BE1021173B1 - Modulair dakelement dat in het bijzonder bedoeld is voor een lichtstraat - Google Patents

Modulair dakelement dat in het bijzonder bedoeld is voor een lichtstraat Download PDF

Info

Publication number
BE1021173B1
BE1021173B1 BE2013/0865A BE201300865A BE1021173B1 BE 1021173 B1 BE1021173 B1 BE 1021173B1 BE 2013/0865 A BE2013/0865 A BE 2013/0865A BE 201300865 A BE201300865 A BE 201300865A BE 1021173 B1 BE1021173 B1 BE 1021173B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
plate
profile
transverse
longitudinal
roof element
Prior art date
Application number
BE2013/0865A
Other languages
English (en)
Inventor
Rik Glorieux
Original Assignee
Glorieux Jean
Rik Glorieux
DEJONCKHEERE Ann
GLORIEUX Emanuelle
GLORIEUX Didier
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Glorieux Jean, Rik Glorieux, DEJONCKHEERE Ann, GLORIEUX Emanuelle, GLORIEUX Didier filed Critical Glorieux Jean
Priority to BE2013/0865A priority Critical patent/BE1021173B1/nl
Priority to EP14198965.7A priority patent/EP2886736B1/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1021173B1 publication Critical patent/BE1021173B1/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04DROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
    • E04D13/00Special arrangements or devices in connection with roof coverings; Protection against birds; Roof drainage; Sky-lights
    • E04D13/03Sky-lights; Domes; Ventilating sky-lights
    • E04D13/032Supports or connecting means for sky-lights of vaulted shape
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04DROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
    • E04D3/00Roof covering by making use of flat or curved slabs or stiff sheets
    • E04D3/24Roof covering by making use of flat or curved slabs or stiff sheets with special cross-section, e.g. with corrugations on both sides, with ribs, flanges, or the like
    • E04D3/28Roof covering by making use of flat or curved slabs or stiff sheets with special cross-section, e.g. with corrugations on both sides, with ribs, flanges, or the like of glass or other translucent material
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04DROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
    • E04D3/00Roof covering by making use of flat or curved slabs or stiff sheets
    • E04D3/24Roof covering by making use of flat or curved slabs or stiff sheets with special cross-section, e.g. with corrugations on both sides, with ribs, flanges, or the like
    • E04D3/28Roof covering by making use of flat or curved slabs or stiff sheets with special cross-section, e.g. with corrugations on both sides, with ribs, flanges, or the like of glass or other translucent material
    • E04D2003/285Roof covering by making use of flat or curved slabs or stiff sheets with special cross-section, e.g. with corrugations on both sides, with ribs, flanges, or the like of glass or other translucent material with specially profiled marginal portions for connecting purposes

Abstract

Modulair dakelement omvattende een eerste plaat ter vorming van een dragende structuur; een tweede plaat uit een kunststofmateriaal, welke aangebracht is boven de eerste plaat; een eerste en een tweede langsprofiel, waarbij een eerste langszijde en tweede langszijde van de eerste en tweede plaat ondersteund zijn in respectievelijk het eerste en tweede langsprofiel; ten minste één dwarsprofiel dat het eerste langsprofiel verbindt met het tweede langsprofiel, welk ten minst één dwarsprofiel zich uitstrekt boven de eerste plaat.

Description

Modulair dakelement dat in het bijzonder bedoeld is voor een lichtstraat
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een modulair dakelement omvattende tenminste een eerste plaat ter vorming van een dragende structuur, en op een lichtstraat die meerdere dergelijke modulaire dakelementen omvat.
Volgens de stand van de techniek worden lichtstraten ter plaatse opgebouwd met behulp van één of meer platen die bevestigd worden aan een reeks langs- en/of dwarsprofielen. Een in België vaak voorkomende lichtstraat wordt opgebouwd uit één of meer geprofileerde boogvormige platen die bijvoorbeeld vervaardigd zijn uit een met glasvezel versterkt polyesterhars. Deze boogvormige platen worden typisch geproduceerd op basis van de dagmaat van de opstand waarop de lichtstraat moet worden voorzien. Bij dergelijke lichtstraten is de U-waarde echter relatief hoog. Andere bekende lichtstraten worden opgebouwd uit een combinatie van gebogen aluminiumprofielen ter ondersteuning van flexibele meerwandige polycarbonaatplaten. Nog andere bekende lichtstraten maken gebruik van een combinatie van meerdere platen boven elkaar teneinde zowel de U-waarde als het draagvermogen te verbeteren. In dergelijke lichtstraten waar meerdere platen boven elkaar gemonteerd moeten worden, is de montage van de platen op een opstand veelal vrij complex en vergt de montage een groot aantal handelingen.
De onderhavige uitvinding heeft als doel een modulair dakelement te verschaffen waarin meerdere platen boven elkaar zijn opgenomen, met welk dakelement de montage op een opstand vereenvoudigd wordt.
Daartoe omvat een modulair dakelement volgens de uitvinding een eerste plaat ter vorming van een dragende structuur, een tweede plaat uit een kunststofmateriaal, een eerste en een tweede langsprofiel, en ten minste één dwarsprofiel. De tweede plaat is boven de eerste plaat aangebracht. Een eerste langszijde en tweede langszijde van de eerste en tweede plaat zijn ondersteund in respectievelijk het eerste en tweede langsprofiel. Het ten minste één dwarsprofiel verbindt het eerste langsprofiel met het tweede langsprofiel en strekt zich uit boven de eerste plaat.
Door het voorzien van ten minste één dwarsprofiel dat het eerste langsprofiel met het tweede langsprofiel verbindt, wordt het eerste langsprofiel vastgezet ten opzichte van het tweede langsprofiel. Verder zal deze structuur van langsprofielen en dwarsprofielen ervoor zorgen dat de eerste en tweede plaat vastgezet zijn in de eerste en tweede langsprofielen, rekening houdend met het feit dat de eerste plaat een dragende structuur vormt en dus een relatief stijve plaat is. Een dergelijk modulair dakelement kan eenvoudig bevestigd worden op een opstand, waarbij enkel het eerste en het tweede langsprofiel vastgemaakt moeten worden aan de opstand.
In een voordelige uitvoeringsvorm is de eerste plaat een geprofileerde plaat. Op die manier kan de sterkte van de eerste plaat verhoogd worden zonder dat de plaat zeer dik moet zijn uitgevoerd. De tweede plaat is bij voorkeur een meerwandige plaat welke bijvoorbeeld vervaardigd is door extrusie. Dergelijke platen hebben het voordeel een lage U-waarde te hebben. De tweede plaat kan echter ook een vlakke massieve plaat zijn.
In een voordelige uitvoeringsvorm strekt het ten minste één dwarsprofiel zich uit boven en/of onder de tweede plaat. Op die manier kan het ten minste één dwarsprofiel de tweede plaat ondersteunen en/of vastklemmen. Het of elk dwarsprofiel is bij voorkeur bij een eerste uiteinde vastgeklemd in of tegen het eerste langsprofiel, en bij een tweede uiteinde in of tegen het tweede langsprofiel. Daartoe kan een dwarsprofiel bij het eerste en tweede uiteinde voorzien zijn van een boring die samenwerkt met een bout die door een gat in het eerste en tweede langsprofiel steekt. Verder kan het eerste uiteinde opgenomen zijn in een langsgoot van het eerste langsprofiel, en kan het tweede uiteinde opgenomen zijn in een langsgoot van het tweede langsprofiel. Een uiteinde van een dwarsprofiel dat zich uitstrekt boven de tweede plaat kan dan bijvoorbeeld opgenomen zijn in dezelfde langsgoot van het langsprofiel als een langszijde van de tweede plaat zelf.
In de voorkeursuitvoeringsvorm omvat het ten minste één dwarsprofiel een eerste dwarsprofiel nabij een eerste dwarszijde van de tweede plaat, en een tweede dwarsprofiel nabij een tweede dwarszijde van de tweede plaat. Een dergelijke uitvoering heeft het voordeel dat de dwarsprofielen eveneens gebruikt kunnen worden voor het koppelen van twee aangrenzende modulaire dakelementen. Zo kan het eerste dwarsprofiel voorzien zijn van een eerste koppelprofiel dat koppelbaar is aan een tweede dwarsprofiel van een aangrenzend dakelement. Het koppelprofiel kan bijvoorbeeld een U-profiel zijn. Een dergelijk koppelprofiel kan dan met de open zijde van de U naar onder gericht bevestigd zijn aan het eerste dwarsprofiel, en met de open zijde van de U naar boven gericht bevestigd zijn aan het tweede dwarsprofiel, zodanig dat een koppeling van aangrenzende dakelementen eenvoudig mogelijk is.
In een verdere uitvoeringsvorm kunnen naast het eerste en het tweede dwarsprofiel nog één of meer tussenliggende dwarsprofielen zijn voorzien. Verder is het ook mogelijk om de dwarsprofielen niet langs de dwarszijde te voorzien maar eerder op een afstand daarvan.
In een voordelige uitvoeringsvorm omvat het of elk dwarsprofiel een bovenste deel en een onderste deel waartussen de tweede plaat is vastgeklemd. Het koppelprofiel kan dan gevormd zijn met een bevestigingsdeel dat vastgeklemd is tussen het bovenste en het onderste van het of elk dwarsprofiel, in het geval dat dwarsprofielen voorzien zijn nabij de eerste en tweede dwarszijde.
In een mogelijke uitvoeringsvorm is tussen het eerste uiteinde van het eerste dwarsprofiel en het eerste uiteinde van het tweede dwarsprofiel een eerste klemprofiel aangebracht dat klemmend opgenomen is in het eerste langsprofiel, en is tussen het tweede uiteinde van het eerste dwarsprofiel en het tweede uiteinde van het tweede dwarsprofiel een tweede klemprofiel aangebracht dat klemmend opgenomen is in het tweede langsprofiel. Een dergelijke uitvoering is met name voordelig wanneer de langszijden van de tweede plaat en de uiteinden van het eerste en tweede dwarsprofiel opgenomen worden in eenzelfde langsgoot van de langsprofielen. Dergelijke klemprofielen laten dan toe om de speling die ontstaat als gevolg van het opnemen van de uiteinden van de dwarsprofielen te compenseren. Hierbij wordt opgemerkt dat wanneer de dwarsprofielen tweedelig zijn met een bovenste deel boven de tweede plaat en een onderste deel onder de tweede plaat, typisch enkel de uiteinden van de bovenste delen opgenomen zijn in een langsgoot van het langsprofiel.
In een voorkeursuitvoering heeft de eerste plaat een langsrichting evenwijdig aan de eerste en tweede langszijde daarvan, en een dwarsrichting evenwijdig aan een dwarszijde daarvan, en is de eerste plaat gezien in de dwarsrichting gevormd als een boog. De eerste plaat is in de langsrichting bij voorkeur voorzien van een profilering. Verder is de tweede plaat bij voorkeur zodanig flexibel dat deze in hoofdzaak de boogvorm van de eerste plaat kan aannemen door deze vast te zetten tussen het eerste en het tweede langsprofiel. Bij voorkeur is het of elk dwarsprofiel dan gevormd als een boog. De kromtestraal van de boog is bij voorkeur gelegen tussen 0,5 en 50 m. In een uitvoering waarin gewerkt wordt met een eerste en een tweede dwarsprofiel nabij respectievelijk de eerste en tweede dwarszijde van de tweede plaat, kan een koppelprofiel voorzien zijn dat flexibeler is dan het materiaal van het eerste en tweede dwarsprofiel, zodanig dat het koppelprofiel in hoofdzaak de boogvorm van het eerste en tweede dwarsprofiel kan aannemen. Het of elk dwarsprofiel kan vervaardig zijn uit metaal, maar kan ook vervaardigd zijn uit een sterk kunststofmateriaal, bijvoorbeeld een vezelversterkt kunststofmateriaal of een polycarbonaat. Het voordeel van het gebruik van een kunststofmateriaal is dat de U-waarde beter is, en dat geen speciale maatregelen getroffen dienen te worden om koude bruggen ter hoogte van de aansluiting tussen het dwarsprofiel en het langsprofiel te vermijden, en dat problemen met verschillende uitzettingscoëfificiënten eenvoudig kunnen worden vermeden.
De eerste plaat is bij voorkeur vervaardigd uit een composietmateriaal. Het composietmateriaal is bij voorkeur een hars uit de groep: polyesterharsen of andere thermosetharsen. Eventueel kunnen vezels, zoals glasvezels, toegevoegd zijn om het materiaal verder te versterken. Het kunststofmateriaal van de tweede plaat is bij voorkeur een materiaal uit de groep: polycarbonaat, acrylaat, PET, of andere thermoplasten. Deze materialen hebben het voordeel dat lichtdoorlatende, buigzame en lichte meerwandige platen vervaardigd kunnen worden, bijvoorbeeld door extrusie. Hierbij kan de bovenzijde van de tweede plaat U-bestendig worden uitgevoerd. Volgens een variant is de tweede plaat een massieve plaat uit een vezelversterkt polyestermateriaal of uit een composietmateriaal.
In een mogelijke uitvoeringsvorm kunnen de tweede platen aan hun dwarszijden voorzien zijn van een verbindingsprofilering waardoor de dwarszijden van twee aangrenzende dakelementen met elkaar verbindbaar zijn. Dit kan bijvoorbeeld een uitstekend dwarsdeel aan een eerste dwarszijde en een uitsparing aan de tweede dwarszijde zijn, welke in elkaar kunnen aangrijpen.
In een voordelige uitvoeringsvorm omvat elk langsprofïel een voet, een met de voet verbonden opstaande wand, en een met de opstaande wand verbonden langsgoot. De voet is ingericht voor het ondersteunen van de eerste/tweede langszijde van de eerste plaat, waarbij deze langszijde van de eerste plaat verder tegen de opstaande wand rust. Een eerste/tweede langszijde van de tweede plaat is opgenomen in de langsgoot. Optioneel kan ook het bovenste deel van een dwarsprofiel opgenomen zijn in deze langsgoot. Verder kan eveneens een klemprofiel opgenomen zijn in deze langsgoot, boven de tweede plaat, tussen twee dwarsprofielen.
De uitvinding zal nader toegelicht worden aan de hand van een aantal niet beperkende uitvoeringsvoorbeelden van een modulair dakelement volgens de uitvinding met verwijzing naar de figuren in bijlage, waarin:
Figuur 1 een opengewerkt perspectivisch aanzicht is van een modulair dakelement volgens een eerste uitvoeringsvorm, waarin de dwarsprofielen zijn weggelaten;
Figuur 2 een opengewerkt perspectivisch aanzicht is van de uitvoeringsvorm van figuur 1 met een eerste dwarsprofiel, waarbij de eerste plaat en het tweede dwarsprofiel zijn weggelaten;
Figuur 3 een schematische dwarsdoorsnede is doorheen het modulair dakelement van figuren 1 en 2, ter hoogte van de verbinding tussen een eerste modulair dakelement en een tweede aangrenzend modulair dakelement;
Figuur 4 een dwarsdoorsnede is van een tweede uitvoeringsvorm van een modulair dakelement volgens de uitvinding;
Figuren 5 en 6 schematisch twee varianten van de tweede plaat illustreren;
Figuur 7 schematisch een variant van de eerste plaat illustreert; en
Figuur 8 een perspectivisch aanzicht van een lichtstraat opgebouwd met modulaire dakelementen illustreert.
Figuren 1, 2 en 3 illustreren schematisch een eerste uitvoeringsvorm van een modulair dakelement volgens de uitvinding. Het modulair dakelement omvat een eerste geprofileerde plaat 10, een tweede meerwandige plaat 20, een eerste en tweede langsprofiel 30, en een eerste en tweede dwarsprofiel 40. De eerste plaat is een geprofileerde relatief stijve plaat die een dragende structuur vormt. De eerste plaat is bij voorkeur vervaardigd uit een composietmateriaal. De eerste plaat 10 heeft een eerste langszijde 11, een tweede langszijde 12, een eerste dwarszijde 13, en een tweede dwarszijde 14, zie figuur 1. De tweede plaat 20 is een meerwandige kunststofplaat die bij voorkeur vervaardigd is door extrusie. De tweede plaat 20 is een relatief flexibele plaat in vergelijking met de eerste plaat 10. De tweede plaat 20 heeft een eerste langszijde 21, een tweede langszijde 22, een eerste dwarszijde 23, en een tweede dwarszijde 24. De eerste langszijden 11,21 van respectievelijk de eerste en tweede plaat zijn opgenomen in het eerste langsprofiel 30, en de tweede langszijden 12, 22 van respectievelijk de eerste en tweede plaat zijn opgenomen in het tweede langsprofiel 30. Een eerste en tweede tweedelig dwarsprofiel 40 verbindt het eerste langsprofiel 30 met het tweede langsprofiel 30. Elk tweedelig dwarsprofiel 40 strekt zich uit boven de eerste plaat, waarbij een eerste deel 41 gelegen is boven de tweede plaat, en een tweede deel 42 gelegen is onder de tweede plaat, zie figuren 2 en 3.
Het eerste en tweede langsprofiel 30 omvatten elk een voet 33, een opstaande wand 34, en een langsgoot 36. De voet 33 is ingericht voor het daarop ondersteunen van een langszijde 11,12 van de eerste plaat waarbij de langszijde verder rust tegen de opstaande wand 34. De voet 33 kan verder voorzien zijn van niet geïllustreerde gaten voor bevestiging van de voet 33 op een opstand. De opstaande wand 34 vormt de verbinding tussen de voet 33 en een langsgoot 36 waarin een langszijde 21,22 van de tweede plaat 20 is opgenomen. Daartoe is de langsgoot 36 voorzien van een naar een langszijde 21,22 gekeerde langsopening 38 waarlangs de langszijde 21,22 inbrengbaar is in de langsgoot 36.
Figuur 2 toont slechts één dwarsprofiel 40, maar in de geïllustreerde uitvoering is een eerste dergelijk dwarsprofiel 40 aangebracht wordt nabij de eerste dwarszijde 23 en een tweede dergelijke dwarsprofiel 40 aangebracht wordt nabij de tweede dwarszijde 24. Elk dwarsprofiel 40 omvat een bovenste deel 41 en een onderste deel 42. Een eerste einde 44 van het bovenste deel 41 is aangebracht in een langsgoot 36 van eerste langsprofiel 30 boven de tweede plaat 20, en een tweede uiteinde 45 van het bovenste deel 41 is aangebracht in een langsgoot 36 van het tweede langsprofiel 30. Het eerste einde 44 en het tweede einde 45 kunnen voorzien zijn van een boring 48 welke bedoeld is om samen te werken met een schroef 68 door een gat in de langsgoot 36. Het onderste deel 42 van het dwarsprofiel 40 heeft een eerste einde 46 dat bevestigd is tegen een wanddeel 34 van een eerste langsprofiel 30, en een tweede uiteinde 42 dat bevestigd is tegen een wanddeel 34 van een tweede langsprofiel 30. De tweede plaat 20 wordt vastgeklemd tussen het bovenste deel 41 en het onderste deel 42 van het dwarsprofiel 40. Verder is tussen het bovenste deel 41 en het onderste deel 42 een koppelprofiel 70 opgenomen. Zoals best te zien is in figuren 2 en 3 omvat het koppelprofiel 70 een U-vormig deel 71 en een bevestigingsdeel 72. Het bevestigingsdeel 72 is vastgezet tussen het bovenste deel 41 en het onderste deel 42. Zoals best te zien is in figuur 3, wordt het U-vormig deel bij een eerste dwarsrand met de open zijde naar onder gemonteerd, terwijl het U-vormig deel bij een tweede dwarsrand met de open zijde naar boven wordt gemonteerd. Op die manier zijn twee aangrenzende dakelementen eenvoudig koppelbaar aan elkaar. De eerste plaat 10 is in de langsrichting zo afgemeten dat enige overlap aanwezig is bij het koppelen van twee aangrenzende dakelementen, zie figuur 3. Op die manier wordt een doorlopende dragende structuur verkregen na koppeling van een aantal aangrenzende dakelementen aan elkaar.
Zoals best te zien is in figuur 1 is de eerste plaat 10 gezien in de dwarsrichting gevormd als een boog, en is de eerste plaat 10 in de langsrichting voorzien van een profilering bestaande uit een opeenvolging van toppen en valleien. De tweede plaat 20 is niet voorgevormd, maar is dermate flexibel dat deze door het inklemmen van de tweede plaat 20 tussen het eerste en tweede langsprofiel 30 in hoofdzaak de boogvorm van de eerste plaat 10 aanneemt. Opgemerkt wordt dat de tweede plaat 20 in een normale gebruiksstand typisch geen contact maakt met de eerste plaat 10. Echter, wanneer het dakelement onderhevig is aan een belasting zoals een sneeuwlading, zal de tweede plaat 20 typisch wel contact maken met de eerste plaat 10. Zoals best te zien is in figuur 2, is elk dwarsprofiel 40 eveneens gevormd als een boog. Het dwarsprofiel 40 is bij voorkeur gevormd uit een stijf materiaal zoals een metaal of een stijve kunststof. In een mogelijke uitvoering is het koppelprofïel 70 vervaardigd uit een flexibele kunststof, en is het koppelprofïel 70 niet voorgevormd. Het koppelprofiel 70 is dan zodanig flexibel dat dit in hoofdzaak de boogvorm van het dwarsprofiel aanneemt na het inklemmen daarvan tussen het bovenste deel 41 en het onderste deel 42 van het dwarsprofiel 40.
Figuur 4 illustreert een tweede uitvoeringsvorm van een dakelement volgens de uitvinding. Het dakelement omvat een eerste geprofileerde plaat 410, een tweede meerwandige plaat 420, twee langsprofïelen (niet getoond), en één tweedelig dwarsprofiel 440. Het dwarsprofiel 440 omvat een eerste deel 441 en een tweede deel 442 waartussen de tweede plaat 420 is opgenomen. De uiteinden van de twee delen 441,442 zijn bevestigd aan de respectievelijke langsprofïelen (ziet zichtbaar). Het dwarsprofiel 440 kan bijvoorbeeld voorzien zijn in hoofdzaak in het midden van het dakelement. De koppeling tussen twee aangrenzende dakelementen gebeurt hier niet via koppelprofïelen die bevestigd zijn aan de dwarsprofielen 440, maar door het geven van een aangepaste vorm aan een eerste en een tweede dwarszijde van de tweede plaat 420. In de variant van figuur 4 is de eerste dwarszijde 423 van een tweede plaat 420 voorzien van twee flexibele, naar boven gerichte dwarsribben 428. De tweede dwarszijde 424 van een tweede plaat 420 van een aangrenzend dakelement is voorzien van een in hoofdzaak gootvormig deel 427. Dit gootvormig deel 427 en de daarmee samenwerkende dwarsribben 428 zijn zodanig gevormd dat de ribben in het gootvormig deel clipsbaar zijn. Dit gootvormig deel 427 en de ribben 428 kunnen integraal met de tweede plaat 420 vervaardigd zijn.
Figuren 5 en 6 illustreren nog twee varianten voor de tweede plaat. In de variant van figuur 5 is de tweede plaat 520 aan een eerste dwarszijde 523 voorzien van een uitstekend dwarsdeel 528, en aan een tweede dwarszijde 524 voorzien van een dwarsuitsparing 527. Bij het plaatsen van aangrenzende dakelementen kan het uitstekend dwarsdeel 528 eenvoudig in de dwarsuitsparing 527 gedrukt worden. In de variant van figuur 6 is de tweede plaat 620 aan een eerste dwarszijde 623 voorzien van een naar onder gerichte flens 628, en een aan een tweede dwarszijde 624 voorzien van een dwarsgoot 627 met een naar boven gerichte open zijde. Bij het koppelen van aangrenzende dakelementen is de naar onder gerichte flens 628 eenvoudig plaatsbaar in de dwarsgoot 627.
Figuur 7 toont een variant van de eerste plaat. In deze variant is de eerste plaat een gladde plaat 710 welke aan een eerste dwarszijde 713 voorzien is van een naar onder gerichte flens 715, en aan een tweede dwarszijde 714 voorzien is van een dwarsgoot 716 met een naar boven gerichte open zijde. De eerste plaat 710 is bij voorkeur een gladde boogvormige plaat.
Ten slotte illustreert figuur 8 schematisch het aanbrengen van een aantal dakelementen 800 op twee opstanden 801. De dakelementen 800 worden in de langsrichting naast elkaar aangebracht op de opstanden 801 ter vorming van een lichtstraat.
In de hierboven beschreven uitvoeringsvormen zijn de eerste en de tweede plaat bij voorkeur vervaardigd uit een lichtdoorlatend materiaal. Het is echter ook denkbaar om de plaat te vervaardigen uit een semi-transparant of een opaak materiaal, al naargelang de gewenste toepassing.
De uitvinding is niet beperkt tot de hierboven geïllustreerde uitvoeringsvoorbeelden, en de vakman begrijpt dat vele varianten denkbaar zijn binnen het kader van de uitvinding dat enkel bepaald wordt door de hierna volgende conclusies.

Claims (18)

  1. Conclusies
    1. Modulair dakelement omvattende: - een eerste plaat (10) ter vorming van een dragende structuur; - een tweede plaat (20) uit een kunststofmateriaal, welke aangebracht is boven de eerste plaat; - een eerste en een tweede langsprofiel, waarbij een eerste langszijde (11, 21) en tweede langszijde (12, 22) van de eerste en tweede plaat ondersteund zijn in respectievelijk het eerste en tweede langsprofiel (30); - ten minste één dwarsprofiel dat het eerste langsprofiel verbindt met het tweede langsprofiel, welk ten minst één dwarsprofiel zich uitstrekt boven de eerste plaat; met het kenmerk, dat het ten minste één dwarsprofiel een eerste dwarsprofiel (40) nabij een eerste dwarszijde (23) van de tweede plaat; en een tweede dwarsprofiel (40) nabij een tweede dwarszijde (24) van de tweede plaat, omvat; en dat het eerste dwarsprofiel voorzien is van een eerste koppelprofiel (70) voor het koppelen van de eerste dwarszijde (23) van de tweede plaat (20) aan een tweede dwarsprofiel van een aangrenzend modulair dakelement.
  2. 2. Modulair dakelement volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de eerste plaat (10) een geprofileerde plaat is.
  3. 3. Modulair dakelement volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de tweede plaat (20) een meerwandige plaat is.
  4. 4. Modulair dakelement volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de tweede plaat een vlakke massieve plaat is.
  5. 5. Modulair dakelement volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het ten minste één dwarsprofiel zich uitstrekt boven en/of onder de tweede plaat.
  6. 6. Modulair dakelement volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het of elk dwarsprofiel bij een eerste uiteinde (44) is vastgeklemd in of tegen het eerste langsprofiel (21), en bij een tweede uiteinde (45) in of tegen het tweede langsprofiel (22).
  7. 7. Modulair dakelement volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat tussen het eerste uiteinde van het eerste dwarsprofiel en het eerste uiteinde van het tweede dwarsprofiel een eerste klemprofiel (50) is aangebracht dat klemmend opgenomen is in het eerste langsprofiel; en dat tussen het tweede uiteinde van het eerste dwarsprofiel en het tweede uiteinde van het tweede dwarsprofiel een tweede klemprofiel (50) is aangebracht dat klemmend opgenomen is in het tweede langsprofiel.
  8. 8. Modulair dakelement volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het koppelprofiel (70) een U profiel omvat.
  9. 9. Modulair dakelement volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het of elk dwarsprofiel een bovenste deel (41) en een onderste deel (42) omvat waartussen de tweede plaat is vastgeklemd.
  10. 10. Modulair dakelement volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat het U profiel gevormd is met een bevestigingsdeel dat vastgeklemd is tussen het bovenste en het onderste deel van het of elk dwarsprofiel.
  11. 11. Modulair dakelement volgens één der voorgaande conclusies, welke eerste plaat een langsrichting heeft evenwijdig aan de eerste en tweede langszijde, en een dwarsrichting evenwijdig aan een dwarszijde, met het kenmerk, dat de eerste plaat (10) gezien in de dwarsrichting gevormd is als een boog, dat de eerste plaat in de langsrichting voorzien is van een profilering, en dat de tweede plaat (20) zodanig flexibel is dat deze in hoofdzaak de boogvorm van de eerste plaat aanneemt.
  12. 12. Modulair dakelement volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat het of elk dwarsprofiel (40) gevormd is als een boog.
  13. 13. Modulair dakelement volgens conclusie 11 of 12, met het kenmerk, dat de kromtestraal van de boog gelegen is tussen 0,5 m en 50 m.
  14. 14. Modulair dakelement volgens conclusie 11 of 12, met het kenmerk, dat het koppelprofiel bevestigd is aan het eerste dwarsprofiel en vervaardigd is uit een kunststof die flexibeler is dan het materiaal van het eerste dwarsprofiel zodanig dat het koppelprofiel in hoofdzaak de boogvorm van het eerste dwarsprofiel aanneemt.
  15. 15. Modulair dakelement volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de eerste plaat (10) vervaardigd is uit een composietmateriaal, bij voorkeur een hars uit de groep: polyesterhars, thermosetharsen.
  16. 16. Modulair dakelement volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het kunststofmateriaal van de tweede plaat (20) een materiaal is uit de groep: polycarbonaat, acrylaat, PET, en andere thermoplasten; of een vezelversterkt polyester, of een composietmateriaal.
  17. 17. Modulair dakelement volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het eerste en het tweede langsprofiel elk een voet ingericht voor het ondersteunen van respectievelijk de eerste en tweede langszijde van de eerste plaat, een met de voet verbonden opstaande wand, en een met de opstaande wand verbonden langsgoot omvat, in welke langsgoot respectievelijk een eerste en tweede langszijde van de tweede plaat is opgenomen.
  18. 18. Lichtstraat omvattende meerdere modulaire dakelementen volgens één der voorgaande conclusies.
BE2013/0865A 2013-12-20 2013-12-20 Modulair dakelement dat in het bijzonder bedoeld is voor een lichtstraat BE1021173B1 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2013/0865A BE1021173B1 (nl) 2013-12-20 2013-12-20 Modulair dakelement dat in het bijzonder bedoeld is voor een lichtstraat
EP14198965.7A EP2886736B1 (en) 2013-12-20 2014-12-18 Modular roof element particularly intended for a barrel vault skylight

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2013/0865A BE1021173B1 (nl) 2013-12-20 2013-12-20 Modulair dakelement dat in het bijzonder bedoeld is voor een lichtstraat

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1021173B1 true BE1021173B1 (nl) 2016-03-04

Family

ID=50115664

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2013/0865A BE1021173B1 (nl) 2013-12-20 2013-12-20 Modulair dakelement dat in het bijzonder bedoeld is voor een lichtstraat

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP2886736B1 (nl)
BE (1) BE1021173B1 (nl)

Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0282468A1 (fr) * 1987-02-27 1988-09-14 Glaceries De Saint-Roch, S.A. Panneau vitré cintré
DE29809917U1 (de) * 1998-06-03 1998-09-03 Thum Erwin Profilsatz aus stranggepreßten Leichtmetall- und Kunststoffprofilen zur Herstellung von kreisförmigen Oberlichtbändern mit besonderen Wärme- und Schalldämmeigenschaften
BE1011338A6 (nl) * 1997-08-26 1999-07-06 Metaalkonstruktie En Hangarbou Koepelvormige constructie en werkwijze voor het opbouwen van dergelijke constructie.
GB2349899A (en) * 1999-03-16 2000-11-15 Building Product Design Ltd Curved frame building structure
EP1296001A1 (en) * 2001-09-25 2003-03-26 Dan-Pal Panel unit of controllable light transmissivity
US20080035275A1 (en) * 2003-06-20 2008-02-14 Konvin Associates Ltd. Dual panel system for controlling the passage of light through architectural structures

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0282468A1 (fr) * 1987-02-27 1988-09-14 Glaceries De Saint-Roch, S.A. Panneau vitré cintré
BE1011338A6 (nl) * 1997-08-26 1999-07-06 Metaalkonstruktie En Hangarbou Koepelvormige constructie en werkwijze voor het opbouwen van dergelijke constructie.
DE29809917U1 (de) * 1998-06-03 1998-09-03 Thum Erwin Profilsatz aus stranggepreßten Leichtmetall- und Kunststoffprofilen zur Herstellung von kreisförmigen Oberlichtbändern mit besonderen Wärme- und Schalldämmeigenschaften
GB2349899A (en) * 1999-03-16 2000-11-15 Building Product Design Ltd Curved frame building structure
EP1296001A1 (en) * 2001-09-25 2003-03-26 Dan-Pal Panel unit of controllable light transmissivity
US20080035275A1 (en) * 2003-06-20 2008-02-14 Konvin Associates Ltd. Dual panel system for controlling the passage of light through architectural structures

Also Published As

Publication number Publication date
EP2886736B1 (en) 2016-08-17
EP2886736A1 (en) 2015-06-24

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US7861346B2 (en) Corrugated metal plate bridge with composite concrete structure
CA2555920C (en) Panel assembly for traffic noise barrier wall
KR101102937B1 (ko) 복합데크를 이용한 교량용 가설인도
US20080263790A1 (en) Telescoping ramp
KR101406099B1 (ko) 방음판 고정 프레임 및 이를 포함하는 방음벽.
EA033943B1 (ru) Компенсационный стык
WO2010148043A1 (en) Panel assembly for traffic noise barrier wall
NL2010056C2 (nl) Biels, alsmede spoorweg voorzien van een dergelijke biels.
KR100987143B1 (ko) 노면 슬립 방지 구조를 갖는 데크 및 그 확장 데크 구조물
BE1021173B1 (nl) Modulair dakelement dat in het bijzonder bedoeld is voor een lichtstraat
US8616331B2 (en) Panel assembly for traffic noise barrier wall
BE1017118A3 (nl) Samengesteld dakelement dat in het bijzonder bedoeld is voor een lichtstraat.
KR102434171B1 (ko) 그레이팅 커버의 결합 구조
GB2569385A (en) Non-slip surface assembly
JP5123115B2 (ja) 簡易屋根
NL8902603A (nl) Warenhuis en goot, roede, glasrandprofiel en gootrandprofiel daarvoor.
KR200482083Y1 (ko) 변형 방지 기능을 가지는 데크로드용 f자형 연결프레임 및 데크로드 시스템
CA2511263C (en) Corrugated metal plate bridge with composite concrete structure
KR102309337B1 (ko) 방음형 난간
JP5166228B2 (ja) 屋根構造
KR20140052468A (ko) 인도교
NL194090C (nl) Samenstel van een hellend dak en een dakgoot, alsmede dakgoot.
NL1033377C2 (nl) Uit panelen samengestelde vloer en vloerpaneel.
EP3587694B1 (en) Installation system comprising a plurality of bracket members for installation of a lining panel in a roof window
KR102035623B1 (ko) 도로용 가드레일의 연결구조

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20201231