NL8602191A - Werkwijze voor het verwijderen van een foutieve inslagdraad bij een weefproces. - Google Patents
Werkwijze voor het verwijderen van een foutieve inslagdraad bij een weefproces. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8602191A NL8602191A NL8602191A NL8602191A NL8602191A NL 8602191 A NL8602191 A NL 8602191A NL 8602191 A NL8602191 A NL 8602191A NL 8602191 A NL8602191 A NL 8602191A NL 8602191 A NL8602191 A NL 8602191A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- weft thread
- shed
- thread
- faulty
- new
- Prior art date
Links
Classifications
-
- D—TEXTILES; PAPER
- D03—WEAVING
- D03D—WOVEN FABRICS; METHODS OF WEAVING; LOOMS
- D03D51/00—Driving, starting, or stopping arrangements; Automatic stop motions
- D03D51/06—Driving, starting, or stopping arrangements; Automatic stop motions using particular methods of stopping
- D03D51/08—Driving, starting, or stopping arrangements; Automatic stop motions using particular methods of stopping stopping at definite point in weaving cycle, or moving to such point after stopping
- D03D51/085—Extraction of defective weft
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Textile Engineering (AREA)
- Looms (AREA)
Description
* - 1 - ..... *'
Werkwijze voor het verwijderen van een foutieve inslagdraad bij een weefproces.
Deze uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het ver-5 wijderen van een foutieve inslagdraad bij een weefproces.
Het is bekend dat bij het inbrengen van een inslagdraad in de gaap zich verschillende fouten kunnen voordoen. In de eerste plaats betreft het gebroken inslagdraden. Andere fouten zijn bijvoorbeeld lusvorming en dergelijke waarbij het vrije uit-10 einde van de inslagdraad het einde van de gaap niet bereikt.
Uit het Nederlands oktrooi nr 146.551 is een systeem bekend om dergelijke foutieve inslagdraden te verwijderen, volgens hetwelke bij het vaststellen van een foutieve inslag de betreffende draad niet wordt afgesneden, de weefmachine zodanig 15 teruggedraaid wordt dat de foutieve inslagdraad of het foutieve inslagdraadgedeelte vrijkomt en vervolgens het niet afgesne- 0602181 - 2 - 9 sneden inslagdraadgedeelte door een mechanisch element in het blaasbereik van de bijblazers wordt gebracht, zodanig dat door het blazen van deze bijblazers de draad verder losgetrokken wordt en alsdusdanig zal afgevoerd worden. Deze werkwijze 5 vertoont als hoofdzakelijke nadelen dat zij vrij omslachtig is en mechanische middelen vereist om het inslagdraadgedeelte los te drukken en tot in het bereik van de bijblazers te brengen. Deze werkwijze vertoont eveneens het nadeel dat ze alleen toepasbaar is bij een luchtweefmachine.
10 De huidige uitvinding heeft dan ook een werkwijze voor het verwijderen van een foutieve inslagdraad tot doel, die voornoemde nadelen niet vertoont.
Een ander doel van de uitvinding bestaat erin dat in de herstelling van een inslagdraad kan worden voorzien zonder dat 15 het noodzakelijk is de weefmachine stil te leggen.
De werkwijze van de huidige uitvinding bestaat er dan ook hoofdzakelijk in dat de foutieve inslagdraad door middel van een nieuwe inslagdraad naar de overzijde van het weefsel wordt gebracht. Dit gebeurt door minstens één nieuwe lengte 20 van de nieuwe inslagdraad in de gaap te brengen waarvan het voorste uiteinde verbonden is met het zich aan de inslagbreng-zijde bevindende uiteinde van de foutieve inslagdraad. Aan de overzijde van het weefsel kunnen middelen voorzien zijn om minstens de foutieve inslagdraad verder uit de gaap te verwijderen.
8602191 - 3 _ »
De werkwijze volgens de uitvinding vindt zowel zijn toepassing bij luchtweefmachines als bij grijperweefgetouwen.
Met het inzicht de kenmerken volgens de uitvinding beter aan te tonen worden hiernavolgend enkele voorbeelden zonder enig beper-5 kend karakter beschreven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin: figuren 1 t.e.m. 5 stapsgewijs de werkwijze bij luchtweefmachines weergeven; figuren 6 t.e.m. 10 stapsgewijs de werkwijze weergeven bij 10 een grijperweefgetouw; figuur 11 schematisch nog een variante weergeeft voor de stappen weergegeven in figuren 5 en 10.
