NL9100219A - Inwendige centreerinrichting, in het bijzonder geschikt voor het verbinden van de einden van buizen. - Google Patents

Inwendige centreerinrichting, in het bijzonder geschikt voor het verbinden van de einden van buizen. Download PDF

Info

Publication number
NL9100219A
NL9100219A NL9100219A NL9100219A NL9100219A NL 9100219 A NL9100219 A NL 9100219A NL 9100219 A NL9100219 A NL 9100219A NL 9100219 A NL9100219 A NL 9100219A NL 9100219 A NL9100219 A NL 9100219A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
hollow
centering device
annular
mandrels
central
Prior art date
Application number
NL9100219A
Other languages
English (en)
Other versions
NL192506B (nl
NL192506C (nl
Original Assignee
Agip Spa
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Agip Spa filed Critical Agip Spa
Publication of NL9100219A publication Critical patent/NL9100219A/nl
Publication of NL192506B publication Critical patent/NL192506B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL192506C publication Critical patent/NL192506C/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B23MACHINE TOOLS; METAL-WORKING NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B23KSOLDERING OR UNSOLDERING; WELDING; CLADDING OR PLATING BY SOLDERING OR WELDING; CUTTING BY APPLYING HEAT LOCALLY, e.g. FLAME CUTTING; WORKING BY LASER BEAM
    • B23K37/00Auxiliary devices or processes, not specially adapted to a procedure covered by only one of the preceding main groups
    • B23K37/04Auxiliary devices or processes, not specially adapted to a procedure covered by only one of the preceding main groups for holding or positioning work
    • B23K37/053Auxiliary devices or processes, not specially adapted to a procedure covered by only one of the preceding main groups for holding or positioning work aligning cylindrical work; Clamping devices therefor
    • B23K37/0531Auxiliary devices or processes, not specially adapted to a procedure covered by only one of the preceding main groups for holding or positioning work aligning cylindrical work; Clamping devices therefor internal pipe alignment clamps

Landscapes

  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Optics & Photonics (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Lining Or Joining Of Plastics Or The Like (AREA)
  • Clamps And Clips (AREA)
  • Actuator (AREA)
  • Bending Of Plates, Rods, And Pipes (AREA)
  • Shaping Of Tube Ends By Bending Or Straightening (AREA)
  • Heating, Cooling, Or Curing Plastics Or The Like In General (AREA)
  • Mutual Connection Of Rods And Tubes (AREA)
  • Joints Allowing Movement (AREA)
  • Rigid Pipes And Flexible Pipes (AREA)
  • Investigating Or Analyzing Materials By The Use Of Ultrasonic Waves (AREA)

