BE1009448A3

BE1009448A3 - Lichtfilterscherm.

Info

Publication number: BE1009448A3
Application number: BE9500554A
Authority: BE
Inventors: Paul Desmet; Frans Donckers
Original assignee: Uco Technical Fabrics N V
Priority date: 1995-06-22
Filing date: 1995-06-22
Publication date: 1997-03-04

Abstract

De uitvinding betreft een lichtfilterscherm gekenmerkt doordat het bestaat uit een weefsel met een binding gevormd door kettingdraden bestaande afwisselend uit een textieldraad en een tapegaren en inslagdraden bestaande afwisselend uit een onpaar aantal textieldraden, welk onpaar aantal minstens drie textieldraden moet bevatten en minstens één tapegaren.

Description

"Lichtfilterscherm"
Deze uitvinding heeft betrekking op een lichtfilterscherm.

Lichtfilterschermen bestemd om in serres een bepaalde graad van lichtdemping te veroorzaken zijn bekend. Voorbeelden hiervan worden beschreven in de hiernagenoemde octrooien.

Het Frans octrooi 2 035 299 beschrijft inderdaad een scherm dat als nadeel heeft een kleine dimentionele stabiliteit te vertonen als gevolg van een te losse binding van ketting en inslag. Ook vertoont dit scherm een verminderde of onvoldoende reflectie doordat bepaalde tapes uit de inslag de lichtreflecterende tapes uit de ketting ter plaatse van hun kruising bedekken. Het EP octrooi 0 109 951 heeft geen tapegaren in de inslag waardoor het een onvoldoende of althans sterk verminderde dimentionele stabiliteit vertoont.

Tenslotte wordt in het EP octrooi 0 456 651 een doek beschreven dat als gevolg van zijn structuur een te grote stijfheid heeft. Een dergelijk doek is onvoldoende soepel en is dus moeilijk samenplooibaar.

De uitvinding heeft nu tot doel een lichtfilterscherm te verwezenlijken dat niet alleen de gebreken van de schermen volgens bedoelde octrooien niet vertoont maar daarenboven de mogelijkheid biedt de lichtfiltrerende eigenschappen van het scherm volgens de uitvinding selectief aan de noodwendigheden aan te

passen, welk aspect van het probleem bij schermen volgens bedoelde octrooien niet besproken wordt.

Om dit conform de uitvinding mogelijk te maken, bestaat het lichtfilterscherm volgens de uitvinding uit een binding gevormd door kettingdraden bestaande afwisselend uit een textieldraad en een tapegaren er inslagdraden bestaande afwisselend uit een onpaar aantal textieldraden (welk onpaar aantal minstens drie textieldraden moet bevatten) en minstens een tapegaren.

In de verschillende uitvoeringsvormen kunnen hogerbedoelde tapegarens lichtabsorberend, lichtondoorlatend, lichtreflecterendoflichtdoorlatend zijn terwijl in een bijzonder aantrekkelijke uitvoeringsvorm hogerbedoelde tapegarens lichtdoorschijnend en gekleurd zijn en vertonen de lichtdoorschijnende tapegarens uit de ketting en de lichtdoorschijnende tapegarens uit de inslag verschillende kleuren.

Steeds volgens de uitvinding zijn hogerbedoelde textieldraden waterabsorberend.

Andere details en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hiernavolgende beschrijving van een lichtfilterscherm volgens de uitvinding. Deze beschrijving wordt uitsluitend bij wijze van voorbeeld gegeven en beperkt de uitvinding niet. De verwijzingscijfers hebben betrekking op de hieraan toegevoegde figuur.

De hieraan toegevoegde figuur stelt, op een fel vergrote schaal, de binding van een weefsel of breisei voor volgens de uitvinding.

Het lichtfilterscherm door deze figuur voorgesteld, is een produkt dat toepassing vindt als schaduw-, isolatie-en lichtfilterscherm in de land- en tuinbouw alsook in de sierteelt, en dit zowel in. kassen

als in de open lucht. Het lichtfilterscherm volgens de uitvinding is gekenmerkt door een binding waarin in de ketting afwisselend een textieldraad 1 en een tapegaren 2 voorkomen.

De inslag is gekenmerkt door de opeenvolging van een onpaar aantal, minstens drie, textieldraden 3 met telkens een tapegaren 4.

De textieldraden 1 en 3 zijn waterabsorberende textieldraden. Hierdoor zal druppelvorming door condensatie worden voorkomen en zal het microklimaat dat omheen de planten werd gecreëerd zeer homogeen zijn.

De tapegarens 2 en 4, dit zijn dus de tapegarens zowel uit de ketting als uit de inslag, kunnen in zeer uiteenlopende combinaties worden toegepast. Deze tapegarens kunnen namelijk lichtondoorlatend, lichtabsorberend, lichtdoorschijnend zijn. Wanneer zij lichtdoorschijnend zijn, kunnen zij daarenboven nog gekleurd zijn en wel zodanig dat door kleurencombinatie tussen de doorschijnende tapegarens uit de ketting met de tapegarens uit de inslag lichteffecten kunnen ontstaan die verder zullen worden besproken.

Van zeer groot belang voor de homogeniteit van het gecreëerde microklimaat is dat de tapegarens niet over elkaar kunnen schuiven, wat impliceert dat zij steeds mooi parallel onder elkaar moeten blijven liggen. Dit kan worden bekomen door tussen twee tapegarens minstens een textieldraad in te weven. Tapegarens blijven dus gescheiden zodat het nadelig verschijnsel van het over elkaar schuiven wordt vermeden en de soepelheid van het scherm geoptimaliseerd wordt.

Volgens de inslag worden telkens drie textieldraden 3 ingeweven vooraleer een tapegaren 4

wordt toegepast. De bijgaande figuur laat dit zeer duidelijk zien. Minstens een deel van de tapegarens wordt gemetalliseerd of wanneer tapegarens doorschijnend zijn, gekleurd. Zeer specifiek voor de uitvinding is het gebruik van verschillende kleurencombinaties tassen tapegarens uit de ketting en tapegarens uit de inslag. Op de plaats van de kruising tussen ketting en inslag ontstaan talloze kleurencombinaties waardoor het doorgelaten lichtspectrum aan het betreffende gewas kan worden aangepast.

Bij de verbinding van de verschillende textieldraden en tapegarens tot een scherm wordt de voorkeur gegeven aan de lijnwaadbinding hoewel andere bindingen als mogelijk moeten worden aanzien.

De textieldraden zijn soepele draden bekomen door ofwel het spinnen van vezels tot een draad, ofwel het bundelen van meer ultrafijne eindloze filamentjes tot een draad. Ook kan men een filmgaren tot een textieldraad verwezenlijken. Deze laatste draad heeft eerder een ronde doorsnede maar door de vezelige textielstructuur bezit deze draad ontelbare capillairen, waardoor deze draad aan het scherm de bijzondere eigenschap zal verlenen die de druppelvorming door condensatie moet voorkomen. Omwille van hun goede weerstand tegen UV-licht en het rotten wordt de voorkeur aan polyester gegeven maar andere grondstoffen met een technisch equivalent effect worden uiteraard niet uitgesloten.

De tapegarens zijn eindeloze draden met een rechthoekige doorsnede waarbij de dikte in micrometer en de breedte in millimeter wordt
EMI4.1
uitgedrukt. De dikte varieert bijvoorbeeld van t 10 micrometer tot z 200 micrometer en de breedte van z 0, 25 millimeter tot z 10 millimeter. Grondstoffen die in aanmerking komen voor het vormen van bedoelde

tapegarens zijn polyetheen, polypropeen, polyester of polyamide.

Tapegarens kunnen worden gemetalliseerd door er bijvoorbeeld een laag aluminium op aan te brengen waardoor ze ondoordringbaar worden voor het licht en het licht maximaal reflecteren. Ook kunnen deze tapegarens bij de produktie in de massa worden gekleurd waardoor ze in functie van de gekozen kleuren een gedeelte van het lichtspectrum gaan absorberen en een ander gedeelte van het lichtspectrum zullen doorlaten. Ook de gemetalliseerde tapegarens worden voorzien van een doorzichtige kunststoflaag die de metallisatie beschermt tegen oxidatie, maar die, wanneer deze voorzien wordt van een gepaste kleurschijn, ook een selectiever reflectie verwekt.

Uit de hierboven gegeven beschrijving van het lichtfilterscherm volgens de uitvinding blijkt deze in staat is alle problemen op te lossen die zieh voordoen wanneer men een bepaald klimaat in een serre of in de open lucht wil creëren. Het scherm volgens de uitvinding kan een zeer groot aantal malen worden gebruikt zonder gevaar de binding te verstoren. De uitvinding is uiteraard niet beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvorm en wijzigingen zouden hieraan kunnen worden aangebracht voor zover deze in het raam vallen van de hieraan toegevoegde conclusies.

Claims

CONCLUSIES 1. Lichtfilterscherm met het kenmerk dat het bestaat uit een weefsel met een binding gevormd door kettingdraden bestaande afwisselend uit een textieldraad en een tapegaren en inslagdraden bestaande afwisselend uit een onpaar aantal textieldraden, welk onpaar aantal minstens drie textieldraden moet bevatten en minstens een tapegaren.
2. Lichtfilterscherm volgens conclusie 1, met het kenmerk dat minstens een deel van hogerbedoelde tapegarens lichtabsorberend zijn.
3. Lichtfilterscherm volgens één van de conclusies 1 en 2, met het kenmerk dat minstens een deel van hogerbedoelde tapegarens lichtondoorlatend zijn.
4. Lichtfilterscherm volgens een van de conclusies 1 - 3, met het kenmerk dat minstens een deel van hogerbedoelde tapegarens lichtdoorschijnend zijn.
5. Lichtfilterscherm volgens een van de conclusies 1 - 4, met het kenmerk dat hogerbedoelde tapegarens lichtdoorschijnend en gekleurd zijn.
6. Lichtfilterscherm volgens een van de conclusies 1 - 5, met het kenmerk dat hogerbedoelde tapegarens lichtdoorschijnend en gekleurd zijn en de lichtdoorschijnende tapegarens uit de ketting en de lichtdoorschijnende tapegarens uit de inslag verschillende kleuren vertonen.
7. Lichtfilterscherm volgens een van de conclusies 1 - 6, met het kenmerk dat minstens een deel van hogerbedoelde tapegarens zowel in de inslag als in de ketting lichtreflecterend zijn.
8. Lichtfilterscherm volgens een van de conclusies 1 - 7, met het kenmerk dat hogerbedoelde textieldraden waterabsorberend zijn.