In figuur 1 worden schematisch een hoofdblazer 1, een weefsel 2, een snijinrichting 3, een gaap 4, een draadtoevoer 5 en een in 15 punt A gebroken aangeslagen inslagdraad 6 weergegeven. Van zodra de fout van de inslagdraad 6 gedetekteerd is, bijvoorbeeld door een inslagwachter 7, wordt volgens een eerste mogelijkheid de weefmachine stilgezet. Indien men de weefmachine niet plots tot stilstand kan brengen wordt door middel van het klassieke 20 schotzoeken de gaapvorming zodanig teruggedraaid dat de nabij de doeklijn 8 gelegen inslagdraad 6 vrij komt te liggen, of m.a.w. niet meer ingesloten is door kettingdraden 9.
8602191 * - 4 _
Van zodra de voornoemde fout in de inslagdraad vastgesteld wordt, wordt de snij inrichting 3 buiten werking gesteld of buiten het bereik van de inslagdraad 6 gebracht. Anderzijds kan de draad 6 ook buiten het bereik van de snij inrichting 3 gehouden worden.
5 Indien de draad toch reeds geknipt werd kan men middelen voorzien om beide draadeinden terug aan ekaar te knopen.
Alsdusdanig blijft de volgende nieuwe inslagdraad 10 met zijn voorste uiteinde 11 verbonden met het uiteinde 12 van de foutieve inslagdraad 6 dat zich aan de inslaginbrengzijde bevindt.
10 Volgens figuren 2 t.e.m. 5 wordt dan hoofdblazer 1 in werking gesteld en wordt minstens één nieuwe lengte inslagdraad 10 in de gaap ingevoerd, zodanig dat het voorste uiteinde 11 van de nieuwe inslagdraad 10 het uiteinde 12 van de vroegere inslagdraad 6 mee door de gaap 4 trekt en deze alsdusdanig volledig 15 losmaakt en naar het einde van de gaap 4 mee afvoert. Teneinde de foutieve inslagdraad 6 volledig af te voeren zal in de meeste gevallen een nieuwe inslagdraad 10 met een dubbele inslag-lengte noodzakelijk zijn.
Zoals weergegeven in figuren 4 en 5 kan de foutieve inslag-20 draad 6 volledig uit de gaap 4 gezogen worden door middel van een pneumatische inrichting, bijvoorbeeld een draadspan-inrichting 13, die er dan ook verder zorg voor draagt dat de nieuwe inslagdraad 10 volledig gestrekt wordt.
8602191 - 5 -
Dergelijke inrichting is echter bij een luchtweefmachine niet noodzakelijk.
Vervolgens kan de snij inrichting 3 volgens een verder besproken werkwijze terug in werking treden zodanig dat de nieuwe 5 inslagdraad 10 afgeknipt wordt en kan aangeslagen worden waarna het weefproces zijn normale gang verder gaat.
Het is duidelijk dat het inblazen van de inslagdraad, in een lusvormige toestand zoals weergegeven in de figuren, met een gepaste lengte en een gepaste sturing van de blazers zal dienen 10 te geschieden.
In figuren 6 t.e.m. 10 wordt de werkwijze bij een grijper-weefgetouw weergegeven. Het verschil met het voorgaande bestaat erin dat de nieuwe inslagdraad 10 niet wordt ingeblazen maar door de gevergrijper 14 tot in het midden van de gaap wordt 15 gevoerd, waarbij de foutieve inslagdraad 6 wordt losgetrokken, waarna in het midden van de gaap het voorste uiteinde 11 van de nieuwe inslagdraad 10 wordt overgegeven aan de gevergrijper 15 en het uitvindingsprincipe verder voltooid wordt. Aan het einde van de gaap 4 worden de inslagdraden 10 en 6 losgelaten en als-20 dusdanig door bijvoorbeeld een strekblazer 13 verder opgezogen.
Zoals weergegeven in figuur 11 kan in plaats van een strekblazer 13 ook een mechanisch element, zoals een haak 16, aangewend worden om de inslagdraad verder uit de gaap 4 te trekken.
8602191 6 - «
Volgens een bijzondere uitvoering van de uitvinding wordt in geval van een foutdetektie de voornoemde inslagdraad 6 niet afgesneden, doch laat men de weefmachine over een volledig weefpatroon verder werken zonder inslagdraden toe te voeren en 5 wordt vervolgens overeenkomstig aan voornoemde werkwijze de nieuwe inslagdraad 10 ingebracht, terwijl de vorige inslagdraad 6 hierdoor wordt verwijderd.
