NL9100731A - Draadvanger voor een balenpers. - Google Patents

Draadvanger voor een balenpers. Download PDF

Info

Publication number
NL9100731A
NL9100731A NL9100731A NL9100731A NL9100731A NL 9100731 A NL9100731 A NL 9100731A NL 9100731 A NL9100731 A NL 9100731A NL 9100731 A NL9100731 A NL 9100731A NL 9100731 A NL9100731 A NL 9100731A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
wheel
guide surface
thread catcher
thread
catcher body
Prior art date
Application number
NL9100731A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Bollegraaf Appingedam Maschf
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Family has litigation
First worldwide family litigation filed litigation Critical https://patents.darts-ip.com/?family=19859179&utm_source=google_patent&utm_medium=platform_link&utm_campaign=public_patent_search&patent=NL9100731(A) "Global patent litigation dataset” by Darts-ip is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.
Application filed by Bollegraaf Appingedam Maschf filed Critical Bollegraaf Appingedam Maschf
Priority to NL9100731A priority Critical patent/NL9100731A/nl
Priority to DE69203519T priority patent/DE69203519T2/de
Priority to EP92201167A priority patent/EP0510775B1/en
Priority to US07/874,070 priority patent/US5255597A/en
Publication of NL9100731A publication Critical patent/NL9100731A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65BMACHINES, APPARATUS OR DEVICES FOR, OR METHODS OF, PACKAGING ARTICLES OR MATERIALS; UNPACKING
    • B65B13/00Bundling articles
    • B65B13/18Details of, or auxiliary devices used in, bundling machines or bundling tools
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01FPROCESSING OF HARVESTED PRODUCE; HAY OR STRAW PRESSES; DEVICES FOR STORING AGRICULTURAL OR HORTICULTURAL PRODUCE
    • A01F15/00Baling presses for straw, hay or the like
    • A01F15/08Details
    • A01F15/14Tying devices specially adapted for baling presses
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65BMACHINES, APPARATUS OR DEVICES FOR, OR METHODS OF, PACKAGING ARTICLES OR MATERIALS; UNPACKING
    • B65B27/00Bundling particular articles presenting special problems using string, wire, or narrow tape or band; Baling fibrous material, e.g. peat, not otherwise provided for
    • B65B27/12Baling or bundling compressible fibrous material, e.g. peat

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Guides For Winding Or Rewinding, Or Guides For Filamentary Materials (AREA)
  • Wire Processing (AREA)
  • Pulleys (AREA)
  • Basic Packing Technique (AREA)

