NL9402030A - Dakbedekkingselement met steunorgaan. - Google Patents

Dakbedekkingselement met steunorgaan. Download PDF

Info

Publication number
NL9402030A
NL9402030A NL9402030A NL9402030A NL9402030A NL 9402030 A NL9402030 A NL 9402030A NL 9402030 A NL9402030 A NL 9402030A NL 9402030 A NL9402030 A NL 9402030A NL 9402030 A NL9402030 A NL 9402030A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
roofing element
step surface
roofing
element according
roof
Prior art date
Application number
NL9402030A
Other languages
English (en)
Inventor
Bastiaan Maarten Verboom
Original Assignee
Ubbink Nederland Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Ubbink Nederland Bv filed Critical Ubbink Nederland Bv
Priority to NL9402030A priority Critical patent/NL9402030A/nl
Priority to EP95203297A priority patent/EP0715035B1/de
Priority to DE59507091T priority patent/DE59507091D1/de
Priority to AT95203297T priority patent/ATE185868T1/de
Publication of NL9402030A publication Critical patent/NL9402030A/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04DROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
    • E04D13/00Special arrangements or devices in connection with roof coverings; Protection against birds; Roof drainage ; Sky-lights
    • E04D13/12Devices or arrangements allowing walking on the roof or in the gutter
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04DROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
    • E04D13/00Special arrangements or devices in connection with roof coverings; Protection against birds; Roof drainage ; Sky-lights
    • E04D13/10Snow traps ; Removing snow from roofs; Snow melters

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Buildings Adapted To Withstand Abnormal External Influences (AREA)
  • Piezo-Electric Or Mechanical Vibrators, Or Delay Or Filter Circuits (AREA)
  • Roof Covering Using Slabs Or Stiff Sheets (AREA)

