NL9401058A - Samenstel van een laadmiddel en een strokenstapelaar, strokenstapelaar voor gebruik in een dergelijk samenstel. - Google Patents

Description

saaenstei_xan_aan_ïaadmiddei_an_ssn_stroKenstapglaar i strokenstapelaar voor gebruik in een deraelilK samenstel.

De uitvinding heeft betrekking op een samenstel van een laadmiddel met een horizontaal laadoppervlak en een strokenstapelaar voor het afleggen van een ongevulca-niseerde rubberstrook op het laadoppervlak, welke strokenstapelaar een aflegmechanisme met een aflegeind omvat.

De uitvinding heeft verder betrekking op een strokenstapelaar voor gebruik in een dergelijk samenstel.

In de rubberverwerkende industrie, bijvoorbeeld bij de vervaardiging van autobanden, wordt in het algemeen rubbermateriaal op de ene plaats vervaardigd en op een andere plaats in een eindproduct verwerkt. Het rubbermateriaal dient dus van de ene naar de andere plaats vervoerd te worden. Dit vindt bijvoorbeeld plaats door het rubbermateriaal tot een rubberstrook te verwerken, en deze rubberstrook door middel van een strokenstapelaar met een aflegmechanisme op een pallet te stapelen. In het merendeel van de gevallen is de pallet en boxpallet met een horizontaal laadoppervlak op de omtrek waarvan verticale schotten geplaatst zijn. Het laadoppervlak wordt in twee richtingen heen en weer bewogen ten opzichte van het aflegeind van het aflegmechanisme om de rubberstrook op de boxpallet te stapelen. Het aflegeind wordt in de meeste gevallen gevormd door een rol waar de rubberstrook overheen rolt of een uitgangsopening van een trechtervormig element. Na vervoer wordt de rubberstrook door aftrekken uit de boxpallet verwijderd voor verdere verwerking. In de praktijk blijkt echter dat door dit bekende samenstel van laadmiddel en strokenstapelaar de vullingsgraad of bela-dingsgraad van een boxpallet niet optimaal is. Bovendien levert het verwijderen van de rubberstrook uit de boxpallet of van de pallet problemen aangezien de gestapelde rubberstrook in de knoop kan raken. Dit laatste bemoeilijkt een verregaande automatische, mechanische verwerking van de rubberstrook.

Het is een doel van de onderhavige uitvinding een samenstel van een laadmiddel en een strokenstapelaar te verschaffen waarin de opeenstapeling van de rubberstrook op het laadoppervlak compact is, met andere woorden een hoge vullings- of beladingsgraad bereikt wordt, en waarin knoopvorming in de gestapelde rubberstrook voorkomen wordt.

Hiertoe wordt een samenstel van de in de aanhef genoemde soort volgens de uitvinding gekenmerkt doordat het samenstel voorzien is van middelen voor het varieerbaar instellen van de afstand tussen het aflegeind en het laadoppervlak, waarbij de afstand tot nul instelbaar is. De uitvinding is gebaseerd op het inzicht dat de bovengenoemde problemen bij het bekende samenstel ontstaan doordat de afstand tussen aflegeind en laadoppervlak tenminste gelijk is aan de hoogte van de schotten van de boxpallet, welke gestandaardiseerd is. Deze afstand werd nodig geacht om mechanische interferentie tussen aflegeind en schotten te voorkomen. Zelfs wanneer een pallet zonder schotten gebruikt werd, werd deze afstand aangehouden omdat het samenstel geen mogelijkheden bood om deze afstand te variëren. Als gevolg van de afstand valt de rubberstrook van het aflegeind ongecontroleerd op het laadoppervlak, met andere woorden wordt de rubberstrook niet geleid tussen aflegeind en laadoppervlak. Als gevolg van dit ongecontroleerd afleggen ontstaat een niet optimale stapeling van de rubberstrook en kunnen knopen in de gestapelde rubberstrook ontstaan. Door daarentegen volgens de uitvinding de afstand tussen het aflegeind en het laadoppervlak instelbaar te maken, waarbij deze afstand minimaal nul is, wordt een gecontroleerd en geleid afleggen mogelijk. Hierdoor wordt een optimale opeenstapeling, dat is een optimale vullings- of beladingsgraad, zonder knoopvormig verkregen.

