BE1006918A3

BE1006918A3 - Ophanging voor een laadbrug bij voertuigen.

Info

Publication number: BE1006918A3
Application number: BE9300231A
Authority: BE
Original assignee: Dhollandia Naamloze Vennootsch
Priority date: 1993-03-10
Filing date: 1993-03-10
Publication date: 1995-01-24

Abstract

Ophanging voor een laadbrug bij voertuigen, van het type waarbij de laadbrug (2) aan het chassis (7) van het voertuig (3) is bevestigd door tussenkomst van een aantal aan een draagbalk (8) verbonden steunen (9, 10) daardoor gekenmerkt dat zij één of meer verbindignen tussen de steunen (9, 10) en de draagbalk (8) vertoont welke bestaan uit een losmaakbare bevestiging (11) in de vorm van een aan de betreffende steun (9, 10) vastgemaakte beugel die rond de voornoemde draagbalk (8) aangrijpt.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  Ophanging voor een laadbrug bij voertuigen. 



  Deze uitvinding heeft betrekking op een ophanging voor een laadbrug bij voertuigen. 



  Meer speciaal betreft zij een ophanging van het type waarbij de laadbrug aan het chassis van het voertuig is bevestigd door tussenkomst van een aantal aan een draagbalk verbonden steunen. 



  Bij de bekende uitvoeringen van het voornoemde type zijn de steunen, welke dienen om hetzij de draagbalk aan het voertuig te bevestigen, hetzij de laadklep aan de draagbalk op te hangen, aan de draagbalk vastgelast. Deze uitvoeringen vertonen dan ook het nadeel dat het vrij moeilijk is, of toch minstens omslachtig is, om de laadbrug bij een voertuig te monteren of te demonteren. Nog een nadeel bestaat erin dat de voornoemde steunen bij de konstruktie van de ophanging zeer precies ten opzichte van de draagbalk dienen te worden gepositioneerd. 



  De huidige uitvinding heeft betrekking op een ophanging voor een laadbrug die de voornoemde nadelen niet vertoont. 



  Hiertoe betreft de uitvinding een ophanging voor een laadbrug bij voertuigen, van het type waarbij de laadbrug aan het chassis van het voertuig is bevestigd door tussenkomst van een aantal aan een draagbalk verbonden steunen, daardoor gekenmerkt dat zij   één   of meer verbindingen tussen de steunen en de draagbalk vertoont welke bestaan uit een losmaakbare bevestiging in de vorm van een aan de betreffende steun vastgemaakte beugel die rond de voornoemde draagbalk aangrijpt. Het gebruik van dergelijke beugels laat toe dat de voornoemde steunen en de 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 draagbalk eenvoudig aan elkaar kunnen worden verbonden en gemakkelijk van elkaar kunnen worden losgemaakt en dat de onderlinge positionering tussen de steunen en de draagbalk geen probleem meer stelt, daar de beugels op iedere plaats rond de draagbalk kunnen worden gemonteerd. 



  Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm zijn minstens de steunen waarmee de draagbalk aan het chassis is opgehangen, voorzien van de voornoemde losmaakbare bevestigingen,   één   en ander zodanig dat de laadbrug in zijn geheel met de draagbalk kan worden gedemonteerd, zodat, in tegenstelling tot de bekende uitvoeringen, de verschillende armen en drukcilinders die bij zulke ophanging voorkomen niet aan hun onderscheidelijke scharnierpunten dienen te worden losgemaakt. 



  Met het inzicht de kenmerken volgens de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna als voorbeelden zonder enig beperkend karakter enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuur 1 een ophanging volgens de uitvinding weergeeft ; figuur 2 het gedeelte weergeeft dat in figuur 1 met pijl F2 is aangeduid ; figuren 3 en 4 zichten weergeven respektievelijk volgens pijlen F3 en F4 in figuur   2 ;   figuur 5 een doorsnede weergeeft volgens lijn V-V in figuur 1. 



  Zoals weergegeven in figuur 1 heeft de uitvinding betrekking op een ophanging 1 voor een laadbrug 2 voor een 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 voertuig 3. Zoals bekend bestaat de laadbrug 2 hierbij hoofdzakelijk uit een laadklep 4 die door middel van een aantal armen 5 en drukcilinders 6 verplaatsbaar is. 



  Zoals bekend is het gebruikelijk dat de voornoemde laadbrug 2 aan het chassis 7 van het voertuig 3 wordt bevestigd door tussenkomst van een draagbalk 8 en een aantal hiermee samenwerkende steunen 9 en 10. Enerzijds wordt hierbij gebruik gemaakt van steunen 9 om de draagbalk 10 aan het chassis 7 op te hangen, en anderzijds, worden de nodige steunen 10 aan de draagbalk 8 voorzien waaraan de armen 5 en de drukcilinders 6 worden bevestigd. 



  Het bijzondere van de ophanging volgens de uitvinding bestaat erin dat één of meer van de voornoemde steunen 9 en/of 10 en de draagbalk 8 onderling aan elkaar zijn verbonden door middel van losmaakbare bevestigingen 12. In de bijgevoegde figuur 1 zijn bij wijze van voorbeeld uitsluitend de steunen 9 van losmaakbare bevestigingen 11 voorzien, terwijl de in deze figuur zichtbare steun 10 aan de draagbalk 8 is vastgelast. 



  Zoals weergegeven in de figuren 2 tot 4 bestaat de beugelvormige bevestiging 11 bij voorkeur uit een U-vormig gedeelte 12 dat aan de betreffende steun, in dit geval de steun 9, is bevestigd, en hiermee samenwerkend sluitstuk 13, zodanig dat de steun 9 door middel van het gedeelte 12 over de draagbalk 8 kan worden geschoven en hierrond kan worden bevestigd door het sluitstuk 13 aan te brengen. 