Volgens een variante hierop kan eveneens overeenkomstig de uitvinding de kaderaandrijving zodanig gestuurd worden dat 10 tweemaal dezelfde gaapvorming wordt verwezenlijkt en dat vervolgens overeenkomstig aan voornoemde werkwijze een nieuwe inslagdraad 10 wordt ingebracht.
De laatstgenoemde varianten vertonen het voordeel dat de weefmachine ononderbroken kan blijven doorlopen gedurende 15 voornoemde handelingen, zodanig dat een machinestop niet noodzakelijk is. Uiteraard zullen gepaste sturingen dienen voorzien te worden om te vermijden dat tengevolge van het over een aantal weef cyclussen niet inbrengen van een inslagdraad aanzetstrepen in het weefsel zullen ontstaan.
20 Volgens een bijzondere variante wordt, na het verwijderen van de inslagdraad 6, de nieuwe inslagdraad 10 aan het einde 17 (figuren 5 en 10) van de gaap 4 afgesneden alvorens deze wordt aangeslagen. Hierdoor wordt een zuivere inslagdraad in de gaap 4 bekomen die vrij is van elke nadelige afwijking 8602191 » -7 die zou kunnen ontstaan zijn ten gevolge van het uit de gaap trekken van de foutieve inslagdraad 6.
Volgens een andere variante wordt, na het verwijderen van de foutieve inslagdraad 6, de nieuwe inslagdraad 10 nabij het 5 begin 18 van de gaap 4 afgesneden, teneinde een zuivere nieuwe draad te bekomen. De voornoemde nieuwe inslagdraad 10, waarmede de foutieve inslagdraad 6 uit de gaap werd gevoerd, wordt dan eêrst uit de gaap 4 geblazen d.m.v. de klassieke bijblazers en de strekblazer 13.
10 Daar in voornoemd geval het afsnijden van de inslagdraad 10, aan het begin 18 van de gaap 4 niet ter hoogte van de doek— lijn 8 gebeurt - hetgeen duidelijk blijkt uit figuren 5 en 10 - zullen speciale maatregelen genomen worden om toch met de klassieke snij inrichting 3 te kunnen werken. Hiertoe wordt het 15 riet 19 met de eraan verbonden snijinrichting 3 zodanig verplaatst dat deze laatste in het bereik van de vrij in de gaap 4 gelegen inslagdraad 10 komt. De snijinrichting 3 wordt dan door een bijzonder stuurcommando bevolen zodanig dat deze reeds op een afstand D van de doeklijn 8 in werking treedt 20 (figuren 5 en 10).
Volgens nog een variante wordt volgens de uitvinding gekon-troleerd of alle gebroken inslagdraad uit de gaap 4 werd verwijderd. Hiertoe worden alle inslagdraadgedeelten die de gaap 8602191 4 - 8 - 4 verlaten in gewicht of lengte opgemeten en wordt het meetresultaat vergeleken met het gewicht of de lengte die normaal zou moeten gemeten worden. Deze laatste referentiewaarde kan eenvoudig bepaald worden aan de hand van de lengte draad 5 die de voorafwikkelaar vrijliet. Deze lengte is meestal vooraf bekend, of kan volgens bekende methoden gedetekteerd worden, bijvoorbeeld door het aantal wikkelingen van de voor-afwikkelaar te bepalen. Stemt het gekontroleerde draadge-deelte overeen met het vooropgestelde draadeinde dan start 10 de weefmachine. Stemt voornoemde waarde niet overeen dan start de machine niet en wordt ër een signaal gegeven aan de wever.
Bij het voorgaande zal bij voorkeur het gewicht i.p.v. de lengte gemeten worden, omdat het te meten inslagdraadgedeel-te verward kan zijn en een lengtemeting dan nagenoeg onmo-15 gelijk wordt.
Het is duidelijk dat i.p.v. een haak 16 eveneens een andere mechanische inrichting zoals bijvoorbeeld een op wrijving gebaseerd draadafvoersysteem kan gebruikt worden. Voornoemde mechanische systemen laten eenvoudig toe een draadspannings-20 kontrole uit te voeren op het te verwijderen draadeinde 6 waardoor het mogelijk is het draadeinde 6 te verwijderen onder gereduceerde spanning.