Description

UITTREKSEL
Inwendige centreerinrichting, in het bijzonder geschikt voor de verbinding van buiseinden, waarin twee holle doorns zijn aangebracht op een centraal ondersteuningselement dat zich in hoofdzaak axiaal uitstrekt, van welke doorns tenminste één is ingericht voor een axiale beweging en tenminste één scharnierbaar gekoppeld’ is met het centrale ondersteuningselement en is voorzien van tenminste drie radiale bedieningsorganen welke op voldoende afstand van een bijbehorende scharnierpunt zijn aangebracht voor een hoekpositionering van de doorn ten opzichte van het centrale ondersteuningselement, waarbij elke doorn een buitenste buigzame huls omvat die radiaal gespreid kan worden door een inwendig hydraulisch axiaal bedienings-orgaan met twee tegengestelde schroefdraden. Tevens worden specifieke soorten axiale bedieningsorganen alsmede alternatieve uitvoeringsvormen beschreven.
Korte aanduiding: Inwendige centreerinrichting, in het bijzonder geschikt voor het verbinden van de einden van buizen.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een centreerinrichting die bijzonder geschikt is om ingebracht te worden in twee aangrenzende buizen voor het verbinden van de einden daarvan, geleed is en de buizen meer dan vijf vrijheidsgraden toestaat, terwijl deze inrichting relatief eenvoudig en goedkoop te vervaardigen is, alsmede zeer betrouwbaar en gemakkelijk te bedienen is, hetgeen niet alleen een effektief herstel van de vorm van de dwarsdoorsnede van de aangrenzende randen van de te verbinden buizen mogelijk maakt, maar tevens een immer volmaakte juxtapositie van de randen door geschikte en nu mogelijke rotaties en/of relatieve translatiebewegingen van de twee buizen.
Het is algemeen bekend dat in vele toepassingen en in het bijzonder bij het automatisch lassen van buiseinden met een grote diameter, een zorgvuldige en nauwkeurige plaatsing van de aangrenzende randen in het algemeen vereist is, tezamen met het terugbrengen van de vorm van de randen binnen redelijke toleranties.
Binnen de stand van de techniek zijn talrijke inrichtingen bekend voor het inwendig klemmen van de einden van buizen die aan de einden daarvan verbonden dienen te worden. De meerderheid van deze bekende inrichtingen heeft betrekking op herstel van de cilindrische vorm van de aangrenzende buiseinden maar maakt het niet mogelijk een precieze coaxiale onderlinge betrekking van de buizen of een volmaakte coplanaire betrekking tussen de te verbinden oppervlakken te bereiken? vele inrichtingen volgens de stand van de techniek zijn werkzaam op de onderlinge afstand van de aangrenzende randen maar staan geen rotatie en dwarsverplaatsing van de buiseinden toe.
Tenslotte is geen bekende inwendige centreerinrichting in staat de cilindriciteit van de aangrenzende randen op te leggen terwijl deze te zelfder tijd zodanig geleed is dat deze vijf vrijheidsgraden biedt welke strikt noodzakelijk zijn om te garanderen dat er altijd een volmaakte juxtapositie van de einden van de te verbinden buizen bestaat, en tevens vormafwijkingen ten gevolge van normale bewerkingstoleranties compenseert.
Het doel van de onderhavige uitvinding is het ondervangen van het bovengenoemde nadeel en een inwendige cen-treerinrichting te verschaffen die relatief eenvoudig en goedkoop te vervaardigen is, terwijl deze betrouwbaar en gemakkelijk te bedienen is, en een verplaatsing en een volmaakte relatieve plaatsing van één buis met betrekking tot een andere mogelijk maakt, zelfs in het geval van buizen die hoezeer dan ook axiaal verschoven zijn en/of niet op één lijn liggen, alsmede de beheerste radiale vervorming van de te verbinden rand aan elk van de te verbinden einden, teneinde de vormtoleranties terug te kri jgen.
Dit wordt in hoofdzaak bereikt door de centreerin-richting te voorzien van twee holle doorns die tegen de binnenwand van de te verbinden buizen gespreid kunnen worden, van welke doorns tenminste één is ingericht voor een axiale beweging en tenminste één scharnierbaar gekoppeld is met een centraal ondersteuningselement dat daarin aangebracht is en zich hoofdzakelijk axiaal uitstrekt, welk ondersteuningselement is voorzien van tenminste drie radiale bedieningsorganen voor het bewegen en dientengevolge hoekpositioneren van de betreffende doorn met betrekking tot het centrale element.
In feite kan in een dergelijke eenvoudige uitvoeringsvorm het centrale element dat het strukturele element is dat de twee doorns waarbinnen het is ingebracht ondersteund, nu eenvoudig zodanig vervaardigd worden dat dit tevens aanzienlijke uitwendige spanningen weerstaat zoals die welke overgebracht kunnen worden tussen de buizen, en verder maakt het feit dat deze zich in hoofdzaak in axiale richting uitstrekt, wat het mogelijk maakt de geledingen van de doorns voldoende ver van elkaar en van de bijbehorende radiale bedieningsorganen te plaatsen, het mogelijk een willekeurige gemakkelijke rotatie of dwarsverplaatsing van één doorn ten opzichte van de andere uit te voeren. Een dergelijke volledige mogelijke bewegingsvrijheid gecombineerd met de nauwkeurigheid die in het algemeen wordt verschaft door de op een geschikte wijze bestuurde radiale bedieningsorganen waarborgt daardoor een instelling van concentriciteit en de coplanaire betrekking van de zijden van de randen van de te verbinden buizen, binnen de vereiste vormtolerantie, nog altijd met ruime werktole-ranties in termen van de dikte van de buizen en de loodrechtheid van de eindranden hoezeer de buizen zelf ook axiaal verschoven en/of niet op één lijn ten opzichte van elkaar geplaatst mogen zijn.