Wanneer de middelen een heforgaan voor het laadmiddel omvatten, is de instelling van de afstand tussen aflegeind en laadoppervlak eenvoudig te realiseren.

Een uitvoeringsvorm van een samenstel volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het aflegmechanisme een paar transportmiddelen bevat voor het verticaal tussen de transportmiddelen door transporteren van een rubberstrook naar het aflegeind. Hierdoor is het mogelijk zelfs bij boxpallets met opstaande schotten, een geleiding van de rubberstrook tot aan het laadoppervlak te realiseren zonder ongewenste mechanische interferentie tussen aflegmechanisme en laadmiddel.

Wanneer één transportmiddel van het paar transportmiddelen een deel bevat dat op afstand van en in hoofdzaak parallel aan het laadoppervlak geplaatst is, kan de af te leggen rubberstrook op dit deel geplaatst worden, zodat de rubberstrook gecontroleerd en geleid naar en tussen de twee transportmiddelen getransporteerd kan worden, hetgeen bijdraagt aan het uiteindelijke gecontroleerd en geleid afleggen van de rubberstrook op het laadoppervlak.

Een uitvoeringsvorm van een samenstel volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het aflegmechanisme aandrijfmiddelen bevat die over het deel van het ene transportmiddel, dwars op de bewegingsrichting daarvan, heen en weer beweegbaar zijn voor het zig-zagsgewijs plaatsen van de rubberstrook op het deel. Aangezien de af te leggen rubberstrook ongevulcaniseerd is, en in het algemeen 5°C tot 10°C warmer dan de omgevingstemperatuur is, is de rubberstrook enigszins plastisch, dat wil zeggen aangebrachte vervormingen blijven gedurende bepaalde tijd nog in de rubberstrook aanwezig. Een zig-zagsgewij ze rubber strook op het deel van de transportband kan dan ook zig-zagsgewijs op het laadoppervlak gelegd worden, hetgeen bijdraagt tot een compacte en snelle stapeling.

Bij voorkeur bevat het aflegmechanisme middelen voor het platdrukken van de lussen die zijn ontstaan bij het zig-zagsgewijs plaatsen van de rubberstrook.

Wanneer de transportmiddelen transportbanden zijn, wordt bij het verticaal transporteren van de rubberstrook een optimaal contactoppervlak tussen transportbanden en rubberstrook gerealiseerd, waardoor een goede ondersteuning van de rubberstrook wordt verkregen en doorzakken daarvan wordt voorkomen.

Doordat de rubberstrook zig-zagsgewijs het aflegeind verlaat behoeft het aflegeind tijdens het afleggen van de rubberstrook op het laadoppervlak slechts in één richting heen en weer bewogen te worden, waardoor de middelen voor het verschaffen van deze beweging eenvoudig van constructie kunnen zijn.

Volgens de uitvinding wordt tevens een stroken-stapelaar met aflegmechanisme voor gebruik in een samenstel volgens de uitvinding verschaft, welke strokenstape-laar een compacte en gecontroleerde stapeling van een rubberstrook op een laadmiddel mogelijk maakt.

Een uitvoeringsvorm van een samenstel en stro-kenstapelaar volgens de uitvinding zal nu bij wijze van voorbeeld aan de hand van de tekening worden beschreven. In de tekening toont: figuur 1 schematisch in zij-aanzicht een samenstel volgens de uitvinding, en figuur 2 schematisch in vooraanzicht het samenstel van figuur 1.

