 13. Werkwijze voor het aanbrengen van een samenstel volgens één der voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de te bekleden afstand van de gevel wordt gemeten en vervolgens wordt gedeeld door de patroonlengte, en indien bij deze deling een geheel getal en een fractie van een geheel getal ontstaat deze fractie over de afstand wordt verdeeld door het schuiven van de tand in de goot.
BE2013/0476A 2013-07-08 2013-07-08 Samenstel van gevelbekledingselementen BE1022315B1 (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2013/0476A BE1022315B1 (nl) 2013-07-08 2013-07-08 Samenstel van gevelbekledingselementen
PCT/IB2014/062861 WO2015004584A1 (en) 2013-07-08 2014-07-04 Assembly of facade cladding elements
EP14780565.9A EP3019676B1 (en) 2013-07-08 2014-07-04 Assembly of facade cladding elements

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2013/0476A BE1022315B1 (nl) 2013-07-08 2013-07-08 Samenstel van gevelbekledingselementen

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1022315B1 true BE1022315B1 (nl) 2016-03-15

Family

ID=49274354

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2013/0476A BE1022315B1 (nl) 2013-07-08 2013-07-08 Samenstel van gevelbekledingselementen

Country Status (3)

Country Link
EP (1) EP3019676B1 (nl)
BE (1) BE1022315B1 (nl)
WO (1) WO2015004584A1 (nl)

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4189885A (en) * 1978-08-29 1980-02-26 Wolverine Aluminum Corporation Channel member for siding construction
FR2453353A1 (fr) * 1979-04-04 1980-10-31 Dentand Bernard Profile pour la realisation de bardages, et procede d'utilisation
EP0687338A1 (fr) * 1994-01-03 1995-12-20 André FELIX Revetement de fa ade

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4189885A (en) * 1978-08-29 1980-02-26 Wolverine Aluminum Corporation Channel member for siding construction
FR2453353A1 (fr) * 1979-04-04 1980-10-31 Dentand Bernard Profile pour la realisation de bardages, et procede d'utilisation
EP0687338A1 (fr) * 1994-01-03 1995-12-20 André FELIX Revetement de fa ade

Also Published As

Publication number Publication date
EP3019676B1 (en) 2017-08-02
WO2015004584A1 (en) 2015-01-15
EP3019676A1 (en) 2016-05-18

Similar Documents

Publication Publication Date Title
DE60208098D1 (de) Verfahren zur Verbesserung der Viskositätsstabilität durch Zusatz einer Farbstoffkomponente
DK1287218T3 (da) Profilliste
BE1016572A6 (nl) Verbeterd raam-of deurprofiel.
CA2764793A1 (en) A profile bar to be locked to a panel, and a panel system
RS51170B (sr) Profil šina i postupak za proizvodnju profil šina
BR0315963B1 (pt) método para galvanizar uma tira de aço continuamente
BE1022315B1 (nl) Samenstel van gevelbekledingselementen
RU2005123276A (ru) Петля для дверей, окон и подобных элементов сооружений
FI3402939T3 (fi) Lukituslistalla varustettu paneelien joukko, menetelmä sellaisen paneelien joukon valmistamiseksi ja paneelien kokoaminen
BE1017089A7 (nl) Deur-en/of raamomlijsting met aanpasbare breedte.
WO2013006975A3 (en) Fastening a ceiling trim
DE602006021386D1 (de) Laserhärtungswerkzeug mit einem ein rechteckiges Profil aufweisenden Wellenlichtleiter
NL7903171A (nl) Inmetselkozijn.
NL8900336A (nl) Ruithouder voor het ophangen van ruitvelden aan een draagconstructie bij volglasgevels en dergelijke.
MX2010005054A (es) Perfil metalico.
NL1023981C2 (nl) Brandwerende beglazing.
DE502004003265D1 (de) Bauteil mit in seinem Längsverlauf sich änderndem Profilquerschnitt
BE1022790B1 (nl) Inrichting voor het afdichten van een tussenruimte tussen een muur en een raam- of deurprofiel
ITFI20070153A1 (it) Dispositivo per la dissuasione di uccelli allo stazionamento su superfici
ATE554529T1 (de) Frequenzteiler und verfahren zur frequenzteilung
NL2019336B1 (nl) Werkwijze voor het aanbrengen van een kozijn in een opening in een wand, alsmede zelfinstellende bovendorpel
DE502004002656D1 (de) Verkleidungsplatte mit einem Farbstreifen
NL2024126B1 (nl) Profiel, schuifraam of schuifdeur die een dergelijk profiel omvat en gebruik van een dergelijk profiel in een schuifdeur of schuifraam.
BE884958A (nl) Aanpassingskonstruktie voor ramen en dergelijke.
BE1013909A3 (nl) Vliegenraam.

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20190731