Description

Korte aanduiding: Draadvanger voor een balenpers
De uitvinding heeft betrekking op een draadvanger voor een balenpers omvattende een langwerpig draadvangerlichaam met tussen een vast uiteinde en een vrij uiteinde een uitsparing, waarin een wiel is opgehangen met een rotatieas die in hoofdzaak dwars op de hartlijn van het draadvangerlichaam is gericht, waarbij de uitsparing aan de zijde van het vrije uiteinde gesloten is en is begrensd door een het wiel afschermend gedeelte van het draadvangerlichaam en aan de zijde van het vaste uiteinde is voorzien van een eerste geleidingsoppervlak dat op een naar het vaste uiteinde toe gekeerd omtreksgedeelte van het wiel aansluit, waarbij tegenover het eerste geleidingsoppervlak een tweede geleidingsoppervlak is gelegen, dat in de richting van het vrije uiteinde van het draadvangerlichaam met het eerste geleidingsoppervlak convergeert.
Dergelijke draadvangers zijn bekend uit het Amerikaanse octrooischrift 4 092 913 en de Duitse "Offenlegungsschriften" 24 60 464 en 35 44 773 en zijn bestemd voor het trekken van een omsnoeringsdraad naar een tegenovergelegen omsnoeringsdraad, waarna de omsnoeringsdraden in elkaar gedraaid kunnen worden. Gebruikelijkerwijs zijn de draadvangers met hun vaste uiteinde bevestigd aan een bedieningsstang, waarmede deze door groeven in een tegen een geperste baal (bijv. uit oud papier of oogstmateriaal) aanliggende persstempel kunnen worden gevoerd en kunnen worden teruggetrokken voor het op-pakken en meenemen van een lus van die draad.
Het vrije uiteinde van het draadvangerlichaam is ingericht om bij het verplaatsen naar de tegenovergelegen draad toe in de groeven puilend samengeperst materiaal te kunnen verdringen. De in de richting van het vrije uiteinde van het draadvangerlichaam naar elkaar toe convergerende geleidingsop-pervlakken zijn ingericht om bij het terugtrekken van de langs de tegenovergelegen draad gevoerde draadvanger, die draad in de uitsparing te doen haken en daarbij naar het wiel te geleiden.
Een bezwaar van de bekende draadvangers is, dat zich bij het terugtrekken van de draadvanger tussen de geleidingsop-pervlakken materiaal ophoopt, waardoor de draad verhinderd wordt in de uitsparing te blijven haken of materiaal op het loopvlak van het wiel aankoekt, waardoor dit vastloopt.
De uitvinding beoogt een draadvanger te verschaffen, waarbij dit bezwaar ondervangen is.
Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat een van het eerste geleidingsoppervlak af gelegen gedeelte van het naar het vaste uiteinde toe gekeerde omtreksgedeelte van het wiel het tweede geleidingsoppervlak vormt.
Doordat het tweede geleidingsoppervlak wordt gevormd door een omtreksgedeelte van het wiel, kan geperst materiaal dat in de ruimte tussen de geleidingsoppervlakken is beland gemakkelijk door rotatie van het wiel uit die ruimte worden afgevoerd. Bovendien blijft door het zijdelings van het eerste geleidingsoppervlak weggebogen verloop van het tweede geleidingsoppervlak relatief weinig geperst materiaal tussen de geleidingsoppervlakken hangen.
Een verder voordeel van de draadvanger volgens de uitvinding is, dat deze relatief eenvoudig uit één stuk kan worden vervaardigd, omdat de uitsparing in het draadvanger-lichaam niet hoeft te zijn voorzien van twee tegenover elkaar gelegen gcleidingsvlakken, die aansluiten op een ruimte voor het ophangen van het wiel.
Navolgend wordt de uitvinding nader geïllustreerd en toegelicht aan de hand van enkele uitvoeringsvoorbeelden, waarbij wordt verwezen naar de tekening. Daarbij toont: fig. 1 een zijaanzicht van een draadvanger volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding, gedeeltelijk in doorsnede volgens de lijn I-I in fig. 2, fig. 2 een vooraanzicht van de draadvanger volgens fig. 1, fig. 3 een onderaanzicht van de draadvanger volgens fig. 1, gedeeltelijk in doorsnede volgens de lijn III-III in fig. 1, en fig. 4 een onderaanzicht in doorsnede van een draad-vanger volgens een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding.