Verder bestaan de voornoemde twee holle doorns welke hetzij symmetrisch hetzij in serie op het centrale onder-steuningselement geplaatst kunnen worden, elk uit een buitenste buigzame huls van de veerkrachtig gemaakte soort met een hulsveer of een bladveer of een andere soort veer en zijn zij aan de einden daarvan voorzien van expansie-klauwen voor een radiale klemming tegen de binnenwand van de te verbinden buis, door de werking van een hydraulisch axiaal inwendig bedieningsorgaan met twee tegengestelde schroefdraden dat op zijn beurt bestaat uit een hol lichaam dat aan één einde scharnierbaar gekoppeld is met het centrale lichaam en dichtbij het voornoemde einde een ringvormig uitsteeksel omvat dat twee ringvormige bedie-ningskamers bepaalt met een ringvormige mantel die axiaal schuivend wordt ondersteund door het holle lichaam en aan één einde wigvormige expansiekoppen heeft, waarbij de tweede van de ringvormige kamers dan wordt begrensd door een holle stang die eveneens is ingericht om axiaal te schuiven en concentrisch is aangebracht binnen de mantel waarmee deze een derde ringvormige bedieningskamer bepaalt, waarbij de stang eveneens wordt ondersteund door het holle lichaam en aan het einde daarvan dat tevoorschijn komt uit de mantel wigvormige expansiekoppen omvat, waarbij de radiale bedieningsorganen werkzaam zijn tegen het centrale lichaam en het bovengenoemde einde van de holle stang of tussen het centrale lichaam en het holle lichaam.
Op deze wijze is het niet alleen mogelijk door een medium onder druk aan de twee ringvormige bedieningskamers toe te voeren, een axiale beweging van de tegengestelde schroefdraden ten opzichte van de ringvormige mantel en de holle stang van het hydraulische bedieningsorgaan van elke doorn van de inwendige centreerinrichting te verkrijgen, van welke inrichting de wigvormige koppen aldus een spreiding van de klauwen van de veerkrachtige huls van de doorns van de inwendige centreerinrichting tegen het binnertoppervlak van de te klemmen en te verbinden buizen veroorzaakt waarbij de elastische reaktie van de hulzen zelf wordt overwonnen, maar tevens maakt de ruime dimen-sionering die nu mogelijk is met betrekking tot de bijzondere vorm van de inwendige centreerinrichting een meer effektieve krachtwerking van de klauwen tegen elke buis mogelijk en dientengevolge een gegarandeerd terugbrengen van de vorm van de aangrenzende einden van de verbinden buizen. Verder is het nu na een juiste klemming van de buizen door de holle doorns van de centreerinrichting mogelijk één te verbinden buis axiaal in positie te brengen ten opzichte van de andere buis door middel van een axiale of longitudinale verplaatsing van de betreffende doorn ten opzichte van het centrale lichaam van de centreerinrichting zelf, welke verplaatsing gemakkelijk bereikt kan worden door een overdracht van fluïdum tussen de twee ringvormige bedieningskamers en preciezer door het vermeerderen van de hoeveelheid fluïdum in de tweede ringvormige kamer en het dienovereenkomstig verminderen van de hoeveelheid fluïdum in de andere kamer; waarbij de toename in feite in hoofdzaak plaatsvindt tussen het ringvormige uitsteeksel op het holle lichaam en de holle stang, waarbij het holle lichaam scharnierbaar gekoppeld is met het centrale lichaam van de centreerinrichting en daardoor onbeweegbaar is, en de ringvormige mantel en de holle stang van het bedieningsorgaan en derhalve de buigzame huls van de holle doorn en de daarop geklemde buis dwingt een axiale verplaatsing uit te voeren naar de andere doorn van de inwendige centreerinrichting. Het losnemen van de doorns van de respektieve buizen wordt daarna uitgevoerd door het verminderen van de druk in de beide ringvormige bedieningskamers en het verhogen daarvan in de derde ringvormige bedieningskamer die wordt bepaald door de ringvormige mantel en de holle stang van het inwendige bedieningsorgaan.
Het is duidelijk dat indien één van de twee holle doorns van de inwendige centreerinrichting geen axiale verplaatsing van de daarbij behorende geklemde buis behoeft uit te voeren, het inwendige bedieningsorgaan daarvan aanzienlijk eenvoudiger zal zijn, waarbij volgens een andere uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding het holle lichaam dat scharnierbaar is gekoppeld met het centrale ondersteunende element en een ringvormig uitsteeksel omvat, nu vast verbonden is met de holle stang en een enkel lichaam vormt waarvan het ringvormige uitsteeksel tezamen met de ringvormige verplaatsbare mantel uitsluitend twee ringvormige bedieningskamers bepaalt. Preciezer geformuleerd bestaat het inwendige axiale bedieningsorgaan dat hydraulisch is en twee tegengestelde schroefdraden heeft voor de axiaal onbeweegbare doorn volgens de onderhavige uitvinding uit een hol lichaam dat aan één einde scharnierbaar gekoppeld is met het centrale ondersteuningselement terwijl het aan het andere einde daarvan wigvormige expansiekoppen omvat, alsmede een ringvormig uitsteeksel dat twee ringvormige bedieningskamers bepaalt met een ringvormige mantel die zodanig wordt ondersteund dat deze axiaal verplaatsbaar is op het holle lichaam en wigvormige expansiekoppen heeft op het einde daarvan nabij de geleding van het holle lichaam.
