NL8900076A - Samenstelling voor orale hygiene. - Google Patents
Samenstelling voor orale hygiene. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8900076A NL8900076A NL8900076A NL8900076A NL8900076A NL 8900076 A NL8900076 A NL 8900076A NL 8900076 A NL8900076 A NL 8900076A NL 8900076 A NL8900076 A NL 8900076A NL 8900076 A NL8900076 A NL 8900076A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- oral hygiene
- same
- polymer
- chlorhexidine
- hygiene composition
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61K—PREPARATIONS FOR MEDICAL, DENTAL OR TOILETRY PURPOSES
- A61K8/00—Cosmetics or similar toiletry preparations
- A61K8/18—Cosmetics or similar toiletry preparations characterised by the composition
- A61K8/30—Cosmetics or similar toiletry preparations characterised by the composition containing organic compounds
- A61K8/40—Cosmetics or similar toiletry preparations characterised by the composition containing organic compounds containing nitrogen
- A61K8/43—Guanidines
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61K—PREPARATIONS FOR MEDICAL, DENTAL OR TOILETRY PURPOSES
- A61K8/00—Cosmetics or similar toiletry preparations
- A61K8/18—Cosmetics or similar toiletry preparations characterised by the composition
- A61K8/30—Cosmetics or similar toiletry preparations characterised by the composition containing organic compounds
- A61K8/40—Cosmetics or similar toiletry preparations characterised by the composition containing organic compounds containing nitrogen
- A61K8/41—Amines
- A61K8/416—Quaternary ammonium compounds
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61K—PREPARATIONS FOR MEDICAL, DENTAL OR TOILETRY PURPOSES
- A61K8/00—Cosmetics or similar toiletry preparations
- A61K8/18—Cosmetics or similar toiletry preparations characterised by the composition
- A61K8/72—Cosmetics or similar toiletry preparations characterised by the composition containing organic macromolecular compounds
- A61K8/84—Cosmetics or similar toiletry preparations characterised by the composition containing organic macromolecular compounds obtained by reactions otherwise than those involving only carbon-carbon unsaturated bonds
- A61K8/88—Polyamides
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61Q—SPECIFIC USE OF COSMETICS OR SIMILAR TOILETRY PREPARATIONS
- A61Q11/00—Preparations for care of the teeth, of the oral cavity or of dentures; Dentifrices, e.g. toothpastes; Mouth rinses
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61K—PREPARATIONS FOR MEDICAL, DENTAL OR TOILETRY PURPOSES
- A61K2800/00—Properties of cosmetic compositions or active ingredients thereof or formulation aids used therein and process related aspects
- A61K2800/40—Chemical, physico-chemical or functional or structural properties of particular ingredients
- A61K2800/52—Stabilizers
Landscapes
- Health & Medical Sciences (AREA)
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Public Health (AREA)
- Veterinary Medicine (AREA)
- Animal Behavior & Ethology (AREA)
- General Health & Medical Sciences (AREA)
- Epidemiology (AREA)
- Birds (AREA)
- Oral & Maxillofacial Surgery (AREA)
- Cosmetics (AREA)
- Acyclic And Carbocyclic Compounds In Medicinal Compositions (AREA)
- Pharmaceuticals Containing Other Organic And Inorganic Compounds (AREA)
- Addition Polymer Or Copolymer, Post-Treatments, Or Chemical Modifications (AREA)
Description
f κ·
Samenstelling voor orale hygiëne.
De uitvinding heeft betrekking op samenstellingen voor orale hygiëne en op methoden voor toepassen van deze samenstellingen voor verhinderen of remmen van de groei van bacteriën op tandopper-vlakken.
5 Het verhinderen van de hechtende afzetting van tandplaque op tanden van zoogdieren (in het bijzonder mensen) is zeer gewenst. Tandplagnetreedtgp wanneer cariogene en andere typen bacteriën zich ophopen in koloniën op het oppervlak van tanden en een afzetting vormen, die stevig aan het oppervlak hecht. Aangenomen wordt, dat 10 het af zetten van plaque op het oppervlak van een tand één van de eerste trappen is in de ontwikkeling van tandcaries en periodontale aandoeningen.
Er zijn vele pogingen gedaan het afzetten van plaque op tandoppervlakken te voorkomen en verwijderen van plaque van deze 15 oppervlakken te doen plaatshebben. Borstelen, tandenstokers en de toepassing van orale irrigators en interdentale stimulatoren zijn geprobeerd. Deze behandelingen zijn echter niet volledig een succes en moeten vaak aangevuld worden door periodieke behandelingen door tandprofessionals.
20 in aanvraagsters recent gepubliceerde Europese octrooi- schrift 0,182.523A wordt geleerd, dat bepaalde farmaceutische samenstellingen (als daarin gedefinieerd) zeer effektief zijn in verhinderen of sterk verminderen van (a) het koloniseren van tandoppervlakken of gesimuleerde tandoppervlakken door cariogene en andere micro-25 organismen, die gewoonlijk in een orale omgeving worden gevonden en (b) de hechtende afzetting op tandoppervlakken van tandplaque als gevolg van deze microorganismen.
De bereiding van polymeren voor toepassen in de hiervoor genoemde farmaceutische samenstellingen wordt beschreven in EP 30 0.182.523A, waarvan de inhoud als hier ingelast dient te worden be schouwd.
Chloorhexidine is een kationogeen antisepticum, dat gedurende meer dan 20 jaren op grote schaal is toegepast door de medische professie als lokaal toe te passen antibacterieel middel; 35 de bereiding daarvan wordt beschreven in het Britse octrooischrift UK 705.838. Vermeld wordt (Löe en medew., Journal of Periodontal Research, 1970, Vol 5, blz. 79-83), dat chloorhexidine toegepast kan worden als antisepticum in orale omgeving en dat in bepaalde geval- 8900076 c"1 * 4 - 2 - len chloorhexidine kennelijk de neiging heeft tanden te verkleuren. Een dergelijk verkleuren blijkt een eigenschap te zijn, die gemeen is aan kationogene antiseptica. Aangetoond is (Addy et al, Journal of Periodontal Research, volume 9, blz. 134-140), dat een dergelijk 5 verkleuren het resultaat is van een wisselwerking tussen het kationo gene antisepticum en voedselbestanddelen, in het bijzonder die, welke rijk zijn aan tanninen, bijvoorbeeld koffie, thee of rode wijn.
Gevonden werd nu, dat wanneer bepaalde oppervlakken, bijvoorbeeld tanden of hydroxyapatiet, behandeld worden meteencom-10 binatie van zowel (a) een polymeer, als hierna gedefinieerd, dat bepaalde hangende polyalkyleenoxydeketens heeft als (b) een kationo-geen antibacterieel middel, de resulterende behandelde tandopper-vlakken verrassenderwijze zowel sterkere anti-hechtende als antibacteriële eigenschappen hebben voor bepaalde microorganismen, 15 dat wil zeggen de combinatie kan controle geven van zogenaamd "biologische vervuilen" van tandoppervlakken.
In aanwezigheid van het polymeer kunnen inderdaad equivalente antibacteriële effekten worden waargenomen, wanneer het tand-oppervlak wordt behandeld met een lagere concentratie van een oplos-20 sing van het antibacteriële middel. Verder werd verrassenderwijze gevonden, (1) dat de hiervoor genoemde neiging voor verkleuren met chloorhexidine tenminste wordt verminderd, er vaak geen toename is van het verkleuren, ook wanneer meer chloorhexidine in aanwezigheid van het polymeer op het tandoppervlak wordt geadsorbeerd, (2) de 25 antibacteriële eigenschappen van bepaalde kationogene antibacteriële middelen, bijvoorbeeld chloorhexidine en alexidine, op gesimuleerde tandoppervlakken versterkt worden, wanneer het oppervlak achtereenvolgens wordt behandeld met of met een combinatie van, een zuur polymeer, bijvoorbeeld Polymer 93W (als hierna gedefinieerd) en het hiervoor 30 genoemde middel; en (3) waar restauraties, bijvoorbeeld Occlusion (RTM) , Opalux, Silux en Valux P50, enzovoort verkleurd worden door kationogene antiseptica, wordt dit verkleuren tenminste verminderd in aanwezigheid van het polymeer. Het zal duidelijk zijn, dat verminderen van het verkleuren van tenminste de voortanden bijzonder ge-35 wenst is.
Door de uitvinding wordt een orale hygiënesamenstelling verschaft, die bevat (1) een effektieve hoeveelheid van een kationogeen antibacterieel middel; en 8900076 .' - 3 - * (2) een effektieve hoeveelheid van tenminste één polymeer, als hierna gedefinieerd, dat één of meer hangende polyalkyleenoxyde-groepen heeft.
Als voorbeelden van kationogene antibacteriële middelen, 5 die in de onderhavige uitvinding toegepast kunnen worden, kunnen on der andere worden genoemd benzalkoniumchloride, bispyridineaminen, bijvoorbeeld octenidine en bij voorkeur een poly-biguanide, bijvoorbeeld alexidine en liefst een bis-biguanide, bijvoorbeeld chloorhexidine.
10 Onder "polybiguanide" wordt een verbinding verstaan, die in de keten een aantal biguanide-residuen heeft met de formule 1 van het formuleblad of tautomeren daarvan. Vaak zijn er twee, drie of vier van dergelijke in-ketenresiduen in het in de onderhavige uitvinding toegepaste antibacteriële middel. De mogelijkheid wordt echter 15 niet uitgesloten, dat er voldoende zijn voor verschaffen van tenmin ste een grootste deel van de herhalingseenheden van een hoger moleculair polymeer, bijvoorbeeld met een molecuulgewicht.tot ongeveer 10.000.
Het zal duidelijk zijn, dat wanneer een polybiguanide 20 in de onderhavige uitvinding wordt toegepast, dit aanwezig kan zijn als een vrije base; bij voorkeur is het echter aanwezig als een zout daarvan, bijvoorbeeld acetaat of hydrochloride, en liefst, in het bijzonder wanneer het polybiguanide een bis-biguanide is met de onder 2 op het formuleblad weergegeven structuur als het di-gluco-25 naat, dat wil zeggen het di-gluconaat van 1 ,.6-di (4-chloorfenyl-di- guanido)hexaan, dat in de techniek bekend is als chloorhexidine.