In de figuren 1, 2 en 3 is een voorkeursuitvoeringsvorm van de draadvanger volgens de uitvinding weergegeven. Deze draadvanger omvat een langwerpig draadvangerlichaam 1 met tussen een vast uiteinde 2 en een vrij uiteinde 3 een uitsparing 4. Het vaste uiteinde 2 is voorzien van een bevestigingspen 5, maar kan ook bijvoorbeeld door een vast uiteinde van een bedie-ningsstang worden gevormd. In de uitsparing 4 is een wiel 6 op-gehangen, waarvan de rotatieas 7 in hoofdzaak dwars op de hartlijn 8 van het draadvangerlichaam 1 is gericht. De uitsparing 4 is aan de zijde van het vrije uiteinde 3 begrenst door een het wiel 6 afschermend deel 9 van het draadvangerlichaam 1 en is aan de zijde van het vaste uiteinde 2 voorzien van een eerste geleidingsoppervlak 10. Dit eerste geleidingsoppervlak 10 sluit aan op een naar het vaste uiteinde 3 toe gekeerd omtreksgedeel-te 11 van het wiel 6. Tegenover het eerste geleidingsoppervlak 10 is een tweede geleidingsoppervlak gelegen, dat in de richting van het vrije uiteinde 3 van het draadvangerlichaam 1 met het eerste geleidingsoppervlak 10 convergeert en wordt gevormd door een van het eerste geleidingsoppervlak 10 af gelegen gedeelte 12 van het naar het vaste uiteinde 3 toe gekeerde om-treksgedeelte 11 van het wiel 6.
In bedrijf wordt de draadvanger met zijn vrije uiteinde voorlopend door een groef van een persstempel verplaatst, totdat ten minste het wiel 6 de mee te nemen draad is gepasseerd. Daarbij wordt de draadvanger zodanig gericht gehouden, dat de draad zich ongeveer dwars op de hartlijn 7 van het wiel 6 uitstrekt en zodanig ten opzichte van de draad gepositioneerd, dat draadvanger met de uitsparing 4 naar de draad toe gekeerd langs de draad wordt gevoerd en tegen de draad drukt. Vervolgens wordt de draadvanger teruggevoerd, waarbij de draad in de uitsparing 4 blijft haken en een lus van de draad door het wiel 6 wordt meegetrokken. De lus rolt bij het terugvoeren van de draadvanger over het wiel 6 af, doordat één uiteinde van de lus vast is en het andere uiteinde bij het terugtrekken van de draadvanger meegeeft.
Een aan de zijde van de uitsparing 4 aangebrachte af-geschuinde vlak 14 waarborgt, dat de draadvanger de draad naar de zijde van de uitsparing 4 wegdrukt wanneer het vrije uiteinde 3 van de draadvanger langs de draad passeert.
Geperst materiaal dat in de ruimte tussen de gelei -dingsoppervlakken 10 en 12 is beland kan gemakkelijk door rotatie van het wiel 6 uit die ruimte worden af gevoerd. Bovendien blijft door het zijdelings van het eerste geleidingsoppervlak 10 weggebogen verloop van het tweede geleidingsoppervlak 12 relatief weinig geperst materiaal tussen de geleidingsoppervlak-ken 10 en 12 hangen.
Het draadvangerlichaam 1 laat het van het eerste geleiding soppervlak 10 af gekeerde zijvlak 13 van het wiel 6 vrij en het wiel 6 is uitsluitend aan de zijde van het eerste geleiding soppervlak 10 aan het draadvangerlichaam 1 opgehangen. Dit biedt het voordeel, dat het door het wiel 6 gevormde tweede ge-leidingsvlak 12 bij een gegeven dikte van het draadvangerlichaam 1 relatief ver uit kan steken voor het betrouwbaar meenemen van de draad en dat het gedeelte van de uitsparing 4 aan de zijde van het vrije uiteinde 3 relatief goed toegankelijk is, zodat de vervaardiging van de uitsparing verder wordt vergemakkelijkt. De buigbelasting van de opiisrig ing van het wiel 6 uitsluitend aan de zijde van het eerste geleidingsoppervlak 10 wordt beperkt, doordat een door het wiel 6 meegenomen lus van een draad, voordat deze een grote kracht op het wiel 6 uit kan oefenen naar het diepste deel van het omtreksoppervlak van het wiel 6 zal glijden. Op een van het eerste geleidingsoppervlak 10 af gelegen deel van het wiel 6 kan daardoor geen grote kracht uitgeoefend worden.
De buigbelasting van de ophanging van het wiel 6 kan verder beperkt worden indien het wiel 6 een asymmetrisch om-treksprofiel heeft, waarvan het diepste gedeelte dichter bij het eerste geleidingsoppervlak 10 dan bij het van dat oppervlak af gekeerde zijvlak 13 van het wiel 6 ligt. Een verder voordeel van deze maatregel is, dat bij een bepaalde axiale positie van het diepste gedeelte van het omtreksprofiel van het wiel 6 ten opzichte van de hartlijn 8 van het draadvangerlichaam 1, het gedeelte van het draadvangerlichaam 1 naast het wiel 6 relatief dik kan zijn.
Het wiel 6 is door middel van een pasbout 17 aan het draadvangerlichaam 1 opgehangen. De pasbout 17 heeft een kop 18, waarop een cilindervormig lagergedeelte 19 aansluit, dat op zijn beurt aansluit op een schroefdraadgedeelte 20 met een kleinere diameter dan het lagergedeelte 19, zodat dit tegen het draadvangerlichaam 1 geschroefd kan worden.
De uitsparing 4 heeft aan de zijde van het vrije uiteinde 3 van het draadvangerlichaam 1 een met het wiel 6 coaxiale rand 15 met een in geringe mate grotere radius dan de van het eerste geleidingsoppervlak 10 af gekeerde omtreksrand 16 van het wiel 6, zodanig dat het draadvangerlichaam 1 aan de zijde van het vrije uiteinde 3 met een geringe tussenruimte aansluit op de van het eerste geleidingsoppervlak 10 af gekeerde omtreksrand 16 van het wiel 6. Hierdoor wordt verder tegengegaan, dat persmateriaal tussen het wiel 6 en het draadvangerlichaam 1 kan komen.
De uitsparing 4 is voorzien van een aan het eerste geleidingsoppervlak 10 grenzende, ten minste aan de zijde van het vaste uiteinde 3 van het draadvangerlichaam 1 cirkelvcrmige kamer 21 met een in geringe mate grotere radius dan de radius van de omtreksrand 22 van het wiel 6 aan de zijde van het eerste geleidingsoppervlak 10, in welke kamer 21 de laatstgenoemde omtreksrand 22 van het wiel 6 verzonken is. Door deze maatregel wordt tegengegaan, dat aan de zijde van het eerste geleidings-vlak 10 persmateriaal of de meegenomen draad tussen het wiel 6 en het draadvangerlichaam 1 kan komen. Een verder voordeel van deze maatregel is, dat een relatief grote axiale speling van het wiel 6 toegelaten kan worden, zonder dat dit ertoe leidt, dat materiaal gemakkelijk tussen het wiel 6 en het draadgelei-derlichaam 1 kan komen.
In fig. 4 is een verdere uitvoeringsvorm van een draadvanger volgens de uitvinding weergegeven. Deze draadvanger heeft een draadvangerlichaam 31, dat uit een in doorsnede cirkelvormig profiel is gevormd. Dit is voordelig voor het doordringen van persmateriaal. Een uitsparing 34, een wiel 36 en een pasbout 47 met een kop 48, een lagergedeelte 49 en een schroefdraadgedeelte 50 komen overeen met resp. de uitsparing 4, het wiel 6 en de pasbout 17 met de kop 18, het lagergedeelte 19 en het schroefdraadgedeelte 20 van de uitvoeringsvorm volgens de figuren 1-3. De pasbout 47 en het draadvangerlichaam zijn echter bovendien voorzien van coaxiale boringen 53 en 54, waarin een borgpen 55 is gestoken voor het borgen van de pas-bout 47. De pasbout kan echter ook met andere bekende borgings-middelen geborgd worden.
Opgemerkt wordt, dat binnen het kader van de uitvinding nog vele verdere uitvoeringsvormen van de uitvinding moge-lijk zijn. Zo kan de draadvanger volgens de uitvinding uitgerust kan zijn met twee wielen, zoals bekend is uit het Amerikaanse octrooischrift 4 092 913. Voorts kan het draadvangerlichaam samengesteld zijn uit meerder delen, die door lassen of door een bout onderling zijn verbonden. Het draadvangerlichaam kan voorts door gieten of door verspanende bewerking uitgaande van een rond, vierkant of ander gevormd profiel worden vervaardigd.

Claims (5)

1. Draadvanger voor een balenpers omvattende een langwerpig draadvangerlichaam (1, 31) met tussen een vast uiteinde (2) en een vrij uiteinde (3) een uitsparing (4, 34), waarin een wiel (6, 36) is opgehangen met een rotatieas (7) die in hoofdzaak dwars op de hartlijn (8) van het draadvangerlichaam (1, 31) is gericht, waarbij de uitsparing (4, 34) aan de zijde van het vrije uiteinde (3) gesloten is en is begrensd door een het wiel (6, 36) afschermend gedeelte (9) van het draadvangerlichaam (1, 31) en aan de zijde van het vaste uiteinde (2) is voorzien van een eerste geleidingsoppervlak (10) dat op een naar het vaste uiteinde (2) toe gekeerd om-treksgedeelte (11) van het wiel (6, 36) aansluit, waarbij tegenover het eerste geleidingsoppervlak (10) een tweede geleidingsoppervlak is gelegen, dat in de richting van het vrije uiteinde (3) van het draadvangerlichaam (1, 31) met het eerste geleidingsoppervlak (10) convergeert, met het kenmerk, dat een van het eerste geleidingsoppervlak (10) af gelegen gedeelte (12) van het naar het vaste uiteinde (2) toe gekeerde omtreks-gedeelte van het wiel (6, 36) het tweede geleidingsoppervlak vormt.
2. Draadvanger volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het draadvangerlichaam (1, 31) het van het eerste geleidingsoppervlak (10) af gekeerde zijvlak (13) van het wiel (6, 36) vrij laat en het wiel (6, 36) uitsluitend aan de zijde van het eerste geleidingsoppervlak (10) aan het draadvangerlichaam (1, 31) is opgehangen.
3. Draadvanger volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het wiel (6, 36) een asymmetrisch omtreksprofiel heeft, waarvan het diepste gedeelte dichter bij het eerste geleidingsoppervlak (10) dan bij het van dat oppervlak af gekeerde zijvlak (13) van het wiel (6, 36) ligt.
4. Draadvanger volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de uitsparing (4, 34) aan de zijde van het vrije uiteinde (3) van het draadvangerlichaam (1, 31) een met het wiel (6, 36) coaxiale rand (15) heeft met een in geringe mate grotere radius dan de van het eerste geleidingsoppervlak -(10) af gekeerde omtreksrand (16) van het wiel (6, 36), zodanig dat het draadvangerlichaam (1, 31) aan de zijde van het vrije uiteinde (3) met een geringe tussenruimte aansluit op de van het eerste geleidingsoppervlak (10) af gelegen omtreksrand (16) van het wiel (6, 36) .
5. Draadvanger volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de uitsparing (4, 34) is voorzien van een aan het eerste geleidingsoppervlak (10) grenzende, ten minste aan de zijde van het vaste uiteinde (3) van het draadvangerlichaam (1, 31) cirkelvormige kamer (21) met een in geringe mate grotere radius dan de radius van de omtreksrand (22) van het wiel (6, 36) aan de zijde van het eerste geleidingsoppervlak (10), in welke kamer (21) de laatstgenoemde omtreksrand (22) van het wiel (6, 36) verzonken is.
NL9100731A 1991-04-26 1991-04-26 Draadvanger voor een balenpers. NL9100731A (nl)

Priority Applications (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9100731A NL9100731A (nl) 1991-04-26 1991-04-26 Draadvanger voor een balenpers.
DE69203519T DE69203519T2 (de) 1991-04-26 1992-04-24 Drahtzugnadel für Ballenpresse.
EP92201167A EP0510775B1 (en) 1991-04-26 1992-04-24 Wire catch for a baler
US07/874,070 US5255597A (en) 1991-04-26 1992-04-24 Wire catch for a baler

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9100731A NL9100731A (nl) 1991-04-26 1991-04-26 Draadvanger voor een balenpers.
NL9100731 1991-04-26

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9100731A true NL9100731A (nl) 1992-11-16

Family

ID=19859179

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9100731A NL9100731A (nl) 1991-04-26 1991-04-26 Draadvanger voor een balenpers.

Country Status (4)

Country Link
US (1) US5255597A (nl)
EP (1) EP0510775B1 (nl)
DE (1) DE69203519T2 (nl)
NL (1) NL9100731A (nl)

Families Citing this family (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US6250478B1 (en) 1999-02-08 2001-06-26 C P Manufacturing Inc. Stepped disc screens of unequal inclination angles for conveying and grading recycling materials
DE60023110T2 (de) 2000-04-18 2006-06-22 Machinefabriek Bollegraaf Appingedam B.V. Förderer zum Fördern von Schüttgut
DE202005002688U1 (de) * 2005-02-19 2006-06-29 Rasspe Systemtechnik Gmbh & Co. Kg Garnknoter für Ballenpressen
ES2674482T3 (es) * 2014-05-05 2018-07-02 Bollegraaf Patents And Brands B.V. Prensa enfardadora con sistema de atado de soga y método de suministro de soga a un anudador de una prensa enfardadora
DE202014106240U1 (de) 2014-12-23 2016-03-24 International Baler Service GmbH & Co. KG Drahtzugnadel
PL3323284T3 (pl) 2016-11-21 2020-03-31 Bollegraaf Patents And Brands B.V. Prasa belująca i sposób prasowania i wiązania beli w prasie belującej

Family Cites Families (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1452714A (en) * 1921-08-09 1923-04-24 Sunnen Joseph Valve lifter
FR833175A (fr) * 1937-06-02 1938-10-13 R Rousseau Ets Dispositif pour le liage automatique, au fil de fer, de tous ballots ou balles
US3036514A (en) * 1960-11-29 1962-05-29 Sperry Rand Corp Hay baler
FR2254483A1 (en) * 1973-12-18 1975-07-11 Inst Tech Agricole Lin Method of strapping bales of flax - involves forming bales by progressive compression within encircling strap
US4092913A (en) * 1974-04-23 1978-06-06 The American Baler Company Bale tying apparatus
DE2460464C3 (de) * 1974-12-20 1981-11-26 Lindemann Maschinenfabrik GmbH, 4000 Düsseldorf Umschnürungsvorrichtung an einer Ballenpresse
DE2552064C3 (de) * 1975-11-20 1981-04-23 Lindemann Maschinenfabrik GmbH, 4000 Düsseldorf Verschnürungsvorrichtung für Ballenpressen
DE3202233A1 (de) * 1982-01-25 1983-08-04 Lindemann Maschinenfabrik GmbH, 4000 Düsseldorf Vorrichtung zum umschnueren von ballen
DE3544773A1 (de) * 1985-12-18 1987-06-25 Lindemann Maschfab Gmbh Vorrichtung zum umschnueren von ballen
DE3606303A1 (de) * 1986-02-27 1987-09-03 Paals Packpressen Fabrik Gmbh Maschine zum pressen und umschnueren von ballen

Also Published As

Publication number Publication date
US5255597A (en) 1993-10-26
DE69203519T2 (de) 1996-01-25
EP0510775B1 (en) 1995-07-19
EP0510775A1 (en) 1992-10-28
DE69203519D1 (de) 1995-08-24

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL9100731A (nl) Draadvanger voor een balenpers.
NL193571C (nl) Rolmaat met verbeterde verbinding tussen veer en meetlint.
DE69730767T2 (de) Bremse für Hebegerät
US4170372A (en) Devices mounted on a ski
NL194072C (nl) Samenstel van een bevestigingsorgaan voor het assembleren van werkstukonderdelen en een aandrijfwerktuig.
FR2573097A1 (fr) Instrument pour travaux d'aiguilles, comprenant une pointe rigide, une tige souple et un systeme perfectionne pour arreter les mailles
NL1019458C2 (nl) Geautomatiseerd snijdraad-verlengapparaat voor een grasmaaier.
FR2971306B1 (fr) Famille d'elements de fixation, calibre de controle et procede de controle du choix de longueur d'un element de fixation
NL8006896A (nl) Bevestigingsinrichting.
EP0093657B1 (fr) Procédé de surveillance de l'état d'usure de garnitures de frein à disque, indicateur d'usure et frein à disque
US4512235A (en) Stress limited cartridge reloading press
NL8006389A (nl) Cassette voor een magnetische band.
US4061355A (en) Ski brake
NL1004912C2 (nl) Verbeterde naafrem voor een rijwiel
US2400960A (en) Cotter pin construction
CA2956094C (en) Railroad car brake shoe key
EP1165982A1 (de) Selbsttätige trommelbremsen-nachstellvorrichtung und trommelbremse mit einer solchen nachstellvorrichtung
DE2728054A1 (de) Vorrichtung zur einstellung des kolbenhubs in reibungsscheibenkupplungen und bremsen
NL8202149A (nl) Kernstop.
DE3914210C2 (nl)
JPH02296021A (ja) ブレーキブロック保持装置
NL8103732A (nl) Aanhanginrichting voor voertuigen.
US2159756A (en) Coupling member
CA2277005A1 (en) Processing means for barking machines
NL1009303C1 (nl) Schokabsorberende constructie van een fietsvoorvork.

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed