NL9201925A - Ventilatie-inrichting. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Ventilatie-inrichting

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een ventilatie-inrichting met een ventilatie-opening, tenminste omvattende een door een wand begrensd scharnierkanaal voor het scharnierbaar opnemen van een beweegbaar element in de ventilatie- inrichting, waarbij de wand in hoofdzaak de vorm heeft van een over een gedeelte van de omtrek onderbroken cilinder en om een in hoofdzaak cilindrisch deel van het beweegbare element heen kan grijpen, en een eerste metalen profiel, dat tenminste een gedeelte van de wand vormt die het scharnierkanaal begrenst.

Een dergelijke ventilatie-inrichting is bekend en wordt bijvoorbeeld aangebracht in de gevel van een bouwwerk. De ventilatie-opening kan bestaan uit een enkele opening of een aantal, bijvoorbeeld sleufvormige openingen. De bekende ventilatie-inrichting wordt in hoofdzaak gevormd door metalen, in het bijzonder aluminium profielen, die naar buiten gerichte flenzen hebben waarmee de ventilatie-inrichting in de gevel kan worden gemonteerd. Voor het regelen van de luchtstroom door de ventilatie-opening is de ventilatie-inrichting voorzien van een beweegbaar element in de vorm van een scharnier-bare klep. Een in hoofdzaak cilindrisch deel van deze schar-nierbare klep is opgenomen in een scharnierkanaal van de ventilatie-inrichting, dat wordt begrensd door een wand die in hoofdzaak de vorm heeft van een over een gedeelte van de omtrek onderbroken cilinder. Daarbij grijpt de wand om het in hoofdzaak cilindrische deel van de klep heen. De wand van het scharnierkanaal wordt gevormd door een aluminium profiel, terwijl de klep uit kunststof is vervaardigd.

Een dergelijke ventilatie-inrichting heeft het nadeel, dat een beweegbaar element van kunststof relatief zwak en aan veroudering onderhevig is, vooral indien het beweegbare element zich aan de buitenzijde van de gevel van het bouwwerk bevindt. Bovendien is het problematisch het kunststoffen beweegbare element van eenzelfde laklaag te voorzien als de metalen profielen, hetgeen om esthetische redenen vaak gewenst is. Indien het beweegbare element uit aluminium zou zijn vervaardigd, treedt echter een overmatige slijtage op in het gebied waar het beweegbare element in contact komt met de aluminium wand die het scharnierkanaal begrenst. Tevens zal de scharnierwerking tengevolge van het contact tussen de aluminium delen relatief stroef verlopen.

De uitvinding beoogt bovengenoemde bezwaren op te heffen door een ventilatie-inrichting van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, die wordt gekenmerkt, doordat de ventilatie-inrichting verder een eerste kunststof profiel omvat, dat zich langs het eerste metalen profiel uitstrekt, zodanig dat het eerste kunststof profiel en het eerste metalen profiel tezamen de wand vormen die het scharnierkanaal begrenst, waarbij de wand in het gebied dat in contact komt met het in hoofdzaak cilindrische deel van het beweegbare element in hoofdzaak wordt gevormd door het eerste kunststof profiel. Hierdoor wordt een ventilatie-inrichting met een stevige en duurzame scharnierconstructie verkregen. Daarbij kan het beweegbare element vele uitvoeringsvormen hebben zoals een bedienbaar kleporgaan voor het regelen van de luchtstroom, maar het kan bijvoorbeeld ook een element zijn dat slechts bij montage in de ventilatie-inrichting scharnierbaar behoeft te zijn.

Bij voorkeur bestaat tenminste het in hoofdzaak cilindrische deel van het beweegbare element, dat in contact komt met de wand die het scharnierkanaal begrenst, uit metaal.

In een voordelige uitvoeringsvorm wordt bij een ventilatie-inrichting, waarbij in hoofdzaak evenwijdig aan het eerste metalen profiel en aan dezelfde zijde van de ventilatie-ope-ning als het eerste metalen profiel een tweede metalen profiel aanwezig is, en een eerste verbindingselement is aangebracht voor het verbinden van het eerste en het tweede metalen profiel tot een eerste profielsamenstel, het eerste verbindingselement gevormd door het eerste kunststof profiel. Hierdoor wordt een thermisch isolerende verbinding verkregen tussen het eerste en het tweede metalen profiel.

Bij voorkeur vormt daarbij het eerste kunststof profiel nierkanaal begrenst. Aldus wordt een voor vele verschillende uitvoeringsvormen van ventilatie-inrichtingen te gebruiken profielsamenstel verschaft.