De mogelijkheid wordt niet uitgesloten, dat wanneer een polybiguanide, bijvoorbeeld chloorhexidine, in de onderhavige uitvinding wordt toegepast in de vorm van een vrije base, dit op het 30 tandoppervlak aanwezig kan zijn, gemengd (bijvoorbeeld als een zout) met een zuur polymeer,als hierna gedefineerd.
Als mogelijke verklaringen van het grote antibacteriële effekt van de orale hygiënesamenstelling volgens de uitvinding worden gesuggereerd; 35 (1) een stijging in de hoeveelheid op het tandoppervlak geadsorbeerd chloorhexidine; en/of (2) verandering in de sterkte van adsorptie van chloor- het hexidine bi] tandoppervlak, zodanig dat dit meer beschikbaar is voor uitoefenen van het antibacteriële effekt bij het oppervlak; ei/of Ö300076? k - 4 - (3) verandering in de oriëntatie bij het tandoppervlak van geadsorbeerd chloorhexidine, zodanig dat de antibacteriële groepen daarvan meer toegankelijk zijn voor de daarnaar bewegende bacteriën; en/of 5 (4) ionen-paring tussen het kationogene antibacteriële middel en de zuuranionen, indien aanwezig, van het polymeer.
In de samenstelling volgens de uitvinding kunnen meerdere waterstof-bindingen tussen het polymeer en de biguanidekationen bijdragen tot de hiervoor genoemde stijging in hoeveelheid of verande-10 ring in sterkte van adsorptie of oriëntatie.
Polymeren, die aanwezigzijn in de orale hygiënesamenstelling volgens de uitvinding, zijn bij voorkeur zuur, waaronder wordt verstaan, dat er tenminste één aan dat polymeerromp gehechte carbon-zuurgroep is. De mogelijkheid wordt echter niet uitgesloten dat het 15 polymeer amfoteer, basisch of neutraal is, hoewel dit niet de voor keur verdient.
De één of meer hangende polyalkyleenoxydegroepen, die aan de polymeren zijn gehecht, en die aanwezig zijn in de orale hygiënesamens tellingen volgens de uitvinding, zijn bij voorkeur ethyleenoxy-20 degroepen. De mogelijkheid wordt echter niet uitgesloten, dat ten minste een deel daarvan alternatieve poly(lager)alkyleenoxydegroepen zijn, bijvoorbeeld polypropyleen.
Als voorbeelden van polymeren, die aanwezig zijn in de orale hygiënesamenstelling volgens de uitvinding, kunnen onder an-25 dere worden genoemd polymeren, die één of meer herhalingseenheden bevatten met de algemene, op het formuleblad onder 3 weergegeven structuur A en één of meer herhalingseenheden met de op het formuleblad onder 4 weergegeven algemene structuur B, waarin X, die in de herhalingseenheden met de structuur 30 A gelijk of verschillend kunnen zijn en Y, die in de herhalingseen heden met de structuur B gelijk of verschillend kunnen zijn, zijn hydrocarbyl of gesubstitueerde hydroxycarbylresiduen, die een romp voor het polymeer verschaffen; 1 2
Z is -CHR -CHR - of -(CH ) -; waarin, wanneer Z
1 2 2 m 35 -CHR -CHR - is, R , die in dezelfde herhalingseenheid met de structuur B (wanneer n of q 2 of meer is) of inde verschillende herhalingseenheden met de structuur B, gelijk of verschillend kan zijn, is waterstof q o^r hydrocarbylgroep; en 2 - 5 - *
R , die in dezelfde herhalingseenheid met de structuur B
(wanneer n en q 2 of meer is) of in verschillende herhalingseen- heden met de structuur B, gelijk of verschillend kan zijn, is water- 1 2 stof of een hydrocarbylgroep; met dien verstande, dat R en R in 1 2 5 een enkele eenheid -CHR -CHR -0- beiden niet hydrocarbyl kunnen zijn; 3 R , die in dezelfde herhalingseenheid met de structuur B (wanneer q 2 of meer is) of in de verschillende herhalingseenheden met de structuur B gelijk of verschillend kan zijn, is waterstof of 10 een hydrocarbylgroep of een acylgroep, afgeleid van een alkaanzuur met tot vijf koolstofatomen; m, indien aanwezig, een getal is van 2 tot 10; n een getal is van 1 tot 60; p een getal is van 1 tot 4; en 15 q een getal is van 1 tot 4; elke (CO^H) groep via een intermediair of intermediairen L verenigd is met het hydrocarbylresidu X, en in de gevallen, waar p 2 tot 4 is, door L verenigd kan zijn met hetzelfde of verschillende koolstofatomen van X; 20 L dezelfde of verschillend kan zijn in de herhalingseenhe den met de structuur A en is gekozen uit één of meer direkte bindingen en één of meer groepen van atomen, waarbij elke groep een keten van één of meer atomen verschaft voor binden van een (CO^H) groep met X, met dien verstande, dat meer dan twee (CO^H) groepen 25 niet direkt gebonden kunnen zijn aan hetzelfde koolstofatoom in X; 3 elke ((ZO) R ) groep via een intermediair of interme-n q diairen M gebonden is aan het hydrocarbylresidu Y, en in gevallen, waar q 2 tot 4 is, door M verenigd kan zijn met hetzelfde of verschillende koolstofatomen van Y; 30 M in de herhalingseenheden met de structuur B gelijk of verschillend kan zijn en is gekozen uit één of meer direkte bindingen en één of meer groepen of atomen, waarbij elke groep een keten van één of meer atomen verschaft voor binden van een (zo) groep met n Y, met dien verstande, dat meer dan twee (zo) groepen niet direkt n 35 aan hetzelfde koolstofatoom in Y gebonden kunnen zijn; de verhouding van het aantal -CO^H groepen en het aantal (ZO) groepen, in het bijzonder wanneer Z is -CH CH -,is in het tra- Δ £ j eet van 1:20 tot 20:1.
12
Bij voorkeur zijn zowel R alsR , wanneer ze aanwezig 8900076 < * t Η - 6 - zijn, waterstof.
1 2
Wanneer R of R een hydrocarbylgroep is, is dit bij voorkeur een lagere alkylgroep, liefst methyl.
3 R is bij vDorkeur een lagere alkylgroep, liefst methyl.
5 Wanneer Z is - (CH„) is m bij voorkeur 4; dit verschaft 2 m een gemakkelijke bereiding van -(ZO)uit tetrahydrofuran.
Opgemerkt wordt, dat de definitie van het polymeer in de samenstelling (als hiervoor gegeven) ook beoogd een polymeer te omvatten, waarin tenminste enkele van de carboxylgroepen in de herha-10 lingseenheden met de algemene structuur A omgezet zijn in de over eenkomstige zout anionen CO^- (die beschouwd worden als -CO^H groep voor zover dit de verhouding van carboxyl en -ZO- groepen betreft), waarbij de corresponderende kationen bijvoorbeeld die zijn van ammonium (NH^+) of aardalkalimetalen en bij voorkeur alkalimetalen (bij-15 voorbeel- Na+, K ). De mogelijkheid wordt niet uitgesloten, dat het kation afgeleid kan zijn van het kationogene antibacteriële middel op zich; daar het kationogene antibacteriële middel aanwezig is als een zout van het zure polymeer, zodanig dat er nagenoeg geen vrij chloorhexidine in de mond is, is er een neiging dat de verkleuring 20 verder wordt verminderd.
In de algemene structuur A is elke carboxylgroep verenigd met het hydrocarbylresidu X door middel van een intermediair of inter-mediairen (dat wil zeggen door een verbindende eenheid of eenheden), die worden aangeduid door L, welke is gekozen uit één of meer direkte 25 verbindingen (dat wil zeggen één of meer direkte bindingen) en één of meer groepen van atomen, waarbij elke groep een keten verschaft van één of meer atomen voor binden van een carboxylgroep of groepen met X. In gevallen, waar p 2 tot 4 is, kan elke carboxylgroep door L bevestigd zijn aan hetzelfde of, in gevallen waar R meer dan één 30 intermediair voorstelt, aan hetzelfde of verschillende koolstofatomen in X, hoewel meer dan 2 carboxylgroepen natuurlijk niet direkt gebonden kunnen zijn aan hetzelfde koolstofatoom van X (en eveneens aannemend, dat in dergelijke gevallen X tenminste 2 koolstofatomen bevat, terwijl duidelijk zal zijn, dat het binnen het kader van de uit-35 vinding is, dat X slechts 1 koolstofatoom bevat). Opgemerkt wordt, dat in principe R tot 4 afzonderlijke intermediairen in de structuur A kan voorstellen (in gevallen waar p 4 is). L kan in de herhalings-eenheden met de structuur A gelijk of verschillend zijn.
8900076? - 7 -
In gevallen, waarin L één of meer groepen van atomen voorstelt, waarbij elke groep een verbindingsketen van atomen verschaft, zal de keten normaal één of meer koolstofatomen bevatten (die bijvoorbeeld koolstofatomen in een arylring kunnen omvatten) en/of hetero-5 atomen (in het bijzonder N en/of O). Voorbeelden van mogelijke bindin gen, verschaft door L, zijn op het formuleblad weergegeven onder A, waarin (afgezien van de dirékte verbinding) de topverbinding is aan X en de bodemverbinding of verbindingen zijn aan carboxyl. Het verdient in de onderhavige uitvinding echter de voorkeur, dat L één of 10 meer direkte verbindingen is, zodanig dat elke carboxylgroep direkt verenigd is met een koolstofatoom in de polymeerromp.
In de structuur A is p bij voorkeur 1 of 2, liefst 1 (zodat L dein één of ten hoogste twee intermediairen kan voorstellen).