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voor- 8602191 - 9 - beelden beschreven en in de tekeningen weergegeven uitvoeringen, doch de werkwijze volgens de uitvinding kan volgens verscheidene varianten worden uitgevoerd zonder buiten het kader der uitvinding te treden.
8602191
Claims (12)
1. Werkwijze voor het verwijderen van een foutieve inslagdraad bij een weefproces, met het kenmerk dat de foutieve inslagdraad 5 d,m.v. een nieuwe inslagdraad (10) naar de overzijde van het weefsel wordt gebracht.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de foutieve inslagdraad (6) door minstens één nieuwe lengte inslagdraad (10) Uit de gaap (4) wordt gebracht, waarbij het voor- 10 ste uiteinde (11) van deze inslagdraad (20) verbonden is met het zich aan de inslaginbrengzijde bevindende uiteinde (12) van de foutieve inslagdraad (6).
3. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat bij de detektie van een foutieve inslagdraad (6) de gaap (4) in een zo- 15 danige positie wordt gebracht dat de foutieve inslagdraad (6) vrij ligt en dat hierna de foutieve inslagdraad (6) minstens over een zekere lengte uit de gaap (3) verwijderd wordt door een nieuwe inslagdraad (10) in de gaap (4) te brengen waarvan het voorste uiteinde (11) verbonden is met het zich aan de in-20 slaginbrengzijde bevindende uiteinde (12) van de foutieve in slagdraad (6 ) . 8602191 t - 11 -
4.- Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk dat de gaap in een zodanige positie wordt gebracht dat de foutieve inslag-draad (6) vrij ligt door een ogenblikkelijke machinestop te verwezenlijken.
5. Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk dat de gaap in een zodanige positie wordt gebracht dat de foutieve inslag-draad (6) vrij komt te liggen, door na de foutdetektie de kader-aandrijving over een volledig weefpatroon verder te laten werken en vervolgens de voornoemde nieuwe inslagdraad (10) in te 10 brengen.
6. Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk dat de gaap (4) in een zodanige positie wordt gebracht dat de foutieve inslagdraad (6)vrij komt te liggen door na de foutdetektie de kaderaandrijving zodanig te sturen dat twee maal dezelfde 15 gaapvorming wordt verwezenlijkt, waarna de voornoemde nieuwe inslagdraad (10) wordt ingebracht.
7. Werkwijze volgens conclusie 5 of 6, met het kenmerk dat de weefmaehine ononderbroken blijft doorlopen gedurende de voornoemde handelingen.
8. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de foutieve inslagdraad (6) aan het einde van de gaap (4) pneumatisch wordt afgevoerd. 8602191 » - 12 -
9. Werkwijze volgens één der conclusies 1 t.e.m. 7, met het kenmerk dat de foutieve inslagdraad (6) aan het einde van de gaap d.m.v. een mechanische inrichting verder volledig uit het weefvak wordt verwijderd.
10. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat deze toegepast is op een luchtweefgetouw.
11. Werkwijze volgens één der conclusies 1 t.e.m. 9, met het kenmerk dat deze toegepast is op een grijperweefgetouw.
12. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, met het 10 kenmerk dat de inslagdraadgedeelten die de gaap (4) verlaten in gewicht en/of lengte worden opgemeten en worden vergeleken met het gewicht en/of de lengte van het inslagdraadgedeelte dat zoals vooropgesteld de gaap (4) dient te verlaten, zulks teneinde te kontroleren of er draadgedeelten in de gaap achter-15 gebleven zijn. 86021S1
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8602191A NL8602191A (nl) | 1986-08-28 | 1986-08-28 | Werkwijze voor het verwijderen van een foutieve inslagdraad bij een weefproces. |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8602191 | 1986-08-28 | ||
NL8602191A NL8602191A (nl) | 1986-08-28 | 1986-08-28 | Werkwijze voor het verwijderen van een foutieve inslagdraad bij een weefproces. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8602191A true NL8602191A (nl) | 1988-03-16 |
Family
ID=19848471
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8602191A NL8602191A (nl) | 1986-08-28 | 1986-08-28 | Werkwijze voor het verwijderen van een foutieve inslagdraad bij een weefproces. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL8602191A (nl) |
Cited By (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0344848A1 (en) * | 1988-06-02 | 1989-12-06 | Picanol N.V. | Method for threading jet nozzles of weaving machines with a correct length of the weft thread end, and a weaving machine which uses this method |
EP0492461A1 (en) * | 1990-12-28 | 1992-07-01 | TSUDAKOMA Corp. | Mispicked weft removing method |
EP0534541A1 (en) * | 1991-09-18 | 1993-03-31 | SOMET SOCIETA' MECCANICA TESSILE S.p.A. | Method to automatically pull out a broken weft yarn from the shed in air looms and pneumomechanical device used in said method |
EP0867544A1 (en) * | 1997-03-24 | 1998-09-30 | Tsudakoma Kogyo Kabushiki Kaisha | Faultily picked weft yarn disposal method |
-
1986
- 1986-08-28 NL NL8602191A patent/NL8602191A/nl not_active Application Discontinuation
Cited By (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0344848A1 (en) * | 1988-06-02 | 1989-12-06 | Picanol N.V. | Method for threading jet nozzles of weaving machines with a correct length of the weft thread end, and a weaving machine which uses this method |
BE1001718A3 (nl) * | 1988-06-02 | 1990-02-13 | Picanol Nv | Werkwijze voor het aanbrengen van een juiste lengte inslagdraad in straalmondstukken van weefmachines en weefmachine die deze werkwijze toepast. |
US4967807A (en) * | 1988-06-02 | 1990-11-06 | Picanol N.V. | System for threading loom jet nozzle with correct length of the weft thread |
EP0492461A1 (en) * | 1990-12-28 | 1992-07-01 | TSUDAKOMA Corp. | Mispicked weft removing method |
EP0534541A1 (en) * | 1991-09-18 | 1993-03-31 | SOMET SOCIETA' MECCANICA TESSILE S.p.A. | Method to automatically pull out a broken weft yarn from the shed in air looms and pneumomechanical device used in said method |
EP0867544A1 (en) * | 1997-03-24 | 1998-09-30 | Tsudakoma Kogyo Kabushiki Kaisha | Faultily picked weft yarn disposal method |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US4898214A (en) | Method and apparatus for removing an improperly inserted weft thread from an air-jet loom | |
BE1001819A3 (nl) | Inrichting en werkwijze voor de toevoer van inslagdraden bij weefmachines. | |
US5544679A (en) | Defective weft yarn insertion prevention | |
EP0333302B1 (en) | Weaving machine with an improved weft thread supply | |
BE1001507A3 (nl) | Werkwijze voor het uit de gaap verwijderen van een los foutief inslagdraadgedeelte bij weefmachines. | |
BE1000883A3 (nl) | Werkwijze voor het verwijderen van een foutieve inslagdraad uit de gaap van een weefmachine en weefmachine die deze werkwijze toepast | |
BE1001508A3 (nl) | Werkwijze voor het uit de gaap verwijderen van een foutief inslagdraadgedeelte bij weefmachines. | |
EP0269140A1 (en) | Method and mechanism for repairing the weft supply on weaving machines in case of an interruption between the supply package and the weft accumulator | |
NL8602191A (nl) | Werkwijze voor het verwijderen van een foutieve inslagdraad bij een weefproces. | |
US4998567A (en) | Weft thread break detector with a time delay circuit | |
BE1016639A6 (nl) | Werkwijze voor het inbrengen van inslagdraden. | |
US5050647A (en) | Damaged weft thread elimination in airjet weaving machines | |
JP4234044B2 (ja) | むらのあるよこ糸部分の除去によって、欠陥の少ない布を製織する方法 | |
EP0333262B1 (en) | Airjet weaving machine with an improved weft thread supply | |
US5016676A (en) | System for detecting and correcting weft misfeeds | |
JPS633986B2 (nl) | ||
EP0161014B1 (en) | Weft cancellation mechanism for gripper looms | |
EP0322576A1 (en) | Method of releasing and mending wefts mispicked into the shed in jet weaving machines | |
EP0645485B1 (en) | Pneumatic weft tensioning safety device for air looms, with control of the broken wefts | |
BE1004738A6 (nl) | Werkwijze voor het verwijderen van een foutief ingebrachte inslagdraad bij luchtweefmachines. | |
JPH03130441A (ja) | 織機の切れたたて糸の修復方法およびこの修復方法を実施するための装置 | |
JP2969906B2 (ja) | ジェットルームにおける緯糸処理装置 | |
US5111851A (en) | Method of restoring a broken warp after mending the same | |
JPS63235546A (ja) | 複数の布を製織する織機の駆動制御方法 | |
JPH08284045A (ja) | 織機の織付け方法と装置 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
BV | The patent application has lapsed |