NL8602410A - Werkwijze om het al dan niet aanwezig zijn van aan elkaar gehechte kettingdraden te bepalen en weefmachine die deze werkwijze toepast. - Google Patents

Werkwijze om het al dan niet aanwezig zijn van aan elkaar gehechte kettingdraden te bepalen en weefmachine die deze werkwijze toepast. Download PDF

Info

Publication number
NL8602410A
NL8602410A NL8602410A NL8602410A NL8602410A NL 8602410 A NL8602410 A NL 8602410A NL 8602410 A NL8602410 A NL 8602410A NL 8602410 A NL8602410 A NL 8602410A NL 8602410 A NL8602410 A NL 8602410A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
signal
machine
chain guard
warp threads
chain
Prior art date
Application number
NL8602410A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Picanol Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Picanol Nv filed Critical Picanol Nv
Priority to NL8602410A priority Critical patent/NL8602410A/nl
Priority to US07/098,302 priority patent/US4805670A/en
Priority to EP87201807A priority patent/EP0262724B1/en
Priority to DE87201807T priority patent/DE3787242T2/de
Publication of NL8602410A publication Critical patent/NL8602410A/nl

Links

Classifications

    • DTEXTILES; PAPER
    • D03WEAVING
    • D03DWOVEN FABRICS; METHODS OF WEAVING; LOOMS
    • D03D51/00Driving, starting, or stopping arrangements; Automatic stop motions
    • D03D51/18Automatic stop motions
    • D03D51/44Automatic stop motions acting on defective operation of loom mechanisms
    • DTEXTILES; PAPER
    • D03WEAVING
    • D03DWOVEN FABRICS; METHODS OF WEAVING; LOOMS
    • D03D51/00Driving, starting, or stopping arrangements; Automatic stop motions
    • D03D51/18Automatic stop motions
    • D03D51/20Warp stop motions

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Textile Engineering (AREA)
  • Looms (AREA)

