BE1005189A3

BE1005189A3 - Werkwijze voor het bekleden van elementen die bestaan uit geexpandeerde kunststof, en produkten volgens deze werkwijze bekomen.

Info

Publication number: BE1005189A3
Application number: BE8800253A
Authority: BE
Original assignee: Polysiertegels Nv
Priority date: 1988-03-07
Filing date: 1988-03-07
Publication date: 1993-05-18
Also published as: EP0332602A2; EP0332602A3; EP0332602B1; DE68906812D1; ATE90020T1; BE1003916A3; DE68906812T2

Abstract

Werkwijze voor het bekleden van elementen die bestaan uit geëxpandeerde kunststof, daardoor gekenmerkt dat zij bestaat in het verwarmen van een laag bekledingsmateriaal (1) gevormd uit niet-geëxpandeerde kunststof en het tegen het te bekleden element (2) aandrukken van de warme laag (1), zodanig dat door samensmelting aan hun samenwerkende oppervlakken (5, 6) na afkoeling een blijvende aanhechting ontstaat.

Description

Werkwijze voor het bekleden van elementen die bestaan uit geëxpandeerde kunststof, en produkten volgens deze werkwijze
EMI1.1
bekomen. bekomen.

Deze uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het bekleden van elementen die bestaan uit geëxpandeerde kunststof, ook wel schuimkunststof genaamd. De uitvinding betreft eveneens de produkten die volgens de werkwijze van de uitvinding van een bekleding zijn voorzien.

Zoals bekend kennen geëxpandeerde kunststoffen, zoals bijvoorbeeld polystyreen, polyethyleen en andere gelijkaardige materialen een groot aantal toepassingen. Voorbeelden hiervan kan men in grote aantallen aantreffen in de isolatietechniek, de verpakkingsindustrie en in de dekoratietechnieken.

Het is bekend dat voorwerpen en elementen die uit geëxpandeerd kunststof zijn vervaardigd zeer kwetsbaar zijn, weinig

stevigheid vertonen en bij vervuiling moeilijk te reinigen zijn omwille van hun poreus karakter.

De huidige uitvinding heeft een, werkwijze tot doel voor het bekleden van elementen uit geëxpandeerde kunststof, een en ander zodanig dat de bekomen produkten de voornoemde nadelen niet meer vertonen. Hierbij wordt aan het oppervlak van de elementen in geëxpandeerde kunststof een hardere kunststoflaag aangebracht en wel zodanig dat tussen de laag bekledingsmateriaal en het te bekleden element een hechte, nagenoeg onverbreekbare, verbinding ontstaat.

De volgens de uitvinding bekomen produkten vertonen dan ook het voordeel dat zij steviger zijn dan de produkten die niet van de voornoemde bekleding zijn voorzien. De stevigte uit zieh vooral door de grotere oppervlaktehardheid, de grotere breukvastheid en de betere draagkracht. Dit heeft op zijn beurt als voordeel dat de bekomen produkten een langere levensduur kennen.

Nog een voordeel van de uitvinding bestaat erin dat de bekomen produkten gemakkelijk afwasbaar zijn en dat de vervuiling van het poreuze uit geëxpandeerde kunststof bestaande basiselement
EMI2.1
- -. vermeden wordt.

De werkwijze volgens de uitvinding biedt bovendien het voordeel dat de elementen uit geëxpandeerde kunststof met een bekleding van een willekeurige kleur kunnen worden voorzien.

Ten slotte wordt nog opgemerkt dat de uitvinding tevens tot doel heeft het aantal toepassingsmogelijkheden van geëxpandeerde kunststof, of zogenaamde schuimkunststof, te vergroten.

Hiertoe betreft de uitvinding dan ook een werkwijze voor het bekleden van elementen die bestaan uit schuimkunststof, met als kenmerk dat deze werkwijze bestaat in het verwarmen van een laag bekledingsmateriaal gevormd uit niet-geëxpandeerde kunststof en het tegen het te bekleden element aandrukken van de warme laag, zodanig dat door samensmelting aan hun met elkaar samenwerkende oppervlakken na afkoeling een blijvende aanhechting ontstaat. In de meest voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt de verwarmde laag bekledingsmateriaal tegen het te bekleden element vastgezogen, zodanig dat het bekledingsmateriaal de vorm van het te bekleden element aanneemt, en met de volledige oppervlakte hiervan samenwerkt.

Het vastzuigen van de laag bekledingsmateriaal gebeurt bij voorkeur door de lucht doorheen het te bekleden element weg te zuigen.

Met het inzicht de kenmerken volgens de uitvinding beter aan te tonen, wordt hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende uitvoering beschreven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuren 1 t. e. m. 3 schematisch, in drie verschillende sta- dia, de werkwijze volgens de uitvinding weergeven ; figuur 4 op een grotere schaal een doorsnede weergeeft volgens lijn IV-IV in figuur 3, waarbij een gedeelte van
EMI4.1
. . het bekomen produkt wordt voorgesteld ; figuur 5 een voorbeeld van een inrichting weergeeft om de werkwijze volgens de uitvinding in de praktijk te realise- ren.

De in de figuren weergegeven uitvoeringsvorm heeft betrekking op de meest voorkeurdragende werkwijze, waarbij zoals voornoemd een laag bekledingsmateriaal. 1 tegen het te bekleden element 2 wordt aangebracht, door deze ertegen vast te zuigen.

Zoals weergegeven in figuur 1 wordt volgens de werkwijze van
EMI4.2
.. -... - -... de uitvinding de laag bekledingsmateriaal 1 eerst verwarmd tot op een gepaste temperatuur d. m. v. een warmtebron 3. In een volgende stap, zoals weergegeven in figuren 2 en 3, wordt de warme laag 1 tegen het element 2 vastgezogen, zulks door de
EMI4.3
-. - lucht doorheen het element 2 weg te trekken. De laag 1 neemt ...... hierdoor de vorm van het bekleden element 2 aan.

Doordat de laag bekledingsmateriaal 1 op een relatief hoge temperatuur gebracht wordt, ontstaat bij het samenvoegen van de laag 1 en het element 2 aan hun met elkaar samenwerkende oppervlakken, respektievelijk 5 en 6, een samensmelting, dewelke na afkoeling in een hechte verbinding resulteert.

Overtollig materiaal 7 wordt afgesneden en verwijderd.

Het is duidelijk dat de lucht 4 d, m, v, een geschikte inrichting 8 wordt weggezogen.

Met de elementen 2 worden hoofdzakelijk voorwerpen bedoeld die bestaan uit geëxpandeerde kunststof van het type zoals wordt aangewend voor isolatiematerialen, bijvoorbeeld geëxpandeerd polystyreen ; geëxpandeerd polyethyleen en gelijkaardige geëxpandeerde materialen. Zoals bekend hebben dergelijke materialen een gewicht van 8 ä 40 kilogram per kubieke meter.

Bij voorkeur worden de te bekleden produkten 2 vervaardigd uit geexpandeerde kunststof met een open, dus luchtdoorlatende, struktuur, zodanig dat de, lucht 4 zonder meer doorheen de geëxpandeerde massa kan getrokken worden. Indien toch
EMI5.1
... -. materialen moeten bekleed worden die een weinig open of ... - -. -. - - gesloten geëxpandeerde struktuur bevatten, zullen perforaties 9 in de elementen 2 worden aangebracht, zoals schematisch in de figuren is aangeduid, zulks om het wegzuigen van de lucht

tussen de oppervlakken 5 en 6 toe te laten, of althans te vergemakkelijken.

Het bekledingsmateriaal van de laag 1 bestaat bij voorkeur uit een vel niet-geëxpandeerde kunststof, van willekeurige kleur, zoals bijvoorbeeld een polystyreen of polyethyleen vel. Het is duidelijk dat eventueel ook een dikkere bekledingslaag kan worden aangewend, zulks in het bijzonder wanneer vlakke platen en dergelijke moeten bekleed worden, waarbij de laag 1 zich niet in de vorm van het element 2 hoeft te plooien.

Het opwarmen van de laag 1 gebeurt bij voorkeur tot op een temperatuur waarbij de laag, minstens aan het oppervlak 5, week en viskeus wordt. Op dat moment dienen de laag 1 en het element 2 onmiddellijk te worden samengevoegd zodanig dat de laag 1 als het ware insmelt in de lichtere struktuur van het element 2.

Ten einde de meest optimale samensmelting van de laag 1 en het element 2 aan hun oppervlakken 5 en 6 te bekomen, worden bij voorkeur materialen aangewend met een gelijk of nagenoeg gelijk smeltpunt. Bij voorkeur bestaan de laag I en het element 2 dan ook uit dezelfde basismaterialen, waarbij echter
EMI6.1
... - het element 2 uit dit materiaal in geëxpandeerde toestand bestaat, terwijl de laag l hetzelfde materiaal betreft in niet-geëxpandeerde toestand.

In figuur 4 wordt weergegeven dat'de laag l zieh door het vastzuigen volledig aan de vorm van het oppervlak van het element 2 aanpast, waardoor de samenwerkende oppervlakken optimaal voor de aanhechting worden benut.

In figuur 5 wordt nog weergegeven hoe de werkwijze volgens de uitvinding praktisch in zijn werk kan gaan. Het element 2 wordt hierbij op een dubbelwandige tafel 10 gelegd waarvan het bovenste oppervlak gevormd is uit een rooster 11 of dergelijke, en waarbij d. m. v. een vacuümpomp 12 de lucht onder het rooster 11 kan worden weggetrokken. De warmtebron 3 bevindt zieh op enige afstand boven de tafel 10 en bestaat uit een set van infra-roodlampen 13. Verder bevat de inrichting een kader 14 met klemmiddelen 15, waarin de voornoemde laag bekledingsmateriaal 1 kan worden ingeklemd. Het kader 14 bevindt zieh horizontaal en is bevestigd aan een aandrijfmechanisme 16, zodanig dat het op en neer kan bewegen tussen respektievelijk de warmtebron 3 en de tafel 10.

De gevolgde werkwijze kan eenvoudig uit de figuur worden afgeleid. Zij bestaat er hoofdzakelijk in dat een laag bekledingsmateriaal 1 in het kader 14 wordt vastgeklemd ; dat de ingeklemde laag 1 in de nabijheid van de ingeschakelde lampen 13 wordt gepresenteerd tot dat deze week wordt ; dat de lucht onder het rooster 11 wordt weggezogen ; en dat het kader

1 vlug naar beneden bewogen wordt zodanig dat de verwarmde laag 1 wordt vastgezogen op het element 2.

Het is duidelijk dat door de regeling van de afstand tussen de hoogste stand van het kader 14 en de zieh erboven bevindende lampen 13, alsook door de regeling van de inschakelduur van de lampen 13, de temperatuur tot waarop de laag 1 wordt verwarmd, kan geregeld worden.

De huidige uitvinding heeft ook betrekking op de produkten die volgens de in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen worden bekomen. Het is duidelijk dat zulke produkten uit allerlei voorwerpen kunnen bestaan, zoals bijvoorbeeld platen, verpakkingsmaterialen, viskisten, dekoratie-elementen voor etalageversiering e. d., enz.

De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeelden beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringen, doch de werkwijze volgens de uitvinding kan volgens verschillende varianten worden verwezenlijkt, terwijl de bekomen produkten zieh in allerlei vormen en afmetingen
EMI8.1
....... kunnen voordoen, zulks zonder buiten het kader der uitvinding te treden.

Claims

Conclusies. EMI9.1 ----------- 1. - Werkwijze voor het bekleden van elementen die bestaan uit geexpandeerde kunststof, daardoor gekenmerkt dat zij bestaat in het verwarmen van een laag bekledingsmateriaal (1) gevormd EMI9.2 ..... - uit niet-geëxpandeerde kunststof en het tegen het te bekleden element (2) aandrukken van de warme laag (1), zodanig dat door samensmelting aan hun samenwerkende oppervlakken (5,6) na afkoeling een blijvende aanhechting ontstaat.
2.-Werkwijze volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de verwarmde laag bekledingsmateriaal (1) tegen het te bekleden element (2) wordt vastgezogen, zodanig dat het bekledingsmateriaal de vorm van het te bekleden element (2) aanneemt.
3.-Werkwijze volgens conclusie 2, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde laag (1) tegen het voornoemd element (2) wordt vastgezogen door de lucht onder de laag (l) doorheen het te bekleden element (2) weg te zuigen.
4.- Werkwijze volgens sen der voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat voor het te bekleden element (2) geëxpandeerde <Desc/Clms Page number 10> kunststof met een open, dus luchtdoorlatende, struktuur wordt aangewend.
5.-Werkwijze volgens conclusie 2 of 3, daardoor gekenmerkt dat het te bekleden element (2) van perforaties (9) wordt voorzien om het vastzuigen van de laag bekledingsmateriaal (l) te vergemakkelijken.
6.-Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de laag bekledingsmateriaal (1) wordt opgewarmd tot zij week wordt, en vervolgens onmiddellijk tegen het te bekleden element (2) wordt aangedrukt.
7.-Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat men voor het materiaal van het te bekleden element (2) een geëxpandeerde kunststof kiest behorende tot het type van isolatiemateriaal, meer speciaal materiaal zoals geëxpandeerd polystyreen, geëxpandeerd polyethyleen of geëxpandeerd materiaal van gelijke aard.
8.-Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat voor de voornoemde laag (l) hetzelfde basismateriaal wordt gekozen als het materiaal waaruit het voornoemde element (2) bestaat, m. a. w. waarbij het element (2) bestaat uit een geëxpandeerde kunststof terwijl de laag (l) <Desc/Clms Page number 11> bestaat uit dezelfde kunststof, doch in niet-geëxpandeerde toestand.
9.-Produkt bekomen volgens de werkwijze volgens een der conclusies 1 t. e. m. 8, daardoor gekenmerkt dat het produkt bestaat uit een element (2) uit geëxpandeerde kunststof en een minstens aan een gedeelte van de oppervlakte hiervan voorziene laag bekledingsmateriaal (1) uit niet-geëxpandeerde kunststof, waarbij de laag bekledingsmateriaal (1) en het beklede element (2) door samensmelting aan hun met elkaar samenwerkende oppervlakken (5,6) een hechte verbinding vormen.