NL8600714A - Container voor korrelvormige stoffen voor het wegtransport. - Google Patents

Description

3b. ·. > -1 -

Container voor korrelvormige stoffen voor het wegtransport.

De vinding heeft betrekking op een container voor korrelvormige stoffen voor het wegtransport volgens bovengenoemde konklusie. Zoals blijkt uit de inrichting volgens de prospectus "NCH Hydraulic Systems B.V." zijn containers voor korrelvormige stoffen voor het wegtransport bekend. Deze containers 5 zijn eenvoudige bakken, die aan de achterzijde van een zwenkklep zijn voorzien.

De bakken kunnen door speciale voertuigen, die met overeenkomstige kiepinrich-tingen of mechanische trekinrichtingen zijn uitgerust, door het voertuig zelf opgenomen worden en op het laadvlak getrokken worden. Daardoor is het bijvoorbeeld mogelijk de bak onafhankelijk van het voertuig te beladen, of op de werkplek 10 neer te zetten, zodat de bakken in alle rust kunnen worden gelost, terwijl het transportvoertuig zelf voor andere werkdoeleinden te gebruiken is. Worden deze containers met zand of iets dergelijks geladen, dan kunnen zij, wanneer ze op het transportvoertuig getrokken zijn, na het openen van de achterste klep en het kantelen door het voertuig, geleegd worden.

15 Een nadeel van deze bekende opstelling is dat het leegkiepen van de containerinhoud uitsluitend naar achteren kan geschieden, zodat vaak veel ma-noeuvreerwerk nodig is. In de wegenaanleg is het bijvoorbeeld belangrijk om de containerinhoud zoals zand, puin of grind ook naar de zijkant te lossen, zodat in zulke gevallen deze container niet gebruikt kan worden, tenzij veel manoeuvre-20 ren op de koop toe genomen moet worden.

De uitvinding heeft ten doel om een container voor korrelvormige stoffen in het wegtransport te verkrijgen die bij gebruik van de gangbare transportvoertuigen naar twee kanten gekiept kan worden, die relatief licht is, zonder de bouwhoogte van het transportvoertuig of van de container te verhogen en die 25 verder aan de binnenkant een gladde vloer heeft, waardoor een probleemloos uitkiepen van de containerinhoud mogelijk is en waarbij tenslotte de te openen kleppen een in hoogterichting zo groot mogelijke opening geven om daardoor enerzijds een snel lossen te bewerkstelligen en om anderzijds een goede toegankelijkheid voor de containerinhoud te krijgen.

30 De oplossing van deze opgave, wordt volgens de vinding, in de eerste konklusie weergegeven. Andere ontwikkelingen zijn in de volgende konklusies aangegeven.

Door de vinding wordt ook een container voor korrelvormige stoffen verkregen, die over een eigen frame beschikt, waaraan de optrekinrichting van 35 het wegvoertuig kan worden bevestigd. De eigenlijke container voor korrelvormige stoffen is op een frame, volgens zijn lengteas gezien, eenzijdig kantelbaar ver- -2 - -· ’ grendeld, waarbij aan deze "kantelzijde" een zwenkklep is aangebracht, die de zijwand (in de lengterichting) van de container vormt. De tegenoverliggende zijwand in lengterichting van de container is gesloten.

Op het frame zijn voor en achter twee hydraulische cylinders aangebracht, 5 die excentrisch op het frame aangrijpen en wel aan de lengtekant van het frame,-tegenover het scharnierpunt van de container, zodat zonder meer bij het bedienen van deze cylinders de container op het frame om haar scharnierpunt kan worden gekiept.

Op deze wijze is in principe deze door het frame en container gevormde 10 eenheid slechts naar één zijde te kantelen en te openen, waarbij zondermeer de opgave, om de container naar beide zijden te kunnen kiepen, zodanig wordt opgelost, dat aan beide einden van het frame aansluitpunten voor de optrekrïch-ting van het transportvoertuig zijn aangebracht, zodat de uit container en frame gevormde eenheid of met het ene eindvlak of met het tegenoverliggende eindvlak 15 op het transportvoertuig getrokken kan worden. Het transportvoertuig kan dan zowel op het ene danwel op het andere eindvlak van de container aanrijden als deze beladen is of leeg is weggezet en kan daardoor bevorderen dat, naar gelang het geplande gebruiksdoel, de container, aan de gewenste zijde gekiept kan worden.

20 Door de plaatsing van de zwenkarm, die de zwenkklep draagt en de mogelijkheid om deze zwenkarm in zijn hoogste stand te borgen is het zelfs mogelijk, bij de dan volgende kantelbeweging de onderzijde van de zwenkklep van de container te heffen, zodat de container met één geheel open zijkant kan werken.

25 De inrichting volgens de vinding wordt aan de hand van de volgende beschrijving en tekeningen weergegeven en wel de container in perspektief.

* In de tekening is met 1 een frame aangeduid, opgebouwd uit de lengtebal- ken 2 en 3, waaraan de dwarsbalken 4, 5 en 6 zijn bevestigd, waarbij de afstand tussen de lengtebalken 2 en 3 kleiner is dan de lengte van de dwarsbalken 4, 30 5 en 6. Aan de einden hebben de lengtebalken 2 en 3 een vertikale balk 7. De aan de lengtebalken 2 en 3 verbonden kopwanden 8 en 9 zijn koppelingspunten aangebracht, waarvan het aansluitpunt 10 herkenbaar is, dat er voor dient dat een overeenkomstige trekinrichting, die op het transportvoertuig is bevestigd, hier kan worden aangekoppeld en daarmee de container of het frame op het 35 voertuig kan trekken.