Description

Dakbedekkinoselement met steunoraaan.
De uitvinding heeft betrekking op een dakbedek-kingselenient, in het bijzonder een dakpan, voorzien vaneen steunorgaan zoals een daktrede of een beugel voor eenlooprooster, sneeuwvanger en dergelijke.
Dergelijke dakbedekkingselementen zijn bekend enworden tot nu toe voornamelijk in Duitsland en Zwitserlandgebruikt. Daktreden en looproosters worden gebruikt omdater in die gebieden veel gestookt wordt en schoorstenendaarom vaak geveegd moeten worden; sneeuwvangers wordengebruikt vanwege de overvloedige sneeuwval aldaar. Hetbekende dakbedekkingselement bestaat uit een dakpan waareen daktrede of een beugel voor een looprooster of eensneeuwvanger op bevestigd is. Op het dak zijn een aantalgewone dakpannen vervangen door dakpannen met een daktredeen/of door dakpannen met een beugel voor een looproosterwaarvan er steeds twee in hetzelfde horizontale vlakmoeten liggen, zodat schoorsteenvegers, dakreparateurs enandere mensen die op het dak werkzaam moeten zijn veiligkunnen werken. Ook kunnen een aantal gewone dakpannenvervangen zijn door dakpannen met een beugel voor eensneeuwvanger waarvan er steeds twee in hetzelfde horizon¬tale vlak moeten liggen, om bijvoorbeeld boven een deur teverhinderen dat sneeuw naar beneden schuift.
Een nadeel van deze bekende dakbedekkingselemen- ten is, dat de daktreden en/of looproosters permanentzichtbaar zijn, terwijl zij in de meeste gevallen slechtsenkele malen per jaar gebruikt worden. Ook de sneeuwvan-gers zijn maar een aantal maanden per jaar nodig. Dezesteunorganen zijn geen mooi gezicht, en zeker bij fraaiehistorische gebouwen, maar ook bij nieuwe gebouwen versto¬ren zij het esthetische uiterlijk van het gebouw.
Het is een doel van de uitvinding een dakbedek-kingselement met steunorgaan te verschaffen dat hierinverbetering brengt zonder afbreuk te doen aan het gemakdat het steunorgaan biedt.
Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt meteen dakbedekkingselement zoals in de aanhef beschreven,waarbij het steunorgaan plaatsbaar is in een werkstand,waarin het steunorgaan uitsteekt buiten het profiel vanhet dakbdekkingselement, en in een ruststand waarin hetsteunorgaan opgenomen is binnen het profiel van het dakbe¬dekkingselement .
Hiermee wordt bereikt, dat het steunorgaan in devorm van een daktrede of een beugel voor een looproosteralleen wanneer er op het dak gewerkt moet worden in zijnbuiten het dakbedekkingselement uitstekende werkstandgeplaatst hoeft te worden, waarbij op twee in het horizon¬tale vlak op afstand van elkaar geplaatste beugels eenlooprooster losneembaar bevestigd kan worden. Na afloopvan de werkzaamheden kan het steunorgaan weer binnen hetprofiel van het dakbedekkingselement geplaatst worden,zodat de daktrede of de beugels met het looprooster hetuiterlijk van het gebouw niet verstoren. In het geval vaneen sneeuwvanger is deze losneembaar aan de beugels daar¬voor bevestigbaar, zodat de beugels binnen het profiel vanhun dakbedekkingselementen geplaatst kunnen worden en desneeuwvanger het uiterlijk van het gebouw niet de gehelezomer hoeft te verstoren.
Bij voorkeur is het steunorgaan in de ruststandafdekbaar met een afdekplaat die aangepast is aan hetprofiel van het dakbedekkingselement, zodat het steun- orgaan in zijn ruststand niet alleen niet uitsteekt, maarook afgedekt kan zijn en het van een afstand nauwelijks opzal vallen dat een dak voorzien is van dakbedekkingsele-menten met een steunorgaan. Daarbij zal de afdekplaat bijvoorkeur dezelfde kleur bezitten als het dakbedekkingsele-ment.
Volgens een voordelige uitvoering is de afdek-plaat aan de bovenzijde van het steunorgaan in ruststandbevestigd, zodat de gebruiker de afdekplaat niet bij zichhoeft te steken en deze niet zoek kan raken, en de af dek¬plaat in de werkstand van het steunorgaan ook niet in deweg zit.
Volgens een andere voordelige uitvoering is deafdekplaat verdraaibaar met het dakbedekkingselementverbonden, zodat de gebruiker de afdekplaat niet bij zichhoeft te houden en deze ook niet zoek kan raken.
