BE1007896A3 - Weefmachine met zelfkantapparaat. - Google Patents

Weefmachine met zelfkantapparaat. Download PDF

Info

Publication number
BE1007896A3
BE1007896A3 BE9301432A BE9301432A BE1007896A3 BE 1007896 A3 BE1007896 A3 BE 1007896A3 BE 9301432 A BE9301432 A BE 9301432A BE 9301432 A BE9301432 A BE 9301432A BE 1007896 A3 BE1007896 A3 BE 1007896A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
support
drive motor
selvedge
transmission means
weaving machine
Prior art date
Application number
BE9301432A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Picanol Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Picanol Nv filed Critical Picanol Nv
Priority to BE9301432A priority Critical patent/BE1007896A3/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1007896A3 publication Critical patent/BE1007896A3/nl

Links

Classifications

    • DTEXTILES; PAPER
    • D03WEAVING
    • D03CSHEDDING MECHANISMS; PATTERN CARDS OR CHAINS; PUNCHING OF CARDS; DESIGNING PATTERNS
    • D03C7/00Leno or similar shedding mechanisms
    • D03C7/08Devices for twisting warp threads repeatedly in the same direction

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Textile Engineering (AREA)
  • Looms (AREA)

Abstract

Weefmachine en een zelfkantapparaat voor weefmachines waarbij een steun (2) waarop de draageleidingslementen (3,4) zijn gemonteerd door een aandrijfmotor (24) wordt aangedreven en waarbij de draaias (7) van de steun en de motoras (23) van de aandrijfmotor (24) samenvallen.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 
 EMI1.1 
 



  Weefmachine met zelfkantapparaaat. 



  --------------------------------- Deze uitvinding betreft weefmachine en een zelfkantapparaat voor weefmachines bestaande uit een op een draaias opgestelde steun, op de steun gemonteerde draadgeleidingselementen die draaibaar zijn om assen die parallel met de draaias van de steun verlopen en die symmetrisch ten opzichte van de draaias zijn opgesteld, overbrengingsmiddelen die toelaten de draadgeleidingselementen bij iedere toer van de steun twee toeren te draaien. 



  Dergelijke zelfkantapparaten hebben als doel met zelfkantdraden bij een weefcyclus een gaapopening te vormen en de zelfkantdraden hierbij te twisten teneinde een doorheen de gaapopening gebrachte inslagdraad in te binden en zodoende een zogenaamde zelfkant te maken. 



  Zelfkantapparaten van dit type zijn gekend uit bijvoorbeeld US 4103714 en bestaan uit een steun die omheen een as draaibaar is, waarop twee draadgeleidingselementen draaibaar zijn bevestigd en waarbij de steun en de draadgeleidingselementen draaibaar zijn rond evenwijdige assen. De draadgeleidingselementen bevatten meestal een bobijn, een draadcompensator en een draadoog om de zelfkantdraden te geleiden. Tevens zijn overbrengingsmiddelen in de vorm van bijvoorbeeld tandwielen of riemoverbrengingen voorzien die bij iedere toer van de steun de draadgeleidingselementen in tegengestelde richting twee toeren laten uitvoeren. Hierdoor wordt aan de draadogen van de draadgeleidingselementen een 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 beweging opgelegd zodat bij iedere halve toer van de steun een gaap wordt gevormd en de zelfkantdraden om de inslagdraden worden getwist. 



  De steun is bij gekende zelfkantapparaten als een tandwiel uitgevoerd dat via een drijvend tandwiel aangedreven wordt. 



  Dit drijvend tandwiel is voorzien op een aandrijfas die via verschillende tussenassen en/of overbrengingen door de hoofdas van de weefmachine wordt aangedreven. Dit laat toe de draaibeweging van de steun synchroon met de draaibeweging van de weefmachine te laten gebeuren of met andere woorden synchroon met de inserties te laten plaatsvinden. Het nadeel van een dergelijke aandrijving is dat de aandrijfas net als de hoofdas van de weefmachine een variabel toerental heeft, dit betekent dat het toerental wijzigt gedurende een weefcyclus door ondermeer de onregelmatige beweging die wordt opgelegd aan de lade, de kaderaandrijving en dergelijke. 



  Hierdoor zijn de overbrengingsmiddelen van het zelfkantapparaat tevens sterk aan sleet onderhevig door de versnellingskrachten en vertragingskrachten die ontstaan door dit varierent toerental. Daar het stoppen van de weefmachine plots gebeurt, meer speciaal meestal binnen   een   weefcyclus, worden de overbrengingsmiddelen van het zelfkantapparaat zeer sterk belast hetgeen soms tot een breuk van de overbrengingsmiddelen, meer speciaal de riem of de tanden van de tandwielen, kan leiden. 



  Het doel van de uitvinding is een zelfkantinrichting die zo weinig mogelijk hinder ondervindt van krachten. 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 



  Tot dit doel betreft de uitvinding een zelfkantapparaat voor weefmachines waarbij de steun door een aandrijfmotor wordt aangedreven en waarbij de draaias van de steun en de motoras van de aandrijfmotor samenvallen. 



  In het bijzonder is de steun vast op de motoras van een stuurbare aandrijfmotor bevestigd, zijn de overbrengingsmiddelen volgens de lengterichting van de motoras tussen de steun en de aandrijfmotor opgesteld, strekt de motoras van de aandrijfmotor zieh doorheen een boring voorzien in een cirkelvormig element van de overbrengingsmiddelen uit en is de motoras evenwijdig met de inslagrichting opgesteld. 



  De huidige uitvinding biedt als voordeel dat het zelfkantapparaat eenvoudig kan uitgevoerd worden en dat geen tussenassen en overbrengingen tussen de hoofdas van de weefmachine en het zelfkantapparaat noodzakelijk zijn. De uitvinding laat ook toe de snelheid van de aandrijfmotor en dus ook van het zelfkantapparaat zodanig te sturen dat het zelfkantapparaat met een zo constant mogelijk toerental draait waarbij dit toerental overeen komt met het gemiddeld toerental van de weefmachine, dit betekent dat het zelfkantapparaat op een zodanige wijze met de weefmachine gesynchroniseerd kan worden dat ogenblikkelijk een hoekfout van enkele graden toegelaten is. De uitvinding laat ook toe bij het remmen van de weefmachine aan het zelfkantapparaat een eigen remming op te leggen. 



  Teneinde de kenmerken volgens de uitvinding duidelijker naar voor te brengen wordt de uitvinding hieronder nader 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 toegelicht aan de hand van tekeningen met uitvoeringsvoorbeelden, waarin : figuur 1 schematisch een zelfkantapparaat volgens de uitvinding weergeeft ; figuur 2 een doorsnede weergeeft volgens lijn 11-11 in figuur   1 ;    figuur 3 een variante van de uitvoeringsvorm van figuur 2 weergeeft ; figuur 4 gedeeltelijk en volgens een ander zicht een variante van het zelfkantapparaat volgens figuur 1 weergeeft ; figuur 5 een doorsnede weergeeft volgens lijn   V-V   in figuur   1 ;    figuur 6 een variante weergeeft van het zelfkantapparaat volgens figuur   4 ;   figuur 7 een zicht weergeeft volgens pijl F7 in figuur 6. 



  In figuur 1 is een zelfkantapparaat 1 volgens de uitvinding weergegeven. Dit zelfkantapparaat 1 bevat een draaibaar opgestelde steun 2 waarop draadgeleidingselementen 3 en 4 zijn voorzien. Deze draadgeleidingselementen 3 en 4 zijn draaibaar ten opzichte van de steun 2 en bevatten een as 5 en 6 die gelagerd is in de steun 2. Deze assen 5 en 6 lopen parallel of evenwijdig met de draaias 7 van de steun 2 en zijn symmetrisch ten opzichte van deze draaias 7 opgesteld. 



  Verder zijn overbrengingsmiddelen 8 voorzien die toelaten dat de draadgeleidingselementen 3 en 4 bij iedere toer van de steun 2 twee toeren in tegengestelde richting draaien. 



  Zoals zichtbaar in figuren 1 en 2 bevatten deze 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 overbrengingsmiddelen 8 een vast opgesteld cirkelvormig getand element 9 en cirkelvormig getande elementen 12 en 13 die voorzien zijn op de assen 5 en 6 van de draadgeleidingselementen 3 en 4. In de weergegeven uitvoeringsvorm bestaat het vast opgesteld cirkelvormig element uit een getande riemschijf 9 die met schroeven 10 vast bevestigd is aan een freem 11 dat deel uitmaakt of vast bevestigd is aan het weefmachinefreem 45 en bestaan de op de assen 5 en 6 voorziene getande elementen uit getande riemschijven 12 en 13. De overbrengingsmiddelen 8 bevatten hierbij tevens een getande riem 14 die samenwerkt met de getande riemschijven 9, 12 en 13 en die deze onderling koppelt en synchroniseert. 



  Wanneer de steun 2 volgens pijl P draait, draaien de riemschijven 12 en 13 met de assen 5 en 6 volgens pijl Q, meer speciaal tegengesteld en met dubbele snelheid dan de steun 2. 



  Volgens een variante weergegeven in figuur 3 worden de cirkelvormig getande elementen gevormd door tandwielen 9,12 en 13 die via tussentandwielen 15 en 16 met elkaar gekoppeld en gesynchroniseerd worden zodanig dat de tandwielen 12 en 13 tevens tegengesteld en met dubbele snelheid draaien dan de steun 2. De tussentandwielen 15 en 16 zijn via een lageras 17 en 18 gelagerd op de steun 2. 



  In figuur 4 is nog een variante van de overbrengingsmiddelen 8 weergegeven waarbij twee getande riemen 19 en 49 zijn weergegeven die respectielijk de getande riemschijf 12 met de vast opgestelde riemschijf 9 en de getande riemschijf 13 met de vast opgestelde riemschijf 9 koppelen. De riemschijf 9 is hierbij breder uitgevoerd dan de riemschijf 9 weergegeven in 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 figuur 1. In de uitvoeringsvorm weergegeven in figuur 4 is de steun 2 volgens een zieht negentig graden verdraaid getekend ten opzichte van het zieht weergegeven in figuur 1. 



  Volgens de uitvinding wordt de steun 2 aangedreven door een aandrijfmotor 24 en vallen de draaias 7 van de steun 2 en de motoras 23 van de aandrijfmotor 24 samen. Hierbij wordt de steun 2 op de motoras 23 van de aandrijfmotor 24 bevestigd. 



  Zoals weergegeven in de uitvoeringsvorm van figuur 1 tot 5 wordt de steun 2 door middel van een spie 20 en schroefmiddelen 21 vast bevestigd op een asgedeelte 22. Dit asgedeelte 22 kan deel uitmaken of bevestigd worden op de motoras 23 van een aandrijfmotor 24. In figuur 5 zijn tevens nog de lagers 25 en 26 voor de assen 5 en 6 weergegeven. 



  De overbrengingsmiddelen 8 zijn volgens de lengterichting van de motoras 23 tussen de aandrijfmotor 24 en de steun 2 opgesteld. Het vast opgesteld cirkelvormig element 9 is hierbij van een boring 46 voorzien. De motoras 23 van de aandrijfmotor 24 strekt zieh hierbij doorheen deze boring 46 uit. Dit laat toe een zelfkantinrichting met een aandrijfmotor 24 voor de steun 2 compact uit te voeren. Tevens is in het freem 11 een boring 47 voor de aandrijfas 23 te passeren voorzien die bijvoorbeeld dezelfde diameter als de boring 46 vertoont. 



  Volgens een variante zoals weergegeven in figuur 6 en 7 wordt de steun 2 direct op de motoras 23 geschroefd, meer speciaal is een boring met schroefdraad voorzien in de steun 2 die samenwerkt met schroefdraad voorzien op de motoras 23. 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 



  In figuur 7 wordt verduidelijkt dat de draadgeleidingselementen 3 en 4 bestaan uit een freem 27 waaraan respectievelijk de assen 5 en 6 zijn bevestigd, waarop een bobijn 28 met zelfkantdraad, een draadcompensator 29 en een draadoog 30 is voorzien. Dit draadoog 30 laat toe bij iedere halve toer van de steun 2 met de zelfkantdraden 31 een gaap te vormen teneinde inslagdraden te kunnen inbinden tot een zelfkant. Tevens kan nog een rem 32 in de vorm van een verend ondersteunde remschoen voorzien worden om de as van de bobijn 28 te remmen. 



  Zoals zichtbaar in figuur 1 bevat de aandrijfmotor 24 een huis 33 dat met schroefmiddelen 34 vast bevestigd is op het freem 11 dat deel uitmaakt of vast bevestigd is aan het weefmachinefreem 45. De motoras 23 is met lagers 35 draaibaar gelagerd in het huis 33 van de aandrijfmotor 24. Op de motoras 24 zijn nog wikkelingen 36 en een encoderschijf 37 voorzien. Deze encoderschijf 37 werkt samen met detectiemiddelen 38 die vast bevestigd zijn aan het huis 33 zodanig dat de detectiemiddelen 38 een signaal afleveren dat respresentatief is voor de positie van de motoras 23. Verder is in figuur 1 een lokale stuureenheid 39 voorzien die de aandrijfmotor 24 kan sturen in functie van de gewenste hoekpositie rekening houdende met de gemeten hoekpositie door de detectiemiddelen 38.

   Verder is een stuureenheid 40 van de weefmachine weergegeven die tevens gekoppeld is met detectiemiddelen 41 die samenwerken met een encoderschijf 42 voorzien op een as 43 die synchroon draait met de hoofdas van de weefmachine. Zoals zichtbaar in figuur 1 draaien de steun 2 en de motoras 23 omheen eenzelfde draaias 7 of met andere 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 
 EMI8.1 
 woorden vallen de draaias 7 van de steun 2 en de motoras 23 samen. De steun 2 is hierbij eveneens vast op de motoras 23 bevestigd. Dit biedt als voordeel dat de uitvoering zeer eenvoudig is en weinig onderdelen noodzakelijk zijn. 



  De werking kan als volgt uitgelegd worden. De stuureenheid 40 geeft een signaal aan de lokale stuureenheid 39 dat bepalend is voor de positie van de aandrijfmotor 24. Door de positie van de aandrijfmotor 24 te sturen wordt tevens het toerental van de motoras 23 van de aandrijfmotor 24 gestuurd, dit betekent dat het toerental van de motoras 23 bepaald wordt door de snelheid waarmee de positie van de motoras 23 gestuurd wordt. De positie van de motoras 23 kan hierbij bepaald worden door het signaal van de detectiemiddelen 38, welk signaal als terugkoppeling voor de positie van de motoras 23 kan dienen. De stuureenheid 40 geeft een signaal aan de lokale stuureenheid 39 dat bepaald wordt door weefmachineparameters. Hiertoe wordt bijvoorbeeld een signaal geleverd dat evenredig is met de positie en de gemiddelde snelheid van de hoofdas van de weefmachine.

   De stuureeheid 40 bepaalt dit signaal door middel van signalen van de detectiemiddelen 41 die samenwerken met een encoderschijf 42 die voorzien is op een as 43 van de weefmachine die synchroon draait met de hoofdas van de weefmachine. Dit signaal is bijvoorbeeld functie van de positie en de gemiddelde snelheid van de hoofdas van de weefmachine, meer speciaal bevat een waarde die functie is van de voornoemde positie en gemiddelde snelheid. De lokale stuureenheid 39 ontvangt dit signaal van de stuureenheid 40 en stuurt vervolgens de positie en de positieverandering of snelheid van de aandrijfmotor 24 in 

 <Desc/Clms Page number 9> 

 
 EMI9.1 
 functie van dit signaal. 



  Hierdoor kan men bekomen dat de motoras 23 een positie inneemt die nagenoeg synchroon verloopt met de positie van de hoofdas van de weefmachine, zonder dat het noodzakelijk is dat de motoras 23 het variabel toerental van de hoofdas van de weefmachine volgt. De sturing naar de positie laat tevens toe het kruisingmoment van de zelfkantendraden 31 te laten plaats vinden op een gewenst ogenblik in de weefcyclus. De stuureenheid 40 kan ook middelen bevatten die in staat zijn de positie van de hoofdas van de weefmachine en de motoras 23 op een andere manier te synchroniseren, hetgeen toelaat het kruisingmoment te regelen vanuit de stuureenheid. Dit laatste kan tevens gebeuren bij een in werking zijnde machine, meer speciaal zonder dat men de weefmachine moet stoppen.

   Het kruisingmoment kan eveneens per weefcyclus aangepast worden, bijvoorbeeld in functie van weefparameters zoals de inslagsoort, het inslagkanaal waarmee geweven wordt, insertieparameters en andere weefparameters. 



  Volgens een variante kan de snelheid van de aandrijfmotor 24 tevens volgens een bepaald patroon geregeld worden, meer speciaal bijvoorbeeld dat de snelheid van de motoras 23 van de aandrijfmotor 24 verlaagd wordt wanneer een gaapopening gevormd wordt om zodoende langer een gaapopening te kunnen vormen. Dit laat toe zelfkantapparaten volgens de uitvinding niet alleen voor luchtweefmachines maar tevens voor grijperweefmachines, projectielweefmachines en andere toe te passen. 



  Een bijzonder voordeel van het zelfkantapparaat volgens de 

 <Desc/Clms Page number 10> 

 uitvinding is dat bij het stoppen van de weefmachine het zelfkantapparaat 1 niet plots en ogenblikkelijk met de weefmachine moet stoppen. Dit laat toe de krachten in het zelfkantapparaat 1 bij het stoppen van de weefmachine sterk te verminderen. Wanneer de weefmachine gestopt wordt, geeft de stuureenheid 40 een signaal aan de lokale stuureenheid 39 zodanig dat de aandrijfmotor 24 ook gestopt kan worden. 



  Bijvoorbeeld zal men hiertoe een beperkte remstroom voorzien die de aandrijfmotor 24 geleidelijk afremt en vervolgens zal de sturing de aandrijfmotor 24 zodanig sturen dat deze een gewenste positie voor het starten inneemt. Deze positie kan zowel bekomen worden door de motoras 23 vooruit of achteruit te draaien over een bepaalde hoek. Het vooruit draaien is mogelijk omdat de binding van het zelfkantapparaat na het doordraaien van een volledige toer van de steun 2 terug dezelfde is. De startpositie kan tevens zodanig gekozen worden dat het zelfkantapparaat vroeger en trager start dan de weefmachine zodanig dat met het zelfkantapparaat op een zeker ogenblik in de weefcyclus terug nagenoeg synchroon draait met de weefmachine. 



  De stuurbare aandrijfmotor 24 kan bestaan uit een servomotor of uit een stappenmotor. Volgens een bijzondere uitvoeringsvorm bestaat deze aandrijfmotor 24 uit een enkelfazige motor met veranderlijke reluctantie. Dergelijke motoren zijn bekend uit bijvoorbeeld US 4043618 of GB 1597790 en laten de toe de positie en snelheid van de motoras 23 op een eenvoudige, correcte en goedkope manier te sturen in functie van signalen die bepaald worden door een positie of snelheid van een andere as zoals een as die synchroon draait 

 <Desc/Clms Page number 11> 

 met de hoofdas van een weefmachine. 



  Het zelfkantapparaat volgens de uitvinding wordt zodanig opgesteld dat de motoras 23 nagenoeg evenwijdig is met de inslagrichting A van de inslagdraden 44 of de inslagrichting verloopt. Voor het weven van weefsels met verschillende breedte op eenzelfde weefmachine is het ook mogelijk het zelfkantapparaat nagenoeg volgens de lengterichting A van de inslagdraden 44 langsheen een weefmachinefreem 45 te verplaatsen, zodanig dat de positie van het zelfkantapparaat volgens de weefbreedte aanpasbaar is. Dit is eenvoudig mogelijk daar het zelfkantapparaat alleen met bevestigingsbouten 48 en door een elektrische kabel met de weefmachine in verbinding staat. 



  Het zelfkantapparaat en de weefmachine volgens de uitvinding beperken zich uiteraard niet tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringen maar kunnen binnen het kader van de uitvinding volgens verschillende varianten uitgevoerd worden.

Claims (13)

Konklusies.
1. Zelfkantapparaat voor weefmachines bestaande uit een op een draaias (7) opgestelde steun (2), op de steun (2) gemonteerde draadgeleidingselementen (3, 4) die draaibaar zijn om assen (5, 6) die parallel met de draaias (7) van de steun (2) verlopen en die symmetrisch ten opzichte van de draaias (7) zijn opgesteld, overbrengingsmiddelen (8) die toelaten de draadgeleidingselementen (3, 4) bij iedere toer van de steun twee toeren te draaien daardoor gekenmerkt dat de steun (2) door een aandrijfmotor (24) wordt aangedreven en dat de draaias (7) van de steun (2) en de motoras (23) van de aandrijfmotor (24) samenvallen.
2. Zelfkantapparaat volgens konklusie 1, daardoor gekenmerkt dat de steun (2) vast op de motoras (23) van de aandrijfmotor (24) is bevestigd.
3. Zelfkantapparaat volgens konklusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de overbrengingsmiddelen (8) volgens de lengterichting van de motoras (23) tussen de steun (2) en de aandrijfmotor (24) zijn opgesteld.
4. Zelfkantapparaat volgens konklusie 1, 2 of 3, daardoor gekenmerkt dat de overbrengingsmiddelen (8) een vast opgesteld cirkelvormig element (9) bevatten waarin een boring (46) is voorzien en dat de motoras (23) van de aandrijfmotor (24) zich doorheen deze boring (46) uitstrekt.
5. Zelfkantapparaat volgens een der konklusies 1 tot 4, <Desc/Clms Page number 13> daardoor gekenmerkt dat de overbrengingsmiddelen (8) een vast opgesteld cirkelvormig getand element (9) bevatten dat in verbinding staat met cirkelvormige getande elementen (12, 13) die voorzien zijn op de assen (5, 6) van de draadgeleidingselementen (3, 4).
6. Zelfkantapparaat volgens konklusie 5, daardoor gekenmerkt dat de overbrengingsmiddelen (8) getande riemschijven (9, 12, 13) en minstens een getande riem (14, 19, 49) bevatten die samenwerkt met een vast opgestelde riemschijf (9) en een riemschijf (12, 13) voorzien op de assen (5, 6) van de draadgeleidingselementen (2, 3).
7. Zelfkantapparaat volgens konklusie 5, daardoor gekenmerkt dat de getande elementen van de overbrengingsmiddelen (8) bestaan uit tandwielen (9, 12, 13) en dat de overbrengingsmiddelen (8) tevens tussentandwielen (15, 16) bevatten die samenwerken met een vast opgesteld tandwiel (9) en een tandwiel (12, 13) voorzien op de assen (5, 6) van de draadgeleidingselementen (2, 3).
8. Zelfkantapparaat volgens een der konklusies 1 tot 7, daardoor gekenmerkt dat de draadgeleidingselementen (2, 3) een freem (27) bevatten waarop een bobijn (28), een draadcompensator (29) en een draadoog (30) is voorzien.
9. Zelfkantapparaat volgens een der konklusies 1 tot 8, daardoor gekenmerkt dat de aandrijfmotor (24) door middel van een lokale stuureenheid (39) stuurbaar is. <Desc/Clms Page number 14>
10. Zelfkantapparaat volgens konklusie 9, daardoor gekenmerkt dat de stuureenheid (40) van de weefmachine middelen bevat die de positie en/of snelheid van de aandrijfmotor (24) sturen in functie van de weefmachineparameters.
11. Zelfkantapparaat volgens een der konklusies 1 tot 10, daardoor gekenmerkt dat de aandrijfmotor (24) bestaat uit een eenfazige motor met veranderlijke reluctantie.
12. Weefmachine die een zelfkantapparaat volgens een der konklusies 1 tot 11 bevat, daardoor gekenmerkt dat het zelfkantapparaat (1) zodanig opgesteld is dat de motoras (23) van de aandrijfmotor (24) waarop de steun (2) is voorzien nagenoeg evenwijdig met de inslagrichting (A) van de inslagdraden (44) is opgesteld.
13. Weefmachine volgens konklusie 12, daardoor gekenmerkt dat het zelfkantapparaat (1) nagenoeg volgens de lengterichting (A) van de inslagdraden (44) langsheen een weefmachinefreem (45) verplaatsbaar is, zodanig dat de positie van het zelfkantapparaat (1) volgens de weefbreedte aanpasbaar is.
BE9301432A 1993-12-22 1993-12-22 Weefmachine met zelfkantapparaat. BE1007896A3 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9301432A BE1007896A3 (nl) 1993-12-22 1993-12-22 Weefmachine met zelfkantapparaat.

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9301432A BE1007896A3 (nl) 1993-12-22 1993-12-22 Weefmachine met zelfkantapparaat.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1007896A3 true BE1007896A3 (nl) 1995-11-14

Family

ID=3887665

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE9301432A BE1007896A3 (nl) 1993-12-22 1993-12-22 Weefmachine met zelfkantapparaat.

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1007896A3 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE1016283A3 (fr) * 2003-06-05 2006-07-04 Toyota Jidoshokki Kk Procede et dispositif pour empecher la generation de defauts sur un tissu dans un metier a tisser.

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR1435356A (fr) * 1965-05-06 1966-04-15 Prince Jidosha Kogyo Kabushiki Mécanisme de tressage de lisières pour un métier à tisser sans navette
US4103714A (en) * 1976-03-29 1978-08-01 Nissan Motor Company, Limited Apparatus for removing flues from selvage yarn feeding device of weaving loom
FR2390524A1 (fr) * 1977-05-13 1978-12-08 Rueti Ag Maschf Dispositif servant a former un lisere de gaze sur les metiers a tisser
US4193427A (en) * 1978-07-20 1980-03-18 Nissan Motor Company, Limited Selvage forming system of shuttleless loom

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR1435356A (fr) * 1965-05-06 1966-04-15 Prince Jidosha Kogyo Kabushiki Mécanisme de tressage de lisières pour un métier à tisser sans navette
US4103714A (en) * 1976-03-29 1978-08-01 Nissan Motor Company, Limited Apparatus for removing flues from selvage yarn feeding device of weaving loom
FR2390524A1 (fr) * 1977-05-13 1978-12-08 Rueti Ag Maschf Dispositif servant a former un lisere de gaze sur les metiers a tisser
US4193427A (en) * 1978-07-20 1980-03-18 Nissan Motor Company, Limited Selvage forming system of shuttleless loom

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE1016283A3 (fr) * 2003-06-05 2006-07-04 Toyota Jidoshokki Kk Procede et dispositif pour empecher la generation de defauts sur un tissu dans un metier a tisser.

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1009375A6 (nl) Kanteninrichting voor weefmachines.
US4484502A (en) Wire saw
FR2376057A1 (fr) Procede et dispositif pour le reglage du deroulage d&#39;un fil textile
KR960031673A (ko) 직조기를 위한 구동 장치
US5226459A (en) Thread brake with fixed and rotatable thread guides
US3777581A (en) Yarn guide reciprocating apparatus
US5524678A (en) Leno selvage device for a loom with a leno rotor driven by its own motor
BE1007896A3 (nl) Weefmachine met zelfkantapparaat.
US4127150A (en) Rapier driving device on rapier looms
JPH05331742A (ja) 走行中の糸、ワイヤなどの差動制動装置
US4893386A (en) Apparatus for the production of pattern warps etc. on a cone warping machine
KR970007081B1 (ko) 낚시줄 수용용 스풀을 구비한 낚시릴
BE1007898A3 (nl) Inrichting voor weefmachines.
CN1061250A (zh) 一种其扭轴的零点位置可控制的片梭织机
US4991783A (en) Yarn traversing method and an apparatus therefor
EP2553153B1 (en) Drive and method for driving gripper carriers
BE1010658A3 (nl) Inrichting en werkwijze om minstens twee draden rond elkaar te bewegen.
BE1007897A3 (nl) Zelfkantinrichting voor weefmachines.
GB2105810A (en) Device for the automatic variation of the stroke of a crank mechanism
NL8600870A (nl) Aandrijving voor weefmachines.
US5549140A (en) Back rest arrangement for controlling warp thread tension
US3378041A (en) Shuttle drive
GB2255107A (en) Yarn-winding: traversing
SU1222725A1 (ru) Привод ткацкого станка
CN104512763A (zh) 中拉收线机排线机构

Legal Events

Date Code Title Description
RE Patent lapsed

Owner name: PICANOL N.V.

Effective date: 19991231