Met 11 is een achterwand van de container aangeduid waarvan de kop-wand 12 zichtbaar is en een vaste zijkant 14, terwijl de tegenover gelegen zijwand wordt gevormd door een zwenkbare klep 15. De zwenkklep 15 wordt door de n ? ·*. ^ ·’ j / yvUv.

τ- 7 "S- - 3 - zwenkarmen 16 en 17 gedragen waarbij de zwenkklep 15 scharnierend bij 18 en 19 is bevestigd, waarbij de zwenkarmen 16 en 17 scharnierend bij 20 aan de eigenlijke container zijn bevestigd.

Aan de zwenkarmen 16 en 17, aan de eindvlakken van de container, 5 sluiten de trekdraden 21 aan, die bij voorkeur op lengte instelbaar draaibaar · aan het frame 1 bevestigd zijn.

De kiepbeweging van de container 11 wordt door de hydraulische cylinders 22 en 23 bewerkstelligd, waarbij de container 11 met lagers 24 aan de dwarsbalken 4, 5 en 6, scharnierbaar bevestigd is. De hydraulische cylinders 22 en 23 zijn 10 eveneens scharnierend aan het frame bevestigd en wel aan de lengtebalk 3, die tegenover het scharnierpunt 24 ligt. Bij 25 is een borgpenopening en bij 26 een borgpen zichtbaar. Wordt de aangegeven borgpen 26 in de borgpenopening 25 gebracht, dan wordt de beweging van de scharnierbare klep 15 zodanig verhinderd, dat de zwenkbare klep niet voor de lengtezijde van de container kan komen, 15 waardoor ook in horizontale stand van de container de zwenkklep (15) open blijft staan.

Bij 27 is een borgingsinrichting te zien die uit een borgbalk 28 bestaat, die in overeenkomstige opnamehouders 29 in de lengtebalken 2 en 3 gezet kan worden, waarbij deze opnamehouders 29 dichtbij het achtereinde van de lengtebalk 20 2 en 3 zijn aangebracht.

In de tekening is ook een opnamehouder 30 aan het tegenoverliggende eind zichtbaar, zodat een uitwisselen van de 'igging van de borgbalk 28 mogelijk is, Hierdocr kan onafhankelijk het eindvlak van de bak, die op het transportvoertuig wordt getrokken, de borgbalk altijd in de betreffende plaats worden 25 aangebracht.

« ,T > * - j i /

Claims (6)

1. Container voor korrelvormige stoffen met een frame (1), waarvan de container om zijn lengtezijde kantelbaar is bevestigd (scharnierlager 24) op het frame (1) met aan de einden de hydraulische cylinders (22 en 23), waarvan de aangrijpingspunten op het frame excentrisch ten opzichte van de lengteas 5 van het frame (1) zijn aangebracht; aan de andere zijde (11) van de container zijn in de lengterichting van de container (11) draaipunten (15) aangebracht, waardoor de container draaibaar aan het frame (1) is gekoppeld met het kenmerk dat het frame een blokkeerinrichting (27) bevat in de vorm van een uitwisselbare borgbalk (28), aangebracht aan de lengtezijde van het frame (1) in opnamehouders 10 (30) en dat tevens aan beide einden van het frame aansluitmogelijkheden voor de hydraulische en/of mechanische trekinrichting van het voertuig zijn aangebracht, terwijl de hefcylinders (22 en 23) ten opzichte van elkaar zijn opgesteld volgens 2 evenwijdige vlakken loodrecht op de rijrichting en welke hefcylinders de containerbak kantelen in een richting loodrecht op de rijrichting.

2. Container voor korrelvormige stoffen volgens konklusie 1, met het kenmerk dat het ene punt van de hydraulische cylinder aan het frame is bevestigd en het andere punt aan de container en wel aan die zijde waar het scharnierpunt van de container zich bevindt en de zwenkbare klep (15) van de container (11) aan de zwenkarmen (16 en 17) bevestigd is, welke klep scharnierbaar door de 20 container (11) worden gedragen door de eenzijdige scharnieren (bij 18 en 19) die de zwenkbare klep (15) dragen en welke armen aan het andere eind elk zwenk-baar aan een kabel (21) aansluiten, die aan het frame (1) bevestigd is.

3. Container voor korrelvormige stoffen volgens konklusie 2 met het kenmerk dat de bevestiging van de trekkabel (21) aan het frame (1) op lengte 25 instelbaar is.

4. Container voor korrelvormige stoffen tenminste volgens konklusie 1 met een frame (1) samengesteld uit twee lengtebalken (2 en 3) en verbonden met dwarsbalken (4, 5 en 6) met het kenmerk dat de dwarsbalken (4, 5 en 6) een grotere lengte hebben dan de afstand tussen de beide lengtedragers (2 en 30 3) en die elk aan een eind de scharnierbare lagering (24) voor de kiepbeweging van de container hebben.

5. Container voor korrelvormige stoffen volgens konlusie 4 met het kenmerk dat aan de einden van de lengtebalken (2 en 3) voorzien zijn van vertikale balken (7) die niet hoger zijn dat de container, waarbij de aangrijpingspunten 35 van de cylinders (22 en 23) tussen de binnenzijde van de vertikale balk (7) en de buitenzijde van de container (11) zijn geplaatst. ' - i ·: ·· ' . V J i ~t -5-

6. Container voor korrelvormige stoffen volgens één of meer genoemde konklusies met het kenmerk dat in elk van de kopwanden (12) van de container (11) een aanslag-boutopening (25) is aangebracht, die zodanig in de omgeving van de zwenkarmen (16 en 17) ligt, dat bij maximale hoogtepositie van de zwenk-5 arm (16 en 17) deze in de hoogste stand te borgen is.