Het is natuurlijk mogelijk ruimte te latentussen de afdekplaat en het dakbedekkingselement, zodatdaar een hand tussen gestoken kan worden en de afdekplaatomhoog getrokken kan worden, maar bij voorkeur is deafdekplaat tenminste gedeeltelijk boven het profiel vanhet dakbedekkingselement uit kantelbaar door het plaatse¬lijk uitoefenen van een drukkracht, zodat de afdekplaatnauw aan kan sluiten op het dakbedekkingselement en een¬voudig omhoog te kantelen is.
Opdat regenwater en gesmolten sneeuw niet onderhet pannendak zal dringen is het dakbedekkingselement bijvoorkeur voorzien van middelen om regenwater dat terplaatse van het steunorgaan in het dakbedekkingselementdringt op te vangen en af te voeren.
Volgens een voordelige uitvoeringsvorm omvattende middelen voor het regenwater een bak met een onderrandom het regenwater langs af te voeren, waarbij het steun¬element in ruststand in de bak opgenomen is, zodat alleregenwater direct opgevangen en afgevoerd wordt en dedaktrede een opbergruimte voor het steunorgaan in rust¬stand bezit.
Op voordelige wijze is het dakbedekkingselementvoorzien van haakmiddelen teneinde het dakbedekkingsele¬ment om een panlat op het dak te haken, zodat het dakbe¬dekkingselement geen enkele mogelijkheid bezit uit hetdakvlak te kantelen bij af zetten op of trekken aan hetsteunorgaan.
Volgens een voordelige uitvoeringsvorm is hetdakbedekkingselement voorzien van lipvormige bevestigings¬middelen om het dakbedekkingselement aan een panlat op hetdak te bevestigen, zodat het dakbedekkingselement metbijvoorbeeld een schroef aan de panlat vastgezet kanworden en daardoor niet meer uit het dakvlak kan kantelen.
Wanneer het steunorgaan een daktrede is, is hetvoordelig dat de daktrede plaatsbaar is in een werkstandwaarin haar tredevlak in hoofdzaak horizontaal is, zodathet tredevlak een goede en veilige ondersteuning voor degebruiker biedt.
Volgens een voordelige uitvoering is de daktredevoorzien van een handgreep die is aangebracht in hettredevlak, zodat de gebruiker de daktrede gemakkelijk inzijn verschillende standen kan plaatsen.
Hierbij is het van voordeel, wanneer langs devoorrand van het tredevlak wanneer dit zich in zijn werk¬stand bevindt, een opening is aangebracht voor het ver¬schaffen van de handgreep, zodat de gebruiker bij hetbeklimmen van het dak ook houvast voor zijn handen heeft.
Om ongewenste zijdelingse verplaatsingen van devoet van de gebruiker op het tredevlak te voorkomen is bijeen voordelige uitvoeringsvorm het tredevlak voorzien vanin de werkstand omhoogstekende zijdelingse opsluitranden.
Het is eveneens van voordeel, wanneer het trede¬vlak van anti-slipmiddelen voorzien is, zodat uitglijdenvoorkomen wordt.
Wanneer het steunorgaan een beugel voor eenlooprooster, sneeuwvanger en dergelijke is, is het voorde¬lig dat het steunorgaan in een werkstand plaatsbaar is,waarbij een bevestigingselement daarvan voor het looproos- ter, de sneeuwvanger en dergelijke in hoofdzaak horizon¬taal loopt, zodat een op twee in hetzelfde horizontalevlak liggende beugels te plaatsen looprooster een goede enveilige ondersteuning voor de gebruiker biedt. Dezelfdedakbedekkingselementen met een beugel kunnen ook gebruiktworden voor het plaatsen van een sneeuwvanger, die daartoetwee onder een hoek geplaatste bevestigingspoten voorbevestiging aan de beugels dient te bezitten, zodat desneeuwvanger bijvoorbeeld loodrecht op het dak of in eenverticaal vlak zal komen te staan.
Op voordelige wijze omvat het steunorgaan gren-delmiddelen om het tredevlak of bevestigingselement inzijn werkstand te vergrendelen, zodat de daktrede of hetlooprooster met zekerheid in zijn werkstand blijft bijbetreden door een gebruiker, en de sneeuwvanger onder alleweersomstandigheden met zekerheid in de gewenste standblijft staan.
Volgens een voordelige uitvoeringsvorm omvattende grendelmiddelen pennen, die zijdelings buiten hettredevlak uitsteken en die in de werkstand rusten opsteunmiddelen, bij voorkeur steunplaten, hetgeen eeneenvoudige en degelijke uitvoering van de grendelmiddelenbiedt.