Description

* ? .- 1 - ύ~ i
Werkwijze om het al dan niet aanwezig zijn van aan elkaar gehechte kettingdraden te bepalen en weefmachine die deze werkwijze toepast.
5 Deze uitvinding heeft betrekking op een werkwijze om het al dan niet aanwezig zijn van aan elkaar gehechte kettingdraden in de van de kettingboom aflopende ketting te bepalen.
Deze uitvinding betreft eveneens weefmachines die deze werkwijze toepassen.
10 Het is bekend bij weefmachines, teneinde kettingdraadbreuken te bepalen, gebruik te maken van een kettingwachter waarbij door elke kettingdraad een kettingwachterlamel omhoog gehouden wordt, een en ander zodanig dat bij het breken van een draad de bijhorende kettingwachterlamel naar beneden valt, 15 m.a.w. kontakt maakt, en in de verbinding van twee elektroden voorziet. Door de verbinding van de elektroden wordt een kettingwachtersignaal afgeleverd ten gevolge van hetwelke een machinestop kan ingeleid worden.
g e 0 2 4 1 £' * <* - 2 -
Men weet echter ook dat elk als dusdanig afgeleverd ketting-wachtersignaal niet noodzakelijk het gevolg is van een ketting-draadbreuk. Hierdoor ontstaan zogenaamde valse stops die verschillende oorzaken kunnen hebben.
5 Een eerste oorzaak van dergelijke valse machinestop kan bestaan in het feit dat tussen de kettingdraden een slappe kettingdraad aanwezig is zodat dat de bijhorende lamel de voornoemde elektroden kontakteert.
Een tweede oorzaak van een valse machinestop kan te wijten 10 zijn aan het feit dat één of meerdere lamellen ten gevolge van de trillingen bij het weefproces, op en neer zijn gaan dansen, waarbij zij in hun laagste stand de voornoemde elektroden kontakteren.
Het is bekend om kortstondige kettingwachtersignalen niet in 1-5 rekening te brengen teneinde te voorkomen dat dansende lamellen een machinestop veroorzaken.
Een derde oorzaak van dergelijke valse machinestops wordt gevormd door het feit dat twee of meerdere naast elkaar gelegen kettingdraden zich in elkaar vast gehecht hebben, of 20 met andere woorden dat er een zogenaamde "strop" in de ketting is gevormd.
8602410 - 3 - *
Het vormen van zulke strop is meestal het gevolg van de stofvorming die zich in een weverij voordoet.
Het stof uit de veefzaal valt immers neer op de ketting.
Daar de kettingdraden gedurende het veefproces door de 5 kettingvachterlamellen passeren is het duidelijk dat zich ter hoogte van de kettingvachter, in het bijzonder aan de rij kettingvachterlamellen die het dichtst hij de kettingboom is gesitueerd, zich een grote stofophoping kan voordoen.
Hierbij kan het stof zich vastzetten op twee of meerdere 10 kettingdraden die hierdoor met elkaar worden verbonden waardoor voornoemde strop ontstaat. Door het voortbewegen van de kettingdraden kan ten gevolge hiervan een kettingvachterlamel worden mèegetrokken. Gezien de relatief lichte konstruktie wordt deze dan volledig vervormd waardoor een elektrisch 15 kontakt gesloten wordt tussen de twee bijhorende elektroden.
Zoals bekend voorziet het aldus ontstane kettingvachter-signaal in een machinestop.
De voornoemde aanhechting tussen kettingdraden is niet noodzakelijk het gevolg van een stofophoping doch kan ook te wijten 20 zijn aan een fout bij het opwikkelen van de kettingboom.
De huidige uitvinding heeft tot doel in een werkwijze en veefmachine te voorzien waarbij het voornoemde nadeel zich 8602410 > - 4 - niet voordoet. Zij heeft in de eerste plaats dan ook betrekking op een werkwijze om het al dan niet aanwezig zijn van aan elkaar gehechte kettingdraden te bepalen, waarbij deze werkwijze het kenmerk vertoont dat zij er hoofdzakelijk in bestaat 5 in de kombinatie van het verwezenlijken van een machinestop bij een kettingwachtersignaal dat erop duidt dat een kontakt gemaakt wordt door een kettingwachterlamel; het kontroleren of een gevallen kettingwachterlamel aanwezig is; indien geen gevallen kettingwachterlamel aanwezig is het minstens één maal 10 terug starten van de weefmachine; en het interpreteren van het kettingwachtersignaal dat ontstaat ten gevolge van het terug starten teneinde vast te stellen of de kettingdraden in elkaar gehecht zijn.