In een verdere voordelige uitvoeringsvorm is de ventila-tie-inrichting aan de tegenover het eerste profielsamenstel gelegen zijde van de ventilatie-opening voorzien van een tweede profielsamenstel, dat een derde en vierde metalen profiel en een tweede kunststof profiel omvat en een soortgelijke opbouw heeft als het eerste profielsamenstel.

Bij voorkeur zijn het eerste en tweede profielsamenstel verbonden door tenminste één koppelstuk, waarbij een koppelstuk telkens aangrijpt op het eerste en het tweede kunststof profiel van het eerste resp. tweede profielsamenstel. Het aanbrengen van één of meer koppelstukken bewerkstelligt een stevige verbinding tussen de profielsamenstellen. Doordat de koppelstukken aangrijpen op de kunststof profielen wordt een thermisch geïsoleerde verbinding verkregen en ongewenste condensatie in de ventilatie-inrichting vermeden. De koppelstukken kunnen bijvoorbeeld klemmend aan de kunststof profielen worden bevestigd.

In een voorkeursuitvoeringsvorm begrenzen de kunststof profielen van het eerste en het tweede profielsamenstel de ventilatie-opening en zijn zij voorzien van middelen voor het opnemen van in de ventilatie-inrichting aan te brengen elementen. Op deze wijze is de luchtstroom door de ventilatie-opening, die door de profielsamenstellen wordt begrensd, volledig thermisch geïsoleerd van de metalen profielen, zodat condensatie binnen de ventilatie-inrichting wordt voorkomen. Ook zijn andere in de ventilatie-inrichting aan te brengen elementen, bijvoorbeeld een metalen insectengaas, thermisch geïsoleerd ten opzichte van de metalen profielen.

Bij voorkeur is elk kunststof profiel klemmend verbonden met tenminste één metalen profiel. Het klemmend bevestigen van elk kunststof profiel maakt een eenvoudige montage mogelijk.

De uitvinding wordt hierna nader toegelicht aan de hand van de tekening van een uitvoeringsvoorbeeld van een ventilatie-inrichting volgens de uitvinding.

De tekening toont een dwarsdoorsnede van een ventilatie-inrichting 1 bestemd voor gevelmontage, waarmee een luchtstroom door ventilatie-opening 2 kan worden geregeld. De ventilatie-inrichting 1 omvat vier aluminium profielen 5, 6, 7, 8, die telkens paarsgewijs zijn verbonden door een kunststof profiel resp. 9, 10 en daarmee twee profielsamenstellen 11, 12 vormen. De aluminium profielen zijn elk klemmend bevestigd aan het bijbehorende kunststof profiel. Bij montage van de ventilatie-inrichting vallen de delen van de gevel waarin de ventilatie-inrichting wordt geplaatst, bijvoorbeeld een glasvenster, tussen naar buiten gerichte flenzen 5a, 6a, 7a, 8a van de aluminium profielen 5, 6, 7, 8. Door de kunststof profielen 9, 10 wordt een thermische scheiding tussen de na de montage van de ventilatie-inrichting aan de buitenzijde van de gevel gelegen profielen 5,7 en de aan de binnenzijde gelegen profielen 6,8 bewerkstelligd.

Voor het regelen van de luchtstroom door de ventilatieopening 2 is een scharnierbare klep 14 uit aluminium aangebracht. De klep is scharnierbaar opgenomen in een door een wand 15 begrensd scharnierkanaal 16 van de ventilatie-inrichting, waarbij de wand 15 in hoofdzaak de vorm heeft van een over een gedeelte van de omtrek onderbroken cilinder. De wand 15 grijpt om een in hoofdzaak cilindrisch deel 17 van de klep 14 heen en wordt gevormd door het aluminium profiel 5 en het kunststof profiel 9 tezamen. Hierbij wordt het gebied van de wand dat in contact komt met de aluminium klep 14 gevormd door het kunststof profiel 9. De klep 14 kan vanaf de binnenzijde van de gevel worden bediend door niet weergegeven bedienings-middelen. De aluminium klep 14 en de profielen 5, 6, 7, 8 kunnen zijn voorzien van een laklaag.

Voor het aan de binnenzijde afschermen van de ventilatieopening 2 is een kunststof rooster 18 aangebracht. Het rooster 18 is aan zijn onderzijde scharnierbaar opgenomen in een scharnierkanaal 20, dat wordt gevormd door het aluminium profiel 8 en het kunststof profiel 11, en vergrendelt aan zijn bovenzijde achter het profiel 6.