In figuur l wordt schematisch in zij-aanzicht een samenstel 1 voor het afleggen van een rubberstrook 5 volgens de uitvinding getoond. Het samenstel l bevat een laadmiddel 3 en een strokenstapelaar 2. Het laadmiddel 3 is voorzien van een horizontaal laadoppervlak 4, en kan bijvoorbeeld een pallet, een boxpallet met opstaande schoten of een willekeurig ander laadmiddel zijn. In de getoonde uitvoering is het laadmiddel 3 een boxpallet. De strokenstapelaar 2 bevat een aflegmechanisme voor de rubberstrook 5 voorzien van een aflegeind 6.

De rubberstrook 5, die ongevulcaniseerd is en, daar deze in het algemeen onmiddellijk na diens vervaardiging gestapeld wordt, ongeveer 5°C tot 10°C warmer dan de omgeving is, wordt over een rol 13 toegevoerd aan aan-drijfmiddelen, die in deze uitvoering door twee aandrijf-rollen 10, 10* (figuur 2) gevormd worden. De aandrijfmid-delen zijn over een instelbare afstand heen en weer beweegbaar boven een nagenoeg horizontaal deel 9 van een transportband 8. De rubberstrook 5 wordt tussen de aandrijf middelen 10, 10' getransporteerd en wordt door de heen- en weergaande beweging daarvan zig-zagsgewijs op het deel 9 geplaatst. Doordat de rubberstrook 5 zig-zagsgewijs op het deel 9 geplaatst wordt, worden er lussen 12 in de rubberstrook 5 gevormd.

Door de beweging van de transportband 8 wordt de zig-zagsgewijs geplaatste rubberstrook 5 van het deel 9 naar het nagenoeg verticaal verlopend deel van de transportband 8 getransporteerd. Hierbij is de snelheid van de transportband en van de heen en weergaande beweging op elkaar afgestemd. Nabij de overgang van het horizontale naar het verticale deel van de transportband 8 is een tweede transportband 8' op afstand van de transportband 8 geplaatst. De afstand tussen de twee transportbanden 8, 8' neemt naar het verticale deel van de transportbanden zodanig af dat enerzijds de lussen 12 van de rubberstrook 5 platgedrukt worden en anderzijds de rubberstrook 5 tijdens de verticale verplaatsing verschuivingsvrij tussen de transportbanden 8, 8' wordt geklemd. Hierdoor blijft de zig-zagsgewijze vorm 26 van de rubberstrook behouden (figuur 2). De transportbanden 8, 8' worden bij voorkeur gemeenschappelijk door één aandrijving 25 aangedreven.

Door middel van een hef orgaan 7, wordt het laadoppervlak 4 van het laadmiddel 3 tot op een bepaalde afstand van het aflegeind 6 geplaatst. Wanneer de rubber-strook 5 het aflegeind 6 bereikt, wordt het door het heforgaan 7 gedragen laadoppervlak 4 in één richting horizontaal heen en weer bewogen zodat de rubberstrook 5 op het laadoppervlak wordt afgelegd. Bij het omkeren van de bewegingsrichting van het laadoppervlak 4 wordt de afstand tussen het aflegeind 6 en de op het laadoppervlak afgelegde laag rubberstrook telkens ingesteld om een gecontroleerd en geleid stapelen van de rubberstrook te verkrijgen. Hiertoe wordt het heforgaan 7 telkens omlaag bewogen. Wanneer de gestapelde rubberstrook de gewenste hoogte heeft bereikt, wordt de strokenstapelaar uitgezet en de rubberstrook afgesneden.

Aldus is de rubberstrook compact en gecontroleerd gestapeld, zodat het weer uit het laadmiddel verwijderen van de rubberstrook probleemloos, bijvoorbeeld zonder knoopvorming kan geschieden.

Het samenstel van laadmiddel en strokenstapelaar kan voorzien zijn van sensoren die de positie van de rubberstrook en het laadmiddel detecteren, waarbij de bewegingen van het laadmiddel en de snelheden van de transportbanden afhankelijk van deze gedetecteerde positie gestuurd worden.

In de bovenbeschreven uitvoering wordt het instellen van de afstand tussen aflegeind en laadoppervlak gerealiseerd door het laadoppervlak verticaal te verplaatsen. Het zal echter duidelijk zijn dat hiertoe ook het aflegeind verticaal kan worden verplaatst, of aflegeind en laadoppervlak samen. Daarnaast kan de heen en weergaande beweging nodig voor het afleggen van de rubberstrook op het laadoppervlak in plaats van een horizontale beweging van het laadoppervlak gerealiseerd worden door een heen en weergaande of zwenkbeweging van het aflegeind.

Het paar transportmiddelen 8, 8' gebruikt in de bovenbeschreven uitvoering wordt gevormd door transport banden om een optimaal contactoppervlak met de rubber-strook te verkrijgen, opdat de rubberstrook goed tussen de transportbanden geklemd wordt tijdens het verticale transport van de rubber strook. De transportband 8 wordt aangedreven met behulp van transportrollen 14, 15, 16, 17, 21 en 22, die tevens zodanig onderling gepositioneerd zijn dat een gewenste spanning van de transportband 8 verkregen wordt. Transportband 8' wordt aangedreven met behulp van transportrollen 18, 19, 20 en 23, waarbij de gewenste spanning van de transportband 8' door een spaninrichting 24 wordt verkregen. Bij voorkeur worden beide transportbanden 8, 8' door een gemeenschappelijke aandrijfmotor 25 die op één van de aandrijf rollen van elke transportband aangrijpt aangedreven. Naast het gebruik van transportbanden is het gebruik van rollen-, rooster- of kettingtrans-port van de rubberstrook eveneens mogelijk.

Het platdrukken van de lussen van de zig-zagsge-wijs geplaatste rubberstrook kan naast een geschikt posi-tioneringsverloop van de transportmiddelen ook door een afzonderlijk platdrukmiddel uitgevoerd worden.

Claims (9)

1. Samenstel van een laadmiddel met een horizontaal laadoppervlak en een strokenstapelaar voor het afleggen van een ongevulcaniseerde rubberstrook op het laadoppervlak, welke strokenstapelaar een aflegmechanisme met een aflegeind omvat, met het kenmerk, dat het samenstel voorzien is van middelen voor het varieerbaar instellen van de afstand tussen het aflegeind en het laadoppervlak, waarbij de afstand tot nul instelbaar is.

2. Samenstel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de middelen een heforgaan voor het laadmiddel omvatten.

3. Samenstel volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het aflegmechanisme een paar transportmiddelen bevat voor het verticaal tussen de transportmiddelen door transporteren van een rubberstrook naar het aflegeind.

4. Samenstel volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat één transportmiddel van het paar transportmiddelen een deel bevat dat op afstand van en in hoofdzaak parallel aan het laadoppervlak geplaatst is.

5. Samenstel volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het aflegmechanisme aandrijfmiddelen bevat die over het deel van het ene transportmiddel, dwars op de bewegingsrichting daarvan, heen en weer beweegbaar zijn voor het zig-zagsgewijs plaatsen van de rubberstrook op het deel.

6. Samenstel volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat het aflegmechanisme middelen voor het platdrukken van de lussen van de zig-zagsgewijs geplaatste rubberstrook bevat.

7. Samenstel volgens één der conclusies 3 tot en met 6, met het kenmerk, dat de transportmiddelen transpor- teerbanden zijn.

8. Samenstel volgens conclusie 5, 6 of 7, met het kenmerk, dat het samenstel voorzien is van middelen voor het in één richting heen en weer bewegen van het aflegeind ten opzichte van het laadoppervlak.

9. Strokenstapelaar met aflegmechanisme voor gebruik in een samenstel volgens conclusie 3, 4, 5, 6 of 7.