3
In de structuur B is elke (ZO)^ R groep met het hydrocar-15 bylresidu Y verenigd door middel van een intermediair of interme diairen (dat wil zeggen door een verbindingseenheid of eenheden), die worden aangeduid door M, die gekozen is uit één of meer direkte verbindingen (dat wil zeggen één of meer direkte bindingen) en één of meer groepen van atomen, waarbij elke groep een keten van één of 3 20 meer atomen verschaft voor verbinden van een (ZO)^ R groep of groe pen met Y. In gevallen, waarin q 2 tot 4 is, kan elke (ZO)^ R^ door M verenigd zijn met hetzelfde of, in gevallen waar M meer dan één intermediair voorstelt, aan hetzelfde of verschillende koolstof- 3 atomen in Y, hoewel meer dan twee (ZO) R groepen natuurlijk niet n 25 direkt verbonden kunnen zijn met hetzelfde koolstofatoom van Y (en verder aannemend, dat in dergelijke gevallen Y tenminste 2 koolstofatomen bevat, terwijl duidelijk zal zijn, dat het binnen het kader van de uitvinding is, dat Y slechts 1 koolstofatoom bevat). M kan in de herhalingseenheden met de structuur B gelijk of verschillend 30 zijn.
Hoewel M één of meer direkte bindingen kan voorstellen, verdient het in de onderhavige uitvinding de voorkeur, dat M één of meer groepen van atomen is, waarbij elke groep een verbindende keten van atomen verschaft; een dergelijke Keten zal normaal één of meer 35 koolstofatomen bevatten (die bijvoorbeeld koolstofatomen in een aryl ring, bijvoorbeeld benzylether, kan omvatten) en/of heteroatomen (in het bijzonder N en/of 0). Bijzonder geprefereerde voorbeelden van ketens, die verschaft worden door M, zijn die met de formule 5a en 5b van het formuleblad, waarin de topverbinding is aan Y en de bo- 8900076.
- 8 - demverbinding is aan (Z0)n R^.
In de structuur B is q bij voorkeur 1 of 2, liefst 1 (zodat M dan één of ten hoogste twee intermediairen kan voorstellen).
Bij voorkeur stelt de structuur A deherhalingseenheid voor, 5 die kan worden verkregen door de additiepolymerisatie (gewoonlijk door vrije radicalen geïnitieerd) van een polymeriseerbaar olefinisch onverzadigd carbonzuur. Voorbeelden van dergelijke zuren zijn maleïne-zuur of fumaarzuur, itaconzuur, de zuren met de formules 6a en 6b van het formuleblad (respectievelijk N-methacryloylalanine en N-acryloyl-10 hydroxyglycine) en bij voorkeur acrylzuur of methacrylzuur.
Bij voorkeur stelt de structuur B de herhalingseenheid voor, die wordt verkregen door de polymerisatie (gewoonlijk door vrije radicalen geïnitieerd) van een additie-polymeriseerbare olefinisch onverzadigde ester of amine, bereid door de reactie van een 15 onverzadigd carbonzuur (of een veresterbaar of amidiseerbaar derivaat daarvan, zoals een zuurchloride of anhydride) en een hydroxylverbin- 3 ding met de formule HO (ZO) R (ter vorming van de ester) of een n 3 amine met de formule H_N (ZO) R (ter vorming van het amide).
2 n
Bij voorkeur is het zuur, waarvan de structuur B kan wor-20 den afgeleid, acrylzuur of methacrylzuur, in het bijzonder het laat ste, waardoor, wanneer een ester of amidederivaat van methacrylzuur wordt gebruikt, respectievelijk de structuren met de formules 7a en 7b voor B worden verkregen.
Bij voorkeur hebben zure polymeren, die aanwezig zijn in 25 orale hygiënesamenstellingen volgens de uitvinding, een verhouding van zuurresiduen en hangende polyalkyleenoxyderesiduen van ongeveer 6:1 (wanneer elke zijketen polyethyleenglycol is met eenmolecuulge-wicht van ongeveer 350, dat wil zeggen zogenaamd PEG 350).
Polymeren voor toepassen in de onderhavige uitvinding wor-30 den gedetailleerd beschreven in aanvraagsters Europese octrooischrift 0.182.523A, waarvan de inhoud als hier opgenomen dient te worden beschouwd.
In orale hygiënesamenstellingen volgens de uitvinding is het tenminste ene daarin aanwezige polymeer typisch aanwezig in ten-35 minste een concentratie van ongeveer 0,05 tot 30 gew.% van de samen stelling, en de geprefereerde concentratie varieert van ongeveer 0,1 tot 5 gew.% en liefst van 0,2 tot 2 gew.%.
De concentratie van het tenminste ene antibacteriële middel in orale hygiënesamenstellingen volgens de uitvinding is ongeveer 8900070 *> - 9 - 0,001 tot 10 gew.% van de samenstelling en het geprefereerde concen-tratietraject is van ongeveer 0,001 tot 1,0 gew.% en liefst van 0,01 tot 0,1 gew.%.
Bij voorkeur is de massa van het polymeer groter dan de 5 massa van het anti-bacteriële middel in orale hygiënesamenstellingen volgens de uitvinding. Demogelijkheid wordt echter niet uitgesloten, dat er meer anti-bacterieel middel dan polymeer aanwezig is.
De orale hygiënesamenstelling volgens de uitvinding bevat typisch slechts één polymeer als hiervoor gedefinieerd, hoewel de mo-10 gelijkheid niet wordt uitgesloten, dat twee of meer van dergelijke polymeren in de samenstelling aanwezig kunnen zijn.
De deskundige kan door eenvoudige proeven samenstellingen volgens de uitvinding formuleren, waarin de verhouding van antibacte-rieel middel en polymeer zodanig is, dat ongewenste reactie wordt 15 vermeden.
De orale hygiënesamenstelling volgens de uitvinding bevat typisch een farmaceutisch aanvaardbare drager, die verenigbaar is met de antibacteriële werkzaamheid van het kationogene antibacteriële middel, bijvoorbeeld chloorhexidine. Voor handhaven van de werkzaamheid 20 van chloorhexidine kan het noodzakelijk zijn de concentratie daarvan in een bepaalde drager in te stellen en een geschikte concentratie kan door de deskundige experimenteel worden bepaald.
Geschikte gebruikelijke farmaceutisch aanvaardbare dragers, die in de orale hygiënesamenstellingen volgens de uitvinding toege-25 past kunnen worden, omvatten water, ethanol (waarin water of een wa ter /ethanolmengs el vaak een hoofdbestanddeel van de drager is); voch-tighouders zoals propyleenglycol, isopropanol, glycerol en sorbitol; geleermiddelen zoals cellulosederivaten, bijvoorbeeld hydroxypropyl en hydroxyethylcellulose, polyoxypropeen/polyoxyetheeriblokcopolymeren 30 (zogenaamde "Poloxamers"), bijvoorbeeld Synperonic PE 39/70 en PEF 87; bepaalde gelstabilisatoren zoals polyvinylpyrrolidon; zoetmakende middelen zoals natriumsaccharine; verduurzamingsmiddelen zoals cetyl-pyridiniumchloride en bepaalde lager alkyl parahydroxy-benzoaten; oppervlakteaktieve stoffen zoals polyoxyethyleenisohexadecylether 35 (Arlasolve 200) en bepaalde kleurmiddelen en smaakstoffen, van de goed gekeurde EEC en PD and C lijsten. Het zal duidelijk zijn, dat de hiervoor genoemde drager zodanig wordt gekozen, dat ze de werkzaamheid van de orale hygiënesamenstelling volgens de uitvinding niet 8300 076·' - 10 - te zeer remt; in het bijzonder een anionogeen materiaal, bijvoorbeeld een anionogeen cellulosederivaat of een anionogeen Synperonic, wordt niet geprefereerd.
De orale hygiënesamenstellingen volgens de uitvinding kun-5 nen in de vorm zijn van elke gebruikelijke farmaceutisch aanvaardbare orale hygiëneformulering, die een effektieve hoeveelheid bevat (en verenigbaar is met) een polymeer en antibacterieel middel als hiervoor gedefinieerd. Als voorbeelden van dergelijke formuleringen kunnen onder andere genoemd worden mondwassingen, spoelingen, irrigeer-10 oplossingen, slijpmiddel en slijpmiddelbevattende gel tandpasta's, tandreinigers, bekleed tandflos, beklede of geïmpregneerde tanden-borstelharen (natuurlijk of synthetisch), inter-dentale stimulator-bekledingen, calgon, tabletten, ademverfrissers, schuimen en sprays.
De uitvinding wordt nu toegelicht in de volgende voorbeel-15 den. Het voorzetzetsel "CT" bij een voorbeeldnummer duidt een verge- lijkingsproef aan.
In het merendeel van de volgende voorbeelden werd het orale bacteriën Streptococus mutans NCTC 10449 als de standaard bacteriën gebruikt. Het werd gekweekt in Brain Heart Infusion (BHI) (ex 20 Oxoid) in een Bioflo Model C30 Fermenter. Gebruikt werd een kroes van 750 ml, die 350 ml bacteriesuspensie bevatte. De bacteriën wer- -1 den gekweekt bij 37°C bij een verdunningsgraad van 0,1 h , een luchtstroom van 0,24 liter/minuut en een roersnelheid van 300 omwentelingen per minuut. Een monster (ongeveer 20 ml) bacteriesuspensie werd 25 voor elk experiment uit de fermentator genomen. De bacteriën werden 10 minuten met 4000 omwentelingen per minuut gecentrifugeerd, hersus-pendeerd in gemodificeerde Ringer's zoutenoplossing (0,54 gram/liter NaCl; 0,02 gram/liter KCl; 0,03 gram/liter CaCl^; en 0,75 gram/liter natriummercaptoacetaat), hercentrifugeerd, hersuspendeerd en verdund 30 (10 x) in gemodificeerde Ringer's zoutoplossingen. De bacteriële con- 8 "1 centratie in de verdunde zoutenoplossingen was ongeveer 10 ml Streptococcus mitior NCTC 7864 werd gekweekt in 100 ml Brain Heat Infusion cultuurvloeistof in ladingsgewijze kweken gedurende 24 uren. De kweek 35 werd vervolgens 30 minuten met 3500 omwentelingen per minuut gecentri fugeerd en tweemaal gewassen door hersuspenderen van de pellet in zoutoplossing en centrifugeren. De bacteriële suspensie werd vervol- 7 8 gens ingesteld op ongeveer 10 -10 cellen per ml.