Het kontroleren of een gevallen kettingwachterlamel aanwe-15 zig is kan geschieden door middel van een lamellenzoekappa-raat, bijvoorbeeld zoals beschreven in de Nederlandse ok-trooiaanvrage nr 8600372 van aanvraagster.
Met het inzicht de kenmerken volgens de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna, als voorbeelden zonder enig be-20 perkend karakter, enkele varianten van voornoemde werkwijze evenals een weefmachine die de werkwijze volgens de uitvinding toepast beschreven met verwijzing naar de bijgaande 8602410 : - 5 - * tekeningen, waarin :
Figuur 1 schematisch een weefmachine volgens de uitvinding weergeeft waarbij een stofophoping is aangeduid; figuur 2 een zicht weergeeft volgens pijl F2 in 5 figuur 1; figuur 3 weergeeft hoe ten gevolge van de aaneenhechting van kettingdraden een kettingwachterlamel een elektrisch kontakt kan maken tussen twee kettingwachterelektroden.
In figuur 1 worden hoofdzakelijk de bekende elementen van het 10 weefproces weergegeven, namelijk een kettingboom I, de kettingdraden 2, hevels 3 om een gaap 4 te vormen, een riet 5 om in-slagdraden aan te slaan, het gevormde doek 6 en eeh doekboom 7.
Teneinde gebroken kettingdraden 2 tijdig te ontdekken wordt zoals bekend gebruik gemaakt van een kettingwachter 8 dewelke 15 is voorzien van kettingwachterlamellen 9 die aan de kettingdraden zijn opgehangen. De kettingwachterlamellen 9 zijn meestal in een aantal rijen, respektievelijk 10 t.e.m. 13, opgesteld. Bij het breken van een kettingdraad valt de bijhorende kettingwachterlamel 9 naar beneden één en ander zo-20 danig dat een elektrisch kontakt wordt gesloten en een machi-nestop wordt verwezenlijkt.
86 0 2 ' 10 /> - 6 - ¥
Verder kan nog een lamellenzoekapparaat 14 onder de ketting-wachter 8 aangebracht zijn zoals dit bekend is uit de Nederlandse oktrooiaanvrage nr. 8600372 van aanvraagster teneinde gevallen kettingwachterlamellen 9A waar te nemen en op te 5 sporen.
Zoals in de inleiding beschreven valt bet stof dat ontstaat ten gevolge van het weefproces op de kettingdraden 2. Het is duidelijk dat door dit stof 15 een stofophoping 16 aan de kettingwachter 8 zal ontstaan, waarbij deze zich hoofd-10 zakelijk voordoet aan de rij kettingwachterlamellen 10 die zich aan de zijde van de kettingboom 1 bevindt. Zoals weergegeven in figuur 2 kan door zulke stofophoping 16 de aaneen-hechting van meerdere kettingdraden 2A, m.a.w. een strop, ontstaan.
15 Ten gevolge hiervan kan, zoals weergegeven in figuur 3, een kettingwachterlamel 9 mee getrokken worden met de kettingdraden 2, waardoor zij ten slotte zodanig vervormd wordt dat een elektrisch kontakt gesloten wordt tussen de ketting-wachterelektroden 17 en 18. Door het sluiten van dit elek-20 trisch kontakt wordt een kettingwachtersignaal gevormd waardoor een machinestop wordt uitgevoerd.
8602410 - 7 - ..... *
Om nu te veet te komen dat deze machines top inderdaad het gevolg is van de aaneenhechting van kettingdraden 2A zal de voornoemde werkwijze volgens de uitvinding toegepast worden.
Volgens een eerste mogelijkheid zal na een machines top na-5 gegaan worden of er een gevallen lamel 9A aanwezig is, bijvoorbeeld door middel van het voornoemde lamellenzoekapparaat 14. Wordt geen gevallen lamel 9A vastgesteld dan wordt de weef-machine terug gestart. Indien onmiddellijk ten gevolge van het terug starten van de weefmachine opnieuw een kettingwachter-10 signaal wordt afgeleverd dat in een machinestop voorziet dan mag men met grote zekerheid verwachten dat een aantal kettingdraden 2A aan elkaar vastgehecht zijn. Het is immers, zo dat gevallen kettingwachterlamellen 9A dan niet aanwezig'kunnen zijn, zoniet zouden deze gedetekte'erd geweest zijn door het lamellen-15 zoekapparaat 14.
Bovendien is bij het terugstarten van de weefmachine het dan- s sen van de kettingwachterlamellen 9 vrijwel uitgesloten.‘De enige mogelijkheid is aldus de aanwezigheid van een wstropw.
Volgens de uitvinding zal nu het tweede kettingwachtersignaal 20 worden aangewend om te signaleren dat een aantal kettingdraden aan elkaar gehecht zijn.
Bij een tweede mogelijkheid van de werkwijze volgens de uit- 8602410 r - 8 - \ vinding wordt bij een machinestop eerst nagegaan of een gevallen lamel 9A aanwezig is. Is zulke lamel 9A niet aanwezig dan wordt de machine terug gestart. Als echter bij het terugstarten onmiddellijk terug een machinestop wordt veroorzaakt 5 wordt nu nogmaals nagegaan of een gevallen lamel 9A aanwezig is door middel van het lamellenonderzoekapparaat 14.
Als bij deze tweede kontrole wordt vastgesteld dat er inder-daad geen gevallen lamel 9A aanwezig is wordt volgens de uitvinding dit gegeven aangewend om te signaleren dat een aantal 10 kettingdraden 2Δ hoogst waarschijnlijk aan elkaar gehecht zijn.
Volgens een variante op het voorgaande kan evenwel na het tweede nazicht óp de aanwezigheid van gevallen kettingwachterlamellen 9A de weefmachine nog een tweede maal terug gestart worden.
Wordt deze start wederom onmiddellijk gevolgd door een machine-15 stop dan zal volgens de uitvinding dit gegeven aangewend worden om te signaleren dat een aantal kettingdraden aan elkaar gehecht zijn.
Bij een derde mogelijkheid van de werkwijze volgens de uitvinding wordt bij een machinestop eerst nagegaan of een ge-20 vallen lamel 9A aanwezig is. Is zulke lamel 9A niet aanwezig dan wordt de machine terug gestart. Als echter bij het terugstarten onmiddellijk terug een machinestop wordt veroorzaakt wordt nu nog nagegaan of de gevallen lamel 9Δ zich op dezelfde lamellenrij 10-13 als bij de vorige stop bevindt.
8602410 - 9 - * t r/
Eet is duidelijk dat, indien er een strop voorkomt, deze strop steeds dezelfde lamel kontakt zal laten maken.
Als bij deze tweede kontrole wordt vastgesteld dat inderdaad de gevallen lamel 9A op dezelfde lamellenrij 10-13 5 voorkomt, wordt volgens de uitvinding dit gegeven aangewend om te signaleren dat een aantal kettingdraden 2A hoogst waarschijnlijk aan elkaar gehecht zijn.
Volgens nog een andere mogelijkheid wordt gebruik gemaakt van het feit dat bij het aan elkaar hechten van de kettingdraden 10 2 het zeer waarschijnlijk is dat het kettingwachtersignaal dat hiervan het gevolg is veroorzaakt wordt in de rij ketting-wachterlamellen 10 die zich het dichtst bij de zijde van de kettingboom 1 bevindt.Volgens deze mogelijkheid wordt bij een machineetop nagegaan of een gevallen kettingwachterlamel 9A 15 aanwezig is. Indien zulke lamel 9A niet wordt aangetroffen wordt de machine terug gestart. Als echter deze start onmiddelijk terug een machineetop tot gevolg heeft zal nu volgens deze variante van de uitvinding worden nagegaan in welke rij kettingwachterlamellen, respektievelijk 10 t.e.m. 13, een kontakt gesloten werd.
20 Indien dit kontakt zich heeft gevormd in de rij kettingwachterlamellen 10 die zich het dichtst bij de kettingboom 1 bevindt, zal een signaal gegeven worden om aan te geven dat een aantal kettingdraden 2A hoogst waarschijnlijk aan elkaar gehecht zijn.
Het is duidelijk dat na het geven van het voornoemde signaal 8602410 % - 10 - dat op de aanwezigheid van aan elkaar vastgehechte kettingdraden 2Δ wijst, de wever manueel kan ingrijpen.
Uiteraard zal de werkwijze volgens de uitvinding volledig automatisch uitgevoerd worden.
5 Een weefmachine die de werkwijze volgens de uitvinding toepast zal hiertoe bijvoorbeeld voorzien zijn van een stuur-eenheid 19 die gekoppeld is met de kettingwachter 8, het lamellenzoekapparaat 14, een signalisatie-element 20 en de aandrijving 21 van de weefmachine. De stuureenheid 19 kan hier-10 bij hoofdzakelijk bestaan uit een aantal logische schakel- elementen en start-stop circuits voor de in- en uitschakeling van respektievelijk het lamellenzoekapparaat 14 en’de aandrijving 21. Dergelijke komp'onenten zijn op zichzelf voldoende bekend. De opbouw van de stuureenheid 19 is duidelijk te be-15 grijpen, voortgaande op de gegevens van de hiervoor besproken werkwijze volgens de uitvinding. v
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeelden beschreven werkwijze, doch zulke werkwijze om het al dan niet aanwezig zijn van aan elkaar gehechte kettingdraden' 20 te bepalen kan volgens verscheidene varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader der uitvinding te treden.
86 0 2 1 &

Claims (5)

1.- Werkwijze om het al dan niet aanwezig zijn van aan elkaar gehechte kettingdraden te bepalen met het kenmerk dat 5 zij hoofdzakelijk bestaat in de kombinatie van het verwezenlijken van een machinestop bij een kettingwachtersignaal dat erop duidt dat een kontakt gemaakt wordt door een ketting-wachterlamel (9); het kontroleren of een gevallen kettingwach-terlamel (9A) aanwezig is; indien geen gevallen kettingwachter-10 lamel (9A) aanwezig is het minstens één maal terug starten van de weefmachine en het interpreteren van het kettingwachtersignaal dat ontstaat ten gevolge van het terug starten teneinde vast te stellen of de kettingdraden (2) in elkaar gehecht zijn. 15 2,- Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat indien ten gevolge van het terug starten van de weefmachine opnieuw een kettingwachtersignaal wordt afgeleverd dat in een machinestop voorziet, dit signaal tevens wordt aangewend om te signaleren dat een aantal kettingdraden (2A) aan elkaar 20 gehecht zijn.
3,- Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat indien ten gevolge van het terug starten van de weefmachine opnieuw een kettingwachtersignaal wordt afgeleverd waaruit een 8602410 l. - 12 - machines top voortvloeit, deze werkwijze voorziet in het voor een tweede keer kontroleren of een gevallen kettingwachterlamel (9A) aanwezig is, en indien dit laatste niet het geval is, het aanwenden van dit gegeven om te signaleren dat een aantal 5 kettingdraden (2A) aan elkaar gehecht zijn.
4. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat indien ten gevolge van het terug starten van de weefmachine opnieuw een kettingwachtersignaal wordt afgeleverd waaruit een machinestop voortvloeit, deze werkwijze voorziet in het voor 10 een tweede keer kontroleren of een gevallen kettingwachterlamel (9Δ) aanwezig is, en indien dit laatste niet het geval is het aanwenden van dit gegeven om de weefmachine nogmaals te starten, waarbij in het geval dat onmiddellijk teriig een machinestop ontstaat, dit laatste gegeven wordt aangewend om 15 te signaleren dat een aantal kettingdraden (2A) aan elkaar gehecht zijn. '"v
5. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat indien ten gevolge van het terug starten van de weefmachine opnieuw een kettingwachtersignaal wordt afgeleverd waaruit 20 een machinestop voortvloeit, deze werkwijze voorziet in het ' kontroleren of de gévallen lamel (9A) zich bevindt op dezelfde lamellenrij (10-13), en indien dit laatste het geval is, het aanwenden van dit gegeven om te signaleren dat een aantal kettingdraden (2A) aan elkaar gehecht zijn. 8602410 - 13 - 3
6.- Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat indien ten gevolge van het terugstarten van de veefmachine opnieuw een kettingwachtersignaal wordt afgeleverd waaruit een machines top voortvloeit, er wordt nagegaan of dit ketting-5 wachtersignaal afkomstig is van de rij (10) kettingwachter-lamellen (9) die zich het dichts bij de kettingboom (1) bevindt, waarbij indien dit laatste inderdaad het geval is dit gegeven wordt aangewend om te signaleren dat een aantal kettingdraden (2) aan elkaar gehecht zijn. 10 6,- Weefmachine, met het kenmerk dat zij de werkwijze volgens één der conclusies 1 t.e.m. 5 toepast. _ N ψ 86 0 "* · 10
NL8602410A 1986-09-24 1986-09-24 Werkwijze om het al dan niet aanwezig zijn van aan elkaar gehechte kettingdraden te bepalen en weefmachine die deze werkwijze toepast. NL8602410A (nl)

Priority Applications (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8602410A NL8602410A (nl) 1986-09-24 1986-09-24 Werkwijze om het al dan niet aanwezig zijn van aan elkaar gehechte kettingdraden te bepalen en weefmachine die deze werkwijze toepast.
US07/098,302 US4805670A (en) 1986-09-24 1987-09-18 Method and apparatus for detecting clinging warp threads in a weaving machine
EP87201807A EP0262724B1 (en) 1986-09-24 1987-09-22 Method for detecting warp threads clinging together, and a weaving machine that uses this method
DE87201807T DE3787242T2 (de) 1986-09-24 1987-09-22 Verfahren zum Detektieren von anhaftenden Schussfäden und Webmaschine, die dieses Verfahren anwendet.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8602410 1986-09-24
NL8602410A NL8602410A (nl) 1986-09-24 1986-09-24 Werkwijze om het al dan niet aanwezig zijn van aan elkaar gehechte kettingdraden te bepalen en weefmachine die deze werkwijze toepast.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8602410A true NL8602410A (nl) 1988-04-18

Family

ID=19848585

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8602410A NL8602410A (nl) 1986-09-24 1986-09-24 Werkwijze om het al dan niet aanwezig zijn van aan elkaar gehechte kettingdraden te bepalen en weefmachine die deze werkwijze toepast.

Country Status (4)

Country Link
US (1) US4805670A (nl)
EP (1) EP0262724B1 (nl)
DE (1) DE3787242T2 (nl)
NL (1) NL8602410A (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JP3157776B2 (ja) * 1998-04-17 2001-04-16 津田駒工業株式会社 織機の起動方法
ES2360568T3 (es) 2008-12-22 2011-06-07 HEIMBACH GMBH &amp; CO. KG Tamiz de formación.
DE102011080629A1 (de) 2011-08-08 2013-02-14 Lindauer Dornier Gesellschaft Mit Beschränkter Haftung Verfahren und Webmaschine mit einer Vorrichtung zum Überwachen einer Fadenüberspannung

Family Cites Families (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR708306A (fr) * 1930-12-24 1931-07-22 Perfectionnements dans les casse-chaîne mécaniques à barres dentées pour métiers à tisser
US2512165A (en) * 1944-04-21 1950-06-20 Zellweger A G Dividing of warp stop motion blades from a series of blades
FR982218A (fr) * 1949-01-18 1951-06-07 Casse-chaîne à déclenchement par cellule photo-électrique
DE801920C (de) * 1949-05-13 1951-01-25 Carl Ludwig Lehner Kettenfaden-UEberwachungseinrichtung fuer Webstuehle
US2834381A (en) * 1955-04-08 1958-05-13 Grangier Emile Louis Droppers for warp detectors
FR1467134A (fr) * 1965-12-13 1967-01-27 Cotonniere De Fives Perfectionnement aux casse-chaînes électriques de métiers à tisser
DE1535597A1 (de) * 1966-04-20 1970-12-10 Erich Ribler Fadenwaechter fuer Textilmaschinen
US3725911A (en) * 1971-12-15 1973-04-03 Batson Cook Co Stop motion device with selective indicator
CH567127A5 (nl) * 1973-07-24 1975-09-30 Sulzer Ag
US3989068A (en) * 1974-09-28 1976-11-02 Toyo Boseki Kabushiki Kaisha Automatic control apparatus for weaving machine
JPS6081355A (ja) * 1983-10-08 1985-05-09 株式会社豊田自動織機製作所 織機における経糸切断位置検出装置

Also Published As

Publication number Publication date
US4805670A (en) 1989-02-21
DE3787242D1 (de) 1993-10-07
EP0262724A3 (en) 1990-05-30
EP0262724B1 (en) 1993-09-01
EP0262724A2 (en) 1988-04-06
DE3787242T2 (de) 1993-12-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
JP4347296B2 (ja) 散乱光式煙感知器
NL8602410A (nl) Werkwijze om het al dan niet aanwezig zijn van aan elkaar gehechte kettingdraden te bepalen en weefmachine die deze werkwijze toepast.
BE1000883A3 (nl) Werkwijze voor het verwijderen van een foutieve inslagdraad uit de gaap van een weefmachine en weefmachine die deze werkwijze toepast
BE1001513A3 (nl) Weefmachine, met een verbeterde voeding voor de inslagdraden.
US4573499A (en) Weft detection stopper for looms
KR940701475A (ko) 직조기의 천 검사 장치
BE1000899A4 (nl) Werkwijze voor het kontroleren van kettingbreuken bij weefmachines, en inrichting die deze werkwijze toepast.
EP1832896B1 (de) Reflexionslichtschranke mit Zusatzstrahlungsquelle zum Nachweis von Objekten in einem Überwachungsbereich
US5551485A (en) False warp stop diagnostic apparatus
EP0113461A2 (en) Functional test means of light scattering type smoke detector
EP1049827B1 (en) Monitoring device
US4805671A (en) Device for the control of the weft yarn in the looms operated by compressed air
JP2631676B2 (ja) 織機のたて糸切れ位置検出装置
DE19716587C1 (de) Verfahren zur Funktionsüberwachung eines Schußfadenwächters in Luftdüsenwebmaschinen
NL8303669A (nl) Damwandplank met signaalinrichting.
JP4017129B2 (ja) 織機の経糸切れ位置検出装置
JP2777738B2 (ja) 空気噴射式織機のよこ入れ関連部材良否判定装置
CS267621B1 (cs) Elektrická oenovní zarážka tkacího stroje
BE899349A (nl) Kettingwachter, meer speciaal voor zelfkantdraden.
BE899347A (nl) Kettingwachterinrichting voor weefgetouwen.
BE1001033A3 (nl) Inslagwachter voor de detektie van gebroken of te lange inslagdraden.
JP2668563B2 (ja) 水噴射式繊機の空織り検知装置
NL8602191A (nl) Werkwijze voor het verwijderen van een foutieve inslagdraad bij een weefproces.
JPS61252344A (ja) ジエツトル−ムにおける緯糸検出装置
US1419077A (en) Warp stop motion

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed