BE1019478A3 - Werkwijze voor de productie van klittenband, inrichting daarvoor en klittenband. - Google Patents

Abstract

Werkwijze voor de productie van minimaal één strook respectievelijk mannelijk of vrouwelijk klittenband (2, 3) bestaande uit minimaal een drager (4) met daarop aan minstens één zijde respectievelijk haakjes (8) of lussen (9) waarin een deel van de strook niet van haakjes (8), respectievelijk lussen (9), is voorzien, daardoor gekenmerkt dat van een deel van de strook klittenband (2, 3) selectief de haakjes (8) respectievelijk de lussen (9) verwijderd worden.

Description

Werkwijze voor de productie van klittenband, inrichting daarvoor en klittenband.

De huidige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het maken van stroken klittenband waarvan niet de gehele oppervlakte voorzien is van haakjes of lussen, een inrichting om deze werkwijze uit te voeren en klittenband met verbeterde eigenschappen.

Een klittenbandsluiting bestaat doorgaans uit twee delen die zich aan elkaar kunnen vasthechten, waarbij één deel een mannelijk deel is dat aan minstens één zijde voorzien is van uit de drager uitstekende haakjes, terwijl het andere deel een vrouwelijk deel is dat aan minstens één zijde van lussen is voorzien.

Bij het samenbrengen van het mannelijke en het vrouwelijk deel haken de haakjes zich vast in de lussen waardoor de delen zich aan elkaar vasthechten.

Beide delen bestaan hoofdzakelijk uit een drager en haakjes of lussen, bijvoorbeeld gevormd door een matrix van kettingdraden en inslagdraden waar tussenin pooldraden geweven zijn ter vorming van uit de drager uitstekende polen die de voornoemde haakjes of lussen vormen.

Een strook klittenband heeft vaak randen, naaikanten genaamd, waarop geen haakjes en lussen zitten. Deze naaikant kan worden gebruikt om de strook vast te naaien op textiel.

Traditioneel wordt een dergelijke strook klittenband met naaikanten geproduceerd door een weefgetouw zodanig in te stellen dat de gewenste breedte van de strook, en tevens de gewenste breedte van het deel dat van pooldraden voorzien is, verkregen wordt.

Ook kan klittenband gemaakt worden met een verschillende hechtkracht door de hoeveelheid pooldraden die ingeweven wordt te variëren, tevens door de juiste instellingen van het weefgetouw te kiezen.

Deze traditionele manier om klittenband van verschillende breedtes en hechtkrachten te maken, heeft een aantal nadelen.

Een eerste nadeel is gerelateerd aan het feit dat er in de praktijk een grote hoeveelheid verschillende kwaliteiten en breedtes geproduceerd moet worden, waarvoor elke keer het weefgetouw omgesteld dient te worden, wat een langdurige en dure handeling is.

Tevens is er het nadeel dat indien bij een weefgetouw ingesteld op een bepaald type en een bepaalde breedte een elektrisch of mechanisch defect aan het weefgetouw optreedt, de productie van dit type en deze breedte klittenband dient te stoppen en niet gemakkelijk op een ander weefgetouw heropgestart kan worden.

Een ander nadeel is dat een grote voorraad, namelijk veel verschillende kwaliteiten en breedtes aangehouden dient te worden.

Een verder nadeel is dat er geen flexibiliteit is om een strook klittenband aan te passen als deze eenmaal geproduceerd is.

De huidige uitvinding heeft tot doel aan minstens één of meerdere van de voornoemde en/of andere nadelen een oplossing te bieden.

Hiertoe betreft de uitvinding een werkwijze voor de productie van minimaal één strook respectievelijk mannelijk of vrouwelijk klittenband bestaande uit minimaal een drager met daarop aan minstens één zijde respectievelijk haakjes of lussen waarin een deel van de strook niet van haakjes respectievelijk lussen is voorzien, waarin van een deel van de strook klittenband selectief de haakjes, respectievelijk de lussen, verwijderd worden.

Dit heeft als voordeel dat naar behoefte en flexibel uit een brede strook klittenband, een grote variëteit aan diverse klittenbanden, zoals klittenbanden met logo's of geometrische versieringen, klittenbanden met verschillende breedtes en naaikantbreedtes, klittenbanden met verminderde hechtkracht, gemaakt kunnen worden door het selectief verwijderen van haakjes of lussen.

Dit kan allemaal op goedkope wijze verwezenlijkt worden doordat er weinig of geen instelwerk aan het weefgetouw is.

Doordat tevens alle weefgetouwen gelijk staan ingesteld, is de uniformiteit van de verkregen klittenband groter dan met de traditionele methode.

Tevens kunnen op voordelige wijze uit een brede uitgangsstrook klittenband, die bijvoorbeeld op een weefgetouw gemaakt is, smallere stroken klittenband met naaikanten gemaakt kunnen worden.

Dit heeft als voordeel dat er een veel minder uitgebreide voorraad aan kwaliteiten en breedtes nodig is omdat deze snel, gemakkelijk en flexibel geproduceerd kunnen worden.

Zo is de snelheid van het produceren van klittenband met deze werkwijze circa 20 meter per minuut, terwijl dit met de traditionele weefmethode circa 20 meter per uur is.

Een verder voordeel is dat een capaciteitsverhoging in een productieafdeling bereikt wordt.

Een voordeel is ook dat de scheiding tussen de naaikanten en het hechtend deel van de strook nauwkeuriger kan worden aangebracht dan met de traditionele methode, waardoor een mooier visueel effect wordt verkregen, zeker nadat het klittenband enkele keren gebruikt is.

Er is tevens een hogere nauwkeurigheid mogelijk in de breedte van de strook klittenband en van de naaikant. In een traditionele productiewerkwijze is bij een klittenband van 50 mm breed een nauwkeurigheid van +/- 1,5 mm mogelijk, terwijl bij de werkwijze volgens de uitvinding de nauwkeurigheid +/- 0,1 mm mogelijk is.

Indien een gelamineerde klittenband, dat wil zeggen een klittenband met een zelfklevende of reactiveerbare lijmrug, een textielrug, een vlamvertragende laag of een andere rugbedekking gemaakt wordt, is dankzij de werkwijze volgens de uitvinding een perfect passende laminatielaag mogelijk, zodat een laminatielaag over de gehele oppervlakte van de strook klittenband aanwezig is en tevens niet uitsteekt buiten de strook klittenband.

Verder is een voordeel dat de hechtkracht van het klittenband gemakkelijk kan worden aangepast door over een deel van de oppervlakte van het klittenband de haakjes of lussen te verwijderen, waardoor de flexibiliteit om verschillende kwaliteiten te maken, verhoogd wordt.

De uitvinding betreft tevens mannelijk of vrouwelijk klittenband bestaande uit minimaal een drager en respectievelijk haakjes of lussen, waarvan een deel niet van haakjes, respectievelijk lussen, is voorzien, waarin de drager van dat deel voorzien is van een residu van het materiaal dat de haakjes of lusjes vormt.

De uitvinding betreft tevens een inrichting voor het produceren van minimaal één strook klittenband met minimaal een drager en haakjes of lussen waarvan minimaal één zich in de lengterichting uitstrekkend deel niet voorzien is van haakjes of lussen, waarin deze voorzien is van middelen om haakjes of lussen te verwijderen van een strook klittenband en transportmogelijkheden om de middelen en het klittenband in de lengterichting van het klittenband ten opzichte van elkaar te verplaatsten.

Dit heeft als voordeel dat op gemakkelijke wijze een brede strook klittenband kan worden omgezet in een reeks met hun naaikanten aan elkaar verbonden smallere stroken klittenband, die nog slechts van elkaar losgemaakt hoeven te worden om gebruikt te kunnen worden.

Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, is hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende uitvoeringsvorm beschreven van een werkwijze om smalle stroken klittenband met naaikant te maken uit een brede strook klittenband, volgens de uitvinding, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuur 1 schematisch en in perspectief een klittenbandsluiting volgens de uitvinding is weergegeven met een mannelijk deel met haakjes en een vrouwelijk deel met lussen; figuur 2 een dwarsdoorsnede van een strook mannelijk klittenband toont; figuur 3 schematisch, gezien in de richting van pijl F3 in figuur 2, de werkwijze weergeeft om smalle stroken klittenband met een naaikant te produceren uit een brede strook klittenband en; figuren 4 en 5 dwarsdoorsneden tonen door de klittenband in diverse fasen van zijn verwerking, zoals in figuur 3 aangegeven met lijn IV-IV en V-V.

Een klittenbandsluiting 1 weergegeven in figuur 1 wordt gevormd door twee stroken klittenband, respectievelijk een strook mannelijk klittenband 2 en een strook vrouwelijk klittenband 3, die tegen elkaar worden aangebracht om zich aan elkaar te hechten.

De klittenbanden 2,3 zijn hoofdzakelijk gevormd uit een drager 4 in dit voorbeeld bestaande uit een matrix van in elkaar geweven kettingdraden 5 en inslagdraden 6 waar tussenin pooldraden 7 zijn geweven ter vorming van polen in de vorm van haakjes 8 in het geval van het mannelijke klittenband 2 of in de vorm van lussen 9 in het geval van het vrouwelijke klittenband 3. Dit is voor wat betreft het mannelijk klittenband 2 weergegeven in figuur 2.

De haakjes 8 en lussen 9 bevinden zich in het weergegeven voorbeeld aan één zijde van de drager 4 en steken uit ten opzichte van die zijde, alhoewel het niet uitgesloten is dat beide zijden van de drager 4 voorzien zijn van zulke haakjes 8 of lussen 9.

De stroken klittenband 2,3 zijn in dit voorbeeld voorzien van naaikanten 10 waar geen haakjes 8 of lussen 9 aanwezig zijn. Deze naaikanten 10 zijn gevormd op traditionele wijze doordat op deze plaatsen geen pooldraden 7 ingeweven zijn en hebben een breedte A.

In de figuren 2 tot 5 wordt alleen een mannelijk klittenband 2 getoond, en alleen de bewerking op een mannelijk klittenband 2 besproken, maar het betoog en de figuren zijn analoog van toepassing op vrouwelijk klittenband 3.

Een werkwijze volgens de uitvinding, zoals getoond in figuur 3 neemt als uitgangsmateriaal een strook klittenband 2, zoals getoond in figuur 2.

Deze strook klittenband 2 wordt door een inrichting 11 volgens de uitvinding geleid in de richting van pijl P die bestaat uit een op een as 12 gemonteerde roterende schijf 13 met een scherend effect en een dikte B overeenkomend met tweemaal de gewenste naaikantbreedte A, waarbij het klittenband 2 tegen de schijf 13 geleid wordt op zodanige wijze dat de haakjes 8 met een groot deel van hun bijhorende pooldraad 7 verwijderd worden door de actie van de schijf 13, terwijl de drager 4 niet zodanig met de schijf 13 in contact komt dat de drager 4 beschadigd raakt.

Hierdoor wordt een rechte baan 14 gevormd op de strook klittenband 2 waarvan de haakjes 8 volledig en de pooldraden 7 deels verwijderd zijn. Er blijven ter plaatste van deze baan 14 in de drager 4 residuen 15 van de pooldraden over. Bij voorkeur worden, om visuele redenen, de pooldraden 7 verwijderd tot tegen drager 4, zodat er geen uitstekende delen zijn. Dit wordt getoond in figuur 4.

Dit tussenproduct kan ook worden beschouwd als twee stroken klittenband 16, 17 die wederzijds met één van hun naaikanten 18 aan elkaar verbonden zijn.

Vervolgens wordt de baan 14 in de lengterichting gesplitst, in dit geval door een op een as 19 roterend snijblad 20. Hierdoor ontstaan twee stroken klittenband 16, 17 beide voorzien van een naaikant 18, zoals getoond in figuur 5.

Indien een andere breedte van de naaikant 18 gewenst is dan A, kan dit gemakkelijk worden uitgevoerd door de breedte B van de schijf 13 aan te passen en/of de baan 14 asymmetrisch door te snijden.

Optioneel kan het klittenband 2,3 waarop de werkwijze wordt toegepast, voorzien zijn van een rugbedekking, bijvoorbeeld een zelfklevende of reactiveerbare lijmrug, een textielrug, een vlamvertragende laag, of een andere laag, waarbij de geproduceerde stroken klittenband 16, 17 en de rugbedekking perfect op elkaar passen.

De werkwijze volgens de uitvinding, zoals beschreven, kan natuurlijk ook meermaals uitgevoerd worden, waarbij de stroken 16 of 17 wederom als uitgangsproduct dienen.

De werkwijze volgens de uitvinding kan ook uitgevoerd worden met een aantal schijven 13 om haakjes 8 of lussen 9 te verwijderen naast elkaar zodat drie of meer stroken klittenband 16, 17 gevormd worden.

De werkwijze volgens de uitvinding kan ook worden uitgevoerd op een manier waarbij niet alle, of zelfs geen, van de gevormde banen 14 gesplitst worden. Dit kan nuttig zijn bij het aanbrengen van naaikant en 18 op een klittenband 2,3 dat wel de gewenste breedte heeft maar niet van naaikanten is voorzien, of bij het verwijderen van een deel van de haakjes 8 of lussen 9 van een strook klittenband 2,3 om een strook klittenband 2,3 met aangepaste hechtkracht te verkrijgen.

In plaats van het scherend verwijderen van de haakjes 8, kunnen diverse andere methodes gebruikt worden om de haakjes 8 en de pooldraden 7 of een deel daarvan te verwijderen, zoals het op een andere manier mechanisch verwijderen, het smelten van de pooldraden 7 bijvoorbeeld door een laser, een ultrasooninrichting of een weerstandselement, het chemisch verwijderen van deze pooldraden 7 bijvoorbeeld door oplossen, etsen of verweken, waarbij in dit laatste geval gebruik gemaakt kan worden van verschillende materialen die al dan niet gevoelig zijn voor het chemisch reagens.

Ook de manier van splitsen van de baan 14 kan op veel manieren gebeuren, zoals onder andere koud snijden, warm snijden, doorsmelten of doorbranden, bijvoorbeeld met behulp van een koud of warm mes, ultrasoon- of lasertechnologie.

De uitvinding is van toepassing op traditionele haak-en-lus klittenbanden, maar ook op andere soorten klittenband, zoals paddestoelklittenband, veloursbreiselklittenband en geëxtrudeerde klittenband.

De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch een werkwijze, klittenband en inrichting volgens de uitvinding kunnen volgens allerlei varianten, en in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (16)

1. Werkwijze voor de productie van minimaal één strook respectievelijk mannelijk of vrouwelijk klittenband (2,3) bestaande uit minimaal een drager (4) met daarop aan minstens één zijde respectievelijk haakjes (8) of lussen (9) waarin een deel van de strook niet van haakjes (8), respectievelijk lussen (9), is voorzien, daardoor gekenmerkt dat van een deel van de strook klittenband (2,3) selectief de haakjes (8) respectievelijk de lussen (9) verwi j derd worden.

2. Werkwijze volgens conclusies 1, daardoor gekenmerkt dat de haakjes (8) en of lussen (9) samen met pooldraden (7) waaruit zij gevormd worden, verwijderd worden tot aan of vlakbij de drager (4).

3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat het klittenband (2,3) bestaat uit een geweven of gebreide drager (4) en dat de haakjes (8) of lussen (9) gevormd worden door in deze drager (4) ingebrachte pooldraden (7).

4. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat deze in de lengterichting op de strook wordt toegepast en dat minimaal een deel van de oppervlakte waarvan de haakjes (8) , respectievelijk lusjes (9), verwijderd zijn een naaikant (18) vormt.

5. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat minimaal twee stroken klittenband (16, 17) geproduceerd worden die in de lengterichting naast elkaar liggen en die elk met een naaikant (18) aan een naaikant (18) van naastgelegen stroken (16, 17) vastzitten.

6. Werkwijze volgens conclusie 4 of 5, daardoor gekenmerkt dat aanvullend stroken klittenband (16, 17) van elkaar gescheiden worden door het doorbreken van de verbinding tussen de naaikanten (18).

7. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de werkwijze gebruikt wordt voor het produceren van klittenband (2, 3) met een verminderde hechtkracht.

8. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het verwijderen mechanisch gebeurt.

9. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het verwijderen gebeurt door smelten.

10. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het verwijderen gebeurt door een chemische methode.

11. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies daardoor gekenmerkt dat de drager (4) van de strook klittenband (2,3) aan de zijde waar geen haakjes (8) of lussen (9) zitten, voorzien is van een rugbedekking

12. Mannelijk of vrouwelijk klittenband (2,3) bestaande uit minimaal een drager (4) en respectievelijk haakjes (8) of lussen (9), waarvan een deel (18) niet van haakjes (8) respectievelijk lussen (9) is voorzien, daardoor gekenmerkt dat de drager (4) van dat deel (18) voorzien is van een residu (15) van het materiaal (7) dat de haakjes (8) of lusjes (9) vormt.

13. Inrichting (11) voor het produceren van minimaal één strook klittenband (16, 17) met minimaal een drager (4) en haakjes (8) of lussen (9) waarvan minimaal één zich in de lengterichting uitstrekkend deel (18) niet voorzien is van haakjes (8) of lussen (9), daardoor gekenmerkt dat deze voorzien is van middelen (13) om haakjes of lussen te verwijderen van een strook klittenband (2,3) en transportmogelijkheden om die middelen (13) en het klittenband (2,3) in de lengterichting van het klittenband (2,3) ten opzichte van elkaar te verplaatsten.

14. Inrichting volgens conclusie 13, daardoor gekenmerkt dat de middelen (13) bestaan uit mechanische verwijderingsmiddelen.

15. Inrichting volgens conclusie 13, daardoor gekenmerkt dat de middelen bestaan uit middelen die het materiaal van de haakjes (8) of lussen (9) kunnen doen smelten.

16,- Inrichting volgens één van de conclusies 13 tot 15 daardoor gekenmerkt dat deze bedoeld is voor de productie van minimaal twee stroken klittenband (16,17) en aanvullend voorzien is van middelen (20) om de stroken klittenband (16,17) van elkaar te scheiden ter plaatse van de verwijderde haakjes (8) of lussen (9).