Op voordelige wijze omvatten de grendelmiddeleneerste en tweede haakmiddelen, waarbij de eerste haakmid-delen als penmiddelen aan de in werkstand achterzijde vanhet tredevlak of bevestigingselement zijn aangebracht, diein de werkstand inhaken in de tweede haakmiddelen die alshaken aan het dakbedekkingselement bevestigd zijn, zodatde daktrede of het looprooster niet per ongeluk doorbijvoorbeeld het achterhaken van een voet van een gebrui¬ker uit zijn werkstand geraakt.
Het is bij de uitvoeringsvormen van daktreden ofbeugels met grendelmiddelen van voordeel wanneer de dak¬trede of beugel een scharnier omvat dat zich bij het inwerkstand achterste gedeelte van het tredevlak of bevesti¬gingselement bevindt, om het tredevlak of bevestigingsele- ment van zijn werkstand naar zijn ingeklapte stand en viceversa te verdraaien, zodat de gebruiker de daktrede ofbeugel gemakkelijk in de verschillende standen kan plaat¬sen.
Bij voorkeur zijn de grendelmiddelen in de vormvan pennen op verschillende plaatsen aan het tredevlak ofbevestigingselement bevestigbaar, voor het instelbaar zijnvan het tredevlak of bevestigingselement ten opzichte vanhet dakbedekkingselement voor het in hoofdzaak horizontaalplaatsbaar zijn van het tredevlak of bevestigingselementop daken met verschillende hellingshoeken. Hierdoor is hetbijzonder eenvoudig om de pennen bij het uit zijn werk¬stand opgetilde tredevlak of bevestigingselement op eenandere plaats aan te brengen, zodat de daktrede of beugelsnel aan te passen is aan de helling van het dak waarophet gebruikt wordt.
In het geval dat het steunorgaan een beugel vooreen sneeuwvanger en dergelijke is, is volgens een anderevoordelige uitvoering het steunorgaan in een werkstandplaatsbaar, waarbij een bevestigingselement daarvan voorde sneeuwvanger en dergelijke in hoofdzaak loodrecht ophet dakbedekkingselement staat, zodat de sneeuwvanger geenbevestigingspoten hoeft te bezitten, maar direct aan debevestigingselementen van de beugels bevestigd kan worden.
Volgens een verdere voordelige uitvoeringsvormhiervan omvat de beugel grendelmiddelen om het bevesti¬gingselement in zijn werkstand te vergrendelen, zodat desneeuwvanger met zekerheid in zijn werkstand blijft.
De uitvinding zal nu nader toegelicht worden aande hand van uitvoeringsvoorbeelden, zoals weergegeven inde begeleidende tekening.
Figuur 1 toont een uitvoeringsvorm van het dak¬bedekkingselement volgens de uitvinding in perspectief,met een daktrede in ruststand en een deksel in explodedview.
Figuur 2 is een dwarsdoorsnede volgens de lijnII-II van figuur 1, met de daktrede in enigszins uitgeno- men toestand met streepstiplijnen weergegeven.
Figuur 3 toont een dwarsdoorsnede van het dakbe-dekkingselement zoals weergegeven in figuur 2, maar danmet de daktrede in werkstand.
Figuur 4 toont schematisch een andere uitvoe¬ringsvorm van het dakbedekkingselement volgens de uitvin¬ding, waarbij een looprooster is bevestigd aan twee beu¬gels van twee van deze dakbedekkingselementen.
Figuur 5 toont een dakbedekkingselement zoalsgetoond in figuur 4, waar een uiteinde van een sneeuwvan-ger aan bevestigd is.
Figuur 6 toont schematisch nog een andere uit¬voeringsvorm van het dakbedekkingselement volgens deuitvinding waar een uiteinde van een sneeuwvanger aanbevestigd is.
In figuur 1 is een uitvoeringsvoorbeeld van eendakbedekkingselement met een inklapbare daktrede met hetalgemene verwijzingscijfer 1 aangegeven.
Het dakbedekkingselement 1 omvat in het uitvoe-ringsvoorbeeld een dakpan 2 met een gebruikelijke vorm,waarin een opening voor een bak 4 is aangebracht. In debak 4 is in zijn ruststand de daktrede aangebracht, waar¬van het tredevlak met het verwijzingscijfer 5 is aangege¬ven. In ruststand van de daktrede is de bak 4 afsluitbaarmet een deksel 3, die is aangepast aan de vorm van dedakpan 2 om bij plaatsing van het dakbedekkingselement 1op het dak van een gebouw een zo min mogelijk hinderlijkvisueel effect te geven.
