NL9000717A - Lichtpaneel. - Google Patents

Description

Lichtpaneel.

De uitvinding heeft betrekking op een lichtpaneel, dat voordelen vertoont ten opzichte van de typen lichtpanelen, welke thans bestaan.

Dit paneel volgens de uitvinding behoort tot de groep, bestaande uit een plaat van een transparant materiaal, dat via de zijden daarvan wordt belicht en het waarnemen van tekens en tekeningen op de plaat mogelijk maakt, waarbij volgens de uitvinding nieuwe effecten worden gesorteerd, welke tot verbeteringen leiden ten opzichte van die, welke men eerder met soortgelijke uitvoeringsvormen heeft verkregen.

Er zijn panelen bekend, welke bestaan uit platen van glas of een transparant materiaal, aan ëën van de oppervlakken waarvan zich tekens bevinden, welke zijn aangebracht door schilderen, sérigraphie of fixering, en welke tekens verlicht lijken te zijn wanneer men naar ten minste één van de uiteinden van de platen een lichtbundel toevoert.

Bij alle bekende constructies zijn de tekens uitsluitend op één of op de twee buitenoppervlakken van het paneel bevestigd.

Eén van de kenmerken van het lichtpaneel volgens de uitvinding is, dat de tekens en de tekeningen zich in het inwendige van het lichaam van transparant materiaal bevinden, dat het hoofdpaneel van de inrichting vormt. Het betreffende paneel wordt bij voorkeur gevormd door drie of meer naast elkaar gelegen platen van glas of een soortgelijk materiaal, en de tekens of tekeningen worden gevormd door groeven of insnijdingen met een geringe diepte in de buitenste elementaire platen.

Het mechanisme, dat leidt tot het waarnemen van de tekens of tekeningen bestaat uit een aantal reflecties en diffusies van het licht bij de oppervlakken van de insnijdingen, welke in deze transparante platen zijn aangebracht.

Het resultaat, dat een sterk visueel en esthetisch effect heeft, wordt verkregen door de tekens en grafische voor- stellingen, welke getekend schijnen te zijn en soms zijn omgeven door een lichte ring, welke bijdraagt tot het effect en de afwijking daarvan.

Een ander kenmerk is gelegen in de wijze waarop de belichting van het samengestelde paneel van transparant materiaal bij de uiteinden daarvan plaatsvindt en de kritische plaats van de lichtbron ten opzichte van de oppervlakken, welke in kontakt staan met de grondplaten, welke de plaats of het transparante lichaam van het nieuwe paneel vormen.

De uitvinding zal onderstaand nader worden toegelicht onder verwijzing naar de tekening. Daarbij toont: fig. 1 een dwarsdoorsnede van een lichaam van een paneel van het beschreven type; en fig. 2 een vergroot detail van het gedeelte van het paneel volgens de uitvinding, dat de aan te bieden tekens en figuren bevat.

De door de verwijzingen in de tekeningen aangegeven elementen komen overeen met de hierna aangegeven gedeelten.

Het paneel volgens de uitvinding bestaat in wezen uit een plaat bestaande uit een transparant materiaal, een raam, dat deze plaat omgeeft en verlichtingsorganen, welke bij voorkeur in het raam zijn ondergebracht.

De transparante plaat, welke in de tekening met de verwijzing 1 is aangegeven, bestaat uit drie naast elkaar opgestelde bladen van ten minste één transluciede materiaal, zoals glas, methyleenmethacrylaat of dergelijke, dat een totale transparantie en zuiverheid bezit, en welk materiaal de overdracht van het licht in alle richtingen daardoor mogelijk maakt. Van de betreffende bladen, welke in de tekening met de verwijzingen 2, 3 en 4 zijn aangegeven, zijn de naast elkaar gelegen oppervlakken in aanraking met elkaar, zonder dat daartussen een ander element aanwezig is.

Een fundamentele eigenschap van het paneel volgens de uitvinding is, dat de tekens en tekeningen, welke dit paneel bezit, precies in één of in de twee oppervlakken van het centrale blad, en welke respectievelijk overeenkomen met de buitenbladen 2 en 3, zijn gelegen.

De tekens en tekeningen worden gerealiseerd door insnijdingen in de betreffende oppervlakken, welke in deze oppervlakken binnendringen met angulaire configuraties, die een verschillende helling en diepte vertonen, of een andere vorm hebben.

Het binnendringen van het licht in de samengestelde plaat 1 vindt plaats via éën van de uiteinden daarvan.