Een ander van de talrijke voordelen van de centreerinrichting volgens de uitvinding bestaat dan uit het feit dat het bijzondere hydraulische bedieningsorgaan met de twee tegengestelde schroefdraden het mogelijk maakt de buizen te klemmen en daarna de klauwen los te maken zonder • Hr enig sleepeffekt en verder maakt mogelijkheid tot het vervaardigen van het buitenoppervlak van de centreerinrichting en meer in het bijzonder het buitenoppervlak van de doorns van de centreerinrichting in een goed geprofileerde vorm het mogelijk de centreerinrichting in de buizen te brengen terwijl de strukturele eenvoud en het verminderde aantal elementen de kosten verminderen en bovenal de betrouwbaarheid verhogen.
De uitvinding wordt toegelicht aan de hand van de tekening, waarin:
Fig. 1 een gedeeltelijke dwarsdoorsnede in perspekti-visch aanzicht is van een inwendige centreerinrichting volgens de uitvinding in de verbinding van de einden van twee buizen;
Fig. 2 een langsdoorsnede door de centreerinrichting van fig. 1 toont;
Fig. 3 tot en met 6 achtereenvolgens de principiële werkingsstadia van de inwendige centreerinrichting volgens de uitvinding tonen, d.w.z.: - Fig. 3 het plaatsen van de centreerinrichting binnen de te verbinden buizen toont; - Fig. 4 het klemmen van de holle doorns van de centreerinrichting tegen de binnenwanden van de te verbinden buizen toont, waarbij de aangrenzende randen van de buizen in een cilindrische vorm teruggebracht worden? - Fig. 5 het stadium van rotatie en relatieve dwars-verplaatsing van de te verbinden buizen toont; - Fig. 6 de relatieve axiale verplaatsing van de te verbinden buizen toont;
Fig. 7 een langsdoorsnede door een alternatieve uitvoeringsvorm van de centreerinrichting volgens de uitvinding zoals getoond in fig. 1 is, waarbij één doorn daarvan geen axiale verplaatsing van de daaraan vastgeklemde buis toestaat;
Fig. 8 een langsdoorsnede van een andere uitvoeringsvorm van de centreerinrichting volgens de uitvinding is waarin twee holle doorns in serie zijn aangebracht op het centrale ondersteunende lichaam;
Fig. 9 een langsdoorsnede is van een alternatieve uitvoeringsvorm van de centreerinrichting zoals getoond in fig. 8, waarbij één doorn ervan geen axiale verplaatsing van de daaraan vastgeklemde buis toestaat; en
Fig. 10 een langsdoorsnede is van een andere uitvoeringsvorm van de centreerinrichting volgens de uitvinding waarin slechts één van de holle doorns scharnierbaar gekoppeld is met het centrale ondersteunende lichaam.
De bijzondere strukturele vormen welke hier getoond worden zijn hypothetisch en hebben betrekking op het vertikale samenstel van buizen dat de verankering van een drijvend platform vormt, in het inwendige waarvan de centreerinrichting is bevestigd door de zwaartekracht, maar het is duidelijk dat met eenvoudige toevoegingen dezelfde uitvinding een even effektieve verbinding tussen zowel schuin staande als horizontale buizen mogelijk maakt. Verder zijn in de voor de eenvoud van illustratie gekozen configuratie de radiale bedieningsorganen werkzaam tussen het centrale ondersteunende lichaam en de holle stang en de relatieve bedieningskamers zijn gemaakt in de holle stang, maar de bedieningsorganen zouden evengoed ook werkzaam kunnen zijn tussen het centrale ondersteunende lichaam en het holle lichaam en derhalve zouden de relatieve bedieningskamers aangebracht kunnen zijn in het holle lichaam of werkelijk in het centrale ondersteunende lichaam.
Verder wordt opgemerkt dat voor de eenvoud van illustratie de hydraulische middelen voor het toevoeren en besturen van de fluïda en de andere aanvullende inrichtingen zoals de sensors, de positie- en drukomzetters en de verschillende electrische en electronische inrichtingen welke zijn samengevoegd in één enkele hydraulische centrale eenheid niet worden getoond in de tekening omdat dergelijke inrichtingen algemeen bekend zijn en geen inventieve elementen van de uitvinding vormen. Op een gelijksoortige wijze worden de geledingen tussen het centrale ondersteunende lichaam en het holle lichaam van het axiale bedie-ningsorgaan voor de eenvoud van illustratie getoond in de vorm van een bol maar een willekeurige andere opbouw, gekozen uit de vele die binnen de stand van de techniek bekend zijn, kan toegepast worden om rotatie van de doorn ten opzichte van het centrale ondersteunende lichaam mogelijk te maken.
Onder verwijzing naar de tekening waarin overeenkomstige elementen worden aangeduid door hetzelfde verwij- zingscijfer, duiden verwijzingscijfers 1 en 2 respektieve-lijk de twee buizen aan die aan de einden daarvan verbonden dienen te worden door middel van de inwendige cen-treerinrichting volgens de uitvinding, gevormd door een centraal ondersteunend lichaam 3 dat zich in hoofdzaak axiaal uitstrekt, waarop twee volmaakt identiek holle doorns 4 respektievelijk 5 zijn bevestigd. De holle doorns 4 en 5 zijn symmetrisch ten opzichte van elkaar aangebracht (zie in het bijzonder fig. l en 2) op het centrale lichaam 3 en zijn geleed aan de einden van het centrale lichaam door middel van verbindingen 6 en 7. Elke holle doorn 4 of 5 wordt gevormd door een buitenste buigzame huls 8 die veerkrachtig is gemaakt door hulsveren zoals duidelijk wordt getoond in fig. 1, welke doorn aan de einden daarvan is voorzien van klauwen 9 voor een radiale klemming tegen de binnenwand van de buis en is ingericht voor een radiale spreiding door middel van een inwendig axiaal bedieningsorgaan dat hydraulisch is en twee tegengestelde schroefdraden heeft, welk bedieningsorgaan bestaat uit een hol lichaam 10 waarvan één einde scharnier-baar gekoppeld is met de genoemde verbinding 6 of 7 en een ringvormig uitsteeksel 11 omvat dat twee ringvormige bedieningskamers 12 respektievelijk 13 bepaalt, met een ringvormige mantel 14 die zodanig wordt ondersteund dat deze axiaal kan schuiven op het holle lichaam 10 en wigvormige expansiekoppen 15 omvat. De ringvormige kamer 13 wordt verder eveneens bepaald door een holle stang 16 die eveneens is ingericht om axiaal te schuiven, en concentrisch binnen de mantel 14 is aangebracht waarmee de stang de ringvormige bedieningskamer 17 bepaalt, waarbij de stang eveneens wordt ondersteund door het holle lichaam 10 en aan het einde daarvan dat zich buiten de ringvormige mantel 14 bevindt, wigvormige expansiekoppen 18 omvat alsmede de bedieningskamers 19 voor een serie van tenminste drie radiale bedieningsorganen 20 welke werkzaam zijn tussen het centrale lichaam 3 en de stang 16.
De werkwijze en werkingsvolgorde van een dergelijke inwendige centreerinrichting zijn als volgt.
Wanneer de centreerinrichting eenmaal is aangebracht in de buizen 1 en 2, wordt deze vastgezet in een positie waarin elke doorn 4 en 5 een enkele buis (zie fig. 3) kan klemmen. Vervolgens wordt vanaf de hydraulische centrale eenheid 21 en via geschikte pijpen zoals 22 en 23 die worden getoond in fig. 1 en 2, fluïdum onder druk toegevoerd aan de ringvormige kamers 12 en 13 hetgeen tot gevolg heeft dat deze dankzij de twee tegengestelde schroefdraden op de ringvormige mantel 14 en de holle stang 16 bewegen, waarna de wigvormige expansiekoppen 15 en 18 aldus de klauwen 9 op de buigzame hulzen 8 van de doorns 4 en 5 tegen het binnenoppervlak van de buizen 1 en 2 drukken (zie fig. 4). Nadat de buizen op de juiste wijze geklemd zijn, worden bekende middelen gebruikt voor het omhoog brengen van de aangrenzende randen van de buizen 1 en 2 voor het bepalen van de achtereenvolgende benodigde bewerkingen ervoor zodat zij de vereiste vorm aannemen en tegenover elkaar liggen zodat zij verbonden kunnen worden. In het bijzonder worden de radiale bedieningsorganen 20 voor dit doel gebruikt, waarbij fluïdum onder druk in de kamer 19 één buis op één lijn brengt met de andere, werkend op basis van vier vrijheidsgraden: twee rotaties en twee dwarsverplaatsingen (zie fig. 5). De plaatsing wordt dan voltooid door de relatieve axiale verplaatsing van de buizen die uitgevoerd wordt door een variatie in de hoeveelheid fluïdum in de kamers 12 en 13 totdat de randen van de buizen zelf (zie fig. 6) aan elkaar grenzen. Na verbinding of wanneer dit opportuun is, worden de doorns 4 en 5 tenslotte losgemaakt door het verminderen van de druk in de voornoemde kamers terwijl anderzijds de ringvormige kamers 17 tussen de holle stangen en de ringvormige mantels 14 onder druk worden gezet.
Fig. 7 toont een inwendige centreerinrichting die in hoofdzaak identiek is aan die van fig. 1 behalve dat één van de twee doorns daarvan, aangeduid met 5', geen axiale verplaatsing toestaat van de buis 2 die daaraan vastgeklemd is. Dit geeft de vereenvoudiging dat het holle lichaam 10' dat scharnierbaar is gekoppeld bij 7 óp het centrale ondersteunende lichaam 3 zich uitstrekt tot de positie van de holle stang 16 en eindigt bij de wigvormige expansiekoppen 18, Op deze wijze bepaalt de ringvormige mantel 14 slechts twee ringvormige bedieningskamers 12 respektievelijk 13'.
De inwendige centreerinrichting volgens fig. 8 verschilt van die volgens fig. 1 of 2 uitsluitend in het opzicht dat de holle doorns 4 en 5 scharnierbaar gekoppeld zijn met het centrale ondersteunende lichaam 3 in een seriële opstelling van de werkelijke doorns in plaats van een symmetrische opstelling daarvan.
De inwendige centreerinrichting die wordt getoond in fig. 9 is gelijksoortig aan die volgens fig. 8 behalve dat gebruik wordt gemaakt van één doorn 5' die geen axiale verplaatsing toestaat en daarom de vereenvoudiging omvat die reeds is verschaft door de centreerinrichting in fig.
7.
Tenslotte toont fig. 10 een inwendige centreerinrichting met een enkele doorn 5 die scharnierbaar is gekoppeld met de centrale lijn rond het centrale ondersteunende lichaam 3. De andere doorn 4' die niet geleed is heeft duidelijk geen radiale bedieningsorganen nodig maar is voor het overige struktureel identiek aan de eerste doorn.

Claims (10)

1. Inwendige centreerinrichting, in het bijzonder voor de verbinding van einden van buizen, omvattende een centraal ondersteunend lichaam alsmede expansiemiddelen voor een radiale klemming tegen de binnenwanden van de te verbinden buizen, met het kenmerk, dat de expansiemiddelen bestaan uit twee holle doorns die zijn aangebracht op het centrale ondersteunende lichaam dat daar doorheen gaat en zich in hoofdzaak axiaal uitstrekt, waarbij tenminste één van de doorns is ingericht voor een axiale beweging en tenminste één van de doorns scharnierbaar gekoppeld is met het centrale ondersteunende lichaam en is voorzien van tenminste drie radiale bedieningsorganen die voldoende ver vanaf de overeenkomstige geleding is aangebracht voor een hoekpositionering van de doorn zelf ten opzichte van het centrale ondersteunende lichaam, waarbij elke doorn bestaat uit een buitenste veerkrachtige huls die radiaal gespreid kan worden door de werking van een inwendig axiaal bedieningsorgaan dat hydraulisch is en twee tegengestelde schroefdraden heeft.
2. Centreerinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het inwendige axiale bedieningsorgaan dat hydraulisch is en twee tegengestelde schroefdraden voor de axiaal beweegbare doorn omvat, bestaat uit een hol lichaam dat aan één einde scharnierbaar gekoppeld is met het centrale lichaam en in de nabijheid van het einde een ringvormig uitsteeksel heeft dat twee ringvormige bedie-ningskamers bepaalt met een ringvormige mantel die wordt ondersteund om axiaal te schuiven op het holle lichaam en wigvormige expansiekoppen heeft aan het einde ervan dat zich dicht bij de geleding van het holle lichaam bevindt, waarbij de tweede van de ringvormige kamers dan wordt bepaald door een holle stang die eveneens is ingericht om axiaal te schuiven en concentrisch is aangebracht binnen de mantel waarmee deze eveneens een derde ringvormige bedieningskamer bepaalt, waarbij de stang zelf wordt ondersteund door het holle lichaam en aan het einde daar van dat tevoorschijn komt uit de ringvormige mantel wigvormige expansiekoppen heeft.
3. Centreerinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het inwendige hydraulische axiale bedienings-orgaan met de twee tegengestelde schroefdraden voor de axiaal onbeweegbare doorn bestaat uit een hol lichaam dat aan één einde scharnierbaar is gekoppeld met het centrale ondersteunende lichaam, aan het andere einde wigvormige expansiekoppen omvat en een ringvormig uitsteeksel omvat dat twee ringvormige bedieningskamers bepaalt met een ringvormige mantel welke zodanig wordt ondersteund dat deze axiaal kan schuiven op het holle lichaam, en aan het einde daarvan nabij de geleding van het holle lichaam wigvormige expansiekoppen heeft.
4. Centreerinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de flexibele huls van de holle doorns veerkrachtig is gemaakt door middel van hulsveren.
5. Centreerinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de flexibele huls van de holle doorns veerkrachtig is gemaakt door middel van bladveren.
6. Centreerinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de holle doorns zodanig zijn bevestigd dat deze symmetrisch ten opzichte van elkaar op het centrale ondersteunende lichaam zijn aangebracht.
7. Centreerinrichting volgens conclusie l, met het kenmerk, dat de holle doorns in serie met elkaar zijn aangebracht op het centrale ondersteunende lichaam.
8. Centreerinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de flexibele huls op elke holle doorn aan de einden daarvan is voorzien van klauwen voor een radiale klemming tegen de binnenwand van de te verbinden buis.
9. Centreerinrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de radiale bedieningsorganen werkzaam zijn tussen het centrale ondersteunende lichaam en het einde van de holle stang dat tevoorschijn komt uit de ringvormige mantel en de betreffende bedieningskamers zijn gevormd in de holle stang.
10. Centreerinrichting volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de radiale bedieningsor- ganen werkzaam zijn tussen het centrale lichaam en het holle lichaam en de relatieve bedieningskamers zijn gevormd in het holle lichaam of in het centrale lichaam.
NL9100219A 1990-02-07 1991-02-07 Inwendige centreerinrichting, in het bijzonder voor het door lassen verbinden van de tegenover elkaar gelegen einden van twee aangrenzende buizen. NL192506C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
IT01928190A IT1237971B (it) 1990-02-07 1990-02-07 Centratore interno particolarmente adatto per l'accoppiamento di testa di tubi
IT1928190 1990-02-07

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL9100219A true NL9100219A (nl) 1991-09-02
NL192506B NL192506B (nl) 1997-05-01
NL192506C NL192506C (nl) 1997-09-02

Family

ID=11156370

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9100219A NL192506C (nl) 1990-02-07 1991-02-07 Inwendige centreerinrichting, in het bijzonder voor het door lassen verbinden van de tegenover elkaar gelegen einden van twee aangrenzende buizen.

Country Status (14)

Country Link
US (1) US5186441A (nl)
JP (1) JPH06339792A (nl)
CN (1) CN1024038C (nl)
AU (1) AU636444B2 (nl)
BR (1) BR9100489A (nl)
CA (1) CA2035799C (nl)
DE (1) DE4103733A1 (nl)
DK (1) DK171375B1 (nl)
FR (1) FR2657924B1 (nl)
GB (1) GB2240945B (nl)
IT (1) IT1237971B (nl)
MX (1) MX174624B (nl)
NL (1) NL192506C (nl)
NO (1) NO175463C (nl)

Families Citing this family (17)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US6286823B1 (en) * 1996-03-06 2001-09-11 Manfred A. Morghen Workpiece indexing and clamping system
GB2340858A (en) * 1998-08-24 2000-03-01 Weatherford Lamb Methods and apparatus for facilitating the connection of tubulars using a top drive
US7165609B2 (en) * 2000-03-22 2007-01-23 Noetic Engineering Inc. Apparatus for handling tubular goods
NO320661B1 (no) * 2002-05-10 2006-01-16 Advanced Prod & Loading As Anordning for sammenkoblinger av rorledninger
NO20090323A (no) * 2009-01-21 2010-01-25 Evald Holstad Plugg for setting i et rør
JP5908071B2 (ja) * 2012-05-16 2016-04-26 新日鉄住金エンジニアリング株式会社 金属パイプの接合装置及びそれを用いた金属パイプの接合方法
CN102773652A (zh) * 2012-08-10 2012-11-14 浙江大学舟山海洋研究中心 长圆管焊接自动对中固定装置
CN103586621B (zh) * 2013-11-28 2015-12-02 昆山华恒焊接股份有限公司 管件法兰焊接定位装置
CN104057230A (zh) * 2014-06-19 2014-09-24 山东电力建设第一工程公司 焊接式共箱母线对口固定卡具
CN106764062B (zh) * 2016-11-17 2018-10-12 浙江海洋大学 一种海底管路铺设辅助装置
CN106481884B (zh) * 2016-11-17 2018-10-12 浙江海洋大学 一种多功能海洋管线铺设船
CN106481882B (zh) * 2016-11-17 2018-09-14 浙江海洋大学 一种海洋管线铺设装置及铺设方法
CN106481883B (zh) * 2016-11-17 2018-09-14 浙江海洋大学 一种海洋管线铺设船
CN109500542B (zh) * 2018-12-26 2024-04-26 中国建筑第八工程局有限公司 管道焊接用的定位装置及其施工方法
CN111992939B (zh) * 2020-08-27 2022-03-01 无锡市新莱珂机械有限公司 一种焊接胀芯及其限位安装机构和脱料机构
CN111995003B (zh) * 2020-09-11 2021-03-23 中山博力高电子有限公司 一种饮用水反渗透净水机过滤组件制造组装系统
CN113510432A (zh) * 2021-04-16 2021-10-19 睿信泰智能科技(昆山)有限公司 组合式组对胀芯工装

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR1240158A (fr) * 1958-09-24 1960-09-02 Kraftanlagen Ag Dispositif de centrage pour souder des tuyaux bout à bout
US3069930A (en) * 1961-10-11 1962-12-25 Marion A Stephenson Boring bar adapter
US3498518A (en) * 1967-07-27 1970-03-03 Guild Metal Joining Equipment Combination pipe welding and testing mandrel
US3566505A (en) * 1969-06-09 1971-03-02 Hydrotech Services Apparatus for aligning two sections of pipe
US3750451A (en) * 1970-04-15 1973-08-07 Brown & Root Internal tensioning system for laying pipeline
DE2205772B2 (de) * 1972-02-08 1975-08-28 Josef Dipl.-Ing. 8900 Augsburg Schmid Vorrichtung zum Verbinden der koaxial angeordneten Bewehrungsstäbe von zwei Betonfertigteilen
FR2329401A1 (fr) * 1975-10-27 1977-05-27 Socea Procede de centrage et alignement reciproque de deux tubes en vue de leur soudure bout a bout
US4387845A (en) * 1980-10-30 1983-06-14 Mefferd Roy J Method and apparatus for holding and cooling a metal tube during welding
FR2571997A1 (fr) * 1984-10-22 1986-04-25 Alsthom Atlantique Mandrin interne pour operation d'assemblage bout a bout de deux troncons de tube par soudage

Also Published As

Publication number Publication date
NO175463C (no) 1994-10-19
DK20091A (da) 1991-08-08
US5186441A (en) 1993-02-16
MX174624B (es) 1994-05-30
NL192506B (nl) 1997-05-01
BR9100489A (pt) 1991-10-29
IT1237971B (it) 1993-06-19
IT9019281A1 (it) 1991-08-08
AU7080391A (en) 1991-08-08
GB9102578D0 (en) 1991-03-27
JPH06339792A (ja) 1994-12-13
CN1056344A (zh) 1991-11-20
NL192506C (nl) 1997-09-02
FR2657924B1 (fr) 1993-07-30
AU636444B2 (en) 1993-04-29
NO910435D0 (no) 1991-02-05
CA2035799C (en) 2002-04-30
GB2240945A (en) 1991-08-21
NO910435L (no) 1991-08-08
NO175463B (no) 1994-07-11
GB2240945B (en) 1993-09-08
CA2035799A1 (en) 1991-08-08
CN1024038C (zh) 1994-03-16
DK20091D0 (da) 1991-02-06
IT9019281A0 (it) 1990-02-07
DE4103733A1 (de) 1991-08-14
DK171375B1 (da) 1996-10-07
FR2657924A1 (fr) 1991-08-09
DE4103733C2 (nl) 1993-07-29

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL9100219A (nl) Inwendige centreerinrichting, in het bijzonder geschikt voor het verbinden van de einden van buizen.
RU2401187C2 (ru) Устройство центровки и прижима трубчатых элементов
US9962795B2 (en) Internal line-up clamps for welding pipes
EP2652243B1 (en) Plugging device
EP0628378A2 (en) Internal line up clamp
BR0102262A (pt) Braçadeira e aparelho de manuseio de tubos
US5356067A (en) Internal line up clamp
DK168928B1 (da) Fremgangsmåde og apparat til indsætning af en stiv understøtning i en muffe til sammenføjninger af elektriske kabler
NL8502874A (nl) Inwendige klauwplaat voor gebruik in het stomp aan elkaar bevestigen van twee buizen door lassen.
ES2183112T3 (es) Dispositivo de expansion para formar manguitos de union en los extremos de tubos de material plastico o complejo plastico-aluminio.
US6415722B1 (en) Remote-controlled vehicle for operations inside pipelines
US4235013A (en) Tube guide-expander
JPH04131589A (ja) プラスチックパイプ接続方法及びパイプ接続部
ES2044383T3 (es) Dispositivo de union para tuberias a presion o similares..
CA1134453A (en) Pipe resistance butt welding apparatus
GB2069387A (en) Apparatus for Expanding Tubular Members
US4216569A (en) Method for installing a tube in a heat exchanger tube sheet
RU2079763C1 (ru) Устройство для автоматического соединения патрубков
SU965686A1 (ru) Устройство дл сборки цилиндрических конструкций
EP0527515B1 (en) Pincer grab
RU2185563C2 (ru) Устройство для обжатия муфт на концах рукавов
AU592497B2 (en) A method of effecting a single joint between two pipes
SU1756088A1 (ru) Внутренний центратор дл сборки под сварку кольцевых стыков
SU897448A1 (ru) Центратор дл сборки под сварку цилиндрических изделий
NL8300123A (nl) Werkwijze voor het koppelen van een pijpstuk alsmede een inrichting voor het uitvoeren van deze werkwijze.

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20080901