Figuur 2 toont een dwarsdoorsnede van het dakbe¬dekkingselement 1, waarbij het tredevlak 5 zich in zijnruststand bevindt. In deze stand is het deksel 3 nietweergegeven, maar het deksel 3 is bevestigd aan de boven¬zijde van het tredevlak 5 in ruststand. In de iets uitge¬nomen stand van het tredevlak 5 is het deksel 3 met onder¬broken lijnen aangeduid. Het tredevlak 5 en de rest vanhet mechanisme van de daktrede bevinden zich in de rust¬stand binnen het profiel van de dakpan. Zoals ook te zien is in figuur 3, die het dakbedekkingselement en de daktre-de met zijn tredevlak in zijn werkstand toont, bezit hettredevlak 5 langs zijn zijranden in de werkstand omhoog¬stekende opsluitranden 6 waardoorheen naar buiten uitste¬kende pennen 9 bevestigd zijn (zie ook figuur 1) . Aan ééneinde is het tredevlak 5 middels de beschermingsranden 6via een scharnier 11 verbonden met steunplaten 14. Desteunplaten zijn op hun beurt door middel van pennen 15scharnierend verbonden met zijplaten 16. Nog verder bijhet uiteinde van het tredevlak 5, nabij het scharnier 11,is evenwijdig roet de rand van het tredevlak 5 een stang 12aangebracht, die in de werkstand van het tredevlak 5 samenmet het scharnier 11 moet haken in haakopeningen 13 in dezijplaten 16. Ter verduidelijking wordt opgemerkt, dat dedaktrede in hoofdzaak symmetrisch is ten opzichte van zijnlangsas.
In figuur 3 is te zien, dat in de werkstand vanhet tredevlak 5 de pennen 9 aan de opsluitranden 6 rustenin een uitsparing 18 in de dan tegenoverliggende rand vande steunplaten 14, en dat het deksel 3 zich aan de onder¬zijde van het tredevlak 5 bevindt, zodat het niet in deweg zit. Tevens is te zien, dat het scharnier 11 en destang 12 haken in de haakopeningen 13 van de zijplaten 16.Het tredevlak 5 is hierdoor vergrendeld in de zijplaten16.
Het tredevlak 5 is achter zijn voorrand 8 voor¬zien van een opening 7 om aldus een handgreep in hettredevlak 5 te verschaffen. Het tredevlak dient minimaal130 mm lang en breed te zijn.
De zijplaten 16 zijn aan hun onderzijde verbon¬den door een verbindingsplaat 22, die door een of meerverbindingsmiddelen zoals schroeven 17 aan de bodem van debak 4 bevestigd is. De bak 4 bezit een onderrand 21 omregenwater door overlopen langs of over af te voeren. Ookis het mogelijk, dat bij de linker- en rechterzijde van debak afvoergootjes (niet weergegeven) zijn aangebracht omhet regenwater af te voeren. Bij de bovenrand van de bak zijn haken 19 aangebracht, die om een panlat kunnen haken.Tevens is een lip 20 met een opening voorzien om hetdakbedekkingselement met bijvoorbeeld een schroef aan depanlat vast te zetten.
In figuur 2 is duidelijk te zien, dat de randvan steunplaat 14 voorzien is van een aantal uitsparingen18. Evenzo is de opsluitrand 6 van het tredevlak 5 voor¬zien van een aantal openingen 10, zie figuur 3, waarbij depen 9 door één daarvan steekt. Door de pen 9 door een vande andere openingen 10 in de opsluitrand 6 te steken, zalde pen 9 in een andere uitsparing 18 in de zijrand van desteunplaat 14 komen te rusten. Hierdoor zal het tredevlak5 onder een andere hoek ten opzichte van het dakbedek¬kingselement lopen, zodat deze zelfde uitvoeringsvorm vanhet dakbedekkingselement op een dak met een andere hel-lingshoek gebruikt kan worden en het tredevlak 5 daarbijin hoofdzaak horizontaal loopt. Door een juiste keuze vande afstand tussen de gaten 10 is het voor daken met eenhelling tussen 30° en 55° altijd mogelijk een gat voor depen 9 te kiezen, waarbij het tredevlak 5 niet meer danmaximaal 3° helt ten opzichte van de horizontaal.
Aan de hand van de figuren 2 en 3 zal het ge¬bruik van de daktrede worden toegelicht. Uitgaande van devolledig ingeklapte toestand van de daktrede 5 kan degebruiker het tredevlak 5 naar zich toe kantelen in derichting van pijl A, waarbij het tredevlak 5 draait om hetscharnier 11. Daarna is het mogelijk het tredevlak 5omhoog te bewegen, waarbij de steunplaten 14 om de pennen15 in de richting van pijl B zullen verdraaien. Het trede¬vlak 5 en de steunplaten 14 bevinden zich dan in eenstand, zoals weergegeven met de streepstiplijnen in figuur 2. Door verder draaien van de steunplaten 14 rond depennen 15 worden het scharnier 11 en de stang 12 in eenpositie nabij de haakopeningen 13 in de zijplaten 16gebracht. Indien het tredevlak 5 nu in een stand loodrechtop het vlak van de dakpan 2 wordt gehouden, is het moge¬lijk de stang 12 en het scharnier 11 in de haakopeningen 13 te brengen. Nadat dit zo ver als mogelijk gebeurd is,is het door de vorm van de haakopeningen 13 mogelijk hettredevlak 5 naar voren te draaien om het scharnier 11heen, totdat de pennen 9 van de opsluitranden 6 van hettredevlak 5 rusten in een uitsparing 18 in de randen vande steunplaten 14.