Het licht beweegt zich tussen het transluciede materiaal, dat de bladen 2, 3 en 4 vormt, zodanig, dat het bij de samenstellende oppervlakken van de insnijdingen 7 van de bladen arriveert, zoals uit figuur 2 blijkt, waardoor een aantal lichtreflecties ontstaat. Het totale resultaat bestaat uit de vorming van verlichte lijnen en sectoren, welke de betreffende tekens en tekeningen bepalen. Het licht beweegt zich derhalve parallel door de oppervlakken van de platen, zoals door de pijlen in figuur 1 is aangegeven, en reflecteert in de oppervlakken, welke door de insnijdingen in de oppervlakken van de platen worden gevormd. Vervolgens treedt het licht naar buiten uit in een richting, welke loodrecht staat op of helt ten opzichte van de buitenoppervlakken van de platen. Als resultaat neemt de waarnemer de lichtende lijn van de grafische motieven met een zeer aantrekkelijk visueel en esthetisch effect waar.

Een ander kenmerk van het lichtpaneel volgens de uitvinding is, dat de verlichting van de plaat 1, zoals boven vermeld, zodanig nauwkeurig plaatsvindt, dat de lichtflux in het lichaam van de plaat 1 in het centrale gedeelte ten opzichte van de oppervlakken van de centrale plaat binnendringt. Hiertoe moet de hardlijn 8 van de lichtbron samenvallen met het middenvlak 9 van de plaat 1 d.w.z. het symmetrievlak van de oppervlakken 5 en 6 van het centrale blad 3, wanneer zoals in de tekening de drie bladen dezelfde dikte hebben.

Het omtreksraam 10 van het paneel volgens de uitvinding kan een conventionele configuratie bezitten doch heeft bij voorkeur een ondersteuningsstructuur, welke de stijfheid en de bescherming van het paneel 1 verzekert en tegelijkertijd de lichtbron bergt. Het raam kan bestaan uit twee of meer metalen profielen, welke door kopschroe-ven en dergelijke zijn bevestigd, aangevuld door buitenprofielen om een tegelijkertijd funktionele en dekoratieve ondersteuning te bepalen. De holle configuratie van het raam maakt het mogelijk de lichtbron 11 in het inwendige daarvan in een longitudinale opstelling mogelijk te maken. Deze bron is evenwijdig aan ten minste één van de uiteinden van het paneel 1 en bezit de reeds aangegeven funktionele positie ten aanzien van de plaats van het opwekken van de lichtflux ten opzichte van de oppervlakken van het centrale blad 3.

Afhankelijk van de afmetingen van het paneel kan de lichtbron bestaan uit een fluorescentiebuis, een neon-of een andere gasontladingsbuis.

Het licht, dat via een zijde of zijden van het paneel 1 binnentreedt, heeft als enige funktie de reflectie daarvan aan de schuine vlakken van de insnijdingen, welke de tekens en de tekeningen vormen. De diffusie van het licht door het inwendige van het paneel geschiedt onder gebruik van de maximale lichtflux. Hiertoe bedekt men de uiteinden van het paneel 1 door een reflecterende band, met een glanzende afwijking, ofwel in zwart of in wit, afhankelijk van het geval en het effect, dat van belang is.

Claims (2)

1. Lichtpaneel van het type, dat gevormd wordt door een verlicht transparant paneel voor het aanbieden van tekens en tekeningen, met het kenmerk, dat het paneel bestaat uit een transluciede materiaal, dat door ten minste drie bladen van het genoemde materiaal wordt bepaald, en welke bladen de aan te bieden grafische motieven voeren in de vorm van bout-reliëfs, welke worden gevormd door insnijdingen in de oppervlakken van de centrale plaat en eventueel in de aanliggende oppervlakken van de buitenste bladen, waarbij de belichting van het paneel plaatsvindt via ten minste één lichtbron met longitudinale configuratie, welke parallel aan één van de uiteinden van de plaat is opgesteld, van welke lichtbron de hartlijn samenvalt met het middenvlak van het paneel, en waarbij de lichtbron zich in het inwendige van een langwerpig kastvormig lichaam bevindt, dat met ten minste één van de uiteinden van de samengestelde plaat samenvalt.

2. Lichtpaneel volgens conclusie 1 met het kenmerk, dat de lijnen, welke de tekens en grafische motieven bepalen, uit hoekinsnijdingen met zijden met een variabele helling en een geringe diepte bestaan.