89 0 0076 / - 11 -
In de volgende voorbeelden werd volledig speeksel gebruikt.
Absorptieoppervlakken
Hydroxyapatietschi jven werden vervaardigd door comprimeren van hydroxyapatietpoeder (tribasisch calciumfosfaat (Ca^ (0H)2 (PO^)^ 5 (ex Aldrich)) en sinteren bij 1100°C. De schijven werden opnieuw ge bruikt na verhitten in een oven op 900°C gedurende 2 uren tussen de experimenten.
Aanbrengen van de polymeren
Hydroxyapatietschijven werden 2 minuten bij kamertempera-10 tuur behandeld met een oplossing (1 gew./vol.) van een polymeer, bijvoorbeeld Polymer 93W, in een 1:1 (volume) mengsel van industrieel gemethyleerde spiritus/water. De schijven werden vervolgens 5 maal gewassen door dompelen en schudden in een vat met stromend water van ongeveer 15°C.
15 Aanbrengen van het anti-bacteriële middel
Waterige oplossingen van chloorhexidine en IMS oplossingen van alexidine werden gedurende bepaalde perioden afzonderlijk geadsorbeerd op de oppervlakken van hydroxyapatietschijven, die, wanneer geeigend, behandeld waren met polymeer (onbehandelde schijven werden 20 gébruikt in de vergelijkingsproeven). De schijven werden vervolgens gewassen door 5 maal dompelen en schudden in een vat met stromend water.
Polymeren
Het polymeer, dat hier wordt aangeduid als "Polymer 93W" 25 is een zuur polymeer als beschreven en bereid in voorbeeld 5 van aan- vraagsters EP 182523. (Andere hierna beschreven "zure" polymeren worden volgens eenzelfde werkwijze bereid). Polymer 93W bevat methacryl-zuur en PEG 350 MAt residuen in een molaire verhouding van 6:1.
Onder "PEG 350 MAt" wordt een polyethyleenoxyde verstaan 50 met een molecuulgewicht van ongeveer 350, dat afgeschermd is door methoxy en methacryloylgroepen, dat wil zeggen CH =C(CH_)COO(CH„CH„0) CH„, waarin n ongeveer 8 is.
2 o 2 2 n ó PEG 150 Mat, PEG 1000 Mat en PEG 2000 Mat zijn soortgelijke polyethyleenoxyden met molecuulgewichten van respectievelijk 150, 35 1000 en 2000.
Polymer Mil werd bereid bij de in voorbeeld 15 van EP 182.523 beschreven omstandigheden, met dien verstande, dat een PEG met hydroxyleindgroepen werd gebruikt in plaats van een PEG met amino- 89 0 007 6? Λ - 12 - eindgroepen.
Loeffler's Methylene Blue 95% Ethylalkohol (30 ml), methyleen blauw (0,3 g) en water (100 ml).
5 Voorbeelden 1-2
Deze voorbeelden demonstreren, dat Polymer 93W de anti-hechtende eigenschappen behoud in aanwezigheid van geabsorbeerd chloorhexidine.
Hydroxyapatietschijven werden behandeld met een 1 gew./gew.% 10 oplossing van Polymer 93W en vervolgens met bepaalde antibacteriële middelen gedurende bepaalde tijdsperioden. De aldus behandelde schijven werden 2 uren gedompeld in een bacteriële suspensie (30 ml) in een petri-schaal, De schijven werden uit de bacteriële suspensie verwijderd en gewassen door 5 maal dompelen en schudden in een vat met 15 stromend water. Bacteriën, die aan de schijven hechten, werden ge- kleurddoor toepassen van Loeffler's Methylene Blue. De vermindering in bacteriële hechting werd bepaald door microscopisch onderzoek.
De resultaten zijn vermeld in tabel 1.
Tabel 1 20 Voorbeeld_Antibacterieel middel Polymeer % Anti-hechting CT1 O 1%93 W 99 1 C 1%93 W 99 2 A 1%93 W 99 CTl: 1% van alleen 93W werd gebruikt 25 C: 1% chloorhexidine A: 1% alexidine
Uit tabel 1 blijkt, dat chloorhexidine en alexidine de anti-hechteigenschappen van Polymer 93W, afgezet op hydroxapatiet-30 schijven, niet verminderen.
"%Anti-hechting" ("% AA") wordt gedefinieerd door de vergelijking: /oppervlak van | - [Oppervlak van met polymeer bekleedJ „ „„ \schoon gebied/ \gebied, bedekt met bact. / % AA — __r 1 ~ - - , ___ ί 35 / Oppervlak van schoon gebiedt bedekt met bacteriën / 89 0007 6 - 13 -
Het zal duidelijk zijn, dat (a) wanneer het polymeer het oppervlak van het gebied, dat bedekt is met bacteriën niet verminderd,
% AA = X^X x 100 = 0 X
5 en (b) wanneer het polymeer hechting van bacteriën aan het oppervlak verhinderd,
% AA = XHD x 100 = 100 X
Dezelfde resultaten werden verkregen, wanneer een monster van materiaal, dat normaal gebruikt wordt in de bereiding van een 10 tandprotheseorgaan, als hierna beschreven, behandeld werd met poly meer 93W en chloorhexidine en vervolgens werd blootgesteld aan Streptococcus mitior NCTC 7864.
Voorbeelden 3-5
Deze voorbeelden demonstreren, dat op hydroxyapatiet het 15 antibacteriële effekt van chloorhexidine bij bepaalde concentraties wordt vergroot, wannneer het wordt toegepast in aanwezigheid van Polymer 93W.
Oplossingen van chloorhexidine werden geabsorbeerd op steriele hydroxyapatietschijven, die behandeld waren met Polymer 20 93W. Cellen van S. mutans werden uit de fermentator genomen en 100- voudig verdund in BHI agar bij 40°C. De geënte agar werd gebracht op HAP schijven.
Met agar beklede schijven werden gedurende de nacht bij 37°C gelncubeerd. Bacteriële groei door de agar heen werd beoordeeld 25 op een schaal van 0 (geen groei) tot 10 (controle).
Daar het oppervlak van elke hydroxyapatietschijf in alle gevallen in contact werd gebracht met hetzelfde aantal bacteriën, droeg de anti-hechting niet bij tot het gevonden resultaat, dat wil zeggen het antibacteriële effekt alleen werd gemeten. De resultaten 30 in tabel 2 laten zien, dat de combinatie van Polymer 93W en chloorhe xidine een vergroot antibacterieel effekt gaf, vergeleken bij chloorhexidine op zich bij dezelfde toegepaste concentratie van chloorhexidine.
In de vergelijkingsproeven CT's 2, 3, 4 en 5 werden de 35 schijven niet behandeld met Polymer 93W. Vergelijkingsproef 2 is een blanco; in vergelijkingsproef 2A werd de schijf behandeld met enkel Polymer 93W.
0900076:
Y
- 14 -Tabel 2
Voorbeeld Toegepaste chloorhexi- Behandeling met Bacteriële _dine concentratie_Polymer 93W_groei_ CT2 0 niet 10 5 CT2A 0 wel 10 CT3 1 niet 8 CT4 0,1 niet 10 CT5 0,01 niet 10 3 1 wel 0 10 4 0,1 wel 2 5 0,01 wel 4
Voorbeelden 6-9
Deze voorbeelden demonstreren de combinatie van anti-hecht en antibacteriële resultaten, die verkregen kunnen worden door 15 de toepassing van een combinatie van een polymeer en chloorhexidine en dat een dergelijke combinatie een verbetering geeft, vergeleken bij de afzonderlijke componenten op zich.
Steriele hydroxyapatietschijven werden behandeld met een 1 gew./vol. oplossing van Polymer 93W en vervolgens met oplossingen 20 met bepaalde concentraties chloorhexidine. De schijven werden 1 uur bij 37°C geïncubeerd in vers verzameld, volledig speeksel en gewassen door 5 maal dompelen en schudden in een vat met stromend water. Overmaat water werd van het oppervlak van elke schijf verwijderd door de rand daarvan met filterpapier aan te raken.
25 BHI agar, dat 0,04 gew./vol. Bromo Cresol Green bevatte (om bacteriële groei op de witte hydroxyapatietschijven zichtbaar te maken) werd bij 40°C zodanig op de schijven gepipetteerd, dat op het oppervlak een dunne film van agar werd gevormd.
De schijven werden gedurende de nacht bij 37°C geïncubeerd. 30 De resultaten zijn vermeld in tabel 3.
In vergelijkingsproeven 6-10 werd de behandeling met Polymer 93W weggelaten. In vergelijkingsproef 11 werd Polymer 93W gebruikt, in afwezigheid van chloorhexidine.
d90007fir - 15 -
Tabel 3
Voorbeeld Concentratie van Aanwezigheid van Bacteriële _ chloorhexidine (%) Polymer 93W_groei_ CT6 1 niet geen groei 56 1 wel geen groei CT7 0,1 niet controle niveau 4.
7 0,1 wel geen groei CT8 0,01 niet controle 10 niveau 5.
8 0,01 wel enkele ko lonies; meer dan 99% vermindering ver- 15 geleken bij controle niveau 5.
CT9 0,001 niet controle niveau 6.
20 9 0,001 wel 99% vermin dering vergeleken bij controle niveau 6.
25 CT10 0 niet dikke groei: controle niveau 7.
CTll 0 wel 90% verminde ring bij CT7 30 controle niveau 7.
Uit tabel 3 blijkt, dat bij bepaalde concentraties van chloorhexidine, bijvoorbeeld 0,01 en 0,001%, de aanwezigheid van Polymer 93W het bacteriële en/of bacterieel statische effekt daarvan 35 vergroot. CTll demonstreert de vermindering in bacteriële groei, welke het gevolg is van de anti-adhesieeigenschappen van het polymeer op zich.
Voorbeelden 10-20
Deze voorbeelden laten zien, dat behandelen van hydroxy-40 apatietschijven met bepaalde polymeren (a) de hoeveelheid daarop geabsorbeerd chloorhexidine vergroot en 8900076? (b) de retentie van het geabsorbeerde chloorhexidine bij daaropvolgende wasbehandelingen verbeterd.
- 16 -
Bereiding van Polymers B3 en B18
Methacryloylchloride (0,58 molen) werd in 2 uren toegevoegd 5 aan een mengsel van tolueen (600 ml), Jeff "360" of "2070" (0,5 molen) en 2,6-lutidine (0,56 molen), gekoeld in een ijsbad. Er vormde zich een dik wit neerslag. Het reaciemengsel liet men 3 uren staan en het witte neerslag werd afgefiltreerd en met tolueen gewassen. Het fil-traat werd onder verminderde druk verdampt en het residu werd onder 10 vacuüm gehouden voor verwijderen van vluchtige bestanddelen. De pro- dukten (opbrengst 80-90%) werden gekarakteriseerd door infrarood en protonmagnetische resonantiespectroscopie.
De produkten met aminoeindgroepen van beide reacties (met eindstandige butoxy of methoxygroepen van respectievelijk "360" en 15 "2070") werden afzonderlijk omgezet in de N-methacrylaloylderivaten daarvan en gecopolymeriseerd met methacrylzuur bij de omstandigheden, beschreven in voorbeeld 11 van EP 0.182.523A.
Hydroxyapatietschijven werden 1 uur voor-geëquilibreerd in dubbel gedestilleerd water. De schijven werden uit het water ver-20 wijderd, drooggeblazen en ongeveer 30 minuten op kamertemperatuur gehouden. Een UV reflectiescan daarvan werd uitgevoerd. De optische dichtheid bij 266 nm was typisch ongeveer 0,9. Elke schijf, die een O.D. had, die significant verschillend was van dit getal, werd weggeworpen .
25 De accepteerbare schijven werden 5 minuten gedompeld in 1 gew./gew.% (1:1/IMS: water) oplossing van polymeer. De schijven werden uit de polymeeroplossig verwijderd; ze werden 5 maal gewassen door dompelen en schudden in een vat met stromend water; ze werden drooggeblazen, liet men 30 minuten staan en werden vervolgensgescanned. 30 Elk van de met polymeer beklede schijven werd 1 uur gedom peld in een waterige (15 ml) chloorhexidineoplossing (0,02 gew./vol.%). Ze werden als hiervoor beschreven gewassen, men liet ze 30 minuten staan en ze werden vervolgens gescanned. Ze werden daarna 1 uur geplaatst in een doorstroom (250 ml/min.) wastank (1200 ml); droogge-35 blazen; men liet ze 30 minuten staan en ze werden gescanned.
β9 DO076 ^ - 17 - (d
G
in 0)
0) IT) H
Q ft ρ o (U n 4J (8 a ^ * S ft « aO’dmoot^O'Oroin^pr^-iofl'Q'ö'ö'ö a 3gc^ in^roinia^ininio G G G G § i- > ·* *-i Q) Φ a> G 'd 0) ft G O'
Ό (U
ftp m X d ft a) Ό 43 a) n tj> g O a) 0 G P u !dS:B,Grdom cnoic\iioc']r-inr'-43'd'd’]2£| §
Qy) d dcoa>t"-cocococot'-co['~ g G G in ^ id *-« ι-t dp & o ft 0) r. 10 1) 5Ή ft 43 G π rad)
ο ft d S
U) VO id Q) p ft VO Ü p Φ 4-) (N cn O' > ft . Q) 0 n < ft 'Φ
M ft ® -P
G 43 Ü i—! •no a) a) o y -p Λ ft ft G a) id
-i ’ö_fi^4^c'jojLnocMCMTi'CNicr'Oinmc4rj^co 'd -P
flj -Βϋα o o 2 - S ft CM ft CM ft m Mcn ο ο ο Η ω β dPÜ4JOOOOOOOOOOOOOOOOO id -Η E-i o ft o d Q) > ό ε o id 'd
o G
cu d id ft CU ld 1 4J 43 p d d OP d o 0 4J φ > ft a θ' o •GO O' Ρ ο y φ .d
c NO
φ o w SLs888S83SSSS88S§» g |
Od OOOOOOOOO OOOOOOOOJ O
O' ft Id φ x . id ο φ n cq
Ei iG 3 - ft
d ·ϋ G
n d <u
. ft Ο M
p >10 φ
S P -P 4J
2 < G G G ο °) d 1 pssigsnssisïiss! sss I - · P, 44 S1 in ft Φ 43 Ό Oft ft (¾ 3 4-) Φ Φ Φ .. .. ft P „ _ if m > <; j s p^£3 ^ ft ft ft g -d > Qy^^^^-t^ftftftftftiNUCJUU AKft ID Ξ ft ° ^ 8900076 * - 18 -Tabel 5
Polymeer A B Molaire verhoudingen aard van romp zijketen A:B CHR^CHR^O:
(bron) Mol.gew. CO^H
____;____________groepen_ 5 73 basische (DMAEM) PEG 350 3:1 BI2 amfotere PEG 350 1,9:1,1:1 (MAA:DMAEM) 62 zuur (MAA) PEG 150 3:1 1:1 86 zuur (MAA) PEG 350 3,5:1 2,3:1 10 93W zuur (MAA) PEG 350 6:1 1,3:1 66 zuur (MAA) PEG 1000 3:1 7,7:1 B9 zuur (MAA) PEG 1000 25:1 0,9:1 58 zuur (MAA) PEG 2000 10:1 4,5:1 B3 zuur (MAA) Jeff 360 6:1 1,1:1 15 B10 zuur (MAA) Allyl- PEG 350 6:1 1,3:1 B18 zuur (MAA) Jeff2070 34:1 1,2:1 BI7 zuur (MAA) PPG 1000 17:1 1:1
Mil zuur (MAA) PEG 350 5:1 0,9:1 20 DMAEM:N N-dimethyl-2-aminoethylmethacrylaat.
MAA: Methacrylzuur.
MA: Maleïnezuur; PEG: Polyethyleenglycol.
PPG: Polypropyleenglycol; 25 Jeff 360 : n—C.H (OCH CH ) OCH CH(CH )OCH CH(CH )NH ; 4 y Z Z Q Z Z> Z 6 z
Jeff 2070: CH„0CHoCH„0(CH„CHO) CH CH(CH )NH 3 2 2 2| n 2 3 2
R
waarin n zodanig is dat "2070" een molgewicht heeft van ongeveer 2000 en R = H of CH^ in een verhouding van ongeveer 7:3; 30 Allyl-PEG 350; geëthoxyleerde allylalkohol;
Behalve voor B10, waren de methacrylaat of methacrylamide-derivaten van de vermelde zijketens aanwezig als algemene structuur B; B10: bevat eindstandige hydroxylgroepen.
35 Het hiervoor genoemde UV scannen had plaats met behulp van een Unican SP1750 ultraviolet-spectrofotometer.
De "verschil in optische dichtheid" resultaten vermeld in tabel 4, werden daaruit bepaald.
89 00 0 76 · - 19 -
Uit de tabellen 4 en 5 blijkt, dat de zure polymeren de hoeveelheid geabsorbeerd chloorhexidine significant vergroten. Vele van de hydroxyapatietoppervlakken, bekleed met een zuur polymeer, ab-sorbeeerden meer chloorhexidine uit een 0,02 gew./ vol. oplossing 5 dan het schone hydroxyapatietoppervlak uit een 2 gew./vol. oplossing van chloorhexidine, dat wil zeggen een meer dan 100-voudige verbetering werd geconstateerd. De basische (Polymer 73) en amfotere (Polymer Bl2) polymeren gaven geen verbetering in de hoeveelheid geabsorbeerd chloorhexidine. Ook polymethacrylzuur gaf geen verbete-10 ring in geabsorbeerd chloorhexidine, hetgeen erop wijst, dat het de PEG (of PPG) ketens waren en niet de carboxylgroepen, die verantwoordelijk waren voor het waargenomen effekt.
De resultaten van de wasproeven toonden, dat na 1 uur ongeveer 23% van het oorspronkelijk geadsorbeerde chloorhexidine nog 15 geadsorbeerd was op de kale hydroxyapatietschijven, terwijl de hoeveel heid voor met polymeer behandelde schijven ongeveer 80% was. Na wassen gedurende de nacht was de hoeveelheid geadsorbeerd chloorhexidine, zo enig, dat de op de schone HAP schijven achterbleef, beneden de de-tectiegrens; en ongeveer 50-60% van de hoeveelheid chloorhexidine, 20 die oorspronkelijk op met polymeer behandelde schijven was geadsor beerd, bleef geadsorbeerd. Met polymeer behandelde schijven absorbeerden dus meer chloorhexidine dan kale schijven en het was ook minder gemakkelijk van het oppervlak daarvan af te wassen.
Voorbeelden 21-29 25
Deze voorbeelden tonen, in combinatie met de voorbeelden 10-20 en 6-9, een stijging in anti-bacteriële eigenschappen (bij een bepaalde chloorhexidineconcentratie), zonder de verwachte toename van verkleuring.
Algemene methode 30 Hydroxyapatietschijven werden 1 uur in dubbel-gedestilleerd water voor-geëquilibreerd. De voor-geëquilibreerde schijven werden 5 minuten gedompeld 1 gew./vol.% waterige of IMS:water (1:1) oplossing van polymeer. Ze werden uit de polymeeroplossing verwijderd en gewassen door 5 maal dompelen en schudden in een vat met stromend water. De 35 gewassen schijven werden vervolgens 5 minuten gedompeld in 15 ml van een waterige chloorhexidineoplossing (met een concentratie, vermeld in tabel 6). De schijven werden uit de chloorhexidineoplossing verwijderd en 1 uur bij kamertemperatuur gedompeld in 15 ml van een thee- 890007$ t - 20 - oplossing, De schijven werden uit de theeoplossing genomen en gewassen als hiervoor beschreven. -.De trappen van dompelen in chloorhexidi-ne en theeoplossing en wassen werden 3 maal herhaald, waarbij elke keer verse chloorhexidine en theeoplossingen werden gebruikt. Na de-5 ze drie cycli werden de schijven gedurende de nacht in theeoplossing gedompeld; ze werden vervolgens als hiervoor beschreven gewassen, men liet ze 1 uur bij kamertemperatuur drogen en de hoeveelheid daarop gevormde verkleuring werd beoordeeld.
De theeöplossing werd bereid door toevoegen van 500 ml 10 kokend water aan 2 theezakjes. De theezakjes werden na 5 minuten ver wijderd en liet de thee koelen tot kamertemperatuur. De thee werd gefiltreerd met een standaard filtpapier en voor gebruik bewaard bij 4°C.
De verkleurde schijven, bereid in de algemene methode, 15 werden gescanned door toepassen van UV/zichtbare reflectiespectro- fotometrie,als beschreven in de voorbeelden 10-20 en vergeleken met theeblanco's (dat wil zeggen geen geadsorbeerd chloorhexidine). Figuur 1 toont typische UV-sporen, die werden verkregen. In figuur 1, a = kale hydroxyapatietschijf; b = theeblanco; en c,d,e = thee/chloorhexi-20 dinebehandelingen bij respectievelijk concentraties van 0,002, 0,02 en 0,2% chloorhexidine.
De in tabel 6 vermelde polymeren (waarvan de chemische samenstelling gegeven is tabel 5) werden geëvalueerd op hun effekt op de kleurvorming van chloorhexidine in aanwezigheid van thee. De 25 polymeren werden afzonderlijk geadsorbeerd uit 1 gew./vol.% IMS/water (1:1) oplossingen. 0,2, 0,2 en 0,002 gew./vol.% waterige oplossingen van chloorhexidine werden gebruikt. De schijven werden gescanned onder toepassen van UV/zichtbare reflectiespectrofotometrie en de OD's bij 266, 410 en 510 nm werden gemeten. De OD's van theeblanco's werden 30 eveneens bij deze golflengten gemeten en deze waarden werden afgetrok ken van schijven, behandeld met chloorhexidine of polymeer/chloorhexi-dinecombinaties. Tabel 6 vermeld de resultaten bij 510 nm. Ze zijn uitgedrukt als verhoudingen met betrekking tot de verkleuring, verkregen bij een theeblanco = 1,0. Soortgelijke resultaten werden ver-35 kregen bij 266 nm en 410 nm. In CT 18 werd het polymeer weggelaten, dat wil zeggen dat chloorhexidine op zich werd gebruikt.
8900076· f - 21 -
Tabel 6
Vergelijkende kleurontwikkeling, vergeleken met "natuurlijke" opbouw bij blootstellen aan theeoplossingen.
Voorbeeld Polymeer O.D. verhouding (vergeleken met natuur- 5 lijke thee kleur) bij 510 nm bij toege paste chloorhexidineconcentraties van _0,2%_0,02%_0,002% CT18 - 4,57 2,76 1,67 21 73 4,48 3,01 1,0 10 22 62 4,98 2,65 1,0 23 86 4,48 3,26 1,0 24 93W 4,98 2,79 1,0 25 B9 4,75 3,09 <1,0 26 B3 4,39 3,34 1,0 15 27 B10 4,76 3,34 <1,0 28 B18 4,20 3,12 <1,0 29 B17 5,03 2,95 <1,0
Uit tabel 6 blijkt, dat bij de twee hogere chloorhexidineconcentraties (dat wil zeggen 0,2 en 0,02%), de aanwezigheid of aard 20 van het polymeer geen substantieel effekt heeft op de hoeveelheid ge vormde vlekken bij behandelen van HAP schijven. Bij de laagste concentratie (dat wil zeggen 0,002%) toegepast chloorhexidine toont het merendeel van de voorbeelden een significante vermindering van verkleuring, gelijk aan of minder dan de minimale niveaus bij blootstel-25 len van HAP schijven aan de theeoplossingen. Het zou echter uit de resultaten van de voorbeelden 10-20 en 6-9 duidelijk zijn dat, bij ongeveer dezelfde verkleuring als de controle, de polymeren meer daarop geabsorbeerde chloorhexidine hadden en een groter antibacterieel effekt vertonen.
30 Voorbeelden 30-31
Deze voorbeelden illustreren de stijging in de hoeveelheid chloorhexidine, geadsorbeerd op een hydroxyapatietschijf, die is behandeld met een mengsel van chloorhexidine en Polymer 93W, vergeleken bij de behandeling van de HAP schijf met een chloorhexidineoplossing 35 op zich.
Een IMS oplossing (2 gew./vol.%) Polymer 93W werd gemengd met een geëigende (0,04 gew./vol.%) oplossing van chloorhexidine in 890007$'*'
•V
- 22 - water met een oplossing volumeverhouding van 1:1. Hydroxyapatietschij-ven liet men 1 uur in het mengsel staan en werden vervolgens vijf maal gewassen met water. De hoeveelheid op de schijven geabsorbeerd chloorhexidine werd bepaald door UV reflectiespectrofotometrie, als 5 beschreven in de voorbeelden 10-20 (de optische dichtheid Werd gemeten bij 266 nanometers).
in de vergelijkingsproevn 20 en 21 werden de schijven 1 uur behandeld met respectievelijk 0,2 en 0,02% oplossingen van chloorhexidine in een 1:1 volumemengsel van industrie le gemethyleerde spiri-10 tus en water.
De resultaten zijn vermeld in tabel 7. Uit tabel 7 blijkt, dat behandelen van een HAP met het Polymer 93W/chloorhexidinemengsel resulteert in meer geabsorbeerd chloorhexidine dan uit een chloorhe- xidineoplossing op zich.
15 Tabel 7
Voorbeeld Toestand van Concentratie Toename van de toevoegen van van chloor- optische dicht- de samenstelling hexidine heid bij _gew./vol.%_266 nm_ 30 mengsel 0,2 0,44 20 31 mengsel 0,02 0,12 CT19 zuivere chloor- hexidineoplossing 0,2 0,0 CT20 zuivere chloor- hexidineoplossing 0,02 0,0 25 Voorbeelden 32-33
Deze voorbeelden illustreren het toegenomen "doden" van een Polymer 93W/chloorhexidinemengsel, vergeleken bij zuivere chloor-hexidineoplössing.
De in de voorbeelden 30-31 vervaardigde schijven werden 30 gedurende de nacht gewassen in water en onderworpen aan een S.mutans agar opring experiment. Ze werden geplaatst in een petri-schaal en bedekt met BHI agar (25 ml) S.mutans (100 ^il), gekweekt in een fer-mentator (als hiervoor beschreven) én x 100 verdund Ringers zoutoplossing, en op de agar gepipetteerd en gelijkmatig verspreid. De bacte-35 riën werden gedurende de nacht bij 37°C gekweekt; "velden" van bac teriën en "heldere zones", vrij van bacterië n werden genoteerd en gemeten. De resultaten zijn vermeld in tabel 8. De heldere zones, dat wil zeggen de zones waar geen groei plaats had, zijn vermeld als een 89GGG7£f - 23 - percentage van het oppervlak van de schijf.
Tabel 8
Voorbeeld Schijf vervaar- Concentratie van % Oppervlak van de digd in voorbeeld chloorhexidine schijf waar geen 5 _gew./vol.%_groei optrad ._ 32 30 0,2 225 33 31 0,02 64 CT21 CT19 0,2 3 CT22 CT20 0,02 0 10 Opgemerkt wordt, dat waar "percentage oppervlak van de schijf, waar geen groei optrad" meer is dan 100, dit er op wijst, dat de remming zich uitgespreid had in de agarlaag voorbij de omtrek van de schijf.
Uit tabel 8 blijkt, dat het mengsel een grotere antibacte-15 riële werkzaamheid had, vergeleken bij chloorhexidine op zich.
Voorbeelden 34-65
Deze voorbeelden tonen, dat de combinatie van een anti-hechtverbinding, Polymer 93W, en chloorhexidine de hoeveelheid verkleuring verminderen, vergeleken bij chloorhexidine op zich, op een 20 verscheidenheid van oppervlakken, die gevonden worden in de orale omgeving. De oppervlakken omvatten tanden, composiet restoratiemate-rialen, bijvoorbeeld Occlusin en Opalux, en een op methacrylaat gebaseerde hars, die normaal wordt toegepast in de vervaardiging van tandprotheseorganen (hierna voor het gemak aangeduid als "PR").
25 Specimen
Resterend vlees werd met een scalpel verwijderd van vers getrokken tanden, de tanden werden 20 minuten getuimeld in 50% na-triumhypochlorietoplossingen en oppervlakkig gewassen met gedestilleerd water.
30 Deze en tanden, die restoratiemateriaal bevatten, werden 10 minuten gesoniceerd in alkohol en vervolgens gedroogd.
Monsters van DR (25 x 10 x 3 mm) en schijven van de hiervoor genoemde composiet restoratiematerialen werden in alkohol gewassen en gedroogd.
35 Oplossingen a) 1% en 0,5% oplossingen van Polymer 93W (1 g) in een mengsel van industriële gemethyleerde spiritus (50 ml) en water (50 ml).
890007$? * - 24 - b) Oplosingen (0,2%, 0,02% en 0,002%) van chloorhexidine in water.
c) Geëigende mengsels van Polymer 93W en chloorhexidine werden verkregen door mengen van gelijke volumina oplossingen 5 van a) en b) voor verkrijgen van de in de tabellen vermelde concentra-
H
ties.
d) Menselijk speeksel werd verkregen door monsters (20 ml) te nemen van elk van 6 vrijwilligers, 20 minuten te centrifugeren met 25.000 omwentelingen per minuut en ze bijeen te voegen.
10 e) Een theeoplossing werd bereid door een monster (8 g) van een commercieel theemerk 2 minuten te koken in gedestilleerd water (80 ml), het produkt te koelen tot kamertemperatuur en de resterende theebladeren af te filtreren.
Evaluering 15 Elk oppervlak werd 10 minuten behandeld met een monster van het speeksel. De overmaat speeksel werd afgewassen.
In de voorbeelden 34-49 werd het monster onderworpen aan een eerste behandeling gedurende 10 minuten, oppervlakkig gewassen met gedestilleerd water, 10 minuten onderworpen aan de tweede behandeling, 20 gespoeld en vervolgens 1 uur in de theeoplossing gedompeld; de proce dure werd herhaald, het monster liet men gedurende de nacht in de theeoplossing en de gehele procedure werd gedurende 5 dagen iedere dag herhaald.
In de voorbeelden 50-65 werd de hiervoor beschreven 5-daags 25 procedure herhaald, met dien verstande, dat de eerste behandeling plaats had gedurende 5 minuten en detweede behandeling werd weggelaten, de monsters werden behandeld met de geëigende mengsels van Polymer 93W en chloorhexidine.
De verkleuring van de oppervlakken werd visueel vergeleken 30 met hetzelfde oppervlak, dat enkel was behandeld met water en op de volgende schaal gewaardeerd.
Schaal 0: Geen verkleuring (dat wil zeggen de watercontrole werd met 0 gewaardeerd, hoewel er een geringe verkleuring was); 35 1: Geringe verkleuring; 2; Matiger verkleuring; 3: Zware verkleuring; en 4: Zeer zware verkleuring.
In de tabellen 9, 10 en 17 0900071" - 25 - OC = occlusin OP = Opalux T = tand PR = Prothese hars
5 A = 0,5% Polymer 93W
AA = 1% Polymer 93W B = Water X =0,1% Chloorhexidine XX = 0,2 Chloorhexidine 10 Y = 0,01 Chloorhexidine YY = 0,02 Chloorhexidine Z = 0,001 Chloorhexidine ZZ = 0,002 Chloorhexidine W = 0,0001 Chloorhexidine 15 Tabel 9
Voorbeeld Oppervlak Behandelingen Waardering
Eerste of Tweede enige (10 min.) _(10 min,)_ CT23 OC B 0 20 CT24 OP B 0 CT25 TB 0 CT26 PR 0 CT27 OC X 3 CT28 OP X 3 25 CT29 T X 3 CT30 PR X 3 CT31 OC AA 0 CT32 OP AA 0 CT33 T AA 0 30 Ct34 PR AA 0 34 OC AA XX 3 35 OC AA YY 1 36 OC AA ZZ 0 CT35 OC B XX 3 35 CT36 OC B YY 2 CT37 OC B ZZ 1 8900076/ - 26 -
Tabel 9 - vervolg
Voorbeeld Oppervlak Behandelingen Waardering
Eerste of Tweede enige (10 min.) 5 _(10 min.)_.__ 37 OP AA XX 4 38 OP AA YY 2 39 OP AA ZZ 0 CT38 OP B XX 3 10 CT39 OP B YY 2 CT40 OP B ZZ 1 40 T AA XX 4 41 T AA YY 2 42 T AA ZZ 0 15 CT41 TB XX 3 CT42 T B YY 2 CT43 T B ZZ 1 43 PR AA XX 4 44 PR AA YY 2 20 45 PR AA ZZ 0 CT44 PR B XX 3 CT45 PR B YY 2 CT46 PR B ZZ 1 46 OC XX AA 0 25 47 OP XX AA 0 48 T XX AA 0 49 PR XX AA 0 £900076:1 - 27 -
Tabel 10
Voorbeeld Oppervlak Behandeling Waardering _(mengsel gedurende 5 min.)_ CT47 OC B 0 5 CT48 OC X 4 CT49 OC Y 3 CT50 OC Z 1 CT51 OC W 1 CT52 OC Z 0 10 50 OC A+Y 2 51 OC A+Y 0 52 OC A+Z 0 53 OC A+W 0 CT53 OP B 0 15 CT54 OP X 4 CT55 OP Y 3 CT56 OP Z 1 CT57 OP W 1 CT58 OP A 0 20 54 OP A+X 4 55 OP A+Y 3 56 OP A+Z 1 57 OP A+W 1
Tabel 11 25 Voorbeeld Oppervlak Behandeling Waardering _(mengsel gedurende 5 min.)_
Ct59 TB 0 CT60 T X 4 CT61 T Y 3 30 CT62 T Z 1 CT63 T W 1 CT64 TA 0 58 T A+X 2 59 T A+Y 0 35 60 T A+Z 0 61 T A+W 0 3900076 - 28 -
Tabel 11 - vervolg
Voorbeeld Oppervlak Behandeling Waardering ___(mengsel gedurende 5 min.)_ CT65 PR B 0 5 CT66 PR X 4 CT67 PR Y 2 CT 68 PR 2 1 CT69 PR W 1 CT70 PR A 0 10 62 PR X 2 63 PR Y 0 64 PR Z 0 65 PR A+W 0
Uit tabel 9 blijkt, dat bij lage concentratie (bijvoorbeeld 15 0,002%) chloorhexidine de verkleuring van het tandrestoratiemateriaal, de tanden en de prothesehars verminderd wordt, wanneer het oppervlak daarvan eerst wordt behandeld met een bepaald polymeer. Verder blijkt (voorbeelden 46-49) dat wanneer de oppervlakken behandeld zijn met een chloorhexidineoplossing vervolgens met Polymer 93W, de verkleuring 20 wordt verminderd tot het niveau van de controles.
Tabel 10 geeft de resultaten, die worden verkregen bij behandelen van Occlusin en Opalux oppervlakken met mengsels van chloorhexidine en Polymer 93W. Er is een significante vermindering in de verkleuring van Occlusin tot het niveau van de controles bij 25 chloorhexidineconcentraties van 0,01% en minder; eenzelfde trend treedt op bij Opalux.
Tabel 11 geeft de resultaten, die worden verkregen bij behandelen van tandoppervlakken en een prothesehars met een mengsel van chloorhexidine en Polymeer 93W. De trend in vermindering van de 30 verkleuring komt overeen met die, die wordt waargenomen bij Occlusin en Opalux.
Wanneer een tand met een inplanting van Occlusin aan de hiervoor beschreven evaluatie werd onderworpen, was de tand en de inplanting in dezelfde mate een weinig verkleurd, zodanig dat de 35 omtrek van de inplanting verder was verminderd.
8800076?
Claims (15)
1. Orale hygiënesamenstelling, die bevat (1) een effektieve hoeveelheid van tenminste één kationo-geen anti-bacterieel middel; en (2) een effektieve hoeveelheid van tenminste één polymeer, 5 dat hangende polyoxyalkyleenoxydezijketens heeft.
2. Orale hygiënesamenstelling volgens conclusie 1, waarin het kationogene anti-bacteriële middel een polybiguanide of een zout daarvan is.
3. Orale hygiënesamenstelling volgens conclusie 2, waarin 10 het polybiguanide een bis-biguanide is.
4. Orale hygiënesamenstelling volgens conclusie 3, waarin het bis-biguanide chloorhexidine is.
5. Orale hygiënesamenstelling volgens conclusie 1, waarin tenminste ééiï polymeer één of meer herhalingseenheden bevat met de 15 onder 3 op het formuleblad weergegeven algemene structuur A en één of meer herhalingseenheden met de op het formuleblad onder 4 weergegeven algemene structuur B, waarin X, dat in de herhalingseenheden met structuur A gelijk of verschillend kan zijn en Y, dat in de herhalingseenheden met de struc-20 tuur B gelijk of verschillend kan zijn, hydrocarbyl of gesubstitueer de hydrocarbylresiduen zijn, die een romp voor het polymeer verschaffen;
6. Orale hygiënesamenstelling volgens conclusie 5, waarin, 12 12 30 wanneer Z is -CHR -CHR zowel R als R waterstof zijn.
7. Orale hygiënesamenstelling volgens conclusie 5, waarin 3 R methyl is.
8. Orale hygiënesamenstelling volgens conclusie 5, waarin, in structuur A, L is een direkte binding, 35 -ch2-, -CH2-CH2-, -CH2-CH = -NH-CO-, -C0NHCH(CH2)- of -CONHCH(OH)-
9. Orale hygiënesamenstelling volgens conclusie 5, waarin, in structuur A, p 1 of 2 is. 8900078. - 31- *
10. Orale hygiënesamenstelling volgens conclusie 5, waarin, in structuur B, M is -COO- of CONH-.
11. Orale hygiënesamenstelling volgens conclusie 5, waarin, in structuur B, q 1 of 2 is.
12. Orale hygiënesamenstelling volgens conclusie 5, waar in A of B de herhalingseenheid voorstellen, die verkregen is door de additie-polymerisatie van respectievelijk een polymeriseerbaar olefi-nisch onverzadigd carbonzuur of een ester of amidederivaat daarvan.
12. Z xs -CHR -CHR - or -(CH.) -; waarin, wanneer Z is -CHR -. 2 m CHR -
25 R , dat in dezelfde herhalingseenheid met de structuur B (wanneer n of q 2 of meer is) of in verschillende herhalingseenheden met de structuur B gelijk of verschillend kan zijn, waterstof of een hydrocarbylgroep is; en 2 R , dat in dezelfde herhalingseenheid met de structuur B 30 (wanneer n of q 2 of meer is) of in verschillende herhalingseenheden met de structuur B gelijk of verschillend kan zijn, is waterstof of 1 2 een hydrocarbylgroep; met dien verstande, dat R en R in een enkele eenheid -CHRl-CHR^-o- niet beide hydrocarbyl kunnen zijn; 3 R , dat in dezelfde herhalingseenheid met de structuur B 35 (wanneer q 2 of meer is) of in verschillende herhalingseenheden met de structuur B gelijk of verschillend kan zijn, is waterstof of een hydrocarbylgroep of een acylgroep, afkomstig van een alkaanzuur met 8900076. - 30- tot vijf koolstofatomen; m, indien aanwezig, een getal van 2 tot 10 is; n een getal is van 1 tot 60; p een getal is van 1 tot 4; en 5 q een getal is van 1 tot 4; elke CO^H groep via een intermediair of intermediairen L verenigt is met het hydrocarbylresidu X, en in de gevallen, waar p 2 tot 4 is, door L verenigd kan zijn met hetzelfde of verschillende koolstofatomen van X; 10. in de herhalingseenheden met de structuur A gelijk of verschillend kan zijn en is gekozen uit één of meer direkte bindingen en één of meer groepen van atomen, waarbij elke groep een keten verschaft van één of meer atomen voor verbinden van een (CO^H) groep met X, met dien verstande, dat meer dan twee (CO^H) groepen niet direkt 15 aan hetzelfde koolstofatoom in X gebonden kunnen zijn; 3 elke (ZO) R ) groep via eèn intermediair of intermediairen n q M verenigd is met het hydrocarbylresidu Y en in de gevallen, dat q 2 tot 4 is, door M verenigd kan zijn met hetzelfde of verschillende koolstofatomen van Y ; 20. in de herhalingseenheden met de structuur B gelijk of ver schillend kan zijn en is gekozen uit één of meer direkte bindingen en één of meer groepen van atomen, waarbij elke groep een keten verschaft van één of meer atomen voor verbinden van een (ZO) groep met n Y, met dien verstande, dat meer dan twee (ZO) groepen niet direkt n 25 aan hetzelfde koolstofatoom in Y gebonden kunnen zijn; de verhouding van het aantal -C02H groepen en het aantal (ZO) groepen, in het bijzonder wanneer Z is -CH2CH2-, is in het traject van 1:20 tot 20:1.
13. Orale hygiënesamenstelling volgens conclusie 12, waar- 10 in het polymeriseerbaar olefinisch onverzadigd carbonzuur acrylzuur of methacrylzuur is.
14. Orale hygiënesamenstelling volgens conclusie 1, dat een farmaceutisch aanvaardbare drager bevat, welke water, ethanol,een bevochtigingsmiddel, een geleermiddel, een gelstabilisator, een zoet- 15 middel, een conserveringsmiddel, een oppervlakteaktieve stof of een goed gekeurd kleurmiddel of smaakmiddel is.
15. Orale hygiënesamenstelling volgens conclusie 1, in de vorm van een mondwassing, spoeling, irrigatieoplossing, geltandmiddel, tandreiniger, bekleed tandflos, beklede of geïmpregneerde tandenbor- 20 stelharen, inter-tandenstimulator of bekleding, kauwgum, tabletten, ademverfrisser, schuim of spray. -o-o-o-o-o- 8900076.
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
GB888801025A GB8801025D0 (en) | 1988-01-18 | 1988-01-18 | Oral hygiene composition |
GB8801025 | 1988-01-18 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8900076A true NL8900076A (nl) | 1989-08-16 |
Family
ID=10630121
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8900076A NL8900076A (nl) | 1988-01-18 | 1989-01-12 | Samenstelling voor orale hygiene. |
Country Status (23)
Country | Link |
---|---|
JP (1) | JPH01242519A (nl) |
AT (1) | AT393621B (nl) |
AU (1) | AU617144B2 (nl) |
BE (1) | BE1002699A5 (nl) |
CA (1) | CA1335352C (nl) |
CH (1) | CH678598A5 (nl) |
DE (1) | DE3900896A1 (nl) |
DK (1) | DK3789A (nl) |
ES (1) | ES2009690A6 (nl) |
FI (1) | FI93691C (nl) |
FR (1) | FR2625901B1 (nl) |
GB (2) | GB8801025D0 (nl) |
GR (1) | GR1000273B (nl) |
HU (1) | HUT52397A (nl) |
IE (1) | IE61979B1 (nl) |
IT (1) | IT1227849B (nl) |
LU (1) | LU87430A1 (nl) |
NL (1) | NL8900076A (nl) |
NO (1) | NO174914C (nl) |
NZ (1) | NZ227596A (nl) |
PT (1) | PT89466B (nl) |
SE (1) | SE8900156L (nl) |
ZA (1) | ZA8961B (nl) |
Families Citing this family (13)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JP2608131B2 (ja) * | 1989-03-14 | 1997-05-07 | サンスター株式会社 | 歯ブラシ |
US5633083A (en) * | 1989-03-14 | 1997-05-27 | Sunstar Kabushiki | Toothbrush |
US5462728A (en) * | 1994-04-05 | 1995-10-31 | Blank; Izhak | Pharmaceutical compositions |
EP1530485A1 (en) | 2002-08-20 | 2005-05-18 | Alda Pharmaceuticals Corp. | A wide spectrum disinfectant |
EP1633192B1 (en) * | 2003-05-15 | 2010-05-05 | Arch UK Biocides Limited | Antimicrobial composition comprising a polymeric biguanide and a copolymer and use thereof |
ATE472937T1 (de) * | 2003-05-15 | 2010-07-15 | Arch Uk Biocides Ltd | Antimikrobielle zusammensetzung enthaltend eine polymerische biguanide und ein copolymer und deren verwendung |
WO2004100664A1 (en) | 2003-05-15 | 2004-11-25 | Arch Uk Biocides Limited | Composition comprising an acidic copolymer and an antimicrobial agent and use thereof |
US7217759B2 (en) | 2003-05-20 | 2007-05-15 | Arch Uk Biocides Limited | Composition and use |
US8603453B2 (en) | 2003-05-20 | 2013-12-10 | Arch Uk Biocides Limited | Antimicrobial polymeric biguanide and acidic co-polymer composition and method of use |
US7226968B2 (en) | 2003-05-20 | 2007-06-05 | Arch Uk Biocides Limited | Composition and use |
GB0808557D0 (en) | 2008-05-13 | 2008-06-18 | 3M Innovative Properties Co | Sampling devices and methods of use |
AR074361A1 (es) * | 2008-11-17 | 2011-01-12 | Glaxosmithkline Llc | Limpiador de protesis dentales |
DE102012007212A1 (de) * | 2012-04-11 | 2013-10-17 | Merz Pharma Gmbh & Co. Kgaa | Zubereitung zur topischen Anwendung auf Schleimhäuten mit Polyhexanid als Wirkstoff |
Family Cites Families (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB825577A (en) * | 1957-01-22 | 1959-12-16 | Internat Chemical Company Ltd | Improvements in or relating to dentifrices |
US3976765A (en) * | 1973-11-01 | 1976-08-24 | Colgate-Palmolive Company | Antibacterial oral preparations |
LU84833A1 (fr) * | 1983-05-31 | 1985-03-21 | Oreal | Produit de nettoyage pour les soins des dents et de la bouche contenant un tensio-actif non ionique poly(hydroxypropyl ether) |
US4624849A (en) * | 1984-11-02 | 1986-11-25 | The Procter & Gamble Company | Antimicrobial lozenges |
GB8428523D0 (en) * | 1984-11-12 | 1984-12-19 | Ici Plc | Oral hygiene composition |
US5100650A (en) * | 1987-06-30 | 1992-03-31 | Warner-Lambert Company | Anti-bacterial oral composition containing bis-biguanido hexanes |
-
1988
- 1988-01-18 GB GB888801025A patent/GB8801025D0/en active Pending
- 1988-12-22 GB GB8829926A patent/GB2213721B/en not_active Expired - Fee Related
- 1988-12-22 IE IE386188A patent/IE61979B1/en not_active IP Right Cessation
- 1988-12-29 ES ES8804013A patent/ES2009690A6/es not_active Expired
-
1989
- 1989-01-04 ZA ZA8961A patent/ZA8961B/xx unknown
- 1989-01-05 DK DK003789A patent/DK3789A/da not_active Application Discontinuation
- 1989-01-11 NZ NZ227596A patent/NZ227596A/en unknown
- 1989-01-12 IT IT8919074A patent/IT1227849B/it active
- 1989-01-12 NL NL8900076A patent/NL8900076A/nl not_active Application Discontinuation
- 1989-01-13 DE DE3900896A patent/DE3900896A1/de not_active Withdrawn
- 1989-01-16 NO NO890180A patent/NO174914C/no unknown
- 1989-01-16 HU HU89137A patent/HUT52397A/hu unknown
- 1989-01-16 AU AU28522/89A patent/AU617144B2/en not_active Ceased
- 1989-01-17 PT PT89466A patent/PT89466B/pt active IP Right Grant
- 1989-01-17 FI FI890237A patent/FI93691C/fi not_active IP Right Cessation
- 1989-01-17 SE SE8900156A patent/SE8900156L/xx not_active Application Discontinuation
- 1989-01-17 JP JP1006073A patent/JPH01242519A/ja active Pending
- 1989-01-17 GR GR890100030A patent/GR1000273B/el unknown
- 1989-01-18 CA CA000588582A patent/CA1335352C/en not_active Expired - Fee Related
- 1989-01-18 BE BE8900052A patent/BE1002699A5/fr not_active IP Right Cessation
- 1989-01-18 CH CH151/89A patent/CH678598A5/de not_active IP Right Cessation
- 1989-01-18 FR FR8900562A patent/FR2625901B1/fr not_active Expired - Fee Related
- 1989-01-18 LU LU87430A patent/LU87430A1/fr unknown
- 1989-01-18 AT AT0009089A patent/AT393621B/de not_active IP Right Cessation
Also Published As
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
AU2018415261B2 (en) | Oral care compositions for promoting gum health | |
AU2018415249B2 (en) | Oral care compositions for promoting gum health | |
AU2018415259B2 (en) | Oral care compositions for promoting gum health | |
NL8900076A (nl) | Samenstelling voor orale hygiene. | |
AU2018415260B2 (en) | Oral care compositions for promoting gum health | |
JPS6216923B2 (nl) | ||
JPH0665036A (ja) | 口腔用組成物 | |
EP3743040A1 (en) | Anti-stain oral care composition | |
AU2019468502B2 (en) | Oral care compositions comprising stannous ion source, neutral amino acid, and polyphosphate | |
WO2016075499A2 (en) | Uses of polymers |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
BV | The patent application has lapsed | ||
CNR | Transfer of rights (patent application after its laying open for public inspection) |
Free format text: SMITHKLINE BEECHAM PLC |
|
BV | The patent application has lapsed |