Hierdoor is het tredevlak 5 vergrendeld in zijnwerkstand, zoals weergegeven in figuur 3. Door het mecha¬nisme met scharnier 11 en stang 12 in de haakopeningen 13zal het tredevlak 5 onder invloed van de zwaartekracht metzekerheid in zijn werkstand gehouden worden.
Voor het terugbrengen van het tredevlak 5 inzijn ruststand moeten de hierboven beschreven handelingenin omgekeerde volgorde uitgevoerd worden.
Figuur 4 toont twee dakbedekkingselementen 100,waarbij een bevestigingselement 105 de plaats inneemt vanhet tredevlak 5 van het dakbedekkingselement 1. Dezedakbedekkingselementen 100 zijn in hetzelfde horizontalevlak op afstand van elkaar opgesteld, en een looprooster150 is losneembaar aan hun bevestigingselementen beves¬tigd. Deze bevestiging kan door aanhaken, klemmen en/ofopschuiven, of op iedere andere geschikte wijze geschie¬den. Af gezien van het bevestigingselement 105 kan hetdakbedekkingselement 100 identiek zijn aan het dakbedek¬kingselement 1.
Figuur 5 toont eenzelfde soort dakbedekkingsele¬ment 100 als in figuur 4, waar in dit geval een uiteindevan een sneeuwvanger 160 aan bevestigd is met behulp vaneen bevestigingspoot 161, die aan het bevestigingselement105 bevestigd is. Aangezien de sneeuwvanger voor langeretijd op een dak geplaatst wordt, kan de bevestigingspoot161 nu ook met bijvoorbeeld bouten en moeren aan hetbevestigingselement bevestigd zijn. In het voorbeeld vanfiguur 5 staat de sneeuwvanger 160 verticaal, omdat hijloodrecht staat op de bevestigingspoot 161, en deze beves¬tigd is aan het horizontaal lopende bevestigingselement105. De sneeuwvanger kan echter ook onder een andere hoek op de bevestigingspoot 161 staan. Uiteraard bezit hetandere uiteinde van de sneeuwvanger ook een bevestigings¬poot die aan het bevestigingselement van een andere dakbe-dekkingselement 100 bevestigd is.
Figuur 6 toont een dakbedekkingselement 200,waarbij het bevestigingselement 205 in zijn werkstand niethorizontaal loopt, maar loodrecht op het dakbedekkingsele¬ment 200 staat. Een sneeuwvanger behoeft dan geen bevesti-gingspoten te bezitten, maar kan direct aan de bevesti-gingselementen 205 bevestigd zijn, bijvoorbeeld dooropschuiven of met bouten en moeren.
Volgens een speciale uitvoeringsvorm kan voorhet dakbedekkingselement 200 ook het dakbedekkingselement100 gebruikt worden, wanneer grendelmiddelen aanwezig zijnom het bevestigingselement 105 te vergrendelen in destand, waarbij het bevestigingselement 105 loodrecht ophet dakbedekkingselement 100 staat. Deze grendelmiddelenkunnen bijvoorbeeld bestaan uit extra grendelpunten in dezijplaten 16.
Bij al deze uitvoeringen van het dakbedekkings¬element 100 kan dit identiek zijn aan het dakbedekkings¬element 1, waarbij het tredevlak 5 enkel voorzien is vanextra bevestigingsmiddelen voor het looprooster of desneeuwvanger.
Het is eveneens mogelijk het dakbedekkingsele¬ment 200 zonder sneeuwvanger te gebruiken, door een ofmeer dakbedekkingselementen 200 naast elkaar te plaatsen,zodat de bevestigingselementen 205 zelf de sneeuw tegen¬houden .
In de figuren 4, 5 en 6 is het deksel 3 nietweergegeven. In geval van de dakbedekkingselementen 100van de figuren 5 en 6 is het aan de onderzijde van debevestigingselementen 105 vastgemaakt; bij figuur 6 is hetdeksel aan de naar beneden gerichte zijde van het beves¬tigingselement 205 vastgemaakt. Na losmaken van het loop¬rooster 150 of de sneeuwvanger 160, 260 is het bevesti¬gingselement 105, 205 in zijn ruststand in het dakbedek- kingselement 100, 200 te klappen, waarbij het deksel het element bedekt, met als bij het dakbedekkingselement 1.

Claims (25)

1. Dakbedekkingselement, in het bijzonder eendakpan, voorzien van een steunorgaan zoals een daktrede ofeen beugel voor een looprooster, sneeuwvanger en derge¬lijke, net het kenmerk, dat het steunorgaan plaatsbaar isin een werkstand, waarin het steunorgaan uitsteekt buitenhet profiel van het dakbdekkingselement, en in een rust¬stand waarin het steunorgaan opgenomen is binnen hetprofiel van het dakbedekkingselement.
2. Dakbedekkingselement volgens conclusie 1, methet kenmerk, dat het steunorgaan in de ruststand afdekbaaris met een afdekplaat die aangepast is aan het profiel vanhet dakbedekkingselement.
3. Dakbedekkingselement volgens conclusie 2, methet kenmerk, dat de afdekplaat bevestigd is aan de boven¬zijde van het steunorgaan in ruststand.
4. Dakbedekkingselement volgens conclusie 2, methet kenmerk, dat de afdekplaat verdraaibaar met het dakbe¬dekkingselement verbonden is.
5. Dakbedekkingselement volgens conclusie 2, 3of 4, met het kenmerk, dat de afdekplaat tenminste gedeel¬telijk boven het profiel van het dakbedekkingselement uitkantelbaar is door het plaatselijk uitoefenen van eendrukkracht.
6. Dakbedekkingselement volgens een der voor¬gaande conclusies, met het kenmerk, dat het steunorgaanbevestigingsmiddelen omvat om het steunorgaan aan hetdakbedekkingselement vast te maken.
7. Dakbedekkingselement volgens een der voor¬gaande conclusies, met het kenmerk, dat het dakbedekkings¬element voorzien is van middelen om regenwater dat terplaatse van het steunorgaan in het dakbedekkingselement dringt op te vangen en af te voeren.
8. Dakbedekkingselement volgens conclusie 7, methet kenmerk, dat de middelen voor het regenwater een bakomvatten, met een onderrand om het regenwater langs af tevoeren, waarbij het steunorgaan in ruststand in de bakopgenomen is.
9. Dakbedekkingselement volgens een der voor¬gaande conclusies, met het kenmerk, dat het dakbedekkings¬element voorzien is van haakmiddelen teneinde het dakbe¬dekkingselement om een panlat op het dak te haken.
10. Dakbedekkingselement volgens een der voor¬gaande conclusies, met het kenmerk, dat het dakbedekkings¬element voorzien is van lipvormige bevestigingsmiddelen omhet dakbedekkingselement aan een panlat op het dak tebevestigen.
11. Dakbedekkingselement volgens een der conclu¬sies 1 tot en met 10, waarbij het steunorgaan een daktredeis, met het kenmerk, dat de daktrede plaatsbaar is in eenwerkstand waarin haar tredevlak in hoofdzaak horizontaalis.
12. Dakbedekkingselement volgens conclusie 11,met het kenmerk, dat de daktrede voorzien is van eenhandgreep die is aangebracht in het tredevlak.
13. Dakbedekkingselement volgens conclusie 12,met het kenmerk, dat in werkstand langs de voorrand vanhet tredevlak een opening is aangebracht voor het ver¬schaffen van de handgreep.
14. Dakbedekkingselement volgens een der conclu¬sies 11, 12 of 13, met het kenmerk, dat het tredevlakvoorzien is van in de werkstand omhoogstekende zijdelingseopsluitranden.
15. Dakbedekkingselement volgens een der conclu¬sies 11 tot en met 14, met het kenmerk, dat het tredevlakvan anti-slipmiddelen voorzien is.
16. Dakbedekkingselement volgens een der conclu¬sies 1 tot en met 10, waarbij het steunorgaan een beugelvoor een looprooster, sneeuwvanger en dergelijke is, met bet kenmerk, dat het steunorgaan in een werkstand plaats¬baar is, waarbij een bevestigingselement daarvan voor hetlooprooster, de sneeuwvanger en dergelijke in hoofdzaakhorizontaal loopt.
17. Dakbedekkingselement volgens een der con¬clusies 11 tot en met 16, met het kenmerk, dat het steun¬orgaan grendelmiddelen omvat om het tredevlak of bevesti¬gingselement in zijn werkstand te vergrendelen.
18. Dakbedekkingselement volgens conclusie 17,met het kenmerk, dat de grendelmiddelen pennen omvatten,die zijdelings buiten het tredevlak of bevestigingselementuitsteken en die in de werkstand rusten op steunmiddelen,bij voorkeur steunplaten.
19. Dakbedekkingselement volgens conclusie 17 of18, met het kenmerk, dat de grendelmiddelen eerste entweede haakmiddelen omvatten, waarbij de eerste haakmidde-len als penmiddelen aan de in werkstand achterzijde vanhet tredevlak of bevestigingselement zijn aangebracht, diein de werkstand inhaken in de tweede haakmiddelen die alshaken aan het dakbedekkingselement bevestigd zijn.
20. Dakbedekkingselement volgens een der conclu¬sies 17 tot en met 19, met het kenmerk, dat het steunor¬gaan een scharnier omvat dat zich bij het in werkstandachterste gedeelte van het tredevlak of bevestigingsele¬ment bevindt, om het tredevlak of bevestigingselement vanzijn werkstand naar zijn ingeklapte stand en vice versa teverdraaien.
21. Dakbedekkingselement volgens een der conclu¬sies 18 tot en met 20, met het kenmerk, dat de grendelmid¬delen in de vorm van pennen op verschillende plaatsen aanhet tredevlak of bevestigingselement bevestigbaar zijn,voor het instelbaar zijn van het tredevlak of bevesti¬gingselement ten opzichte van het dakbedekkingselementvoor het in hoofdzaak horizontaal plaatsbaar zijn van hettredevlak of bevestigingselement op daken met verschillen¬de hellingshoeken.
22. Dakbedekkingselement volgens conclusie 21, met het kenmerk, dat de pennen zodanig bevestigbaar zijn,dat het tredevlak of bevestigingselement in hoofdzaakhorizontaal plaatsbaar is op daken met een hellingshoektussen 30° en 55°.
23. Dakbedekkingselement volgens conclusie 21 of22, met het kenmerk, dat de pennen zo bevestigbaar zijn,dat het tredevlak of bevestigingselement stapsgewijsinstelbaar is, waarbij het tredevlak of bevestigingsele¬ment altijd zo in te stellen is dat het maximaal 3° heltten opzichte van de horizontaal.
24. Dakbedekkingselement volgens een der conclu¬sies 1 tot en met 10, waarbij het steunorgaan een beugelvoor een sneeuwvanger en dergelijke is, met het kenmerk,dat het steunorgaan in een werkstand plaatsbaar is, waar¬bij een bevestigingselement daarvan voor de sneeuwvangeren dergelijke in hoofdzaak loodrecht op het dakbedekkings¬element staat.
25. Dakbedekkingselement volgens conclusie 24,met het kenmerk, dat de beugel grendelmiddelen omvat omhet bevestigingselement in zijn werkstand te vergrendelen.
NL9402030A 1994-12-02 1994-12-02 Dakbedekkingselement met steunorgaan. NL9402030A (nl)