  Bij voorkeur vertoont de draagbalk 8 een rechthoekige of vierkante doorsnede en is het U-vormig gedeelte 12 rechthoekig uitgevoerd. 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 Het sluitstuk 13 kan bestaan uit een plaat of een ander element dat kan worden bevestigd tegen de vrije uiteinden van de benen van het voornoemde U-vormig gedeelte 12. Hiertoe zijn aan deze uiteinden bij voorkeur bouteinden 14 voorzien, die bijvoorbeeld hierop zijn vastgelast, terwijl in het sluitstuk 13 de nodige boringen zijn aangebracht, zodanig dat het sluitstuk 13 over de bouteinden 14 kan worden geschoven en door middel van de nodige moeren 15 kan worden aangespannen. In de meest voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt gebruik gemaakt van vier bouten 14. 



  Zoals weergegeven in figuren 3 en 4 is de betreffende steun 9 bij voorkeur zijdelings tegen het U-vormig gedeelte 12 vastgelast, waarbij de lasnaad 16 zich langs de volledige omtrek van het U-vormig gedeelte 12 kan uitstrekken. 



  Zoals weergegeven in de figuren bestaan bij voorkeur minstens alle verbindingen tussen de steunen 9 en de draagbalk 8 uit losmaakbare bevestigingen 11 zoals hiervoor beschreven. Dit laat toe dat de laadbrug 2 in haar geheel met de draagbalk 8 van het voertuig kan worden losgemaakt. 



  Dit biedt het voordeel dat de laadbrug 3 op eenvoudige wijze kan worden gedemonteerd, bijvoorbeeld in het geval van een reparatie, en ook gemakkelijk kan worden vervangen door een andere laadbrug. Het is duidelijk dat, in tegenstelling tot de bekende uitvoeringsvormen, de armen 5 en de cilinders 6 dan niet meer elk apart dienen te worden losgemaakt in hun scharnierpunten 17 en 18. 



  Zoals voornoemd kunnen de steunen 10 vastgelast zijn op de draagbalk 8. Zoals schematisch in figuur 5 is weergegeven kunnen ook een aantal van de steunen 10 op het gedeelte 12 worden gelast dat aan de steun 9 is bevestigd. 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 Het is duidelijk dat volgens de uitvinding ook de steunen 10 losmaakbaar aan de draagbalk 8 zouden kunnen worden bevestigd, zulks door middel van gelijkaardige losmaakbare bevestigingen 11. 



  De voornoemde steunen 9 kunnen aan het chassis 7 worden gelast of hieraan worden vastgeschroefd door middel van bouten 19. 



  De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvorm, doch dergelijke ophanging voor een laadbrug kan volgens verschillende varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims

Konklusies.

1. - Ophanging voor een laadbrug bij voertuigen, van het type waarbij de laadbrug (2) aan het chassis (7) van het voertuig (3) is bevestigd door tussenkomst van een aantal aan een draagbalk (8) verbonden steunen (9,10), daardoor gekenmerkt dat zij een of meer verbindingen tussen de steunen (9,10) en de draagbalk (8) vertoont welke bestaan uit een losmaakbare bevestiging (11) in de vorm van een aan de betreffende steun (9,10) vastgemaakte beugel die rond de voornoemde draagbalk (8) aangrijpt.

2.-Ophanging volgens konklusie 1, daardoor gekenmerkt dat de losmaakbare bevestiging (11) hoofdzakelijk bestaat uit een U-vormig gedeelte (12) en een hiermee samenwerkend sluitstuk (13).

3.-Ophanging volgens konklusie 2, daardoor gekenmerkt dat de draagbalk (8) en het U-vormig gedeelte (12) rechthoekig zijn.

4.-Ophanging volgens konklusie 2 of 3, daardoor gekenmerkt dat het sluitstuk (13) door middel van bouten (14) en/of moeren (15) tegen het U-vormig gedeelte (12) kan worden aangespannen.

5.-Ophanging volgens konklusie 4, daardoor gekenmerkt dat op de vrije uiteinden van de benen van het U-vormig gedeelte (12) bouteinden (14) zijn opgelast, waarbij het sluitstuk (13) over deze bouteinden (14) past en door middel van moeren (15) kan worden bevestigd. <Desc/Clms Page number 7> EMI7.1

6.-Ophanging volgens één der voorgaande konklusies, daardoor gekenmerkt dat de betreffende steun (9, 10) met een zijde tegen de voornoemde beugel is vastgelast.

7.-Ophanging volgens één der voorgaande konklusies, daardoor gekenmerkt dat zij minstens één losmaakbare bevestiging (11) vertoont tussen de draagbalk (8) en een steun (9) die in een verbinding tussen de draagbalk (8) en het chassis (7) voorziet.

8.-Ophanging volgens konklusie 7, daardoor gekenmerkt dat de draagbalk (8) aan het chassis (7) van het voertuig (3) is bevestigd uitsluitend door middel van steunen (9) die van losmaakbare bevestigingen (11) zijn voorzien, zodanig dat de laadbrug (3) in haar geheel samen met de draagbalk (8) wegneembaar is van het voertuig (3).

9.-Ophanging volgens konklusie 7 of 8, daardoor gekenmerkt dat de steunen (9) die in een verbinding met het chassis (7) voorzien, aan dit chassis (7) zijn vastgeschroefd.

10.-Ophanging volgens één der konklusies 1 tot 6, daardoor gekenmerkt dat zij minstens een losmaakbare bevestiging (11) vertoont die in een verbinding tussen de draagbalk (8) en een steun (10) waaraan een arm (5) en/of een drukcilinder (6) van de laadbrug (2) is bevestigd, voorziet.