Duidelijk te herkennen is dat de kunststof profielen 9, 10 de ventilatie-opening 2 begrenzen en een volledige thermische scheiding tussen de luchtstroom door de ventilatie-opening 2 en de aluminium profielen 5, 6, 7, 8 waarborgen. Aldus wordt condensatie in het inwendige van de ventilatie-inrich-ting voorkomen. De profielsamenstellen 11, 12 worden bij hun uiteinden verbonden door niet weergegeven kunststof eindkap-pen. Deze eindkappen worden bevestigd met schroeven in daarvoor bestemde langskanalen 25, 26, 27, 28 in de aluminium profielen. Tevens zijn de profielsamenstellen onderling verbonden door tenminste één losneembaar tussen de profielsamen-stellen geplaatst plaatvormig kunststof koppelstuk 21, dat telkens met twee uitsteeksels 22 klemmend in sleuven van kunststof profiel 9 resp. 10 grijpt. Elk kunststof profiel 9, 10 is verder voorzien van een sleuf voor het opnemen van een insectengaas 30, dat tegen koppelstuk 21 aanligt. Door het omklappen van het rooster 18 kan het insectengaas, bijvoorbeeld voor reiniging, worden verwijderd. De tussen de profielsamenstellen geplaatste elementen, zoals het koppelstuk 21, grijpen aan op de kunststof profielen en zijn daardoor thermisch gescheiden van de aluminium profielen.

De opbouw van de profielsamenstellen maakt het mogelijk afhankelijk van de toepassing een ventilatie-inrichting volgens de uitvinding op verschillende wijzen samen te stellen. Zo kan bijvoorbeeld een zelf-regelende klep in het inwendige van de ventilatie-inrichting zijn geplaatst of een schuifaf-sluiting zijn aangebracht. Daarbij kunnen de kunststof en metalen profielen op velerlei wijzen zijn uitgevoerd.

Claims (8)

1. Ventilatie-inrichting met een ventilatie-opening, tenminste omvattende een door een wand begrensd scharnierkanaal voor het scharnierbaar opnemen van een beweegbaar element in de ventilatie-inrichting, waarbij de wand in hoofdzaak de vorm heeft van een over een gedeelte van de omtrek onderbroken cilinder en om een in hoofdzaak cilindrisch deel van het beweegbare element heen kan grijpen, en een eerste metalen profiel, dat tenminste een gedeelte van de wand vormt die het scharnierkanaal begrenst, met het kenmerk, dat de ventilatie-inrichting (1) verder een eerste kunststof profiel (9) omvat, dat zich langs het eerste metalen profiel (5) uitstrekt, zodanig dat het eerste kunststof profiel en het eerste metalen profiel tezamen de wand (15) vormen die het scharnierkanaal (16) begrenst, waarbij de wand in het gebied dat in contact komt met het in hoofdzaak cilindrische deel (17) van het beweegbare element (14) in hoofdzaak wordt gevormd door het eerste kunststof profiel (9).

2. Ventilatie-inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat tenminste het in hoofdzaak cilindrische deel (17) van het beweegbare element (14), dat in contact komt met de wand (15) die het scharnierkanaal (16) begrenst, uit metaal bestaat.

3. Ventilatie-inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij in hoofdzaak evenwijdig aan het eerste metalen profiel en aan dezelfde zijde van de ventilatie-opening als het eerste metalen profiel een tweede metalen profiel aanwezig is, en een eerste verbindingselement is aangebracht voor het verbinden van het eerste en het tweede metalen profiel tot een eerste profielsamenstel, met het kenmerk, dat het eerste verbindingselement wordt gevormd door het eerste kunststof profiel (9).

4. Ventilatie-inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het eerste kunststof profiel (9) tezamen met het tweede metalen profiel (6) op soortgelijke wijze als met het eerste metalen profiel (5) een wand vormt die een scharnier-kanaal begrenst.

5. Ventilatie-inrichting volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk, dat de ventilatie-inrichting (1) aan de tegenover het eerste profielsamenstel (11) gelegen zijde van de ventilatieopening (2) is voorzien van een tweede profielsamenstel (12), dat een derde (7) en vierde (8) metalen profiel en een tweede kunststof profiel (10) omvat en een soortgelijke opbouw heeft als het eerste profielsamenstel (11).

6. Ventilatie-inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat het eerste en tweede profielsamenstel (11,12) zijn verbonden door tenminste één koppelstuk (21), waarbij een koppelstuk telkens aangrijpt op het eerste (9) en het tweede (10) kunststof profiel van het eerste (11) resp. tweede (12) profielsamenstel.

7. Ventilatie-inrichting volgens conclusie 5 of 6, met het kenmerk, dat de kunststof profielen (9,10) van het eerste en het tweede profielsamenstel (11,12) de ventilatie-opening (2) begrenzen en zijn voorzien van middelen voor het opnemen van in de ventilatie-inrichting aan te brengen elementen (30).

8; Ventilatie-inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat elk kunststof profiel (9,10) met tenminste één metalen profiel (5,6,7,8) klemmend is verbonden.