Priority Applications (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9402030A NL9402030A (nl) 1994-12-02 1994-12-02 Dakbedekkingselement met steunorgaan.
EP95203297A EP0715035B1 (de) 1994-12-02 1995-12-01 Dachbedeckungselement mit Stützorgan
DE59507091T DE59507091D1 (de) 1994-12-02 1995-12-01 Dachbedeckungselement mit Stützorgan
AT95203297T ATE185868T1 (de) 1994-12-02 1995-12-01 Dachbedeckungselement mit stützorgan

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9402030A NL9402030A (nl) 1994-12-02 1994-12-02 Dakbedekkingselement met steunorgaan.
NL9402030 1994-12-02

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9402030A true NL9402030A (nl) 1996-07-01

Family

ID=19864964

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9402030A NL9402030A (nl) 1994-12-02 1994-12-02 Dakbedekkingselement met steunorgaan.

Country Status (4)

Country Link
EP (1) EP0715035B1 (nl)
AT (1) ATE185868T1 (nl)
DE (1) DE59507091D1 (nl)
NL (1) NL9402030A (nl)

Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2524788A1 (de) * 1975-06-04 1976-12-09 Kloeber Johannes Stuetze zur halterung von laufbrettern
DE2841682B1 (de) * 1978-09-25 1980-02-14 Erich Haag Vorrichtung zum Begehen von mit Dacheindeckungsplatten eingedeckten Daechern
DE8027642U1 (de) * 1981-01-29 Fa. Hans Kloeber, 5828 Ennepetal Dachpfanne mit Dachtrittfläche
DE3734794A1 (de) * 1987-10-14 1989-05-03 Badische Eisen & Blechwaren Trittstufe insbesondere fuer platten- oder pfannengedeckte, geneigte daecher
DE8900716U1 (nl) * 1989-01-24 1989-06-22 Allendorfer Fabrik Ing. Herbert Panne Gmbh & Co Kg, 6349 Greifenstein, De
DE9003060U1 (nl) * 1990-03-13 1991-07-18 Friedrich Wiegand Gmbh, 5820 Gevelsberg, De
DE9115937U1 (nl) * 1991-01-10 1992-03-19 Fleck, Oskar, 4354 Datteln, De

Patent Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE8027642U1 (de) * 1981-01-29 Fa. Hans Kloeber, 5828 Ennepetal Dachpfanne mit Dachtrittfläche
DE2524788A1 (de) * 1975-06-04 1976-12-09 Kloeber Johannes Stuetze zur halterung von laufbrettern
DE2841682B1 (de) * 1978-09-25 1980-02-14 Erich Haag Vorrichtung zum Begehen von mit Dacheindeckungsplatten eingedeckten Daechern
DE3734794A1 (de) * 1987-10-14 1989-05-03 Badische Eisen & Blechwaren Trittstufe insbesondere fuer platten- oder pfannengedeckte, geneigte daecher
DE8900716U1 (nl) * 1989-01-24 1989-06-22 Allendorfer Fabrik Ing. Herbert Panne Gmbh & Co Kg, 6349 Greifenstein, De
DE9003060U1 (nl) * 1990-03-13 1991-07-18 Friedrich Wiegand Gmbh, 5820 Gevelsberg, De
DE9115937U1 (nl) * 1991-01-10 1992-03-19 Fleck, Oskar, 4354 Datteln, De

Also Published As

Publication number Publication date
DE59507091D1 (de) 1999-11-25
EP0715035A1 (de) 1996-06-05
EP0715035B1 (de) 1999-10-20
ATE185868T1 (de) 1999-11-15

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US20060076188A1 (en) Ladder guard
US6786300B1 (en) Step attachment for ladders
NL193221C (nl) Afhefbeveiliging voor steigers.
US9181706B1 (en) Pivotable roof gutter assembly
NL1005252C2 (nl) Douchescherm.
US20070068732A1 (en) Rung-extension for ladder
US2598479A (en) Paint bucket holding device
NL9402030A (nl) Dakbedekkingselement met steunorgaan.
GB2175948A (en) Step ladder
US20090242327A1 (en) Ladder safety dock
US4035965A (en) Collapsible combination fence and garage structure
US6543579B2 (en) Ladder with a floor board
JPH05503557A (ja) 傾斜屋根に取り付けるための側部手摺り付バルコニー窓
EP0106583A2 (en) Device for mounting on the rung of a ladder-like member
CN210810131U (zh) 组合式公寓床
BE1027851B1 (nl) Dakinrichting voor een overkapping
AU2016222392A1 (en) A Tiltable Bracket for a Rain Gutter of a Building
HUP9801136A2 (hu) Létraállvány
BE1026395B1 (nl) Montage venstertablet
GB2195388A (en) Work platform assembly
US6718865B1 (en) Grill space saver
JP3456907B2 (ja) 枠組足場用の足場板補助ボード取付装置
JP3626355B2 (ja) 軒樋吊具および軒樋の取付構造
AU2004242514A1 (en) Ladder Mounting
JPH0634519Y2 (ja) ビデイ足場に於けるタラップ開口部に設置される手摺

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed